Mo 70.
Zaterdag 23 Maart 1918.
iét" Jaargang.
MEDERL&HB EM ÜE
6EA8S0GÏEEIBEN.
BlIISR URB.
Abona. prtji per kwartaal in Mid
delburg en de agenten in VUMtnge»*
en Goes f l.«S; per pod t 1.71.
Advertenties 20 cent p«r regel.
Bij nixrmeiflent veel lager.
Familieberichten en «Ifiökbetuigingaa
jan 1—7 regell t 1.50.
Bovenstaands ndvertentieprijïea werden
met 20 o/« toeelaff rerhoogd.
DU nummer bestaat uit TWEE bladen,
EERSTE BLAD.
DE KAMERDEBATTEN OVER DE
SC1ÏEPENKWEST1E.
Inde Eersfte Kamer.
In een groot deel van onze vorige
oplagfe konden we nog meedeelen (lat
Minister Loud oh in de Eerste Kamer
bij de mee deeling1 over de inbeslagne
ming onzer schepen, zich zeer scherp
uitliet over die daad.
Geheel willekeurig' en zonder een
zweem van. recht, zoo zei hij, is lot de
inbeslagneming overgegaan,. Onze regee
ring' is zoover gegaan als zij kon. Het
heeft niet mogen balen. Het onrecht Ss
geschied. Nederland heeft zich sleed»
vereenzelvigd met de leuze- Recht bot-
ven. Macht. En ook thans werd
gfezien, dat men algemeen legen dit
tonrecht is opgekomen. De regeering
zal. als het lanu gebukt moet gaan
onder de beproevingen, die het gevolg
zullen zijn van het gepleegde onrecht,
zich niet behoeven te verwijten iets na
gelaten te hebben om ons land voor
die onheilen te bewaren.
Bij het daarop volg'enao debat zijn
woorden gtezegd waaruit verbittering
,%prak, maar ook diepe teleurstelling!
over volken die men hoog' had geacht.
Dat was o. a. het geval met den
htoer Gremefjv Hij herinnerde aan
't gteen de Engelschen voor het inter
nationaal recht hebben gfedaan. Zullen
Zij hun stem tegien het gepleegde on
recht verheffen?
De heer C o 1 ij nwel neen t
De heer C renner critiseerdc de
campagne der gele pers, wier aanvoer
der* in hooge eere gezeten zijn. Zullen
ook de Sindoro, de Koningin Regentes
en de Zeeland, die invalide krijgsgevan
genen overbrengen, in beslag worden
genomen?
De heer C o I SjfaiNa de laatste reis I
En wat Amerika betreft, herinnerde hij
aan het reusachtig enthousiasme der
Amerikanen voor Nederland, bij de II ud-
soafeesten.
Spr. vroeg welke vlag zullen de sche
pen garin voeren. Daarmede is onze «er
gemoeid. Hij hoopte dat ze onder Ameri
kaansche vlag zullen varen. Varen ze
onder Nederlandsche vlag, dan zij dit
halfstok.
Moeten, wij nu kwaad met kwaad gaan
vergelden tegenover de vreemdelingen,
die öp onzen ouden gastvrijen bodem
efen toevlucht hebben gevonden? Spr.
meent van niet, "Wij- moeten geen gemak
kelijke repressaille nemen, doch rwaad
met goed vergelden. Ons volle Zal' de
overtuiging met zich kunnen dragjen, in
dezen tijd van verdwazing, dat wij de
laatste gfentlemen waren van. Europa (Ap-
plau's en bravo's.)
We nemen deze gelegenheid te
baat om er onze lezers er op Je wijzen
dat het niet onze schuld is >wann|eer
wij met onze berichten later zijn dan
wij wel zouden, "willen. We schijnen
hier in. Middelburg' nog' altijd in een
moeilijke plaats te zitten. Het telegram
dat Maandag de verklaring van Minis
ter Loudon bracht had dFie uur noof-
öig Mm van Den Haag' hier te komen,
hoewel het dringend was. Een gis
ter te 2.8 uit Den Haag'(verzonden, ook
dringend, telegram kwam hier eerst te
4.20 aan. En gister deden wij weer de
ervaring' op dat het ook met Ide telet-
phoön uren duurt. Wij begrepen üïit er
gister ochtend belangrijke dingen] inde
Eerste Kamer konden zijn gezegd, en
toen wij niets hoorden, hebben wij van
twee uur af te vergeefs geprobeerd
dringend aansluiting te "krijgen. Eerst
na half vier kregten wjj Den Haag eh
hoorden dat men daar" reeds van voor
dén uur af tevergeefs getracht had
ons te bereiken.
Wie zetgSg'en dat niet als een afkeurin
van het personeel. Wie begrijpen dat 'd
▼nbral op zulke dagen buitengewoon inr
*pannend werk heeft. Maar W& willen
'voor ons eigffen belang fcoch meöde-e-
deelen., waarom wij niet altijd kunnen ge
ven. wat anderen Wel gaven. Oma góede
ualam i» ff bij betrokken.
De heer v. d. Does de Wlillebois
sprak van een grievende teleurstelling,
van den aanvankelijken weerzin toen hij
las dat er naar een middel was omge
zien. om tot een schikking te komen.
Maar nu is er slechts! aanleiding tot een
waardig protest.
De heer 't Hooft ging verder. Hij
huldigt de Nederlandsche pers voor dp
uitnemende wijze, waarop zij aan de re-
geering heeft duidelijk pp maakt, wat er
in den boezem der natie omging. De re
geering heeft niet blijk gpgeven van die
vooruitziendheid, die wij van haar had
den mogen verwachten. Spr. begrijpt niet,
dat dci-e regeering, toen zij de capitulatie
toekende, zoo onkundig was van onzen
volkswil. Even erg is het, dat de regee
ring nu nog, nu de omstandigheden haar
in het ongelijk hebben gesteld, blijft
vasthouden aan haar meening, dat haar
beslissing toen de juiste was.
Op denzelfden „dies ater", dat het Ne
derlandsche volk tol zijn ontzetting hoor
de, dat de regeering tegenover de asso-
cié's had toegegeven, had de premier in
de Tweede Kamer spr. kan niet zeg
gen den fijnen smaak zich te beroe
pen op den man, wiens beeld wordt
geteekend in Mattheus XXIII (Gedoeld
wordt op een aanhaling die de heer Cort
van der Linden deed van president Wil
son. In genoemd bijbelhoofdstuk vordt
gesproken over den Farizeeër).
De heer Van Kol wilde den heer
't Hooft niet volgen in zijn kritiek op de
regeering. Dat stuitte hem legen de borst
nu de Minister ridderlijk verklaard heeft,
dat voortaan met de volksvertegenwoor
diging overlegd zal worden.
Maar bitter was hij tegenover Wilson
wiens manifest slechts een spotlach ver
dient. Uit wanhoop zijn de geallieerden
in ïïh-en moede overgegaan tot een
vloolroof, waartoe zij zich vroeger niet
in staat zou hebben geacht.
Toch moet men bij deze uitbarstingen
van geweld niet wanhopen. Wij moeten
rekenen op de publieke meening, ook
in Amerika, wam het verzet en de ver
ontwaardiging niet gteriug zullen zijn^
als men komt Lot bet besef, wat Wilson
tegenover Nederland heeft gedaan. Prin
cipieel staat het gebeurde gelijk met den
inval in België.
Nederland heeft slechts zijn politieke
zelfstandigheid te handhaven. Laten volk
en regeering mei terzijdestelling van
alle politieke geschillen één van zin zijn?
De heer C of lijn wenschte te vra
gen omdat het resultaat van dit debat
hem niet bevredigend voorkwam welke
stappen de regeering voornemens ta. Ie
doen in verband met den thans gescha
pen toestand. We staan tegenover «Ie
grofste inbreuk, die op Nederlandseh
recht ïs geschied. We vragen, wat er van
de zijde der regeering is gfescbjed. Is
de regeering voornemens, alsnog oen
luid en officieel protest de wereld in
te zenden?
In zijn repliek zei de Munistor
au Buitenlandsche Zaken dat
het de regeeriug buitengewoon veel ge
noegen doet, dat haar verontwaardiging
•ook jn dezen talc der Volksvertegen
woordiging wordt gjedeeld. Spr. herhaalt,
dat de regeering zich niet heeft willen
verwijten, niet tot het uiterste te zijn
gegaan om ons volk voor groote ram
pen te behoeden.
Hoe de Engelsche kranten hebben kun
nen beweren, dat ons antwoord nog niet
bekend was? Het antwoord is in den
nacht van Zaterdag op Zondag verzonden.
Uit een telegram van jhr. Marees is ge
bleken, dat hij spoédig daarna aan zijn
ipöracht heeft gevolg gegeven.
Uit het antwoord van Duitschland
bleek, dal er wel tarwe was, maar dat
deze voor zijn bondgenooten noodig was.
Duitschland had wei middelen gevonden
om dit per spoor of schip toe te zenden.
Zeer zeker zal de regeering een vol
gend maal bij zulk een ernstig vraagstuk
ook met de Eerste Kamer voeling bouaen.
De regeering zal onmiddellijk protes
teeren tegen den aangedanen dwang.
Welke stappen hij nog zal doen, kah hij
nu niet zeggen, 'doch hij' zal daarbij de
Staten-Generaal in vertrouwen nemen.
(Applaus).
Hoewel spr. niet Officiéél den tekst
van Wilson's proclamatie heeft ontvan
gen, wil hij toch de bewering recht zet
ten, dat onze schepen nutteloos en
werkloos in de havens Jagen. Dat is on
juist, hetgeen blijkt uit de bepalingen
der voorjoopige overeenkomst. Bovendien
was er geregelde vaatt tussehen de
West-Amerikaansche havens en Indië, uc
Engelsche en Porlugeesche havens) De
schepen van de reliefvaart waren op ons
verzoek beschikbaar gesteld, nadat de
reeders hun bezwaren hadden laten va
ren, toen gebleken was, 'dat de schepen
niet door Frankrijk zouden worden vast
gehouden.
De heer 't Hooft dankte den Minister
voor de verklaring, dat hij voeling zal'
houden met de Kamer.
De voorzitter sluit daarop onder dank
betuiging ajnn den Minister de beraadsla
gingen.
In de Tweelde Kamer.
Minister Coirt van der Linden,'
zei ongeveer het volgende:
De Minister van Buitenlandse}?© Zaken
door een lichte ongesteldheid, die hem
met neeft belet, om in de Eerste Kamer
tc verschijnen, verhinderd thaps hier te
genwoordig te zijn.
De mededeelingen, waarvan de voor
zitter der Kamer u in kennis heeft ge
steld, mogCn niet voorbijgaan 2on'der dat
van mijn zijde een woord wordt ges prof-
ken.
Bij hare onderhandelingen^ was de Re>
geering niet in overeenstemming met het
.Nederlandsche volk. "Bij die ónderhandtef-
lïhgen is zij alleen te rade gegaan mef
de vitale belangen van on's land. Even-
wei moef wél woiPden verslaan, dat
niet stonden voor een ultimatum, noch
vóór 18 Maart moesten voldoen aan de
voorwaarden, ons gesteld.
We hebben niet gehandeld onder eeni-
ge pressie van Duitschland. We hebben
niét willen afwijken van onze neutrali
teit. Wij hebben geen partij willen kie
zen Maar wij hebben gehandeld onder;
Iden ban van den nood en van de hoop*
dal de vrije beschikking over een groot
deel onzer vloot, door al te goecU ver
trouwen in de macht der Geassocieerden,,
©as nog zou worden gewaarborgd.
Maar dit is alles voorbij.
Fr zijn o,ogenblikken, ook in het leven
va'n een staatsman, waarin hij uiting
•moet geven aan hetgeen leeft in zijn ge
moed. Regeering en volksvertegenwoor
diging c-n volk zijn thans één. Wij zijn
nog nimmer gedurende den geheeleu oor
log z .io eendrachtig geweest, zonder on
derscheid van partij, stand of godsdienst,
Hij hoopte dat zijn woorden ver over
de grenzen zullen wordene gehoord, in
dien hij van deze plaats êcn woord van
vlammend protest doet hooren tegen liet
onrecht, den dwang en den smaad, die
ons worden aangedaan.
Meer dan onze vloot, meer dan raw
brood zijn ons lief onze zelfstandigheid
en ons recht. Daaraan zullen wij trouw;
ziju. daarvoor zullen wij staudhouden
tot den bedelstaf (bravo's en hoera-gc-
roepV
I)c voorzitter zegt dat de alge-i
meene veranlwaardiging over het ras
aangedaan onrecht, te grievender, om
dat wij getracht hebben onze neutra
liteit zoo volko; ïcn mogelijk na te lco-
faeh, zich heeft geuit in de laatste red©
van den Minister van Buitenlandsche Za
ken en in de woorden, die we zooeven
van den tijdelijken voorzitter van den
Ministerraad hebben gehoord.
Spreker is overtuigd en hierin is hij
nog "versterkt door overleg met de lei
ders der partijen in de Kamer dat liij
spreekt namens de geheele Kamer en
het geheele Nederlandsche volk, als hij
zegt, dat de Kamer zich bij het krachtig
protest van den tijdelijken voorzitter van
den Ministerraad van heeler harte aan
sluit.
Bij de moeilijke taak, die ook verder
•op de regeering rust, kan zij zich verzen
kerd houden van den steun der Kamer en
van het geheele Nederlandsche volk.
Bravo's.)
HET RECHT VAN ANGARIE.
„Een rechtsgeleerde" bespreekt in bet
Handelsbl. den roof onzer schepen van
volkenrechtelijk standpunt, en maakt daar
bij o. a. de volgende opmerkingen-
Spreken wij niet van het oude onja,-
rierecht, het recht der oorlogvoerenden
om de neutral© schepen met hunne be
manning, die zich in hunne wateren be
vinden, te dwingen "diensten te bewijzen
ten behoeve hunner oorlogvoering. Dit
is 'daarom niet noodig, omdat vele schrij
vers, die van oordeel zijn, dat dit o u, (\e
recht in onbruik is geraakt en daarom
is teniet gegaan, niettemin een m'odcrn
recht van angarie erkennen, dat zeker
voor de neutralen niet minder drukkend
is. Dit moderne recht zou bestaan in de
bevoegdheid, de neutrale schepen legen
dadelijk te betalen schadeloosstelling te
dnteigenen en ten eigen behoeve te ge
bruiken.
Dit moderne recht nu vond en \5ndt
zijne krachtigste verdedigers bij de Duit-
sche schrijvers, al wordt het ook door
anderen bestreden 'als een „struikroo-
versmethode" volgens den term van den
Amerikaanschen schrijver Lawrence.
Plaatsen wij ons nu echter op den
grondslag van dit buitensporige recht,
is dan wat Wilson Tioet, daardoor ge
rechtvaardigd Verre van dien. Zij, die
het recht erkennen, Hen erin een uit
vloeisel, een laatste consequentie van
de Oorlogsnoodzaak, d. w. z. erkennen
het alleen, wanneer het gebruik maken
ervan ingeval van dringenden nood onver
mijdelijk schijnt, zooals Philimore zegt.
wanneer een oorlogvoerende in een con
creet geval zich zoude bevinden, in den-
zelfden toestand „die een persoon zou
dwingen om het paard of de wapens -fan
zijn buurman te gebruiken ten einde zijn
leven te verdedigen." Zoo zou 'het dus
kunnen zijïi, dat ter uiterste verdediging
van een of andere militaire posjb'e, die
van beslissjend gewicht is, een neutraal
schip zou moeten worden gebruikt, om
dat anders die positie zou verloren gaan;
in zoodanig geval kennen dan de
noemde schrijvers den oorlogvoerende
het recht toe, dat schip tegen schadï-
loosslellingi n bezjt te nemen.
Iioe ver staat dus wat Wilspn gaat
doen, nog af van dit recht! Het gaat im
mers niet om een bepaald schip, «lat hij
uit dringenden nood wel moet in beslag
nemen; neen, hij eigent zich eenvoudig al
onze schepen, die in Amerikaansche ha
vens liggen, toe, met gben ander doel
dan om zooveel mogelijk de neutrale
krachten, die hij in zijne macht heeft
aan de Amerikaansche oorlogsdoelein
den dienstbaar te maken. Daarmede
schendt hij de grondbeginselen Van het
neutraliteitsrecht en pleegt hijroof.
Er is nog iets anders dat ons deze ont
eigening als het meest gfrove onrecht
doet beschouwen. Onze schepen -n Ame
rika lagen daar reeds, vóór Amerika
in den oorlog kwam, waren of werden
reeds toen. beladen met graan en grond
stoffen, door onze importeurs van de
Amerikanen gekocht en aan hen betaald
ora ze naar ons land te vervoeren. De
goede trouw in het verkeer der volken,
waarvoor Wilson zoo dikwijls gezegd
heeft te strijden, bracht dus met zich,
dat men ze ook liet uilvaren. Wanneet-
men in aanmerking neemt, dat ter twee
de Vredesconferentie zelfs is bepaald,
dat het wensehelyk is, dat aan vijan
delijke handelsvaartuigen, die bij het uil-
breken van den oorlog 'zich in de ha
vens bevinden, vergund worde vrij te
vertrekken, lean men begrijpen, in welk»
mate Amerika de goede trouw te onzen
opzichte heeft geschonden. Het heeft on
ze schepen een jaar lang vastgehouden,
door hun z.g. de noodige bunkerkolen
te onthouden, wat ons reeds ontzettende
sommen heeft gekost, en thans; neemt
het ze ons eenvoudig af. Neen, bel
volksiuslinct gevoelt het maar al le goed
wal daar ginds in waarheid plaats vindt
het is roof-tegen-belaling.
KA.IieilOVBaSICHT.
Tweed* Kamer.
Zittingen van Donderdag en
Vrijdag.
In de zitting' van Donderdag waaraan
we in ons vorig nummer door plaats
gebrek geen aandacht konden wijden,
hadden de replieken over de distributie
rvrij algemeen het karakter van een
aandrang om de situatie niet te ver
scherpen, maar integendeel een,' crisis
te voorkomen.
De heer Mardhant droeg daar in
het bijzonder toe bij. Hij meende dat
een raadsman van de Kroon onder de
huidigte omstandigheden zijn post niet
kan verlaten. Een uitspraak tegen den
Minister van Landbouw zou trouwens
het heele kabinet treffen, en zou boven
dien zoo'n heterogene meerderheid heb
ben dat daaraan gCen slotsom zou zijn
vast te knoopen. Hij wilde den aan
drang van den voorzitter van den Mi
nisterraad tot gemeen overleg' "helpen
bevorderen, en met dat doel stelde bij
een motie voor, waarin de Kamer:
van oordeel
1o. dat ter wille van "de rechtsf-
zekerheid de instelling van een Raad
van Beroep met administratieve rechts
spraak in crisiszaken noodzakelijk is;
2o. dat alle gezagsorganen in dat
van overheidswege georganiseerde of ge
controleerde bedrijfsleven een ambtelijk
barakter behooren te hebben en hunne
financiën als rijksfinianciën behooren te
worden beschouwd;
3o. dal de rantsocneering^ in teven
behoeften algemeen behoort 'te werken,
er bij de regeering op aan dringt on*-
vcrwijld maatregelen te nemen om in
deze 'onderwerpen te voorzien.
Een aandrang van gelijk soortigenaard
kwam van een antipode van den Vrijz.
Dem. leider, n.l. van den heer Tier
Spill. Eveneens deze wilde een crisis,
ook een partieel©, vermijden en stelde
daartoe een motie voor.
Hij voegde er dadelijk bij, dat het
allerminst zijn bedoeling is om den heer
Marchant of iemand anders een vlieg
af te vangton. Vindt de regeering de
motie-Marchant meer aannemelijk dan
zou hij zich aansluiten bij de motie1-
Marchant. Hoofdzaak moot zijn, dat de
motie wordt aanvaard door de geheele
regeering. De zaak. waarom het hem
te doen was, is te doen uitkomen, dat
de Kamer wenscht eenheid in de re
giering en overeenstemming met de Ka
mer. i
Deze motie spreekt als oordeel nit
dat bij de zeer buitengewone om)
■handigheden der laatste dagen e©^ge
heele of gedeeltelijke rBgceringscrisis'
niet kan zijn in 'slands belang;
dal de drclgtonde voedsolnood krach
tiger bevordering' der productie' eta ver
betering' in de organisatie der distribu
tie, gepaard nan vollediger regeling en,
bescherming der individueel© belangen
cp den grondslag ran het recht vrej?-
schelijk maalct;
dat de te treffen voorzieningen, zoog
Wel wat betreft de organisatie als wat
betreft de kosten, zooveel mogelijk op
den vermoedelijken duur van den nood
toestand berekend moeten zijn;
en spreekt den wensch uit dat, bij
.voortdurend overleg' tussehen en sa{-
monwerking van de hoofden' der ver
schillende departementen van algemeen
bestuur, de regeering1 onverwijld een
herziening en ordening van de bevor
dering der productie en van de d|istri-
tie zal voorbereiden;
en gaat over tot de .orde ,van den
dag.
Maar nog was het niet gedaan met
dc moties. Aan het eind dezer zitting
kwam de heer v. d. Tétmpefl met
een motie. Maar dit was er ©en van
geheel anderen aard. Zij bevatte het
„minimum-programma" der sociaaldemo
craten en vroeg: inbeslagneming en
distributie van alle eetbare vetten, «listri-
bulie van göedkoop rundvlcesch; uiati-
mnmprijzen voor schoeisel en reparaties
werk, onteigening der voorraden nianes
facturen: beschikbaarstelling van onder
en bovenkleedmg'; een minimumranlsoen
brandstoffen aan de houders van een
of twee haardsteden tegen de prijzen
van vóór den oorlog; en in, ieder geval
géén verhooging der maximumprijzen.
r s e
Het was met de moties echter nog «iet
uit. want in de zitting van Vrijdag kwam
ook dc heer Sanne s er met een, toien
de heer van der Voort van Zijp, en
eindelijk ook nog een van den heer O 11 o.
Die van den heer Sanues vraagt ver
andering in dien zin: «lat onder leiding
der regeering en met medewerking van
de gemeenten, van de organisaties vant
ondernemers en arbeiders en van de be
drijven en de coöperaties, dc voorlbren-' -
ging planmatig naar dc behoeften des
volks wordt geregeld; met wering
voorts van iporlogswinst en woekerprij
zen.
Die van den heer v. cl. Voort van)
7. ij p spreekt de weuscheiijkheid uit van
bevordering van de productie van voe
dingsmiddelen door verbetering van de
ganisatie op den grondslag van overleg!
met de bestaande organisatiesvan ont
eigening om opdrijving van prijzen tegen
le gaan; van de gelegenheid tot beroep
in alle crisiszaken; van een verantwoor
delijkheid voor de uitvoering, onder aan
sprakelijkheid van den Minister, in han
den van ambtenaren, met de leiding be
last; van een algemeene ranlsocneering
ran een distributie, welke naar omstan
digheden zal zijn uit te breiden.
En eindelijk kwam de heer 011 o zich'
tegen den geest van verzoening verklaren
door een motie regelrecht tegen Minis
ter Posthuma, nl. door uit le spreken dat
hem niet langer meer het beleid dier Ie-
ensmiddclenvoorziening moet worden
opgedragen. Zij bleek alleen ondersteund
te worden door de heeren Nierstrasz en
Eerdmans, en toen trok de voorsteller
haai' in om cr henen mee terug te komen.
Wat het lot der andere moties zal zijn.
kan misschien vandaag blijken, want bij
uitzondering vergadert de Kamer ook op
een Zaterdag.
NEDERLAND EN DB OORLOG.
Verbl ij'fsbe palingen.
De opperbevelh. van land- en zeem.
heeft den toegang tot en verblijf binnen
het geheele in staat van beleg verklaard©
gedeelte van Nederland ontzegd aan E.
f. Ricbe geboren 18 Juni 1896 te
Tauehe (Saksen) wonende le Zedz ..Sak
sen) laatst verblijf houdende te Amsteri
van Duitsche nationaliteit, zulks
omdat zijn verblijf in dat gebied moef
worden geacht te zijn gevaarlijk vooc
de rust en algemeene veiligheid.
De commandant der stelling' van do
monden der Maas en der Schelde heeft
wegens het betrokken zijn bij den
smokkelhandel het verblijf in zijn g©-
zagsgebiod ontzegd aan: E. Braeke, geb.
12 Oct. 1898 te 'Sl. Laureins ;B.) wor
nende to St. Kruis; R. C. Andries, g©b,
15 Jan. 1895 te Ecloo (B.), wonende te
St. Kruis, F. van. Damme, geb. 13 Dec,
1896 te Malline (N. Amerika) wonende
te IJzendijke; Wi S. Snaep, gteb. 28
Juni 1883 tc Sedeghem (B.) wonend©
te IJzendijke, allen Belgen en( aan de
Nederlanders Ch. M. Boelaert, geb. 22
Sept 1896 de Eede wonende aldaar,
Laridaen, eebtgenoote van J F.
Maas, geb. Mei 1883 te Sluis, wonende
jildaar, P. J. Verplanke, geb. 14 Maart
1880 te Aardenburg wonende te "Sluis.
U I. Leers wed. L*. Heijteis geb. 28
Juni 1881 te E«ïde wonend© te Sluis,
Th. de Clerck geb. '24 "Jan. 1888 te
Aardenburg' "Wonende aldaarP. E. de
Clerck, geb. 25 Jatt. 1883 te AaTV
denburp wonende aldaar, J. J. de Clerk
geb. 0 Juni 1875 te Aardenburg wof-
nende aldaar en J. F. Maes ,'gBb. 28
Dec. 1B88 te Sluis wonende te Eed*.