Mo 70. Zaterdag 23 Maart 1918. iét" Jaargang. MEDERL&HB EM ÜE 6EA8S0GÏEEIBEN. BlIISR URB. Abona. prtji per kwartaal in Mid delburg en de agenten in VUMtnge»* en Goes f l.«S; per pod t 1.71. Advertenties 20 cent p«r regel. Bij nixrmeiflent veel lager. Familieberichten en «Ifiökbetuigingaa jan 1—7 regell t 1.50. Bovenstaands ndvertentieprijïea werden met 20 o/« toeelaff rerhoogd. DU nummer bestaat uit TWEE bladen, EERSTE BLAD. DE KAMERDEBATTEN OVER DE SC1ÏEPENKWEST1E. Inde Eersfte Kamer. In een groot deel van onze vorige oplagfe konden we nog meedeelen (lat Minister Loud oh in de Eerste Kamer bij de mee deeling1 over de inbeslagne ming onzer schepen, zich zeer scherp uitliet over die daad. Geheel willekeurig' en zonder een zweem van. recht, zoo zei hij, is lot de inbeslagneming overgegaan,. Onze regee ring' is zoover gegaan als zij kon. Het heeft niet mogen balen. Het onrecht Ss geschied. Nederland heeft zich sleed» vereenzelvigd met de leuze- Recht bot- ven. Macht. En ook thans werd gfezien, dat men algemeen legen dit tonrecht is opgekomen. De regeering zal. als het lanu gebukt moet gaan onder de beproevingen, die het gevolg zullen zijn van het gepleegde onrecht, zich niet behoeven te verwijten iets na gelaten te hebben om ons land voor die onheilen te bewaren. Bij het daarop volg'enao debat zijn woorden gtezegd waaruit verbittering ,%prak, maar ook diepe teleurstelling! over volken die men hoog' had geacht. Dat was o. a. het geval met den htoer Gremefjv Hij herinnerde aan 't gteen de Engelschen voor het inter nationaal recht hebben gfedaan. Zullen Zij hun stem tegien het gepleegde on recht verheffen? De heer C o 1 ij nwel neen t De heer C renner critiseerdc de campagne der gele pers, wier aanvoer der* in hooge eere gezeten zijn. Zullen ook de Sindoro, de Koningin Regentes en de Zeeland, die invalide krijgsgevan genen overbrengen, in beslag worden genomen? De heer C o I SjfaiNa de laatste reis I En wat Amerika betreft, herinnerde hij aan het reusachtig enthousiasme der Amerikanen voor Nederland, bij de II ud- soafeesten. Spr. vroeg welke vlag zullen de sche pen garin voeren. Daarmede is onze «er gemoeid. Hij hoopte dat ze onder Ameri kaansche vlag zullen varen. Varen ze onder Nederlandsche vlag, dan zij dit halfstok. Moeten, wij nu kwaad met kwaad gaan vergelden tegenover de vreemdelingen, die öp onzen ouden gastvrijen bodem efen toevlucht hebben gevonden? Spr. meent van niet, "Wij- moeten geen gemak kelijke repressaille nemen, doch rwaad met goed vergelden. Ons volle Zal' de overtuiging met zich kunnen dragjen, in dezen tijd van verdwazing, dat wij de laatste gfentlemen waren van. Europa (Ap- plau's en bravo's.) We nemen deze gelegenheid te baat om er onze lezers er op Je wijzen dat het niet onze schuld is >wann|eer wij met onze berichten later zijn dan wij wel zouden, "willen. We schijnen hier in. Middelburg' nog' altijd in een moeilijke plaats te zitten. Het telegram dat Maandag de verklaring van Minis ter Loudon bracht had dFie uur noof- öig Mm van Den Haag' hier te komen, hoewel het dringend was. Een gis ter te 2.8 uit Den Haag'(verzonden, ook dringend, telegram kwam hier eerst te 4.20 aan. En gister deden wij weer de ervaring' op dat het ook met Ide telet- phoön uren duurt. Wij begrepen üïit er gister ochtend belangrijke dingen] inde Eerste Kamer konden zijn gezegd, en toen wij niets hoorden, hebben wij van twee uur af te vergeefs geprobeerd dringend aansluiting te "krijgen. Eerst na half vier kregten wjj Den Haag eh hoorden dat men daar" reeds van voor dén uur af tevergeefs getracht had ons te bereiken. Wie zetgSg'en dat niet als een afkeurin van het personeel. Wie begrijpen dat 'd ▼nbral op zulke dagen buitengewoon inr *pannend werk heeft. Maar W& willen 'voor ons eigffen belang fcoch meöde-e- deelen., waarom wij niet altijd kunnen ge ven. wat anderen Wel gaven. Oma góede ualam i» ff bij betrokken. De heer v. d. Does de Wlillebois sprak van een grievende teleurstelling, van den aanvankelijken weerzin toen hij las dat er naar een middel was omge zien. om tot een schikking te komen. Maar nu is er slechts! aanleiding tot een waardig protest. De heer 't Hooft ging verder. Hij huldigt de Nederlandsche pers voor dp uitnemende wijze, waarop zij aan de re- geering heeft duidelijk pp maakt, wat er in den boezem der natie omging. De re geering heeft niet blijk gpgeven van die vooruitziendheid, die wij van haar had den mogen verwachten. Spr. begrijpt niet, dat dci-e regeering, toen zij de capitulatie toekende, zoo onkundig was van onzen volkswil. Even erg is het, dat de regee ring nu nog, nu de omstandigheden haar in het ongelijk hebben gesteld, blijft vasthouden aan haar meening, dat haar beslissing toen de juiste was. Op denzelfden „dies ater", dat het Ne derlandsche volk tol zijn ontzetting hoor de, dat de regeering tegenover de asso- cié's had toegegeven, had de premier in de Tweede Kamer spr. kan niet zeg gen den fijnen smaak zich te beroe pen op den man, wiens beeld wordt geteekend in Mattheus XXIII (Gedoeld wordt op een aanhaling die de heer Cort van der Linden deed van president Wil son. In genoemd bijbelhoofdstuk vordt gesproken over den Farizeeër). De heer Van Kol wilde den heer 't Hooft niet volgen in zijn kritiek op de regeering. Dat stuitte hem legen de borst nu de Minister ridderlijk verklaard heeft, dat voortaan met de volksvertegenwoor diging overlegd zal worden. Maar bitter was hij tegenover Wilson wiens manifest slechts een spotlach ver dient. Uit wanhoop zijn de geallieerden in ïïh-en moede overgegaan tot een vloolroof, waartoe zij zich vroeger niet in staat zou hebben geacht. Toch moet men bij deze uitbarstingen van geweld niet wanhopen. Wij moeten rekenen op de publieke meening, ook in Amerika, wam het verzet en de ver ontwaardiging niet gteriug zullen zijn^ als men komt Lot bet besef, wat Wilson tegenover Nederland heeft gedaan. Prin cipieel staat het gebeurde gelijk met den inval in België. Nederland heeft slechts zijn politieke zelfstandigheid te handhaven. Laten volk en regeering mei terzijdestelling van alle politieke geschillen één van zin zijn? De heer C of lijn wenschte te vra gen omdat het resultaat van dit debat hem niet bevredigend voorkwam welke stappen de regeering voornemens ta. Ie doen in verband met den thans gescha pen toestand. We staan tegenover «Ie grofste inbreuk, die op Nederlandseh recht ïs geschied. We vragen, wat er van de zijde der regeering is gfescbjed. Is de regeering voornemens, alsnog oen luid en officieel protest de wereld in te zenden? In zijn repliek zei de Munistor au Buitenlandsche Zaken dat het de regeeriug buitengewoon veel ge noegen doet, dat haar verontwaardiging •ook jn dezen talc der Volksvertegen woordiging wordt gjedeeld. Spr. herhaalt, dat de regeering zich niet heeft willen verwijten, niet tot het uiterste te zijn gegaan om ons volk voor groote ram pen te behoeden. Hoe de Engelsche kranten hebben kun nen beweren, dat ons antwoord nog niet bekend was? Het antwoord is in den nacht van Zaterdag op Zondag verzonden. Uit een telegram van jhr. Marees is ge bleken, dat hij spoédig daarna aan zijn ipöracht heeft gevolg gegeven. Uit het antwoord van Duitschland bleek, dal er wel tarwe was, maar dat deze voor zijn bondgenooten noodig was. Duitschland had wei middelen gevonden om dit per spoor of schip toe te zenden. Zeer zeker zal de regeering een vol gend maal bij zulk een ernstig vraagstuk ook met de Eerste Kamer voeling bouaen. De regeering zal onmiddellijk protes teeren tegen den aangedanen dwang. Welke stappen hij nog zal doen, kah hij nu niet zeggen, 'doch hij' zal daarbij de Staten-Generaal in vertrouwen nemen. (Applaus). Hoewel spr. niet Officiéél den tekst van Wilson's proclamatie heeft ontvan gen, wil hij toch de bewering recht zet ten, dat onze schepen nutteloos en werkloos in de havens Jagen. Dat is on juist, hetgeen blijkt uit de bepalingen der voorjoopige overeenkomst. Bovendien was er geregelde vaatt tussehen de West-Amerikaansche havens en Indië, uc Engelsche en Porlugeesche havens) De schepen van de reliefvaart waren op ons verzoek beschikbaar gesteld, nadat de reeders hun bezwaren hadden laten va ren, toen gebleken was, 'dat de schepen niet door Frankrijk zouden worden vast gehouden. De heer 't Hooft dankte den Minister voor de verklaring, dat hij voeling zal' houden met de Kamer. De voorzitter sluit daarop onder dank betuiging ajnn den Minister de beraadsla gingen. In de Tweelde Kamer. Minister Coirt van der Linden,' zei ongeveer het volgende: De Minister van Buitenlandse}?© Zaken door een lichte ongesteldheid, die hem met neeft belet, om in de Eerste Kamer tc verschijnen, verhinderd thaps hier te genwoordig te zijn. De mededeelingen, waarvan de voor zitter der Kamer u in kennis heeft ge steld, mogCn niet voorbijgaan 2on'der dat van mijn zijde een woord wordt ges prof- ken. Bij hare onderhandelingen^ was de Re> geering niet in overeenstemming met het .Nederlandsche volk. "Bij die ónderhandtef- lïhgen is zij alleen te rade gegaan mef de vitale belangen van on's land. Even- wei moef wél woiPden verslaan, dat niet stonden voor een ultimatum, noch vóór 18 Maart moesten voldoen aan de voorwaarden, ons gesteld. We hebben niet gehandeld onder eeni- ge pressie van Duitschland. We hebben niét willen afwijken van onze neutrali teit. Wij hebben geen partij willen kie zen Maar wij hebben gehandeld onder; Iden ban van den nood en van de hoop* dal de vrije beschikking over een groot deel onzer vloot, door al te goecU ver trouwen in de macht der Geassocieerden,, ©as nog zou worden gewaarborgd. Maar dit is alles voorbij. Fr zijn o,ogenblikken, ook in het leven va'n een staatsman, waarin hij uiting •moet geven aan hetgeen leeft in zijn ge moed. Regeering en volksvertegenwoor diging c-n volk zijn thans één. Wij zijn nog nimmer gedurende den geheeleu oor log z .io eendrachtig geweest, zonder on derscheid van partij, stand of godsdienst, Hij hoopte dat zijn woorden ver over de grenzen zullen wordene gehoord, in dien hij van deze plaats êcn woord van vlammend protest doet hooren tegen liet onrecht, den dwang en den smaad, die ons worden aangedaan. Meer dan onze vloot, meer dan raw brood zijn ons lief onze zelfstandigheid en ons recht. Daaraan zullen wij trouw; ziju. daarvoor zullen wij staudhouden tot den bedelstaf (bravo's en hoera-gc- roepV I)c voorzitter zegt dat de alge-i meene veranlwaardiging over het ras aangedaan onrecht, te grievender, om dat wij getracht hebben onze neutra liteit zoo volko; ïcn mogelijk na te lco- faeh, zich heeft geuit in de laatste red© van den Minister van Buitenlandsche Za ken en in de woorden, die we zooeven van den tijdelijken voorzitter van den Ministerraad hebben gehoord. Spreker is overtuigd en hierin is hij nog "versterkt door overleg met de lei ders der partijen in de Kamer dat liij spreekt namens de geheele Kamer en het geheele Nederlandsche volk, als hij zegt, dat de Kamer zich bij het krachtig protest van den tijdelijken voorzitter van den Ministerraad van heeler harte aan sluit. Bij de moeilijke taak, die ook verder •op de regeering rust, kan zij zich verzen kerd houden van den steun der Kamer en van het geheele Nederlandsche volk. Bravo's.) HET RECHT VAN ANGARIE. „Een rechtsgeleerde" bespreekt in bet Handelsbl. den roof onzer schepen van volkenrechtelijk standpunt, en maakt daar bij o. a. de volgende opmerkingen- Spreken wij niet van het oude onja,- rierecht, het recht der oorlogvoerenden om de neutral© schepen met hunne be manning, die zich in hunne wateren be vinden, te dwingen "diensten te bewijzen ten behoeve hunner oorlogvoering. Dit is 'daarom niet noodig, omdat vele schrij vers, die van oordeel zijn, dat dit o u, (\e recht in onbruik is geraakt en daarom is teniet gegaan, niettemin een m'odcrn recht van angarie erkennen, dat zeker voor de neutralen niet minder drukkend is. Dit moderne recht zou bestaan in de bevoegdheid, de neutrale schepen legen dadelijk te betalen schadeloosstelling te dnteigenen en ten eigen behoeve te ge bruiken. Dit moderne recht nu vond en \5ndt zijne krachtigste verdedigers bij de Duit- sche schrijvers, al wordt het ook door anderen bestreden 'als een „struikroo- versmethode" volgens den term van den Amerikaanschen schrijver Lawrence. Plaatsen wij ons nu echter op den grondslag van dit buitensporige recht, is dan wat Wilson Tioet, daardoor ge rechtvaardigd Verre van dien. Zij, die het recht erkennen, Hen erin een uit vloeisel, een laatste consequentie van de Oorlogsnoodzaak, d. w. z. erkennen het alleen, wanneer het gebruik maken ervan ingeval van dringenden nood onver mijdelijk schijnt, zooals Philimore zegt. wanneer een oorlogvoerende in een con creet geval zich zoude bevinden, in den- zelfden toestand „die een persoon zou dwingen om het paard of de wapens -fan zijn buurman te gebruiken ten einde zijn leven te verdedigen." Zoo zou 'het dus kunnen zijïi, dat ter uiterste verdediging van een of andere militaire posjb'e, die van beslissjend gewicht is, een neutraal schip zou moeten worden gebruikt, om dat anders die positie zou verloren gaan; in zoodanig geval kennen dan de noemde schrijvers den oorlogvoerende het recht toe, dat schip tegen schadï- loosslellingi n bezjt te nemen. Iioe ver staat dus wat Wilspn gaat doen, nog af van dit recht! Het gaat im mers niet om een bepaald schip, «lat hij uit dringenden nood wel moet in beslag nemen; neen, hij eigent zich eenvoudig al onze schepen, die in Amerikaansche ha vens liggen, toe, met gben ander doel dan om zooveel mogelijk de neutrale krachten, die hij in zijne macht heeft aan de Amerikaansche oorlogsdoelein den dienstbaar te maken. Daarmede schendt hij de grondbeginselen Van het neutraliteitsrecht en pleegt hijroof. Er is nog iets anders dat ons deze ont eigening als het meest gfrove onrecht doet beschouwen. Onze schepen -n Ame rika lagen daar reeds, vóór Amerika in den oorlog kwam, waren of werden reeds toen. beladen met graan en grond stoffen, door onze importeurs van de Amerikanen gekocht en aan hen betaald ora ze naar ons land te vervoeren. De goede trouw in het verkeer der volken, waarvoor Wilson zoo dikwijls gezegd heeft te strijden, bracht dus met zich, dat men ze ook liet uilvaren. Wanneet- men in aanmerking neemt, dat ter twee de Vredesconferentie zelfs is bepaald, dat het wensehelyk is, dat aan vijan delijke handelsvaartuigen, die bij het uil- breken van den oorlog 'zich in de ha vens bevinden, vergund worde vrij te vertrekken, lean men begrijpen, in welk» mate Amerika de goede trouw te onzen opzichte heeft geschonden. Het heeft on ze schepen een jaar lang vastgehouden, door hun z.g. de noodige bunkerkolen te onthouden, wat ons reeds ontzettende sommen heeft gekost, en thans; neemt het ze ons eenvoudig af. Neen, bel volksiuslinct gevoelt het maar al le goed wal daar ginds in waarheid plaats vindt het is roof-tegen-belaling. KA.IieilOVBaSICHT. Tweed* Kamer. Zittingen van Donderdag en Vrijdag. In de zitting' van Donderdag waaraan we in ons vorig nummer door plaats gebrek geen aandacht konden wijden, hadden de replieken over de distributie rvrij algemeen het karakter van een aandrang om de situatie niet te ver scherpen, maar integendeel een,' crisis te voorkomen. De heer Mardhant droeg daar in het bijzonder toe bij. Hij meende dat een raadsman van de Kroon onder de huidigte omstandigheden zijn post niet kan verlaten. Een uitspraak tegen den Minister van Landbouw zou trouwens het heele kabinet treffen, en zou boven dien zoo'n heterogene meerderheid heb ben dat daaraan gCen slotsom zou zijn vast te knoopen. Hij wilde den aan drang van den voorzitter van den Mi nisterraad tot gemeen overleg' "helpen bevorderen, en met dat doel stelde bij een motie voor, waarin de Kamer: van oordeel 1o. dat ter wille van "de rechtsf- zekerheid de instelling van een Raad van Beroep met administratieve rechts spraak in crisiszaken noodzakelijk is; 2o. dat alle gezagsorganen in dat van overheidswege georganiseerde of ge controleerde bedrijfsleven een ambtelijk barakter behooren te hebben en hunne financiën als rijksfinianciën behooren te worden beschouwd; 3o. dal de rantsocneering^ in teven behoeften algemeen behoort 'te werken, er bij de regeering op aan dringt on*- vcrwijld maatregelen te nemen om in deze 'onderwerpen te voorzien. Een aandrang van gelijk soortigenaard kwam van een antipode van den Vrijz. Dem. leider, n.l. van den heer Tier Spill. Eveneens deze wilde een crisis, ook een partieel©, vermijden en stelde daartoe een motie voor. Hij voegde er dadelijk bij, dat het allerminst zijn bedoeling is om den heer Marchant of iemand anders een vlieg af te vangton. Vindt de regeering de motie-Marchant meer aannemelijk dan zou hij zich aansluiten bij de motie1- Marchant. Hoofdzaak moot zijn, dat de motie wordt aanvaard door de geheele regeering. De zaak. waarom het hem te doen was, is te doen uitkomen, dat de Kamer wenscht eenheid in de re giering en overeenstemming met de Ka mer. i Deze motie spreekt als oordeel nit dat bij de zeer buitengewone om) ■handigheden der laatste dagen e©^ge heele of gedeeltelijke rBgceringscrisis' niet kan zijn in 'slands belang; dal de drclgtonde voedsolnood krach tiger bevordering' der productie' eta ver betering' in de organisatie der distribu tie, gepaard nan vollediger regeling en, bescherming der individueel© belangen cp den grondslag ran het recht vrej?- schelijk maalct; dat de te treffen voorzieningen, zoog Wel wat betreft de organisatie als wat betreft de kosten, zooveel mogelijk op den vermoedelijken duur van den nood toestand berekend moeten zijn; en spreekt den wensch uit dat, bij .voortdurend overleg' tussehen en sa{- monwerking van de hoofden' der ver schillende departementen van algemeen bestuur, de regeering1 onverwijld een herziening en ordening van de bevor dering der productie en van de d|istri- tie zal voorbereiden; en gaat over tot de .orde ,van den dag. Maar nog was het niet gedaan met dc moties. Aan het eind dezer zitting kwam de heer v. d. Tétmpefl met een motie. Maar dit was er ©en van geheel anderen aard. Zij bevatte het „minimum-programma" der sociaaldemo craten en vroeg: inbeslagneming en distributie van alle eetbare vetten, «listri- bulie van göedkoop rundvlcesch; uiati- mnmprijzen voor schoeisel en reparaties werk, onteigening der voorraden nianes facturen: beschikbaarstelling van onder en bovenkleedmg'; een minimumranlsoen brandstoffen aan de houders van een of twee haardsteden tegen de prijzen van vóór den oorlog; en in, ieder geval géén verhooging der maximumprijzen. r s e Het was met de moties echter nog «iet uit. want in de zitting van Vrijdag kwam ook dc heer Sanne s er met een, toien de heer van der Voort van Zijp, en eindelijk ook nog een van den heer O 11 o. Die van den heer Sanues vraagt ver andering in dien zin: «lat onder leiding der regeering en met medewerking van de gemeenten, van de organisaties vant ondernemers en arbeiders en van de be drijven en de coöperaties, dc voorlbren-' - ging planmatig naar dc behoeften des volks wordt geregeld; met wering voorts van iporlogswinst en woekerprij zen. Die van den heer v. cl. Voort van) 7. ij p spreekt de weuscheiijkheid uit van bevordering van de productie van voe dingsmiddelen door verbetering van de ganisatie op den grondslag van overleg! met de bestaande organisatiesvan ont eigening om opdrijving van prijzen tegen le gaan; van de gelegenheid tot beroep in alle crisiszaken; van een verantwoor delijkheid voor de uitvoering, onder aan sprakelijkheid van den Minister, in han den van ambtenaren, met de leiding be last; van een algemeene ranlsocneering ran een distributie, welke naar omstan digheden zal zijn uit te breiden. En eindelijk kwam de heer 011 o zich' tegen den geest van verzoening verklaren door een motie regelrecht tegen Minis ter Posthuma, nl. door uit le spreken dat hem niet langer meer het beleid dier Ie- ensmiddclenvoorziening moet worden opgedragen. Zij bleek alleen ondersteund te worden door de heeren Nierstrasz en Eerdmans, en toen trok de voorsteller haai' in om cr henen mee terug te komen. Wat het lot der andere moties zal zijn. kan misschien vandaag blijken, want bij uitzondering vergadert de Kamer ook op een Zaterdag. NEDERLAND EN DB OORLOG. Verbl ij'fsbe palingen. De opperbevelh. van land- en zeem. heeft den toegang tot en verblijf binnen het geheele in staat van beleg verklaard© gedeelte van Nederland ontzegd aan E. f. Ricbe geboren 18 Juni 1896 te Tauehe (Saksen) wonende le Zedz ..Sak sen) laatst verblijf houdende te Amsteri van Duitsche nationaliteit, zulks omdat zijn verblijf in dat gebied moef worden geacht te zijn gevaarlijk vooc de rust en algemeene veiligheid. De commandant der stelling' van do monden der Maas en der Schelde heeft wegens het betrokken zijn bij den smokkelhandel het verblijf in zijn g©- zagsgebiod ontzegd aan: E. Braeke, geb. 12 Oct. 1898 te 'Sl. Laureins ;B.) wor nende to St. Kruis; R. C. Andries, g©b, 15 Jan. 1895 te Ecloo (B.), wonende te St. Kruis, F. van. Damme, geb. 13 Dec, 1896 te Malline (N. Amerika) wonende te IJzendijke; Wi S. Snaep, gteb. 28 Juni 1883 tc Sedeghem (B.) wonend© te IJzendijke, allen Belgen en( aan de Nederlanders Ch. M. Boelaert, geb. 22 Sept 1896 de Eede wonende aldaar, Laridaen, eebtgenoote van J F. Maas, geb. Mei 1883 te Sluis, wonende jildaar, P. J. Verplanke, geb. 14 Maart 1880 te Aardenburg wonende te "Sluis. U I. Leers wed. L*. Heijteis geb. 28 Juni 1881 te E«ïde wonend© te Sluis, Th. de Clerck geb. '24 "Jan. 1888 te Aardenburg' "Wonende aldaarP. E. de Clerck, geb. 25 Jatt. 1883 te AaTV denburp wonende aldaar, J. J. de Clerk geb. 0 Juni 1875 te Aardenburg wof- nende aldaar en J. F. Maes ,'gBb. 28 Dec. 1B88 te Sluis wonende te Eed*.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1918 | | pagina 1