MIDDELfilRRSCHE COURANT.
FEUILLETON.
No 42.
Dinsdag 19 Fsbruari 1918
161« Jaargang.
A bom». prlja per kwarfca* in Hid-
delbw? nb|d* w&*toa ia «WQa
B« Go*? fUW; per po* ll.7«.
Adrertonltes 20 ««a1 po<
Bij abomaaBV* vo«I Bfcer.
Fsra*Nbflri «Ken en
van 1—7 f 1.50.
Bovfttuw adrertBntiep*#ö*i wWÖN»
met 20$ tiriobr^ verkwgd.
B11IERII1E
TEN DERDEN MALE.
WoMneer veelheid van woorden een
krnmerk is van ernstige wrijving, dan is
ook dat symptoom duidelijk in de kwestie
der levensmiddelen-distributie. De regel
is, dat er na een eindverslag van de
Commissie, van rapporteurs der Kamer
niets meer schriftelijk volgt, oan bij uitr
eendering een korte inlichting op een
vraag. Maar de Minister vap Landbouw,
die reeds stapels papieren aan de Kamer
voorlegde, eerst in de Memorie van Toe
lichting en toen in de Mem. van Ant
woord, heeft hef nu noodig geacht op de
vragen in het Eindverslag ten derde male
aan oe Kamer een nota voor te leggen,
die twee volle pagina's van de ochtend
bladen neslaat.
We hopen hieronder in het kort de
«trekking van die mededeelingen weer
te geven.
Algcmeene beschou
wingen.
Na een weerlegging van het verwijl,
dal hij net dadelijk na het mondeling
overleg met de oommissie van rappor
teurs i.an het werk is gegaan, bespreekt
Ide Minister de vraag van een commissie
van onderzoek of van enquête. Hij mieent
dat de door hem bedoelde commissie
eenvoudiger en huiselijker te werk kan
gaan, maar heeft legen een commissie
van enquête geen bezwaar.
De minister geeft toe, dat een memorie
van antwoord niet anders mag zijn dan
het uitvloeisel van het streven om eerlijk
en onomwonden een juiste voorstelling
van zaken te- geven en het doet hem
leed, dat de commissie van rapporteurs
niet gevoeld heeft, dal zijn "bedoeling
nimmer een andere kah zijn geweest, dan
deKamer zoo volkomen en eerlijk als
mogelijk is voor tc lichten.
De peulvruchten.
In een zeer gedetailleerd overzicht gaat
de Minister de geschiedenis na van maat
regelen inzake de peulvruchten, in ant
woord op de afzonderlijke nota van den
heer v Beresteijn. We moeten ons be
palen tot de volgênde samenvatting van
het (uitvoerige beloog:
lo. het restant van den peulvruchlen-
ooglst 1015 ad 154 640 balen (de 156.000
halen in de nota van den heer v. Berc
steijn) kosten aan den Staat met inbegrip
van rente, veemhuur, assurantie, bewer-
fiingskosten enz. f 7.380.662.46 en niet,
zooals de heer van Beresteijn becijfert
f 24.991.855,
2o. hel verlies op dit restant geleden
of nog ,e lijaen bedraagt, naar zonder op
dit oogenblik na nauwgezette bestudee
ring der cijfers is vast te stellen,
f 4.103 588.70 en wel inclusief het ver
lies op de di tributie van rond f 975 000,
hetwelk ook zonder die overname ware
geleden en niet, zooals _de heer van
Beresteijn aangeeft f 10.789.655;
9o. de berekening van den heer van
Beresteijn, waarin deze komt tot genoemd
verlies ad f 10.789.655 berust op een
een Örpgredeneering, doordien hij als kost
prijs van eene aangekochte partij niet
aanneemt den werkelijk betaalden prijs
plus onKosten, doch het bedrag hetwelk
bij uitvoer deze partij had kunnen op
brengen
4o. ue overneming van het restant
van den oogst 1915 was een gebiedende
noodzakelijkheid; de voeding vanmensch
en dier wordt beter gediend door duur
voedsel dan door geld zonder voedsel. Dc
vooruitzichten van de binnenlandschd
voedselvoorziening wettigden- geen uit
voer, en het voedsel is gebleken voor
mensch en dier beide noodig te zijn;
5o. uit den oogst 1916 is het maxi
mum voor menschelijke voeding verkre-
kregen, hetwelk redelijkerwijze was te
verwachten;
6o. de raming omtrent de kosten van
de peulvruchtenvoorziening 1918 en na
jaar 1917 '"s roo juist mogelijk genomen
en daarin is geen bedrag begrepen, het
welk zal kunnen worden gebruikt om
andere schadeposten te betalen zonder*
dal het parlement daartoe zijn toestem
ming heeft gegeven.
De kaaskwestie.
Eveti uitvoerig beantwoordt de Minis
ter de beweringen van den heer Van Be
resteijn in zijn 12 Dec. gehouden reae
over de kaaskwestie.
De Minister stelt daarbij voorop dat ge
heel zijn optreden tegenover de Kaas-
vereeniging moet worden, bezien uit het
licht van de zorg voor do consumptie
melk, n.l. do voorkoming van de noodlot
tige gevolgen die een sterker kaaspro
ductie ten nadeele der consumptie zon
hebben gehad;
De Minister blijft overtuigd, dat le te
genover de Kaasvereeniginig gevolgde weg
de juiste is geweest om het beoogde
doel liet voorkomen dat de verwerking
van melk tot kaas voordeeliger zou zijn
dan het leveren van consumptiemelk - -
te bereiken.
De indiening van een vordering, waarbij'
men bij den opzet van dubieuze cijfers
aan 'den veiligen hoogen kant bleef, heeft
klaarblijkelijk zijn uitwerking niet gemist,
De Minister lean niet nalaten er de aau-
daclit op te vestigen, dat het eene oogen
blik tot hem liet verwijt wordt gericht
dat er mot 's rijks millioenen lichtzinnig
wordt omgesprongen ten faveure van be
langhebbenden (b.v. bij de peulvruchten)
terwijl bij de kaas hem tot grief wond
gemaakt, dat hij en zijne organen ué be-1
langhebbenden wal men noemt bet vel
over de ooren" hebben trachten te halen
In beide gevallen heeft de Minister
getracht de omstandigheden naar waardje
te schatten en tegelijkertijd de belangen
van. 's rijks schatkist-, zooveel als in zijn
vermogen was, te behartigen.
Ten opzichte van den uitvoer der kaas
ontkent de Minister dat daarmee, zooals
de heer Van Beresteijn beweerde, ren
aanzienlijk verlies van 's Rijks; schatkist
gemoeid is geweest.
Bij de onderhandelingen met d£ Duit-
sche heeren is, zooals ook bij ie voorbo
spreking als de meesit 'juiste methoue
aangegeven was, oorspronkelijk de le le
veren hoeveelheid kaas ais één gehr-^l
behandeld: cén totale te leveren, hoe
veelheid tegen één en denzelfden prijs.
Later zijn echter wegens gerezen l»e-
zwaren, drie verschillende prijzen voor
drie productie-, respectievelijk levering
perioden vastgesteld en wel zoodanig d it
niettegenstaande deze verschillende prij*
zen de doorsneeprijs voor de totale hoe
veelheden geen verandering onderging
liet ligt voor de hand, dat wanneer de
tegen den laagsten prijs te leveren hoe
veelheid op minder dan pi. m. 3000 ton
was aangenomen, de prijsbepaling vo >r
de(oiverige perioden evenredig lager zoude
zijn geworden.
Bote r-E x p o F t.
■Terloops beanfwWbrdt de Mini der ook
de bewering van den beer Van Bere
steijn dat de belanghebbenden, die ide
N. U. M. niet wel gezind zijn er voor
gezorgd zouden hebben „dat er zoo-»
veel mogelijk uitvliegt vóór de *N. U. M.
■werkt", blijkend hieruit dat er vóór
1 Jan. 4000 ton boter uitging en van
1 Jan. tot 1 April slechts 1000 ton.
De Minister wijst e®. Op 'dat gfedu-
DB (JOUDEN SLEUTEL,
naar het Engelsch
door L. G. MOBERLEY.
HOOFDSTUK I
HetOngeluk
Miles Harding, de dokter met de druk
ste praktijk in het dorp Grantley en om
geving, trok zijn stoel dichter bij het
raam, stak zijn pijp nan en nam het laat
ste nummer op van een medisch tijd
schrift. Het raam van zijn studeerkamer
stond wijd open, de Julilucht was wel-
riekena van rozengeur, rozen die den
tuin van deii dokter in het heele district
beroemd maakten. Niet dat de menschen
over het algemeen toestemming "kregen
den Inln binnen te treden: heel enkelen
slechts, menschen die plezier hadden in
luimeren evenals hij. Want Harding hield
niet van zijn medemenschen en tenzij ze
ambtshalve by hem aan huis kwamen,
werd er zeer zelden bezoek toegelaten
in de „Vier Hoekjes". In den regel ont-
vinU h(j rijn patiënten In hetgeen hff rijn
rende de drie eerste maanden van het
jaar de boter-Jproductie altijd heel wei
nig beteekent. Bovendien kan die 4000
ton waarvan bij 't aanvaarden der ver
plichting tot uitvoer reeds 1500 ton
aanwezig was, gemakkelijk worden aan*
gegaan, daar de belangrijke daling van
de melkgift eerst tegen het midden van
December verwacht werd, wat "ook is
gebeurd.
De uitlating van den heer
Schim van dor T/oeff.
Ten slotte wenscht de minister nog
een enkel woord te zeggen naar aan-)
leiding van het door den heer Van
Bereslyn gezegde van een lid der conn
missie van. Bijstand, door hem met
(name genoemd.
De heer Schimm van der T.oeff her
innert zich wel het gesprek zelf, docii
niet woordelijk het gesprokene met de
heeren Hibma en Kooistra. De laat
ste deelde hem schriftelijk mede, dat
hij zich in geen geval de kraciif-
uildrukking herinnerdedie door den
heer Van Berestejijn naar voren is
gebracht. „Dat u dit woord gebruikt
heeft, herinner ik mij niet en ook de
heer Hibma heeft mij later gezegd, dat
hij daarvoor geen eed kan doem.Szoa
gehrijft de heer ICooistra, die hieraan
toevoegt: „het (gesprek) maakte op mij
gteen anderen rndruk dan dat u per
soonlijk niet veel voor de zaak ge-1
voelde! en als zoodanig heb ik het ook'
beschouwd zonder verdere "beteekenis."
Intusschen heeft de beer Schim van
der Loeff aan "den minister hiedeae--
dceld te betreuren, dat hij in welke
bewoordingen dan ook zich in een ge
sprek." dat geheel toevallig en terloops
werd gevoerd, minder voorzichtig heeft
uitgelaten.
De minister hecht er echter waarde
aan hieraan toe te voegen dat hij zelf
genoemden heer geen verwijt ten deze
wenscht te maken. Hij vindt het vol-,
komen begrijpelijk, dat uit een gevoel
van rechtvaardigheid genoemde lieer, die
geheel had medegemaakt de besprekin
gen met de Kaasvereeniging, bij welke
om de bekende redenen (teenerlei toe
gevendheid ook ten opzichte der be-
drijfsmarges dezerzijds mocht worden be
tracht, in opstand kwam tegen 'de moge-i,
lijkheid, om, nadat eindelijk overeen
stemming was bereikt, nieuwe lasten op
dezelfde personen le leggen zonder eenigo
compensatie. De minister zelf, die floor
zijn plichten herhaaldelijk tot hard op-
den gedwongen wordt, wenscht niet de
billijkheid en rechtvaardigheid uit het
oog te verliezen en verwacht ook van
zijne organen niet anders dan dat de
„fairness" en „fairplay", op welke wi/
onzerzijds tegenover anderen een beroep
doen, ook door hen betracht worden.
De gewraakte uitlating moet z.i. in dit
licht bevorderd worden.
wenschte gevolgen met zich heeft mede
gebracht. Iladdo de Minister dien ongun-
stigen afloop te voren met zekerheid voor
zien, dan zoude hij niet geaarzeld heb
ben reeds eerder het onderwerpelyk wets
ontwerp aanhangig te maken.
De Minister is, zeer bijzondere omstan
digheden voorbehouden, niet voor
nemens aan het overgeërfde gebruik
van huisslachting eenige moei
lijkheid in den weg te lejggen
Het slachtverbod, toegepast op liuisr
slachtingen pp de aangegeven Wijze zal
niet leiden tot stopzetting of inkrimping
der varkensfokkerij, die inkrimping is
echter, doch onafhankelijk van het slacht
verbod, reeds ingetreden, als gevolg van
tal van andere oorzaken waaronder de
voedermoeilijkheid een alles overhee r-
scliende plaats innpemt.
BOND VAN VRIJZINNIGE
PROPAGANDAVEREENIGINGEN IN
NEDERLAND.
In de vergadering van bovengenoem
den Boud, Zondag le 's-Gravenhage ge
houden, werd na eenige besprekingen de
vofgende i ostuursmotic aangenomen
De vergadering, enz.; gezien de gewij
zigde poliliéke constellatie, welke het
den Bond onmogelijk maakt praktische
propaganda naar builen te maken; be
sluit voorloopig deze propaganda op te
schor tea, in afwachting van de ontwikke
ling van de staatkundige verbindingen in
ons land; en draagt het bestuur op zoo
spoedig mogelijk opnieuw te overwegen,
wat den Bowl in dezen te doen staat en
dan met desbetreffende voorstellen bij
de aangesloten vereenigingen te komen.
DE BEPALINGEN BETREFFENDE IIET
SLACHTEN.
Het voorloopig verslag, beantwoorden
de betreffende het wetsontwerp houdend
bepalingen betreffende het slachten \^n
paarden, runderen, schapen en varkens
vestigt de Minister van Landbouw er dö
bijzondere aandacht Dp, dat het dpel van
het wetsontwerp in de eerste plaats ver
band houdt met de belangen van on zo
vetvoorziening. De Minister heeft gemeend
dat de onmisbare contr61e slechts,, afdoen
de Ivan zijn door een absoluut slacht
verbod met mogelijkheid van dispensatie.
Eerst heeft hij overwogen op andere
wij'ze die controle te verkrijgen, maar 'le
ervaring heeft don Minisjer tot zijn leed
wezen geleerd dat een "wettelijk slacht
verbod niet kan worden gemist; en Ie
Minister kan njet ontkennen, dat bet feit
dat de aangewende pogingen om aan het
daaraan verbonden bezwaar te ontkomen
zonder resultaat zijn gebleven, onge-
paliêutenkamer noemde, een vertrek dat
uitkwam in zijn studeerkamer, waar hij
nu zot, en daar de ramen van de pa-
lièntenkamer uitzagen op den weg, kon
men van daar niets bespeuren van den
schitterenden tuin, waarin Harding nu
en dan een blik sloeg als nij opkeek van
zijn vakblad. En hij hiéf het hoofd dik
wijls op om met voldoening naar de
weelde van bloemen op zijn stamrozen te
kijken; naar de allerliefste ramblers, die
in een kleurrijken vloed over zuilen en
pergola vielen, op den overvloed van
kleur en liefelijkheid, die zijn lüin tot
een wellust maakte.
JJij was een zeer bekwaam geneesheer,
meer op de hoogte van zijn tijd en een
man van een ander type dan de gewone
plattelandsdokter; waarschijnlijk om die
reden kou hij zich beroemen op de
meest uitgebreide praktijk van mijlen in
den omtrekmaar als mensch had hij
weinie or geen genegenheid verworven in
de drie jaren, die hij in Grantley had
doorgebracht.
Er was een zekere norschheid in zijn
gezicht; zijn blauwe pogen waren zeer
koel, zeer kalm van uitdrukking; de
trekken om zijn mond getuigden van een
lieersetuUchtigen aard. die in wreedheid
NEDERLAND EN DE OORLOG.
De hommen by Sluii.
Men schrijft ons
De heldere maannachten der laatste
dagen deden de vliegers weer in actie
komen. Zaterdagavond hoorde men on
ophoudelijk vliegmachines boven België
ronken en telkens zag men de magne-t
sium-lichtkogels in lange ritsen de hoog
te ingaan. Vooral werd de aandacht
getrokken door een nieuw sootl lichH
ikogels.
Deze ziet men niet van af denarend
in - de hoogte gaan, aocli op een zer
ker oogenblik spat hoog in de lucht
jets uit elkaar, en elk der deeltjes
blijkt een lichtkogel te zijn; deze licht
jes blijven geruimen tijd in groot aantal in
eikaars nabijheid hangen, vóór zij uih
aooven en vormen een volmaakt vuur
werk, vooral als de lange rijen gewone
lichlkogels a. h. w. verbinding geven
met den grond en de groengele flik*,
keringen der springende granaten links
en rechts, boven en onder het ver-i
lichte luchtvak, het effect verhoogOni
Zondagavond zelfde spel. Velen, naar
buiten geroepen door het dreunen van
jhet afweergeschut, richtten hun blikken
naar het Zuidwesten om het vuurwerk
en vooral de nieuwe lichlkogels te zien.
st schreef Ik: „om zich te ver
lustigen in het fantastisch dpfel der
flikkerende lichtjes, die gCruischloos de
lucht in glijden, boven even tintelen
en dan sterven". Doch dat zou bed
zijden de waarheid zijn, want, hoe
gehoon het gezicht ook wezen nu
men kan er zich onmogelijk in „ver
lustigen", als men even dieper door-1
denkt. Als men denkt, Waartoe dat
vuurwerk dient, waarvóór het noodig
is. Neen, de toeschouwers laten telkens
na een eerstB uiting van bewondering
direct teekenen van afschuw h ooren,
„Wat zal 't van nacht wezen?" „Hoe
lang zal 't nog duren?" Wat zal 't kie
zen zomer zijn, als er duizenden Ame-
rikaansche vliegers bij komen?" en der
gelijke verzuchtingen hoort men, terwijl
kon overgaan wanneer hij niet goed in
bedwang werd gehouden; zijn glimlach
ken zeer sarcastisch wezen en meer dan
e< ns had hij zich -vijanden gemaakt door
zijn sarcasme. Hij zag de menschen niet
naar de oogen en de twee groote grond
bezitters, wier landgoederen bet geheele
kerspol bevatten en hij, mochten elkaar
volstrekt niet lyden. De landeigenaars
prefereerden het soort platlelandsgene.es-
heeren, die hen met eerbied behandelden
en met het ontzag, dat men naar hun in
zicht verschuldigd was aan hun stand
en rijkdom. Maar het lag niet in Miles
Hardiim lijn om voor iemand ontzag te
koest-'ren, hoe rijk en voornaam hij ook
wezen mocht; hij was een man van ge
decideerde begrippen en deze begrippen
volgde hij tot de logische slotsom Toe
met ecu onveranderlijke minachting voor
de verschillende inzichten van anderen.
De Juliavond was stil en drukkend.
Zware donderwolken hingen aan den ho
rizon, geen blad bewoog in den tuin, en
van den stoffigen 'straatweg tan gene zijde
van de heg was "ieder geluid duidelijk
hoorbaar. Een blaffende hond, een
schreeuwend kind, het rammelen van
een wagen al die geluiden bereikten
Hartling» oor door zijn vreedzamen re-
het spel güids over oe grens in volle»
gang is.
Eenige slagen, anÖers "dan kanon
gebulder, deden even over achten Sbus
opschrikken. Dat waren bommen' ver
moedelijk even over de grens. Daan»
weer motorgeronk en dreunen van 'l
afweergeschut. Later in den avond nog?
En velen gingen voor de zóó veels te
maal met een beklemd hart ter rust».
Maandagmorgen hoorde men 't nieuws,
De bommen waren op Nederlandseb gp-t
bied gevallen en wel op de weid»
aclïtcr de woning van den lieer J Pla«-
schaert, langs 't kanaal van Sluis naar
Brugge. Daar liggen ze in een rij, tie
acht gaten, in den grond geslagen. D»
hoornen in de nabijheid zijn beschadigd
door de wegspringende scherven; stuk
jes zijn diep in de stammen gedron
gen. Overigens is er geen schade van
beteekenis.
De bommen schijnen van klein kali
ber geweest te zijn, althans de putten
in den grond zijn van geringen om
vang. Men heeft reeds veel deelen e»
scherven gevonden op de plaats de»
onheils en, naar verluidt, zou men ?ete
gevonden hebben, dal op een Fransch
"merk duidt.
Het weiland was geheel bedekt met
vlas, dat ter droging in zoogenaamde
kapellen" stond. Misschien heeft de
bommenwerper deze „kapellen" aanga-
zien Voor een tentenkamp of voor daar
gelegerde militairen. Als- hij niet door
zoo iets misleid is, danja^
dan'heeft hij zijn bommen koo
maar op Iuk-raak-manier gegooid om
ze kwijt te wezen.
De Russische fondsen.
Reuter meldt uit Petrograd
De vertegenwoordigers van 19 go
allieerde en neutrale staten bijeengekoH
men in de Amerikaansche ambassade,
hebben een nota geteekend, waarin zij
aan het bolsjcwikische departement van
buitenlandsehe zaken "mededeelen, dat
zij alle besluiten van de regeering tof
annaulatle van staatsleeningCn, verbeurd
verklaring' van eigendom enz. als niet
bestaande beschouwen voor zoover het
de belangen van buitenlandsche onder
danen aangaat.
En verder dat hunne regeeringen zich
hel rechtvoorbehouden omv wanneer
dit noodig zullen achten, voldoening en
vergoeding te eischen voor alle schade,
die voor vreemde staten in bet algen
meen en voor hunne in Rusland ver
blijvende onderdanen mochten voort
vloeien uit de uitvoering dezer beslui»
ten.
De nota is overhandigd
De 'k o 1 e n v o of r z i e n i n g der vfis-
schers vloot.
Bij eenige besprekingen tusschen nto
(bestuur der Vereeniging van Ree der b
van visschersvaartuigen en het rijksko*
lenbureau is de toezegging verkregen,
dat voor het bunkeren der stoomvis-i
schersvaartuigien na het opheffen va*
het uitvaarverbod gerekend kan worden
op vijftig precent van het gebruik in
normale tijden.
Hierdoor zou dus feitelijk "de bel ft
van de stoom vloot doorloopend in id«
vaart kunnen worden gjehouden.
Burgerlijke dienstplicht.
Eerlang is de indiening bij de Tweed;»
Kamer tc verwachten van hel wetsont
werp tot Invoering van den burgerlijken
dienstplicht.
Cetaenjt.
Volgens de Tel. zullen er dezer dagen
tusschen. onze regeering en de Duitsche
regeering onderhandelingen aanvangen
over den invoer in; ons land van 50
miljoen KG. cement.
zentuin heen, en telkens hoorde hij het
rollen van den donder over de verwij
derde heuvels.
„Er is goddink geen kans dat ik van
avond uilgeroepen word", dacht hij, „we
krijgen zwaar weer en ik ben in elk geval
zoo moe als een hond." Met deze ge
dachte zette hij zich nog wat gemakke
lijker in zijn leuningstoel neer en maakte
zicli juist gereed zich te verdiepen ra
zijn tijdschrift, toen het geraas van een
motor voor een oogenblik het rommelen
van qcïi ververwijderden donder verdrong
en een oogenblik later hoorde hij een
auto voor zijn deur stil houden,
„Mevrouw Derfield vraagt u te spre
ken, mijnheer."
Andries, zijn knecht en algemeen fac
totum, verscheen op den drempel; „zjj
verzocht mij h te zeggen, dat zij die
zuster iï ran Sir Luke Framley. Zal ik
haar hier binnenlaten?"
„Neen, zeker niet," luidde het korte
antwoord, „ik zal haar in de patiënten-
kame£ ontvangen evenals *lLe andere pa
tiënten". En toen Andries eenigszins te
leurgesteld heenging, voegde de dokter
er zachtjes bij: „Wat komt die vrouw
hier doen? Tk kan aristocratische vrou
wen in mjjn huio niet uitstaan."
Zijn gelaat nam zijn strengste en meest
ontoegankelijke uitdrukking aan toen hjj
een oogenblik later zijn patiëntenkamer
binnentrad, waar een klein, net gekleed
dametje hem vlug tegemoet kwam.
„Zou u zoo goed willen wezen dade
lijk met mij mee te gaan", zei ze adem
loos zonder de gewone begroeting. „Ik
ben hier alleen naar toe komen rijden
zonder chauffeur en ik wou u dadelijk
mee terug nemen. Er is geloof ik geen
minuut le verliezen; het is een quaestie
van leven en dood Ik kom expres vooï
u." Zij' sprak opgewonden, geagiteerd; i*
haar agitatie legde zij haar hand op Har-
nings arm; zij zag doodsbleek, haat
oogen stonden zeer bezorgd
„Is er haast bij het geval", vroeg Har
ding kortaf; is er iemand ziek op da
Hall?'
s,Er is een ongeluk gebeurd. Er kwam
een rijtuigje aan op den weg van het
station en het paard schrikte voor dü
auto van mijn broer. Het rijtuig deed
een leeiijke buiteling, de arme dam*
die er in zat werd gewond. Ik geloof?
dat zij zich ieelijk bezeerd heeft. Wilt
lu *lt» 't n blieft dadelijk "komen?"
("Wordt vervotlgd).