MIDDELfilRRSCHE COURANT. FEUILLETON. No 42. Dinsdag 19 Fsbruari 1918 161« Jaargang. A bom». prlja per kwarfca* in Hid- delbw? nb|d* w&*toa ia «WQa B« Go*? fUW; per po* ll.7«. Adrertonltes 20 ««a1 po< Bij abomaaBV* vo«I Bfcer. Fsra*Nbflri «Ken en van 1—7 f 1.50. Bovfttuw adrertBntiep*#ö*i wWÖN» met 20$ tiriobr^ verkwgd. B11IERII1E TEN DERDEN MALE. WoMneer veelheid van woorden een krnmerk is van ernstige wrijving, dan is ook dat symptoom duidelijk in de kwestie der levensmiddelen-distributie. De regel is, dat er na een eindverslag van de Commissie, van rapporteurs der Kamer niets meer schriftelijk volgt, oan bij uitr eendering een korte inlichting op een vraag. Maar de Minister vap Landbouw, die reeds stapels papieren aan de Kamer voorlegde, eerst in de Memorie van Toe lichting en toen in de Mem. van Ant woord, heeft hef nu noodig geacht op de vragen in het Eindverslag ten derde male aan oe Kamer een nota voor te leggen, die twee volle pagina's van de ochtend bladen neslaat. We hopen hieronder in het kort de «trekking van die mededeelingen weer te geven. Algcmeene beschou wingen. Na een weerlegging van het verwijl, dal hij net dadelijk na het mondeling overleg met de oommissie van rappor teurs i.an het werk is gegaan, bespreekt Ide Minister de vraag van een commissie van onderzoek of van enquête. Hij mieent dat de door hem bedoelde commissie eenvoudiger en huiselijker te werk kan gaan, maar heeft legen een commissie van enquête geen bezwaar. De minister geeft toe, dat een memorie van antwoord niet anders mag zijn dan het uitvloeisel van het streven om eerlijk en onomwonden een juiste voorstelling van zaken te- geven en het doet hem leed, dat de commissie van rapporteurs niet gevoeld heeft, dal zijn "bedoeling nimmer een andere kah zijn geweest, dan deKamer zoo volkomen en eerlijk als mogelijk is voor tc lichten. De peulvruchten. In een zeer gedetailleerd overzicht gaat de Minister de geschiedenis na van maat regelen inzake de peulvruchten, in ant woord op de afzonderlijke nota van den heer v Beresteijn. We moeten ons be palen tot de volgênde samenvatting van het (uitvoerige beloog: lo. het restant van den peulvruchlen- ooglst 1015 ad 154 640 balen (de 156.000 halen in de nota van den heer v. Berc steijn) kosten aan den Staat met inbegrip van rente, veemhuur, assurantie, bewer- fiingskosten enz. f 7.380.662.46 en niet, zooals de heer van Beresteijn becijfert f 24.991.855, 2o. hel verlies op dit restant geleden of nog ,e lijaen bedraagt, naar zonder op dit oogenblik na nauwgezette bestudee ring der cijfers is vast te stellen, f 4.103 588.70 en wel inclusief het ver lies op de di tributie van rond f 975 000, hetwelk ook zonder die overname ware geleden en niet, zooals _de heer van Beresteijn aangeeft f 10.789.655; 9o. de berekening van den heer van Beresteijn, waarin deze komt tot genoemd verlies ad f 10.789.655 berust op een een Örpgredeneering, doordien hij als kost prijs van eene aangekochte partij niet aanneemt den werkelijk betaalden prijs plus onKosten, doch het bedrag hetwelk bij uitvoer deze partij had kunnen op brengen 4o. ue overneming van het restant van den oogst 1915 was een gebiedende noodzakelijkheid; de voeding vanmensch en dier wordt beter gediend door duur voedsel dan door geld zonder voedsel. Dc vooruitzichten van de binnenlandschd voedselvoorziening wettigden- geen uit voer, en het voedsel is gebleken voor mensch en dier beide noodig te zijn; 5o. uit den oogst 1916 is het maxi mum voor menschelijke voeding verkre- kregen, hetwelk redelijkerwijze was te verwachten; 6o. de raming omtrent de kosten van de peulvruchtenvoorziening 1918 en na jaar 1917 '"s roo juist mogelijk genomen en daarin is geen bedrag begrepen, het welk zal kunnen worden gebruikt om andere schadeposten te betalen zonder* dal het parlement daartoe zijn toestem ming heeft gegeven. De kaaskwestie. Eveti uitvoerig beantwoordt de Minis ter de beweringen van den heer Van Be resteijn in zijn 12 Dec. gehouden reae over de kaaskwestie. De Minister stelt daarbij voorop dat ge heel zijn optreden tegenover de Kaas- vereeniging moet worden, bezien uit het licht van de zorg voor do consumptie melk, n.l. do voorkoming van de noodlot tige gevolgen die een sterker kaaspro ductie ten nadeele der consumptie zon hebben gehad; De Minister blijft overtuigd, dat le te genover de Kaasvereeniginig gevolgde weg de juiste is geweest om het beoogde doel liet voorkomen dat de verwerking van melk tot kaas voordeeliger zou zijn dan het leveren van consumptiemelk - - te bereiken. De indiening van een vordering, waarbij' men bij den opzet van dubieuze cijfers aan 'den veiligen hoogen kant bleef, heeft klaarblijkelijk zijn uitwerking niet gemist, De Minister lean niet nalaten er de aau- daclit op te vestigen, dat het eene oogen blik tot hem liet verwijt wordt gericht dat er mot 's rijks millioenen lichtzinnig wordt omgesprongen ten faveure van be langhebbenden (b.v. bij de peulvruchten) terwijl bij de kaas hem tot grief wond gemaakt, dat hij en zijne organen ué be-1 langhebbenden wal men noemt bet vel over de ooren" hebben trachten te halen In beide gevallen heeft de Minister getracht de omstandigheden naar waardje te schatten en tegelijkertijd de belangen van. 's rijks schatkist-, zooveel als in zijn vermogen was, te behartigen. Ten opzichte van den uitvoer der kaas ontkent de Minister dat daarmee, zooals de heer Van Beresteijn beweerde, ren aanzienlijk verlies van 's Rijks; schatkist gemoeid is geweest. Bij de onderhandelingen met d£ Duit- sche heeren is, zooals ook bij ie voorbo spreking als de meesit 'juiste methoue aangegeven was, oorspronkelijk de le le veren hoeveelheid kaas ais één gehr-^l behandeld: cén totale te leveren, hoe veelheid tegen één en denzelfden prijs. Later zijn echter wegens gerezen l»e- zwaren, drie verschillende prijzen voor drie productie-, respectievelijk levering perioden vastgesteld en wel zoodanig d it niettegenstaande deze verschillende prij* zen de doorsneeprijs voor de totale hoe veelheden geen verandering onderging liet ligt voor de hand, dat wanneer de tegen den laagsten prijs te leveren hoe veelheid op minder dan pi. m. 3000 ton was aangenomen, de prijsbepaling vo >r de(oiverige perioden evenredig lager zoude zijn geworden. Bote r-E x p o F t. ■Terloops beanfwWbrdt de Mini der ook de bewering van den beer Van Bere steijn dat de belanghebbenden, die ide N. U. M. niet wel gezind zijn er voor gezorgd zouden hebben „dat er zoo-» veel mogelijk uitvliegt vóór de *N. U. M. ■werkt", blijkend hieruit dat er vóór 1 Jan. 4000 ton boter uitging en van 1 Jan. tot 1 April slechts 1000 ton. De Minister wijst e®. Op 'dat gfedu- DB (JOUDEN SLEUTEL, naar het Engelsch door L. G. MOBERLEY. HOOFDSTUK I HetOngeluk Miles Harding, de dokter met de druk ste praktijk in het dorp Grantley en om geving, trok zijn stoel dichter bij het raam, stak zijn pijp nan en nam het laat ste nummer op van een medisch tijd schrift. Het raam van zijn studeerkamer stond wijd open, de Julilucht was wel- riekena van rozengeur, rozen die den tuin van deii dokter in het heele district beroemd maakten. Niet dat de menschen over het algemeen toestemming "kregen den Inln binnen te treden: heel enkelen slechts, menschen die plezier hadden in luimeren evenals hij. Want Harding hield niet van zijn medemenschen en tenzij ze ambtshalve by hem aan huis kwamen, werd er zeer zelden bezoek toegelaten in de „Vier Hoekjes". In den regel ont- vinU h(j rijn patiënten In hetgeen hff rijn rende de drie eerste maanden van het jaar de boter-Jproductie altijd heel wei nig beteekent. Bovendien kan die 4000 ton waarvan bij 't aanvaarden der ver plichting tot uitvoer reeds 1500 ton aanwezig was, gemakkelijk worden aan* gegaan, daar de belangrijke daling van de melkgift eerst tegen het midden van December verwacht werd, wat "ook is gebeurd. De uitlating van den heer Schim van dor T/oeff. Ten slotte wenscht de minister nog een enkel woord te zeggen naar aan-) leiding van het door den heer Van Bereslyn gezegde van een lid der conn missie van. Bijstand, door hem met (name genoemd. De heer Schimm van der T.oeff her innert zich wel het gesprek zelf, docii niet woordelijk het gesprokene met de heeren Hibma en Kooistra. De laat ste deelde hem schriftelijk mede, dat hij zich in geen geval de kraciif- uildrukking herinnerdedie door den heer Van Berestejijn naar voren is gebracht. „Dat u dit woord gebruikt heeft, herinner ik mij niet en ook de heer Hibma heeft mij later gezegd, dat hij daarvoor geen eed kan doem.Szoa gehrijft de heer ICooistra, die hieraan toevoegt: „het (gesprek) maakte op mij gteen anderen rndruk dan dat u per soonlijk niet veel voor de zaak ge-1 voelde! en als zoodanig heb ik het ook' beschouwd zonder verdere "beteekenis." Intusschen heeft de beer Schim van der Loeff aan "den minister hiedeae-- dceld te betreuren, dat hij in welke bewoordingen dan ook zich in een ge sprek." dat geheel toevallig en terloops werd gevoerd, minder voorzichtig heeft uitgelaten. De minister hecht er echter waarde aan hieraan toe te voegen dat hij zelf genoemden heer geen verwijt ten deze wenscht te maken. Hij vindt het vol-, komen begrijpelijk, dat uit een gevoel van rechtvaardigheid genoemde lieer, die geheel had medegemaakt de besprekin gen met de Kaasvereeniging, bij welke om de bekende redenen (teenerlei toe gevendheid ook ten opzichte der be- drijfsmarges dezerzijds mocht worden be tracht, in opstand kwam tegen 'de moge-i, lijkheid, om, nadat eindelijk overeen stemming was bereikt, nieuwe lasten op dezelfde personen le leggen zonder eenigo compensatie. De minister zelf, die floor zijn plichten herhaaldelijk tot hard op- den gedwongen wordt, wenscht niet de billijkheid en rechtvaardigheid uit het oog te verliezen en verwacht ook van zijne organen niet anders dan dat de „fairness" en „fairplay", op welke wi/ onzerzijds tegenover anderen een beroep doen, ook door hen betracht worden. De gewraakte uitlating moet z.i. in dit licht bevorderd worden. wenschte gevolgen met zich heeft mede gebracht. Iladdo de Minister dien ongun- stigen afloop te voren met zekerheid voor zien, dan zoude hij niet geaarzeld heb ben reeds eerder het onderwerpelyk wets ontwerp aanhangig te maken. De Minister is, zeer bijzondere omstan digheden voorbehouden, niet voor nemens aan het overgeërfde gebruik van huisslachting eenige moei lijkheid in den weg te lejggen Het slachtverbod, toegepast op liuisr slachtingen pp de aangegeven Wijze zal niet leiden tot stopzetting of inkrimping der varkensfokkerij, die inkrimping is echter, doch onafhankelijk van het slacht verbod, reeds ingetreden, als gevolg van tal van andere oorzaken waaronder de voedermoeilijkheid een alles overhee r- scliende plaats innpemt. BOND VAN VRIJZINNIGE PROPAGANDAVEREENIGINGEN IN NEDERLAND. In de vergadering van bovengenoem den Boud, Zondag le 's-Gravenhage ge houden, werd na eenige besprekingen de vofgende i ostuursmotic aangenomen De vergadering, enz.; gezien de gewij zigde poliliéke constellatie, welke het den Bond onmogelijk maakt praktische propaganda naar builen te maken; be sluit voorloopig deze propaganda op te schor tea, in afwachting van de ontwikke ling van de staatkundige verbindingen in ons land; en draagt het bestuur op zoo spoedig mogelijk opnieuw te overwegen, wat den Bowl in dezen te doen staat en dan met desbetreffende voorstellen bij de aangesloten vereenigingen te komen. DE BEPALINGEN BETREFFENDE IIET SLACHTEN. Het voorloopig verslag, beantwoorden de betreffende het wetsontwerp houdend bepalingen betreffende het slachten \^n paarden, runderen, schapen en varkens vestigt de Minister van Landbouw er dö bijzondere aandacht Dp, dat het dpel van het wetsontwerp in de eerste plaats ver band houdt met de belangen van on zo vetvoorziening. De Minister heeft gemeend dat de onmisbare contr61e slechts,, afdoen de Ivan zijn door een absoluut slacht verbod met mogelijkheid van dispensatie. Eerst heeft hij overwogen op andere wij'ze die controle te verkrijgen, maar 'le ervaring heeft don Minisjer tot zijn leed wezen geleerd dat een "wettelijk slacht verbod niet kan worden gemist; en Ie Minister kan njet ontkennen, dat bet feit dat de aangewende pogingen om aan het daaraan verbonden bezwaar te ontkomen zonder resultaat zijn gebleven, onge- paliêutenkamer noemde, een vertrek dat uitkwam in zijn studeerkamer, waar hij nu zot, en daar de ramen van de pa- lièntenkamer uitzagen op den weg, kon men van daar niets bespeuren van den schitterenden tuin, waarin Harding nu en dan een blik sloeg als nij opkeek van zijn vakblad. En hij hiéf het hoofd dik wijls op om met voldoening naar de weelde van bloemen op zijn stamrozen te kijken; naar de allerliefste ramblers, die in een kleurrijken vloed over zuilen en pergola vielen, op den overvloed van kleur en liefelijkheid, die zijn lüin tot een wellust maakte. JJij was een zeer bekwaam geneesheer, meer op de hoogte van zijn tijd en een man van een ander type dan de gewone plattelandsdokter; waarschijnlijk om die reden kou hij zich beroemen op de meest uitgebreide praktijk van mijlen in den omtrekmaar als mensch had hij weinie or geen genegenheid verworven in de drie jaren, die hij in Grantley had doorgebracht. Er was een zekere norschheid in zijn gezicht; zijn blauwe pogen waren zeer koel, zeer kalm van uitdrukking; de trekken om zijn mond getuigden van een lieersetuUchtigen aard. die in wreedheid NEDERLAND EN DE OORLOG. De hommen by Sluii. Men schrijft ons De heldere maannachten der laatste dagen deden de vliegers weer in actie komen. Zaterdagavond hoorde men on ophoudelijk vliegmachines boven België ronken en telkens zag men de magne-t sium-lichtkogels in lange ritsen de hoog te ingaan. Vooral werd de aandacht getrokken door een nieuw sootl lichH ikogels. Deze ziet men niet van af denarend in - de hoogte gaan, aocli op een zer ker oogenblik spat hoog in de lucht jets uit elkaar, en elk der deeltjes blijkt een lichtkogel te zijn; deze licht jes blijven geruimen tijd in groot aantal in eikaars nabijheid hangen, vóór zij uih aooven en vormen een volmaakt vuur werk, vooral als de lange rijen gewone lichlkogels a. h. w. verbinding geven met den grond en de groengele flik*, keringen der springende granaten links en rechts, boven en onder het ver-i lichte luchtvak, het effect verhoogOni Zondagavond zelfde spel. Velen, naar buiten geroepen door het dreunen van jhet afweergeschut, richtten hun blikken naar het Zuidwesten om het vuurwerk en vooral de nieuwe lichlkogels te zien. st schreef Ik: „om zich te ver lustigen in het fantastisch dpfel der flikkerende lichtjes, die gCruischloos de lucht in glijden, boven even tintelen en dan sterven". Doch dat zou bed zijden de waarheid zijn, want, hoe gehoon het gezicht ook wezen nu men kan er zich onmogelijk in „ver lustigen", als men even dieper door-1 denkt. Als men denkt, Waartoe dat vuurwerk dient, waarvóór het noodig is. Neen, de toeschouwers laten telkens na een eerstB uiting van bewondering direct teekenen van afschuw h ooren, „Wat zal 't van nacht wezen?" „Hoe lang zal 't nog duren?" Wat zal 't kie zen zomer zijn, als er duizenden Ame- rikaansche vliegers bij komen?" en der gelijke verzuchtingen hoort men, terwijl kon overgaan wanneer hij niet goed in bedwang werd gehouden; zijn glimlach ken zeer sarcastisch wezen en meer dan e< ns had hij zich -vijanden gemaakt door zijn sarcasme. Hij zag de menschen niet naar de oogen en de twee groote grond bezitters, wier landgoederen bet geheele kerspol bevatten en hij, mochten elkaar volstrekt niet lyden. De landeigenaars prefereerden het soort platlelandsgene.es- heeren, die hen met eerbied behandelden en met het ontzag, dat men naar hun in zicht verschuldigd was aan hun stand en rijkdom. Maar het lag niet in Miles Hardiim lijn om voor iemand ontzag te koest-'ren, hoe rijk en voornaam hij ook wezen mocht; hij was een man van ge decideerde begrippen en deze begrippen volgde hij tot de logische slotsom Toe met ecu onveranderlijke minachting voor de verschillende inzichten van anderen. De Juliavond was stil en drukkend. Zware donderwolken hingen aan den ho rizon, geen blad bewoog in den tuin, en van den stoffigen 'straatweg tan gene zijde van de heg was "ieder geluid duidelijk hoorbaar. Een blaffende hond, een schreeuwend kind, het rammelen van een wagen al die geluiden bereikten Hartling» oor door zijn vreedzamen re- het spel güids over oe grens in volle» gang is. Eenige slagen, anÖers "dan kanon gebulder, deden even over achten Sbus opschrikken. Dat waren bommen' ver moedelijk even over de grens. Daan» weer motorgeronk en dreunen van 'l afweergeschut. Later in den avond nog? En velen gingen voor de zóó veels te maal met een beklemd hart ter rust». Maandagmorgen hoorde men 't nieuws, De bommen waren op Nederlandseb gp-t bied gevallen en wel op de weid» aclïtcr de woning van den lieer J Pla«- schaert, langs 't kanaal van Sluis naar Brugge. Daar liggen ze in een rij, tie acht gaten, in den grond geslagen. D» hoornen in de nabijheid zijn beschadigd door de wegspringende scherven; stuk jes zijn diep in de stammen gedron gen. Overigens is er geen schade van beteekenis. De bommen schijnen van klein kali ber geweest te zijn, althans de putten in den grond zijn van geringen om vang. Men heeft reeds veel deelen e» scherven gevonden op de plaats de» onheils en, naar verluidt, zou men ?ete gevonden hebben, dal op een Fransch "merk duidt. Het weiland was geheel bedekt met vlas, dat ter droging in zoogenaamde kapellen" stond. Misschien heeft de bommenwerper deze „kapellen" aanga- zien Voor een tentenkamp of voor daar gelegerde militairen. Als- hij niet door zoo iets misleid is, danja^ dan'heeft hij zijn bommen koo maar op Iuk-raak-manier gegooid om ze kwijt te wezen. De Russische fondsen. Reuter meldt uit Petrograd De vertegenwoordigers van 19 go allieerde en neutrale staten bijeengekoH men in de Amerikaansche ambassade, hebben een nota geteekend, waarin zij aan het bolsjcwikische departement van buitenlandsehe zaken "mededeelen, dat zij alle besluiten van de regeering tof annaulatle van staatsleeningCn, verbeurd verklaring' van eigendom enz. als niet bestaande beschouwen voor zoover het de belangen van buitenlandsche onder danen aangaat. En verder dat hunne regeeringen zich hel rechtvoorbehouden omv wanneer dit noodig zullen achten, voldoening en vergoeding te eischen voor alle schade, die voor vreemde staten in bet algen meen en voor hunne in Rusland ver blijvende onderdanen mochten voort vloeien uit de uitvoering dezer beslui» ten. De nota is overhandigd De 'k o 1 e n v o of r z i e n i n g der vfis- schers vloot. Bij eenige besprekingen tusschen nto (bestuur der Vereeniging van Ree der b van visschersvaartuigen en het rijksko* lenbureau is de toezegging verkregen, dat voor het bunkeren der stoomvis-i schersvaartuigien na het opheffen va* het uitvaarverbod gerekend kan worden op vijftig precent van het gebruik in normale tijden. Hierdoor zou dus feitelijk "de bel ft van de stoom vloot doorloopend in id« vaart kunnen worden gjehouden. Burgerlijke dienstplicht. Eerlang is de indiening bij de Tweed;» Kamer tc verwachten van hel wetsont werp tot Invoering van den burgerlijken dienstplicht. Cetaenjt. Volgens de Tel. zullen er dezer dagen tusschen. onze regeering en de Duitsche regeering onderhandelingen aanvangen over den invoer in; ons land van 50 miljoen KG. cement. zentuin heen, en telkens hoorde hij het rollen van den donder over de verwij derde heuvels. „Er is goddink geen kans dat ik van avond uilgeroepen word", dacht hij, „we krijgen zwaar weer en ik ben in elk geval zoo moe als een hond." Met deze ge dachte zette hij zich nog wat gemakke lijker in zijn leuningstoel neer en maakte zicli juist gereed zich te verdiepen ra zijn tijdschrift, toen het geraas van een motor voor een oogenblik het rommelen van qcïi ververwijderden donder verdrong en een oogenblik later hoorde hij een auto voor zijn deur stil houden, „Mevrouw Derfield vraagt u te spre ken, mijnheer." Andries, zijn knecht en algemeen fac totum, verscheen op den drempel; „zjj verzocht mij h te zeggen, dat zij die zuster iï ran Sir Luke Framley. Zal ik haar hier binnenlaten?" „Neen, zeker niet," luidde het korte antwoord, „ik zal haar in de patiënten- kame£ ontvangen evenals *lLe andere pa tiënten". En toen Andries eenigszins te leurgesteld heenging, voegde de dokter er zachtjes bij: „Wat komt die vrouw hier doen? Tk kan aristocratische vrou wen in mjjn huio niet uitstaan." Zijn gelaat nam zijn strengste en meest ontoegankelijke uitdrukking aan toen hjj een oogenblik later zijn patiëntenkamer binnentrad, waar een klein, net gekleed dametje hem vlug tegemoet kwam. „Zou u zoo goed willen wezen dade lijk met mij mee te gaan", zei ze adem loos zonder de gewone begroeting. „Ik ben hier alleen naar toe komen rijden zonder chauffeur en ik wou u dadelijk mee terug nemen. Er is geloof ik geen minuut le verliezen; het is een quaestie van leven en dood Ik kom expres vooï u." Zij' sprak opgewonden, geagiteerd; i* haar agitatie legde zij haar hand op Har- nings arm; zij zag doodsbleek, haat oogen stonden zeer bezorgd „Is er haast bij het geval", vroeg Har ding kortaf; is er iemand ziek op da Hall?' s,Er is een ongeluk gebeurd. Er kwam een rijtuigje aan op den weg van het station en het paard schrikte voor dü auto van mijn broer. Het rijtuig deed een leeiijke buiteling, de arme dam* die er in zat werd gewond. Ik geloof? dat zij zich ieelijk bezeerd heeft. Wilt lu *lt» 't n blieft dadelijk "komen?" ("Wordt vervotlgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1918 | | pagina 1