MIDDELBIRGSCHE COtRAST. 294. Donderdag 13 Deoember 1917c 160* Jaargang. Abono, prjs par kwartaal M Mid delburg 4* bij da ogantwi in YUs ringen en Gcua t 1.ÖS; par post f 1.75. Advertenties 20 oeot par Cöjfsl. Bij abonnement tocï Ipgor. Panuliabariehlen on danbbetoïgïngen van 1—7 regel* I 1.50. Bovenstaand» ftdverlenfiepaijtoii we*ÖflP met 29 tacwtag verhoogd. KAMEROVERZICHT. Tweede Kamer. Zitting van Woensdag. Een eenigszinsn zonderling verloop, ïoctn de heer De Jong terecht van zijn in terpellatie inzake het geschil-Treub-Pos- thuma getuigen. Want vóór liij zijn vra gen stelde, kreeg Minister Cort van. der Linden het woord tot aflegging van de gister reeds kort gemelde verkla- ring over de oplossing van het geschil tusschen beide Ministers in dien zin dat aan de exporteurs van de artikelen waar over het geschil liep „geen nieuwe ver plichtingen zullen worden opgelegd, en dat levens gezorgd is dal de financieelo belangen der Nederlandsche Uitvoer Maat schappij behoorlijk zijn gewaarborgd." Die bijlegging van het (gpschil was natuurlijk een verheugenis. Maar men was er nog niet veel wijzer door over de feilen zelf. En de heer De Jong gaf dan ook te kennen dat die zaak z. i. niet afgeloiopen was met die verklaring. Hij kreeg de voldoening van een uit eenzetting van de beide betrokken Minis ters. Eerst een van Mi nister Posllhu.- ma. Deze gaf een uitvoerige uiteenzet ting van de lasten die reeds aan de kaas- exporteurs waren opgelegd, en van de bezwaren die dezen hadden ondervonden door de hun opgelegde verplichte bij- drage voor de melkvoorziening; voorts doordat, in Augustus geen consenten voor uitvoer meer werden verleend in verband met het stopzetten van den kor lenaanvoer uit Duitscliland-, en daarna weer van 19 Sept. tot 10 Oct. door liet Stopzetten van den uitvoer., op grond van algemeen© overwegingen van Nedér- landsch belang. Voor de hoeveelheid kaas waarom het hier ging, een 15000 ton, was door de Kaasvereeniging! aan alle verplichtingen voldaan, en zij' had daarvoor groote of fers iglebracht. Toen kwam 16 November de Ned. Uitv. Mij. aan de Kaasvereeniging vragen om 20 pCt. van het kredietpapier, waar mee de kaas betaald zou worden, voor ham* rekening te nemen. De kaasvereeniging had hiertegen ver schillende bezwaren, o. a. dat niet voor alle artikelen hetzelfde cijfer werd ge nomen. De commissie van. bijstand advi seerde spreker zich met deze zaak le bemoeien. De Minister heeft den volgen den dag de belanghebbenden voorgehou den, dal zij als goede Nederlanders, als het even kon, ten deze moesten mede werken. Den daarop volgenden dag ver gaderde de kaasvereeniging, maar hel re sultaat was negatief. Daarna zijn nog de noodige pogingen gedaan. Spreker las nu een schrijven voor, 'door hem tot den Minister van Finan ciën gericht, waarin hij mededeelde, dat deze zaak blijkbaar niet langs gemoei de lijken weg is op te lossjen en waarin spr. erop wees, dat de 6000 ton kaatf in kwestie reeds zouden zijn uitgevoerd, in dien lusschen spreker en de lcaasveree- faiging niet langdnrigp onderhandelingen hadden plaats gehad over bijdragen ten behoeve van de consumptieraelk. De kaasvereeniging had. recht, op grond van volbrachte verplichtingen, de kaas uit le •voeren. Zou nu de N. U. M. haar werkzaamheid tot deze kaas uitstrekken, dan zou dit leiden tot verstoring van de hinnenlandsche verhoudingen. Spreker berichtte daarom aan zijn amblgenoot, dal hij aan den uitvoer van deze kaas geen nieuwe moeilijkheden in den weg kon leggen, ook omdat Duitschland een extra-zending van 5000 Ion steenkool en 30".000 ton per maand geregeld had toegezegd. Aldus Minister -Posthuma. Maar toen kwam na een kort 'tcmiezzo, vau Minister Cort van der Lin den - de andere partij, Minister Treub, aan hel woord, en die gaf op hef hoofdpunt een andere lezing, »1. Jen opzichte van de vraag in hoever zijn ambtgenoot met hem overleg had pleegd. Hij noemde de mededelingen van Mi nister Pmtlmina op dat punt onvolledig en eöttzijijdig. De hecv Treub wees op de noodzake lijkheid om liet Duitsche eredietpapier - onder le brengen, en achtte het vanzelf ■sprekend, dat alleen samenwerking tus schen Ministers) mogelijk is, wanneer de eene Minister geen regelingen treft met de exporteurs, waardoor aan die ver plichtingen niet zou worden voldaan- Spreker. op wien de financieelo ver- verantwoordelijkheid vpor de gestie der N. U. M. is gelegd, heeft voor het eerst op 14 November gehoord van de directie van de N. U. M., dat van de zijde van den Minister van Landbouw moeilijkheid werd gemaakt om aan de exporteurs de verplichting op te leggen een deel van de aan hen le doene betalingen te doen geschieden in eredietpapier. Spreker s chreef toen een brief aan den Minister van Landbouw, waarin liij uiteenzette, waarom het van belang was, dat de kaasexporteurs met betaling "an een gedeelte van den export in erediet papier genoegen namen. De Minister van Landbouw antwoordde in een brief, waarin hij uiteenzette, dat de exporteurs reeds aan hun verplich tingen hadden voldaan en dat het d,us niqt aanging -de exporteurs tot het aan nemen van eredietpapier vo,or eon ge deelte van deze kaas te verplichten, waarom hij beslisl weigerde er zijn me dewerking toe te verleenen om de ex porteurs nieuwe verplichtingen op te leg gen, tenzij na voorafgaand nader overleg met hen. Spreker heeft toen Minister Posthuf- ma telefonisch voorgesteld pin nog eeus even te praten ïa tegenwoordigheid van den directeur der N. U. M. en de we- derzijdsche gedelegeerde commissarissen. De Minister van Landbouw antwoordde wel met deze heeren te willen overleg gen, maai* miel dwingend le willen op treden. De Minister van Landbouw heeft nog getracht de kaasvereeniging te bewegen om vrijwillig te berusten in de nieuwe voorwaarden, en toen dat niet lukte, heeft hij verlof tot uitvoer gegeven, zonder den Minister van Financiën te ken nen, aldus praejudiccerend op de ver plichtingen van de N. U. Mvoor welks daden de Minister van Financiën verant woordelijk is. Toen laatstgenoemde dat hoorde heeft hij zijn ambtgenoot van Landb. geschre ven om de zaak aan den Ministerraad voor te leggen en inmiddels heeft hij den uit voer geschorst. Een oponthoud van 48 uur zou z. i. geen schade kunnen bren gen. Minister Treub vroeg aan de Kamer, waar het zulke groote finonciëeele be langen geldt, of hij niet op een gegeven oogenblik moest optreden, dan wpl om zuiver formeele redenen de zaak maar moest laten loopen. Stelde de Kamer spr. in het ongelijk, dan zou hij zijn plaats ruimen, maar dan doet hij het met groeten tegenzin, over tuigd, dat zulks uiet in 's landt« belang is en danr oept hij de Kamer toe: ,,C'est la Formalité qui vous tue." (De vormelijk heid doodt u). Aldus de beide ministerieele verklap ringen, die samen in 't kort hierop neer komen de Minister van Financiën had reeds van 1 Oct. af millioenen aan erediet papier onder te brengen, hoewol de N. U. M. nog niet in werking was getreden, en meende dat de exporteurs ook toen reeds hun aandeel in dat eredietpapier behoorden te nemen; en de Minister van Landbouw aan den anderen kant meende dat aan de kaasex porteurs van de hier bedoelde 6000 ton kaas geen nieuwe voorwaarden Iconden worden opgelegd, daar zij reeds zooveel offers hadden moeten brengen en boyen dien met liun uitvoer reeds zoo lang hadden moeten wachten. Maarhoe kwam het dat de N. U. M. nog niet in werking was getreden? En hoe kwam het dat die kaasuitvoer zoo vertraagd was? En waarom was de Kaas- 'ereenig'ing zoo onwillig? liet kijkje dat de heer v. B e r er teijn achter de schermen gaf op die onderwerpen was van zeer onverkwikke- lijken aard. En liet Ministerie v. Landr houw kwam er daarbij niet goed af. Hoe wel de haast bij de oprichting van de N. U. M juist gegrond was op de 4 millioen gulden per maand crediet, bleef het Koninklijk besluit Lot oprichting van de N. U. 151. eenigen tijd eenvoudig rusten op het departement van Landbouw. En bovendien gaf deze spreker een zeer ge detailleerd overzicht van het gebeurde mei de kaas', waaruit bleek, dat ook m dit opzicht heb departement van T..*mdb, allesbehalve vrij uit gaat, en een verklaar baar verlangen had om de kaasvereeni ging niet nog meer lastig te vallen. Voorts beweerde deze. spreker Jat de kaashandelaren oorspronkelijk tot de N U. M. zijn gegaan met de verlclarijig dat zij eredietpapier zonden aannemen. Maar daarna is er een vergadering gehouden waar de waag werd geopperd of de N. U. M. wel lot zoo'n cisch bevoegd is, en volgens spr. zou 'de Commissie van Bijstand, cl. w. z. de heer Schim van der Lueff in sterke woorden hebben ge adviseerd er niet aan te voldoen. Di heele zaak van dezen uitvoer is buiten •Je N. U. M. omgegaan. Als er behoorlijke spoed was gemaakt met de uitvoering van de we t op de N. U. M., zou dit den staat minder geld golcost "hebben. Dat waren de feilen. Restte nog de politieke beoprdceling van dit geschil tusschen twee ministers. De heer De J toin g maakte het wel wat erg eenvoudig door de schuld geheel te geven aan den Minister van Financiën wegens zijn telegram. Die interpellau't stelde zich echter tevreden met het re sultaat dat de zaak in 't openbaar is ge komen. Hij zei geen voorstel te zullen doen. De heer van Raalte bracht echter nog eens de 5,pointe" naar voren, ril. de vraag welke waarborgen het kabinet aan biedt, om dergelijke geschillen to voor komen of anders niet meer op dezo wijze tot een einde te brengen. En toen kwam de belangrijke mededee- ling van Minister Cort van der Lin den dat onmiddellijk na het conflict met algemeen© stemmen ©en regeling is getroffen om dergelijke geschillen niet dan door een beslissing van den Minister raad op te lossen. Maar daarmee waren de heeren T r oo 1- tra en Marchant met tevreden. Eerstgenoemde ontkende dat hel ©en kwestie alleen van formeelen aard is. In dien een Minister meent de machtsmidde len van den staat te gebruiken tegen een collega, waar moeten we dan heen? En tevens vroeg deze spreker of er dan geen Ministerraad was in de dagen van het conflict. De onrustbarende mededeelingen den heer van Beresteijn wilde spr. bewaren tot 't debat o ver de distributie. Maar van Minister Treub verlangde hij een peceavi, een bekentenis van schuld. De heer Marchant meende dat de Minister van Landbouw iets deed waar toe hij gerechtigd was, en de Minister van Financiën ging buiten zijn ooekje. Maar beiden hebben, verzuimd het go- schil aan den Ministerraad voor te leggen. En de leider van»bet kabinet bad daarvan moeten weten. Anders deugt do geest van het kabinet niet. Bovendien is blijk baar ook geen overleg gepleegd over het antwoord op de interpellatie, want nauw- lijks was het hier meegedeeld dat de Mi nisters weer samenwerkenof zij zelf waren weer vuur en vlam. Nog dient gemeld, dat de heer Vis ser van IJzendoorn den moed van den Minister van Financiën prees, waar door we hebben kunnen zien hoe hot gaat in een gedesorganiseerd ministerie; cn dat de heer v. Hamel wees op do ver derfelijke gevolgen van toestanden als de ze ten opzichte van de verhouding tot het buitenland, en een reconstructie van het kabinet bepleitte. In een woord van repliek zei Mini s- ter Treub nog te erkennen, 'lat do Minister van Landbouw volkomen in zijn recht was. Maar er was ook de vraag hij betrokken van groote financieelo verant woordelijkheid van den Minister van Fi nanciën, die de garanties heeft getee- lcend voor de Nederl. Bank. Een ..pecca- zou spreker niet afleggen. Was de heer Troclstr-a niet tevreden, dan moest hij een motie van. afkeuring indienen. Dat deed de heer Troelstra dan ook door het voorstel, de Kamer per motie te doen uitspreken, dat zij: „betreurt, dat voor de noodzake lijke eenheid van regeeringsbeieid niet voldoende waarborg is verkre gen." Maar die motie vond geen gunstig ont haal. De heer van Beresteijn meende dat de daad van dpn heer Treub zoo al onwettig, toch vo lkomen verklaarbaar was, Hij zou tegen de motie stemmen. De heer De Sa vorn in Lobman sprak in gelijken geest. De Minister van Financiën had z. i. op goede gronden verdedigd dat hij niet anders zijn rechten kon handhaven. En de Minister van Land bouw had niet mogen doen als hij deed, voor men tot overeenstemming was ge komen. Bovendien gaat deze motie tegen de regeering, en niet tegen een den mi nister, een motief, dat ook den heer v. d. Voort van Zijp bewoog er zich tegen te verklaren, hoewel htij en zijn politieke vrienden niet kunnen instemmen met de wijze waarop de Minister van Financiën gebruik heeft gemaakt van zijn macht. De heeren Marchant en v. Raal te vonden geen reden om vóór de motie le stemmen, na de verklaring van Minis ter Cort van der Linden.; en de heer N cr 1 e n s wilde niet te veel van één der partijen vorderen. Toen wijzigde de heer Troelstra zijn motie in dezen geest dat de Kamer alleen zou uitspreken dat zij was; .niet bevredigd door de verklaringen van den Minister van Financiën." Maar ook dat veranderde de gezindheid niet. De heer Marchant deed nog uit komen op *t oogenblik niet te wen- schen, dat Minister van Financiën lieeu gaat. Bij de daarop volgende stemming werd de Tnolie-Troelstra met 55 tegen 8 stem men verworpen. Alleen de socialis ten stemden vóór.' Dat er 37 leden af wezig waren bij deze belangrijke kwestie wekt zeker verwondering. Op de presen tielijst hadden er echter 81 geleckcnd, Waren er dan nog 18 leden weggelo op en "Wat in dat heele debat nog 't meest verwondert is de houding van den heer Troelstra. Hoewel die in zijn eerste red® uitdrulclcelijk de hoop uitsprak „dat het voor de ICamer mogelijk zou zjjn de zaak te laten afloopen zonder een mi nisterieel© crisis", kwam hij een oogen blik later tóch met zijn motie. Zat daar ook de bedoeling achter den distribu tie-minister te bevrijden van den Minister van Financiën, dTe blijkens de Kamer stukken getoond heeft niet nader met deze dislribulieplannen moe te willen gaan? Wat aan 't licht gekomen is, Is ern stig. Maar we gelooven dat het eerder den Minister van Financiën gelijk geeft, dan zijn ambtgenoot van Landbouw. Eerste Kamer. Zitting van Woensdag. De Eerste Kamer is gisteravond even bijeengeweest ter voorbereiding van de afhandeling van. een aantal wetsontwer pen. liet belangrijkste in deze zitting was de ingekomen meedeeling dat de h®er v. <1. B i e se n zijtt ontslag neemt. De voor zitter wijdde een woord van waar deering aan dit medelid, djat 21 jaar deel der 'ICamer heeft uitgemaakt. Binnenland. UIT DE PERS. over M i>- M r Troel stra nister Cort. In „de Forens" schrijft mr. P. J. Troel-slra aan I. Querido: „Je vraagt me een artikeltje over on zen premier in verband met het algemeen kiesrecht. Ja, vriend, daarover zou ik zóóveel kunnen schrijven, dat ik baad bang ben, eraan te beginnen. Want de figuur van Cort speelt 0 een zekere rol in mijn leven en het kiesrechtnu, dat weet je. Als jong mensch lag ik al vaak met mijn vrienden over het algemeen kiesrecht overhoop. Ik verdedigde liet als cBn zaak van recht; zij bestreden bef op grond, dat de arbeider te onontwikkeld was om over de publieke zaak te oordeelen. En hel ergste was, 'dat, terwijl ik vol overtuiging mijn standpunt verdedigde, ergens in een hoekje in mij een koj- bold zat, die hun gelijk gaf. Denk aan de intellectualistische op" voeding, die wij, in liberale nesten ge-< boreneu, genoten. „De rede".... En' aan de arbeiders van een veertig jaar geleden, z.onder organisatie, zonder pu-. bliek besef. Eerst de klassenstrijd moesl dit bij hen webken. Ik herinner mij levendig, hoe vaak ik over die controverse van recht en (geschiktheid zat te piekeren. 1 Welnu, liet is Cert, die me uit de verlegenheid heeft geholpen. Hij was professor in Groningen- ik zijn dis cipel. Nog zie ik hem bij zijn inaugu- rciials professor in de Economie de aula binnentreden, met zijn vurig oog en zijn langen zwarten baard, hoog en slank, het type van een Franschen professor. Het zijn twee uitingen in zijn boek over „Richting en Beleid der Libe rale partij" een poging, cum de li berale vrijheidsgedachte met het soci aal beginsel te verzoenen, een werk vol van die schitterende aphorismen, die men ook thans nog in dö redevoering gen van den minister aantreft hef zijn twee uitspraken daarin, die me op streelt hebben gebracht. „De sociale beweging beheerscht de politiek" en: „Zoolang de arbeider hel kiesrecht niet begeert, is er geen reden, het hem te geven; zoodra hij het begeert, is er geen recht, het hem te weigeren." De politiek geen vrucht dus van individueel redegepieker, maar van „de sociale beweging", van iets massaals in de maatschappij. Dat begreep ik. Maa it wilde er wel wat meer van weten en ging professor opzoeken. Wij had- oen iu de Juristen-debalingsclub ge degenheid vragen te stellen en zoo hield Cort al spoedig op mijn verzoek iu de club een rede, waarin deze frase ook historisch (gildewezen) werd toegelicht. Mijn dénken was in sociale banen geleid. En die tweede uiting van dat he geeren der arbeiders zelve als beslis' sende factor. Ik heb ze bij den aan4 vang van mijn strijd met de arbeiders op liet vaandel gezet, da-i we vooruit- droegen. Wilt en begeert, een ande deren rechtstitel hebt gij niet nooidig, bij voorbaat strekt de tegenstander de (wapens, van ,zijn onrecht overtuigd, iztojodra gij uw recht opeischt. Dat woord heeft de kicsrechtbewegiug der S. D. A. Pi- bezield, met energiek willen, met vast vertrouwen, met bej- wuslheid van onweerstaanbaarheid Ecrsl na mijn studententijd teerde ik hel historisch materialisme kennen en de sociaal-democratie. Het eerste gaf mij een meer wetenschappelijke opvat ting van die „sociale beweging", de laatste bleek de belichaming van dat „begceren" der arbeiders; beide te za- men vormden zij hot mijien van dén ken en werken, waarin mijn leven in de maatschappij zou verloopen. Zoo staat de figuur van Cort in den schemerenden dageraad van de geestéJ lijke bewustwording, die San mijn werk in de wereld xnoest voorafgaan. Een hooge figuur, voor mij steeds door een atmosfeer van reine rust en zedelijke kracht omringd* Een leermeester En wat deze leerde, heeft de leerling uitgedragen in het leven, tot realiteit gemaakt met zijn werk, in vleesch en bloed overgebracht in de maatschappij in ons volk. En toen dit langzame proces van omzetting van het woord in de groote sociale daad zoo sterk was geworden, dat het in de Grondwet moest wor den vastgelegd, toen hebben Ieeraar en leerling daarbij in goede kameraad schap samengewerkt, de eerste getrouw aan zijn woord van lange jaren gele den, de laatste bezegelend den strijd, vol vertrouwen in de juistheid van s meesters woord, eenmaal aanvaard. Je ziet, beste Querido, er beslaat zoo een en ander lusschen Cort en mij. We 'beleefden vrij wat meer te zamen. De Hogerhuiszaakmijn gevangenis- 'strafdat was onder Cort van der Linden als minister van Justitie. Toen was voor de schoon-menschelijke verhouding tusschen beiden de constel- /arte minder gunstig. Maar nu zie ik in hooge stemming den 12den December tegemoet en roep mijn ouden leermeester toe: „Profes-. sor pardon: Excellentie, van harte geluk gewenscht. NEDERLAND EV DB ÖORLOO. Bomaanvallen In antwoord op de door ons ven melde vragen van liet Kamerlid de Muralt heeft de Minister van Oorlog ge-i antwoord Reeds sinds lcorl na de mobilisatie is op middelen gezonnen om aan be stuurders van vliegtuigen kenbaar te maken, dat zij zich boven Nederlandsch gebied bevinden. Als gevolg daarvan wappert de Nederlandsche vlag van dB torens der kerken in de grensgemeen ten. Terwijl dat kenteeken uiteraard alleen overdag ftienst doet, is een prac- lisch algemeen bruikbaar kenteeken voor den nacht niet gevonden kun-' nen worden. Tot nog toe hebben de betrokken buitenlandsche regeeringen niet gewei gerd de door bommenaanvaJlen van uif vreemde vliegtuigen hier te lande, toe gebrachte schade te vergoeden. Het is dus niet noodig thans reeds te beslis-5 sen, hoe gehandeld zal worden, wannéér dat anders mocht zijn. Luchtschip gedaald. Hedenmorgen 7 uur is een luchtschip op oen Larenschen straatweg geland, tus schen Laren en Eemnes. Het is vermoe delijk een Zeppelin, waarin zich machine geweren zonden bevinden. De bemanning gevlucht. Er zijn patrouilles uitgezon den om haar op te sporen. Nader meldt men ons Het luchtschip was een Fransvb; het werd voortgedreven door 2 mop toren en was bewapend met een mir trailleur. Do inzittenden zijn vermoede lijk in dé richting Baarn gevlucht. De ballon voerde een rood-wit-blauwe vlag met een groene ster in het middens Invoer Jn Amerika. Uit een telegram van onzen gezant te Washington aan den minister van buitenlandsche zaken blijkt, dat bij een proclamatie van de Amerikaansche re-» geering de invoer van verschillende! artikelen in de Vereenigde Stalen uit de meeste landen, waaronder Neder* land en :de Nederlandsche koloniën, is verboden tenzij uit hoofde van een jspeciale vergunning. De belangrijkste van deze artikelen zijn coprah, cocos,- olie, wonderolie, soyaolie, gutta-pereba, Xbak, hennep, huiden, booncn, caout chouc, suiker, tin en diamanten voor de nijverheid. Pe trole urn De minister van L. N. en H. maakt hekend, dat bon no. 5 der Rijkspetroj» leumdislributickaart geldig zal zijn van 16 dezer tol en met 31 dezer voor een hoeveelheid zan 2 liter. In het vaderland terug. Met den trein, die te 1.56 te Am sterdam aankomt, arriveerden gistermid dag de bemanningen der „Achilles" en „Deucalion" van de Kon. Ned. Stoo'm4 boot Mij., die sinds October 1914 in Smyrna waren opgehouden. Zij reisden- over Konslantinopel—Belgrado- Weenen -Berlijn naar Elten, waar de trein hen op vaderlandschen bodem bracht.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1917 | | pagina 1