TWEEDE BLAD
Het vijfde "Wiel
Binnenland.
ingezondei HcdedseUogti.
z/aterdat) 20 Oct. 1917, uo. 248.
ONZE GEMEENTEBEDRIJVEN.
Toen we een paar weken geleden bij de
verschijning van de gemeen te begr ooti ng
1918 voor Middelburg, daaruit eenige cij
fers vermeldden, werd daarbij ook mee
gedeeld dat de gemeente-bedrijven elk
een bijdrage in hun nadeelig saldo vra
gen- de gasfabriek ad f8459,91; de wa
terleiding ad f 4836,73 en het Gem. Eleetr.
Bedrijf ad f 6356,40.
Maar er is daarover meer op te mer
kten dan alleen die eindcijfers.
Ten eerste in het algemeen.
Als we bijv. vermelden, dat die af-*
«onderlijk beheerde bedrijven voor 1918
in de gemeentekas zullen storten voor
't uilsluitend recht om buizen of kabels
in de straat te leggen: de gasfabriek
f13.241, de waterleiding f12.417, het G.
E. B. f6190, dan komt de financiëele
beteekenis voor de gemeente van die'
bovengenoemde nadeelige saldi in een
ander licht te slaan.
En als we er bijvoegen dat onder da
(uitgaven voor de gasfabriek een som van
t 7500 voorkomt, als teruggaaf van ys van
ide bijdrage der gemeente in het tekort
der gasfabriek in 1916, dat f 22 500 be
liep, dan wordt de toestand wel niet
rooskleurig, maar toch minder zwart.
Datzelfde is het geval als we er op
letten, dat in 1916 voor de waterleiding
het tekort bedroeg f 10.022; dat voor het
loopende jaar het tekort op f 11.442'
werd geraamd, en dat voor 1918 als bij
drage der gemeente tot dekking van het
tekort veel minder, nl. f 4836 is gesteld.
En wat bel tekort betreft van het
Electr. Bedrijf, dat in 1916 nog een be-
drijfsoverschot van f 5214 aan de ge
meente kon uitkeeren, ook daarop
krijgt men een anderen kijk als men in
aanmerking neemt, dat in 1916 geen recht
voor hel leggen van. kabels werd geheven,
en thans wel; voor 1918 tot een bedrag
van 16190.
Maar het zou oiok al weer een glad
verkeerden indruk maken, als men de
oogen sloot voor de moeilijkheden, die
de gemeentebedrijven doormaken, tenge
volge van de tijdsomstandigheden.
Het 5s niet zonder reden, ^iat de bur
gemeester in de raadszitting van Woens
dag jl. meedeelde, dat een verhooging
van den gasprijs in overweging is. Wat
nu als raming van de inkomsten voor
geleverd gas op de begrooting staat wordt
in de toelichting „zeer onzeker" genoemd,
„daar niet de minste mogelijkheid be
slaat om bij benadering thans te bepalen
hoe groot de prijzen zullen moeten zijn
om de koLenprijzen te dekken."
I En voor de electriciteit is, in verband
met de verordening op de Hchtbeperking
bij de raming van de ontvangsten voor
geleverde electriciteit „geen rabat afge
trokken en geen toeslag bijgeteld, aanglo
eien verwacht wordt dat deze dan deun
niemand meer betaald behoeft te wor
den". Maar het gevolg is dan ook, dat die,
ontvangsten, welke in 1916 nog 32,5 mille
bedroegen, voor het volgend jaar niet
hooger geraamd worden dan 27,5 mille.
Een vermindering van vijf duizend gul
den aan inkomsten waartegenover slecht
een minder bedrag van f 780 slaat wc.
geps geringer aankoop van stroom (hl
in 1916 besteed f 16.474 en voor het vol
gend jaar geraamd f 15.694),
Ten slotte de waterleiding. Dat het
tekort zooveel kleiner is dan de tweia
vorige jaren, wordt in hoofdzaak ver
klaard, doordat de opbrengst van heil
geleverde watêr een kleine f 7000 hoo
ger wordt geraamd, dank zijeeni
jrijsverhooging. „In verband met de zeer
looge kolenprijzen, alsmede die van de
smeeroliën en machinekamerbehoeften",
zoo leest men in de toelichting tot dezen
post op de begrooting van dit bedrijf,
„is het percentage voor het abonnement
gebracht van 4 pCt. op 5 pCt. der be
lastbare opbrengst."
Dat zijn geen prettige vooruitzichten.
Maar waar „alles naar boven gaat" is dat
toch zeker iets, waar niemand zich over
behoeft te verwonderen. Een gemeente
bedrijf is een bedrijf als een ander: die
twee eindjes moeten ook daar bij elkaar
gebracht worden.
En wie mocht meenen dal de gemeen
tekas dan maar liever een grooter tekort
op de bedrijven moet bijpassen, dus even
als bij de zg. dislributie-artikelen een,
deel van de hooge kosten moet dragen,
die vergete niet, dat hij dan zich zelf
een beetje voor den gek houdt. Want
wat hij dan in die (hoogcre kosten niet ^bij
betaalt in zijn prijs, betaalt hij toch bij m
zijn gemeentebelasting. Dat is vooral dui
delijk bij de -vC'aterleiding, waarvan de
abonnementen naar een overeenlcomsti-
gen maatstaf als bij de belasting zijn ge
regeld, nl. naar de belastbare opbrengst
der perceelen.
In den grond gebeurt bij de distributie,
artikelen precies hetzelfde. Maar daar
merkt men dat niet zoo dadelijk, olmdat
zoowel 't gebrdik als de belasting onge
lijk zijn. Bij een door bijna allen ge
bruikt product van een gemeentebedrijf
zou dajt al heel gauw aan den dag)
komen.
FEUlUETOfi
door
BEATRICE HERON MAXWELL
FLORENCE E. EASTWÏCR.
Naar het Eogalsch.
„Mijn meaning is dat mijnheer Mate
leverer het gemakkelijk gevonden heeft
naar Londen te glaan en daar te blij1-
ven. Hij wil liever niet ondervraagd
•worden omtrent de zaak, indien zich
soms eenige moeilijkheid mocht voort
doen."
„Zeer vreemd, zeer vreemd," momf
pelde mijnheer Pridham, „maar heefi
men mijnheer Mauleverer ooit met dat
meisje .gezien?"
„Het was bekend 'dat zij een bek
Wonderaar had, een heer. Een jongen
Uil het dorp, die gewoonlijk in het
kanaal zat te visschen, zag'hen's avonds
aan den oever van het kanaal bij el
kaar komen. Hij heeft het gezicht van
dien heer nooit duidelijk gezien, maar
hij beschrijft hem als lang' en flink van
gestalte, met een eigenaardige, temerige
stem, die hij overal zou herkennen. U
kent mijnheer Mauleverer zelf, mijnheer
u> kunt dus oordeelen of die beschrij-
Dl' AFSLUITING EN DROOGLEGGING
DER ZUIDERZEE.
Plaatsgebrek maakte het noodig ons
lol een enkel woord te beperken bij dc
vermelding van de Mem. v. Antw. be
treffende het hier boven genoemde
voorstel. De groote beteekenis daarvan
rechtvaardigt het echter, daar nog eens
op terug te komen.
In de Memorie gaat de Minister in
op de argumenten van hen die van
de afsluiting vermeerderd gevaar vree
zen bij storm voor de Gronimgsche en
Friesche dijken (de heeren Mansholt
hebben hier in het bijzonder op gewe
zen).
De Minister schrijft dat deze perso
nen schijnen uit te ghan van de mee(-
ningi, dal de Zuiderzee tijdens storm
dient als vergaarkom voor een deel van
het water uit de Noordzee dat alsdan
door de zeegaten tussclien de Wadden
eilanden instroomt. Dat is niet. juist.
Een andere onderstelling1 welke mede
werd geuit, is dat na het afsluiten van
de Zuiderzee door de zeegaten bij
storm nog een hoeveelheid water onge
veer gelijk aan de vroegere zal invloeien,
die bij gemis aan een veiligheidsklep
als hoedanig de Zuiderzee dan wordt
beschouwd, hoogtere standen zal ver
oorzaken voor de Groningsche en Fries^
sche dijken. De Minister betoogt dat
deze ouderstelling1 niet op goede gron
den berust.
Er bestaat evenmin voldoende grond
voor de door den heer L. H. Mansholt
geuite meening, dat het de aanwezig
heid der Zuiderzee is welke den vloed
van den storm naar het Noorden doet
dalen.
Naar aanleiding van de meening der
leden, dat de kosten van de voorziet-
ning in de belangen der viSscherij te
worden geoordeeld, wordt er op
gewezen, dat de kosten in afwachting
van hel advies van de te benoemen
deskundige commissie, slechts zeer glo
baal zijn geraamd.
Bij de beoordeeling, in hoeverre het
werk van beteekenis zal zijn, voor beu
strijding der werkloosheid, is niet alt-
leen te letten op bet werk zelf, maar
ook op de voortbrenging van de daar
voor noodigle materialen, als rijshout,
steen, puin, bouwstoffen en dergelijke
en op den aanvoer daarvan, hetgteen
hier voor een zeer groot deel te water
zal geschieden.
Dat hier weinig menschelijke arbeids
kracht zal worden gebezigd kan boveru-
dien niet worden toegegeven.
De meening dat het plan der indij
king zich door den loop der omstan
digheden van zelf overleefd zoude heb
ben, kan niet als juist aangenomen
worden.
Naar aanleiding van de aan het
Voorl. Verslag toegevoegde nota van den
heer Eland wordt opgemerkt ,dat de
samensteller dezer nota zich nog ga-
heel plaatst op het standpunt van liet
jaar 1892 en dientengevolge geen reke
ning houdt met de ingrijpende wijziginf
gen, welke de eischen, in het belang
der defensie te stellen, sindsdien heb
ben ondergaan.
Eene afzonderlijke nota met bijlagen
ter beantwoording, van die van het Ka
merlid den heer Bongaerts, is aan de
memorie toegezonden.
De bezwaren van den steller der
nota legen het aanhangig ontwerp heb
ben voornamelijk betrekking op vorm
en plaats van het IJsselmeer en zulks
vooral mei het oog op de waterkeering
waterloozing en waterverversching der
omliggende landen.
Wal de waterkeering betreft wordt in,
de nota er op gewezen, dat indertijd
de waterbeweging in de zooveel klei
nere Haarlemmermeer, met de gevol
gen daarvan bij stormvloed, krachtig
bijdroegen lot het besluit om tot droog
making over te gaan.
De Minister van Waterstaat is echter
van oordeel dat het ontworpen I.Lssef-
meer uit een oogpunt van waterkeering
in zoo geheel anderen toestand zal vei-
keeren ,dan de vroegere Haarlemmer
meer, dat van eene vergelijking van
beide te dien opzichte geen sprake
kan zijn.
ving bij hem past. Men heeft mij" gor
zegd ,dat hij een vadzige, langzame ma
nier van spreken heeft, alsof het hem
bijna te veel moeite was om een woord
te zeggen."
„Hm1" Was de eenigte opmerking van
den toehoorder.
.,U zou mij veel genoegen doen,
mijnheer, mij te zeggen of het waar is,
dal mijnheer Mauleverer hier den 7cn
Juli gedineerd lieeft."
„Ja, zeker dat is zoo, hij is vroeg)
weggegaan, om tien uur ongeveer
omdat mijn zoon dien avond terugs
keerde naar de stad en hij zijn avondl-
costuum nog moest verwisselen voor an-
dere kleederen."
„Om tien uur ongeveer niet later7'
„Neen. Wij presenteerden hem met de
auto te laten wegbrengen als mijn zoon
r.aar het station ging, maar hij wou
liever loopen. Chevening' Rise is liier
geen mijl vandaan, hij moet dus al lang
thuis geweest zijn voordat dit droevige
treurspel werd afgespeeld."
Mr. Pridham trommelde met de pun
ten van zijn nagels op de tafel die
voor hem stond, op een meesterach
tige manier, omdat hij die zaak mui
eens goed uitgemaakt had. Maar de
inspecteur kuchte alleen heel beschei
den en zacht voordat hij sprak- „Hij
bad thuis kunnen zijn maar liet
blijkt duidelijk dat dit niet zoo was. Ik
heb gisteren bij den knecht op Che
vening geïujformeerd en hij zei dat de
Weg van den koninklijken stoet, velen,
vooral kinderen, die herliaaldelijk H. M.
toejuichten, waarvoor zij steeds met een
vriendelijken lach dank bracht.
Te 4.56 verliet H. M. weder Middel
burg.
(Het bovenstaande is reeds in een
deel van onze vorige oplage verc
Imeld.)
Wij moeten nog mot een pnke] woord
terug komen op het bezoek aan „Kin-
derzorg", en wel om riog eens vast te leg
gen, dat H M. bij bestuur, personeel en
kinderen door haar belangstelling, haar
eenvoudige wijze van doen een indruk
heeft achtergelaten, dien niemand hun
ner zal vergeten.
Nu rest ons nog een mededeelmg over
het vertrek en wij séhrijven deze met
groote voldoening, omdat H.M. door zeer
vele Middelburgers een spontaan, dank
baar uitgeleide is gedaan.
Op den weg van „Kinderzorg" naar het
station stonden zéér velen de auto's af le
wachten, maar bij bet station was liet
bijzonder druk. Kon anders, wanneer
H.M. hier was en de trein voor bet
perron halt hield, het publiek geen ge
tuige zijn van het vertrek, thans was dit
anders. De Koninklijke wagens stonden
nog op het. do-ode spoor en daardoor
kon de op den Kanaal weg samenge
stroomde menigte getuige zijn van het
afscheid, dat H. M. op de meest harte
lijke wijze nam van de burger- en mili
taire autoriteiten; de Commissaris der
Koningin en de commandant in Zeeland
vertoefden nog een kort o ogenblik bij de
Koningin in den salonwagen.
Daar de wagens moesten gerangeerd
worden om voor den gewonen personen
trein te worden geplaatst, reed H. M.
die voor het venster aan de stndszijde
had plaats genomen, nog eenige malen
voorhij het publiek.
Telkens werden luide hoerah's aan
geheven en H. M. werd niet moede door
buigen of wuiven met de hand van de
menigte afscheid te nemen, tot de Trein
wegreed.
HET RONTNKJ.IJK BEZOEK.
Betreffende het bezoek aan de Avar
bacli tsscliool kunnen wij nog melden
dat dit ruim drie kwartier duurde en
dat H. M. te 'vier uur de school ver-:
liet
Naar „Kinderzorfg".
Aan de stichting „Kinderzorg"
werd de Koningin aan het hek ver-*
welkomd door den voorzitter, den heei
ds. N. M. de Lijgt, die bij den ingang
van het gebouw de overige leden van
het moderamen, de heeren ds. H. Jon
ker, ds. J. de Voogd u3|t 'sHeer
Arendskerke en den heer H. J. Snoep
en bovendien den directeur en de di"
rectri.ee der stichting1, den heer en
mevrouw Van der Sluijs—Van de Krie^
ken, aan H. M. voorstelde.
Achtervolgens werden het meisjest-
paviljoen met slaapzalen en vervolgens
het jongenspaviljoen bezocht, van elk
der zalen waren de daar wonende kinf
deren aanwezig.
Na afloop van dezen rondgang wer
den in een der zalen de elf overige
bestuursleden èn ook de zes dames
van toezicht aan de Koningin voorgel
Wtteld.
Evenals in de Ambachtsschool ,was
ook in „Kinderzorg?' overeenkomstig
den uitdrukkelijken wensch van H. M.
geen enkele versiering aangebracht, ai-
leen een vlag wapperde als teeken van
't vorstelijk bezoek.
Een der heeren, die op het stadhuis
door H. M. ontvangen zijn, verzekerde
ons nog eens, hoe gemakkelijk H. M. over
de verschillende toestanden spreekt, hoe
eenvoudig zij zich met ieder onderhoudt,
en hoei goed zij van de economische toe-A
standen op de hoogte is.
Zoowel bij de Ambachtsschool als bij
„Kinderzorg" stonden, evenals langs den
jonge mijnheer niet lang na elf uur was
thuis gekomen een kwestie van een
uur dus van hier naar Chevening Rise
Mr. Pridham zag den inspecteur me
feradtigte afkeuring aan. Dat ging te
ver, een knecht te ondervragen hoie
laai de erfgenaam van Lord BrLAnain
uitging of thuis kwam.
„Dan iis mijnheer Mauleverer waar
schijnlijk een wandeling gaan doen. Het
was een mooie avond en jonge mepf-
schen houden van beweging."
„U heeft volkomen gelijk mijnheer,
'olkOmen gelijk. Hij is zeker een wan
deling gaan doen langs het kanaal
en dicht bij den hoek ,wanl zijn laar
zen waren nat en vol slijk en modder
tenminste, volgens den knecht."
Op dat oogenblik werden de heeren
gestoord door Hoskins, die op diploma*
tiek fluisterden toon,vlak bij zijn mees*
ter aankondigde„Mr. Frank Merry
vraagt u te spreken, mijnheer, vooreen
gewichtige zaak."
HOOFDSTUK XVII.
Zeventien Een rozeknop met kleine
scherpe dorens en zoo hef als
de Engelsche lucht baar kan
maken.
Mijnheer Pridham's gezicht bleef on
verstoorbaar. Hij was verschrikt door dc
mededeeling van den huisknecht, maai
gaf geen teeken van verrassing. Hij gaf
eerder den indruk aan de twee perso
nen, die tegenwoordig waren, dat de
heer Frank Merry op zijn verzoek was
Zoo flikwijls te wijten aas
De moeste huidkwalen en de verschil
lende vormen van aambeien (jeukende,
bloedende en uitwendige aambeien) zijn
gewoonlijk te wijten aan eeii verkeerde
leefwijze en ver waar loozing.
Een le rijke voeding, onvoldoende li
chaamsoefening, onregelmatige en opge
houden stoelgang, te weinig slaap en
overwerking leiden tot bloedziekten, ver-
slopping en zenuwachtigheid drie ge
wone oorzaken van eczema, dauwworm,
gordelroos, psoriasis, puisten en aam
beien.
Een eenvoudige, geregelde leefwijze en
de gezondheidsregels, die het gezond ver
stand ons zetgt, zijn de beste voorzorg. Tot
beslrijuing van het ongemak en tot ge
zing wordt Foster's Zalf aanbevolen.
Deze bizondere zalf bevat alle noodïge
verzachtende, antiseptische en genezende
eigenschappen. Zij past de meest gevoe
lige of ontstoken huid, en geeft verzach
ting vanaf de eerste aanwending.
Een voordeel is, dat de zalf niet te
spoedig opdroogt en niet te gemakkelijk
kan worden wegge wreven. Bij het ge
bruik verdwijnen spoedig de ellendige
prikkeling, jeuk en ontsteking en Foster's
Zalf bleek succesvol zelfs bij hardnekkige
«evallen van inwendige, uitwendige ec
Moedeude aambeien. Ook bij winterhan
den en -voeten, huiduitslag en insecten-
beten. Geen huis diende zonder Foster'
Zalf te zijn.
Foster's Zalf (let op den juisten naam)
is te Middelburg verkrijgb. bij wed. Joh. de
Roos, Vlasmarkt K 157. Toezending ge
schiedt franco na ontv. v. postwissel
5 f 1.75 p. doos.
-gekomen. „Vraag mijnheer Merry bin'
nen te komen," zei hij. En zich Lot
den inspecteur wendende„U heeft ze
ker wel gehoord van den agent van
het Detective-Bureau den heer Merfy
Misschien kent u hem wel'"
Een zeldzaam glimlachje straalde op
Lawson's gelaat. „Ik ken hem zeer
goed; hij heeft dikwijls samengewerkt
met de politie in de Yard. In het bei-
gin van zijn carrière is hij bij de poli
tie geweest.' Het is een genot een man
van zooveel Bekwaamheid te ontmoe
ten."
Met lichten, vluggen tred kwam de
heer Frank Merry binnen. Men had
hem kunnen aanzien voor een landedel
man, die veel aan sport deed. Zijn
rood, gladgeschoren gezicht had niets
eigenaardigs om de aandracht te trekken
behalve dat de grijze oogen, klein en
beschaduwd door zware wenkbrauwen,
een weinig moeilijk te begrijpen waren.
Zij zagen alles, zonder zich zelf te open
baren.
„Ga zitten, mijnheer Merry, ga zit
ten", zei mijnheer Pridham, nadat de
eerste begroeiing had plaats gehad en
den inspecteur verzocht was niet heej.
to gaan. „Ik denk niet dat u mij io.s
zeggen hebt, dat inspecteur Lawson nie.
Weten magjl"
„Ik heb er niets tegen," antwoordle
de detective. Ik moet beginnen met
"mij te verontschuldigen zonder uïtgeL
noodigd te zijn bij u to komen. Nada.
VRIJZ. DEM.
PROPAGANDA-VEREENIGING.
De gisterenavond in de groote zaal
van hel Schuttershof alhier door bo
vengenoemde vereeniging belegde open
bare vergadering werd door den voor
zitter, den heer J. S c li r a v e r, ge
opend met een woord van welkom lot de
talrijke aanwezigen; tot den heer RoskeS,
die de vereeniging door de moeilijke eerste
jaren heen li ie lp; tot de aanwezige be
stuursleden van de Vereen, v. Vrouwen-
kiesr. en van de Vrijz.-Dem. Kiesvere'eni-
ging-, tol hen die van buiten Middelburg
waren opgekomen, en tot aen spreker van
den avond, den heer Th. M. Ketelaar^
die als onderwerp van zijn Tede had aan
gekondigd Waarom Vrijzinnig Demo
craat?"
De lieer Ketelaar begon met er op
te wijzen, dat hier op "Walcheren steeds
de democratische geest, de Vrijzinnig-
Democratische geest, goeden bodem heeft
gevonden, en dit blijkt ook nu weer, als
men de opkomst vergelijkt bij die van da
vergadering van 14 dagen geleden. Da
drukke opkomst is tevens een bewijs,
dat er ook m deze tijden voldoende
politieke belangstelling is, om een ver
gadering als deze te doen slagen.
Spr. herinnerde aan de vergadering van
verleden jaar, toen hij hier optrad te
zamen met mr. E. E. van Raalte en an--
deren; hij sprak toen voor geconcen
treerd optreden; maar nu is de tijd ge
komen om de puntjes op de i te zefr
ten, om het verschil te doen voelen!
tusschen de Vrij-liberalen, de Unie-libe
ralen en .de Vrijzinnig-democraten; want
het is noodig, dat met de Evenredige!
Vertegenwoordiging iedere partij ten volle
tot haar recht komt. Het hoofdbestuur
van den Vrijz -Dem. Bond schreef dan
ook, dat bij Evenr. Vertegenwoordiging
iedere partij op zich zelf zat zijn aange
wezen, en, dit was voor dien reeds in de
„Fakkel" en dc „Vaderlander" geschre
ven. En ondanks dit laatste werd den
Vrijz.-Democraten verweten, dat zij
scheurmakers zijn, maar zij hielden zich
in Maart aan hetgeen zij in December
ook in hun blad „de Vrijzinnig-Demo
craat" erover schreven, terwijl de andere
partijen inmiddels van gedachte veran
derd waren.
Het stelsel van Evenredige Vertegen
woordiging fs niet zoo moeilijk te begrij
pen als sommigen het willen doen voor
komen, hetgeen spreker aantoont door
een populaire uiteenzetting van het stel
sel.
Ter voorkoming van vergissing, zegt
spr. dat het een axioma is, dat op de lijst
der Vrijz.-Dem. een of meer vrouwen'
een hooge praats zullen innemen. Er is
in de partij nog 'niet over gesproken,
maar de partij heeft van haar oprichting
af voor het begmsel van kiesrecht en
verkiesbaarheid gestreden, dus spreiekt
het vanzelf.
Spr. ontkent, dat geconcentreerd op
treden het aantal vrijzinnige stemmen zal
vergroolen, want men jaagt democraten
naar de S. D. A. P. en conservatieven
naar de Cbrislelijk-Historischen. Het
ieder afzonderlijk optreden zal aan del
vrijzinnige partijen samen meer zetels
bezorgen dan geconcentreerd optreden.
Het samengaan kan niet en daarom
mag het niet.
Vervolgens schetst spr. het verschil
tusschen de drie vrijzinnige partijen. Del
Vrij-Liberalen werkten het algemeen
kiesrecht tegen en kwamen eerst in 1913
er toe, het dan maar mede te nemten(
evenals de Unie-Liberalen. De Vrij-Libe
ralen scheidden zich bij de kieswet-Tak
af, omdat die te ver ging. In 1901 scheid
den de Vrijz.-Dem. zich af, omdat men,
toen niet ver genoeg ging. Spr. vergeleek
o. a de opvatting over staatsbemoeiing
bij Vrij-Liberalen en Vrijz.-Dem., over
staatsexploitatie enz. en wees daarbij op
het goed rendeeren van gemeentebedrij
ven, wat naar zijn mcening bij staats
bedrijven ook krui.
De Vrij-Liberalen vergeleek spr met
een man met gebrekkige bennen, die bij
ik uw instructies ontvangen had aan*
gaande de afwezigheid van uw zoon,
den heer Laurence Pridham - wiens
afwezigheid, zooals ik met genoegen
vernomen heb, volkomen verklaard is,
ofschoon de omstandigheden droevig war
ren zijn mij enkele feiten ter oom
gekomen, die ik dacht u te moeten
mededeelen. Ik hoop, dat de jonge mijn
heer herstellende is van zijn ongeval?'
„Het spijt mij te moeten zeggen dat
(mijn zoon nog' zeer ziek ïsl maai'
ga voort als ik u verzoeken mag."
„Nadat ik van u gehoord had, mijn*
heer Pridham, dat verdere nasporingen
omtrent hem onnoodig waren, maakte
ik een kort verslag van het geval voor als
men er laler op terug mocht komen,
zooals ik altijd doe. Wanneer ik mij
eenmaal met een dergelijk geval belast
laat ik het nooit geheel loopen. Ik bet-
hoef u nauwelijks te verklaren, dat zulke
zaken dikwijls vollediger opheldering
vereisclien, en men komt er soms maanf-
den daarna mee terug', wanneer het
spoor koud is en men verwacht ,-dat ik
het onderzoek voortzet precies waar het
is opgehouden. Mijn aandacht was voon-
namelijk gevestigd op de verslagen omf
trenl den moord aan het kanaal, of
schoon er hoegenaamd geen verband
scheen te bestaan tusschen uw zoon
en het jonge meisje, Lisbeth Baintoc
genaamd."
fWordt