TWEEDE BLAD
liliuplie M
VAN DE
VAN
saterdag 28 Juli 1917, no. 176
WAT IïE EFFECTENBELASTING
ZAL BRENGEN.
Menigeen zal opgeschrikt zijn door de
meedeeling1, dat de Tweede Kamer nu
ook al de effectenbelastiug heeft on
derhanden genomen.
Wat dat is?
Wel een belasting' die van bezitters
van effecten geheven wordt, en wel per
duizend gulden waarde f 1 voor buiten-
laudsche, en f 0.50 voor binnenlandsche
effecten en schuldvorderingen.
Deze belasting' treft dus ni£t de in
komsten maar bet bezit. De Minister
redeneert n.I. zoo evengoed als het be
zit van onroerend goed wordt getrof
fen (n.l. in de grondbelasting) evengoed
dient ook hei roerend goed als be-
lasliugobject te worden genomen, en
daartoe dienen dan de reeds aangenomen
dividend^, en tantième-belasting, benei
ven s de effectenbelasling.
Nu is er gezegd, o.a bij hel afdee-
lmgsonderzogfc der Tweede Kamer deze
belasting is misplaatst naast de ver-
i mogëndsbelasling. Maar zij die dat zeg
gen vergelen, dat ook de bezitters van
i> n roerend goed de waarde daarvan
zien betrekken in de vermogensbelas
ting, cn dat zij bovendien nog daarvan
grondbelasting moeten betalen. Tegen
over hen is het zeker billijk, dat ooi:
zij" die hun geld heieggen niet in grond
maar in effecten, op dezelfde wijze in
hun bezit worden getroffen door een
zakelijke belasting'.
Omdat zoo heel velen met deze
belasting zullen, te maken krijgen, is
hel wellicht gewenscht uiteen te zet
ten wat men van deze nieuwigheid te
wachten heeft, want de meeslen zullen
feigh dat wel niet meer 'herinneren
van de uiteenzetting in het najaar van
'15 daarvan gegeven, te samen met die
van de andere belastingvoorstellen,
In de eerste plaats dan de vraag-
wat zijn effecten?
We zullen niet, de heele opsomming
uil de wet aanhalen, maai- ons bepalen
tol de samenvatting in de Mem. van
Toel. deze belasting treft effecten cn
schuldvorderingen, voortspruitende uit
„geldleeningen, met uitzondering der aan
deden in uaanüooze vennootschappen
waarvoor dividend- en tantièmebelasting
•wordt betaald.
Maar men versta dal woord „schuld
vorderingen" goed, want daaronder zijn
begrepen alle vormen van kapitaalbe
legging, dus ook hypotheken, voordee-
lige sloten van rekeningen-courant, in
leg in spaarbanken, h deposito staande
gelden, e. d.
Alleen het kapitaal dat vastgelegd is
•in de persoonlijke onderneming' van den
eigenaar, valt er buiten. En inlagen
in de spaarbank heneden f 1000 zijn
ook vrij, als de bezitter geen andere
belastbare effecten of schuldvorderin
gen heeft.
De waarde van al die beiaslingobjec-
ten wordt berekend: voor de effecten
maar de koerswaardevoor hypothecaire
geldvorderingen naai" het bedrag van
liet kapitaal; voor lijfrente op de wijze
-waarop dat in de successie-wet in aan
gegeven; voor de overige schuldvorde
ringen naar haar geldswaarde.
Er zullen altijd als deze wet wordt
aangenomen, maar heel veel uitzicht op
verwerping is er- nog niet dus nieuwe
invullingsbiljetten worden rondgezonden,
en daarop zal de belastingplichtige heb
ben tc vermelden een opgaaf van de
effecten en schuldvorderingen welke hij
bezit of in vruchtgebruik heeft.
Wie zoo'n biljet thuis krijgen?
In de eerste 'plaats natuurlijk zij van
wie het uit de aangiftebiljetten, van
Vermogens- en Inkomstenbelasting be
kend is dat zij effecten etc. bezi/tten,
Die jcunnen die opgaven op hun ge-
.fwoon biljet invullen.
Maar voorts ook alle zedelijke li
chamen, instellingen en vereenigingen,
en dan lest best, „alle overige persenen
en Jichamen die naar de meening van
den inspecteur der registratie daarvoor
in aanmerking komen".
Mocht iemand vergeten zijn, dan kan
hij „kosteloos" de wetgever is erg gul
een biljet krijgen.
Maar hel is mot deze aangiften al
weer precies gesteld als bij alle andere
belastingaangiften. De fiscus behoeft bij
don aanslag de aangifte nijel te ge-,
looyen. Hij kan hooger aanslaan, zij
't ook onder mogelijkheid van hooger
beroep, 1
De inspecteur lean die ho.ogere wijs
heid pulten uit een nadere toelichting
waarbij hem desgevraagd inzage dijent
te worden gegeven van boeken en be
scheiden. Maar de wet zooals die nu
luidt doet hem ook nog een andere
bron van inlichtingen aan de hand.
Er komt n.l een merkwaardig artikel
in deze wet voor, n.l. art. 18, voor
schrijvend
le dat de banken en baniciers ver
plicht zijn om een opgaaf in te dienen
bevattende de namen van hen, die effec
ten of bewijzen van schuldvordering in
pand of open bewaring gaven, benevens
de gezamenlijke waarde von die effec
ten' en schuldvorderingen en het bedrag
dat i daarvan onder de belasting valt
2ó. dat de personen en instellingen,
bij welke inen stukken in gesloten
bewaring kan geven, dus in safes', ver
plicht zijn den naam en woonplaats op
te geven van lien, die van hun hu
richting gebruik maken.
Tegen dat eonjrole-middel is al een
stormpje opgestoken. De bankiers en
effectenhandelaars hebben er bezwaren
legen ingebracht, en in het afdcelings-
verslag zijn die bezwaren door sommige
Kamerleden ondersteund.
Ten aanzien van de onderpanden en
open bewaargeving zou de gewenschte
controle -niet verkregen worden; en de
tiegèjing zal, naar men vreesde-,^ de
verhouding iusschen de effecienhancfe-
delaars en hun cliënten bederven Deze
Ipalslten. zullen niet langer hun go-
heele vertrouwen schenken, wanneer de
effectenhandelaars verplicht worden voor
de regeering als verklikkers dienst te
doen.
Bovendien wordt beweerd dat deze
opgaven voor de groole banken een
enorm werk meebrengt, waartoe zij
zonder eenigo" vergoeding verplicht war
den.
En wal de meedeeling der namen
van safe-gebruikers betreft, werd ge
vreesd dat dit zou leiden lot het min
der veilige bewaren der fondsen thuis,
of lol verplaatsing der fondsendepots
naar het buitenland, althans na den
oorlog.
Hoe dal zal aflo.opcn is natuurlijk
nog niet te zeggen. Maar ieder kan zich
nu voorbereiden op hetgeen hem te
wachten staat.
De Minister berekende in 1915, op
grond van de uilkomsten van successile-
en vermogensbelasting de opbrengst van
de effeclenbelasling op 3.3 mi|llioen.
Zou dat cijfer ook niet wat naar boven
gaan, nu de laatste jaren zulke ver
rassende- verhoogingen hebben gebracht in
de aanslagen9
Een. volgende maal iets over de
grondbelasting die ook in behandeling
is genomen.
DE AUTO-BIOGRAFIE VAN EEN
EENVOUDIG 18c EEUWER.
III (slot).
Mijn leeftijd dusverre verioopen zijndp
en Lot meerdere jaren gekomen zijnde,
hebbende niet jong konnen trouwen we
gens gebrek, aan bestaan, en eene om
trent twee en twintigjarige dienstbaar-
heijd, welke in den Jare 1750 geeijndjigt
zijnde, tonnende doe wederom niet ve-
soiveeren te trouwen, wegens mijn oude
en elendige moeder, die, indien ik trouw
de, dan niet zonde konnen alimenlee-
ren, maar gebrek zoude moeten lijden,
of tol den armen komen. Dat kon mij
van het hert niet; mijn moeder nu dood
zijnde, dagl ik meer op een doodkist dan
op een vrouwe, le meer dewijl de sterk
ste driften over waren, en het huiwelijk
niet wel uitvallende, heeft men smerten
tot de dood toe, en het genoegjen van
het leven is weg. Dus heb ik liever wil
len resolveeren, om maar met een dienst-
meijd lui ijs te houden...
Ook hier volgt weer een zeer scherpe
zelfcritiek, die v d, R., zoo hij vertelt,
begon uit te oefenen toen hij zoo, ge
heel alleen, leefde en dacht d,at „de
Heere mij meer en meer liefde ie ont
dekken aan mij selven, wegens den gru-
wel mijner zonden
Hier schijnt de tijd gekomen te zijn
dat zich zijn fanatieke nijging uitte, bu
rners, hij was zóó geheel en al van zijn
eigen ellendigheijd" vervuld' dat hij „om
trent drij a vier weken" „niet en deed-i
als schreijen, bidden en sugten tot God,
zo.odat ik mij voor meuschen niet wist
le bedwingen. Elk vraagde mij wat mij
scheelde, maar ik heb liet noijd geopen
baard aan eenig mensch."
De gedachte dat hij spoedig „de 'do,od
cn de aaniiaderendp oeuwigheijd" moet
verwachten maakt hem radeloos, omdat
hij! niet wee't hoe zTch vbor £ijn zonden
te verantwoorden voor een heijlig en jrejgt-
veerdig God", „dde de raadslagen des
herten kend en voor wien niets verbor
gen is." i
Hoe Jezus de zondaren zalig' zou
maken was hem een raadsel: „ik was
te onweerdig," mijn zonden waren niet om
(te'; vergeven, ik hadjdie te lang gewagt,
en vele zaken waren der daar ik niet
konde door zien."
Doch, langzamerhand, gelooft hij zich
zelf toch beter wordende „hij (God) deed
mij den dienst der zonde- en der weereld
afzwoeren en op het herlelijkst aan zijnen
dienst verbinden, onder vooruilbeding
van kragt en genade."
Dit feit beurde hem zeer op èn in
geloovige woorden dankt hij daar voor
Hem, die hierin had geholpen.
Maar soms heeft hij toch buien van
neerslachtigheid en in zulk een stemming
buigt hij zich eens. zoo hij waarlijk roe
ren d-gcloovig en eenvoudig vertelt, neer
en dai, doet hij zijn eigenlijke geloofs
belijdenis voor zijn Heer.
Hoe aangenaam zou ik het gevonden,
hebben als ook dit gedeelte van het
handschrift hier een plaats li ad mogen
vinden; maar, zoo ik reeds opmerkte,
er waren grenzen aan de beschikbare
ruimte en na rijp beraad besloot ik juist
van dit gedeelte "van hel manuscript
slechts een kort overzicht te geven, wijl
daarmee het algemeen verbond het minst
geschaad werd 11)
Hoe zeer v. d. R. ook met zich zeiven
te strijden heeft, eindelijk gevoelt hij
toch de rustige overtuiging „de genade
des Heeren" ontvangen te hebben en
als zijn vaste meening spreekt hij van
't volgende:
Ja, genade wast' die mij onder-
scheijde als ik t' gelooven derf, van zoo
veel anderen die zelfs gepaster voorwer
pen schenen te zijn als ik, zelfs in!
mijne ouders en "familie heb ik noijd
konner ontdekken, t' geen mij door ge
nade is tc beurle gevallen; de Heere
had regtvierdig geweest al had Hij mij
van de baarmoeder af in d© Helle, ge
stort,. om de Erfschult van Adam, en
nadat ik zoo. veele dadelijke zonden be
gaan had, en meer clan eens tot aan tie
poorten des doods scheen gebragt Te
wesen, zoo heeft Hij mij nog terug ge
roepen, en in het leven, gespaard om
Zijn raad omtrent mij uit te voeren en
schoon ik wel eens voor uijt liep, en
maar méést bekommerd was 'voor inTjh
tijdelijk bestaan, en hoe maar best door
de weereld te geraken, zoo hebt Gij
egler mij het noodïge diet laten ontbre
ken, maar teffens het verquikkelijke daar
toe gedaan.
Maai- (zie hier weer een inzinking
in vertrouwen op zich zelf!) mijn staal
en weg heeft ook zijne duisterheden en
bestrijdingen, wanneer ik bepaald worde
bij mijn koudt en liefdeloos hert, dat zoo
werkeloos i|- zoo dat ik mijn zeiven Wel
eens moet afvragen, is' er wel ooijd een
hand van genade aan mij te koste ge-
legl, is t' niet maar verbeelding, is t' geen
letterkennis, óf hersenwerk door hooren,
door ondersoek of naprajen van vrome,
gelijk wel meer gebeurd9 Men kan veel
kennen, veel quaad laten, veel goeds
doen, uit enkele overreding des gemoed's,
zonder .dat liet hert waarlijk veranderd
en omgëset is. "Wat maakt mij 'onder-
scheijdcn van andere menschen, die in
liaai natuurstaat Ijorgerlijk leven en mij
dikwils overtreffen in veele uitwendige
dingen?"
Doch hier spreekt weer zijn sterker
ik:
„Gelijk onder den ouden dag het
vuur op den altaar wel altoos brandend
wierd gehouden, zoo werd 'er tog niet
altijd geofferd; zoo ook een geloovigc
is en blijft een geloovige, al 1st' dat hij
niet werkelijk geloofsdaden oeffent, het
verbond Gods staat vast, en is onveran
derlijk
(En thans volgt een ernstige beschul
diging tegen v d .R.'s tijdgenoolenzoo
wel in hun godsdienstig als zedelijk le
ven wijst: hij vele vooze plekken met
groote juistheid aan. Ilij schrijft
„God wordt dikwils meer gediend in
een pothuis als op een raadhuis, daar
dikwils niet als veel dertele, wellustige
en in de weelde zwemmende menschen
gevonden worden. Soo boos is des men
sen natuur, dat men doorgaans in den
voorspoed zijn wel doender vergeet en
hoe zigtbaar is het niet, dat men in den
voorspoed het meest losbandig wórd, en
uitspat in weelde, hoogmoed en dertel-
heija en God, die de gever alles goeds
is, niet in erkentenis houd. Ilc moet het
zelve over 12) vijf-en-twintig a dertig
jarig zoo niet gesien hebben, of het moet
ten dien opsigte toen soo slegt niet ge
weest zijn. Den (sic) hoogmoed is in top
geresen, in huis en huiscicraden, klee-
devpragt, gastmalen, rhijtuigen, hoven,
bedienden etc. wat hoort men niet van
allerleij ontugtigheden, en dat onder al-
lerléij soort van menschen: in de politie,
in de kerk, in den borgerstaal, en dat
van gehuwde en ongehuwde, daar da
gelijks de exempelen van voorhanden
zijn. Dat vuile hoerenwerk wordt zoo
gemeen, dat men liet als gewoon word,
en alle schaamagtigheijd als gebannen
is tis maar een galanterijtje, men moet
sijn weereld verstaan; en daar mede
konnen verkeeren Het moet wel een
suffert en dutterd zijn -die niet mede
doet, zoo dat 'er als een geest van on-
reijnheijd in het midden van ons land
en stadt is "uitgegoten.
Dal spelen met kaart, daar de duijvel
tog altijd bij is, en mede speelt, word
zoo algemeen als noijd geen tijd voor
desen hekend was. Waar vind men een
geselschap, al was het maar van twee a
dry menschen bij malkander, daar niet
een kaartje moet geslagen worden en
tijd en geld verquist, tot bederf van ziel
en ligliaam? Waar vond men voor desen
zoo veelè kolfbanen en buiten "de ste
den, zelfs op borgers- en heerenlioven?
Men moetse in de herbergen overdek
ken, om tog door geen regen op wind
in het spelen verhinderd te worden.
Hoe veele heb ik 'er niet al geleend van
sulke speelders, die haar zeiven arm.
en vrouw en kinderen ongelukkig ge-
mahkt hebben en dan bankroet gegaan
sijn, tot schade van sijn evenmens, en
vervolgens voor deugniet, West-Cappel
om, de breede weg op, na I nd i e n?> Het
is dikwils zeer goed, dat 'er sulke beurt
schepen afvaren, om zoo wat van dat
schuim mede te nemen- Het schenden van
Gods naam en -dag, daar maakt men
nu weijnig werk van; vloeken, zwoeren,
11 Een volledige kopij van bet
handsehrih is in mijn bezit Belangstel
lenden geef ik hiervan, op aanvraag,
gaarne inzage. S.
12) lees: voor.
liegen en bedriegen, en alle boose wer
ken des vleesches nemen de everhand.
Groovere en fijndere dieverijhet önt-
vrcemden van sijns naastens geld en
gced, met list en bedrog, dat is nu da
gelijks werk, daar leèft men leuij en
lekker en mooij van. En als men ffiet
meer sijn credijt kan slaande houden,
dan speelt men bankroet; t'is "dan na
Cuilemburg o'f Vianen. 13) Maar daar
moetoeerst een oudmanliufs, dal is een,
goede, vette en ges Lol e beurs, voor af
gaan, om daar van te leven, of men maakt
een contralet van huiwelijk. Dan kan men;
te geruster bankroet spelen' dit moet
log eerst uit den boedel voor af; zoo
dat de listen en praktijken niet na le
gaan sijn.
Ds-nsen en springen gaat in zwang,
lot groole ergenis van velen; vergulde
kleeren en gekrulde koppen wandelen
over straat, en met sulke hoerevercier-
sels komt men selfs in Gods Bedehuis,
sonder schaamrood te worden. Wal al
vreemde en uitheemse dragten! 't Moe te
Franse. Spaanse, Engelse en Italiaansche
jinoden zijn; de oude eenvoudigheit is
weg Doen onse voorouders nedrig en
opregt waren doen warense rijk en daar
was een zegen in hunne besitting. Maav
nu de menschen hoogmoedig en onop-
regt sijn-, nu sijnse arm, en daar is een
vloek in hunne inkomsten. Men bouwd
huisen en palleijsen, en de steenen,
hout en "kalk roepen datse nog niet be
taald zijn, men draagd kostbare kleede
ren en men bètaaldse niet, men eet vlees
en roer drinkt wijn en men betaald het
niet Ik gedenk nog maar korte lijd ge
leden, bij sekere gelegendlieijd, een
voornaam beenhouwer sijn creditboek ge
sien te hebben Diaar sag ik de namen
V3n veele welke in geen jaren vlees
betaald hadden en dat wel van sulke
daar men het niet van denken soude, en
die na geen aanmanen om betaling vra
gen, ook sulke, welker boedel in-sol
vent was En soo rufneerd men sig sclfs
en sijn evennaasten, en waar komt tog
zoo een slegt bestaan van af? Soude
het niet wel wesen van de toenemende
dcisterij, waar van in onse dagen ban
den en tuigels los worden? Men moet
maar de godsdienst van een eerlijk man
licbben. De openbare godsdienst is maar
vcor menschen van een lage geest en die
niet beter weten: maar sij sijn sterke
geesten, en houden sig met dat gequesel,
gelijk men het noemd, niet op God is
goed, Hij is genadig en barmhartig, en
wij doen niemand quaad, en God geevd
on s de weereld óm 'er ons genoegen in
te nemen en dus moeten wij de schep
selen maar gebruiken, en na ons goed
dunken wandelen, zoo spreekt men, en
geeft sulles door daden te kennen
Den bijbel hout men voor een bloote
historie, Christus maar vbor een gemeen
Profeet, gelijk als Moses, David en andere
profeten, en zoo raakt de gantse weg van
zaligheijd uit het oog Men wil van geen
ktrnis der Elende hoore en gelooft
niet, dat men elendig is. Veel minder
heeft men der gevoel van; in plaats van
den Bijbel, en goede theologise boeken
te le«cn soekt men na grollen en iRo-
mars. en allerleij ontugtige boeken, hoe
vuilder hoe liever, zijnde geen Eeuw
ooyd bekend geweest, dat die Edele
drukkonst zoo misbruikt wordt, ars In
ense dagen. Daar geeft men'handon vof
geld voor een partij hoereboeken, en
wanneer men sig schaam d om sulke boe
ken publijlc te koopen, dan sal men nog
wel een eerloos hoekverkoioper vinden,
die de selve besorgt. Boeken, vóór de
sen verboden en op schavotten verbrand,
worden nu publijk in de winkels te koop
geveijld. Vv'as ik niet selfs getuige hior-
vcn, ilc zoude het niet seggen. Nog maar
kort geleden in een boekverkooperswin-
kel zijnde, daar sag ik de gruwelleere
van Pontïaan van Haltem en Roggeveen
te l oop leggen ITeeft men smaak in
Sosinus of Arminïus in Pelagius in Vlak
Buitendijk of andere, is men een Hebreer
of anii-Nomiaan, men kan daar alles krij
gen en hoeft nergens om verlegen te
zijn Daar van daan soo een onvcrschil-
ligheijd in de Godsdienst en zoo raakt
dezelve in kleinagting. Men tragt niet
om na de kerk te gaan; de gehoorplant-
seh zijn alf ledig, 'de stemme van Gods
knegtcn is als de stemme eens roepen
den in de woestijne, en sij ploegen als
op rotsleenen, twelk ookde reden is
dat de Heere met sijn geest' wijkt uit
onse kerk Oude Godzalige neemt <ie
Heere weg "door de dood, en gaan soo
al henep, en 'er komen geen nieuwe in
plaats.
Het werk der bekeering staat als stil
Waar hoort men van ontdekking en over
tuiging? Waar hoort men van doorbre
kende bekecring? En soo hier of daar
al vets bespeurd wordt, en dese of
gene al eens een stille hope hij do
vrome verwerkt, dat se ook sullen toc.ge-
bragt worden, wat siet men niet dikwils
datse terugge keeren en weder do wee
reld in gaan. zoo 'dat de onbestendigheijd
bewijs geeft van de onopregtigheijd. en
keeren dus weder met den hond tot
sijn uitbraaksel en met de gewassene
zeuge tot dc wentelinge in het slijk
Ag, wie is opregt9 Wie is vroom, wie
is Goctvreesende? Hoe klein is het ge
tal Een jonkse zoude- desolve opschrij
ven w t moet van soo een land en kerk
worden, als de Heevc met zijn geest
wijkt'? En dat in een t'jd daar we zoo
13" Dc plaatsen die als „vrijsteden"
waren aangewezen. Bankroetiers waren,
cenmafl' daar, veilig; hun crediteuren
konden hen dan, zoolang ze daar verblijf
hielden, absoluut niet vervolgen.
veele uitwendige zegeningen genieten, als
geen volk op den aardbodem heeft. Wij
besitlen onsen landpalen in vrede, on
sen koophandel (sic) bloeijd nog 14), den
(sic.) Lmdman is gezegend, op het veld,
de veepest houd op, runderen en scha
pen geven bare inkomsten, winkelier en
am bailsman eten nog het brood van
haar bcschcijden deel, en wij ontfangen
dagelijks, de eene voorraad na de andere,
socdat ons niets 'ontbreekt, en wij mogen
riog zitten onder onsen wijnstok cii vij
geboom, en boven dat alles hebben we
nog dal suiver Evangeliewoord, die suij-
verc lecre der waarheijd, een lcleynodi©
welkers weerga in de weerelt niet to vin
den is....
En om verder tc gaan, mag men het
•ook niet wel als een oordeel aanmerken
de toenemende aanwas vah liet anti
christendom in het midden van. onsf
land 15) Is er niet als een geest des
diepen slaaps bij onze overlieden, zoo
dat dezelve niet waken tegen liet aan
wassen! Pausdom, maar hetzelve veel eer
koesteren en aanqueeken, verre van hot
beslrar. der overheden ten tijde van onse
voorvaderen, die voor de Gereformeer
de religie goed en bloed hebben opge-
set. Nu laat men den afgod dienen in
sijn bus. door Paapse knegts en meij-
den, alsof er geen andere te krijgen
waren, ten bcwijse, dat de ware gods
dienst van weijnig belang gerekend word
bij de sulken. Hoe lang beeft men al
zwanger gegaan om een Paapse kerk in
het n abüurig Vlissingen te sligten cn ten
ware de welmeenende Regentf-n dc trou
we 1 orgerij en de predikanten sulles ver
hinderd hadden, het werk bad al Jonge
zijn beslag gehad; cn als men aanmerkt
welke de voorstanders al waren onder de
Regenten, dan moet men verbaast staan
cn zoude dat nooijd van dezelve ver-
wagl hebben.
Hadden se ten tijde van Due D'AIba
«eleeft, mogelijk hadden se al lang
Pcaps geweest, want van sulke indiffo-
rehtisten kon men niet veel tegenstand
verwaglen.
II; ben gents niet van oordeel dat
men in alle religiën Uau zalig worden
Dat het dan tog verre zij van een Chris
ten om ovd een jok aan te trekken
met sulke ongeloovige. welker leere en
grondbeginsel is (ide kettersgelijk men
het noemd\ geen geloof te geven, maar
le vervolgen, te verdelgen, en uil le>
roeijc-n. Hoorde men onse broederen
de geloofsgenooien in Frankrijk, Pié-
munt. Bohemen, de Palts en allot
die verder ,on<ler liet anti-Christendom'
zijn, eens schreijen en zugècn ov-cr alle
die wrecde behandelingen en verdruk
kingen, die deselve moeten ondergaan, en
dikwils uuren verre reijsen om, no'g
maar in spelonken en holen der aarde
een gebrekkelijk voorstel uit des Hee
ren woord le booren. men zoud waar
lijk zoo goed Paaps niet zijn, maar li-ou
den se onder ons, gelijk de Gibconie-
'eii onder Israël, tot lioiithouwers en
waterputters, of tot rioohuiimors en nagt-
werkers. Ik vrees dat de kinderen al
geboren zijn, die sien en beleven Sullen.
1 1' Inderdaad, zijn gehcele leven door
heeft v d. R. dit kunnen zeggen. Juist)
een jaav na zijn overlijden, in 1780,
brak dc ..vierde Engclsche oorlog' uit.
die s'roote offers op elk gebied van ons
land heeft gevraagd, die o a den koop
handel ui v d R.'s tijd zoo bloeiende,
een geducliten knauw toebracht.
15; Uit het volgende blijkt dat v d
R. een sferk-nitgesproken tegenstander
van liet Katholicisme is geweest. Zijn
wijze van uitdrukken is hier soms zelfs
grof te noemen. Aan den invloed van
zijn tijd, althans wal den geloofshaat be
trof. was hij dus hiel ontkomen!
'ngeztfflto Msflstleftllnpnu.
OpfmnediBins helpt niet.
Het is geen wonder, dat vrouwen bij
tijden moedeloos worden. Zij zijn zoo ver
diept in het welvaren van anderen, de
zorgen voor de familie en het geluk van
hol eigen huis, dat haar eigen gezond-
heia vaak verwaarloosd wordt.
Als rugpijn, waterstoornissen, zenuw
achtigheid, of verlies aan gewicht hieruit
voortvloeien, toont dit aan dat de nieren
aan het verzwakken zijn en dat urinezuur
zien in het lichaam ophoopt. Men dient
te bedenken, dat dan verdere verwaarloo-
z'ng kan leiden tot rheumatïek, ischias,
nierciuis of -steen, ontstoken nieren en
blaas, of tot graden van ongeneeslijke
nierziekte.
Ontmoediging dient tot niets. Geuiet
iicver meer frissche lucht en slaap. Ver-
iiclil zoo mogelijk uw werk. Neem slechts
licht verteerbaar, gezond voedsel, met ge
noegzaam melk, genoegzaam water, maar
geen onnoodige opwekkende middelen, en
verstek de nieren door een kuur met
Fostor's Rugpij'n Nieren Pillen. Dit ge
ne.;! middel herstelt de werkzaamheid van
alle urincorganen, zuivert het bloed en
doet een nieuw levenstij'dperk voor u
beginnen. Mannen zoowel als vrouwen
onoorvinden nut van Foster's Pillen, want
deze Dcvatten de zuiverst© bestanddeelen
uitsluitend voor nier- en Maaskvaleu,
De echte Foster's Rugpijn Nieren Pil
len, kentiaar aan het handelsmerk (d©
man met zijn handen in de lendenen) op
net etiket, zijn te Middelburg verkrijgb.
bij Joh. de Roos. Vlasmarkt K 157. Toe
zending geschiedt franco na ontv. v. post
wissel k f 1.75 p. doos of f 10 p zetf
doozen. I