MIDDELBUROSCHE COURANT. Jtt 172 159' Jaargang Maandag 24 Juli. FEUILLETOM. BINNENLAND. löiö Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal te Middelburg en voor hen, die de cour&rft bezorgd krijgen door de Agenten te Vlissingen en te Goes f 1.30. Per post f 1.50. Afzonderlijke nummers kosten 5 cent Advertentiën a 20 cent per regel. Bij abonnement veel lager. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels f 1.50 elke regel meer 20 cent. Reclames 40 eenper regel. Groote letters en randen naar de plaats die zij innemen. Advertenties vóór één uur ie bezorgen. EnplaaiU»ea osza Zuevisschsrij. Wal de vorige week meegedeeld werd over de Kngelsche maatregelen tegen onze visschers, was zoo buitensporig!, dat we verscheidene dagen telkens maar weer belangstellend uit zagen naar nieuwe berichten, die misschien zooals ook indertijd met de kwestie van de bunker kolen en met den uitvoer van manufac turen gebeurd is de zaait tot veel kleiner afmetingen zouden terugbrengen En nu nog, hoewel werkelijk blijkt dat Engeland zonder eenige voorafgaand- de waarschuwing' onze geheele zeevisr' scherjj onmogelijk tracht te maken, nu vragen we ons nog af of dat nu alles onherroepelijke maatregelen zijn, dan wel een poging om eens le zien lioe/- -ver het in die richting met ons gaan kan. We hopen van harte, en we vevtcouj wen daar ook op, dal onze regeering zich krachtig te weer zal stellen tegen deze aanranding van onze bcdrijfsvrij- heid, die niet alleen voor onze bevol,L king noodlottige gevolgen kan nebben, maar die bovendien op gëen schijn van recht berust, zelfs niet op zee-oorlog"»- reeht zooals Engeland dat tot nu uoc opvatte, Wanneer onze visschers in de Noord zee visch ten, en de opbrengst naar Duilj- sche havens vervoerden, zou Engeland recht hebben als het die schepen kon aanhouden, om den inhoud verbeurd te verklaren als contrabande Maar dat is hier het geval niet Die schepen brengen him opbrengst naar Nef- derlandsche havühs, waar ,de visch ver kocht wordt op de vrije markt, „Daar wordt gekocht» döor onze eigen handelaars voor het binnenlandsch ver bruik, daar Wordt gekocht door Duitsch- land, en daar kan Engeland evengoed koopen. Maar dat wil het niet Het wil slechts beletten dat Duitschland bij ons komt ioopen. En daarvoor wil het nu onze heele visscherij stopzetten. Het heeft er zelfs een vergoeding voor over aan onze visschers, alsof daarmee die heele zanlc afgedaan zou wezen. Het stilleggen van de zeevisscherij,be|- teekent in ons land het stopzetten van alle bedrijven die daarmee aan den wal zijn verbonden; het beleekent voorts het afsnijden van een zeer omvangrijken aanvoer van wat hier reeds een bel.uigi- rijk onderdeel van de volksvoeding was (speciaal de haring), en wat in den laatt sten tijd van nog veel grooter omvang was geworden door de propaganda van de regeeringsvisch, vooral in de grootet steden en voor het leger. We zijn van EngGlsche zijde al aap krasse mach tsmisbruilcen gewend geraakt Maar tot nu toe golden die steeds den aanvoer van goederen uit Engeland of uit andere landen naar het onze. Het heeft nu echter zijn macht ook uitge- Ms lan||© japen tiaar het Engelsch, door L. G MOBERBY 47.) „Daar ben ik blij om," zei Joyce Ze sloeg haar heldere oogen op tot de donkere oogen die op haar gevestigd waren, ,„en als hij ons door zijn vriendschap voor Hetty, eenig denkbeeld kan geven van de plaats waar zij naar toe gegaan kan zijn, dan kan ik u niet zeggen hoe dankbaar wij zullen we ien Zij Wachtte niet op antwoord, maar liep haastig de landerijen op tus1- schen de met bramen begroeide hagen en keerde terug' naar mevrouw Marst hall, die met. de oogen naar de deur gekeerd en een .uitdrukking van pijnlijke) spanning, op haar lag te Wachten „Waar is zij?" waren de eerste wooiv ■den van de moeder, en die woor den toonden wel aan, dat haar gedaelf ien sedert Joyce haar veriaten had in _een nieuwe richting werden geslingerd, „heeft u haar gevonden? Heeft u iets van haar gehoord? Ik weet. wel dat ili haar niet altijd heb liefgehad, zoq- als ik behoorde ze scheen zich altijd te plaatsen tusschen Eric en mij, •maar ik kan er toch niet aan denken dat zij zich in gevaar of in moeilijkheden zo.u kunnen bevinden Ik heb over alles breid over de visch, door onze ei; visschers opgehaald, en naar onze eigen havens aangevoerd. Het geeft zelf, door die belofte van schadevergoeding voor het opleggen onzer visschersvaartuigen toe, dat het alleen door een rechtseisch zoo iets niet kan verkrijgen, m. a, w. dal het er niet het minste recht toe heeft. We geloo^en niet dat Engeland liet zou wagen zoo'n aanslag te doen op de levensmiddclenvoorziening van een kracli- tiger land als het onze, bijv. de Ver*, eenigidc Staten Dat zijn dingen die iedereen wel weet Natuurlijk, als Engeland er alles voor over heeft, als het niet geeft om de stemming in ons land of zelfs niet om de ernstigste gevolgtrekkingen die kun nen voortvloeien uit het niet gehoor geven aan protesten legen een ongeoor- loofden dwang; ja, dan zal het ook wel doorzetten en xlen volledige» toevoer van visch naar ons land afsnijden, om- 'dat wij aan Duitscliland grenzen. Maar we kunnen ons niet voorstellen dat Engeland zoo geheel onverschillig is, tegenover hetgeen hier gedacht en gedaan wordt En daarpm hebben we het vertrouwen dat hef protest der visschers, gesteund door een actie onzer regeering, deze zaak nog tot loplossinfg zal brengen. DOELMATIGE VERDEELING VAN LEVENSMIDDELEN Het belangrijkste uil hel verschenen vc rioopig verslag over de distributie-wet, is minder wat de Kamerleden daarin op merken, dian wel wat daarin meegedeeld wordt van de antwoorden door den Mi- nisier van Landbouw op verscheidene dier opmerkingen mondeling gegeven aan de commissie van rapporteurs. Daardoor toch is reeds aan verschei dene der gerezen bezwaren tegemoet ge komen. Zo wal belrefl de rol van de ge meente n, waarover door zeer veel le den was gezegd dat hel wetsontwerp de .trekking heeft de zorg voor de aanwezig beid van voldoende voorraden af te wen telen van de regeering op de gemeenten Uit de verklaring van den Minister bleek dat dit de bedoeling niet is. De voorgestelde regeling belrefl enkel die aiti kelen welke door de regeering zijn aangewezen, en door haar ter be schikking van de gemeenten worden gesteld. De commissie heeft toen aan den Mi nister in overweging gegeven dat door wijziging van 't wetsontwerp duidelijk te doen uitkomen. Een tweede verklaring van beteckenis betrof de beperking van de beschikbaar- telling lol de minvermogenden, liggen nadenken, terwijl u weg was, en ik weet dat ik haar meer had moeten liefhebben dan ik dóe Maar het schijnt dat het niet bij mij was opgekomen haar lief te hebben zooals ik dat moest en nu schijnt liet dat u mij hebt doen begrijpen hoe verkeerd ik at dien lijd gehandeld heb. Ik kan niet zeggen dat ilc nu veel van haai' houd, maar ik zie de zaken toch anders in u hebt mij dc dingen anders leeren inzien En nu Iletty zich misschien in moeilijkhei oen bevindt, herinner ik mij steeds, dat ze anijh kind is. Zij is mijn kind, ziet u en dat kan ik niet vergelen „U hoeft liet ook niet te vergeten, u moet er altijd aan denken.' Joyce's stem ■as streng, zoowel als bedarend, en die oreenïging van kalmte en kracht had juist een goeden invloed op de zieke vrouw. „Iletty heelt zooveel moederlijke liefde en vriendelijkheid noodig." Me vrouw Marshall's gezicht werd minder gespannen terwijl Joyce sprak, liaar trek ken werden minder scherp, de strenge uitdrukking verminderde. ,,Er is iets in uw manier van spreken eu in uw heele persoon, dat mij rust geeft," zei ze met een zucht, „als u bij mij is voel ik mij kalmer en heler in slaat af te wachten wal er gebeuren mocht, U schijnt zulk een heerlijke verzekerd heid te hebben, dat alle dingen op den duur goed zullen afloopen. Die verze kerdheid is in uw oogen te lezen." ,,lk voel mij zoo verzekerd dat de din gen ten goede zullen uitloopcn,ant woordde zij kalm, ,,en als men zich zeker wair.egen vrij algemeen bezwaar was ge maakt. De Minister, hoewel' hel in beginsel verkeerd achtend dat ook niel-minvermo- genden van regceringshulp profiteeren, vc-rklaardc zich bereid die beperking le doen vervallen. Omtrent de prijsbepaling gaf de Minister de nadere toelichting, dat de ge mcentebesluren in de bepaling van dien verkoopsprijs geheel wij zullen zijn mits ne ingevolge art. 2 gestelde maximumprij zen worden in het oog gehouden. Hel was zijn inziens wenschelijk, dat niet de regeering, maar dc gemeente, die met plaatselijke omstandigheden rekening kan houden, voor de bepaling van den ver- koopsprijs verantwoordelijk zijn. Vindt de gemeente gelegenheid bij an deren goedkooper in te koopen dan bij de regeering, dan zal- zij dit kunnen doen, maar de voorgestelde bepaling beoogt te voorkomen, dat dc gemeenten tegen on- noodig hooge prijzen inkoopen. Tegenover de bezwaren, aangevoerd tegen jet overdragen vau een deel der kosten op de gemeenten, zei de Minister dat als men dat niet deed, de ge meente allicht le zeer geneigd zou zijn den verkoopsprijs der waren lager te stel len dan noodig is. Hel vergen van een bijdrage vormt hiertegenover een niet le missen tegenwicht. Over dc vraag of de bijdrage op een iger bedrag dan Vi ware te stellen, wenschte de minister zich niet uit te la- ien, aangezien hij omtrent die verlaging zijn ambtgenoot voor financiën had le raadplegen, Lol welk overleg hij zich he- reid \erklaarde. I>e minister meende verder, dat de dislributiokoslen voor rekening der ge- meenlc moeten Hjjven, en merkte -op, dat die kosten voor de gemeenten óanmer. kelijk lager zullen worden, Lndien de on derscheiding tusschen meer- en minver mogenden vervalt. Ten slolle nog de kwestie van de teelt van bepaalde gewassen. Er waren leden die het verbod van teelt van sommige gewassen exorbitant (buitensporig) noemden. De minister zou bijjv. op grond daarvan in Groningen en Zeeland de bietencultuur kunnen verbie den. al zal dit wel niet dc bedoeling zijn. Deze leden vroegen of de bevoegdheid des ministers niet nader omschreven zou kunnen worden. Andere leden waren van oordeel, dat het artikel niet ver genoeg gaat en dat de minister ook de bevoegdheid moet heb ben de teelt van bepaalde gewassen te gelasten, omdat anders het doel der be paling niet wordt bereikt en de gelegen heid gelalen wordt het land braak te la- Len liggen. Mei deze opmerkingen in kennis ge steld verklaarde de minister bij het mon- delïn overleg met de commissie, dat de toestanden bij den landbouw geen ge boden tot verbouw toelaten. van iets voelt, kaji men dat in de oogen lezen Ik geloof dat u en ik zeker kunnen zijn dat Heltv in Gods handen is, dat Hij voor haar zorgen zal." ,Ja maar er kunnen vreeselijke din gen aan jonge meisjes overkomen," riep mevrouw Marshall, „en ofschoon ik nooit iclil veel van Hetty gehouden heb, ilc wou toch niet graag dal haar iets akeligs overkwam. En zij is zoo onhandelbaar, zoo zeker dat zc hel zelf het beste weet, zoo onwillig om zich te laten leiden." Het was niet hel geschikte oogenblik om te zoggen dat de moeder van het meisje haar nooit eenige verstandige lei ding tmgeven had. Joyce herhaalde slechts- „Wij kunnen haar alleen aan Gods lei- ding toevertrouwen eu zeker wezen dat Hij haar voor kwaad behoedeu zat; en inlusschen moeten wij geen middel on beproefd laten om haar op te sporen. Haar woorden werden besloten door een hard kloppen op de voordeur; loen Joyce de deur opende stond zij tegen over Hal Fenwich; de knappe jongen zag er nu zeer bleek eu stil uit, zijn oogen schillerden van toorn. „Wat beteekent dal, wat vader mij vertelt van Hetty?" riep hij uit zonder te groeten. „Waar is zij? Hij zegt dal u haar kwijt is? Waar is ze?" „Dat weten wij niet". Joyce kreegme- delijden ïnet den jongen toen zij zag welk een groote ellende er sprak uit. dat jongenachtig gelaat, ,,U dacht geloof ik, dat ik er de hand in had?" Bedwongen woede sprak uit zijn Wal op eenig land verbouwd kan wor den, hangt van verschillende omstandig heden af. Rekening is le houden met de geaardheid van den grond, de vruchtwis- seling, de mogelijkheid van beschikking over meststoffen enz. Het middel om den verbouw van bepaalde gewassen le be vorderen, bestond naar hel inzien van den minister in liet geven van uitzicht op prijzen van het artikel, welke de pro- duclie loonend maken. Inlusschen zal een verbod tol verhouw van artikelen, waaraan minder behoefte bestaal, zijde lings den verbouw van gewenschle ge wassen bevorderen. Bij de uitvaardiging van dit verbod zal ook op de belangen der industrie worden gelet. Dat hel ver bod aanleiding zou geven tot liet doen braak liggen van grond, achtte de minis ter niet aannemelijk,. Hij achtte het niet mogelijk aan het artikel een andere dan een beperkte toepassing te geven. Aan de aanoereling om in het artikel le bepalen, dal de regeering aan de bebouwing voor waarde» ka» verbinden, zou de minister gaarne gevolg geven. WAARIN NEDERLAND ZICH ALS NEE- TIM IL HEEFT TE VER WEREN Er i s weer een Oranjeboek verschenen dat in aansluiting niet hel vorige een overzicht geeft van eenige in hel tijdvak October '15 tol. Juli 16 door ons Ministe rie van Buitenlandsclie Zaken behandel de aangelegenheden, en wel De houding van de oorlogvoe rende zeemogendheden Len opzichte van den neutralen handel en scheepvaart. b. - - De iKshandeling van poslpaketten door de Britsclie regeering c. - Het leggen van een Duitsch mijn- veïd in de Noordzee ter hoogte van Dog- gersbank d. De vernieling van aangehouden Ncderlandsche schepen 'Berkelstroomi,, en de beschieting van de Bandoeng. - Het vergaan of de beschadiging van Nederlandsche schepen door torpe do s. (Tnbantia, Eemdijk en Tiijndijk - Dc in temeer ing van (le Duitsche onderzeeboot U. G. 8, en van de Bril- sche onderzeeboot U 6. g Dc interneerimg en beschieting van 1 uchtvaar tuigen. De interneering van schipbreuke- kelingen, zieken of gewonden afkomstig an oorlogsschepen der oorlogvoerende partijen. Vrijlating van geïnterneerde deser teurs. Het station voor draadlooze tele grafie le Baarle—Hertog. li. - Bcnadeeling van Nederlandsche belanghebbenden tengevolge van de in beslagnemingen der over zee vervoerde brievenpost. 1'. Regelen nopens de toelating van door oorlogshandelingen verkregen sche pen. m, Vernietiging van het Nederland sche consulaat en van bezittingen der firma Win II Muller üie. te Durban ui. Uitwisseling ran invalide krijgs gevangenen via Nederland. Ilct Oranjcboek is veel te omvangrijk dan dat wij er ook maar aan kunnen don ken iets als een overzicht van de talrijke kwesties te geven We moeien ons bepa len tot hot aanstippen van enkele punten van algemeen interesse Zoo heeft ten opzichte van de B e r- kelsi.ro om onze regeering 15 Juli aan dc Duitsche regeering meegedeeld dat naar haar meeniiig hef vonnis van li(et nationale prijzenliof. aan welks oordeel dc zaak door de Duitsche regeering zal worden onderworpen, hoe hel ook zat uitvallen, niets kan ontnemen aan het, uil een volkom-echtelijk oogpunt in den grond onwettige karakter van de vernie ling van de Borkelstroom, noch de» com mandant vrijpleiten ten aanzien Van zijn handelingen. Deze 'blijft onverschoonbaar niet slechts wegens de door hem gebezigde woorden, len aanzlcii' Nvaarvan de beëedigde ver klaringen van den kapitein 'en den eer sten stuurman van de Borkelstroom in dc oogen van de Nederlandsche. regee ring geloof blijven vinden, maar ook door hel niet minder plotselinge als wil lekeurige besluit van den commandant van de duikboot om zijn toevlucht te ne men tot liet uiterste der vernieling De stukken meegedeeld over de T u- b a n t i a zijn reeds in hoofdzaak bekend Vermelding verdient echter dat deze mepdeelingen besloten worden met de op merking: „De Nederlandsche regeering acht hief haar plicht nieLs ongedaan tc laten dat licht zou kunnen brengen in deze aan gelegenheid Zij handhöaft hef door haar uiteengezette standpunt en heeft in ver bruid' daarmede op verschillende punten nadere inlichtingen aan de Duitsche re geering gevraagd Aangezien de gedachtenwisseling terza ke. die van verlrouwelijken aard is. nog niet is afgeloopen, kunnen dien aan gaande vooralsnog geen mededeelingen worden gedaan Ten aanzien van hot gebeurde met de E e in d ij lc (6 April en met de R ij n- d ij k '7 April, is telkens aan den gezant te Berlijn opgedragen aan de Duitsche regeering le verzoeken wel te willen doen onderzoeken of liet mogelijk is, dat een Duitsch oorlogsvaartuig de schepen heeft getorpedeerd Het antwoord van do Duitsche regee ring in beide gevallen wordt thans af gewacht. Hel onder a (neutrale handel) rmelde„ betreft voornamelijk de afwij king door de Eransche en Britsclie regee ring van de bepalingen der Londen sche Zeerecht-verklaring Een daarvan betrof liet wijzigen van de bepaling dal het onzij dig of vijandelijk karakter van een schip stem; ,,u ging naar de hoeve, denkende dat ik zou weten wal er met haar ge beurd was; dacht u dan dat ik haar verleid had om' weg te loopen, of wat dacht u anders?" „U en zij zijn groote vrienden ik had natuurlijk hoop dat u in staal zou zijn mij te helpen.- ik dacht dat u misschien wist waar ze naar toe had kunnen gaia.il. Waarom komt u niet binnen, dan kunnen wij er kalm over praten. Mevrouw Mars hall is boven, u zult haar niet sloren Kom binnen en praat er eens met mij over." „Ik verlang niet binnen te komen" Hal s vertoornde ^oon werd kalmer toen hij de oogen van Joyce ontmoette. „Ik wou alleen maar weten Waar Hetty is en waar u haar gedaan hebt, samen." „Wij weten niet waar zij heen is.In weinige woorden vertelde Joyce hemdi nauwkeurige bijzonderheden \an het ver dwijnen van het meisje; „haar moeder en ik maken ons zeer ongerust over haar." „U mag u ongerust maken, dal is mo gelijk", luidde het beknopte antwoord, „ik denlc niet dat liet haar moeder veel' schelen kan." „Ilaar moeder maakt zich ook erg on gerust; u zult lioop ik gelooven dat ik alles wat in mijn vermogen is zou willen doen om goede vrienden te worden met Iletty en haar geltukldg te zien". Joyce sprak zeer ernstig en de uitdrukking in Hal's oogen werd minder vijandig. „U ziel, ik wist dat u een vriend van haar was en ik kwam naar u toe om hulp," Ik wil haar tol wouw hebben, dat moet u begrijpen", zei Hal op gedecideer- den toon. „en niet alleen als vriendin en ik &!eIot>[ dat zij evenveel van mij houdt als ik van baar ofschoon wij dikwijls hvisl mei elkander hebben." Er kwam een beschaamde uitdrukking op zijn ge zicht en Joyce herinnerde zich de wan hopige snildcen van Hetly, dien keer in 't boschje. „Ik begrijp haar heler dan iemand andérs", zei hij een weinig uit dagend, „en ik ben van plan met haar le trouwen, zoodra ik kan doen wal ik wil." „Maar uw vader begon Joyce. De jonge man viel lniar dadelijk in de rede; met fonkelende oogen zei hij Mijn vader heeft een vooroordeel te gen Hctly, maar ik laat mij niet regeeren door de vooroordeelen van mijn vader. Daarenboven is hel niet noodig mijn va der aan te halen bij iets wal mij betreft. Hij en ik lcuMnen het niet samen vinden, dai hebben wij nooit gekund, evenmin als Hetty en haar moeder. Het kan mij geen zier schelen of mijn vader hei; goedkeurt ja of neen. Hetty is mij meer waard dan twintig vaders. Als zij is weg gekropen omdat zij zich ongelukkig voelt, zal ik geen steen bp den anderen laten voordat ik haar heb weergevonden en ik zal trachten haai- gelukkig te maken. Nie mand anders heeft dat ooïï geprobeerd behalve u misschien", voegde hij er bij met een half verontschuldigenden blik op Joyces (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1916 | | pagina 1