BIJVOEGSEL
Binnenland.
FEUILLETON.
INNOORDPOOLDUISTERNIS
TIB 03
▼A*
Maandag 2 Augustus 1915, no. 179.
UIT DE PERS.
Z e o u w s c h-V 1 a a n tl o r e n.
de Schelde en
Nederland.
Onder dit opschrift is in net Augustus
nummer van „De Gids" een opstel opge
nomen van j. FT. Deibei, de strekking
heDbend: „in het licht te sleilen wat
Zeeuwsch-VIaanderen voor ons is ge
weest en nog is, als een Neaerlandsch ge
bied dat door veel sterker banden met
hel overig Nederland is verbonden dan
velen wei weten; en ais een grensstreeK
die sedert eeuwen een factor van invloed
was voor onze internationale positie.'
Die internationale heteokenis was niet
afhankelijk van onze Zuiderburen. En liet
zal er ook nu niet toe doen wie er komt
Sedert Zeeuwsen-Vlaandoren bij Noorci-
Nederland kwam, hebben we achtereen
volgens ais machlhcnbers aan de andere
zijde der grens gekend Spanje, Oosten
rijk, Frankrijk en een onaihankeiijk Bel
gië Met allen kregen we gescnillen over
Zocuwsch Vlaanderen en cte W e ster-
Schelde en steeds irebben wc onze recn-
ton kunnen handhaven.
Er dreigen nu nieuwe moeilijkheden
over dat gebied, wanneer België Duitscn
mocht blijven, maar ook wanneer Bc!g;ë
veer onafhenkelijk mocht woraen. Want
memand zat nog gciooven aan een herstel
van de zoo voos gebleken „gewaarborgde"
neutraliteit van dat land. Dus ook bij een
overwinning zal de internationale p^si.ie
van België herzien worden.
Hel is mogelijk dat het verlangen naar
uitbreiding van grondgebied in België de
begeerte zal richten naar een landstreek
waar België reeds veel economische nc-
laitgen heeft, en die veel Belgen beschou
wen als hun „natuurlijk" grensland.
Maar veeleer verwacht cte schrijver,
dat cvenlueeie moeilijkheden hun oor
sprong zullen hebben in dc vertioiiding
tot ónzen Zuiderbuurman ten opzichte
van oorlog s-loestanden in verhand met
de vaart op de Wcstcr-Scheldc.
Niet in verband met de koopvaardij
in vredestijd; die is op dc Schelde even
bevredigend geregeld als op den Rijn cn
de Ecms. En ook niet door de kwestie
van doorlating van versterking over de
Schelde naar een van de landzijde be
dreigd Antwerpen.
Er is iets anders mogelijk, een vernieu
wing van-een toestand, dien men vergelen
zou.
Van 1814 af is Antwerpen geen oor
logshaven geweest. Engeland, be
zorgd geworden door dc bedreiging uit
de door Napoleon gemaakte stelling Ant
werpen, had cr voor gezorgd dat hij den
vrede van Parijs verboden werd Antwer
pen lot oorlogshaven te maken. I)al is
in 1839 herhaald en het is zoo gebleven.
Maar zai het na cte vrede nog zoo
Wijven?
Misschien zal Engeland, ook in hel
geval België weer onafhankelijk mocht
worden verklaard, trachten te voorkomen
dat hel „pistool op 't hart van Engeland",
weer geiaden wordt. I Kon eens in an
dere handen geraken
Maar heet waarschijnlijk en bijna ze
ker is net dat Duilschland. als het blij
vend bezitter van Antwerpen mocht wor
den, alle mogelijke pogingen zal doen
om die piaats niet sleciils ais handels
haven te gebruiken, maar ook als oorlogs
ka ven. -v
van Oevre Richter Frich.
Uit het Noorsch vertaald door M. A'. Z.
40).
De man knikte
Hij schrapte met groolo langzaamheid
de tabak uit zijn pijp, stopte die met
pruimtabak en stak haar aan,
O men leert alle haast wel ar in
't hooge noorden.
„.Ta, zijn jol ligt nog aan 'l s lrand"|,
begon hij. i
„Wat zegt de man?" vroeg Frida ner-
Veus,
„U moet geduld hebben, freule! We
zijn nu op Noorsclien grond en moeten
ons schikken naar 's lands wijs. Al kwam
onze lieve Heer zelf bij een pelsjagers-
hut, hij zou niet anders ontvangen wor
den. De voorstelling gaat niet in 7.00'n
vlug tempo als in Europa. Er moeten
eerst voorzichtig eenige plichtplegingen
plaats hebben, eer men over den drempel
komt
„Wij komen van ver," vervolgde Bralt
lot den man. „Die jonge dame en ik zijn
de eenige geredden van een groole toe
ristenboot, die den vorigen zomer ver
gaan is."
In den man voor het gat. van de deur
kwam op eens leven,
„Victoria?" vroeg hij.
E11 dat zal het niet kunnen doen, zoo
lang de Wester-Schelde een Nederlandsch
territoriaal water is, omdat, zoodra
Duitschland dan in oorlog geraakt, zijn
oorlogsschepen niet in- en uit die haven
zouden kunnen komen, zonder dadelijk
met Nedc-riand in botsing te nomen.
Hel radicaalste zou zijn te trachten den
Sclieldemond Duitsch te maken, dood
annexeeren der beide oevers. Maar er
zou reeds dadelijk een andere locstand
geschapen worden, wanneer alleen de
Zuidelijke oever, dus Zeeuwsch Vlaande
ren in Duitsch bezit kwam. Dan was dc
Wester-Schelde evenmin Nederlandsch
territoriaal water ais nu bijv. de Eenis-
monding, waar wij niet behoeven tc be
letten dat Duïtscbe torpedobooten naar
Einden varen.
Daarom bestaat de grootste zorg voor
die streek.
Het blijft natuurlijk heel goed mogelijk
dal ten slotte ook het bezit van Walche
ren en Z -Beveïanö in 't spel komt. We
welen dat bij ervaring. Ook de Franscjien
vergenoegden zich in 1795 eerst met
Zeeuwsch-VIaanderen. Maar ialer palm
de Napoleon eerst Vlissingen en vervol
gens Walcheren en Zuid-Bcveland er bij
in om ziju steiling Antwerpen te voltooien
Die deelen waren reeds geannexeerd
eenige jaren-vóór Holland wera ingelijfd
bij het Fransclie keizerrijk.
Vervolgens wordt uiteengezet hoe dc
grondslagen 'voor de vernouding van
Zeeuwsch Vlaauderen lol Nederland zoo-
als die nu is, werden gelegd in den lach-
tigjarigen oorlog, ten decic door verove
ring, ten dcele door de gezindheid der be
volking. Zooais de toestand in Vlaan
deren was 111 1618 zoo is hij gebleven lot
den val der Republieic in 1795 toen bij
liet Iiaagsche verdrag Z Vlaanderen werd
afgestaan aan Frankrijk.
Tevens wordt dan een overzicht gege
ven van de kwestie der Scliclde-sluiting
eerst ais oorlogsmaatregel tegen Spanje,
in 1648 bij de vrede van Munster beves
tigd voor vredesdagen, en zoo gebleven
lot 1795.
Maar bij de afbrokkeling van hel Fran-
schc rijk in 1814 werd het losgeraakte
stuk Zeeuwsch"-Vlaanderen weer dadelijk
aan het vrije Nederland gehecht De ma
nier waarop dat gebeurd is, wordt uitvoe
rig besproken, daar zij èn tijdens der ver-
eeniging met België èn in 1830 het noold-
argument heeft opgeleverd voor de Bel
gen om die landstreek op te cisehen als
een onderdeel van België
De inwoners van Zeeuwsch-VIaanderen
slaken in April en Mei IS 14 dc lTolland-
sche a lag uit en Lcek-endcn adressen aan de.
regeering in Den Haag om weer met Hol
land vereenigd te worden, hoewel toen
Antwerpen en trouwens geheel België, en
Walcheren nog Fransch waren. In België
is toen ook nergens van een zelfstandig
verzet sprake geweest.
De regeering in Den Haag liet dadelijk
haar gezag in .Staats Vlaanderen gelden,
en bij afzonderlijke wet van 20 Juli 1811
werd het oude Staats Vlaanderen bij de
provincie Zeeland gevoegd.
Bij de Belgen heeft dat veel beroering
verwekt. Zij zagen zich nu ia eens hun
„natuurlijke grens" naar het Noorden ont
nomen, zonder ©enigen waarborg dat nu
niet hel gevaar voor de Schelde -afsluiting
ook weer terug zou komen Er werd be
weerd dat Nederland niet over Zeeuwsch-
VIaanderen mocht Beschikken omdat dit
bij België behoorde, en de geallieerden dc
beschikking over liet lot van België aan
zich nehouden hadden. Dat verzet kreeg
•en anderen vorm toen België door dc
mogendheden met Nederland vereenigd
werd. De invloed van het in de twintig
jaar aanzienlijk toegenomen Belgisch
grotid bezit in Zeeuwsch Vlaanderen liet
zich gelden, in dien zin dat men die land
streek weer administratief bij Oost-Vlaan-
deren wilde brengen, pogingen die
krachtig werden tegengewerkt door de
Xcdorlnndsclie ingezetenen van Zeeuwsch
Vlaanderen.
Alles bleef dan ook zooals' hel was.
Maar toen kwam 1830. En dadelijk
„Ja", was Brat I's antwoord
„En waar hebt gij overwinterd?"
„In Agardhbaai
„Gij en die dame?"
„We waren met ons vieren, maar twee
zijn er dood."
„En de hond?"
„Die kwam bij ons in 't laatst van
Augustus onder den Noordcrstorm
Dc man knikte opnieuw
„Jelui zijl welkom," zei hij. „Dit is
Ilogsteds liul, en ik ben Eilerl Anlonsen
van Tromsö. Mijn kameraad licet Lars.
Hij is naar de vallen gaan kijken."
Zij gingen de hut binnen Ze bestond
uit twee kleine vertrekken en een voor
portaaltje. Ordelijk was liet er niet. De
lucht was drukkend en zwaar dpor elens-
gcurcn en slechte tabak. De dingen la
gen waar het toeval ze had doen terecht
komen Kopjes en pannen stonden onge-
wassclien overal in t rond De grond was
bezaaid met spaanders en beenderen;
vossenhuiden hingen te drogen en oen
heele rendierenbout bungelde aan de lage
zoldering Maar al die griezelige versier
selen werden vergeten bij het knappende,
vuur aan den liaard. Hel oude drijfhout
brandde, knetterend, cn de vlammen sloe
gen gezellig tegen een grootc ijzeren pot
De man sneed ©en flink stuk van liet
rcndicrvleesch af en wierp liet zonder
verdere formaliteiten in dien soepketel.
Brattnam den ransel van zijn rug, leg
de de [beide sLaapzakken op de breede
bank, vond een paar dekens en maakte
een g ©makkelijke ligplaats voor zijn reis-
was een der eis'clien Van de opgestane
Belgen.afstand van Zeeuwsch Vlaande
ren. Immers nu stonden ze weer voor
hel feil dat een ander land in t bezit
zou zijn van beide oevers van hun uit
weg naar zee En bovendien werd xle af
sluiting voor 'l oogenblik weer een feil
daar Nederland als voorzorgsmaatregel
legen de aanvallen der opstandelingen,
oorlogsschepen op de rivier stationeerde
Eerst is nog met geweld geprobeerd
hetg ebicd weer bij België tc voegen, of
althans daar een opstand uit tc lokken,
door een inval van twee troepen op
standelingen, een in Oost en een Wesl
Z {Vlaanderen. Nadat deze in ,©en gevecht
bij Oostburg1 geheel verslagen waren
door de Nederlaudsche troepen onder
overste Ledel, die dapper bijgestaan
werd door de burgers, ontruimden (ie
Belgen hel Nederlandsch gebied.
Het was toen echter ook duidelijk
geworden dat de definitieve beslissing
zou vallen op dc t Nov 1830 tc Londen
bijeengekomen conferentie der grootc
mogendheden.
Reeds dadelijk bij liet vaststellen der
grenzen waarachter de wederzijdsclie
troepen zich zouden terugtrekken, n.l
die ten tijde van den vrede van Parijs,
©ischten dc Belgen dat daarbij aan Inm
zijde zou begrepen zijn den gelicelcn
linker Sclielde-oevcr Zij bewoorden dat
30 Mei 1811 het vredesverdrag van Pa
rijs) Staats Vlaanderen nog rechtens en
feitelijk bij hel Belgische gebied behoor*"
de en dal Nederland niet bij de aange
haalde wet van'20 Juli van'dat jaar over
Zeeuwsch Vlaanderen kon beschikken,
De Londensche conferentie antwoord
den 0 a. dat België in dc eerste maan-
ulan van 1811 nog niet als afzonderlijke
staat bestond, Holland echter wel, dat
de afstand van Staats Vlaanderen in 1793
aan dc Fransclie Republiek was gedaan
en niel aan België dal toen zelf was inge
lijfd; en dal de inwoners zich spontaan
weer. onder lnm oude juridiclie hadden
gesteld.
Uitvoerig wordt dan (le verdere loop
der langdurige onderhandelingen Bespro
ken, die tol hel resultaat leidden, dal
België van Zeeuwsch Vlaanderen afzag,
en dat Nederland instemde mei een rege
ling van de scheepvaart op de Wester
Schelde, waarbij België meer rechten
kreeg dan bijv. Duilschland op den bene
den Rijn. Evenwel met de uitdrukkelijke
verklaring der Conferentie dal zij met die
regeling niet te kennen wilde geven dat
„België eenig recht van souvereiniteil,,
^veilde ook, over die wateren uitoefende."
Hoe is nu de toestand, 75 jaar later?
In de eerste plaats wordt door den
schrijver gewezen op het buitengewoon
groot grondbezit van Belgen iu die stre
ken. Aan de hand van de in 1884 door
ons Departement van Financiën uitgege
ven Statistische „opgave betreffende de
ver Jeeling van 't grondbezit in Nederland",
wordt becijferd, dat van de aanslagen in
de kohieren der grondbelasting (onge
bouwd) in Zeeuwsch Vlaanderen Weste
lijk deel 710 aanslagen betroffen personen
wonende buitenslands, en in hel Oos
telijk deel 1210. Trekt men daarvan
mei het oog op de veie kleine stukjes
grond langs de grens in handen van Bei-
gen dc aanslagen af beneden een be
lastbare opbrengst van f 200, en doet
men 'dat pok voor de aanslagen der in
hel land wonende eigenaars, cmn houdt
men voor liet groolere grondbezit over
voor Zeeuwsch Vlaanderen Westelijk doel
519 binnenlandsche eigenaars en 273 nui-
lenlandsche en voor het Oostelijk deel
643 binneniaudsche en -i7G buitenland-
sche. Onder die aanslagen van buitenlan
ders bevinden zicli zeer hooge. tot een
belastbar© opbrengst van f 17.000 toe.
Het is noodzakelijk dezen toestand wei
in 't oog te houden bij de beooraecling
van Belgische wenschcn om Zeeuwsch
Vlaanderen binnen het Belgisch gebied
le trekken.
En ook ter verklaring van de in
vloedrijke economische betrekkingen lus-
schen Zeeuwsch Vlaanderen en België.
gen 00 te
„Rust wat uil," zei liij, „u zal wel moe
zijn."
Frida glimlachte vriendelijk, maar haar
handen beefden en haar boenen waggel
den.
Ze wilde iets zeggen, maar bracht geen
woord over liaar lippen. Het koude zweet
brak uit op haar bleek voorhoofd en het
mooie kopje viel voorover...
Bralt snelde 'loc en ving haar op fn
zijn (armen. Voorzichtig droeg hij haar
naar de bank en legde haar neer op liet
geïmproviseerde rustbed.
„Ziek?" vroeg de pelsdlervanger,
„Ze is oververmoeid," fluisterde Bralt
en keek bezorgd naar het bleek© magere
gezichtje ,dat half verscholen was onder
het berenvel.
„Goed gedaan", zei Anton son op zijn
lcorto manier
„Zij is de eerste wouw, die dwars
over Spitsbergen is geloopen", zei Bralt.
„Er is geen tweede zooals zij op de heele
wereld. Zij legde den weg af, die aan
Martin Conway een wereldbcroomden
naam heeft bezorgd, en die te moeilijk
to'as voor Rabot Ze slaapt al", ïrjompeldc
hij. „Arm© kleine Frida! Spoedig zijn
uw zorgen voorbij! Hel lange triest©
avontuur is nu gauw uit. En dan..."
Hij stond zuchtend op.
„Je vrouw?", vroeg Anlonsen, die bij
den vleesclipot stond
„Nee", was Bratt's norsehe antwoord.
„ik kende haar niet, we werden samen
pan land gespoeld. Ze is uit Hamburg."
Geschetst wordt dan hoe die betrekkin
gen zich .lieten gelden o.;i bij den aan
leg van tramwegen, waarvoor in Neder
land geen voldoend kapitaal te vinden
was.
Maar tóch, in weerwil van dien Bel
gischen economischen invloed, en in
weerwil ook van de moeilijkheden die
de breede Wester Schelde oplevert voor
de betrekkingen met Nederland, is.
merkwaardig genoeg, Zeeuwsch Vlaan
deren in eenveel omvattende handels
betrekking met Nederland blijven staan,
'en is, wal nog veel merkwaardiger 'ge
noemd mag worden dc bevolking vol
komen Nederlandsch gebleven in haar
neigingen
Met bijzonderheden wordt dan nader
aangetoond dat niettegenstaande hel Bel
gisch grondbezit en de Belgische be
hingen, Zeeuwsch Vlaanderen econor
misch nog' lang niet is „vcrbelsl", cn
geestelijk nog .véél minder, noch wat de
Prolesiantsche bevolking betreft, noch
dc Katholieken Gewezen wordt er ech
ter ook op dal de bevolking zich in vele
opzichten door Nederland verwaarloosd
acht, al is er in de laatste jaren eenige
verbetering1 merkbaar.
Het slot van liet opstel luidi
„Hel is nog geheel onzeker yvic ten
slotte onze Zuider buurman zal wor
den. Maar de kans is1 zeer groot, dal
wie dat ook moge zijn, de internatio
nale regeling na dezen oorlog opnieuw1
ook Zeeuwsch Vlaanderen zal beroeren
En hoé die kwestie zich dan ook móge
voordoen, of het zal gaan 0111 uitbreiding
van liet grondgebied van den buurman tei
wille van zijn economische belangen; dan
wet of hel zal gaan 0111 een aandrang lol
afstand van dal deel van ons land terwilte
van zijn strategische positie, hel zal
voor Nederland aldoor noodzakelijk zijn
iu hel oog le houden, dat het land waar
het om gaan zal, door historische banden
uil een eeuwenlang verleden, door econo
mische belangen van het neden, en bo
venal door dc gezindheid der bevolking
die Nederlandsch is, en niel anders wil
zijn, met ons land zoo vast is vergroeid,
dat afscheuring een wond zou rijten, die
lang, heel lang een uiterst pijnlijke plek
in ons volksbestaan zou wezen
MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING
VAN LANDBOUW EN VEETEELT
IN ZEELAND.
Algemcene vergadering van Vrijdag te
Goes
((Vervolg)
Vervolgens leidde de zuivcleonsuleul
voor Zeeland de heer Zwagerman hel
onderwerp in
Maatregelen te bevordering der v a r-
kensfok kerij in Zeeland
Dc varkensfokkerij is voor vele deelen
van onze provincie van bijzonder weinig
beleekenis en geeft dikwijls nadeelige
resultaten.
Verbetering van hel ras is noodza
kelijk opdat in alle deelen van de pro
vincie gunstige resullaten bereikt kun
nen worden
In O. len W Zeeuwsch-VIaanderen is
de varkensfokkerij van de meeste betce-
kenis. Dit déél van onze provincie voert
ook een belangrijk aantal varkens uit.
In Z Bev. bete eken t de fokkerij hel
meest ten Z. van de spoorlijn van Noord-
Kraaierl naar Goes. Op N. Bev. is de var-
kensfokkerij van geringe beteelcenis en
heel gering is dit op Tholen, Schouwen
en vooral Walcheren Daar voert men
hoofdzakelijk biggen uit Zeeuwsch-VIaan
deren in.
De varkensfokkerij in W. on O
Zeeuwsch-VIaanderen geschiedt met groo
le ambitie De zeugen geven daar zeer
veel biggen, wat in andere deelen der
provincie zeer dikwijls belet wordt.
Da arbeiders- en boerenbevolking in
Zeeland gebruikt hoofdzakelijk varkens-
vlcescli. Rundvleesch wordt slechts per
jaar per hoofd der bevolking 10 K G
gebruikt, varkensvleeseli waarschijnlijk 30
„Ik heb van de schipbreuk gehoord",
zei Anlonsen, „Een paar lui van Green
I-Iarbour kwamen hier op sneeuwsclioe-
nen de vorige week. Er wordt gezocht
paar overblijfselen van de Victoria van
de Zuidkaap tol kaap Staraschin."
„Wij voeren langs de oostkust", zei
Bralt, „kwamen onder den mist en sloot
ten even builen de Vossenpunt. Hel
schip werd doormidden gespleten. Vier
van ons zwommen aan land en kwamen
bij een hul van de Russen in Agardhbaai.
Daar hebben we ons door den winter
heen weten te slaan. De loods Nils
John sen werd door een ijsbeer gedood."
„God zij zijn ziel genadig", zei Anton-
sen plechtig. „Hij was de beste loods,
die ooit iu 't ijs gevaren heeft, En de
derde?"
„Dat was een Fransche professor. Hij
viel in ©en diepe gletscberspleet op de
Edwards rots."
De pelsjager zag er nadenkend uit. Hij
nam den langen Noorman eens op en
merkte de laaie volharding in dal baar
dige gezicht, die krachtige handen, dien
gespierden nek en die breede polsen.
„Jij moet van goeie slof gemaakt zijn",
■zei hij. „Er zijn cr niet veel onder ons',
die klaargespeeld hadden, wat jij hebt
gedaanNu moei je gaan slapen. Ik zal
je na eenige uren wekken, als je wilt. .Val
maar neer op dat bed..."
Jörgen Bratt werd een paai' uur later
wakker, 't ,Was of een onaangenaam ge
voel liem bekroop. Hij ging in bed over
KG, dit is voor Zeeland 7,200.000 KG,
Mes le rij fv' oor export is in Zeeland van
geringe beleekenis. Dc bestemming van
de biggen, in Zeeland geboren en inge
voerd, is de volgende. 75 0/0 is bestemd
voor "voeding der landbouwers en ar
beiders zelf. Een zeer klein gedeelte gaat
naar België en naar streken van ons
land.
De varkens, die de arbeiders en boeren
slachten in Zeeland, wegen gemiddeld
175 K..G
liet vlcescli moet hier hard zijn, het
spek kernachtig. Voor winkelgebruik
wordt malschcr vjeesch noodzakelijk ge
acht.
De slagers op de Zeeuwsche dorpen
hebben in het najaar veel vraag naar
kpelc en vet. Een varken met veel vet
en spek is dus in. alle opzichten een
voordcelig varken Daarnaar moet men
zich dus richten. Met den export behoeft
men in Zeeland,geen rekening le houden,
wel echter mei de qualitcil van liet
vlcescli, het vet en het spek.
Wij zijn in Zeeland in slaat, op goed
koops wijze goed voeder voor onze var
kens le krijgen. Voederbieten, jonge kla
ver, suikerbictenkoppen. en kleine aard
appelen zijn voor varkens voldoende.
Ilier moei hel met de varkensfokkerij
hoen. Het verschil in waardeering van
de varkensfolckerij in Zeeland zit in do
wijze waarop (le varkens worden gehou
den.
Een varkon moet weinig kosten en
kan dan groole voordcelen afwerpen
Geeft men le dure voedingsmiddelen,
dan rendeert de fokkerij niet meer.
Dure hokken "zijn onnoodi&e onkos
ten Wij hebben in Zeeland een krach-
lig varken met groot weerstandsvermo
gen noodig. dat aan zijn hok geen groo
le cisclien behoeft le stellen
Een varken moet bovendien goede
moedereigenscliappen bezitten, wil de
varkensfokkerij werkelijk voordeelen op
leveren.
Het met voordeel le fokken varken
moet zeer vruchtbaar zijn, veel zog be
zitten en mak wezen, bel moet weer
standsvermogen hebben en volumineus
voedsel met voordeel kunnens verwerken.
De dieren moeten een zeer sterk been
derenstelsel bezitten en vooral in de leng
te behoorlijk uitgroeien.
Wanneei' een varkensfokkcrij op deze
beginselen berust, s Laat zij op een gezon
de basis.
Spr. liet vervolgens de varkens en de
apprecieering daarvan in de verschillend©
lijden en de verschillende landen de re
vue passeeren.
Hoewel het Yorkshire-ras in onze pro
vincie domineert, heeft men hier nog
geen vast type.
Werkelijk is hol Yorkshire-varken in
vele gevallen buitengewoon op zijn plaats
tnaar voor onze provincie is het toch
minder geschikt
In Z.-Vlaanderen fokt men in het bij
zonder het veredeld Ylaamsch landvar-
ken, het is een mengsel hiervan met wat
bloed van verschillende Engelsche ras
sen,
De Brug.sche varkens, daar gebruikt,
zijn van groote geschiktheid gebleken en
werden reeds veel in Zeeland ingevoerd.
Van dit min 'of meer veredelde
Ylaamsch© landvarketi zal men moeten
uitgaan, om een type te krijgen, dat
aan alle vereischten voldoet.
liet is noodig, dal in de sTreken, waar.
\le varkensfokkcrij van hooge beteekenis
is, de Vereenigingen bevorderen het ge
meenschappelijk omwisselen van goede
boeren en het omwisselen van jood man
nelijk en g oed vrouwelijk fokmateriaal.
Een provinciaal stamboek van het ver
edelde Ylaamsch© landvarken moest daar
naast opgericht worden en controleurs
ter merking van de beste biggen zijn
noodzakelijk.
Bovendien moest men komen tot op
richting van fokstalions voor veredeling
van het gekozen type.
Dan kunnen belangrijke resullaten zon
der twijfel bereikt worden, al zal er veel
geld noodig zijn, dat in den .beginne
eind zitten en wreef zijn oogen uit
Er stond een forscli gebouwde don
kere man in bet vertrek gebogen over de
slapende Frida.
Het was 'e en vreemdgevörmd mensch.
Hij had een buitengewoon groot bovenli
chaam en dunne, wat kromme beenen.
Zijn gezicht was geheel bleek en zijn
liaren hingen als ruige paardenmanen
pver zijn schouders.
De zwarte oogen hadden een booze,
begeerlijke uitdrukking Al de listige wild
heid van den bastaard-Fin lag over dezen
man, en de gele spitse landen achter de
zwarte baardstoppels geleken op die wan
een wolf, als bij zich kromt tot een
sprong
Op de t afels fond een half leege flescli,
en een lucht van slechte jenever hing
in dit vertrek.
XXII,
Een tyj ld dier in d ie e© ïizani'e
streek.
Ontsteld richtte Bratt zich op en luis
terde.
Hij hoorde Frida's diepe en rustige
ademhaling.
Met één sprong was hij het bed uit.
De „Ivvaen" keerde zich met een knor
rend geluid naar hem om, maar hij glim
lachte onderdanig.
Naam v;Oor F innen van verbasterd
ra(s. 1
i (Wordt vervolgd).
