-worden opgericht Soldaten, voor u is meer te winnen dan roem alleen gij kunt uw vaderland bevrijden, met de hulp van onze dappere bondgenoo- ten." De sell ending van België's on z ij d i g li e i d- De Duitsche bladen bewegen hemel en aarde, om de schending van België's neutraliteit door het Duitsche leger in de eerste dagen van Augustus maar goed te pralen. Allerhande hoogleeraren 'kwamen daaraan tc pas. Noodweer werd gepleit Duitschland kon niet an ders. Frankrijk zou anders hetzelfde gedaan en het keizerrijk in de niet sterk beschermde flank kunnen heb ben vallen. Aldus redeneerde men in be grijpelijke zenuwachtigheid aan de over zijde van den Rijn. De loop der gebeurtenissen heeft de ze onderstelling niet waarschijnlijker ge maakt. Integendeel! Ook zijn voor die be weerde, booze plannen nooit bewijzen bijgebracht. Nu was dit ook wellicht te veel gevergd. Het is toch te begrijpen, dat, gesteld Frankrijk voerde inderdaad iets dergelijks in 't schild, de betreffende overheid dit niet aan de groote klok teou hangen. Ook weet men, dal de Fransclie. gezant te Brussel Klobukowsky evenals president Poincaré zelf, herhaaldelijk be tuigd hebben, dat Frankrijk zijn verplich tingen tegenover de Belgische onzijdig heid na zou komen. Maar hel laat zich verslaan, dat men daaraan bij onze Oosterburen geen over dreven waarde hecht. Ook bij de openbare meening in het algemeen zal de belee- kenis, aan volkenrechtelijke overeenkom sten toe te kennen, een gevoelige klap hebben gekregen. De „Köln. Ztg." heeft ervaren, dat de Nederlanders overstroomd worden met een ..open brief aan onze Duitsche vrien den." Vermoedelijk heeft het Duitsche blad het oog op het in Duilsch gestel de hoofdartikel, eenige weken geleden in de „Groene" verschenen, hetgeen van Duitsche zijde heel wat protesten in den vorm. van dikwijls vermake lijke brieven aan dal weekblad uit lokte Ook in dat artikel werd afkeuring uitgesproken over de doormarsch van Duitsche "troepen op Belgisch gebied. De „Köln. Ztg." blijkt nu een recht vaardiging van die daad in een oud boek van een wereldberoemd Nederlan der gevonden te hebben, nl. van Hugo Grotïus' „De lure Belli ac Pacis" over hel oorlogs- en vrede-recht). De bewuste zinsneden, uit het Latijn overgezet, luiden aldus: „Eerst moet ik u (hel betoog werd in «den vorm van een gesprek opgesteld) ver zoeken, of ik door mag trekken. Wordt mij dit geweigerd, dan kan ik dien door tocht eischen. Uw uitvlucht is niet ge-1 rechtvaardigd, dat ge bevreesd zijl wegens de menigte van doortrekkende». Mijn recht immers, om door uw land te trek ken, wordt niet te niet gedaan door uw vrees, en dit des te minder, daar er mid delen zijn, om u te beschermen, zooals doordat er in afzonderlijke afdeelingen door uw land wordt gemarcheerd, of doordat de wapenen eerst zijn neergelegd of doordat degeen, die den 'doortocht toe staat, zorgt voor passende bescherming of doordat gijzelaars gesteld worden. Zelfs de vrees voor dengene, die een rechtvaar digen 'oorlog voeren wil en daarom uw land wenscht te doorschrijden, geeft u geen grond, om dien doormarsch te wei geren. Evenmin toelaatbaar zou uw be weren zijn, dat ook op een andere plaats die doortocht zou kunnen worden onder nomen Het is voldoende, dat het door trekken daar zonder lvaarklooverij wordt geëischt, waar dit het naast en het ge makkelijkst lean geschieden." Aldus Huig de Groot. Generaal Joffre. Terstond na de oorlogsverklaring van Duitschland aan Frankrijk hebben wij ge tracht, een karakterschets te ontwerpen van den opperbevelhebber van het leger der republiek, zooals generaal Joffre zich uit zijn militair verleden deed kennen. Thans heeft de „Times" een lang tele gram van haar correspondent tc Bordeaux gelere gen. Deze beschrijft daarin, hoe ge neraal Joffre zich. in dezen oorlog ge draagt. Wanneer men nu de eene met de andere karakterteekening vergelijkt, blijkt, dat de eene de andere vrijwel dekt. M p. w dat de opperbevelhebber zich ge lijk is gebleven en dal hem zijn eigen schappen van strateeg en verantwoorde lijken leider met het oog op de moderne oorlog-voering, zooais die in zijn vroegere werkzaamheid uil den aard der zaak min der scherp omschreven aan den dag tra den, in de tegenwoordige omstandighe den, zoo geheel anders, dan toen hij na '70 forten bouwde vóór Parijs of in Co chin China of den Soedan troepen aan voerde, uitstekend te stade komen. Men heeft zich in zijn benoeming tot dieahoo- gen post niet vergist! Joffre werd lot opperbevelhebber be noemd op een aanbeveling van generaal Pau aan den Raad van Oorlog. Deze Pau, de eenarmige, bekend uit den eersten FYaiisch-Dui tschen oorlog, ijzervreter, 'wiens borst slechts met één van de vele ordeteekenen, die bij ontving, pleegt ge tooid. te zijn het Legioen van Eer, die generaal Pau, een der populairste en be kwaamste Fransclie generaals, die op het oogenblik op het bedreigde punt, den lin kervleugel, de leiding heeft, is daarmee een der onderbevelhebbers van JoWre. Wat nu dezen laalstcn aangaat, de ,Ti- mes"-correspondent te Bordeaux beves tigt, dal hij geen legeraanvoerder van het Napoleon-type is Diens takliek was het om het zwakke punt in de linies van den vijand uit te vinden, en dan op dal punt de geheele macht van zijn aanval te rich ten. Een dergelijke talctiek kan nu niet meer worden toegepast. Te paard ziel men Joffre dan ook zelden Een groot deel ran den dag bx-engt hij in een auto, door, die hem in razende vaart naar alle gesvenschte punten voert. Hij bemoeit zich enkel met de groo te lijnen van den veldtocht. Zijn gene raals werken de onderdeelen van de plannen uit Hoewel populair, heeft Jof fre nooit moeite gedaan, dit le wordien. En hij is afkeering van al wat naar /reclame zweemt. Den generalen staf moet hij op uitstekende wijze hebben samengesteld Zooveel hij maar kon, heeft hij de politiek uil het leger ge-, weerd Zijn vertrouwdsten medewerker is behalve den zoo even genoemden generaal Pau, generaal de Castelnau, die geen van beiden zijn politieke richting zijn toegedaan. De naam van den laatslen bevelheb ber noemend, moeten we een oogenblik den draad van het verhaal, door den Engelschen dagbladsclirijver meegedeeld, loslaten, om een voorbeeld te geven van de zelfbeheersching en toewijding aan zijn taak, door de Castelnau onlangs aan den dag gelegd Hij dicteerde enkelen ondergeschikten officieren zijn orders Plotseling stuift een ander binnen. Hij kan haast uiet spreken van ontsteltenis Dan ontglipt het hem; generaal, uw zoon is gesneu veld. Allen schrikken op. Slechts de vader blijft kalm. Een oogenblik kan hij zich waarlijk „vader" gevoeld hebben Dan vermant hij zich weer. „Eofltinuons", laten we doorgaan, klinkt het van zijn lippen En generaal de Castelnau dic teert zijn bevelen opnieuw, als ware er niets gebeurd Aan dit alle andprc ge voelens het zwijgen opleggend plichts besef herkent .men de ijzeren volharding en de onwrikbare geestkracht van den waren held. Doet het simpel gezegde niet denken aan die drie woorden, uit gesproken door den voorzitter der Fran sclie Kamer (was het niet de heer Bris- son?), terstond nadat in een der laatste jaren van de vorige eeuw ook tijdens een zitting een bom in de vergaderzaal i van het Bourhon-paleis was geworpen: „la séance continue." Maai- natuurlijk is hiermee niet gezegd, dat deze haast klas sieke uiterlijke onaandoenlijkheid onder de wreedste slagen van hel noodlot een bijzondere eigenschap der Franschen is We berinneren slechts aan het telegram, door Rupprecht, kroonprins van Beiei-en, gezonden nadat hem op liet slagveld in Lotharingen bij liet begin van den oor log kennis was gegeven van den dood van een zijner kinderen, in welke de pêche hij verklaarde, dat het thans geen tijd tot treuren was. Als een staal van Joffre's niets ont ziende geestkracht haalden we reeds vroeger aan, dat iiij niet aarzelde, om vijf generaals uit hel leger te zetten, die zich bij de manoeuvres niet op (de hoogte van hun taak hadden betoond. Joffre behoorl tot de republikeinen en is vrijmetselaar. De Castelnau (zijn naam kan hel haast uiLwijzen) is dezen beginselen beslist niet toegedaan. Bij den opperbevelhebber legt dit verschil evenwel volstrekt geen gewicht in de schaal. Alles tezamen kenschetst de man van de „Timeshem als een eenvoudig sol daat, modern en wetenschappelijk ge- vorrad. Hij noemt Joffre een geleerde I zonder de fouten van een geleerde. Fransche en Duitsche be wapening. Tegen de moderne kogels is weinig bestand. Zoo weet men, dal Fransche zoowel als Duitsche kurassiers op pa rades enz. inderdaad, naar hun naam aanduidt, borst-kurassen dragen Dit vormL een zeer krijgshaftigen aanblik. Of het echter, de nieuwe strijdwijze in aan merking genomen, ook praclisch nut heeft De vraag schijnt ontkennend beant woord le moeten worden. De bedoelde cavaleristen van de Duitsche strijdmacht laten die dingen dffn o,ok zuinig thuis. Behalve dal ze hoogstwaarschijnlijk toch maai- in zeldzame gevallen tegen een ko gel kunnen beschermen, bieden ze het ernstig nadeel (dat voor de Fransche ku rassiers nog in grooter male geldt), dat het glinsterend oppervlak den vijand uit de verte de plaats verraadt, waar de mannen zich ophouden Uil de brieven van. onzen oorlogscorrespondent weet men ,dal 'de Franschen zich nog van die borstbedekking bedienen. Hel zou ons niet vei-ivondei-en, als ook zij dit kuras spoedig afleggen Wat de doelmatigste uitrusting voor en aan passing bij den modernen slag aangaat, hebben zij al meer van de Duitsche sol daten of Duitsche voorschriften overge nomen. Zoo ziet men tegenwoordig ook Fransche krijgsliedenden helm met doek omwonden, zóoals de „pinhelmen" van de Duitschers terstond bij liet bin nentrekken in België op die wijze 7.00 veel mogelijk onzichtbaar bleken te zijn gemaakt. Een te Rennes verschijnend blad deelt nu echter mee, dat liet schild hetgeen ter beschikking van de Fransche in fanterie in het bergachtig, met struikge was dicht bezet land van Argonne is gesteld, tegen geweerkogels beschermt. De Russische regeering heeft het reeds aangenomen Voor het Fransche leger wordt er op het oogenblik een menigte van die dingen vervaardigd Hiermee schiet men goed op Tn Polen. Den eei-sten voorspoed hebben de Rus sische legérs ten Zuiden van de Pililza tol een beslissende overwinning op de Z. O van Wai-schau aan den linkeroever vaxx den Weichsel staande Duitschers we ten uit te breiden. De Pililza is een lin- kerzijvivier van dezen stroom ten Zuiden van Wahschau Hel bericht van gisteren uil Petrograd kent aan deze Russische zege enorme be- leekenis toe. Het Duitsche leger-lelegram erkent, dat de Duilsch-Ooslenrijksclie troepen in Polen moesten wijken voor liet Russische leger, dat oprukte uit Ivan- gorod en Nowogeorgievsk (onderscheiden lijk [en Z.O. en ten N.W van Warschau.) De slag blijkt inderdaad ver-strekken - de gevolgen le hebben gehad. Het Russi sche front schijnt dientengevolge .van den Westelijken Weicliselocver teruggelrok- ken le zijn en volgt thans ongeveer een lijn, die men zich van Sandomir (aan de samenvloeiing van Weichsel en San) in N.W.-richting tot in de buurt van Ra- dom (welke stad zelf in Russische han den is) kan denken, om zich vandaar lol voorbij Piotzkow uit te strekken. Men weet, dal de Russen ook Lodz heroverd hebben. KORTE OORLOGSBERICHTEN. De heer Eyschen, staatsminister van Luxemburg, is te s Gvavexihage. in een hotel afgestapt. Hij zal onderhandelingen beginnen (of: heeft deze reeds geopend) met onzen minister van buitenlandsche zaken. Een der correspondenten van de „Köln. Ztg." die in de huidige omstandigheden aan de Nederlandsche grens verblijven, schrijft, dat men wel niet mistast, indien men dit bezoek in verband brengt met de schaarschle van levensmiddelen in dal groothertogdom, waarbij Nederland ie hulp zou moeten komen De Rhenauia-expeditieniaalschappij heeft van haar huis te Antwerpen naar we in de „Köln Ztg." lezen een telegram ontvangen, waarin wordt gemeld, dat de schepen, die men vóór de ontruiming van Antwerpen door.de laatste Belgische en Engelsche troepen in de haven had laten zinken, zoo ver gelicht zijn, dat de scheepvaart daar weer mogelijk is. Hel bekende Kopenhiagsche bLid „National Tidendeverneemt uil haze- brouck Toen de koning der Belgen zich onlangs onder vijandelijk vuur op 't slag veld bevond, verzocht zijn staf hem, zich buiten gevaar le stellen. Koning Albert antwoordde daaropmijn leven heeft voor mijn land geen groolere waarde dan liet uwe Mijn plaats is op t slagveld. Dag aan dag brengen de bladen sta len van meer of minder vermakelijke va derlandsliefde, zich uilend in feilen af keer van artikelen, uit een der vijandige hinden afkomstig. De Parijsche berichtgever van do Ro- meinsche „Tribuna" meldt, dat in geheel de hoofdstad van de republiek geen fleschje met Keulsch water, of zooals wij dit bij voorkeur noemen, geen „Eau de Cologne" meer te krijgen is. Dadelijk bij het uitbreken van den oorlog werd hei door Poolsch water vervangen De oplossing vau het vraagstuk dezer verrassende gedaanteverwisseling? „Eau de Cologne" en „Eau de Polog- 11e" scheelL maar één letter! We vermeldden als een inwendig gevolg van den oorlog in Rusland de af schaffing van het staatsmonopolie aan gaande de verkoop van alcoholhoudende dranken. Meuschen, die ondanks den oorlogs toestand in Parijs zijn gebleven, schrij ven, dat men wat mist in hel boulevard leven aldaar. De absynth, dien giftigzoe- ten drank, ziet men niet meer tintelen in de glazen. De prefect van politie heeft er de verkoop nl. verboden. Later is hij nog verder gegaan. Dit verbod werd tot alle .alcoholhoudende dranken uitgestrekt. De „Temps'1 verheugt zich over dit ver bod. Hel blad hoopt, dat deze maatregel niet lol Parijs beperkt blijve, maar over geheel Frankrijk wordt uitgebreid. Ook na den oorlog, aldus meent de „Temps'1 moet de strijd tegen de absynth worden voortgezet Naar men weel is in verschillende landen het verkrijgen van absynth wette lijk onmogelijk gemaakt In aansluiting bij het telegram, gis teren onder „Telegrammen" opgenomen en dat niet geheel duidelijk was, wijzen we erop, dat de opstand in Zuid-Afrika uit ontevredenheid over de.n beraamden aanval tegen Duïtsch Zuid-West-Afrika veel groolere afmetingen blijkt te heb ben aangenomen dan de berichten van Engelsche zijde deden voorkomen. Niet alleen de Kaap. maar ook de Oranje rivier-kolonie en Transvaal zullen het tooneel worden van een strijd tusschen de volgelingen van Botlia en dat deel der bevolking .hetgeen van liet offensief legen de Duitsche kolonie niet wil weten. I11 de Oranje-rivier-kolonie heeft ge neraal de Wet de leiding genomen; in Transvaal generaal Beyers. Beiden (als we ons niet vergissen, in elk geval de eerste) hebben (heeft) het vredesverdrag van Vereeniging onderteekend De inder, trad onlangs als opperbevelhebber van de burgermacht af, omdat hij niet voor den aanval op hel Duitsche bezit mede verantwoordelijk wilde zijn. In Engeland verwacht toen van deze splitsing een versterking der aanhanke lijkheid van de loyale burgers DE STRIJD OP IIET WESTELIJK FRONT. (Van onzen oorlogscorrespondent). (Nadruk verboden.) Tc midden der gewonden I. Boulogne, 22 Oct. „Ik zou wel gaarne terugwillen, maar de officiev van gezondheid wil mij nog \va l opkalefateren.' „,Ja, als ik zoo zeg, ik zou wel gaar ne willen, dan moet u niet deuken, dat ik er wat moois in zie, om daar tus schen dal kauonlawaai op de milraille te wachten, neen ,een schouwspel is het niet meer. Jc vecht, zooals je werkt in een groote fabriek. Ieder doel zijn be scheiden deel en al. het moois dat de fabriek uilgaal, dal is liet resultaat van wat je mei z'11 allen hebt gedaan Wal je zelf deed, och die kleinigheid je vindt ze niet terug Met den oorlog is liet precies zoo Je doel wal je bevolen wordt, onge acht wal 't is en je doet 'l zoo goed mogelijk ,in liet geloof dal als ieder op zijn plaats zijn plicht volbrengt wij de victorie zullen verwerven Zoo spraek een gewonde roodbroek, 'n m?n van in de dertig, die in de eerste Augustusdagen afscheid had genomen van zijn vrouw en zijn drie kinderen en ook van liet directeurschap eener kleine fa briek. Daar lag zooveel echts in zijn ver langen naar herslei om weer zijn vader land te kunnen dienen, dal ik er diep aoar werd getroffen. Hij lag met den rechtervoet gestrekt op een bank en wees mij naar de vaalbruine en goudgele herfsttint in het plantsoen en op het wijnrood van een wilden wingerd, die te gen een ouden gelen gevel hing „O, ik ken mijn landgenoolen, en lnui gebreken. Ik heb genoeg gereisd 0111 te weten hoe men ook in den vreemde over ons denkt Het deed mij wel eens pijn dal de vreemdelingen zooveel van het schoone Frankrijk bleken te houden en toch zoo glad verkeerd oordeelen in vele gevallen waarin 7,ij ons mis prijzen Ik wilde wel dal zij nu zagen hoe al onze mannen schouder aan -schou der staan en met denzelfden geest zjjn bezield Hoe we ons nu allen zonen van hel aloude Frankrijk voelen en maar één wensch koesteren, hel legen den indrin ger te verdedigen Hij sprak maar voort en ik luisterde, want deze gewonde dacht aan veel meer dan aan zijn rechtervoet en aan de fa milie in Neuilly. Die dacht aan den oorlog en zijn arm land, dat Jiij zoo vurig lief heeft ,doch welks moeilijke da gen in hem een deernis een bezorgdheid legden, die zijn blik dof en moede maak ten. ..We zulle,n wei winnen we moeten winnen. Dat kan niet anders zulk een oorlog tc ontketenen O, ons wantrouwen is niet misplaatst geweest- Maar we hadden nog veel meer op onze hoede moeten zijn," en hij ging voort le vertellen hoe hij over Duitschland en Duitsche militaire verlangens dacht. Maar ik vreesde dal hij zich le veel ver moeien zou, sloeg weer de „Ilustration"- aflevering open en wees hein de foto van een loopgraaf Hij keek mij aan, hief zijn haud op en zei mij Oh, dat is afschuwelijk Dat kunt ge u niet denken. „Tenez' drie dagen in de loopgraven, altijd in den regen! Het was verschrikkelijk" En liij begon mij te vertellen van de laatste dsgon in de Joopgraven doorgebracht, voor zoo'11 puntige Duitsche kogel hem in den voet drong juist toen hij zich boven den grond gewaagd had om bij hel aansleepen van palroonkïsten te helpen Het gesprek werd een -oogenblik onder broken, doordat een soort bederaarL na derde, 'n stoet lammen en kreupelen. Een vijftiental herstellenden zou zich 3l '11 weinig oefenen, want zij verlangden allen naar de buitenlucht 0111 weg te zijn uit de wel-is-waar goed verzorgde verblijven, maar waar jc toch maar lag met niets an ders 0111 je heen, dan den aaaiblik van oorlogsresultaal. Met geen anderen, dan jonge kloeke, kraohtige werklustige ke rels, nu allen met die ééne. zelfde vrees in het lijf: als 't nu eens niet beter werd? Als ik nu mijn voel, mijn arm, voor altijd moet missen! ver minkt, invaliede. En dan kwam de broodzorg, van velen niet alleen hun broodzorg, doch ook. die voor het gezin, alweer opnieuw kwellen. De stoet kreupelen, strompelde voort, een zestal op splinternieuwe krukken, een viertal op 'n handig gespijkerd, lat werk, anderen op nieuwe bezems, som- Inigen op 'n slevigen stok Daar waren er die heel stakkerïg keken met nijdig gelaat, doch andere maakten zich vroolijk. dat 't al zoo aardig ging en ze strompel den voort gekscherend en plagend mei liuu tragi-comisch geploeter. - „We gaan eens kijken of er nog ap pels aan de boomen zijn" voegde een ons toe. „En je neemt je wandelapparaat mee om ze af le slaan repliceerde mijn gewonde op de krukken wijzend „Tja, dan rol ik meteen met de ap pels over den grond," lachte de ander terug. 11 Prachlbezem om de oude wijven van je af te houden", vond de een zijn geïmproviseerde kruk. „Och, de jonge behoef je niet weg te jagen, die kijken naar jou toch niet'', spotte zijn buur. Doch de ander gaf terug„Jij meent je groot te houden met je wandelstok, maar jou kromme verlengstukken hadden zc 'aV lang in de gatëh „Mon pauvré gar?on je weet niel waarmee je spot zei '11 vrouwtje, aie dal schertsen met hun ongeluk heel niet aardig vond. Bid liever" en zij noemde de in deze streken vereerde Stella Ma ria" - „de Notre Dame de Boulogne, dal zij u van uw krukken afhelpt Wc hielpen de gewonden op de banken plaats nemen. Ze genoten van de heerlijke Octoher-zon. Eenige kinderen kwamen om hen heen drentelen Die keken met ver legen gezichten naai' de malle krukken Een zwart-oogige kvuUcbol vond die kruk- kebezems heel interessant en vertelde den zouaaf, die naar zijn zwarte kijker,-, tuurde. „111011 bonhotnmc, ik heb stellen n Paar prachtige stelten Die heeft Ma- thieu dc wagenmaker voor me gemaakt." Ik zag, dat het den man pijn deed, aim hel speeltuig van eigen kinderjaren te worden herinnerd. Die mooie stollen, waarmee hij zoo trots bij do jongens was gekomen en waarop hij voort kou zulke stappen Dal was in de tijd dat liij niet dacht aan het geluk van gezonde boenen. Maar hij vermande zich en vroeg waar co stelten waren, of hij al flink er mee kou stapppn. De krulleb.il ging er op in,leun de legen de bank eerst; trok zijn beencn op en vleide zich tegen den gewonde aan en mocht de pijpen helpen stoppen De gewonde die mijn Illustration be keek, lei plotseling de aflevering neer en ?.ei „Wat denkt u van den oovlog. Zou 'l nog lang duren?" Aarzelend zei ik „Als T eens voorjaar is," doch hij viel mij in de rede met 'n: „dan zijn we nog pre cies even ver!" Hij verzette, zich een weinig en lei zijn. arm steunend op mijn schouder- „Wil ik u eens wal zeggen, ik denk er heel anders over Ik geloof, dat 't heel Lang zal duren en dal. gelooft u zelf ook, als ge er maar over nadenkt Kom, kom, maak u zeil' niels wijs. '1 Is eigenlijk heel dom om te denken dal 't gauw uil zal zijn." En een langdurig gesprek ont spon, waarbij hel mij niet gelukte den bleekc-n man van het praten af le leiden. De ziekenzaal ligt '111 half duister. In 't Westen waar de duinen in den einder zich verliezen, zinkt een warm roode, even violet doorstroomde zon neer Ze rust nog even op hel water, smelt dan snel weg En haar afsmelten doet veel purpergoud oplichten naar dc wolken, die nu helle randen krijgen. Voor raam kijken een rijf lal gewonden naar dier. praehtigen zonsondergang Op den strmdboulevard is liet zeer druk, doch niet levendig Hel zijn meest herstellen den die er wandelen en vluchtelingen en menscheu uit hel dorp, die toch geen nering doen De dag was somber maar laat iii den middag lichtte het op, kwam de zon door en nu komeu allen hun sombere stemming verdrijven en wat opluchting zoeken door '11 late wandeling langs de onbewogen zee Evenwel dc avondpracht en de rust der zee hebben iéts melancholieks, En in den purperen gloed van het verre Wes ten ligt de herinnering aan dien anderen bloedrooden brand in liet Oosten, ver weg van deze rust, daar waar hel krijgs vuur laait Ieder loopt stil met z'n gedachten en wie samen loopen gaan sprakeloos naast elkander voort Het donkert, in de ziekenzaal, waar dertig, veertig rusten Hel vijftal aan het raam wendt zich om als een hunner zegt: „Wat zijn ze mooi" en kijkt naar een bouquet herfstbloemen uit een vil- latuin Ze werden gebracht voor de ge wondenzaal en werden geplukt, misschien wel door een die hoopt dat ook haar gewonde zoon in liet vijandelijke land bloemen zal zien in het haar onbekend oord De Roode Kruiszuster schikt de bloe men en plaatst ze op een tafel, Zij ver telt mij dat hier negen Duitschers liggen voor liet meerendeel ernstig gewond, Een heeft een schouder wond, doch is al zoo ver dat hij over een paar d agen naar buiten mag „als de herfst ^ich. blijft houden zegt de fran^aise !die met zusterlijke bezorgdheid haar gewon den verpleegt Ze kent een weinig van de Duitsche literatuur en spreekt zoo nu en dan met den geblesseerden boek- verkoopersbediende Hij heeft haar ver teld van hun vertrek uit het huis, toen hij met twee broers afscheid had geno men van hun moeder, een Ilannoveraan- sche Die goede ziel was troosteloos ge weest, want ze had in 70 haar vader zien vertrekken en hem nooit zien terug keeren Hij werd en bleef vermist Nooit iiad men gehoord wanneer en waar hij gesneuveld was Ik ging met haar een gewonde bezoe ken. Zijn krib stond onder een der zij lichten van de bizarre eetzaal van het enorme restaurant Een stroom van licht viel op het wasbleeke gelaat van den jongen man, dier eeds den kogel had ge voeld voor hij den kruitdamp had gero ken Dagen lang vermoeide marschen Dan op straat, dan langs den weg "in het veldkamp geslapen Bij Tliielt voor liet eerst in h el v uur gebracht had hij reeds bij het oversteken van 'n weg een kogel bij het rechtersleutellieen ontvangen Hij had 'n prik gevoeld, die maar schrijnen bleef. Had 'n gevoel van wil loosheid gekregen, zoodat hij neerviel en. was met iets oneindig droevigs in het gemoed blijven liggen Hij had gehuild en gedacht hoe jammer het was, dat lüj nu zou moeten sterven en er niets over zou blijven van al zijn wenschen en verlangens Toen het donker was, ont waakte hij in 'n schommelenden wagen. Hij voelde dat hij zich niet verroeren kon en langzaam werd het hem duidelijk, dat men hem wegreed. Dat gaf "e cn ge voel van groot geluk. Misschien kon hij

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1914 | | pagina 3