liilliuifÉ Coral BIJVOEGSEL FEUILLETON. DE ONGEKROONDE KONING. VA» D t VA»" Woensdag 28 Oct. 1914, no. 254. DE LANDBOUW EN DEN OORLOG In de heden gehouden alg. vergade ring van de afdeeling Walcheren van de Z- L M. men zie voor het verslag het hoofdblad werd door den heer Zwa german, rijks-zuivelconsulenl een voor dracht gehouden over het hierboven genoemde onderwerp, waarvan hier een samenvatting volgt: De heer Zwagerman begon met er aan te herinneren, dat verleden jaar toen in Den Haag de groole landbouw tentoonstelling gehouden werd en men elkaar daar vreedzaam beslreedl, en ook niet toen de Zeeuwsche landbouwers zich ait voorjaar opmaakten voor den strijd op de provinciale tentoonstelling, niemand gedacht had, dat reeds zod spoe- dig zou worden geschreven en gespro ken over den landbouw en den oorlog. Vervolgens wees spreker eTop, dat men hel onderwerp van verschillende kanten kan beschouwen. Oorlog is onmogelijk in een land waar men gedurende dien oorlog niet in staat is het leger en de bevolking te voeden. Dat voedsel moet door den landbouw in het be treffende land worden voortgebracht of het moet van elders worden aange voerd. Hier dus al direct een buiten gewoon belangrijk verband lusschen de landbouw en den oorlog. Een door spr. kort geleden ontvangen Duilsche brochure loont aan hoe <lank zij de door den landbouw in .Duitschland steeds on dervonden bescherming, dit land thans in staat is zich zei F te voeden, ware dit niet zoo geweest, de oorlog was voor Duitsch land vrijwel onmogelijk geweest In de tweede plaats kan het onder werp beschouwd worden in verband met den invloed die dezen oorlog nu en in de verdere toekomst op het landbouwbedrijf heeft of zalhebben Spr heeft voor heden voornamelijk de bedoeling de directe gevolgen van de zen. oorlog voor den landbouw te be spreken. In verband met de voeding van onzen grooteh veestapel wijst spr. erop dal wij niet bij machle zijn die levoeden met eigen producten, en een groote hoeveelheid uit het buitenland moet worden ingevoerd. In den brec- de noemt hij de verschillende pro ducten, de hoeveelheden en de landen van herkomst op om dan aan te too- nen dat de uitvoer gedeeltelijk ver boden is of de aanvoer duurder door het groolere risico. Het resultaat was dan ook dat er allerwege groote zor gen waren hoe het met de voeding van den veestapel dezen winter zou moeten gaan en dat men abnormale prijzen voor verschillende voedermid delen kreeg. Dat men ondanks dit al les waarschijnlijk niet voor veevoeder nood zal komen te staan, dat hel mo gelijk zal zal zijn legen wat verhoogde prijzen de behoefte te dekken, is te danken aan hel ingrijpen van de re geering. Het- zelf aankoopen door üe regeering heeft gemaakt dal Engeland gemakkelijker de schepen door liel en d,?t hier de prijzen niet le veel wer den opgedreven Vervolgens, g?f de heer Zwagerman tal van wenken hoe men goed en niet te duur, ook in deze omstandighe den kan voeden, en behandelde hij de verschillende voedingsmiddelen die thans te verkrijgen zijn en hun resul taten De volgende vraag die spr behandel de was die van het gebruik van kunst meststoffen Spr, keurde het af dat ondier de landbouwers tengevolge van den oor- Roman van PAUL OSKAR HttCKER. naar het Duitsch. Nadruk verboden. 19) „Ze zouden beslag kunnen leggen op een gedeelte van papa's pensioen. Maar zoover wil hij het niet laten komen. Hij lieoft hun vrijwillig hoogcr afbetalingen geboden dan zij l'angs gerecbVelijken weg kunnen eischen. Maak je nu verder klaar. Ati, hel is dadelijk zes uur, daar komt de dominee voor de toespraak. Wij moe ten hem allen ontvangen. Dan moot je me helpen met het aanwijzen van de plaatsen. Meisje lief, nu heb je roode oogen van hel schreien. Ik waarschuw je: je moet oppassen niet te schrei en Wie zulk een prachtig geséhenk van de heinelsche genade gekregen heeft als jij, heeft alle reden het leven vroolijk in te zien s Morgens «vmnastiseer je om een goede figuur te/krijgen, "s mid dags eet je niets om geen onderkin te krijgen, jij gemeste blaaspijp en 's avonds huil je zoo lang tot je randen onder de oogen krijgt als con afgetobde weduwe met vijf kinderen „Tante!" Verschrikt liep zij naar den spiegel: „werkelijk?" log een soort slapheid is gekomen, welke zich onder andere uitte in het minder bestellen van kunstmeststoffen. Volgens spr. is er alle reden 'zich juist nu extra in te spannen om Ite trachten hel aanstaande jaar vele en goede vruchten te 'krijgen. Onze lig ging temidden van de oorlogvoerende landen, waar ook het volgende jaar de oogst niet veel zal beteekencn, geeft groole kans dat onze producten vol gend jaar hoog in prijs zullen «ijn, omdat de vraag groot zal wezen. Hiermede in verband, behandelde de heer Zwagerman de vraag ol' de kunst meststoffen in voldoende 'hoeveelheid en legen matige prijzen verkrijgbaar zullen zijn Deze vraag werd beantwoord mot als slot een raad van den heer Kakeheeke, den rijkslaudbouwleeraar, om thans reeds de behoeften aan kunstmeststoffen zoo veel mogelijk te dekken. In ieder geval moei onvoldoende bemesting in het ko mende jaar zooveel mogelijk worden voorkomen. Betreffende den handel in rundvee merkte spr. op dat door het openstellen van de Duilsche grenzen het slachivee good in. prijs bleef, of dit ook na den oorlog het geval zal zijn betwijfelt spr Wat betreft het fokvee vermoedt de lieer Zwagerman dat, ofschoon dit nu niet vlot weggaat, hier in liet voorjaar vraag naar zal zijn. Hij raadde aan, het folrvec niet voor lage prijzen van de hand te doen. Wat betreft de paardenhandel en fok kerij verwacht spr. een meerdere fok kerij van het warmbloed paard, omdat de behoefte daaraan gevoeld is, en wat de handel betreft denkt liij dat Neder land zal kunnen verkoopen wat België te kort zal komen voor uitvoer naar Amerika. De prijzen der varkens, die eerst in Augustus sterk daalde, zijn thans door den grooten uitvoer weder flink gestegen en de regeering over weeg! reeds of er ook reden is voor een tijdelijk uitvoerverbod. Spr. geeft een paar wenken over goede en weinig kostbare wijze van voeding der varkens. Alsnu behandelde de spreker de bo ter en kaasprijzen die aanvankelijk laag waren, maar nu weder omhoog en zelfs van beteekenis boven de prijzen van 1912 en 1913. Ook de eierenprijzen waren steeds en zijn nog zeer hoog. Vervolgens besprak de heer Zwager man de afzet van verschillende produc ten van den akkerbouw, waarbij hij lol de volgende conclusies kwam. Tarwe en rogge worden gemiddeld voor vrij wat hoogere prijzen verkocht dan iu de voorgaande jaren, gerst en haver zijn tot heden toe buitengewoon duur geweest, de resultaten van de koren- bouw zijn uitmuntend De aardappelhandel geeft ook goede resultaten, al heeft hel lijdelijk uitvoer verbod het stijgen wat tegengehouden en geeft voor Zeeland hel niel kunnen uitvoeren naar België, dal altijd een groole hoeveelheid uit Zecuwsch-Vlaan- deren betrok, een moeilijkheid, omdat deze handel zich nu moet verplaatsen. Spr vertrouwt dat het uitvoerverbod be slist tijdelijk zal zijn. "'Wal betreft de suikerbieten komt spr. tot de conclusie dat het met de financieele resultaten er nu niet zoo rooskleurig voor zal staan wal betreft dezen bouw, voornamelijk Zeeuwsch- Vlaanderen dal voor een groot deel met Belgische fabrieken heeft gecontracteerd zal een sleclil jaar maken, omdat die fabrieken niet geregeld kunuen ontvan gen en men ook ten opzichte van de be taling niel zeker is. Ten slotte behandelde de heer Zwa german de booncn en erwten, die over het algemeen ook goede resultaten ge ven Alles tezamen genomen kon spr. zeggen dat: uitgezonderd van weidehooi de landbouwer goede opbrengsten heeft verkregen- Dat de prijzen die gemaakt zijn voor de meeste producten hoog of zeer bevredigend zijn. Dat in het alge meen :de geldelijke uitkomsten van het bedrijf over 1911 zeer goed zullen zijn, onder voorbehoud echter dat de inkomsten van de suikerbietencultuur niet le zeer tegenvallen en de aardappe- „Je bent een kleine domoor." De gravin lachte en greep haar in het prach tige, zijdeachtige haar „Kom hier, ik zal je helpen, dan gaat hel wat gauwer. Zij hielp haar dikwijls een nieuw kapsel 1 probeeren, bet was een aesthetisch ge not voor haar hel goed onderhouden haar te behandelen, eigenlijk het geheele zorg vuldig verpleegde, prachtige jonge meisje le verzorgen. Borrjes en Haunsheinz waren heel stil bij het feest Eenige weken geledeu had Börries nog kunnen zeggen: Kerstmis over een jaar ben je bij de dragonders van de garde Nu zag liij een vreeselijk piotten-garnizoen in hel verschiet, ergens in het verre Oosten of Westen, waar hij met tien thaler toelage moest toekomen De predikant sprak zeer hartelijk tot de drie kinderen, die vandaag niet met hun vader en zusters vereenigd konden zijn. Bórries luisterde er evenmin naar als Beate Hij had den snit van het gezicht en ook de uitdrukking van zijn vader. Op vallend was de tegenstelling van de kleur van zijn haar. oogen en leint met het blonde, blauwe en blanke van Beate en Haunsheinz. De donkere linten riiaaklen zijn ge zicht nog somberder en onvriendelijker Geen syllabe antwoordde hij den predi kant uit eigen beweging; slechls op zijn directe vragen gaf hij een militair kort antwoord „Jawel, mijnheer de dominee' „Noen, mijnheer de dominee!" Hij was de onberispelijke leerling van de mi- lenprijzen niet le ver dalen. Verliezen worden daartegenover geleden door de verhoogde veevoeder en kunstmeslprij- zen, door de lage prijzen voor het fok vee en door de gedrukte stemming in den paardenhandel. De grootsle moeilijk heden worden ondervonden door djen landbouw in Zeeuwsch-Vlaanderen. Spr. wees er vervolgens op dal de land bouwers zich gelukkig mogen rekenen, dat hun bedrijf zeker wel het minsl on der den oorlog lijdt, minder dan handel en industrie, die groote verliezen lijden en ook onder werkloosheid geblikt gaan De vraag hoe de toestand voor den landbouw na den oorlog zal worden, be antwoordde de heer Zwagerman met te conslaleeren, dat zeer zeker de oorlog ook voor den landbouw hare nawerking zal vertoonen. Het is de vraag, of dc afnemers niet dermate verarmd zullen zijn, dat een geringe vraag van vele der landbouw- en luinbouw-producten daar van het gevolg zal wezen. Maar aan voor spellingen in die richting wil spr. zich niet wagen. Ten slotte wees de zuivelconsulent- er op dat de landbouwers in Nederland ge woon zijn aan' groole belangstelling van de zijde der regeering. Den laatstcn tijd zijn nu door de regeering verschillende bepalingen gemaakt waardoor nan de landbouwers belangrijke winsten z!jn ont gaan. En dat is de hoofdreden waarom hier en daar dit ingrijpen van de regee ring van de zijde der landbouwers aau critielc is onderworpen. Men mag echter niet uil het oog verliezen- lo. Dat sommige maatregelen nood zakelijk zijn in verband met de moeilijke positie waarin ons land te midden dei- oorlogvoerenden verkeert en dat wij niet altijd over alle gegevens beschikken om een besluit van de regeering ten deze opzichte te beoordeelen; 2o. dat de Nederlandsche handel en industrie groote verliezen lijden en dat er daardoor groole werkloosheid is. Voor al in sleden als Amsterdam en Rotterdam. De Nederlanders moeten zich in dezen tijd voelen als leden van een groot huis gezin. Het eene gedeelte mag geen bijzon der hoogc prijzen verlangen voor hel voedsel dat het andere gedeelte nagenoeg niet kan betalen. In dit verband be schouwd gelooft spr. dat men de maxi mumprijzen en de tijdelijke of blijvende uitvoerverboden niet als onbillijk kan be schouwen 3o Moeien we niet vergelen dal de prijzen van de producten uitgezonderd van paarden en kalfvee gemiddeld be langrijk liooger zijn dan andere jaren Ook wees spr. er nog op dat do re geering door het bevorderen van den in voer van veevoeder en hare bemoeiingen ten opzichte van de kunslmeslvoorzieniug en ook op andere wijze de belangen van den landbouw oolc in dezen tijd dient RECHTZAKEN. De Bricvenkweslie van Sas van Gent. Door bijzondere omstandigheden kre gen wij eerst dezer dagen een volledig afschrift van het vonnis den loden de zer door den kantonrechter te Middel burg gewezen, en door ons toen kort ver meld, inzake de vervolging tegen J. H. D, hoofdredacteur der „Middelburg- sche courant". Zooals men weet betrof die vervolging een hoofdartikel in genoemd blad van 19 September, waarin kritiek werd uitge oefend op den, daarna weer ingetrokken, maatregel van den kapitein-commandant te Sas van Gent, tot aanhouding van brieven, die niet den naam van den afzender droegen De beklaagde zou daardoor het verbod hebben overtreden, uitgevaardigd door den territorialen kommandant, om be richten of opmerkingen over militaire maatregelen te publiceeren. De overwegingen waarop de kanton rechter zijn vonnis tol ontslag van litaire academie :eenzijdig, eergierig en hoogmoedig, maar pijnlijk correct in uiterlijke vormen.. Haunsheinz was veel gevoeliger en meegaander. Zijn knut selarijen lagen hem nader aan het hart dan al het soldaatje" spelen. Hij had ontzettend moeilijk figuurzaagwerk ge maakt. In de 'groote vaeanlie Was hij daar al mee begonnen want de drie zusters moesten alle een cadeautje van hem hebben. Ook Gwendoline kreeg vanavond in New-York liaar feestgeschenk Het was een postzegeldoosje, hij had liet haar. gezonden als „staal zonder waarde". Het brieveubakje dal Ingrid zeker op dat oogenblik voor Papa uitpakte was een: klein kunstwerk. Dal had dc burger- leeraar ten minste beweerd. Tante Eddy dacht die jongen heeft aanleg voor kun stenaar: hij was een klein genie. Bör ries had voor die talenten niel meer dan een verachtelijk lachje over. Hij vond ze een man onwaardig. Dal zijn broer in gymnastiek, zwemmen en paardrijden een van de zwaksten van de brigade was, stond stellig daarmede in verband. Het Jiefst zou Haunsheinz schilder geworden zijn Dat durfde hij echter niet zeggen. Börries zou er hem zeker mee geplaagd hebben, ook in liet bijzijn van zijn kameraden en hij zou den spotnaam genie zeker nooit weer kwijtgeraakt zijn Het dienstpersoneel nam de geschen ken mee en verliet het voorhuis achter den predikant, ,die nog verscheidene uit rechtsvervolging deed berusten, waren de volgende Overwegende nu ten aanzien van de strafbaarheid van liet ten laste gelegde en bewezen feit dat art. 49 der wet van 23 Mei 1899 S. 128 houdende bepa lingen ter uitvoering van art. 187 der Grondwet, strafbaar stelt: het niel voldoen aan de bevelen van het militair gezag krachtens deze wet of de daarbij bedoelde verordeningen gegeven dat art 18 (van Hoofdstuk II) dier wel liet militair gezag bevoegd verklaart te verbieden het door middel van de drukpers of op andere wijze bekend maken van berichten en o pmerkingen betreffende militaire maatregelen, in liet in staat van oorlog verklaarde grondge bied genomen, welk verbod zal worden bekend gemaakt op de wijze door het militair gezag te bepalen; dat art 19 (van Hoofdstuk III) "dier wet inhoudt, dat de bepalingen van Hoofd stuk II ook gelden voor den staat van beleg; O dat ^erhalve het door middel dei- drukpers door beklaagde bekendmaken van de opmerkingen, voorkomende in gemeld hoofdartikel der M. Crt. onder de omstandigheden, waaronder hel feit is gepleegd, een strafbaar feit oplevert, ten ware moest worden geoordeeld, dat de maatregel door den militairen Com mandant van S. v. G. genomen, niel was een mi 1 i t a i re maatregel als bedoeld in genoemde wet van 1899, hetgeen door den gemachtigde van beklaagde, rar. de W. H., is beweerd; O. te dien opzichte, dal inderdaad onder „militaire maatregelen'' hierbe- doeld niet moeten worden verstaan alle maatregelen, welke dan ook, geno men door het militaire gezag, doch hier de woorden „militaire maatregelen" zijn gebruikt in tegenstelling met „ci viele maatregelen", welke genoemde met dat gezag bevoegd verklaart te nemen in deelen van het Rijk, welke bij de wet in slaat van oorlog of beleg zijn verklaard immers in de eerste plaats, dat vrij heid van drukpers is een recht, den Ne derlanders bij de Grondwet gewaar borgd, zoodat een geoorloofde afwijking bij de wet van het artwaarbij dat recht is gewaarborgd, is Slrictae inlerprela- tionis; O verder, dat onze opvatting ook steun vindt in de geschiedenis der wet; O toch, dat daaruit onmiskenbaar blijkt, dal onze Nederlandsche wetgever niet heeft willen afwijken van het \vaste model, gevolgd door andere Europeesche rijken (o a door het Duilsche Rijk 16 van het Reichsgesetz über die Presso van 7 Mei 1874 Reichsgesetzblall 65) om \slechts de verdedigingsmiddelen en dp troepenbewegingen aan de openbaarheid der pers te onttrekken O. dat ten onzent op 27 April 1889 een ontwerp van wet werd ingediend ter uitvoering van art. 187 der Grond wet, waarin een aan ons art. 18 over eenkomstig art voorkwam, hetwelk luid de „wanneer door ons hel bij art 186 laatste lid der Grondwet bedoelde besluit (d. i. de afkondiging van het bestaan van oorlogsgevaar) is genomen, is het mili tair gezag bevoegd te verbieden het idoor middel van de drukpers bekendmaken van berichten betreffende militaire maatregelen, in door dat gezag aan gewezen terreinen genomen Dit verbod wordt opgenomen in de Staatscrl. en ver der "bekend gemaakt op de wijze door het militair gezag te bepalen O dat in de Memorie van Toelichting uildrukkellijk werd vermeld, wat met militaire maatregelen werd bedoeld nl „maatregelen van welker geheimhouding wellicht het heil van het land afhangt". O. dal dat ontwerp op 8 Sept. 1891 is ingetrokken O dat op 29 Maart 1898 hetzelfde ont werp, doch eenigzins gewijzigd, werd in gediend en de Regeering in de Memorie van Toelichting vermeldde- „dat zij zich in de hoofdzaak kunnen gedragen aan de Memorie van Toelichting, behoorendé bij hel oorspronkelijk ontwerp van wel"; deelingen moest bijwonen De rentmees ter en zijn vrouw dineerden op Kerst mis c n op 'den verjaardag der gravin al tijd op het heerenhuis. Het was het eeni ge wat nog was overgebleven van de aartsvaderlijke gewoonten De nabijheid van Berlijn maakte een inniger verhou ding lusschen mevrouw en haar onder - hoorigen onmogelijk. Een klein ridder goed als Rotholz, dal in den loop der zorgelooze, al le zorgelooze jaren eerst het bosch, toen de pannebakkerij hpd moeten afslaan, bracht nog geen twee procent op en kon geen goede looncn betalen Zoo was er vaak behoefte aan dienstpersoneel, en zeer dikwijls veran dering en ook op rentmeester en admi nistrateur kon men niel vast rekenen Men zou juist met den avondmaaltijd beginnen de tradioneele karpers met bier en gestampt maanzaad toen de brievenbesteller de v laatste post bracht Er was een aangeteekende brief bij voor Beate uit New-York. „Van Gwendoline?" De broers kwamen vol belangstelling nader. „Wel wat een massa postzegels! Kijk eens!" riep Börries terwijl Beale het ontvangbewijs teekende „Het is dubbele port", zei Beate „Dubbel? Neen, vijfmaal, zesmaal Kijk eens, voor elke twintig gram buitenland- sche port." „Met kle Duitsche post zou het goed- kooper geweest zijn", zei tante Eddy Beate lachte „Wat kunnen Gwendo- O. dat het oorspronkelijk art. nu art. 18 slechts ïn zoover werd uitgenreid, dat niet alleen het bekendmaken van be richten, maar ook van opmerkin gen betreffende militaire maatregelen werd verboden; O. dat in de Memorie van Toelichting bij dit art. slechls werd vermeld „door dien het geheele Hoofdstuk II van het oorspronkelijk wetsontwerp is vervallen en eene bepaling waardoor het bekend •maken van berichten omtrent militaire maatregelen door middel van de druk pers kan worden belet, niet kan worden gemist, is art. 18 in dit ontwerp opge nomen" O. dal derhalve in die memorie van Toelichting niet werd gezegd, dat men mei militaire maatregelen iels anders bedoelde, dan waarop gedoeld werd in hel oorspronkelijk ontwerp, teweten maatregelen van welker geheim houding wellicht het heil van het land afhangt; O eindelijk, dal noch in het voor- Ioopig verslag noch in de memorie van antwoordnoch bij de openbare beraad slagingen in Tweede- en Eerste Kamer over arl 18 iets werd gezegd; dat dus mag worden aangenomen, dat mei militaire maatregelen slechts specifiek militaire maatregelen werden bedoeld O. voorts, dat ook onze huidige Re geering onder „militaire maatregelen" slechts verslaat maatregelen van militai ren aard als zoodanig, blijkende die opvalling toch uit hel door den ge machtigde van beklaagde overgelegd en door den griffier voorgelezen schrijven van den Minister van Oorlog dd 30 Juli 1914, gericht aan de redactie van de „M Crl." uitgevaardigd dus, toen tot mobilisatie was besloten, doch vóór dat ergens de staal van oorlog of van beleg was verklaard en wij nog leefden in staal van vrede (eene slaat, welke in hel oorspronkelijk ontwerp afzonder lijk werd behandeld, docli niet in het gewijzigde ontwerp was opgenomen' O. dat de Regeering daarmede een mid del le baat nam, om te voorkomen, dat zoolang nog niet de staat van oorlog of beleg was verklaard en arl. 18 dus nog niel kon worden toegepast, de pers verhinderd was om militaire maatregelen bekend te maken, en geheimhouding be\al van militaire maatregelen met be dreiging van toepassing van art 98 van hel wetboek van strafrecht, O. dal de Regeering daarbij eene uit voerige definitie gaf, wat zij onder mi litaire maatregelen "begreep n 1 a. de evenlueele voorbereiding of uit voering eener mobilisatie van onze Land- of Zeemacht; b. 'de sterkte en samenstelling van on derdeden van onze Land- of Zeemacht zoomeae hunne verplaatsingen en stand plaatsen; c den toestand, waarin onze linies, stellingen en forten of hunne onder deden verkeeren of worden gebracht: d het samenbrengen of het verder transporteeren van onze krijgsvoorraden en in het algemeen alle militaire maatregelen van hoe geringe en oogen- scliijnlijk onbeleekenenden aard en om vang ook, welke worden getroffen: O dat ton slotte de Regeering in ge meld schrijven nog mededeelt, dat de chef van den Generalen Staf en de chef van den marine-staf gemachtigd waren aan het Secretariaat van den Nederland- schen Journalistenkring inlichtingen te doen verstrekken betreffende m i 1 itai- re maatregelen, waarvan de openbaar making zonder gevaar voor de belangen van den staat kan plaats hebben; O. in de laatste plaats, dat ons art 18 der wet van 1899 ook niet bedoeld kan hebben alle maatregelen door mi litairen genomen, zonder onderscheid; O toch dat bij die wet aan het militair gezag dc bevoegdheid wordt verleend in de In staat van oorlog of b<?leg verklaarde gebieden van hel Rijk lal van zaken te regelen, welke in gewone tijden tot de competentie van liet Civiel gezag beliooren, en dat, wanneer het line een paar mark port schelen. Mr. Walker heeft haar toch voor haar ver trek een biljet van duizend mark ge zonden „Daar heeft ze toch de reis van moe ten betalen1'' vroeg Haunsheinz. „Neen. heelemaal niet Op de Ham- burg-Amerika-lijn was alles al voor haar klaar Verbeeld je. „Prachtig1' Börries zuchtte Hel gelakte couvert bevatte een brief van zestien zijtljes aan Beate en nog vijf kortere briefjes: voor Papa, voor Tante Eddy, voor - Ingrid, voor Börries en Haunsheinz. „Zij weel niet, schrijft ze, waar wij het feest doorbrengenlas Beale, „ik moet alles verdeelen Nu. dat gaat gemakkelijk Wij hebben haar toch wel geschreven, tante Eddy, dat Ingrid met papa naar Wiesbaden is, is luiet?" „Zeker met de Duitsche post zei Börries, „dan krijgt zij den brief pas vandaag." Haunsheinz had zijn briefje openge daan en barstte in luid gejuich uit. Er was een fonkelnieuw biljet van honderd mark in gesloten In een oogwenk had Börries zijn brief je opengescheurd. Hier dezelfde veras sing Nu doorzocht ook Beate haar vier blaadjes. En jawel, in het derde blaadje hetzelfde blauwe biljet „Wat een zegen!" zei de gravin Haar briefje bevatte niet zulk een verassing.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1914 | | pagina 5