dat de Engelsche marine-a fdcelingen het
in het donkerste uur van ellende heb
ben bijgestaan, gelijk, indien het God
behaagt, zij hel zullen bijslaan als, Bel
gië zijn zelfstandigheid door de legers
der boudgenooten zal hebben herkregen
Het eene woord lokt het andere uit.
In het bovenstaande zinspeelde Chur
chill op een groote onderneming tot
ontzet van de stad, waarvan niets ge
komen is De militaire medewerker van
de „Times'' laat thans zijn licht schij
nen in de duisternis, welke die woor
den omhult. Men herinnert zich, dat
hetzelfde blad enkele dagen, voordat
de Duitschers triomfantelijk Antwerpen
binnentrokken, aandrong op een krasse
aanval van de zich binnen hel vesting ge
bied bevindende Iroepen, om te trach
ten, de belegeraars te overweldigen en
hun hel moordende en onweerstaanbare
artillerie-materiaal afhandig te maken
Maar in die aansporing was slechts
sprake van de Belgische soldaten. Zij
moesten, aldus oordeelde de „Times",
voor de algemeene zaalc dat groote
waagstuk ondernemen
Het is mogelijk, ja: waarschijnlijk, dat
ook dit plan paste in hel ontwerp,
door de bondgenooten lot bevrijding van
de belegerde veste opgemaakt, al
thans naar de voorspelling, die het groo
te, Londensch'e blad daarvan geeft. Maar
dan zou die uilval toch maar eeu
onderdeel, een hulpmiddel (indien sla
gend hoe nuttig ook) uitmaken van het
groote plan, dat in hoofdzaak op een
overval met 40 tol 50 000 man der
bondgenooten op de Duitschers- voor
Antwerpen neerkwam
De „Times" gaal daarbij van de on
derstelling (of: wetenschap) uit, dat de
laatste over e en divisie reserve, een
divisie marine-troepen en afdeclingen
landstorm, alles tezamen tusschen de
45 000 en 60 duizend man van tweede
rang-waarde beschikten Voorts kon
den zij van hun liniën in Frankrijk
geen mensclien meer missen.
Als nu de boven bedoelde overval
door Fransche en Engelsche troepen
bv over Gent en Mechelen plotseling
zou hebben plaats gehad; had daar
volgens de „Times" een groot succes van
verwacht kunnen worden De schrijver
neemt aan, dat het plan reeds met de
bondgenooten was vastgesteld en dat
Engeland bereid was, zijn rol erin te
spelen en zijn afdeelingen klaar had,
om zijn verplichting na te komen Uit
wat de schrijver dan verder laat volgen,
moet worden afgeleid, dal Frankrijk zich
op het laatste oogenblilc terugtrok. Ten
slotte is deze deskundige van meening,
dat de gevechtswaarde der Engelsche
marine-divisie minstens even goed was
als die van de Duitsche marine-divi
sie en landstorm
We spraken daareven van „deskun
dige" De „militaire" medewerker van
het groo'tste Engelsche blad, niet de
„maritieme" is evenwel aan het woord
De bevoegdhededen dezer heeren moe
ten uiteen worden gehouden. Het is
twijfelachtig, of hij in staal is, een
nauwkeurig oordeel over de bekwaam
heden. van de tot die marine-divisie
behoorende manschappen uit te spre
ken
Frankrijk zal wellicht op deze zijde-
lingsche beschuldiging zijn antwoord niet
terughouden. Maar dit zou lot onverkwik
kelijk krakeel omtrent de aansprake
lijkheden en dus tot verzwakking van
de gemeenschappelijke belangen der
bondgenooten leiden.
Na de ze e-s cherrautselin g
Gisteren vermeldend, hoe een stuurman
op een Zweedsch schip, dat toevallig ge
tuige was van het gevecht tusschen deu
Engclschen kruiser „Hnwke" en 4 lorpe-
dobooljagers met vier Duitsche torpedo
booten. een Duitsche torpedo een der
Britsche vaartuigen had zien raken, wal
naar hij meende de ontploffing van een
ketel in laatstbedoelde boot ten gevolge
had, merkten we op, dat de Engelsche
admiraliteit daarvan niets vermeld had
Een later ons in handen gekomen num
mer van de „Westminster Gazette beves
tigt dal verhaal in zoover als men daarin
leest, dat, toen de Loyal" zich dicht
bij een der Duitsche schepen bevond,
een projectiel, daardoor afgeschoten, de
Britsche „destroyer" in den achtersteven
ongeveer 4 voet boven de waterlijn trof.
Van een ketel-ontploffing is evenwel geen
sprake. Bovendien leekent hel Londen-
fiche blad -daarbij aan, dat dit de eenige
schade vormt, aan het Engelsche smal
deel toegebracht
Visschers, -die noodgedwongen het ge
vecht bijwoonden, verklaarden, dat de
vijandelijke partijen zoo dicht lol elkaar
genaderd waren, dat ze elkaar konden
beroepen.
De laatste dagen luidden de o p-
gaven verschillend omtrent den aard
van de aangevallen booten De ..West
minster Gazette" noemt ze „torpedoboot-
vernielers". Vermoedelijk hadden dus-de
genen, die van jagers, zoowel als zij, die
van torpedobooten spraken, gelijk en
beschikten de bedoelde Duitsche een
heden over een uilrusting, die beide
aanduidingen op hen toepasselijk deed
zijn,
Het h-eele gevecht duurde nauwe
lijks een uur Volgend het verslag in hel
reeds aangehaalde, Londcnsche blad
was de Brits'phe artillerie de Duitsche
gemakkelijk de baas.
Vermakelijk is liet volgende over de
troetelaap op een der Engelsche tor-
ontmoeting te lezen Die mannen zien
pedobootjagers gedurendehet treffen
Dit viel volstrekt niet in den smaak van
het dier. Daarom borg het zich in de
kombuis. Hier klom hel op de bovenste
plank en verschuilde zich in de pan,
die dient om visch te bereiden Daar
bleef het, totdat hel met paffen gedaan
was.
Voorts is het eigenaardig, in de ruige
matrozentaal een beoordeeling van de
dergelijke gebeurtenissen voornamelijk
uit- men zou liaasl zeggen: sportief
oogpunt-
In hun gedachlcngang heet 'zoo iels
een „mooi spelletje". Mag men een
van de Britsche matrozen gelooven, dan
getuigden de Duitsche zeelieden, die
gevangen genomen werden, dat zij voor
nemens waren. Portsmouth aan te val
len De onrust, het besef van de mo
gelijkheid althans, dat in de laatste da
gen onder de bevolking van hel Ver-
cenigde Koninkrijk levendig is gewor
den betreffende een aanval op hel
grondgebied van dat land, schijnt dus,
volstrekt niet ongegrond
Natuurlijk zijn de overwinnaars in
het zeegevecht geestdriftig ingehaald bij
hun terugkeer in de Engelsche haven,
waar zij thuis hooren De „Undaunted"
opende de sirenes, toen dit schip na
derde. De menschen op de schepen al
daar evenals wie op de kaden stonden
samengehoopt en zelfs' de bewoners
van het hospitaal in de nabijheid, voor
zoover hun lichamelijke toestand dit ver
gunde, schreeuwden zich de kelen schor
ter eere van de bemanningen der vijf
oorlogsvaartuigen.
KORTE OORLOGSBERICHTEN.
Uil de beschrijving van een auto
rit -door Antwerpen van een corres
pondent der N. R. C, halen we het vol
gende aan:
„Vooreen café hielden we stil en vulden
de radiator met een emmer drinkwater, die
we zonder moeite kregen. Wel is waar
is de waterleiding buiten werking, maai
de goede pompen der stad maken dit
een klein ongerief voor Antwerpen, zoo
dat hel ons zeer verbaasde toen we
in Nederland lazen, dat er hier een nij
pend watergebrek zou heerschen. Even
zoo is hel gesteld met de prijzen der le
vensmiddelen Nooit is er in dezen oor
log een stad door de Duitschers ge no"
men, die zulke enorme voorraden van
levensmiddelen bezat. Reeds toen. de
stad door de Duitschers bezet was, re
den Belgische machinisten nog terug
en haalden locomotieven metde uilge-
zochlsle voorraden uit de genomen ves
ting
De prijzen in de café's zijn dau ook
volstrekt niet gestegen en er bestaat
hoegenaamd geen aanleiding dal ze zou
den stijgen"
De Hamburgsche senator Slrandes
is naar België vertrokken om den post
van burgerlijk gouverneur van Antwer
pen op zich te nemen
Kardinaal Mercier is te Mechelen te
ruggekeerd
De N. R. C verhaalt van een
eigenaardige wijze van spoorwegverkeer
Hel Belgische spoorwegpersoneel le
Baarle—-Nass,au heeft thans op eigen
gelegenheid een spoorwegdienst georga
niseerd tusschen de Nederlandsche grens
en Turnhout Menschen, die ervan ge
bruik maken, betalen aan het perso
neel, wat zij anders voor een kaartje
moeten betalen en het geld wordt
onderling verdeeld Zijn e r Duitsche sol
daten i n de nabijheid, dan rijdt dp
trein niet en blijven de rijtuigen en
de locomotief op Nederlandsch ge
bied.
Een vertegenwoordiger van de N. R
C is le Havre een kijkje wezen nemen,
waar, naar bekend is, op hel oogenbUJd
de Belgische regeering is -ondergebracht.
We vermeldden al, dal hel gouvernement
van Frankrijk aan de hotels en villa's,
waiar de Belgische ministers enz. evenals
het diplomatieke korps (o.a. de Neder
landsche geznul. jhr. van W-eede) ver
blijven. exterritorialiteit heeft verleend
We gaven van dat recht toen tevens eenig
voorbeeld Vandaar verzonden stukken
en brieven worden met Belgische postze
gels beplakt.
In de achter ons liggende dagen be
stond onzekerheid over de plaats, waar
-de minister-president, baron de Broque-
ville, zijn intrek had genomen. Uit dit be
richt blijkt, -dat hij zich in de nabijheid
der Belgische troepen ophoudt, evenals
de Belgische koning en koningin. Carton
de Wiarl. ondervoorzitter van den minis
terraad en hoofd van het departement
van justitie, vervangt den leider van hel
kabinet.
Hij liet zich tegenover den dagbladschrij
ver in zeer waardeerende bewoordingen
over de houding van ons volk jegens de
Belgische vluchtelingen, van onze regec-
ring ten opzichte van de oorlog voeren
den uil
Men, zal zich herinneren al
dus meldt een correspondent van de
„Times',, dat in hel begin van den
veldtocht de firma Schneider te Creusot
aan de Fransche regeering zes batte
rijen zwaar veldgeschut ten geschenke
gaf. die op bestelling voor een vreemde
mogendheid gemaakt waren
Deze kanonnen zijn van ontzaglijke
waarde gebleken Zij hebben een groo
te draagkracht en kunnen buiten ge
zicht en bereik zelfs van de zwaar-
plc Duitsche artillerie gebruikt wor
den Zij hebben ook het groote voordcel
dat zij even gemakkelijk te behandelen
zijn wal opstellen en richten betreft
als de stukken van 7 5 c.M.
Sienkewicz, de nationale dichter der
Polen, meer bekend als schrijver van
„Quo vadis?" schrijft een werk over den
oorlog. Hij woont voor 't oogenblilc nabij
Salzburg.
Men weel, dat er een beetje gekibbel
is geweest over de vraag, of de betreffen
de overheid al dan niet zich van Gods
naam behoort te bedienen bij de vermel
ding van wapenfeiten, dal wil dus zeggen
in. verband met berichten van overwin
ningen, door de troepen aan de zijde
van de bedeelde autoriteiten behaald.
Men weel dan, dat, terwijl b v. van
Frar-sche katholieke zijde erop werd aan
gedrongen, dal die traditie ook in de
militaire communiqué's van dat land zou
worden ingevoerd en dat de regeering
der republiek als zoodanig den godsdienst
weder erkennen zou, een Nederlandsch
sprekend predikant integendeel dalzelf
de gouverneinenl meende te moeten hul
digen wegens het gemis van God's naam
in die verslagen van dood en verderf.
^ïet bestuur van den Bond van Pro-
teslanlsche kerken in Frankrijk blijkt
laatst genoemde meening le zijn toege
daan. Dal toch heeft een proclamatie
uitgevaardigd waarin het het misbruik
vau „vrome frazen" afkeurt als die,
waarmee de keizers van Duitsehland
cn Oostenrijk vóór den aanvang der vij
andelijkheden het voorbeeld gaven, daar
het meent, dal deze exploitalie van God
de aanvaarding van den godsdienst voor
't moderne bewustzijn in de waagschaal
stelt.
DE STRIJD OP IIET WESTELIJK
FRONT.
(Van onzen oorlogscorrespondent).
(Nadruk verboden)
Naar de vuurlinie.
I.
Hazebroek, 8 Oct.
Daar is niets zoo ontmoedigend dan bij
triestig druilwee de uren en zelfs de dagen
te moeten dooden in een klein provinciaalsch
stadje, ergens in den vreemde, terwijl de
barre, beangstigende tijdsomstandigheden het
stille plaatsje nog doedseher en onhuiselijker
maken. Toch had ik al mijn uithoudings
vermogen bijeengezameld om hier te blijven
wachten, daar ik wel ervaren had, dat de
eenige mogelijkheid om bij de vuurlinie te
komen is, een gelukkige kenze ta doen van
het een of ander »gat" waai je blijft zitten,
totdat de vuurlinie naar ons toekomt.
En zoo ervoer ik al het saaie, enervae-
rende van de verveelvoudigde verveling van
een ontvolkte streek, welks zonen zijn uit
getrokken naar den oorlog, de gegoede bur
gerij ergens logeert waar het veilig is, de
menschen, die nog een spaarpotje hadden,
ook naar de familie zijn gegaan en wat
vooi' mij het ergste is waar niet één
man \an buiten de plaats, gezwegen een
vreemdeling, ook maar een halt etmaal kómt
kijken. Daarvan is het nare gevolg, dat
iedereen, die nog bleef, je opneemt als een
heel vreemde schutter. Geen drie passen
zet je op straat, of er wordt met het noo-
dige wantrouwen naar het doel van je ver
blijf geraden, zoo spoedig men bemerkt dat
je maar niet .louter «doortrekkende'' bent.
Heeft men een «notabele" met wien men
in het kleine hótel heeft kennis gemaakt,
ontmoet, dan is zoo iemand nog geen tien
stappen van u vandaan ot hij wordt reeds
aangeklampt door dezen of genen, wien het
er om te doen is steelsgewijs eens te vragen
wat die vreemde snuiter hier moet doen.
Maar dat soort nieuwsgierigheid is niet
zoo hinderlijk als die van de vermeende
kennissen, die zich bij elke ontmoeting ge
rechtigd achten een serie lastige vragen te
doen. Vrij categorisch, zoodat je met 'n
ontwijkend antwoord niet uitkomt. Ot je
de familie al gevonden hebt, of dit en dat,
al naarmate je met je eigen uitvluchten 't
op den hals haalt
Alleen is een sympathiek man. Hij
vindt het ongemeen interessant, dat ik een
slagveld zou willen bezoeken, de ambulance
wil volgen en dan tevens indrukken wil
ontvangen van het verwoeste land en de
uit elkaar geslagen bevolking, wat mij als
«schrijver" zeker boeiende stot zal geven.
En hij philosofeert er bij dat het 'n zeer
pacifistisch werk zal zijn, 'n werk in het
belang der humaniteit als ik meehelp met
m'n pen de oogen te openen voor den oor
logsgruwel
Vanmiddag toen ik mot den fourage waszen
terugkeerde, riep hij verheugd uit„Veel
gezien en toen ik hem vertelde waar ik
beide dagen had uitgehangen, vertoonde hij
een bestraffende bezorgdheid „Hoe onvoor
zichtig'." enz enz. Hij liep oogenblikkelijk
naar een rijtuigverhuurder en dank zij zijn
invloed ben ik voor een matig bedrag naar
Hazebroek gekomen waar ik overnachten
wil en wat schrijven om hopelijk via Calais-
Folkestone mijn brieven te verzenden.
Zelf ga ik dan de richting van Yperen
uit en naar Ostende, want noordelijk van
ons wordt reeds braaf gevochten.
Dagen lang had ik de fonrage convooien
zien voorbij trekken, en ook de treinen met
ni-uwe troepeD, met Franschen enEngehchen
mitsgaders veel materiaal en oorlogstuig.
Wat ik zag liet geen twijfel of de gevechten
die zich bier gingen ontwikkenlen, waren
meer dan louter patrouille schermutselingen
om deze s'reek veilig te honden van de
Uhlanen-groepen die heel de streek tnsscben
Kortrijk en Rijssel onveilig maakten. Zoo
langzamerhand kwamen ook uit Zuid-Weste
lijke richting sterke detachementen met veel
Cavalerie en lichte artillerie, zoodat het geen
twijfel meer leed ot de groote omtrekkende
beweging, die eerst bij de Ourcq, later bij
Lassigny en Boye en naar ik uit de berichten
der terugkeerende transportcolonne had ver
nomen, ook tusschen Albert en Póronne was
beproefd, zou nn noordelijker worden ondei-
nomen.
Daar ik steeds gezorgd had ongeveer op
de verbindingslijn van het meest Noord-
Westelijk gelegen gevechtsfront en Duin
kerken te blijven, was ik voortdurend goed
op de hoogte gebleven wat or gebeurde.
Van de terugkeerende fourage- en ambulaoe-
colonnes vernam ik hoe aan beide zijden
ten koste van ontzaglijke offers gepoogd
werd om de scheidingslijn te zwenken
Vaardoor of de Franschen en Engelschen
den Duitschen rechter vleugel zouden om-
ireklen en de Duitsche veibindingslijnen
zonden kunnen doorsnijden, terwijl von
Kluck van zijn kant wilde beproeven zich
een weg te banen door den linker vleugel
der geallieerden ten einde het Dnitsche
centrum te steunen door het Fransche mid
den in den fiank aan te tasten.
Weken lang was het een bokspartij ge
weest, waarbij de tegenstanders de greep niet
konden doen om den gewenschten coup te
plaatsen. Met ontzaglijke verliezen waren
posities prijsgegeven en hernomen. Dorpen
heden stormenderhand genomen, werden
morgen om tactische redenen zonder strijd
verlaten, heuvelruggen, gisteren zonder slag
of stoot bezet, moesten heden ten koste van
stroomen bloede worden verdedigd. Treffende
verhalen werden mij gedaan, maar in den
modernen oorlog, waarvan het moest moderne
wel is, dat hij onzichtbaar wordt ge
voerd, verneemt men niet zooveel, dat de
notities in «onderling verband en samen-
h ng" kunnen worden gebracht.
Evenwel de Fransche staf doet ons uit
stekend de „roode draad" vasthouden en
zoo doolde ik tenminste niet geheel en al
op goed geluk.
Het geweldige gevechtsfront, dat wij den
slag op de Aisne noemen, wordt thans
reeds doorsneden door de Aisne, de Oise, de
Somme en ook leeds door deScarpe. Bij
den aanvang van den slag 12 of 13
September die nu 'reeds 26 dagen duurt,
was Soissons vrijwel het meest Westelijke
punt van het ruw geschat 120 K.M. breede
gevechtsfront. Maar sinds dien heeft het
zich uitgebreid tot aan Lassigny, Westelijk
van de Oise om Noordwaarts om te buigen
over Roye-Peronne recht op Rijssel aan.
Thans is de lijn zeker al tot Lens gevor
derd, dat wil zeggen is ruim 180 K.M. en
vormt dus van Bazel tot Rijssel over het
geheele front gemeten, zeker een 200 tot
300 K.M. Ge zult dit op uw kaart gemak
kelijk meer nauwkeurig kunnen uitmeten.
Den tweeden van wijumaand waren reeds
hoofdmachten slaags bij Atrecht. Die strijd
woedde vooral Zondag 4 Oct. met ongekende
felheid. Heel den dag dreunden de batterijen
en floten de projectielen door de lucht, terwijl
noch de Duitsche cavalerie-chavges, noch de
Fransche bajonet aanvallen de batterijen tot
zwijgen kon brengen. Uit wat ik vernam kon
ik opmaken dat een FraD6che poging om op
Kameryk aan te rukken teneinde von Klück
te berooven van zijn p'achtige verbindings
lijnen met Valenciennes door de Duitschers
met de grootste hardnekkigheid werd weer
staan. Het schijnt, dat von Klück behalve
de nieuw in het gevecht gevoerde via
Belgiö ontvangen versterkingen ook Zuide
lijker opereerende troepen naar ditgevechts
punt dirigeerde, want in het bovendal van
de Aisne en tusschen Somme en Oise namen
de Duitsche aanvallen trouwens het of
fensief' aan beide zijde in hevigheid
sterk af. Hoewel, deze nieuwe week zou
in bloedigheid voor de negen voorgangsters
niet onder doen, want juist in het begin
dezer week laaide noordelijk van de Oise
de gevechtsgloed plotseling weer fel op zoo
dat de geallieerden terrein moesten afstaan,
Chanlness en Roye Zuidelijk van Péronne,
waar een van Nesle uit ondernomer aanval
van von Klück's centrum slaagde. Evenwel
achter den straatweg van Péronne-Roye-Las-
signy-Ribécourt. hielden de Franschen stand
en ondernamen met de Engelschen een
nieuwen aanval, zoodat reeds Woensdag het
Maandag verloren terrein was heroverd. De
ontzettende lange ambulance treinen deden
ech'er zien welke een massacre er was aan
gericht.
Van Ribécourt tot Atrecht woedde echter
spoedig het gevecht in volle kracht, terwijl
aan beide zijden steeds nieuwe troepen
tegenover den vijand werden gebracht. Péron
ne dat door de ondernomen omtrekkende
bewegiDg eenigzins verzwakt was, werd door
von Klück hernomen. Zoo werd mij gister
avond ten minste verzekerd en hij schijnt
ook weer een nieuwe poging te hebben
ondernomen om Rove te vermeesteren welke
onderneming echter verijdeld werd.
Het geheele gebied Noordelijk van ons
tot Armentières toe, is nu onveilig door de
Duitsche cavalerie patroilles, zoodat ver
moedelijk morgen reeds de frontlijn die nu
reeds van Atrecht-Lens loopt tot Armentières
zal worden doorgetrokken met Rijssel in
het Duitsche gebied. Dat deze stad op het
oogenblik in Duitsche handen is geloof ik
uit de tegenstrijdige berichten wel te moeten
gelooven. Trouwens Rijssel wordt hoogstens
als open stad verdedigd.
Gij weet dus nu ongeveer hoe de situatie
is en begrijt dus dat mij niet veel keus
bleef in het kiezen van mijn verblijfplaats
Van Hazebroek uit kon ik Bethane nog het
best bereiken en van die garnizoensplaats,
prachtig knooppunt van een achttal groote
wepen, had ik de beste kans voor het frofit
van wien ik zoo straks gewaagde,
bad mij vergezeld naar een Engelsche trans
portcolonne, die met een Roode Krnis-colonne
en een Fransch transport (de inhoud van
een langen trein, die geheel op vrachtauto's
werd overgeladen) waarbij gelukkig nog
eenige Fransche en Engelsche nieuwsgierigen,
zoodat ik den voet in den stijgbeugel kreeg.
Eenige dagen van heen en weer scharrelen,
doch vooral van [rustig afwachten, hadden
nu ten minste dit resultaat, dat ik met twee
p—a—B
Engelschen en een Franschman, quasi de
ambulance helpend, aan de aandacht wist
te ontsnappen en zells in een landelijke
herberg kon overnachten, zonder dat de
een of andere officier ons wegjoeg. Met de
Tom mies van onze colonne waren we goede
maats. Ze bielden me voor 'n Franschman,
wat te gemakkelijker ging, daar alle leden
van ons viertal toonden te begrijpen, dat
wij elkander «er door» moesten brengen.
Chocolade en vooral sigaretten, deden meer
dan geld en goede woorden.
De avond was zeer rustig. Slechts heel
in de verte bleef het kanon voortdreunen,
maar dat gaat tot die geluiden behooren,
waar je niet meer op let. Tegen tien uur
scheen bet plotseling of het kanongebulder
dichterbij kwam. Een der Engelschen en
ik openden do schuurdeur en bleven een
poosje kijken- Nu en dan lichtte het in
den horizon een weinig op, telkens mei korte
tusscheDpoozen. Er had bepaald een nach
telijke aanval plaats, want na een tien mi
nuten brandde een snelvuur los, zoodat de
doffe knallen met tusscbenpoozen van hoog
stens tien tellen wegdoften.
Wij hooiden ook paardeDgetiappel naderen
en weldra reed ons in het duister over den
heerweg een zwarte, spokige stoet lanciers
voorbij, gevolgd door artillerie. Er waien
er niet veel die sliepen, uitgezonderd de
automobilisten der traDsportcolonne, die blij
waren, dat zij op dit veld moesten wachten
tot zij den volgenden ochtend konden ver
nemen waarheen de fourage zou worden
gedirigeerd.
Een der officieren klampte echter een der
voorbijtrekkende officieren aan en zoo ver
namen wij een poosje later, dat bij de
Scarpe gevochten werd.
Het dreunen en donderen werd weldra
zoo hevig, dat het geheel mij deed denkeu
aan den uachtelijken aanval op een der
Luiksche forten, dien ik echter door de
gunstige terreinligging heel wat beter kon
waarnemen. Thans zag ik niets van de
trillende of golvende Hchtghm als boven
een brandende streek, want in dat maar
zwakjes glooiende heuvelland met nog bos-
schen hier en daar was het gehoor het
eenige waarnemingsmiddel. En het hart
misschien, want de nabijheid van den strijd
gevoelden wij non-combattanten al tegoed,
nu we op het strooleger wat rust zochten
en wij lagen na te denken over wat zich
ginds afspeelde. De afstand viel niet te
benaderen, doch ik vermoedde 15 K.M.
Het soel voortmokeren van den gigaBti-
schen slaghamer waarop dat kanongedonder
gelijkt, klopte met de snelhe.d van eigen
polsslag en dat bracht mij weer in die
spanning, waarbij alles bonst en je den
adem gedwongen inhoudt. Heel in de verte
zagen we hier en daar een rossen gloed. Dat
was dat andere oorlogs-attribuutbrand.
Vermoedelijk waren hoeven of gehuchten
in brand geschoten. Die tegen de donkere
lucht afstekd ide gloeden, zoowel Oostelijk als
Zuidelijk van ons, maakten de nachtsom-
berte bijna spookachtig. Vooral waar telkens
weer van die ratelende, zwarte cavalcades
voorbij kletterden. Paardenvolk zal ik maar
zeggen, want wat het precies was, viel niet
uit te maken. Maar ook nu en dan het
snorren van een auto meest ambulance
wagens, die ernstige gewonden wegbrachten.
Wij lagen aan den weg tusschen Lens en
Carvin en zouden den volgenden morgen
vermoedelijk in de richting van Donai ver
trekken, welke streek geheel door de Duit
schers was bezet. Gelukkig nam het
kanongebulder sterk af, zoodat ook voor ons
eenige uien van rust aanbraken. Want niet
zoozeer de lichamelijke dan wel üe geestelijke
vermoeidheid doet zich gevoelen, en wendt
ons af van bet interessante schouwspel dat
de spooknacht op nog geen 15 K.M. van het
gevechtsterrein biedt.
(Wordt vervolgd.)
ERNEST KÜYPER.
Telegrammen.
Onderstaande berichten zijn reeds per,
bulletin door ons bekend gemaakt.
Woensdagochtend 10 uur.
DF. VERBONDEN LEGERS.
PARIJS. 20 Oct. Het legerbericht van.
hedenmiddag 3 uur luidt
Niettegenstaande de heftige aanval
len op het Belgische leger kon dit
stand houden in de stellingen langs de
User In de buurt van Ieperen worden
gevechten geleverd De Duitschers hou
den op onzen linkervleugel nog steeds
de toegangen tot Rijssel in de richtingen
Armentières, Veurne en La Bassée be
zet
Bij dc Maas trachtte de rij and tever
geefs onze aanvallen, die gericht wer
den tegen den rechteroever op het
schiereiland Camp des Romains af te
slaan.
Alles bijeen genomen, behaalden wij
den I9en hier en daar kleine voor"
deelen.
NIET IN OOSTENDE.
Het bericht van de Morning Post als
zouden de Duitschers, weer uit Oosten
de verdreven zijn, wordt ten stelligste
tegengesproken
IN BRUGGE.
SLUIS, 20 Oct (V D In Brugge wor
den voortdurend lal van Duitsche ge
wonden binnen gebracht De Duitsche
soldalen zijn minder kalm, dan bij den
aanvang der bezetting Groote troepen"
massas worden naar het Zuiden verf-.
voerd
Van de 1000 Belgische vluchtelingen,
die hier nog vertoeven en van wie de
helft wordt ondersteund, durft nog geen
terug te gaan Landgenooten, die ,uit
Brugge komen raden het hun af