MIDDELB1IRGSCBE COMMIT.
DE FRAHSCHE HOEVE.
r. 211
157* Jaaroaog.
Dinsdag
8 September.
Binnenland.
FEUILLETON.
Uit Stad en Provincie.
1914
Duo eomramt viriohijmt 4 a g 1 y k i, mat mitiomdirimg m Zo*« am iMitbgii]
Prfyi par kwartaal, zoowal roor Middalburg all voer alia plaatua im Nadar laad fraaoo pp! f 1.26]
Afzonderlijk» limmari koiten 5 cent.
Advertentiën bij aboaaameat op voordeelige Toorwaardaa.
Proipeotauea daarraa zijn aaa bet bureau ta bekomen,
Advertentiën Toor het eerstvolgend» aummer moetea dei middag! vóór één uur
aaa het bureau bezorgd zija.
Advertentiën i 20 oaat par ragaL By aboaaameat Taal lager? Geboorte-, dood- en
alia aadere familieberiohtea aa Daakbetuigiagea van 17 regeli i 1.50; alka regel''maar
20 oeat. Beolamei 40 oeat par regel. Groote lattari aaar da plaatij dia ijj iaaemaa.
Tot da plaatiiag Taa advertentiën aa reolamei, aiat af komitig uit Z a 1 a a d, betreffaad|
Handel, Nijverheid en Geldwezen, li gerechtigd het Alffewaeea Adverteitle-BireflE
A. 1IH LA 1AB Ai., N.Z. Toerbufwal 906, A mater daan.
IIULPVERLEENING AAN VLUCHTE
LINGEN.
Het Provinciaal Comité dat zich hier
ter stede gevormd heeft ter organisee
ring der hulpverleening aan vluchtelin
gen in Zeeland is samengesteld als volgt
Eerevoorzitter: Mr. H. J. DIJCKMEES-
TER, Commissaris der
Koningin.
Voorzitter: Jhr. Mr. E. A. DE CA-
SEMBROOT, üd van
Gedeputeerde Staten
van Zeeland.
Leden: Mr P DIELEMAN, lid
van de Provinciale Sta
ten van Zeeland;
J G VAN NIFTRIK,
lid van Gedeputeerde
Staten
Mr ANNE BOLLE, ad
vocaat
Mr. J. F. VAN DEIN-
SE, advocaat;
W. L. GHIJSEN, in
dustrieel.
Het secretariaat is gevestigd te Mid
delburg, Nieuwslraat H 41
Men zie voorts den oproep onder de
advertenties in dit nummer.
MIJNEN IN IIET KANAAL.
Naar aanleiding van het bericht dat
drijvende mijnen zouden zijn gerappor
teerd nabij het Sandettie-lichtschip heeft
de directie der Maatschappij „Zeeland"
.zich gewend tot de Britsclie admiraliteit
Deze antwoordde dat zij geen geloof
hechtte aan de praatjes van drijvende
mijnen op de trajecten VlissingenFol
kestone en Vlissingen—Queenboro, maar
dat zij zich op het standpunt stelt, dal
wanneer door derden iets betreffende
al of niet bestaande mijnen wordt ge
rapporteerd, een dergelijk bericht wordt
■openbaar gemaakt.
Dal in deze dagen van spanning aller
lei wordt gezien, of althans gemeend
te worden gezien, bleek nog dezer
dagen uit een rapport van een der gezag
voerders der Maatschappij Zeeland, die
meedeelde dat van de brug plotseling iels
werd gezien wat men voor een mijn
hield. Onmiddellijk werd het noojdige ge
daan om de veronderstelde mijn te ont-
loopen, die echter bij nader beschou
wing bleek te zjjn een lqege
mand
OPMERKELIJK.
We houden niet van polemiek in deze
•dagen, maar er moet ons toch een beetje
ergernis van 't hart nu we lezen dat een
pater capucijn in „De Maasbode", en
in navolging daarvan de anti-rev. „Zeeuw"
ROMAN NAAR HET DUITSCH.
LOUISE WESTKIRC.H.
59).
Den volgenden morgen verscheen hij
■op het kantongerecht.
,,'k Zou gaarne mijn testament terug
•hebben."
De beambte nam het ontvangbewijs van
hem aan. „Wil u hier een ander testa
ment deponeeren9"
„Nee, voorhands niet. Goeden morgen."
Hij verbrandde heimelijk het document.
Hij hield niet van zijn oudsten zoon, die
stug, hard en weerspannig was zooals hij
zelf. Maar iemand, die het huis in brand
stak en het Icon zien branden zonder voor
"het redden daarvan zijn leven te wagen
—die deugde niet voor boer op de Brink-
'meiershoevel
De winter brak aan. De sneeuw, die
-een voet hoog op alle straten en wegen
lag, hield de menschen dicht bijeen om
-den verwarmenden gloed der haardvuren.
'Het zware werk rustte. Er waren allerlei
feesten. Uitnoodigingen werden gedaan
voor avondvisites en bijeenkomsten met
doedelzakmuziek. Buren kwamen bij bu
ren, de vrouwen en meisjes om gezellig
te kouten, de mannen met lange pijpen
»o!m eindeloos kaart te spelen. Trina
het als „opmerkelijk" in het lichtstellen,
dal „juist de meest goddelooze streken
in België het meest verwoest zijn."
Als voorheelden werden genoemd Visé
„waar de Zondag werd ontheiligd en de
zeden vertrapt", en Charleroi waar „het
paganisme in zijn bruutste en ruwste
vorm en in zijn meest vieze uiting over-
heersehend was."
„De Zeeuw" zegt dat niet over te ne
men om van Godsgericht of iets dergelijks
le gewagen. Neen Maai- het knoopt er
toch een preek aan vastzoo wat de
mens'ch zaait, zal hij maaien
Mogen we dan eens vragen wat de toch
zeker niet onchristelijke Leuvensche uni
versiteit gezaaid heeft, om zoo'n algeheele
verwoesting als straf te krijgen
NEDERLAND EN DE OORLOG
D e „Nie uw-Amslerdam."
De Washingtonsche correspondent van
het „Alg. Handelsblad", die zich aan
boord van het s.s. „Nieuw-Amsterdam"
i bevindt, dat hedennacht in den Nieuwen
W'alerweg werd verwcaht, meldde per
radio-telegram aan zijn blad
„De „Nieuw-Amsterdam" is door het
Fransche stoomschip „La Savoie' 'van de
„Compagnie Générale Tansatlantique",
dal thans dienst doet als hulpkruiser,
Woensdag opgebracht naar Brest, waar
hel schip vijf dagen is vastgehouden.
„800 Duitsche passagier^ zijn gevan
gen genomen.
„Het grootste deel der lading moest in
Brest gelost worden.
„Elke verbinding met de Nederland-
sche legatie in Parijs of Bordeaux was
totaal afgesneden."
Voor het Steuncomité.
Het personeel van 's rijkswerven te
Hellevoetsluis heeft besloten 2 pet. van
hel loon af te dragen aan het Kon. Nat
Steuncomité.
Leeraren, ambtenaren en verder perso
neel van 's rijks veeartsenijsjchool le
Utrecht hebben besloten 1 pet. van hun
salaris aan het plaatselijk steuncomité
af te staan. Eveneens doet het personeel
van het staatstoezicht op de volksgezond
heid en de te Utrecht wonende leden
van den cenlralen Gezondheidsraad.
Uitvoerverbod voor huiden.
Ambtelijk wordt medegedeeld, dat liet
uitvoerverbod voor huiden heden uitge
vaardigd wordt.
Het Volk meldt, dat inr. Troelstra bezig
is een brochure te schrijden, getiteld:
De Sociaal-democraten en de Oorlog,
waarin hij het antwoord geeft op ver
schillende vragen, tot hem gericht naar
aanleiding van het standpunt, door de
S. D. A. P. in de oorlogscrisis ingenomen.
Döpke spon, weefde, verfde met haar
meiden en maakte kielen, keurslijven en
rokken. Zij nam niet dikwijls aan de pret
jes <beel Menigmaal las Enno haar en
de spinnende meiden verhalen uit oude
boeken voor. Dat waren gezellige avon
den! Af en toe moest hij naar Osterholz-
Scharmbeck met vee of turf. Dan
haalde hij meteen Anne's brieven van het
postkantoor, lieve, dwaze episteltjes
Zij was er zeer bedroefd over, dat haar
Enno niet bij haai' in Bremen had kun
nen blijven. Als hel hem echter maar
goed ging, dan moest zij zich schikken.
Zij vroeg of zij hem geld zou sturen.
Zij had geld! Zij schreef, dat zij spaarde.
Zij verleide grappige',' kleine wederwaar
digheden. Het was het gebabbel van een
kind, hartelijk, teeder, maar zoo licht
als een veer. Telkens als Trina in de
keuken kw,am, stale Enno haastig die
briefjes in zijn kiel, tot onder zijn haar
rood van schaamte.
Toen Kerstmis naderde, brak hij er
zich het hoofd over, wat hij de boerin
toch wel zou geven. Doch in die dagen
gebeurde het, dat op een bijzonder kou
den dag bij het waterscheppen ;uit de
put Trina de vorst in de hand kreeg Enno
had in zijn vallen een paar marters ge
vangen. Hij bracht de vellen naar Scharm-
beck en liet er een paar warme hantK
schoenen Voor Trina van maken. Toen
hij een paar dagen voor Kerstmis de
handschoenen ging halen, kwam het hem
met pijnlijk schuldbewustzijn in de
gedachte, dat hij Anne toch ookwel ietsi
UIT DE PERS.
Een artikel van den oud-
minister li. Colijn.
Onder den titel „Het Gewapend Volk
komt in „De Jonge Man een artikel
van den oud-minister van oorlog H. Co-
lijn, waarin hij allereerst doel en resul
taat van de mobilisatie uiteen zet. En de
schrijver is van meeuiug dat we tevreden
kunnen zijn met de hij den aanvaug ver
kregen resultaten, en gaat dan voort.
„Bij den aanvang... want nog is
het einde niet!
Allereerst toch hebben we, zoo-
Lang de vijandelijke legers nog bijna
dagelijks in de nabijheid onzer grenzen
op elkaar stooten, le waken dal troe-
pendeelen, die verdwalen of over onze
grenzen uitwijken, dadelijk ontwapend
en geinteraeerd worden
Niet minder scherp zullen we er op
hebben toe te zien, dat, bij gevechten
nabij de grens, vervolgende troepen in
hun ijver zich niet laten verlokken hun
vervolging uit te strekken op Neder-
landsch territoor. (Het gevaar daarvoor
is door de Duitsche overwinningen na
hel schrijven van dit artikel wel vermin
derd, maai' niet opgeheven, Antwerpen).
Zoolang men bij een en ander met
kleine troepenafdeelingen te doen heeft,
levert deze laak geen bijzondere moei
lijkheden op, maar als er geheele legei's
ontwapend en geïnterneerd moeten wor
den zooals den len Februari 1871
hel -geval was met het 81.000 man sterke
leger van Bourbaki aan de Zwitsersche
grens dan wordt de zaak moeilijker,
vooral als zulk een wijkend leger op
den voet door den overwinnaar wordt
gevolgd.
In de tweede plaats blijft het ge
vaar voor opzettelijke neulraliteits-
scheimis beslaan. Men zij in zijn oor
deel daarover voorzichtig en billijk. De
nu aangevangen worsteling is de gewel
digste die de wereld ooit aanschouwde.
Hel is voor de 4 continentale groot
machten er op of er onder en waar
schijnlijk voor goed. „Het einddoel van
dezen kamp" zoo schreef de „Ham
burger Nachrichlen" van 11 Augustus j l
„is eene nieuwe regeling van de
machtsverhoudingen in het centrum van
Europa en daardoor eene wijziging in
den bloedsomloop van het geheele poli
tieke organisme der oude wereld Daar
gaal het inderdaad heen!
Men bedenke wat dat zeggen wil en
vrage zich d!an dit eens af indien de
zaken voor Duitschland b.v. eens zóó
komen te staan dat het winnen kan door
b.v. een half millioen zijner reservetroe
pen snel in Noord-België le werpen en'
dat het verliest wanneer zulks te laat ge
schiedt, wat zal het dan doen
Dan zal het alleen vragen wat grooter
tijdsverlies met zich brengt het Neder-
landsche leger op zij dringen of een om
weg maken ten Zuiden van Limburg En
mocht geven bij het feest. Hij kocht dus
in den eersten den besten winkel een
zijden halsdoek en zond haar dien
Op een der feestdagen bezoeht vrouw
Alheid haar zoon. Zij had als kerstge
schenk van haar man verzocht over den
wagen te mogen beschikken voor een
uitstapje. Brinkmeier, die haar begreep,
trolc zijn schouders op. „Doe, wat je niet
laten kunt."
Nu zat zij in de mooie kamer van
Trina, at kerstkoeken bij de koffie en
drukte de boerin de hand.
„Die weldaad, die je mijn jongen hebt
bewezen, Trina Döpke, die zal God je
vergelden en ik zal je daai'voor levens
lang dankbaar blijven."
Trina maakte een afwerend gebaar
„Jou Enno is niet iemand, die een wel
daad noodig heeft, moeder Brinkmeier
Hel is ide vraag, wie bij onze schikking
meer wint, hij of ik."
Die woorden deden Alheid goed,. Zij
voelde zich gedrukt. Toen zij alleen met
haar zoon in zijn kamer was, deelde
zij hem haar bezorgdheid mee, die zij
voor allen had verzwegen. Het stond er
slecht bij met Enno's vader, zoowel
wat zijn aanzien in het dorp betrof,
als met zija gezondheid. Hij had een
paar malen lichte duizelingen giehad
Eens was hij op het land neergevallen
en had bewusteloos gelegen, totdat
de knecht hein vond. Sedert was zijn
rechterbeen stijf. Hij schreide. Het kwam
door de ondankbaarheid der Spreck-
holmers, die haar Hinnerk langzaam het
hel zal den weg nemen die het minste
tijd kost. Men lean volkomen dezelfde
vraag stellen met betrekking lót Enge
land Hel is nog onmogelijk te zeggen hoe
hel verloop zal zijn. Iedere dag, ja ieder
uur kan nog nieuwe wendingen brengen.
En al dien tijd moet het leger wach
ten, gereed tol daden!
Ten derde zij er de aandacht op
gevestigd dal Japan aan Duitschland een
ultimatum stelde, over inwilliging waarvan
zelfs niet gedacht kan worden. Zijn de
courantenberichten juist, dan zou de
Japansclie actie zich tot Kiau-Tsjao be
palen. Maai- zal het daarbij blijven? Zal
Japan behalve Kiau-Tsjao misschien ook
trachten Samoa, de Carolinen en de ver
dere ten oosten en noord-oosten^ van
onzen Archipel gelegen Polynesische
eilanden te veroveren? Zal het hiermee
zijn politiek ideaal- de alleenheerschap
pij in den Stillen Oceaan een. schrede
naderbij komen? Zal Amerika dil zon
der protest toelaten of staal ons ook daar
een strijd op leven en dood te wach
ten? Zullen wij daar buiten kunnen blij
ven9 En als wij in Azië eens meege
sleept mochten worden in een krijg te
gen Engeland's bondgenpot Japan, wat
zullen daarvan dan (de consequenties
zijn voor onze houding in Europa?
Het Japansclie ultimatum brengt ons
een nieuw gevaar voor verwikkelingen
Ook hieromtrent moet het leger wach
ten, gereed tot daden
T e n vierde ligt in de toepassing
van artikel 7 van hel Rijnvaartlractaat,
dat aan Duitschland vrijen doorvoer waar
borgt een oorzaak van mogelijke con
flicten.
En e i n d e 1 ij k nogmaals wijzend op
de „Hamburger Nachrichlen" van 11
Augustus, het gaat om een nieuwe rege
ling van de machtsverhoudingen in cen-
traal-Europa, in een wijziging van het
geheele politieke organisme der oude
wereld. Dat kan voeren tot de noodza
kelijkheid om onze neutraliteit te laten
aren Wanneer er een geheel nieuwe
kaart van Europa geteekend moet wor
den, wanneer dat eens de uitkomst zou
zijn van de nu aangevangen worsteling,
dan kan er een oogenbltk komen dat
ook wij onze slem moeten doen hooren.
Niet uit dwaze, belachelijke zucht om aan
groote politiek te doen, maar otn bij de
eindregeiing onze eigen belangen te waar
borgen. En dan verlieze men niet uit het
oog, dat een paar honderd duizend man
volkomen versche troepen aan het eind
van een grooten oorlog driemaal zooveel
waard zijn als in het begin.
Ook daarom moet het leger wa c ht e n,
gereed tot daden.
De heer Colijn besluit aldus:
Ga zoo is ons aller bede de oor-
logsgeesel aan ons Land en aan zijn
Koloniën voorbij! Wij bcgeeren niet an
ders dan een bescheiden plaats onder
de zon, dan een onafhankelijk volksbe
staan en de getrouwe bewaring van wat
ons door Gods voorzienig bestel in
hart brak. Het was het werk vanLuerke
Voss, die in onverzoenlijken haat de
gemeente tegen haar burgemeester op
zette. Hij had Piter Clussmann ook legen
den zin van Brinkmeier in de plaats ge
bracht. Die sliep en at nu de rij langs in
de kolonie. Haar eenige troost in haar
groot verdriet was, dat het Enno goed
ging, dat zij, wat hem betrof, tenminste
gerust de toekomst kon tegemoet zien.
„Ik denk in 't geheel niet aan de toe
komst moeder", antwoordde Enno „Maar
iedere dag, dien ik beleef is goed. Daar
moet men mee tevreden zijn
Alheid herhaalde haar bezoek niet.
In haar brieven kon men fusschen de
regels haar bezorgdheid over haar man
lezen, al gaf zij zich ook moeite opgewekt
te schrijven.
Toen de sneeuw begon te smelten,
de sneeuwklokjes in den tuin te voor
schijn kwamen en de wilgen hun katjes
vertoonden, verscheen op zekeren dag
Frits Overdiek te Stellichte. Enno had
juist de nieuwe zaaimachine voor het
huis gereden, die de zaadkorrels veel
dichter en regelmatiger in de vorens
strooide, dan de hand van djon meest
geoefenaen zaaier dat vermocht te doen
en bracht haar in gereedheid voor het
zaaien van het zomerkoren, toen de jon,-
ge onderwijzer over de kanaalbrug kwam
aanstappen. Brinkmeier voelde een steek
in het hart- Voor het eerst in zijn leven
zag hij' zijn speelkameraad niet gaarne
„Eureka! Daar is hij!" riep Overdiek
vroolijk. „Men moet den kerel als den
den loop der historie is toebetrouwd.
Evenwel, komt het anders, dan zal het
gewapende Nederlandsehe Volk zijn plicht
doen, dan zal blijken dat „Das Wolk in
Waffen'" niet alleen voor Duitschers ge
schreven werd.
Tol zoolang wachten
Bidt God. maar houdt het kruit droog!
Uit Middelburg.
De groote stroom van vluchtelingen
uit België', die vooral per boot te Vlissingen
aangevoerd wordt, verschaft de vereenigde
Vlissingsche en Middelburgsche vrouwen
comités heel wat arbeid. In eendrachtige
samenwerking hebben beide comités aan de
haven te Vlissingen een dienst georganiseerd,
die steeds eenige vrouwen aldaar aanwezig
doet zijn. De aangekomen vluchtelingen
worden dan ook onmiddelijk met raad en
daad bijgestaan, gezorgd wordt dat elk naar
zijn stand in een hotel of bij particulieren
zoowel te Vlissingen als te Middelburg
wordt ondergebracht, dat zieken of gewon
den worden verpleegd en verbonden en dat
landgenooten of vreemdelingen, wie het aan
middeleD voor de verdere reis ontbreekt een
voorschot ontvangen, dat voldoende is om
de plaats hunner bestemming te bereiken.
Reeds 14 dagen is deze organisatie in wer
king en vooral de laatste dagen, nu bet
aantal uitgewekenen uit België steeds grooter
wordt, doet zij onnoemelijk veel goed. Het
valt echter te begrijpen dat de kosten van
dit werk ook evenredig stijgen, en al geven
de meeste gebolpenen toezegging het voor
geschoten geld zoo spoedig mogelijk terug
te zenden vooiloopig mag op de teruggave
daarvan, Jvooral van buitenlanders, niet ge
heel gerekend worden. Het is dan ook te
vreezen dat de vrouwencomité's eerstdaags
aan het eind hunner middelen zullen geraken,
zoo geen nieuwe steun toevloeit. Mevr. Ver-
heijden en mevr. Herman Snijders te Mid
delburg en mevrouw van Raaltevan Raalte
te Vlissingen zijn gaarne bereid gelden voor
dit nuttig doel in ontvangst te nemen.
- In de gisteren, onder voorzitterschap
van den heer L. A. van der Harst gehouden
vergadering van de «Vereeniging tot werk-
verschalfing aan Zeeuwsche blinden" werd
verslag uitgebracht omtrent den toestand
der Vereeniging en hare verrichtingen in
het afgeloopen boekjaar, waaraan het vol
gende wordt ontleend
Het ledental der vereeniging bleef statio
nair.
Door wijlen mejuffrouw A. C. Doekheer
werd haar een contante som van f 1000
gelegateerd, welk legaat met dankbaarheid
werd aanvaard.
De jaarlijksche verloting beantwoordde,
dank zij het toenemende lotendebiet, vol
komen aan de verwachtingen gevolg bier
van was, dat wederom tot loonsverhooging
en het toekennen van gratificatiën kon
worden overgegaan.
verloren zoon zoeken. Geen enkele regel!
Geen enkel woord' En onderwijl zit hij
hier warm iu de wol."
„Ik heb een moeilijken lijd achter mij",
antwoordde Enno kortaf.
„Ja, je moeder heeft mij daarvan ver
teld Ik ben nu met de Paaschvacantie
bij mijn oude lui. Maar nu ben je toch
goed op je pooten terecht gekomen, hé?"
Nu hen ik knecht", antwoordde Enno
terwijl hij zijn wenkbrauwen samentrok.
De ander lachte „Bij Trina Döpke.
Moet ik je daarom misschien condolee-
ren?"
Enno kreeg een kleur. Met gramstori-
gen blik beschouwde hij den vriend zij
ner kinderjaren. Wat had die zich mooi
gemaakt! Een bouquetje in 't knoops
gat, geheel en al als een vrijer. En hij
beweerde, dat hij hem kwam zoeken?
Die huichelaarNeen, die kwam zeer
zeker niet om hem' Doch voordat
hij een heftig woord kon zeggen, ver
scheen Trina in de voordeur. Enn^o boog
zich dus zwijgend over de machine.
„Juffrouw Döpke, u heeft mij op de
September-jaarmarkt uitgenoodigd", zei
Overdiek, terwijl hij de vrouw des huizes
begroette „En u ziet, dat ik van uw
vriendelijke invitatie gebruik maak"
,.U is welkom, mijnheer Overdiek. Gaat
u met uw vriend in de kamer. Ik zal
dadelijk nieuwe koffie zetten. Enno, wijs
jij je landsman den weg."
(Wordt vervolgd).