D
TWEEDE BLAD
Ingezonden Mededeelingen.
P. SLUIS
*£andbouwkromeh
FEUILLETON.
DE FRANSCHE HOEVE.
Ingezonden Mededeelingen.
Zaterdag 18 Juli 1914, no. 167
VOGEL-EN PLUIMVEEVOEDER.
VAN ONZEN VASTEN MEDEWEIIKBE.
NORMAALMEST. - PROEFNEMINGEN.
I.
We ontvingen voor een paar weken
de aankondiging, dat er eene nieuwe
meslsoort in den handel is gebracht,
samengesteld volgens het voorschrift van
den heer Felix Besemer, gediplomeerd
land- en boschbouwlcimdïge te Nijmegen,
pan welken mest de naam van „normaal-
mest" is gegeven.
En als alles waar 'is, wal in die
aankondiging wordt medegedeeld, dan
komt die naam deze meststof in hooge
male toe, want men behoeft zich niet
meer te regelen naar de behoefte eencr
plant aan stikstof, kali, fosforzuur en
kalk; men hangt niet langer af van de
grondsoorten, van allerlei bijomstandig
heden; men behoeft zicli niet verder te
bekommeren om een onderzoek aan de
Rijkslandbouwproefstations, want deze
normaalmesl is door die inrichtingen
niet le beoordeelen.... men koopt nor
maalmesl in geplombeerde zakken
een afdoend bewijs, dat hij echt is
strooit daarvan niet te weinig, eigenlijk hoe
meer hoe liever; bestelt in 1911, om
niet te laat te komen, wat men in 1915
wenscht te gebruiken, minstens 20 25
zak per hectare, en van een goeden
oogst kan men bij 'l gebruik daarvan
verzekerd zijn
Nagenoeg gelijktijdig met die aankon
diging eener nieuwe meststof ontvingen
wij een „Beknopt verslag van de Land-
bouwproefvelden over 1910, 1911 en
1912" en daar in genoemde aankondi
ging een beroep gedaan wordt op den
praclischen boer, die er wij wat meer
van weet dan de geleerdste professor,
willen wij ook hieT even kennis nemen
van 't geen de practijk leert over het
gebruik van de kunstmeststoffen, die aan
de Rijkslandbouwproefsfations wél kun
nen onderzocht worden en die men niet
op goed vertrouwen in geplombeerde
zakken-*voor goede waar moet ontvan
gen, zonder dat die degelijkheid bij
onderzoek door deskundigen gebleken is.
In de eerste plaats dan vestigen wij de
aandacht op de proefnemingen ter ver
gelijking van stalmest en kunstmest.
Het oudste proefveld daarvoor is ge
legen le Murmerwoude, een gehucht van
Danlumadeel in de zandstreek van Fries
land.
Verbouwd werden daar van 1902 lot
1912 op drie partijen land achtereenvol
gens aardappelen, chichorei, rogge, aard
appelen, cichorei, rogge, cichorei, haver,
cichorei, aardappelen en cichorei. Het
eene perceel werd al die jaren bemest
-met kunstmest, het tweede met stalmest,
het derde half om half.
Volledige kunstmest gaf in die elf jaar
zevenmaal, en half om half zesmaal een
hoogere opbrengst dan stalmest; één jaar
ROMAN NAAR HET DUITSCH.
van
LOUISE WESTKIRCII.
25).
Anne rukte zich los. „Wat praat je
toch al van de Brinkmeiers en hun slag,
Vader? Ik wil niks van Enno Brink
meier."
„Wil je niks van hem?"
„Niks, heelemaal niks
„En wat moet ik Karl Soetebier ten
antwoord geven als hij komt?"
„Dat hij zijn geluk ergens anders moet
zoeken. Bij mij is het niet."
Den volgenden morgen, toen ToniGra-
veloli, alleen zijnde, er in zijn bedstde
over lag le 'denken, hoe hij den goeden
gezel de weigering van zijn Anne op
zijn zachtst zon kunnen meedeelen, kwam
Luerke Voss binnen. Hij bewoog zich
op de wijze der slangen Eerst stak hij
zijn spits hoofd om de deur en toen
volgde zijn lichaam onhoorbaar in kron
kelende bewegingen.
„Goeden morgen, Graveloh. 'k Wou
eens naar mijn mand komen zien."
„Je mand staat klaar, daar in den
hoek. Krijg ze zelf maar. Ik kan van
daag niet weer opstaan."
was de opbrengst bij de drie bemestin
gen gelijk; driemaal overtrof de opbrengst
bij stabnest die bij kunstmest.
Het resultaat van de elf proefjaren
blijkt uit het volgend staatje:
oogst- kosten v. Ver
waarde bemest. schil,
uilsl. kunstm. f 4517 f S17 f 3650
stalmest f 4458 f 935 f 3523
half om halï f 4532 f921 f3611
Een dergelijke proef werd van 1905
1912 dus 8 achtereenvolgende jaren ge
komen op lichten kleigrond te Maasland
in Zuidholland.
Daar werd f 210 besteed aan super-
phosphaat, Chili-salpeter en ammoniak-
superphosphaat voor hef eene perceel,
voor evenveel stalmest op het tweede
perceel, en eveneens f 210 voor het der
de perceel, dat half om half werd be
mest.
Het perceel uitsluitend bemest met
kunstmest bracht op f 3323,19, dat met
stalmest f 2712,49, dat met half om half
f 29GS,23Vs, nadat men de kosten van
bemesting van de oogstopbrengst had
afgetrokken
Een proefveld te Ee in Oostdongera-
deel (Friesland) op klei werd eveneens
gedurende 12 jaar op gelijke wijze be-
liaudeld.
De uitkomsten van deze twaalfjarige
proefneming gaven eene opbrengst van
f 4271 voor uilsluitend stalmest,
4963 voor kunslmest,
4750 voor een bemest, half om half
Deze proefnemingen leeren ons het
volgende
a) dat op zandgronden evenzeer als
op kleigronden met voordeel een groot
aantal achtereenvolgende jaren uitslui
tend van kunstmest gebruik kan worden
gemaakt;
b) dat hpt verschil tussclien de op
brengsten bij enkel stalmest en bij en
kel lomstmest op zandgronden veel ge
ringer is dan op kleigronden. Te Mur
merwoude (zandgrond) bedroeg dit ver-
verschil 1/29 van de opbrengst bij kunst
mest, te Maasland (lichte klei) i/Q en te
Ee zwaardere klei 1,7 van die opbrengst
„Dat intusschen de stalmest geheel
door kunstmest vervangen kan worden",
tot dat besluit mag men tengevolge van
de opgegeven proeven niet komen.
Men. zoude om zoodanig besluit te
kunnen nemen, gelijktijdig een vierde per
ceel uilsluitend met kunstmest hebben
moeten bemesten en daaraan om de vier
of wjf jaar eene groole groene bemes
ting hebben moeten toevoegen om te
kunhen vergelijken of deze de opbrengst
verhopgde en of de uitgaven daarvoor,
of de vermindering van het aantal oog
sten, de opbrengst met uitsluitend
lomstmest over een aantal jaren over
trof, daarmede gelijk bleef of die vermin
derde. Uitgemaakt toch dient te worden
of eene uitsluitende kunslmestbemesling
gepaard gaat met eene voldoende hu-
musvorming, tengevolge van hetgeen van
den oogsL in het land achterblijft.
Thans willen we nog even stilstaan bij
de proefnemingen omtrent de rentabili
teit van eene kalibemesling op kleigron
den. De slotsom, waartoe men In het
voorgaand driejarig verslag gekomen is,
tengevolge van. de proeven, die tot 1909
waren genomen, luidt, dat in de verscliil-
lende streken van ons land op de klei
gronden inderdaad behoefte kan bestaan
aan eene kalibemesting, en dat dus de
landbouwers moeten blijven voortgaan
door proefnemingen te onderzoeken, of
op hunne landerijen de kali met winst
kan worden toegepast.
Zulke proefnemingen zijn zeer eenvou
dig, vereischen weinig uitgaven en niet
voel bijzondere werkzaamheden.
Men kiest daarvoor vruchten, die eene
belangrijke hoeveelheid kali aan den
grond ontnemen, bijvoorbeeld suikerbie
ten, die bij een goeden oogst i 203 KG,
mangehvortels, die 4; 299 KG, fabrieks
aardappels, die 240 KG, en 'eetaardap-
pels, die ±120 KG kali aan den grond
onttrekken. Drie dezer vruchten worden
in vele deelen van Zeeland in groote hoe
veelheden geteeld. Wanneer men nu een
of meer perceelen met die vruchten be
Voss nam de mand, bekeek die, schoof
een stoel bij GrÊveloh's bed en trok
aan zijn lange pijp,
„Wat wit je er voor hebben, Gra
veloh?"
„J10 weet zelf wel, wat zoo'n mand
kost."
Voss haalde zijn beurs uit den zak en
de geldstukken omslachtig bijeen zoe
kend, betaalde hij boven den prijs. De
oude man wilde een paar groschen te
ruggeven, maar Voss weerde dat af.
„Nee, nee, houd maar. Fijn werk, Gra
veloh. Je verstaat de kunst van man
denmaken. Dat heb je van je vader ge
ërfd."
,,'t Doet me plezier, dat je tevreden
bent. Anders ben ik niet veel meer nut."
Voss stopte zijn pijp. „Meer nut dan
menig trotsche jonge stier, die hier ru
zie maakt Ik zeg maar, die oude men-
schen en die oude tijden. Wij oudjes
moeten ons «aan elkaar houden, Gra
veloh. Anders trekken die jonge kerels
ons hel vel over de ooren
„Nu, nu, zoo erg zal dat wel nieb
worden."
,,'t Komt op het voorbeeld aan. Onze
burgemeester, die geeft het voorbeeld.
Ik zeg, dat het een schandaal is, dat
hij met zijn dikke klauw heel Spreck-
holm op den mond mag slaan Met zoo'n
vuile klauw' Bah, verduiveldI"
„Dik, ja, dat is die wel. Maar vuil
nee, Voss."
„Met bloed besmeerd."
„Nee, nee, nee 1"
zaait of beplant, dan neme men van
ieder peroeel een gedeelte als proef-
veldje, dat behalve de gewone bemesting,
eene voldoende kalibemesting ontvangt. I
Op een groot veld neme men twee of
meer van die proefveldjes en vergelijke
later de opbrengst van het met kali be-j
meste gedeelte met die der overige par-
tijen Wanneer men zoodanige proefveld
jes niet grooter neemt dan 50 roeden,
dus een zesde deel van een gemet, dan
is de proefneming noch kostbaar, noch
moeilijk le contróleeren en toch is zij
voor den Zeeuwsclien landbouwer van
het grootste gewicht, omdat ook geduren
de de laatste drie jaren met weinige uit
zonderingen gebleken is, dat eene kali-
bemesting op kleigronden zeer dikwijls
krachtig werkte en met voordeel werd
aangewend.
(Wordt vervolgd).
Het fijnste en beste is
niet te goed voor het dage-
lijksch voedsel. Dit is de
reden, dat zoovele dok
toren
gebruiken en aanbevelen.
VARIA.
PIJNLOOZE BEVALLINGEN?
Reeds vroeger werden middelen aan
bevolen, om de bevalling pijnloos te doen
geschieden. Men vond in 't algemeen bij
de toepassing daarvan evenveel voor
als nadeelen.
De „Temps" maakt nu van een nieuwe
daarop gerichte metbode gewag. Daar
bij schijnen de ïiadeelige nevenverschijn
selen niet op te treden, Een, twee, drie
inspuitingen hoogstens en de fysiologi
sche daad voltrekt zich, terwijl demoe
der, den geest helder en ook overigens
geheel in evenwicht, praat met hen die
haar omringen en- -zich volstrekt rustig
voorbereidt op de wachtende vreugde
De inspuiting geschiedt met morfine,
welke "men echter beroofd hecfL van zijn
verschrikkelijke giftigheid door middel
van biologische methoden. Deze schep
pen de mogelijkheid, de morfine te ge
bruiken in hoeveelheden die tot nu toe
tot de onmogelijkheden behoorden.
Het Parijsche orgaan voegt hierbij,
dat talrijke vrouwen reeds van die ont
dekking profijt hebben gehad. Een pro
fessor, die het middel reeds dikwijls
toepaste uitte zich zeer prijzend over
de daarmee verkregen uitkomsten De
inzender hoopt, dat daardoor ook de ont
volking van Frankrijk zal worden te
gengegaan.
EPILEPTICI.
Vroeger werd de vallende ziekte als
een aandoening van den geest en later
als een gevolg van een krenking van de
hersenen beschouwd. In den jongsten tijd
heeft men, aldus lezen we in de „Temps'',
bij lijders aan die ziekte stoornissen bij
het opnemen van voedsel waargenomen,
die builen elke naspeurbare kwetsing van
een orgaan om, een aanval van vallende
ziekte te voorschijn kunnen roepen. Ten
slotte heeft men waargenomen, dat bij
kinderen vooral de meest verscheiden
.Toch wel!" Voss sloeg met zijn hand.
op den rand van het bed en keek Gra
veloh strak iu de 00gen „En jij weet
er van af, Graveloh!" voegde hij er ge
biedend bij „Je hebt op den avond voor
den trouwdag van Brinkmeier twijgen aan
den zwarten poel gesneden. Geef mij
een getuigenis! Zeg, dat je daar op dien
avond iemand gezien hebt, die beweert
dat hij ver weg is geweest van de plek
Het gelaat van den ouden mandemaker
was ernstig geworden. Hij schudde zijn
hoofd.
„Luerke Voss/' zei hij langzaam, „het
gras staat hoog op het graf van die meid.
En er zijn scherven genoeg in de wereld.
Laat af van je haat."
„Neen, niet voor dat ik sterf! Hin-
nerk Brinkmeier is bij den zwarten poel
geweest, den avond voor zijn trouwen!
Jij hebt hem daar gezien!"
„Ik heb hem niet gezien!"
„Maar je hebt hem gespeurd, gehoord!
Je weet dat hij er geweest is," Hij had;
den arm van den ouden man gegrepen en
schudde dien in zijn drift. „Zeg, dat het
zoo is of pas op!"
„Luerke", antwoordde de grijsaard, „ik
sta voor mijn laatste uur en behoef voor
niemand meer op te passen, dan voor
Onzen Lieven Heer Wat je van mij ver
langt, daarin krijg jij je zin niet."
Toen liet Voss den zieke met een vloek
los
„Vergeet je mand niet," vermaande
Graveloh.
Maar toen Voss de deur achter zich
oorzaken als het tanden krijgen, lint
wormen enz. eveneens epileptische cri
ses kunnen veroorzaken
Daaruit leidt de schrijver in het Fran-
sche blad af, dat de epilepsie geen scherp
omschreven ziekte is, maar veeleer een
kenleeken, dat door zeer verschillende
stoornissen kan worden verwekt.
De jonge Fransche geleerde Raoul Du-
puy heeït door middel van laboratorium
proeven bevonden, dat een enkele in
spuiting met absinth in de aderen van
een dier terstond tot een typische 11 aan
val van epilepsie kan leiden. Hel eleclri-
seeren van de hersenschors door het gat
in den schedel zooals Franclc en Pit res
dit bewerkt hebben, brengt een geheel
overeenkomstig verschijnsel voort
Dupuy heeft de epilepsie in driegroe-
penv verdeeld. Hij verklaart, dal die ge
vallen, welke zijn ontstaan door een kren
king van de hersenen, meestal ongenees
lijk zijn
Tegenwoordig is men meer en meer
geneigd, sommige toestanden van krank
zinnigheid ontstaan te achten uit stoor
nissen bij de opneming van voedsel, wel
ke, op een redelijke wijze behandeld, ver
beterd of genezen kunnen worden.
Men schijnt de hersenen niet meer
zooals men vroeger deed, als een geheel
onafhankelijk orgaan te moeten beschou
wen. "Ze staan 11I. volgens dezen zegsman
onder hel toezicht van alle voedingsstel
sels Door de stoornissen in die stelsels te
herstellen, kan men buitengewone uitwer
kingen op den ziekelijken geestestoestand
verkrijgen.
Zomerzitting van Provinciale
Staten
Middagvergadering.
SalarisregelingPersoneel.
Provinciale Stoom bootdiens t.
Hieronder laten wij de discussie vol
gen over het voorstel van Ged. Staten
tot herziening van de salarisregeling van
het personeel op de Provinciale stoom-
bootdiensten, voorzoover wij deze niet
meer in ons nummer van gisteren kon
den opnemen.
De heer Dieleman meent er nog op
te moeten wijzen, dat hij in waardeering
voor den directeur van den Oosterschel-
dedienst bij niemand ten achter slaat,
waarop de heer Van der Vliet zijn
woorden van daar straks verduidelijkt,
door op te merken dat hij bedoelde een
ontevredenheid ten opzichte wan de com
missie, niet vau den dienst of van het
personeel.
Bij de artikelsgewijze behan-
deling vraagt de heer F r u ij l i e r bij
ari. 1 waarom de jaarwedde van den di
recteur V. Schelde met x 400 is ver
hoogd, wat naar de heer Van Rompu
opmerkt gedaan is met het oog op den
nieuwen dienst NeuzenHausweert en
op de algemeene salarisverhooging.
De heer Van N i f t r i k stelt voor te
lezen in de plaats van „Aan het hoofd
van den dienst (W. Sclieldedienst'; slaat
een directeur", te lezen: „Aan het hoofd
van den geheelen dienst enz.
De heer Dekker meent, dat de leden
op hel oogenblik niet het juiste inzicht kun
nen hebben in de belangen van een zoo uit-
gebreiden dienst Bovendien vraagt spr
of nu niet een adjunct-directeur daarbij
moet worden benoemd en of het salaris
dan ook niet hooger moet worden ge
steld
De heer Van Niftrik merkt op dat
zijn bedoeling slechts is het oppertoe
zicht in één hand te brengen en het ove
rige onveranderd te laten
De heer Dekker:,.degradatie'"
De heer Van Niftrik „Volstrekt
niet"' De directeur van den Westerschei-1
dedienst hééft thans al een veel uitgebrei
der werkkring en hel oppertoezicht op
schepen en machines.
De heer Van Rompu komt met
kracht legen dit voorstel op. Hij be
schouwt het wel degelijk als een degrada
tie voor den directeur te Middelburg
Het amendement Van Niftrik
in stemming gebracht, wordt ver w o r-
pen met 22 tegen 16 stemmen Voor
stemden de heeren Maarleveld. v. Nif
trik. v. Dam, v. Zuijen, Erasmus, v. d
Weijde, Bleiker, Wondergem, Giljam, Ti
chelman, Vermaas, Noeteson, Paap, v
d. Putte, Dieleman en Kakebeelce.
De heeren Duvekot en De Veer waren
tijdens de stemming afwezig.
Bij art. 4 lcoint de heer F r u ij t i e r
op Tegen de indeeling in klassen, die
hij vernederend voor het personeel acht
en bovendien ongewettigd daar op den
dienst Hansweert—Walzoorden (3e lel
zeker even hard gewerkt moet worden
als op den dienst Vlissingen—Neuzen (le.
klSpreker dient een amendement in
om deze verdeeling te laten vervallen.
De heer Van N i f t r i k kan zich niet
vereenigen met de voorgestelde salaris-
regeling De tijd waarin het maximum be
reikt wordt, is volgens spr. veel te lang
Voor een werkman gelden in dit opzicht
andere regelen dan voor een ambtenaar
door de andere eisehen, die voor het gezin
worden gesteld. Om een geregelde op
klimming van de salarissen le verkrij
gen stelt spr. voor alle aanvangssalarissen
verhoogen met f 100
Hierdoor wordt bereikt dat hel maxi
mumloon in de 3e klasse aansluil bij hel
minimum in de 2e klasse en hel maxi
mum in de 2e klasse bij het minimum le
ldasse. Groole kosten zal dit niet direct
voor de provincie meebrengen, daar bijna
het gansche personeel reeds boven het
minimum is.
De heer Dieleman is in tegenstel
ling met den heer Fruijtier voorstander,
van de indeeling in klassen, mits men die
klassen niet ii\ rang verschillend doet
zijn. Om hetzelfde te bereiken als de lieer
Van Niftrik beveelt spr. een ander middel
aan. Hij stelt voor de tweejaarlijksche
verhoogingen le verdubbelen.
Voorts stelt spr. voor den conducteur
van den dienst Hanswccrl—Walsoorden
in le deelen 111 de tweede klasse, en om
waar sprake is van „hoogere" en „la
gere" klasse te lezen „andere" en „vo
rige".
De heer Van de Putte dient, voor
het geval de voorgaande amendementen
verworpen zouden worden, een amende
ment van mindere strekking in en wel
om het personeel vau den Westersehelde-
dicnsL in het genot te laten van de helft
van het bestaande kostgeld.
Nadat de heer van Niftrik nog de
voordeden van zijn voorstel boven dat
van den heer Dieleman heeft uiteengezet
krijgt de heer van Rompu het woord
ter verdediging van het voorstel van G.
S„ waarbij hij opmerkt, dal bij geen
enkelen sloombootdienst in Nederland zoo
'gunstige Ioonen werden betaald als thans
i hiev worden voorgesteld. Het amen-
I dement van Niftrik verbaast sprdaar
Ged. Staten van een dergelijk voornemen
J van hun collega niets bekend was en
j deze er in de afdeelingen ook niet van
j repte. Vervolgens wijst spr. er op, dat bij
aanneming van dit amendement de kosten
I die thans f 10.000 zullen bedragen, nog
hooger worden en dat dit geld uit ver
hooging ran opcenten zal moeten worden
gevonden. Ten slotte merkte spr op, dat
sinds 1906 de salarissen van het gan
sche personeel met 30 °,o tot 10 »o gesle
gen zijn
Hierop repliceeren de heeren F r u ij -
lier en van N i f t r i Ie, van wie laatst?
genoemde verklaart zijn amendementen
reeds eerder ter kennis van Ged. Staten
te hebben gebracht.
De heer De Veer kan zich niet met
een opklimming in 4 jaar tijds tot het
maximum vereenigen. Hij zal stemmen
voor het voorstel van Ged, Stalen.
In de eerste plaats komt nu aan de
orde hel amendement Fruijtier om de
klasse-indeeling te laten vervallen, dat
wordt verworpen met 23 tegen 19 stem
men Voor de liearen Gerlach, IJsebaert,
Wondergem, Moerdijk, Giljam, Mulder,
Tichelman. Fruijtier, Neeteson, Paap, v.
d. Putte. Dumoleijn, Struve, v Teijlin-
gen, v. Dalsum en. De Veer.
bad dicht geslagen, lag hij nog lang met
gesloten oogen in zichzelf gekeerd. Voor
zijn oogeu verrees een half uitgewisebt.
nooit geheel vergeten tafereel: het veen,
somber en dreigend, bij het vallen van
den avond na een naargeestigen dag, de
zwarte, spiegelende oppervlakte van den
poel in den krans van haag dennenhout en
spookachtige zilverwilgen. En tusschen
bet zwart der lage wolken en het rood
bruin der verdorde hei, tusschen het
valscli glinsterende water en het zilver-
geflikker der wilgen, een zacht voortglij
dende donkere schaduw twee scha
duwen.
De mandenmaker rilde. „Nee, nee, nee
Waai- God gras over heeft laten groeien,
daar mogen mpnschenlianden dat niet
wegtrekken. Maar ik zou voor geen geld
willen, dat ITinnerk Brinkmeier zijn zoon
baai- anijn Anna vrijde."
Frits Overdielc begon Enno met de
zwarte Anne te plagen. Deze ontkende
toornig alle belangstelling in het meisje.
„Een onverstandige deerne. Frits, door
en door onverstandig. Smijt met het geld
om zich heen, alsof het een schort vol
•eldbloemen was, draagt witte blouses als
een stadsjuffer, staat op klaarlichten dag
niets te doen en nutteloos met den ouden
man te praten. En als het werk zicli als
een berg om liaar opstapelt, dan lacht zij
er om."
Neen, hij kon zich dikwijls zoo over de
deerne ergeren en hij kwam ook niet om
baar in het huisje van den mandenmaker.
Alleen omdat de oude zulk een potsier-
jlijkc
■ent was Eens toen Enno de deur
was ingekomen had Graveloh hem stt!
toegeroepen en weer sst! en hij liad bijna
j krom in bed gezeten en niet stralende
oogen in een hoek getuurd. En wat liad
er in dien hoek gezeten? Kon Frits het
zich voorstellen? Een paar gemeenc rat-
tenEnno had dadelijk met een turf naar
liet ongedierte gesmeten. Maai- toen was
de oude man heelemaal treurig geworden.
„Nu heb je ze verjaagd! Nu komen ze
niet weer. En ik had er zoo n plezier in.
De een is blind en de ander voert hem
„Maar mensch! Zij vreten immers je
spek op!"
De oude mau dacht echter niet aan de
schade. Hij was er den geheelen avond
niet over heen gekomen. „Zoo'n stom
beest zou eeu christenmensch kunnen
leeren."
Het aanzoek van Karl Soetebier, waar-
j van bet jonge mensch geen geheim maak
te; was spoedig in Spreckhohn bekend
geworden.
Toen Enno Brinkmeicr op een avond
j weer tegen Frits Overdiek over Anne
sprak en over een paai- gebreken, die hij
j onlangs bij haar liad ontdekt, antwoord
de de onderwijzerszoon, lachend- „Wees
tevreden Die zal je niet Lang meer er
geren". En hij vertelde van den knappen
jongen man, die haar uit Bremen was
nagereisd en haar wel spoedig met zich
mee zou nemen.
(Wordt vervolgd).