BIJVOEGSEL
Binnenland.
FEUILLETON.
De Ziel van Margaret Rand.
Ingezonden Mededeelingen.
Woensdag 1 April 1914, no. 77.
ZEEUWSCHE ZAKEN VOOR DEN RAAD
VAN STATE.
Voor den Raad van Slate, afd. voor
geschillen van bestuur, werd lieden be
handeld liet beroep, ingesteld door den
Raad der gemeente R e n e s s e tegen het
besluit van Ged. Stalen van Zeeland,
waarbij zij hun goedkeuring hebben ont
houden aan hel besluit van dien Raad
betnerfende de betaling der inkoopsom
en hel verhaal op de gemeenteambtena
ren in verband met de invoering der
Pensioenwet voor de gemeenteambtena
ren 1913 eu de Weduwenwet voor de
gcmeenteamblenaren 1913. Ged Stalen,
over het beroep gehoord, adviseeren lot
niet-on tvankelij k-verklaring wegens over
schrijding van den beroepstermijn.
Rapporteur over deze zaak was de
staatsraad mr. Heemskerk.
De Kon "beslissing volgt later.
DE KIESRECHT ACTIE DER S.D.A.P.
Het partijbestuur van de S. D A. P.
heeft besloten aan list congres dier par
tij een motie voor te stellen, waarvan
de lange zin neerkomt op de volgende
overwegingen
dat de soc.-dem. Kamerfractie zich ten
sterkste zal verzetten tegen al wat af
breuk zou doen aan de loyale uitvoering
van het concentratie-program, maar dal
verzet der rechtsche meerderheid in de
Eerste Kamer niet uilgesloten is, en dat
de vervanging dier Kamer door een volks
referendum dan een der eerste punten
van actueele politiek zou worden;
besluit: het kicsrechlleger zoo noodig
te mobiliseeren
de verkiezingen voor de Provinciale
Staten, welken ,uilslag verzwakking van de
rechtsche meerderheid in de Eerste Ka
mer ten gevolge kan hebben, met name
in de provinciën Zeeland, Zuid-Hol
land, Gelderland en Overijsel, aan dit
doel dienstbaar te maken en daarvoor in
Idie districten, waai* hel partijbestuur dit
noodig mocht achten, met de vrijzinnigen
samen te werken
en zoo noodig en mogelijk op den ope
ningsdag der Slalen-Generaal een demon
stratie in Den Haag te houden.
UIT DE PERS.
Pietje Baltus en
d r. K u y p e r.
Ook door den driestar-schrijver in de
„Standaard" wordt een kort woord ge
wijd aan de onlangs overleden Pietje
Baltus.
Gelijk men weel, zegt 't blad, is de
kennismaking van dr. Kuyper met deze
eenvoudige in den lande, toen hij predi
kant in het dqrp Becsd was, niet zonder
indruk, en niet zonder gevolg voor zijn
verder leven geweest.
Hel kenmerkende in die toen nog jonge
vrouw was-haar beslistheid. In Beesd was
nog geen moderne prediker op den kan
sel geweest, en het hoofd der Openbare
school in dit Beluwsche dorp was een
lief, geloovig man, de oude lieer Kievils.
Maai* ook al bleef in Beesd de „ortho
doxie" nog meer of min den toon aan
geven, Pietje Ballus wilde van zulk ker
kelijk leven niets welen. Dat was al half
werk, en daar deed ze niet aan mee.
Al dat half orthodoxe gedoe zonk locli
al meer in. Daar kon Gods Kerk niet bij
leven, veel minder bij bloeien. En daar
om ging ze naar geen kerk, en wilde zelfs
zoo'n halfgaren prediker niet bij zich
aan huis ontvangen. Ze stond op volle
belijdenis van liet geloof waarvoor onze
martelaren gestorven waren. In al dal
schikken en plooien eu toegeven liad ze
den dood gezien.
Ook toen dr. IC. predikant geworden
was, wilde ze niets van hem weten. Dit
zou ook wei weer zoo'n halfwas, zoo'n
halfslag, halfbakken, halfvleugelig Iierk-
verwoester zijn. Kortom, ze wilde en
moest ook van licm niets hebben. En dit
was inzooverre begrijpelijk, daar dr. K.
bij zijn lcomst te Beesd wel was wat men
toen „rechtzinnig" noemde, maai* sterk-
ethiscii en daarom eer anti-Gereformeerd.
Toch heeft er toen een ontmoeting
plaats 'gehad, en in zooverre bracht die
ontmoeting in dr. Iv.'s overtuiging een
keer, dat hij op eenmaal in deze vrouw
de kracht van het absolute greep, en
met alle halfslachtigheid brak.
Toen volgde kennismaking met der va
deren geestelijk erfgoed. Dordt, dat eerst
had afgcsloolen, trok van toen af aan
Van Calvijn ving hij lichtstralen op.
(Nadruk verboden).
L. I. ME A DE.
27).
Van de frappante voorbeelden 'door
het blad opgenoemd, laten we er hier
een volgen:
Gedurende het bezoek van den G.-G..
terwijl deze na een vermoeiende dagtaak
reeds lang ter ruste was gegaan, werd
midden in den nacht, om 1 uur, de be
volking eener desa, dicht bij Malang, op
geschrikt door de komst van den regent
en den palih, die, vreezende dat de G.-G.
den volgenden morgen het vuile school
lokaal aldaar zou bezoeken, de bevolking
bijeenriepen, om dat instituut van onder
wijs te doen witten en schoonmaken.
De pagger voor het gebouw, die alles
behalve mooi was, werd midden in den
nacht opgeruimd, en daarvoor in de
plaats gesteld een mooie, net gevlochten
pagger, welke frischweg was weggenomen
van een huis verderop in den kampong
Dat gebeurde tijdens de aanwezigheid
van den G.-G. Hoeft men nog le vragen,
hoe er dan gewerkt is vóór zijn komst?
Hulp voor de pe s l be s t r ij d ing.
In een klacht van militaire zijde over
de wijze waarop de regeering doktoren
oproept en aanwijst voor de pestbeslrij-
ding, komt ook de volgende opmerking
Die eenvoudige vrouw had de lijn va£ voor, die werkelijk veel aandacht ver
zijn leven van half naar heel omgebogen
steeds bleef het dr. Iv.'s dankbare
erkentenis, [dat hij eerst door haar kennis
making gebracht was, waar liij thans voel
de le moeten zijn.
UIT DE STAATSCOURANT.
Bij Kon. besluit.
is benoemd, tot ridder van den Ned
Leeuw, mr. F. Gz Kool, pres. arr. rechlb.
le Groningen;
is H. G. Ter steeg, oudste directeur van
de filiale le 's-Gravenliage der firma Bous-
sod, Valadon en Cie., benoemd tol ridder
in de Oranje-Nassau-orde,
is de heer 3. Voreadis benoemd tol
consul der Nederlanden te Candia, bui-
ten bezwaar van 's lands schatkist.
Aan den heer Voreadis moet in de
Fransche taal geschreven worden.
Het consulaat heeft liet eiland Kreta
t ressort.
Het Stbl. no. 111 bevat een Kon. be
sluit van den 5den Maart, houdende voor
schriften voor de verzending vrij van
briefport, van stukken, opgemaakt inge
volge de Invaliditeitswet.
OOST-INDIE.
Wat de landvoogd in de pe s t-
s t re ken niet zag.
Er is door enkele Indische bladen, in
het bijzonder door het „Soer. Nieuwsbl.",
betoogd dat langs de route van den gou
verneur-generaal bij zijn bezoek aan Ma-
lang overal juist te voren en inderhaast
de bevolking door de hoofden geprest
is voor extra-diensten lol opruiming van
allerlei ongerechtigheden. Toen de land
voogd den hoofden daarnaar vroeg, ont
kenden deze dal ten stelligste, waarop
de landvoogd door zijn algemcenen se
cretaris aan de journalisten zijn onge
noegen over de berichten liet meedeelen.
Maar de journalisten hielden hun be
weringen vol. Dat do hoofden ontken
den moei men lien 'zoo kwalijk niet ne
men, omdat aan de conferentie-tafel ook
zat de regent van Malang, van wien ze,
zegt het „Soer. N.bl.", hoogstwaarschijn
lijk den lasL hebben ontvangen om in
onlkennendcn zin le antwoorden, even-
de bevolking den last heeft ontvan
gen, om geen klachten in te brengen.
Het blad meent dat de landvoogd hon
derd maal liever de verklaring zou heb
ben gehoord, dat men de bevolking van
Malang, uie toch al zoo geteisterd is,
maar rustig aan hun werk had gelaten,
dan dat hij nu moet vernemen, lioe men
de ongelukkige bevolking heeft geprest,
hun sawalis, hun oogst in den steek te
laten, om de onderkoninklijke auto maar
le laten glijden over kolfbanen, en om
het oog van Z. E. aangenaam te doen
boeien door een reinheid, hoofdzakelijk
verkregen door het besteden van ontzag
lijke hoeveelheden kalk.
'dient
„Toen Servcn en Bulgaren, Grieken en
Turken elkaar aanvlogen, was Holland in
rep en roer, werden ambulances gere-
eruteerd, werd op straat door dames en
officieren in uniform gebedeld om geld
voor de uitzending daarvan, ten behoeve
van volkeren, met wie Holland niets ge
meen heeft, zelfs niet de moraliteit ge
lukkig.
Thans is een deel van het eigen rijk in
ernstig gevaar en trekt heel Holland zich
daarvan niets aan. Waar blijven nu de
ambulances, waar is nu de vrijwillige
hulpverleening?
't Is ook Indië, „de Oost" maar!"
Doopsgez. Gem.
Bedankt voor de Rijp F. W.
Braak le Surhuislerveen.
KUNST EN WETENSCHAPPEN.
Charlotte antwoordde niet. Een paar
oogenblikken later verliet zij echter de
kamer. Na verloop van nog geen kwar
tier kwam zij weer bij haar moeder in
de kleine ontbijtkamer terug.
Mevrouw Mansfield was bezig een
nieuw garneersel op een oude gekleede
japon te naaien.
Charlotte, wat ben je toch een
meisje? riep zij uit. Ileb je werkelijk
dat oude boek gevonden?
Ja, moeder, ik heb eens even na
gedacht. En toen school mc uw gelief
koosde bewaarplaats voor al uw schatten
te binnen, namelijk, de lade onder in uw
schrijftafel. En ja wel, daar lag het onder
nog grooter schatten. Ik trok het daar
onder uit eu hier is het. En nu wil ik
toch eens zien, hoc Margaret er als kind
uitzag.
Charlotte vlijde zich in een gemakkelij
ke leuningstoel en sloeg het ouderwet-
Sche boek open. Wie [kent niet den indruk
die een portretalbum maakt, dat twintig
a dertig jaar oud is? Charlotte zag zich
zelf in een ruim geplooide jurk met lage
ceintuur; zij beschouwde haai* dikke,
Voor vrouwen
Het is volkomen waar, dut vele vrouwen
lijden aan kwalen als rugpijn, zenuwachtig
heid, prikkelbaarheid, hoofdpijn, slapeloos,
heid, loomheid, enz., doch mannen lijden er
even goed aan. ,Er is dus geen reden om
dergelijke kwalen steeds als vrouwenkwalen
te beschouwen. Een feit is, dat de nieren
zoo nauw verbonden zij met de inwendige
organen, dat wanneer de nieren ziek worden,
alles er onder lijdt.
Foster's Rugpijn Nieren Pillen helpen de
nieren om haar werk behoorlijk te verrichten,
helpen haar om de onzuiverheden uit het
lichaam af te voeren, die de oorzaak van
tal van kwalen vormen.
Veel kommer ijo.tu voorkomen worden,
indien vrouwen op vastgestelde tijdperken
Foster's Rugpijn Nieren Pillen gebruikten.
Hun uitwerking op terneerdrukkende pijnen
en zwakte is wonderlijk en zij zijn het best
bekende geneesmiddel voor kwalen als rug
pijn, duizeligheid, waterzuchtige zwellingen
urinekwalen, pijn in de lendenen, de zijden
en heupen, rheumatische pijneD, enz.
Te Middelburg verkrijgb. bij den heer
JOH. DE ROOS, Vlasmarkt K 157. Toezen-
ding geschiedt franco
na ontv. v. postwissel
it f 1.75 voor oen, of
t 10.voor zes doozen.
Eischt de echte Foster's
Rugpijn Nieren Pillen,
weigert elke doos, die
niet voorzien is van ne
venstaand handelsmerk.
KERKNIEUWS.
Geref. Kerken.
B c i* o e p c n te Yoorlhuizen W. vai
'l Sant Ie Oostburg.
A a n g e n o m e n naar Ilazcrswoudc C
J. Wielenga te Ruhrort.
Het Eerste Kamerlid Henri Polak
heeft niet, naar we aankondigden, dat
hij zou doen, le Antwerpen gesproken
Het „II. v. A." schrijft, dat hij het talrijk
opgekomen publiek in letterlijken en fi
guurlijken zin liet fluiten.
AlbcrJ Vogel.
Wat staat een declamator van het ge
halte van Albert Vogel toch dicht bij een
beeldhouwer of een schilder! 't Verschil
is alleen, dat terwijl deze hun beeld of
tafereel plastisch voor ons stellen, de
declamator door stem en mimiek onze
eigen verbeelding zoo bewerkt, dat we
de tafcreelen zien, zonder dat zo cr zijn
De illusie, is er nog te volkomener door.
We kunnen met het gisteravond bij zijn
optreden alhier voorgedragen „Belsa-
sar" van G. Gonggrijp, niet dwepen. Maar
wc danken het aan Vogel als we nu in
onze gedachten zien dien dronken ko
ning in zijn domme verwatenheid, in zijn
opwellingen van wreedheid, en in zijn
dronkemans-angstzien, zoo, dat we nu
in eens een veel reêclcr begrip hebben
gekregen van de beteckenis van dat over
bekende verhaal, dan we te voren had
den. En die zelfde beeldwekkende kracht
van Yogel's voordracht maakte ook dat
we in Poc's „The Raven" niet alleen het
verhaal van die lugubere ervaring hoor
den, maar zelf die ervaring mee maak
ten, zelf in de kamer stonden tegenover
dat duivelsbeesl, dat met zijn tergende
onverstoorbaarheid telkens zijn vernie
tigend „never more" krast.
Dat is nog iets anders dan tooneelspel-
kunst, die, behalve dal ze samenspel van
een aantal personen vereischt, en aller
lei hulpmiddelen gebruikt, het hcelc ta
fereel tastbaar ons voor oogen brengt
Het is nog door iets meer dan door
'irluositcit in slemnuancecring, dat Vo
gel er in slaagt alleen dat zelfde te
doen Dat vereischt een ontzaglijke sug
gestieve kracht, die in hoofdzaak schuilt
in de overtuigende macht van de stom.
Meer nog dan in de natuurlijk onver
mijdelijke, en vaak haar beteckenis heb
bende mimiek en gebaar. Met dit laatste
is Vogel trouwens tamelijk sober De
Belsasar" en ook „The Raven" droeg hij
zitLend voor.
En veel meer dan in de kost urne
ring. Wij voor ons hadden graag dat Ba
bylonisch kostuum in „Belsasar" en den
Napoleonsjas in „Napoleon op Sl
Icna" gemist. „The Raven", dal eenvoudig
werd voorgedragen maakte daa
om niet minder indruk. Eu bovendien
deed dal Babylonisch costuum in deze
omgeving nog al mal. Misschien past het
een in overeenstemming aangekleed
tooncel. Maai* hel paste niet op dit veel
lo lage podium, in een nuchtor-inodernen
leunstoel. De omgeving was ook in ander
opzichten ongunstig De twee zijlichten
•ierpen soms een zonderlingen lichtval
op liet gelaat van den declamator, be
halve (nog dat ze den toeschouwer ook
hinderden
Maar al dal bij-werlc was ook niet
noodig geweest. Vogel kan hel ook zonder
die hulpmiddelen af. Hij speelt niet. Hij
suggereert door zijn voordracht.
Wc willen echter niet ontkennen dal
bij al het mooie dal ook deze voordrach
ten gaven le genieten, we niet dien die
pen indruk kregen als bij vroeger optre
den van hem. Wc denken aan ..Oedipus'
en aan „das Hexonlied". Maar dat lag
aan de keuze van de stukken We zeiden
reeds dat we met „Belsasar" niet dwe
pen. En „Napoleon op St. Helena" liet
ons ook vrij koel
Beschouwende herinneringen als die
van den vernederden Napoleon geven den
lieer Vogel trouwens weinig gelegenheid
tot gebruik van zfjn speciaal talent 'l dra-
matisoeren, hel weergeven van een han
deling.
I Fijnste was de voordracht van „The
korte beeuen, liet met verachting haar
blik op haar leelijk gezicht vol zomer
sproeten rusten. Naast het hare, op de
zelfde bladzijde bevonden zich de por
tretten van haar vader, haar moeder en
van haar neef John.
John was ondanks zijn ouderwetsche
kleeding een flinke, knappe jongen. Reeds
toen, dat wist Charlotte, had zij hem
liefgehad.
Zij slaakte een zucht en sloeg het
blad om.
Hierop vertoonden zich de conterfeit-
sels van oom Stephen en van oom Henrv
en beneden op het blad twee portretten
van een klein meisje in een even ouder
wetsche en onbevallige kleeding als die
van Charlotte. Zij stelde Margaret Rand
voor.
Zij was een kind met diepliggende
oogen, die dicht naasl elkaar in hel hoofd
stonden, een klein, gedrongen gezicht en
eenigszins dikke lippen.
Een van die portretten was gekleurd.
De kleine oogen waren helder blauw
geschilderd, het haar was licht van kleur.
Charlotte staarde naar deze portretten
met een bonzend hart.
Moeder! riep ze.
Ja, kindlief, ik wilde je juist om
raad wagen. Zou je denken, dat dit
breede, gele lint goed zal staan bij mijn
groen met zwarte japon?
^Afschuwelijk, moeder. Maar 'k zou
u graag iets vragen. Ik heb de oudo
portretten van Margaret gevonden. Ilier
zijn ze. Bekijk ze eens goed moeder; aan
wie doen u die denken?
Charlotte legde liet album op haar
moeder s knieën en samen bogen zij zich
over de portretten heen.
Wel, wal is dat toch een hijzon
der portret van je bom Stephen. Wij moe
ten het laten vcrgroolen, Charlotte.
Kijk nu niet naai* oom Stephen
moeder. Zeg mij wat u van het kind
denkt; van dit kind, Margaret Rand.
Dat hel kleine ding zeer veranderd
is, zei mevrouw Mansfield. Hoe goed her
inner ik me nog iden dag toen die portret
ten kwamen. Je oom nam ze mee naar
zijn studeerkamer. Hij bracht ze niet voor
's avonds terug en toen zei hij tegen mij
Doe ze bij de anderen. Ik ben blij, dat
Henry's kind leelijk is. Ik vond dat een
heel vreemd gezegde.
Als oom Stephen nu het meisje
kon zien, dat hier is eu voor Margaret
Rand poseert, dau zou hij haar niet
voor leelijk uilmaken, zei Charlotte zeer
bedachtzaam.
Het meisje, dat poseert, Charlotte
Wat wil je daarmee zeggen?
Wel, moeder, is zij leelijk?
Neen, neen, zij is heel mooi.
En dit kind?
Het portret van dit jonge kind,
zegt minder dan niets, lieve. De leelijkstc
kinderen groeien dikwijls tot de mooiste
mannen en vrouwen op.
Maai* moeder, wees toch redelijk.
De trekken veranderen toch niet.
Ja, zeker wel, zij veranderen ge
ducht.
Dit liaar is lichtblond; deze trek
ken zijn gedrongen ,deze. mond is groot;
Raven", dat prachtgedicht met zijn bui
tengewoon rvthmc en zijn zoldzamen
woordklank. Hij liet 't echter niet daarbij
maar dramatiseerde het, soms naar ons
gevoel tc sterk. Er waren gedeelten in
die we ons mee verhalend denken
Het publiek was niet talrijk. Jammer!
Hebben sommigen zich laten afschrik
ken dooi* het Engclsche nummer op het
programma? Ilel is nu eenmaal een niet
lo loochenen feit, dat wie zijn Engelsch
alleen van de schoolbanken heeft, groole
moeite heeft een voorgedragen Engelsch
gedicht le volgen al was 't alleen maai*
om de vele ongewone woorden, die vaak
het verband niet doen begrijpen. Het was
daarom een zeer goede gedachte van
den heer Vogel vooraf in 't kort den in
houd van hel gedicht le vertellen.
In 's levens storm door Willv
van der Meeren. Uiig. J. W.
van Leeuwen te Leiden.
Waarom leest men een roman? Om
zich bezig te houden, zich te laten
.vertroosten, meeslcepen en boeien"?Ge
troffen te worden door „de prachtige
gevoelens, de treffende karakterlceke-
ning, den broeden opzet, de fijne tra
giek, de roerende en verheffende, strek
king"? J:\? Welnu, men neme dezen ro
man en zockc er al 't boven opgesomde
fraais in. Als gij het er niet vindt, hou
den wij ons bij voorbaat builen schol
De kenschets ontleenden we namelijk
aan een inlage, die de uilgever zoo voor
komend was, hel boek tc doen verge
zellen In dc maatschappij komt men te
genwoordig niet ver zonder kruiwagens,
althans achterwielenook een roman
schijnt ecnigc vleiende aanbevelings
brieven bezwaarlijk te kunnen ontberen
om te rollen, waarheen de uitgever dat
het liefste ziet.
Maar wie zorgde voor deze „recom
mandatie"?, zal men terecht vragen Toch
de uilgever niet alleen''
Men stelle zich gerust. Ook daarover
licht hel prospectus ons in.
„Daar dc auteur zich tot nu toe ver
borgen hield, werd liet handschrift door
ecnigc Dames (zetter, vergeel de hoofd
letter niet M. C.) en Ileeren (dito dito)
van oordeel en smaak gekeurd en. I)e
suggestieve aanwezigheid van deze oven
vage als talrijke kunstrechters doet- het
overschrijven van de volgende zinnen
minder eerbiedig schijnen, maar komaan:
op 1)1 z. 33 leest moil hel bloed vloog
hem als mot een golf naar het hoofd;
dan werd hij blauw,.... paarscli de ade
ren zwollen op,.. schuim kwam hem
om den mond; hij liet hel hoofd terzijde
vallen Acht u dit laatste trekje l<*
kenschetsend voor een „losbol", dan sla
men blz 11 op om le weten, wat onder
een „hoog opgaande, slanke verschijning"
wordt verstaan
Huize ter Aar door Jeanne
Reijneke van Sluwe. l'itg.
L. J. Veen le Amsterdam
Een tweede, goedkoope druk. Een uit
gave die ons verheugt. Ze is immers een
bewijs, dal men zijn vrijen tijd niet al
leen „zoek" brengt in bioscopen en wal
in de „litteratuur" daarmee op één lijn
staal. Want deze roman, de eerste van
den nog steeds zich afwikkelenden cy
clus „Zijden en Keerzijden", waarin men,
als i ii Zola s „Le doctem* Pascal" behalve,
den stamboom der familie Bcrgliem en
een plattegrond van het stamhuis ter Aar
in de verschillende personen met hun
onderlinge aantrekking en afstooting den
aanleg en dus de verklaring van het
tater gebeurende, in verschillende af
zonderlijke romans beschrevene vindt
want deze roman is, o zeker, ontspan
ningslectuur wegens de fijne leven
digheid, waarmee het boni gebeuren, de
blijde bewegelijkheid op dit buiten, ver
zamelpunt van bel geslacht, eerst, de te
genslag in zaken en het verval lot hel ge
dwongen verlaten van hel deftig land
goed te Maarssen latei* wordt verteld,
maai* toch ook, noen bovenal een hoek
van litteraire waarde, een geheel van
psychologische indringingskracht
deze oogen zijn klein, diepliggend en heel
blauw, lelde Charlotte op. Hoor nu eens,
moeder, kan licht, bijna kleurloos haar
krullend, dik, zacht, en zwart nis de nacht
worden? Kunnen gedrongen trekken lang
en mooi worden? Kunnen op een laag
voorhoofd zonder wenkbrauwen, wenk
brauwen verschijnen als Cupido's hoog.
Kunnen kleine blauwe oogen groot en
donker worden? Kunnen heupen als deze
als die van Margaret Rand worden?
Ik wou als deze transformaties gebeuren,
dat zij met mij waren gebeurd. Ilc was
precies zulk een kind als deze Margaret
Rand. Lijk ik nu op de tegenwoordige
Margaret?
O, kindlief, wal bedoel je toch,
wat kun je bedoelen? Je —je jaagt
mc schrik aan, Charlotte.
Dal weuscli ik niet te doen, ik con
stateer slechts een feit Maar het zal
het beste zijn, dat ik dit album weerweg-
berg; Margaret verlangt zeker niet le
weten hoe leelijk zij als kind was
kortom, hoe zeer zij op mij geleek.
En Charlotte verliet met haar schat de
kamer. Mevrouw Mansfield bleef zitten
waar zij zat, met haar hauden in haar
schoot gevouwen, de gekleede japon was
vergeten.
"Wat is Charlotte toch vreemd, be
rodeneei'de zij bij zichzelf. Alsof alle kin
deren niet veranderen natuurlijk veran
deren zei Ik vrees, dat Charlotte dat lie
ve, jonge schepseltje niet mag lijden. O.
was Charlotte toch maar anders, wat zou
den we nu allen gelukkig zijn, als zij niet
zoo zonderling deed.
Middelerwijl bereidde Margaret Rand
zich op haar nieuw leven voor. Tol aan dal
oogonblik in Melbourne was zij altijd een
oprecht meisje geweest Eerlijkheid en
zij waren dikke vrienden. Rechtschapen
heid en zij wandelden arm in arm. Doe
wat goed is, was altijd haar motto. De
werkelijke Margaret was bijna leelijk hij
dit meisje vergeleken maai* zij bezat twee
machtige gaven zij kon [anderen de meest
hartstochtelijke; vriendschap vooi* haar
doen opvatten en wist levens een beloo-
■enden invloed uit le ooroncn, een gave
die dikwijls voor den bezitter zeli nood
lottig kan worden.
Zjj had Hester Nugent voor haar plan
eten te winnen Hester moest afstand
doen van oprechtheid en eerlijkheid om
dat Margaret het haar vroeg.
En Hestor streed tegen de verzoe
king. totdat zij cr eindelijk voor bezweek
en zich ongelukkig voelde. En, totdat zij
in Engeland kwam, waren er weinig zul
ke rampzalige meisjes als rij De gedachte
kwam dikwijls hij haar op, dat zij niet op
het ingeslagen pad zou kunnen voortgaan,
dat zij naar Tasmania te.rugkeeren en
Margaret tolegraPoeren moest, dat zij hel
van haar verlangde niet kon ten uitvoer
brengen. Maar zie! In Londen gebeurde
er iels vreemds. Zij ontmoette Jolin
Rand en liaar hart ging naar hem uil;
óón blik in zijn oogen zei haai*, dat zij
tegenover den man barer keuze stond.
iTOordt vervolgd.