«mat hm sssrisrrs
TWEEDE BLAD
Mengelwerk.
FEUILLETON,
CHRISTINE,
Zaterdag 27 Bee. 1913, no. 305
ZIEKBNVEBZOBfiI.\e
im ket Sllddelburgiiehe (ïuthah
voorbeen en tbsna.
onder hun toezicht staan een keukenmoeder,
twee knechten en verscheiden dienstboden.
De patiënten worden dagelijks bezocht
door de doctoren, de chirurgijns, en den
ziekentrooster, wvlke alle aan het gesticht
verbonden waren.
Voor hen allen waren instructies gemaakt,
welke we met belangstelling ontcijferen om
S aencommende Gasthuysmeesters" hen ver
manende goed te passen op de bezittingen
'van het gesticht en hen aansporende nieuwe
giften te winnen valtyts vermaenende aen
hare behoorlycke overhericheyt de aenstade
I noot als oock aen de dienaren des Godde-
lycken woorts opdat sy den ryckec gebieden
dat sy weldadich syn, dat sy rycke syn in
goede wercken, geerne mededeyllende op dat
den armen dour ebreee van middelen niet
ongcholpen en bliven".
Zij mogen de armen niet bshandelen straff
noch onbormbatticb opd&tter geen onbarm-
hartich oordeel over hun inden vnytersten
dach gesproken en werde, gaet gbij ver-
De plaatsruimte door de Redactie der vlouokte int eeuwigbe vier."
Middelbnrgsche Courant zoo welwillend ter Zij moeten »ter contrarie deselve armen
beschikking gesteld, zalik dankbaar benutten ontfang n met alle vriendelyckbeyt, aaght-
voor «enige mededeelingen over ziekenver- moedicbbeyt, barmh&rtichheyt eu beweech-
zorging, bij gelegenheid vaD de opening Jyckheyt, niemant syn leet ol voorgaende
(overmorgen a. s.) eener nieuwe afdeeling, gebrecken verwyttende."
toegevoegd aan de Chirurgische sal en van En ten slotte zullen zij »de sieckau ende
ket Gasthuis. gequesten versorgen met goede doctors,
Het tegenwoordige gebouw werd ingewijd chyrurghyns, siecke ende kenckenmoed-rs,
in 1866, waarna bet oude Gasthuis, gelegen ende dienstboden,goede lyvelycken mondcost,
in de Lsnge De'ft, boek Nieuwstraat, werd bedden, dexell, vier ende licht,
afgebroken. Dit oude Gasthuis bestond met Ende voornemelyck van eeneD Godtsalighen
zekerheid reeds in de 14de eeu.v en hoe sieckentrooste^ die geschickt van leven, well
het er van binnen uitzag kunnen we ons ervaren in Godts woort opdat hy yder na
MOg eenigszins vooratellen uit de be-cbrij-1 syoDs gelegeDtheyt mach stereken ende
ving Tan Dr. A. A. Fokker en'Dr. J. C. de troosten, den soudaren vermanende tot berou
Man, van hst jaar 1857. Het is voor ons ende bekeeriDghe des levens."
doel genoeg te weten, dat de zalen groot De ziekenmoeder moest toezicht houden
en hoog maar donker waren, daar de r »men dat »de siecken incommende met vriendelyck
zeer hoog in de muren waren geplaatst, dat heyt ontfanghen gecuyst ende gei^vnicht
de vloeren bijna overal van steen waren, weiden" en verder heeft zij hot opzicht over
terwijl de privaten uitkwamen op de zalen, de dienstboden en het meubilair.
In oude tijden bevonden de slaapplaatsen Dit meubilair wordt iedere drie maanden
zioh in eikenhouten bedsteden, meerendeels nagezien door de vrouwen der Gasthuis-
iagericht voor twee patiënten, hetzij tweemeesters, om na te gaan »wat geschourt
mannen of twee vrouwen, welke bedsteden ofte geborsten otte g»bnylt" is. Dat de
echter in later tijden ten deele werden ver- »butteinoeders" daarbij nauwgezet te werk
vangen door ledikanten met hemel en gordijn,1 gaan blijkt uit de lijst van hetgeen ze
daar de wandluis zicb in het hout al te nazien >a!s slaeplaeckeDS, flawyonen, rab-
haidnekkig wist te bandhaven. I batten, gordynneD, pinten, croesei, tynne
De verwarming geschiedde met turfvuren waetterpotten, pannen, becken9 ende alle
terwijl de verlichting plaats had met behulp 1 andere meueelen."
van aan de wand hangende olielampen j De vader had het rondloopeDd toezicht
(baklampen). over alles en ieder in het gesticht, den
Behalve de algemeenp zalen vinden we doctors en chirnrgyos inbegrepen
afzonderlijke zaaltje» voor mannelijke lijders Uit de instructie voor den oudsten dienaar
vallende ziekte en een dergelijke voor j blijkt, dat hij met de doctors moest rond-
een yegelycken siecken well ende boboor-
lycken gedient worde opdat de meesters
geen aenclachten en hoorden".
De ziekentrooster moest iedere nieuw in
gekomen patient bezoeken om to vragen
»off sy gehillicht ofte ongehilücht syn", en
welke goederen of gelden zij b»zaten.
Verder is hij gehouden talie daghe alle
de siecken te gaen visiteeren ende die boel
cranck syn overluyt te tro< 6ten met Godts
woort. hike Donderdag en Zondag moest
bij bijbellezing houden, maar bovendien «alle
daghen des voornoen# ten thien uren ende
des namiddachs ten ryff uren eer de poi tien
vuytgedeylt worden, sal den 6i»ckei>trooster
een algemeyn gebeth doen overlnyt."
Ook 's nachts moest hij, zoo noodtg, komen.
De instructie» der d- ctors en chimrsyns
zal ik hier onvermeld laten. Niet dat deze
niet zeer belangwekkend zijn, maar zij geven
alleen voors, hrifteu over de geneeskundige
behandeling en niet over de verdere ver
zorging der palienten.
Behalve de instructies kunnen we tal van
andere gegevens raadplegen in het, door den
heer C. de Waurd, zoo overzicbtel k gere
gelde en beschreven archief der Godshuizen.
We kunnen van eeuwen her de namen der
opgenomen menscben terugvinden, vanwaar
zij kwamen en of ze in het Gasthuis stierven
of weer zijn «uytgegaen"; we kunnen de
groote rekeningsboeken der oudste lijden
doorblad-ren eu evenzoo de kleine dagelijk-che
kasboeken der Regenten, in welke I«at9te we
d n terugvinden de nam n van het personeel,
ja zei s het, jaarlijksch hedrag van hun nieuwe
jaartje, tegelijk met uilgaven voor turf, voor
«vager9 en boenders" en dergelijke.
Uit de notulenhoek-n der Regenten blijkt
soms iets over de verzorging der zieken, zoo
bijv. wanneer op al^eoieeD aandringen van
doctors en chirmgyns de boterhammen bij
h tontbijt, als ongeschikt voor ziek'D, worden
vervangen door «gekoockt bier mer broot".
Maar alles te samen is de oogst uiterst
sehraal.
De slotsom waartoe we geraken is deze
in 1615 en die jaren, bestoi d er zieken-
behandeling door doctors en chiru gyns en
er be-'oud een allereenvoudigste ziekenver-
zo ging in de vorm van het verstrekken van
onderdak, voeding en huishoudelijke bulp
v> n dienstboden. Ziekenverpleging, zooals
wij die kennen, bestond niet. Des te beter,
echter was de gemoedsverpleging, de ziels-
verzorging, ingericht.
Nu in 1865. Waarom juist, dit jaar Omdat
ik bet bijzondere geluk beb, wat dit jaar
aangaat, te kannen beschikken over de ge
tuigenis van een man, dien ik niet aarzel,
d n lezer voor te stellen als een der meest
gezagbebb' nde mannen op het gebied
dweilen en het opmaken der bedden voor
die patiënten, die dit zelf niet konden doen.
Zooveel mogelijk hielpen de verpleegden
elkaarnacbtwaak-diensten, indien noodig,
namen de gezonden waar, voor een kwartje,
een boterham en een kop koffie.
Daar de ongelukkige verpleger door de
vele nachtelijke aanvallen over dag dikwijls
9uf was, beheerden de patiënten zelf hun
medicijnen, en dit op verlangen van den
behandelenden dokter, daar deae dit veiliger
oordeelde.
lederen Zondag werd er voor alle ver
pleegden kerk gehouden im de zoogeiaamde
kerkezaal, waar dan door een catechiseer
meester word gepreekt, door wien bovendien
alle verpleegden eens per week werden be
zocht, en de ernstig zieken meermalen naar
dat dit werd gewenscht.
Hoewel volgens ieders oordeel de toen
malige vader en moeder al hun best deden,
moest het resultaat zeer matig blqven wear
het heele personeel voor het groote gesticht,
behalve uit de vader en moeder, bestond
uit eeD portier, één keukenmeid, twee werk
meiden, één wasebmeid, één binnenmeid en
twee zieken-oppassera, terwijl we vóóvin bet
receptenboek van den chirurg Van Lissa in
1863 vinden opgegeven 12 zalen en kamers
voor zijn patiënten.
Toch was er verbete ing en wel van groot
belang. Doch deze was nog niet zichtbaar
in materieelo vormze bestond nog slechts
in de veranderde inzichten van doktoren en
indien de ziekentrooster iedere maal klaar
stond om na nfioop moed in te sprekea
tegou de gruwelijke pijnen
Er wordt in bet Gasthuis geen kerk meer
gehouden, maar predikanten en pastoor#
hebben ten allen tijde toegang tot do hunnen,
te-wijl de heer Calliber de patiënten iederem
Zaterdag met belangstelling bezoekt. En
wie zon kunnnen vergeten of ook wio zou
kunnen schatten, hetgeen we aan gemoed»-
verpleging wonneD, doordet de verpleging
werd opgedragen aan vrouwen? Dat is wel
licht nog de giootste vooruitgang in de
moderne ziekenverpleging, da* wij aan het
ziekbed mogen beschikken ever vrouwen-
hulp, die steeds wellende bron van toewij-
ding en medegevoel.
Èr is bij dit alles slechts één moeilijk
punt meer: de geldkwestie. Het kost alle»
geld, be?l veel geld, en dubbel dankbaar
moeten we den Regenten zijn voor al hun
medewerking. Maar ten slotte laat ons be
denken, dat de rente van dit geld heet
geluk. Geluk voor den man die weer werken
kan, geluk voor de herstelde huismoeder,
geluk voor de ouders die hun kind weer
zien genezen.
En wuar staat geschreven dat de oude
gewoonte, ook aan het Basthui?, dit oudite
gesticht d6r Godehuizen, schenkingen
doen, uooit moer zal herleven
Dr. D. SCHOUTE.
Men moet wel geheel vreemdeling zijn
in de geschiedenis der geneeskunde, om
niet te zien dat de geschriften van Dr. A. A.
Fokker en Dr. J. C. de Man. twee genees-
heeren die voor Middelburg van blijvende
beteekenis zijn geweest, zijn geschreven
onder den invloed der nienwe banen brekende
studiën op he', gebied der gezondheidsleer,
van Babi van Von Pettenkofer od vsd Von
Voit.
Dir drietal geleerden, dat tussahen 1840
en 1880 van MUuchen uit de heele wereld cen
verrijkte met geheel nieuwe begrippen om-;*'01"
aan -e B™.=«
vrouwelijke, een lokaal voor poklijders, sen gaan om op te schrijven welke spijs en drank ziP|{e„v rpleging te Midd»)bn-g. De beer
voor syphilitische patiënten en oen (op de en welke geneesmiddelen den pationten wer-1 L„;n Provoost, Seisstraat, alhier, nu een op
zolder) voor cholera lijders. den voorgesch-even. gewekte krachtige man van 72 jaar, die nog
Voor de krankzinnigen was er een cel, j De keu ken moeder zorgde tweemaal dasgs jedBreD dag ee half uur been en terng
ern amnut", een somber hok, verstoken van voor het eten en wel >den middacb ten eiff Wrtn<jelt naar ziid werk, heeft in 1865 op
licht en lucht, volgens Dr. de Man, meer ure en 'tsavonts ten bus ure". Ook is haai 24-jarigen leef-ijd drie maunden in h«i oude
geschikt om iemand razend te maken dan - zeer in het bijzonder de zorg opgedragen G,lstbul(, vertoefd, terwijl ik bet voorrecht
om iemand te calmeren". Rwden wuarom de voor „wijn ofte stereke dranc." had dit jaar. dus 48 j-ar later, den heer
geneesheeren in dien tijd dan ook in die De dienstboden hadden te samen één pr0voost een ge weken te oion»n b»hand»bn
gevallen de voorkeur gaven aan van tralies ordonnantie „Voor de dienstboden int eD do-n verplegen op d be-lkundig» nM»»ltng
voorziene bedsteden. generaell" Deze instructie en die voor den van het tegenwoordig» Gasthuis. Tijdens
Denken we ons nu deze inrichting, gelijk ziekentrooster geven het meeste licht over heide ziekeDbnis-vei blijven was onze patient
dikwijls het geval was, overvuld met ra»n- j de verpleging. gelukkig een gezond» zi- ke, die beb-ilve over
«•hen soldaten, matrozen uit O >st, en West, De dienstboden maken de bedden der ,jjd en jnsrt be-cbikte ovei een uitstekenden
zieken, landloopers, lijders aan besmettelijke I patiënten op: IZ1I1 t0t waarnemen-
ziekten vaD allerlei aard, dan zou een heden- „De dienstboden sullen alle morgen heb-j p(1 Welke w«s nu de eerste indruk, ver-
da igsch ziekenhuis-bestunr geen rustig uur I ben als sy de bedden maeken elck een glas tregen uit de teekeunchtige be cbiijving van
hebben bij de gedachte aan hetgeen daaruit goet bier ofte een r imer wyn die haerluyden pr0V009t mtrent den toest nd in 1865?
kon, en bijna zeker moest, voortkoi
Maar hoewel het zeker is dat herhaalde
lijk epidemieën losbraken over de stad van
het Gasthuis uit, in stede van daar juist
te worden bedwoDgen, merken we in de ge
by de cencenmoeder sal gescboncken woid»n,|>ze daar is in di» 250 jaar sinds 1615
Bonder meer, endé dat teghen de quade bitter weinig veranderd eu verbeterd. Dat
reucken". dit een zeer oppervlakkig oordeel zou zijn,
Zij verbedden de patiënten ook„itemdaarover aanstonds
sullen well nauwe achtingha nemen int Evenals in 1615 st»an er een vader en
■omen maatregelen niets van onrust, gelijk verbedden dei siecken eude geqaesten dat.se een moeder aan h-1 bootd. De m»uw inge-
wjj op onzen beurt ook volkomen ru-tig 'de selve well soetüyck tractoren yder na j komen paliei.ten worden niet g»ba d, wel
aiin nv»r toestand nn. wellen men over een synne gelegentheyt, she niet in doot6 nootop eenvondigo wijze gereinigdzij b»bouden
en syn, ende soo sy eenighe vinden sullen ban eigen kleeren. Ook verder geen baden
strnex den sieckentrooster doen ha len om dan op medisch voorschrift. De verzorging
desulcke te troosten volghens synne ordon-1 der mannen g»8chtedde door enkele oppassers,
nantie ende scbuldighe plicht". waarvoor gekozen weiden zieke o' invulide
Nog meer, zij verzorgen ook de gestor- mensch»nde toenmalige verpl-ger, alg -
venen„item die gestorven syn sullen sy meen Frans g»beeton, leed aan vallende
sulveren ende in een matte nay»n ende opde ziekte en kreeg dikwijls zijn aanvallen in
verordineerde plaetse begraven na behooiien", de nacht, waarbij bij d» heel» zaal wakker
Ook dnama kregen zij een roemer wijn. maakte zoodat meeraial-n een der verpleegden
De instructie eindigt „item sullen elck uit medelijden aan b -t b»d h|»ef zitten,
ende een well goede achtinghe n-men dat Het werk van Fr^ns bestond in vloeren
zijn over toestanden, welke
eeuw geen dag zou verdingen.
Bij de bespreking der ziekenverzorging in
het Gasthuis, zal ik kort vergelijken de
toestanden zooals deze waren in 1615 in
1865 dus 250 jaar later, eD in 1913 weer
48 jaar daarna.
We vinden in 1615 onder bet bestuur van
vier Gasthuismeester8 en hun huisvrouwen
(buitenmoeders) in het Gasthuis »eD v;«der
en een moeder ziekenmoeder) aan het hoofd;
VARIA.
DE AARDE VAN BINNEN.
Men heeft er terecht op gewezen, dal
we meer van de onmetelijk ver van ons
verwijderde sterren weten dan van 'l
binnenste der aarde, waarop we wonen
Nauwelijks 2000 M diep is men met bo
ren in de diepte onder de aardoppervlak
te doorgedrongen. Dat beleekenl slechts
dertig duizendste van den straal
aarde. Daarbij is gebleken, dat
trent den invloed an licht, lucht, bodem j temperatuur iu den bodem met
en voeding, beheerschte ook het denken van j diepte toeneemt. Of deze toeneming
Fokker en de Mau, die op hun beurt hun z»ch echter gestadig naar gelang derdiep-
overtuigiog wisten over te dragen op hun *e naar binnen voortzet of op een bepaal
Collega's, op de Regenten en op de Overheid, do diepte stationnxdr wordt, daarover
zijn de geleerden t niet eens Zc zullen
s, ook niet zoo spoedig tot overecnslem-
Zoo kwam in 1866 het nieuwe Gasthuis- mjng komen> ^ar het onmogelijk is, tot
gebouw tot, stand, ingericht volgens de diepten van vele K M in bet binnen
nieuwste begrippen der gezondheidsleer, een sle der door t(i dringcn
trots voor Middelburg dat hiermede een hl deze omstandigheden is bet van
voorbeeld gat aan nagenoeg alle andere jJejallg) van geheel andere zijde hulp
steden in ons land, de grootste niet uitge- gCb0den wordt, nl. door de jongste vor-
zonderd. deriugen op het gebied van 't aardbei-
Ook in het nieuwe gebouw heelt het ge- vingsonderzoek Dr. E. Tams te Hamburg
ruimen tijd geduurd vóór de verpleging heeft onlangs daaromtrent gegevens ver-
gaandeweg gebeel wa» opgedragen aan ver- strekt, aan de vermelding waarvan door
pleegsters, en vóór de tegenwoordige toe- dc j.Köln. Ztg." we 't volgende ontlcenen.
stand was bereikt. j Inderdaad is met zekerheid een vaste.
Naast de aigemeene regelen der gezond-1 ecn vloeibare en een gasvormige toestand
b»idsleer, is nu ook gekomen de lichamelijke Van de diepe aardlagen aangenomen. Op
verpleging van lederen patient afzonderlijk, vasten bodem rusten de gevolgtrekkingen,
Voor deze laatste gelden twee grondregels: die op de poot-zwenkingen (de verplaat-
het nastreven der grootst mogelijke reinheid singe-n van de as in tiet aarde-lichaam)
al8 eerste, en als tweede het lichamelijk betrekking hebben. Daaruit blijkt, dal de
atzondezen der patiënten tegenover elkaarhardheid der aarde twee maai zoo groot
d. w. z. na gereinigd en gebaad te zijn krijgt js ajs die van slaat, terwijl uil latere on-
elk, behalve acüoone kleeren, een lurmo- derzoekingen die hardheid zelfs twee lot
meter, een tandeborslel met tandpoeder, drie tnaal J?oo groot ais Jiet genoemde me
spons, wascblap, handdoeken en zeep. Tevens taaj bevonden werd.
een eer-et en zakdo»ken. Wat niet geschikt Maar al deze navorschingen belichten
is voor 1 fdo"- 4 e ing, /onals bijv. ook in hun verdere doorvoering hclclas-
tand»borstels, wordt Ba bet■•Ttiek vaD den tisch karakter onzer planeet slechts in
patient weggtt au* Het uogued is onder- brecde trekken. Hier treedt de leer der
worpen aan .juo.loopende energieke aardbevingen met succes op, daar ze in
reiniging door middel van koken, was-ichen de seismo-grammen een middel heeft ge
en -.'oomt-n. I vonden om de elastische aardbevings-gol-
Voegen we bier nu aan toe dat leger van ven op hun tochten door het aarde-
bulpmiddelen als windringen, waterbedden, lichaam te volgen en dus door het 011-
ijszikken, thermotoren, steekpannen en ai i derzoek van hun snelheden op verschil-
wai di»s meer zij, dan geeft dit nog slechts een lende diepten nauwkeuriger omlreql de
«iterst fiauwen indruk van de groote be-1 elasticiteit der op elkander volgende la-
teekenis, welke de lichamelijke ziekenver-1 gen ingelicht te worden. Wordt nu op
pleging heett verkregen. Voor en groot deel grond van het optreden dier golven aan-
bebeersebt zij bet succes van den operateur 1 genomen, dat de aarde is samengesteld
Hiertegenover is bet. gebiod der gemoeds- uil een steenachligen mantel en een me-
verplegmg kleiner gewordener is even- talen kern, dan levert de berekening
wicht- ontstaaq tusSchen gemoeds- en (bij vooronderstelling van ecn constante
bcbaamsverplpging. En wie zou dit anders dichtheid van den steenachtige» mantel
we-i-cheo Wie zou nu nog op j rijs stellen van 3 2) voor den kern een dichtheid van
piet e»n bovenbeens-breuk ot een buikvlies- 1 8.22, <1 w. z. de dichtheid van het ict-
ontst»king, zoovel maat per dag op zoo'n j wat gecomprimeerde ijzer.
>tynue" te worden geheschen, ook zelts Deze berekeningen hebben echter nog
Naar het Engelsen
dewr E. G. MOBEBLY.
81.
HOOFDSTUK XV.
Zij is zacht en sterk van geest.
„Er heeft nooit één andere man op de
wereld voor mij bestaan dan Max. Er
kon geen ander man voor mij beslaan.
Zoo zijn sommige vrouwen. Zij kunnen
het beste wat zij bezitten maar éénmaal
weggeven.'
„Maar ik wou op ecn na het beste
hebben. Ik zou dankbaar wezen zelfs
voor de kruimels die vallen van de tafel
van den rijke. Laat mij alleen het recht
hebben voor je te zorgen, je te geven
„Mij alles le geven en niets terug te
ontvangen? Neen Rupert, ik zou dal niet
willen, zelfs als
„Zelfs ah?" herhaalde hij met de
oogen begeerig op haar gelaat geves
tigd en met zijn diepe, smeekende stem
„Begrijp je dan niet clat ik je niet zal
lastig vallen? Mijn eenige wensch is bij
je te zijn, alles voor je te doen wal een
man voor je zou kunnen doen."
„Ik ben je zoo dankbaar, veel dank
baarder dan ik ooit in woorden zou kun-
■n»T» Ititilrijttrpn Rr»mtiiris iTml.- het mii
dat wij elkander ooit ontmoet hebben
in die oase in de woestijn. Ik ben een
hinderpaal in je leven geweest, en niet
de hulp die ik zoo gaarne had willen zijn.
Neen stil spreek mij nu eens
even niel tegen" Margaret hief gliin-
i lachend de hand op toen Rupert, die op
een lagen stoel naast haar bed zat zich
reeds voorover boog om haar tegen le
I spreken.
j „Het is mijn schuld dat je nooit ge
trouwd benl, terwijl je een vrouw hadt
moeten hebben en kinderen en een eigen
huis."
„Denk je dan dal ik een andere vrouw
zou kunnen aanzien nadat ik jou gezien
had", riep hij heftig uit. Zij antwoordde
zacht
„Eenmaal hoop ik, zal je een vrouw
bezitten die je al het geluk verschaft dal
je zoo lang hebt moeten ontberen, die
„Ik wil geen andere vrouw hebben dan
jou alleen", riep hij op hartstochtelijken
toon. ..O, Margaret, je zegt dat er nooit
één andere man voor je op de wereld
heefl bestaan. Begrijp je dan niet dal jij
de eenige vrouw bent in mijn leven en
dat je dat altijd geweest bent van het
eerste oogenblik af aan dat ik je heb ge
zien?"
Zij slak hem de hand toe, de door
schijnende hand met den zwaren trouw
ring tot eenig sieraad; hij boog zich en
drukte een kus op die hand, plechtig en
eerbiedig. Haar oogen vulden zich met
tranen.
„Je bent altijd zulk een Irouwe vriend
voor mij geweest, maar geloof mij, er
kan niets anders dan vriendschap be
slaan tusschen ons beiden en er blijft
zoo weinig tijd meer voor ons over
„Wat bedoel je daarmee?" vroeg hij
en het was of hij eensklaps niel verder
kon spreken, hij zag haar in hel ver
magerde gezicht, dat iels etherisch ge
kregen had door haar bleekheid, „waar
om spreek je alsof
„Alsof het einde naderde? Omdat dit
inderdaad zoo is" Hij keek haar onaf
gewend aan, en er kwam een pijnlijke
uitdrukking in zijn oogen, ecn blik van
zoo onuitsprekelijk groot verdriet dat
Margaret uitriep.
,,lk vind het vrccselijk dat ik je ver
driet moet doen maar hel is toch beter dat
ik je de waarheid zeg, al doet je dal
pijn Het einde zal heel spoedjg komen;
Dr. Fergusson is het geheel mei mij eens,
en het verheugt mij. Rupert. Ik kan je
niet zeggen hoezeer het mij verheugd.
Hij kermde en sloeg de handen voor
het gezicht, de zachte stem ging voort,
kalm en eentonig
„Ik heb veel verdriet en moeilijkheden
gehad in inijn huwelijk en ik ben dat
nooil geheel le boven gekomen Zoolang
je mij kent ben ik ziek geweest, hel
scheelde len minste niet veel en deze
laatste maanden hebben de rest van mijn
krachten uitgeput. Toen Max heenging"
zij kon bijna niet voortgaan van aandoe
ning „scheen al mijn levenskracht ge
broken. Ik heb mijn best gedaan in le
ven le blijven, ik wou leven, maar mijn
ziekte is mij de baas, ik kan er niel
legen op en het is goed dat ik het einde
zie naderen."
„Heb je mij hier laten komen om—"
hij hief het hoofd op en zag haar aan.
„Ik heb je hier laten komen om je al
les duidelijk tc maken en omdat ik niet
voor goed wilde heengaan zonder mijn
vriend nog eens weer tc zien. E11 ik wou
je helpen, voor je eigen toekomst, als ik
kon."
„Mijn eigen toekomst," Rupert lachte
schamper, „denk je dat mijn toekomst
alles wal mij zelf betreft mij iels Ier
wereld kan schelen als jij nis jij
Hij kon niet voortgaan Hij bleef stil
zitten, heel slil, met zijn gezicht naar hel
venster; de boomen rondom liet huis be
gonnen reeds een waas van teeder groen
Le vertoonen
„Mijn vriendschap is al iets heel droe
vigs voor je geweest wanneer ze je ge-
heele leven bederft" Margaret sprak zeer
zacht, haar blik volgde den zijne naar
het lentegroen, naar de lentelucht.
„Iets droevigs?" Zijn oogen straalden
toen hij haar aanzag „Denk je dal ik
er ooit spijl van zal hebben je lief te
hebben-' Denk je dat ik één enkel oogen
blik spijt zal hebben je te hébben gekend
en liefgehadToen ik je voor Teerst
ontmoette, had ik een soort van min
achting voor de vrouw, zooals zoovele
mannen dat hebben lij hebt mij geleerd
wal een goede vrouw voor een man kan
wezen Zelfs nu op dit oogenblik ben ik
niet waard den zoom van je kleed aan
le raken maar ik heb ten minste sedert
ik je heb lccren kennen mijn best gedaan
een goed leven te leiden 11c kan je in
het aangezicht zien en zeggen dal mijn
hart en mijn handen rein zijn."
„Dat maakt mij gelukkig", zei zij en
haar oogen schitterden van vreugde, „Je
weel niel hoe gelukkig mij dal maakt
als ik je een beetje heb kunnen helpen
Ik hoop dal je eenmaal een vrouw zult
krijgen die je innig Iiefhebl. Laat mij dat
nu maar zeggen, ik zal er zoo spoedig
niet meer zijn en een stervende kan niet
anders dan de waarheid spreken; ik wou
dat je haar liefhadt en dal je eiudclijk.
een geluk vondl dat je om mijnentwil zoo
lang heb moeten missen al die jaren
lang"
„Onmogelijk, Je vraagt te veel van
mij lioe zou ik ooit aan een andere
vrouw kunnen denken nadat ik jouw
vriend geweest ben
„Eenmaal zal dat gebeuren", antwoord
dat zij met haar be too verend glimlachje
„ik begin bepaald veel van een koppe
laarster te krijgen, Rupert", voegde zij
er 'vroolijk bij, „ik heb zelfs al ecu
vrouw voor je gekozen Dal hadt je
nooit gedacht hé, dat ik daar talent voor
had."
iWiordt vervolgd