MIDDELBIBGSCHE COÜRAIT.
H", 308.
iss* Jsargang.
Woensdag
25 December.
Middelbnro 24 December.
Kiesrecht en verkiesbaarheid
der vronw.
BUITENLAND,
191%
Deza courant v»r*ohy*t dagelijks, mot aitzoaderiag vaa Zo*- e* Fcsitlagea
?rij« per kwartaal, zoowel Toor Middelburg al» voor allo plaatie* ia Nederla** frasco pp. f 2.
AfzoaderLyke **mmor» koite* 5 ceat,
A d v e r ts*tiö* bij abomnement op voordeeligo voorwaarde*.
Proipoctuiie* daarva* zijn aan het bureau te bekome*.
Advertentiön voor het eerstvolgende *ummor moeten de» middag, vóór éét **r
aan het bureau bezorgd zyn.
Aiverfcsatiöa 20 cent p»r regel. Bij abonnement veel lager. Goboorta-, dood o*
alle andere familieberichte* en Dankbetuigingen va* 17 regel» f 1.50elke regel meet
20 cent. Bedlamst 40 coat per regel. Groot» letter» naar ds plaat», die »ij inneme*.
Tot de plaatiisg va* advortoitiö* e* reclame», niet afkomstig uit Zeeland, betreffend;
Handel, Nijverheid en Geldwezen, is gerechtigd het Algeaieen AdTertemtfe-Bvffd&E
A. DE LA S1AB As., N.Z. Voorbirtiral 266, AMsterdan.
Dit nummer bestaat uit twee bladen
EERSTE BLAD.
Do beide Kerstdagen verschijnt
de Mlddelburgsclie Courant niet.
De gelegenheid moet worden geopend,
aan de vrouw het kiesrecht te verlee-
nen, zonder dat daarbij eischen van iqaat-
8chappelijken welstand mogen worden
gesteld.
De beletselen tegen verkiesbaarheid
der vrouw moeten worden weggenomen.
Vrijz. Manifest.
Aan de oudste stvijdsters voor'vrouwen
kiesrecht in ons land moet bet toch wel,
zelfs al zijn ze nog zoo ongeduldig, een
gevoel van erkentelijkheid geven, nu ze
zien hoe na een moeizame periode van
ontginning van het volkomen braak
liggend terrein, in de enkele laatste jaren
steeds meer opkomende grassprietjes too-
nou, dat van het nitgestrooide zaad een
deel ontkiemd is, op een grond die eerst
zoo hopeloos onvruchtbaar leek. Het zijn
echter nog niet meer dan grassprietjes
het wordt wel een groen waas, maar een
grasveld is het uog lang niet, en van
bet oogsten zijn we nog ver af.
Maar bet denkbeeld vindt tocb niet
meer de bespotting van vroeger. Men is
gewend geraakt aan 't ongewone van 't
voorstel. Men praat er ernstig over. Men
erkent dat bet een vraagstuk is van
daadwerkelijke beteekeuis.
Dat is voor een deel het gevolg van
de onvermoeide propaganda, maar we
schrpven het resultaat nog meer toe aan
de ontwikkeling in de maatschappelijke
positie van de vrouw. Als de vrouw van
nu nog in dezelfde omstandigheden ver
keerde als onze grootmoeders, zou de
ijverigste propaganda niets gebaat beb-
beD. Maar men ziet bet iederen dag in
feiten voor zich dat die toestand niet
meer dezelfde is, dat de ongehuwde
vrouw wordt opgeleid voor en werkzaam
is in allerlei maatschappelijke betrekkingen
naast den man, eu dat zelfs de gehuwde
vrouw, veel meer dan aan de vroegere
huismoeders mogelijk was, kan lezen en
spreken over vraagstukken van openbaar
belang, gedeeltelijk door den zich steeds
nitbreideuden inbond der couranten, maar
ook omdat tal van huishoudelijke beslom
meringen baar uit de hand zijn genomen
door de uitvinding van allerlei gemakken
en door de opkomst van bedrijven, die
zoo goedkoop die werkzaamheden doen,
dat bet dwaasheid voor de vrouw zou
zijn dat alles zelf te verrichten.
Erkend worde dat nog lang niet alle
vrouwen daardoor tot volle besef van
de openbare zaken zijn gekomen. De
sleur werkt door. En zou ook bij de
meeste mannen de belangstelling niet
matig zijn, als men bun vroeg zich warm
te maken voor zaken waarover ze nooit
iets te zeggen hadden Toch neemt bet
aantal der vrouwen, die rijp ziju voor
het openbaar leven, dagelijks toe, en
ieder jaar zal bet vraagstuk voor vrou
wenkiesrecht zich sterker op den voor
grond dringen, in weerwil van bet krank
zinnige gedoe der suffragettes. De kerk
hervorming is ook niet te niet gedaan
door de buitensporigheid van de weder-
doopers.
Die onmiskenbare maatschappelijke
ontwikkeling kan op den duur niet wor
den tegengehouden door bet afwerend
verwijzeu naar de »de roeping der vrouw'
het hoofdmotief van de tegenstanders. Al
naarmate die ontwikkeling verder gaat,
brokkelt dat verweer af als een zanddam
door opkomeud water. Ieder meisje dat
zich een zelfstandig bestaan verkiest,
door ander werk dan huishoudelijke
bezigheid, is een levend argument tegen
dat motief.
Hot is nu eenmaal zoo, dat een groot
aantal vrouwen nooit aan de »roeping dei-
vrouw" kunnen voldoen, omdat ze niet
trouwen. Die groep kan men niet meer
met een machtwoord terugduwen. En zelfs
van beu die niet trouwen, zijn velen
door bun onafhankelijk werkzaam be
staan vóór hun huwelijk zoo wereldwijs
geworden, dat ze ook als gehuwde vronw
niet meer tot de onmondigen gerekend
mogen worden.
Men kau dat betreuren wat wij
niet doen, - men kan zich liever de
vrouw deuken alleen als eebtgenoote eu als
moeder, maar dat veraudert niets aan
de nuchtere werkelijkheid, dat een aan
zienlijk deel der vrouwen zich niet meer
bepaalt tot hetgeen vroeger uitsluitend als
baar roeping werd beschouwd.
Het besef van die maatschappelijke
verandering heeft uiting gevonden in de
hier boven aangehaalde zinsnede uit het
manifest der vrijzinnige concentratie.
Maar het manifest gaat toch ook niet
verder dan die erkenning. »De gelegen
heid moet worden geopend". Meer staat
er niet. Dat beteekent dus in de prac-
tijkuit art. 80 van de grondwet moet
het woord ^mannelijke" worden geschrapt,
en aan den gewonen wetgever wordt het
daarna overgelaten in de kieswet te rege
len aan wie het kiesrecht zal worden
De eerste stap zal echter door de
schrapping van dat woord »mannelijke"
worden gedaan, en in dat opzicht staat
ook rechts weer tegenover links. We
hebben eeuigen tijd geleden aangehaald
hoe grof beleedigend de »Heraut", het
kerkelijk orgaan van dr. Kuyper, zich
uitliet over de vrouwen, die zich uit hun
ondergeschikte positie trachten op te
heffen.
Hier echter hebben we alleen te doen
met hetgeen de vrijzinnige concentratie
wilde gelegenheid openen om aan de
vrouw het kiesrecht te verleenen.
Over de verdere regeling laat zij zich
niet uit, behalve in één opzichter zul
len voor dat kiesrecht geen eischen van
maatschappelijken welstand" mogen wor
den gesteld. En dat is begrijpelijk. Voor
het mannenkiesrecht hebben die welstands-
eischen vrij wel afgedaan. Voor de vrouw
mogen ze niet weer worden ingesteld.
En bovendien zal wel niemand bewe
ren dat de vrouwen met groot inkomen
het meest bekwaam zijn om de openbare
zaken naar waarde te beoordeelen.
Maar al gaat het vrijzinnig manifest
uiet verder dan het uitspreken van dien
wensch voor een inleidingsmaatregel, het
loont toch wel de moeite om na te gaan
*hoe, links, de stand is van de meenin
gen over het vraagstuk zelf, over de
regeling van het vrouwenkiesrecht.
Het rapport van de Grondwetscom
missie geeft daarvoor eenige aanwijzing.
Wel is waar kon er niet over gestemd
worden, omdat men eerst wilde weten
wat er met het mannenkiesrecht zou ge
beuren. En daarover kon meu het niet
eens worden. Maar toch lezen we in het
rapport het volgende:
«Opneming in de Grondwet van het ge
biedend voorschrift van algemeen kiesrecht
voor vrouwen werd slechts door één lid
voorgestaan. (Dat was mr. Troelslra blijkens
zijn afzonderlijke nota. Bed.) In het alge
meen bloken de aanhangers van vrouwen
kiesrecht van meening dat óf alleen die
vrouwen tot het kiesrecht zijn te roepon,
die daadwerkelijk blijk geven het stembiljet
te begeeron, óf de invoering en uitbreiding
van vrouwenkiesrecht geleidelijk behoort to
Die eiscb van gedeeltelijke iavoeriDg
eu geleidelijke uitbreiding lijkt ons bil
lijk. Niemand kan met recht'beweren
dat reeds nu alle vrouwen rijp zijn voor
het kiesrecht. Het stembiljet moge een
goed middel ziju om politieke belang
stelling te wekken, er zit te veel aan
vast dau dat men het voor dat doel
aan alle vrouwen zou mogen toekennen.
Maar is een aanvraag om een stem
biljet een voldoende waarborg voor het
bestaan van werkelijke belangstelling?
Of zal men beginnen met die vronwen
welke door haar werk zelfstandig leven
Is dan echter bij al die vrouwen een
geijjke mate van inzicht in openbare
zaken te verwachten, bij een winkel
juffrouw evenveel als bij een vrouw die
gestudeerd heeft? Men zal zeggen dat
dit bij den man ook niet het geval is.
Maar men wil een geleidelijke invoering.
Waar moet men dau beginnen Welke
eischen moet men stellen Het zijn
vragen, waarvan de beantwoording, ook
bij den besten wil, veel omzichtigheid
vereischt.
Er komt nog een zeer netelige kwestie
bij Moot men de gehuwde vrouw gelijk
9tellen met de ongehuwde?
De commissie uit dg .Liberale Unie die
in 1903 een rapport uitbracht over het
kie8recbtvraagstuk, verklaarde zich legen
kiesbevoegdheid van de gehuwde vrouw
omdatöf het kiesrecht door haar zal
worden uitgeoefend op de wijze zooals
haar echtgqpoot dat wenscht, zoodat van
een zelfstandige bewuste uitoefening van
het recht door de vrouw geen sprake
zou zijn öf de politiek eeu gevaar zal
worden voor de eenheid van het gezin.
De gevaren zijn verre van denkbeeldig.
Maar aan deu anderen kant zon het zeer
onbillijk zijn aan een vrouw, die het
kiesrecht heeft gehad als zelfstandig wer
kend persoon in de maatschappij, dat recht
weer te ontnemen als zij trouwt. Ia de
vronweabeweging is trouwens ouder de
meest op den voorgrond .tredende, en
meest sympathieke figuren de getrouwde
vrouw overheerschend in aantal.
W9 zullen het voor 't oogenblik laten
bij deze algemeene opmerkingen, die
voornamelijk ten doel liebben de moei
lijkheid van een goede regeling in 't licht
te stellen. Maar we willen toch ook
erkennen dat de elders vastgestelde resul
taten der praktijk aan vele dier bezwaren
de kracht ontnomen hebben.
Ook hier geldt het woord van Thor-
becke»Het beginsel ten deele verwezen
lijkt, tracht naav gehcele verwezenlijking".
Een aanhoudende strijd zal het onver
mijdelijk gevolg zijn. In Noorwegen is men
reeds enkele jaren na invoering van be
perkt vrouwenkiesrecht tot het algemeene
gekomen, en, voor zoover wij uit de be
richten weten, zonder dat de genoemde
bezwaren daar ernstig wegen.
Na al het voorgaande is het niet
noodig lang nit te wijden over de ver
kiesbaarheid der vrouw. Het is ons niet
duidelijk waarom een vrouw wèl in
staat geacht wordt niet succes, en dikwijls
met zeer groote bekwaamheid, haar aan
deel te nemen in de leiding van arraen-
zorgzaken, als lid van schoolcommissies,
als bestuurster van tentoonstellingen en
congressen e. d., maar niet aan haar
roeping" zou beantwoorden'als ze zitting
had in een gemeenteraad, die de beslis
sing heeft over dezelfde belangen.
We moeten verklaren dat we thans
nog niet do vrouw in 't algemeen ge
schikt achten om lid ie worden van do
Tweede Kamer, al zijn er ook eukelc
vrouweu die eeu heter figuur zouden
maken dan nu sommige mannelijke Kamer
leden. Maar laat men dan ook bier den
geleidelijken weg volgen, en eerst de
vrouw toelaten tot de gemeenteraden,
later tot de Provinciale Staten, en daar
na tot de Kamer. We zijn er van over
tuigd dat men geen redeu zal hebben
het resultaat te betreuren.
Het is in ons land gelukkig nog niet
noodig, zooals in sommige staten van
Amerika, dat het vrouwenkiesrecht een
eind maakt aan corruptie. Maar wel is
ook hier het resultaat van elders te ver
wachten eu te hopen dat de deelneming
der vrouw aan het polieke leven een
verzachtenden invloed zal hebben op de
politieke zeden, en bovenal: dat er tegen
over de neiging van den man om vaak
aan materialistische belangen te groote
waarde te Rechten, de ideëele neiging
van de vrouw wordt gesteld, wat bij slot
van rekening slechts ten goede kan
komen aan het algemeen welzijn.
De verf raging; van de begrooting
Het is voor de eerste maal, meenen we
dat, de Tweede Kamer niet vóór 1 Januari
gereed kwam met de begrooting. Dat de
Eerste K iraer steeds eerst na 1 Januari van
het begrootingsjaar haar beslissing nam,
leverde nooit moeilijkheden op. Men begon
eenvoudig alsof alles iu orde was, want de
de Eerste Kamer kon geen amendementen
aannemen, en ging toch niet over (ot ver
werping.
Maar nu moeten de begrootingen van
Binnenlandsche Zaken, Marino, Oorlog, Su
riname en Curasao ook nog door de Tweede
Kamer behandeld worden. En die Kamer
beeft wél bet reebt van amendement, zoo Jat
het gevaarlijk zou zijn er nu reeds op te
vertrouwen dat alles zal blijven zooals het
is voorgesteld. Het stelsel van voorloopige
twaalfden, waarmee sommige andere landen
ieder jaar beginnen te werken, kent men
bij ons niet.
De Haagsche correspondent van „De Tijd"
vermeldt, ont gespatieerde letters en als
vernomeu „uit de beste bron", dat de re
geering nu overweegt wat er in dezen on-
gewonen toestand gedaan moet worden.
Maar dit is een bericht dat men ook
zonder „beste bron" zelf kan maken. Voor
die ministers wier begroofingen reeds zijn
afgedaan, is de zaak eenvoudig, maar de
overigen moeten wel de uitvoering van alle
nieuwigheden voorloopig uitstellen.
Natuurlijk wordt nu do schuld aan de
linkerzijde gegeven. Ze heeft te veel gepraat.
De regeering die de Kamer zoo'n onverteer
baar lang en zwaar menu voorzette, is er
natuurlijk niet verantwoordelijk voor dat de
Kamer nu aan indigestie lijdt.
Intusschen vraagt men zich af, wat er
van de rest van het menu moet worden.
Engelsche Brieven
(Van |Onzen LondenschGn medewerker).
(Nadruk verboden).
Ik kwam eens langs een poppenkraam,
Daar zag ik zooveel poppen staan
Ik vToeg: „Wat doen die poppen bier?
Die poppen drinken poppenbier,
Die poppen drinken poppemviju I"
Wat zullen die poppen vrooljjk zijn I
Dit kinderrijmpje kwam me in de gedach
ten, toen ik een van London's Kerstmisver-
makclijklioden bezocht.
Reeds sedert drie-e.i-dertig jaren verzamelt
het weekblad „Truth" eenige duizenden pop
pen en (Ongeveer 20.000 stukken speelgoed,
die het op Kerstdag verdeelt onder de jonge
patiëntjes der Londenscho hospitalen en zie
henhuizen. Jaar in, jaar uit verzamelt „Truth"
gelden voor dal doel, jaar in jaar nit worden
die duizenden, poppon aangekleed door da
mes van eiken rang on stand.
Dit is werkelijk geen kleinigheid zooals blijkt
uit onderstaand slaatje van jonge verpleegden.
In openbare instellingen heeft men:
Armenhuizen met 1618 kinderen; scholen,
doorgangshuizen enz. mol 16.109 kinderen; in-
Urmcricbn met 2471 k«Klerenhospitalen v.
h. burgerl. armbestuur niet 4839 kinderen; in
hospitalen door giften gesteund: hospitalen en
tehuizen voor kinderen met 3487 kinderen;
andere hospitalen met 2561 kinderen; tezamen
dus 31,415 kinderen.
Van die ruim 31.000 kleinen is de groote
meerderheid doodarm, zonder dat zo die» finan
cieclen toestand aan zich zelf to wijten heb-
bon. Doch het onaangenaam gevolg is dat ze
nooit een Kerstgeschenk zouden krijgen, wan
lieer de liefdadigheid niet te hulp kwam Eu
nis men nagaat hoevelea er in. de ziekenzalen
en hospitaalkribben hun Kerstfeest moeten vie
ren, behoeft men zich niet te verbazen dat
de liefdadigheid zich niet onbetuigd laat.
En zoo is 't ook van 't jaar weer mogelijk,
dat elk van die arme, kleine kleuters, die
den leeftijd van zuigeling te boven zijn, een
pop of een stuk speelgoed krijgt.
Bovendien worden de hoolo groote poppen
en het zeer groote speelgoed aan de genoemde
instellingen geschonken, zoodat al do tijde
lijke bezoekers daarvan zich er achtereenvol
gens -mee kunnen amuseeren. Ze leiden daar
dus een zeer nuttig bestaan en zijn ze een
maal tol. onherkenbaarheid of onbruikbaarheid
versloten, dan sterven zo een oervollen dood
Behalve al dit schoons hadden tal van goede
gevers een aantal andere dingen go»zonden
boeken, lekkers en pistaches. Stel u voor
vijftienduizend pistaches die op Kerstdag zul
len helpen de levendigheid ca hel loven in de
ziekenhuizen te vermeerderen't- zal me een
lawaai zijn geweest.
Een van de cadeau's is een glazen kastje
waarin 7000, zegge en schrijve zevenduizend,
gloed- en fonkelnieuwe zesstuiverstukjes, pa,s
van do munt, bcsvaard werden Twintig jaar
lang kreeg „Truth" die stukjes zilvergeld van
een onbekenden gever, om te verdoelen onder
de arme patiëntjestwintig jaar lang was
liet geheim, wie die f 2100 schonk. Eerst
na zijn dood werd bekend dat het Sir Fran
cis l'rcss Barry le Windsor was geweest,
en toen 'heeft men te zijner eer een kapitaal
bijeen gebracht, uif welks ren!» ieder jaar
dio 7000 „Trcss Barry Sixpences" kunnen wou
den aangekocht, om ze ie verdoelen onder
de oudste kinderen.
Do 5600 poppen, die wolk, dat leger van
poppen, 1000 meer dan er ooit geweest zijn,
vormden natuurlijk hel voornaamste punt vau
aantrekking in de reusachtige Albert Ilall,
waar, zooals altijd, do „Truth Doll and Toy
Show" werd gehouden on waar „Trulili" u
welkom hcottc, wel niet in eau poppenkraam,
maar in „Doll land", het poppeniand.
F.r waren 80 zeer groote poppen, elk 1
Meter lang, alle keurig gekleed en allerlei,
bekende personen voorstellend. Dan volgde
een a[doeling van zoowat 150 poppen, die
meer dan 50 C.M groot waren. Van do groot
ste hadden het meeste bekijks de drie welke
Koningin Mnxy gezonden had cn die de drie
landen van liet Vercenigd Koninkrijk vertegen
woordigden. Daar was, in het midden, En
geland oen blonde maagd in witte zijde ge
dost, mot de nationale bloem, de rootle roos,
in haar handen. Aan haar rechterhand stond
een Schot, in kleurig bont tartan en plaid,
met een tuiltje witte heibloempjes in de hand
Aan Emgelands linkerzijde was e n Iersche „col-
leen", oen donkeroogige, zwartharige Iersche,
met den vuurrooden omslagdoek dio al'ei Ier
sche meiskens, zoo goed stnat Zij had de
Iersche „shamrock", een plantje <lal ids op
'n klaverblaadje gelijkt, doch het volstrekt
niet is, in. de hand Deze drie poppen «'.uvn
do grootsten der geheele tentoonstelling en elk
1 Meter 10 lang. 't Was de tweed» maal dat
Koningin Mary van liarc belangstelling in deze
zaak deed blijken, door oen stel groote, zeer
mooie poppen te sturen.
Veel bekijks had ook een groote groep
door alle mogelijke actrices ingezonden Elke
dezer dames had haar pop gekleed voor de
rol die zo zelve hel liefst spoelt en zoo
doende zag men altijd een groep liefhebbers
van hel toonect om die étalage verzameld,
die de gewichtige kwestie bespraken, of die
lievelingsrol nu pok in elk geval de rol
was die zo liet best speelde.
Docli pok overigens bad hel toonecl zijn
schatting moeten geven, aan dames die,, hoe
wel zelve geen actrices, de hoofdpersonen
hadden aangekleed uit de stukken die ze het
liefst zagen. Zoo waren er My til en Tvltyl
uit Maeterlinck's „Blue Bird" (l'Oisonu
Bleu"), verder do Madonna en de Non uil
"The Miracle" (de Beatrys-legonde) inOlynt-
pia door Reinhardt opgevoerd. Koningin Eli
sabeth ontbrak niet, terwijl Asschepoe-s te
zien wps in de zes sfpdiën van haar duize
lingwekkend gelukkig loven. Er was een groep
uit eon bekende operette „The Glad F.ve"
en er waren figuren uit „Milestones", een
stuk, dat een familie-geschiedenis verhaalt,