BIJVOEGSEL Middelburg 20 November. FEUILLETON. HET DERDE SCHOT. Binnenland. Kunst en Wetenschappen. Ingezonden Hededeelingen. Bij Gebrek aan eetlnst 1 Ouderwijs. Donderdag 21 Nov. 1912, no. 276. i HERBOUW VAN DEN ST. JACOBSTOREN TE VLISSINGEN WENSCHELIJK? Zooals ia het nummer der „Middelburgsche Courant" van 19 dezer werd gemeld, de eerstvolgende Raadszitting te Vlissingen aan de orde komen de herbouw van den pp 5 September 1911 verbranden St. Jacobstoren. Er is reeds veel geschreven over de vraag iu welken vorm deze nu zal worden herbouwd, doch nimmer nog is de vraag ge steld: is de herbouw van dien toren tvensche- lijk? Hieronder volgen ©enige beschouwingen. De St. Jacobstoren te Vlissingen is welis waar een MiJdeleeuwsch bouwwerk, doch van zijn oorspronkelijke gedaante is niets be waard lgebleven, voor zoover het uitwendige betreft De torenmuur toch is ia de 19e eeuw geheel omkast met nieuwen Waalsteen, waar door deze geheel zijn oorspronkelijk karakter heeft verloren, en is bovendien voor de helft, tot op een. hoogte van omstreeks 20 Meter, met een grauwe pleisterlaag bedekt. Het (ge deelte des torens, dat nog in vrijwel onge schonden staat uit vroeger eeuwen (1501) tot ons was gekomen namelijk de spits is door den noodlottigen brand, tegelijk met het aardige klokkenspel, geheel vernield. Er is Overgebleven, een torenromp, nóch door hoogte, nóch door omvang indrukwek kend, door timmerlieden en stucadoors jam merlijk mishandeld, een romp, die nóch uit architectonisch-, nóch uit aesthetisch oog punt waarde heeft Op dien romp wil men thans een nieuwe spits bouwen, al dan niet van cementijzer, al da» niet in den ouden vorm. Het bouwen, van die nieuwe si ongeveer f 60.000 kosten. Hoe gelukkig de oplossing ook moge worden, de toren zal mis maakt blijven, tenzij men ook den toren- schacht ga herstellen, wat duizenden zou basten, en welke restauratie toch nimmer voldoen, omdat de nieuwe steenan zelfs al zijn zjj niet machinaal vervaardigd toch m een lange. Lange reeks van jaren een kpuden, nuchtere» aanblik moeten niet te vergelijken met den schoonen gloed, met de kleurschakeeringen en de warme tin ten van een ouden, middeleeuwschen bak- fttearnnuur. Een toren speelde in het oude stedeleven, een groote rol; hoog boven den stadsmuur heen taoest hij zichtbaar zijn als het sym bool van de superioriteit der gemeente. Het best „doet" hij dan ook m het silhouet der stad. Alleen uit dien hoofde ware weder opbouw van een dergelijk monument wensche- lyk, overal in den lande, behalve Vlissingen. Immers in die stad beheerschen ijzeren torens, de scheepskrant Maatschappij „Do Schelde", het stadsbeeld! Wij mcenen mot het bovenstaande voldoende onze gronden te hebben uiteengezet, waarom wig schuchter de vraag opwerpen „Is her bouw van de spits va» den St. Jacobstoren, te Vlissingen wjensqhelijk?" Vlissingen wil een badplaats wordenhet gaat de laatste jaren erg vooruit, althans, de bevolking neemt er toe, men houwt er huizen en men is nu eenmaal gewoon zulks mot den naam „vooruifgiang" te bestempelen. Dpch Vlissingen moet een anderen weg in slaan, Wil zij later werkelijk hadplaats-van- beteekenis worden. Im!mers, weliswaa» bhjft het gezicht van den Boulevard op de zee schoon, doch voor het overige is Vlissin gen op weg to worden een openlucht-mu seum van leehjkheid. De nieuwe huizen en „villa's", die daér gebouwd worden, kunnen zelfs den toets van ©en zeer gematigde kri tiek niet doorstaan. De kleine parkjes, die zich in de omgeving van het badhotel bevin den, worden zóó versnipperd tot villa-ter - reinen" (om financieelo redenen) en do Wegen door die parkjes zijn, in verband met de duurte va» grint, zóó rijkelijk belegd met ordinaire sintels, en do recht-op-staandc graf- steenen der begraafplaats, welke zich in de Onmiddellijke nabijheid bevinden, zijn zóó dui delijk zichtbaar, als symbool der aurdsche vergankelijkheid, dat ieder bezoeker, met eenig fijn gevoel bedeeld, zich zal haasten uit die naargeestige omgeving weg te komen. Met f 50.000 zou echter iets goeds zijn te hereiken, «in, werden deze gelden gebruikt voor laesthettscho doeleinden, dan zou zulks ontegenzeggelijk meer in het belang der ge meente zyn, dan wanneer deze som werd aan gewend tot wederopbouw van een torenspits, welk werk het is uit den vinnigen strijd reeds voldoende gebleken slechts een zeer klein gedeelte der burgerij bevredigen zou. Het zou te veel plaatsruimte innemen, wanneer wjj hier Uiteen gingen zetten, op Welke wijze wij ons zouden voorstellen de „vrijkomend©" 50 mille da» wèl te besteden. Als het gemeentebestuur van Vlissingen de vraag, die wij aan het hoofd, van dit artikel plaatsten, ^>ntkiermend. mocht hebben beant woord, da» zou het echter wellicht eens kunnen bestudeexen, wat in andere landen b.v. Duitschland vap overheidsweg© wordt gedaan- voor het behoud en de bevorde ring va» het schoone, voor do aesthetischo opvoeding) va» het publiek, ter beperking va» de droeve leelijkkeid e» den wansmaak, die thans ook op Walcheren „welkers gelijck !m©n eens gants de weereld door niet sou koinnen vinden" hoogtij vieren. B. v. B. FOCK. Middelburg. hy eigener beweging een nauwkeurig onder zoek dooi' het geheele land gelast. Zoodra de uitkomsten van dit onderzoek ter kennis va» den minister zullen zijn gekomen, zal hy in overleg met den minister van waterstaat over wegen, of nadere bijzondere voorschriften aan de politieambtenaren en aan de ambtenaren van liet openbaar ministerie behoor©» te wor den gegeven, en of wijziging der Motor- e«i Rijwielwet nopjizakelyk is. Do plaatsing der veroordeelde souteneurs iu de Rijkswerkinrichting te Hoorn, wa»v zy va» d© overige veroordeelden worden afgezonderd gehouden en aan regelmatigen intensieven ar beid onderworpen, schijnt a»»va»kelyk doel treffend 'te mogen worden geacht. Bij do heliandeling va» het w.o. tot wijziging n de Lotenjwet zaJ wellicht ook gelegenheid worden geboden de gedragslijn tegen „Latisi co", welke vennootschap een ongeoorioófdo uitbreiding aa» haar bedrijf heeft gegeven en deswege dan ook door de rechterlijke macht tot in de hoogste instantie is veroordeeld,, meer uitvoerig uiteen te zetten. De assurantiemaatschappij betaald© uit voor don toren f34.550, voor het uurwerk |en de klokken f 13.950, alzoo te zamen f 48.500. Crimineel© Roman HANS VON WIESA. (Vertaald met toestemming van den Duitschen achryver.) „Dus is het Waar, dat er iemand is dood geschoten „Wy hebben een doode vrouw gevonden, dat is w»ar. Of een kogel haar dood veroorzaakt heeft is nog niet uitgemaakt. Wy vermoeden het; de dokter zal het pa-s met zekerheid kunnen zeggen." „Maar hoe hoeft zich dat alles dan toch toegedragen? Waar hebben jullie dat artne schepseltje gevonden, een jong meisje, niet waar?" „Ja, Mylius en ik hebben liapj gevonden, toen wij een bok zochten, dien ik had aange schoten en zwaar gewond." „Dood?" „Ja," „Hoe vreesclyk I Heeft zy zich zelf om het leven gebracht?" „Dat is hpast niet te denken, er werd geen enkel Wapen in haar nabyheid gevonden." „En weet niemand wie dat beklagenswaar dig© jonge meisje is?" Behringer aarzelde een oog en Mik. Zou hg Ter verduidelijking van de spoedeischendo maatregelen, hierboven bedoeld, wordt bier bij gevoegd, dat de Boelgaarsche regeering in haar dringende bede om hulp aan de ambulance volledig onderhoud bad toegezegd voor het geheele verblijf daar te lande. Nu echter in dat land pest en cholera zijn gaan heerschesi, acht haar leider dr E. W. Sikemeyer zich met verantwoord van dat aanbod gebruik te maken, Dit be toekent dat in enkele dagen moeten worden aangeschaft levensmiddelen en drinkwater voor haar geheele verblijf aldaar; een keuken-inricntmg enz. enz. TWEEDE KAMER. M. v. A. van Justitie. De memorie van antwoord van den minister van justitie op het voorioopig verslag over begspoting is verschenen. We laten er hier enkele bijzonderheden uit volgen De Minister deelt o.a. mede dat binnen enkele dagen de S t»ten- Generaal zal bereiken wetsontwerp op woonwagens en woon schepen en dat de wetsontwerpen tot beteu geling van landlooperij en bedelarij en tot bestrijding va» haiituoelo drojnbenschap in zooverre gereed zijn dat alleen een noodzake- pyerteg taet- het D,ep. v. Binnenl. zaken nog wordt vereischt om deze w. p. in het sta dium. te brengen dat zy hot Departement zul len kunnen verlaten. Een Wetsontwerp tot hel brengen van eenigo wijziging in het strafstelsel kgn eerlang, wel licht nog tydens deze wetgevende periode, worden ingediend. Voor een tempering va» het vooral hier te lande zeer streng doorge voerde stelsel van eenzame opsluiting schijnt voldoende grond te bestaaneen gewijzigde overneming van het z.g. „BorstaJ-system" is hog in bewerking. Een wetsontwerp tot her ziening van het slrafrechtelyk deel der Kin derwetten is, voor zoover «lit het strqfvorde- lijke en niet het minst belangrijke deel be treft, gevo|egd bij de herziening van het Wetboek va» Strafvordering, dat zijn vol tooiing naderthet overige, matorieele deel, dat met de strafvordelyke regeling samen hangen moet, is dientengevolge nog in be werking pverwogen wordt een uitzetting van het (aanvankelijk voor dat wetsontwerp getrok ken kader in de Richting van invoering van het 'instituut van den z.g. kinderrechter, va» bijzonder© gerechten, uitsluitend met de recht spraak in kinderzaken heiast. Toen de minister den indruk kreeg, dat ©enerzijds niet overal met de noodig© ge strengheid tegen overtreders der voorschriften van de Motor- en Rijwielwet en daarop steu nende verordeningen werd opgetreden, en dat anderzy'ds listige handgrepen sommige over treders dier voojrschriften buiten het bereik van den rechter schenen te houden, heeft DE CHRISTELIJKE SOCIALE PARTIJ. Nadat in het voorioopig programma eenigc wijzigingen, van minder belang waren aan gebracht wérd dit met groote meerderheid in zijn geheel goed,gekeurd. In een besloten ver- gademig werden de statuten goedgekeurd «n daarna is de nieuwe party: De Christelijke Sociale Partij, opgericht. Tot leden van het hoofdbestuur werden naar de N R. C meldt, voorioopig alle leden van het voorioopig cómité gekozen, t. w. ds. C. W. Coolsma (Gronin gen), dr. C. D. Cramer (Utrecht), dr. J. C B. |Éijkman (Stittard), de heer A de Geus (Gendriingen) ,dr A. Keuchenius (Sche- veilingen), mej M. van Woensel Kooy (Hui zen) en mr dr. A. R. van de Laar (Gen dringen). De „Standaard" wydt natuurlyk een drie star aan de nieuwe partij. Hier volgt het slot van die beschouwing „Er Wordt door dezen Bond een nueuwe maildienst naar Utopia geopend. De passagiers loopen dan ook op den walkant te hoop. Doch ie vraag waarom men nog niet afvaart, komt 't teleurstellend antwoord. Het schip genaamd: de Nederlandsch Hervorm- a Kerk, zal als mailboot naar Utopia dieast doen, maar dit scihip ligt voorshands nog met gebroken machine in het dok." haar nu de waarheid mededoelen, op een oogenblik dat zij toch al zoo ontsteld was? Deze minuut kon over zijn toekomst beslissen. Hij had een zwaren strijd te strijden op dat oogenblik. „Waarom geef je geen antwoord, Hans Joost?" drong zij aan, want zyn aarzeling be gon haar op te vallen. Hij herinnerde zich ,op dat oogenblik de woorden van zijn vriend„Slechts do waar- 1 zal ons vrij maken 1" Zyn besluit was „Ik ken het jonge meisje, dat zoo plotseling „■Ty?" Jutta maakte langzaam haar Armen los, die (nog steeds om haar vriend waren heenge slagen alsof zy bescherming bij hom zocht. „Het is dezelfde die wij 's middags op de Friedrichshöhe gezien hebben." „O, ik wist het, ik wist zeker dat er zich iets tusschen .ons indringt, «Man vreesolylc ©ngelukIk wist 'het zeker I" kermde het jonge meisjes zachtjes. En het was of er langzaam oen verandering in haar plaats greep Zy. richtte haar ineengedoken gestalte op, (als door een stalen wilskracht bezield. De uit drukking van haar gelaat, zoo even nog zoo moedeloos mi angstig onrustig, werd ernstig haar lippen drukte zij vast op elkaar. „Verder 1 verder I" sprak zij een oogenblik later met toonlooze stem. „Je moet mij alles vertellen wat je Weet, ik wil alles weten, hoor je? alles I Jo mag my niets verzwy gen." HET NEDERL. ROODE KRUIS EN DE BALKAN-OORLOG Als gevolg van een. telegrafische aanvraag aan het hoofdcomité van liet Neder 1Roode Kruis, van de ambulance in Saloniki, zul len zoo spoedig mogelijk: nog vier verpleegsters daarheen vertrekken, t w. de zusters E. V. Bahle, H. van der Plaats, C. W. U. van Noo- ten en A. Groenewold. Blijkens een bij liet hoofdcomité van Nederl. Roode Kruis ontvangen telegram van Hr Ms. gezant te Athene zyn alle leden der ambulance wel en verblijven, zij te Saloniki in liet weeshuis Gohannou Pappaf De kleine ambulance onder leiding vandr. Lingbcek zal Vrijdagavond naar Konstantinopel vertrekken. Omtrent de Nederlandsehe ambulance voor Boelgarije wordt het volgende medegedeeld De Ned. ambulance van het Roode Kruis staat gereed om met 14 mannen en vrouwen naar het Boelgaarsche leger te vertrekken. Daar komt plotseling het bericht, dat be halve cholera, ook de pest haar intrede heeft gedaan m bet reeds zoo zwaar geteisterde land. Uitgebreide maatregel*» moeten in enkele dagen tijd genomen worden om de kostbare levens te beschermen van hen die hulp-zul len gaan bieden. De Boelgaarsche ambulance heeft nog min stens f 10.000 noodig om Zaterdag te kunnen vertrekken. De ambulance richt zich daartoe met een bede om hulp tot de burgers, in de verwachting dat het Nederlandsehe volk haar steunen zal. Giften in geld worden onmiddellijk inge wacht iby het hoofdcomité van het Roode ICruis in Den Haag met uitdrukkelijke vermel ding: voor de Boelgaarsche ambulance. Uitvoering van Handel's „Der Messias" door de zangver- eeniging „Tot Oefening en Uitspanning". Het komt my niet overb«>dig voor eens even in herinnering te brengen onder welke om standigheden „Der Messias" zijn eerste uit voering beleefde en hoe het werk door de tijd- genooten werd ontvangen Zooals men weet, bracht Handel een groot deel van zijn. leven m Engeland door, waarbij ook hij, evenals zooveel andere grooteu ui hun leven, naast veel bewondering en verecring ook tegenstand vond. In «ie jaren 1740 en 1741 v«nrlangde lnj terug naar Duitschland en Italië, maar zyn trots weerhield hem. Ierland gaf hem uitkomst. Daartoe uitgenoodigjd door dén «mderkoning van Ierland, den hertog van Devonshire, vertrok hij naar Dublin, waar meerdere van zijn kerkelijke composities reeds bekend waren In den tyd «iu van HSndel's verblijf in do Iersche hoofdstad, «lat was van November 1741 Augustus 1742, had do eerste uitvoering van „Der Messias" plaats Handel had aan do Dubliner Muziekvereeniging verplichting en betaalde den tol zijner dankbaarheid door «ie geldelyke opbrengst van die uitvoering bijna vijf duizend gulden I aan haar af te staan Hij had voor dit concert E t w a s vou seiner besten Mus ik beloofd, zooals hij schreef het kwam zoo uit. Later bleek „der Mes- s" zyn levenswerk te zijn. In hem gloei den toch wel «le vonken van het genie! Dat zyn fantasie sterk, zijn inspiratie groot was, bewijst wel het feit, dat dit werk in den on- geloofèlijk korten tyd van 22 dagen is ontstaan Die eerste uitvoering dan had een groot succes, dat ook bij latere uitvoeringen aan hield, m«ai' by de Loudenscbe uitvoering van 1750 tot een triomf steeg. Eerst veel later werd het werk in Duitsch land bekend, n.l. door de uitvoeringen te Ham burg on«ier Arme in 1772 en die te Leipzig onder Johan Adam Hiller in 1784. Van. toen af groeide de populariteit van Handel's ora torium zoowel in Engeland als elders, en thans staat het als een.colossus, onverwoest- baar, naast een Matth aus-p a ssion en jeen Missa solemnis. In den tekst der Messias, die» hij met be hulp van zijn vriend Jennens, geheel aan den Bijbel ontleende, lieeft Handel een gansch nieuwe gedachte verwezenlijkt, n.1, het ge heel© leven van den Heiland muzikaal te schilder on. Wat nu de uitvoering van Dinsdagavond betreft, onze zangvereeniging heeft onder de waardige leiding van baren directeur Johan Cleuver, ons het machtige werk doen hooren op een wijze, die hoog© waardeering vcidient. De koren waren behoudens het eerste na de pauze, waarin eenige onrust viel op te mer ken, voortreffelijk; vast en zeker in hel attaqueeren, jaltijd beschaafd van klank, ter wijl het klank-evenwicht der vier koorgroe- pen meestal een teer punt hij zangvereeni- gingen zuiver was. Het is een weelde voor het oor naar zulk koorgezang te mogen luisteren. Wqar dit op zulk een buitengewone hoogte staaf moet het opvallen, dat het orkest, hoe veel goeds ook daarbij valt op te merken, niet altijd aan de strengste eischen van klankschoonheid voldoet. Er valt b. v. te wijzen op den hij het forto somwijlen tot ruwheid ontaardenden klank dor snaarinstrumenten. Maar wat het volgzaam begeleiden betreft, verdient het lof evenals het koper en de houtblazers voor hetgeen deze vexichtten. En de solisten..ze deden uiet voor elkaar onder het kwam mij voor, dal de keuze zeer gelukkig is geweest. Mevrouw A. Kubbinga -Burg heeft een zeer licht aansprekende lieldere sopraan van aan genaam timbre Tot het beste wat deze zan geres ons gaf, behoorde de door het orkest mooi begeleide aria „Ich weisz dasz ineiu Erliiser lebet", de bekende woorden, the men terugvindt op het groote grafmonument van den componist in de Westminster abdij te Londen. Mejuffrouw llarry va» der Harst hebben we hier meermalen in liederen gehoord, maar werk ais dit, nimmer, naar ik meen. Zij heeft de hooge verwachtingen niet te leur gesteld. Mot haar fraaie altstem gaf zij treffende bewijzen van haar zangkunst Haar aria „Er ward verschmAhot", een diep ge voelde uiting van smart en rouw zal ik uiet licht vergeten Voor zulke kunst is de stem van mejuffrouw van der Horst aangewezen. Goede tenoren zijn schaarsch. Een van de goede, echte soort, hebben we Dinsdag leeren kennen. De heer Ernst Schilbach—Arnold bezit een welluidende weeke tenoorstem, krachtig, ook in de hooge registers. En zij trof door een zeer natuurlijke voordracht, vrij van aver- dxeven sentiment, maar toch in hooge mate gevoelig, ik denk aan de Arioso ,,Schau hm und sieh." Ook de bas, de heer 11 Kubbinga maakte eon gunstige» indruk, een stem, in de laagte niet sterk ontwikkeld, zelfs wat zwak, maar mooi van klank; in de coloratuur vooral heeft deze zanger uitgemunthoe duidelyk klon ken b.v. zyn triolen in do aria ,„Warum entbrennen die Heiden Wat ik va» het orkest nog noemen wil is de liefelijke „Sinfonia pastorale". Deze kleine instrumentale tusschen-„s»,tz'door Handel imgelascht om de herders uit het «laarop volgende recitatief in te leiden, is een oude melodie, afkomstig van Calabrische herders. De heer Cleuver heeft terecht vete gedeelten in het omvangrijke werk uitgeschakeld en het groote „halleluja"-koor uit hot tweede deel aan het slot van het laatste laten zingen, daarmede het work besluitende op de meest magistrale Wyze, «iie zich denken iaat Deze geweldige hymne, een hoogverheven zang van buitengewone kracht, maakte by de uitvoering van 1743 te Londen zulk een indruk, dat het geheele publiek, ook de Koning, by de woorden „Daan Gott der Herr" van zyn zetel oprees. En nog steeds is het in En geland gewoonte om dit deel van het koor, hei hoogste punt van het werk, staande »e hooxen Aan het slot bracht het talryke publiek aan dirigent en solisten een hartelijk applaus. Zoo hebben we genoten het machtige werk van Handel, van wien Beethoven eens reide Handel ist der unerreichte Meis ter aller Meister. Geht hin und lejnt mit wenigen Mittelen so grosze Wirkungcn hervor bringen. De ontwikkeling der kunst mag niet by Handel blyven stilstaan. Maar we «henen hem steeds to blyven gedenken als een der groot- sten onder «ie grooten. A. A. NOSKE. „Je zult alles weten, Jutta, alles I Geen en kele gedachte va» mijn hart zal verborgen voor je blijven 1 En ik moot je alles zeggen W»t je dau wilt doen, moet je eigen hart je zeggen „En mijn eergevoel, Hans-Joost", voegde het jonge meisje er met klem by „Ik zal je nooit tot het een of ander besluit trachten over te halen, Jutta, Want dan zou ik je niet waard wezen." Na ieen kort stilzwijgen, hij moest even na denken, deelde Behringer alles mede wat be trekking had op de verhouding tusschen hem en het meisje dat den talmen doods slaap sliep. Hij verzweeg hoegenaamd niets. En terwijl hij sprak voelde hij hoezeer zijn vriend gelijk had gehad, toen hij hem dien raad gaf. Het was of er een last werd afgewenteld van zyn hart, hij voelde zich moe diger en kalmer dan (0)oit te voren. Het was pf hij bezield werd met nieuwe levenskracht één ding alleen deed hem verdriet en stemde hem weekhet gezicht van zijn meisje, dal niet verbergen kon wat er omging in haar hart en haar ziel in beroering bracht. Behringer had uitgesproken en zweeg Het was hem of hij haar uitspraak afwachtte. „Je hebt me nooit iets van dat meisje ver teld," zeide zy eindelijk. „Waarom zou ik dat ook gedaan hebben? Alles was al lang voorbij, zooals zoo menige dwaasheid die men in zijn jeugd heeft begaan waarom zou ik je rust en pos geluk hebben verstoord?" „Ik heb nooit iemand anders lief gehad." „Noem je «ie opgetogenheid van eien .jon - Het huis van Alma Tadema te Londen komt den 5en December in veiling. Er worden stemmen gehoord, dat de Bngelsohe staat het zou moeten koopen. Dr Hommel S Haemalvgen Waarschuwing! Mon verlango uit- j I drukkeljjk den naam Dr. Hommel. I gen, onervaren man, liefde?" „Maar zy had je lief." „Met de grilligheid van een kunstenares „Hoe weet je dat?" „Wij zijn van elkaar gescheiden zondereenig verwijt, met wederzïjdsch goedvinden, de jeugddroom was ten einde. Zij was myn speel makkertje, mijn vriendinnetjehetgeen je nu liefde noemt was een genegenheid van kamc- raadschappelijken, broederlijken aard O", Jutta, wat liefde is weet ik pas sedert ik jou bezit." Het jong© meisje schudde weemoedig het hoofd „En Izy?" „Naar haar brieven te oordcelen was het alleen een opkomende gedachte, nieuwsgierig heid, misschien redenen van.. „En zij werd gedood terwijl zy jou zocht", viel Jutta hem in do rede. Zij streek zich over het voorhoofd en zeide „Maar laten wij nu niet meer van tiaar of van (tnij spreken, Hans-Joost I Wy moeten over jou praten. Er is dus geen twijfel aan, 'je bent onschuldig aan haar dood?" „Niet in do ©ogen van den rechter, zoolang de waarheid van hetgeen ik beweer niet bevestigd is, dat mijn kogel een ander doelwit getroffen heeft, namelijk den reebok." „En, waaneer «lat bewijs niet geleverd wórdt?" „Ik weet niet wat de rechter van instruc tie en d© officier van justitie besluiten zul len Maar daarover maak ik mij niet ongerust. Myn geweten ia rein, Ik heb alleen groot ver driet ter willo r/w jo», ik beklaag; mijzelf, Voor het examen vrije-^en ordeoefe- nÏDgen gymnastiek zijn geslaagd te Venlo omdat ik jo niet bewaren kan voor de booze tongen der wereld o, «laartoe veroordeeld te Zyn 1 Een machteloos getuige to moeten wezen, van alles wat je te wachten staat, Jutta, p, dat is verschrikkelijk." Het meisje maakt© een afwerend gebaar Toen Zweeg zy" wederBehringer werd steeds rusteloozer en ellendiger. Hij greep de hand va» zijn meisje: „Jutta, toe zeg mij één ding, ben jo boos op mij? Heb ik je liefde en je vertrouwen verloren Een oogenblik liet zy haar hand in Se zijne rusten en met een droevigen blik zag pij hem aan, Toen trok zij langzaam haar hand terug. „Alles binnen in mij doet mij pyn ik voel alleen maar dal. jo eer wordt bedreigd, en dat je die eer verdedigen moet, Hans Joost, dat je er voor moet strijden En bij dien strijd en zoolang die strijd duurt daar twyfel ik geen oogenblik aan behoor ik aan je zijde te staan. En dat zal ik doen, want |ik geloof in je. Hans I" „Jutta!" Hij wilde zich voor haar op do knieën wer pen Manx zij belette hét hem. „Neem niet meer dan ik je aanbieden kan b» kom nu mee, laten wy samen naar mijn moeder gaan en naar je vriend, wij zullen zyn raad noodig hebben, niet waar, hij is ook overtuigd dat jo dat Zij sprak den zin niet uit, het «ra» ©4 baar tong haar den dienst weigerde. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1912 | | pagina 5