bijvoegsel Middelburg II November. Uit de Staatscourant. Uit de Pers. FEUILLETON. HET DERDE SCHOT. Diisdaj 12 Not. 1912, no. 268. DE VERZEKERINGSWETTEN EN DÊ MEDICI. Het hoofdbestuur van de Nederlandsehe Maatschappij tot bevordering der genees kunst heeft, naar het Nederl. Tijdschrift voor Geneeskunde meldt, tot den minister van landbouw, nijverheid en handel een adres gericht, met betrekking tot het nader gewijzigd ontwerp van wet betreffende de verzekering van werklieden tegen geldelijke gevolgen van invaliditeit en ouderdom, waarin onder de aandacht van den minister wordt gebracht, dat in de bepalingen be treffende het booren vrd getuigen en des kundigen door het bestuur van de Rijks verzekeringsbank of van een raad van arbeid of door een raad van arbeid of door den voorzitter van een raad van arbeid enz. geen melding wordt gemaakt van het schooningsrecht der medici. Zij verzoekt den minister alsnog in die leemte te voorzien. Bij kon. besluit: is aan de gemeente Amsterdam een voor schot uit 's Ryka kas verleend tot een bedrag van ten hoogste f 700.000 ten einde genoem de gemeente in sCaat te stellen tot de uitvoe ring van het plan van onteigening van gronden en gebouwen, gelegen tusschen de Oudeschans den RapehburgwaJ, de Uilenburgergracht en den Houtkoopersburgwal is aan dr. H. J. Slijper te Bolsward, met in gang van 1 Februari 1913, op verzoek, eer vol pntslag verleend als 1 eeraar aan de Rjjks- zuivelschool aldaar, onder intrekking van zijn benoeming tot loeraar aan de Middelbare Ko loniale Landbouwschool te Deventer is voor het tijdvak van 7 dezer tot en met 28 Februari 1913 benoemd tot leeraar aan de Middelbare Koloniale Landbouwschool te Deventer, A M. Valeton, aldaar, is toegekend de aan de orde van Oranje- Nassa,u verbonden eere-medaille in zilver, aan J. W. Hofstede secretaris-penningmeester van de Typographen-vereeniging Broederhulp te Nijmegen, wonende te Neerbosch. weer op eigen territoir terug Immers ook de historie van toen droeg de profetie in zich, dat wie slinken durft tot zeven, straks drie maal zeven worden kan- Bezorgdheid voor de toekomst kennen we dan ook niet. Of dc heeren van links weer tijdelijk in het regeer- kastecl hun intrek nemen, laaf on3 'n casu koud De kunst om hen straks toch weer dit kasteel te doen ruimen, bleek men onzer zijds meer dan eens uitnemend wel te ver strop. Wat thans het land in opschudding bracht is alleen en eeniglijk het in Ommen geleverde bewijs, cïat de coalitie met de Christelijk- Historisclien ju et op den bes taanden voet kan worden voortgezet, Zelfs de vurigste ijver aar voor het coalitie-ideaal ziet dit thans jin. Het kan zoo niet langer. Gelijk het nu ging, zou het nog spreken vau politiek bondgenoot schap aperte leugen worden, en zou juist vij andschap kweeken wat aan eenheid van zin rijn lossprong dankte. De oorzaak hiervan lag en ligt nog steeds .uitsluitend bij de Christelijk-Historischen Zon der in eigen roem te willen verwallen, weet. heel het meelevend publiek, hoe de antirevo- lutionnairc partije van meetaf in het coalitie- bedrijf met ongekrenkte trouw de haar toe gewezen rol vervuld heeft. Zelfs toen Iden- burg in Schiedam tegenover De Geer gesteld was, hield de partij als zoodanig zich aan De Geer. En evenmin viel over de Roomsch- Katholieken te klagen. Wat in Wijk gebeurde, was geen trouwbreuk, hi«w een door <xns toe gegeven berekening, dat men zich, wat dit district aangaat, in de toewijzing had vergist. Moeite kreeg men steeds alleen met de Christelijk-Historischen. Niet, men versta dit wel, alsof de leiders, met. wie was afgespro ken, die afspraak niet eerlijk en te goeder trouw bedoeld hadden, maar hun volgelingen deden het woord van hun leiders meer dan eens hiel gestand." Na dit dan uitvoerig te hebben aangetoond, gaat de, .Standaard" voort „Wie in volle zee een'gevaarlijk lek kreeg, loopt, iook al kwam hij nog veilig de haven binnen, toch die haven niet weer uit, eer zyn schip op de helling gehaald en het lek ver holpen is. Van daar- onze overtuiging dat de Coalitie, zal ze in 1913 haar dienst kunnen doen, zich de noodige guarantie heeft te scheppen tegen terugkeer van wat haar thans tot een belacliing maakte bij vriend en vijand. Wat men thans van links in zijn pro loog op het akkoord aankondigde, toont dat ook bjj onze tegenpartij gelijke behoefte be staat vaste stipulation tusschen de frac ties." En d,an tot slot „Door in de achterhoede van zijn party elementen van alle gading op te nemen, wordt 't werk zelf van de Staatkundige par ty ondermijnd. Zoo kan men wel een Omnibus, waren, waarom het hoofdbestuur met name aanbeval de heeren S. Hage en D. H. van Zuijen Uitgebracht werden 24 stemmen, door 12 afdeelingen. De heeren Hage en Van Zuijen werden gekozen respectievelijk met 24 en 22 stem men, terwijl de heer H. de G-roofc twee stemmen verwierf. Uitgebracht werd het rapport der Com- issie benoemd door de afdeeling ®Dom- burg", betreffende het geldelijk beheer. De rekening sluit met een bedrag aan ontvang sten en uitgaven a f 1457.154, waarbij een batig slot van f 431.44$. Daarna werd be handeld de begrooting over het volgend boekjaar. De afgevaardigde van Zaamslag stelde voor van die begrooting af te voeren het bedrag, uitgetrokken voor reiskosten van afgevaar digden ter algemeene vergadering. De voorzitter zeide, dat juist meer is uitgetrokken voor dien post, daar men het onbillijk achtte voor de atdeelingen, waarvan de leden van veraf moeten komen. Bij stemming werd het voorstel om de contributie-afdrage nu 10 lager te stellen, met overgroote meerderheid verworpen. Verder werd de begrooting, wat betreft de inkomsten, goedgekeurd. Bij de uitgaven stelde de afgevaardigde van Zaamslag weer voor, het uitgetrokken geld voor reiskosten af te voeren. De afdeeling Domburg zou juist het voorstel vun het hoofdbestuur om den post te verboogen, willen uitbreiden en ook reiskosten willen vergoeden. De heer Witteveen zou den post willen laten als bet hootdbestuur voorstelt. Men zal dit jaar de proef kunnen nemen en het volgend jaar weer een voorstel kunnen doen. De afgevaardigde van Souburg was het eens met den heer Witteveen. Het voorstel Zaamslag werd verworpen. Het voorstel Domburg werd eveneens ver worpen, zoodat de post blijft als voorgesteld door het hoofdbestuur. De begrooting werd vastgesteld op een bedrag aan inkomsten en uitgaven van 990.05, met een tekort van 1145.05. l gedeelte dei1 oplage van het vorig meldden we nog dat een lezing werd door den heer mr. dr. F. S. Witte - over „Wettelijke bepalingen over het ontsmetten." De heer Witteveen ze" drage van 50 o/o v a. van de kosten Beveland, in welk geval bovengenoemde «if- van oprichting en uitbreiding van een ge-1 scheiding onnoodig zóu zyn. Hij" vroeg of dc meentelijken pnlsmettingsdienstl>. viui del kwestie met Zuid-Beveland is een principi- uitgaven voor reiniging en ontsmetting voor eele. Spr. had wet eens gehoord dat men hier zooverre deze niet door de belanghebbenden wordt gedragen; c. enz. enz Voor de Groene Kr uisvereem gingen is even wel van groot belang, dat do wetgever ook aan particuliere vereeni gingen de hand heeft willen reiken en ze de bevoegdheid geeft, den ontsmettingsdienst waar te nemen Dit voor de Provinciale een mooi arbeidsveld zyn en spr. zou het ten zeerste toejuichen, indien de Provinciale Zeeuwsche Groene Kruis- die reeds thans op bescheiden voet dien dienst verricht, het initiatief nam, om aan do verschillende gemeente besturen te vragen, of zy in beginsel .genegen zouden zyn, do ontsmettingen in hun gemeente op te ;en aan een eventueel door de j te stichten ontsmet tio&schenst, hetzy togen een jaarlijksch abonnement, hetzij te gen een vast te stellen tarief per ontsmet ting. Deze weg is, meent spr. gelezen te hebben, pok reeds in de provincie Groningen voorgesteld. Bljjkt nu dat er voldoende deelname is, dan zou do Provinciale Zeeuwsche een plan voor de inrichting van een dergeljjken dienst kun nen opmaken met begrooting dt-r kosten en pverleg kunnen plegen met den Inspecteur der Volksgezondheid in verband met de nood zakelijkheid tot goedkeuring der plannen en hot verleenem van rijkssubsidie. In den breede zette spr de voordeden van zulk een organisatie uiteen en gaf eenige in lichtingen omtrent de voorschriften voor de wjjze van ontsmetting. Do heer Witteveen eindigde met de hoop uit te spreken, dat dit onderworp de belang- hoofdzakèlijk te doen had met een persoonlijk.; kwestie en in dut geval zou toch oen fusie wel mogelijk zijn. De voorzitter zeide, dat van eed fusie niets bekend is. De zaak mot de Zuid-Beveland- sche vereeniging is op liet dooda punt. De Zuid-Bevelandsche vereeniging blijft op haar stuk staan. Indertijd -heeft het Hoofdbestuur aan Zuid-Beveland tegemoetkomende voorstel l«n gedaan, evenwel zonder succes. Het Hoo&i bestuur heeft, nu geen reden weer daarmee Ie komen Wil er een fusie komen, dan moet die uitgaan van de Zuid-Bevelandsche ver De afgevaardigde van Souburg zeide, dat zyn afdeeling het wensclielyk zou achten, dat een lid van de vereeniging eens een v&r.ZfL dering van de Zuid-Bevelandsche ging bijwo nen Die zou dan de zaak kunnen bespieten en de leden kunnen inlichten Want die ho ren nu alleen van één standpunt, de zaak voordragen. De voorzitter zeide, dal men U/i- jaar gele den leeds vergaderd heeft en verschillende voorstellen heeft gedaan. De Zuid-Beveland sche wil evenwel een organisatie-verandering, waarmee de vereeniging zich niet kan vcr- eenigen, daar die voor sommige afdeelingen zeer onbillijk kan zijn De afgevaardigde van Domburg zeide, dat ook in zyn afdeeling de zaak was besproken en hij stelde de volgende motie voor „De algemeene vergadering van de Pro vinciale Zeeuwsche Vereeniging „Het. Groen# Kruis", betreurende dat. het ontbreken van Provinciale Groene Kruis-vereeniging liet stelling mocht heb hen opgewekt of vermeerderd,.! motief was van de Provinciale Staten van daar hij overtuigd is, dat de Groene Kruis vereeniging op dit terrein een belangrijke rol zal kunnen vervullen. het volgende: Ds belangrijke aanvullingen die die wet van 1872 tot voorziening tegen besmettelijke ziek ten heeft ondergaan bij de wijzigingswet van 1910, gaf my aanleiding om voor dit om werp eenige oogenhlikken de aandacht vergen Het komt mij voor, met van belang ontbloot Zeeland tot het weigeren van provinciale sub sidie, die inzake de tuberculose-bestrijding was aangevraagd, verzoekt liet Hoofdbestuur nogmaals pogingen aan te wenden tot een fusie met de Zuid-Bevelandsche distticts-ver- De vergadering gaf door applaus zyn instem ming met de bedoelingen van den spreker j weer. De voorzitter dankte den heer Witte-1 Verschillende afgevaardigden bleken zich voor de interressante lezing en zeide, dat. daarmee te kunnen voreemgeti en er werd de afgevaardigden gelegenheid hadden m deze l besloten, dat het Hoofdbestuur deze motie zal zaak vragen te stellen, terwijl hy mededeelde zenden aan de Zuid-Bevelandsche districts- dat de rede in druk zal verschijnen ui het vereeniging met het verzoek ze in haar ears'- tijdsclmft „Het Groene en Witte Kruis" volgende vergadering te behandelen, en zoo De heer dr Weyland stelde voor, dat het j mogelijk voorstellen te doen aan de Provin- Hoofdbestuur zich in verbinding zou stellen ciaie Zeeuwsche, die tot fusie kunnen leiden met alle Zeeuwsche gemeenten om, met toe-1 Voorstel 2 De Algemeene Vergadering; be zending van een afdruk der lezing, hun pordeelsluite, dat de Provinciale Zeeuwsche Vereeni over de zaak te vragen. ging „Het Groene Kruis" als lid toetrede tot Aldus werd onder algemeen© instemming der üe Algemeene Noderlandsdhe Vereeniging „Het aanwezige afgevaardigden besloten Groene Kruis." j Gevraagd werd, of de subsidie voor deze vei I ceniging niet hoog zal zyn. De voorz, zeide, DüMaa kwamen aan de orde de beitoui.-«kt venvaclit, maardat reed» op voorstellen tdo begrooting daar een bedrag voor is uitge- Reeds vroeger deelden we mede hoe deze trokken. Het voorstel werd zonder stemming De scheur in de coalitii De „Standaard" gaf Zaterdagavond hoofdartikel over de „derde conclusie" die het blad getrokken had uit de verkiezing van Ommen, en wijdde daarbij vooral uit over de rol van de christelijk historischen. „Ieder voelt, schrijft het blad, dat de scheur door Ommen in de coalitie getrokken, in geen enkel opzicht onze verhouding tot de Roomsch-Kaüi Staa-tsparlïj raakt- In elk ge- ral blyft de coalitie van tweewat scheurde was alleen de coalitie van de drie staatkun dige partyen. Doch, gelijk gezegd, hoe beslist We het feit van deze scheuring ook consta- teeren, uitspreken en in rekening brengen, daarbjj laten w© het niet, en onzerzijds al thans zal geen poging onbeproefd blijven, ötó den Driehond, mits dan op beteren, wijl vasteren, grondslag, te herstellen. Gelukt dit niet, don trekken we evenals in 1894 ons toMt geen poliheken Gwlschlpnragen leien Je> „«rf,,,,, voorstellen luiddai, voor de diddelijkiesd tor- ™8eo»men v e bekendheid te geven in den koog oneer helen we re evenwel. I Dejrnn kwamen asn de orde voorstel II: Vrijbuiterij kan voor den vijand kwted- Glma(, waarvan meerdere Voorstel 1 „De algemeene vergadering ver- De Algemeene Vergaderen; neme het be aardig worden, maar aan guerillabendcn kan re|jds berig1 roeke de tuberculoae-commissrc voor Zeeland stat de jaarlgksthe algemeene vergaAaaag gem politieke Staatspartij haar hoofdkracht NaJu. mecnj„ k hier evenwelzich te organiseeren tot een zellstandige pre voortten te doen honAn m de eerste helft der ontleenen Elke staatkundige groep moei met vocl da£.ai voc,rai de Pro™ vmcialo vereenigmg tot bestrgduu; der tuber- maand Juni, en b de Algemeene Vergadering cialo vereeiuginSo.i de aangewezen corjmra- culose.besluite aan de ofgevunrdtgden der afdeeltn#* ties om mei steun van overheidswege in deze j Do toelichting luidt. „Tot nu toe berustte f- i-er!eenen vergoeding voor reiskosten de hand aan den ploeg te slaan Alvorensde leiding der tuherculose-besirijding m Zee- en stelle voor dit besluit reeds in 1912 te hieromtrent m lieschouwingen te treden wil land bij de luïnrculose-comimssie. ingesteld t doen ingaan. ik de bestaande wetsbepalingen en de boven- door de provinciale vereeniging „liet Groene Ln toelichting zeide de voorzitter, dat bedoelde .aanvulling u in het kort voordragen. Kruis". j deze voorstellen beoogen. het verkrijgen van De wet van 4 Dec. 1872 houdt bepalingen I Daar deze commissie geen statuten heeft en een drukker bezoek der alg vergaderingen Lot voorziening tegen besmettelijke ziek- geen rechtspersoonlijkheid bezit, moesten aan- de maand Juni zijn de dagen langer en ten in. In die wet wordt aangegeven welke vragen om subsidie geschieden door "de pro- ZÜ11 bovendien bijvvoor Schouwen en Z.- Het begin van het verslag der Zaterdag <le besmettelijke ziekten zijn en aan wie de vmciale Groene Kruis-vereeniging. Vlaanderen de reisgelegenheden gunstiger, wijl alhier gehouden vergadering konden we slechts ontsmettingsdienst is opgedragen In het bij- in een deel der oplage aanvullen met meedee- j zonder is in deze wet van belang art. 14, lingen van 't verder verhandelde tot aan de volgens welk artikel liewoners van huizen of lezmg van den heer Witteveen. We laten die vaartuigen geen school mogen bezoeken, dan aanvulling hier weer volgen, en daarna het g dagen na de ontsmetting der woning een eigen leger in het veld verschijnen on- vejwupa der eigen vaandel, en m een uniform dat ieder herkent." ALGEMEENE VERGADERING VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE VEREENIGING „HET GROENE KRUIS." overige deel van het verslag. Candidaat waren gesteld de heeren ds J. A. van Selms, te Grijpskerke, dr. H. de Groot te Oostburg, S. Hage te Bruinisse, D. H. van Zuijen te Breskens, d9. C. Waar denburg le Bruinisse en J. P. Vermaas te Vlissingen. De seeretaris van het Hoofdbestuur wees er op, dat het hoofdbestuui hoofdzakelijk bestaat uit leden in Walcheren woonachtig. Om verschillende redenen zou bet niet wen- Crimineele Roman HANS VON WIESA. (Vertaald met toestemming van den Duitschcn schrijver.) Intusschen waren zij genaderd tot de plaats waar de hond was blijven staan. Beiden bukten zij, maar beiden richtten zich op hetzelfde oogjmblik weder op. „Diatdat is een mensch I" riep de jeugdige rechtsgeleerde, „het is een vrouw!" Behringer wilde de bewustelooze vrouw op richten, maar Mylius greep den arm van zijn vriend en trok hem terug. „Wacht even I Heb je ruur bij je?" „Ja, ma,ar niets anders dan lucifers." „Goed- Roep jy den hond terug en houd hem goed vast," beval hy den jongen. Deze haalde den hond en stak zijn vini door den halsband van het beest. Behringer tftreek een lucifer of. „Licht even bjj I" Mylius was reeds nedergekniold, betastte het gelaat en de handen van de vrouw, (die onbewegelijk op den rug lag uitgestrekt, voelde baar pols. Het duurde langen tijd voordat hy zijn hand terug trok. „Hier heb ik hem eindelijk!" Behringer had intusschen een tweede luci fer ongestreken-. In de aanvulliii gs wet van 14 Juli 1910 wer den een drietal artikels ingevoegd, n.l. de artikels 5a, 5b en 5c Daarby wordt aan gemeentebesturen de be voegdheid gegeven, tegen vergoeding of te gemoetkoming in de kosten van reiniging en ontsmetting, van de belanghebbenden uit gezonderd on- en minvermogenden een by- drage te vorderen, volgens een vast te stel len tarief. Voorts wordt door den Staat onder nader bij Alg maatregel van 1 «stuur vast te stel schelijk zijn als er ook andere heeren toch jen voorwaarden aan de gemeenten een by- dezen kant uit, als je blieft, ik wou het gezicht bekijken t" Het hoofd was een weinig terzyde geiend; het gelaat zoo wit als marmer, was Zeer schoon. De lippen waren een weinig geopendbij het flauwe licht van den lucifer maakte het den indruk alsof de doode lachte. Eén smartelijke trek slechts, een rimpel tusschen de wenk brauwen toonde aan, dat zij een ©ogenblik pijn had geleden. Men zag dadelijk, dat de vrouw, welke zoa plotseling uit het leven was weggerukt, tot den beschaafden stand behoorde. Het was een jeugdige vrouw, zij was keurig gekleed in een donkere japon. Een smalle, blanke hand rustte op haar borst, met de andere band, die op het gras was afgegleden, hield zy een zilveren kettinkje van een handtaschje. vast. Maar er was nog iets anders dat de aan dacht trok van den rechtsgeleerde. De liand van Behringer, waarmee hij de lucifer vast hield, begon in het oog loopend te beven. Dr. Mylius zag zyn vriend aan hy was doodsbleek cn zeer ontsteld. „Het geval grijpt je aan, Behringer. Geef mjj de lucifers. Dank je." 1 Mylius streek nog een paar maal een lu cifer af, om de geheele gestalte nog eens goed iop te nemen. Toen wendde hy zich tot den jeugdigen boschwachters jongen, die metgroo- te, verschrikte oogen het lijk aanzag en den jankenden hond trachtte stil te houden. „Loop jy zoo gauw mogelijk naar het jacht- wogentje en breng een van do lantaarns hier. Laat den koetsier zoo snel als de paarden loopen kunnen naar het dorp ryden.... wie kt voor hoofd v»n de politie?''' viel hij zichzelf in de rede, zich tot zijn vriend wendende. ^Inspecteur |Wemer „De inspecteur wordt verzocht dadelijk met eenige geschikte personen en een wagen, waarop eenige bossen stroo moeten liggen, hier te komen. Begrepen?" „Ja, mijnheer „Ga dan spoedig, maar niet den weg waar langs jwij gekomen zijn, deze richting niet, kijk hier heen, en de menschen die je mee brengt, pok dezen zelfden weg, Langs den rand van het bosch. Heb je alles goed begrepen?" „Jawel, mynheer." „Wacht even I" riep Mylius den jongen ach terna, die zich reeds ijlings verwijderde, „waar woont de naafstb'ijzijnde dokfer?" „In Langstedt", antwoordde Behringer, heb den dokter straks in het dorp gezien. Een van de knechts is gekwetst door een stier do voetsier moet even ophouden bij de woning van de bedienden, misschien is de dokter er nog. Trouwens dat kan ik zelf doen, Mylius," voegde hij er bij zich tot Zijn vriend wendende „Want ik ben bang dat de dames zich onge rust ©ver ons beginnen te makenik be schouw het als myn plicht zelf..." De heer Mylius liet hem niet uitspreken. „Ik heb ook al aan de dames gedacht, Behringer, maar het spijt mij wel, ik ban je hier niet missen." Behringer wilde antwoord geven, maar dr. Mylius riep den jongen, die stond te wachten reeds toe„Er Snoet een boodschap gezonden worden naar het kasteel. De dames moeten niet kwalijk nemen, dat wy zoolang wegblijven, vrij hopen zoo spoedig mogelyk te bomen." Nu echter gebleken is, «tuf de Staten vans winters nog wel eens met mist Zeeland, hoewel een rijkssubsidie was toege- j kampen heeft. V\ al 1 «treft voorstel b gelooft zegd pp voorwaarde, dat de provincie een bedrag voor dat doel voteerde, op een desbetreffend verzoek afwijzend hebben be schikt op gronden, die moeten, gezocht wor den in liet tot nu toe ontbreken van een pro vinciale Groene Krui s-vereeni gin g, die alle Groene Kruis-afdeelingen in de provincie Zee land vertegenwoordigt, meent het hoofdbestuur dat liet in het belang der tuherculose-besLrij- ding is, dat de tuberculose-commissie niet lan ger blijft een onderdeel der Provinciale Zeeuw sche Groene Kruis-Vereeoiging, maar zich tot een zelfstandige corporatie voor geheel Zee land organiseert." De afgevaardigde van Souburg vroeg, of er geen kans bestaat op een fusie met Zuid- het Hoofdbestuur, dat ook vooral vóór t ■fgelegen afdeelingen dit een welkome sten* zal zyn. De heer Witteveen zou uit voorstel a. de woorden „eerste helft der" willen schrappen. Het voorstel werd aldus aangenomen. kleine reglementswijzigingen zullen, er noodzakelijk gevolg van zyn. Bij de rondvraag werdén door eenige der afgevaardigden vragen gedaan van meer huis- houdelijken aard. Daarna werd de vergadering onder dank zegging aan de aanwezigen voor hun opkomst, door den voorzitter gesloten „En wat moet er met Cora gebeuren?" „Neem den hond maar mee met het wagen tje". De jonge man verwijderde zich met rasse schreden en was weldra in de duisternis ver dwenen Er heerschte een drukkend stilzwijgen tus schen de beide vrienden die waren achterge bleven. Behringer was de eerste die het stilzwijgen verbrak „Waarom laat je mij hier blijven?" vroeg hij. „Ik moet dadelijk nasporingen doen om de zaaik te onderzoeken en je kunt my daarbij be hulpzaam zijn „Jij bent de eenige persoon geweest hier in de buurt, toen de ongelukkige is gestom „Ik heb geen flauw vermoeden gehad van haar tegenwoordigheid „Maar je kunt dingen hebben opgemerkt, die mij van veel dienst bunnen wezen" En toen. zijn vriend zweeg, gin,® hy voort: „Wy weten nog niet wat de oorzaak is geweest van den plotselingen dood van deze dame. Mis schien wel een hartkwaal! Maar wat kwam zy hier doen, in een bosch waar in. dezen tijd van het jaar haast nooit een enkele vreemde ling komt En dan op zulk een zonderling uur I Wie weet of zy zelf niet een eind aan haar le ven gemaakt, heeft, wie kan het zeggen?" Hy zweeg; beide mannen keken met onge duld in de richting van waar de bode ver wacht werd „Goddank, daar komt hij aan!" Hot. licht dat hij Sn de hand Rad maakte een merkwaardig effect in den nevel, welke over het veld hing, zoo naderde.hy in een kring yan licht. „Kom dezen kant uit I" riep dr. Mylius. Het volgend oogenblik was de bode op de plaats des onheils aangekomen en nu boog dr. Mylius zich over de onbeweeglijke gestalte neder om by het betere licht naar de een of andere wond te zoeken, die de oorzaak kou we zen van haar dood. Hij lichtte voorzichtig de verstijfde hand op, doe op haar hart rustte. Met de grootse voor zorg maakte hy den mantel een weinig los; een wit Zijden blouse kwam daarop te voor- schijn, Precies op de plek van haar hart zag hij een roode vlek op de witte zijde Het was eigenlijk maar een klein rood plek je; toch schrikte de jonge man er van en zyn gezicht nam een ernstige uitdrukking aan. Want het roode vlekje werd veroorzaakt door het bloed dat uit een kleine, maar doode- lijke wond was gevloeid, Er bestond haast geen twijfel meer de on gelukkige was een gewelddadigen dood gestor ven. Geen enkel wapen was in de nabijheid der doode te bespeuren Met een mes of dolk toe gebracht, zou de wond veel grooter geweest zyn. De scheur in de blouse zou grooter zijn en het bloedverlies aanzienlijker Er was niets dan een rond gaatje te zien. Zou een kogel haar misschien getroffen hebben? En nergens één enkel wapen dus zou hier een misdaad ziji gepleegd? (W«r4t vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1912 | | pagina 5