liiellnsciie Cont derde blad BUITENLAND. Het Balkan-Schiereiland. VA»' Haandag 14 Oct. 1912, no. 243. Middelburg 12 October. DE BRAND SMEULT NOG. Doelden we gisteren op een mogelijke af- acheidmg ?an den Balkanbond wat Grieken land aangaat, de laatste berichten brengen, daaromtrent geen verder nieuws. Natuurlijk zegt dat op zich zelf weinig. Maar nu Mon tenegro zoo krachtig heeft ingegrepen, zal hot voor dit rijk moeilijk worden, zich af zijdig te houden, gesteld dat het daar werke lijk de neiging toe heeft geroeid. Van de krijgsverrichtingen in het Noord westen van het oorlogsveld hebben de „Laat ste Belichten" in hot vorig nummer uitvoerig verslag gedaan. Ofschoon de berichten niet voftxttnen eensluidend zijn, schijnen de Mon- tenegrijnen toch in 't algemeen de oven liing te hebben behaald. Wat ook niet onmoge lijk is, daar ze voorloopig aanzienlijk in de meerderheid zijh, wat getalsterkte betreft. Als ïnen de kaart raadpleegt, bemerkt men, dat langs de geheele Zuidelijke en Z.-Oostelijke grens de vijandeljjkhedtem aan den gang zijn. De rivier de Boj'ana, waarvan in de telegrammen van het oorlogsveld spraken is, verbindt het meer van Skoetari met de Adriatische Zee, Verder leest men de namen der plaatsen Podgoritza, Berana, Mojkowak Dulcigno, Toezi en andere allo langs de grens, die Montenegro van. Albanië en Novübazar scheidt. Men heeft gelezen van den geestdriftigen indruk, die deze zegepraal van het kleine, strijdlustige volk in Montenegro zelf heeft verwekt. Hoe veel te sterker zal de weerslag zijn van dit eerste wapen-succes, te midden van de andere, christelijke bevolkingen, die haken naar het oogenblik, dat ook zij zich op den erfvijand mogen werpen. Dat de algemeene oorlog nog kan worden tegengehouden, gelooft niemand meer behalVo volgens de „Standard" het ministerie van buifeolandsche zaken te Londen. Dit ziet toekomst wat optimistischer inl Hoe tra gisch de toestand jDtpk zij, toch kan mett moeilijk een glimlach onderdrukken bij dit op timisme, waarvoor de beweegredenen worden Weliswaar heeft de Balkanbond nog niet op het bekende vertoog der mogendheden ge antwoord Jaa.iT men verwacht, dat dit Zon dag Zal gebeuren. Natuurlijk kan dit in de huidige loanstandigheden slechts als een forma liteit, een hoffelijkheid tegenover de i-ijken beschouwd Worden. Ook verwacht men, dat de antwoorden, te Sofia en Belgrado te geven, gelijkluidend zullen zjjh. Ook hier ziet men dus weer, dat Griekenland pas in de tweede plaats komt, terwijl eerst het uitstel van dat antwoord Werd toegeschreven aan het tijds verloop noodig voor het wisselen van tele grammen inet de Ilelleensche regeering. Na dit antwoord der twee Noordelijke breeders kan toen het openen der vijandelijkheden wach ten. Het „Berliner Tageblatl" weet te melden, wat dit antwoord bevatten zal. Het is voor onze lezers geen nieuws De oude beschul digingen tegen Turkije, dat belooft en nog eens belooft, maar niets doet, Worden herhaald en ook wordt gewezen op de hulp, die zij hun stamverwanten in dat rijk willen ver schaffen. NieuW is echter de eisch, dat de wilajets in Macedonië zelfbestuur krijgen, en dat de Balkan staten naast de groote mogend heden daar toezicht op zullen uitoefenen. Daar deze eisch voor Turkjj© natuurlijk aanneembaar is, zal liij aan den toiestajnd' niets Veranderen en schijnt )die hier slechts aan toegevoegd, -om den gomeenschappelijken stap dor staten niet heelemaal een wassen neus te doen schijnen. Ten overvloede constateeren dat aan demobilisatie met kan worden dacht. In dit bericht wordt echter wel Grieken land genoemd als stem in het kapittel hebbend bij de formuloering van dat stuk. Over redac-' tioneele wijzigingen Zou nog slechts onderhan deld worde®. Tot zoover, wat den Balkanbond aangaat. In Turkije is do feitelijke toestand onver-1 anderd gebleven. De gezanten van Boelgarije, Servië en Griekenland toeven nog te Kcin.ste.n- tinopel. Men meldt evenwel, dat alles ingepakt staat, Waardoor ze ieder oogenblik kunnen opbreken. Ook prijken do Wapenborden dier staten nog aan do gevels der ambassade-ge bouwen maar een buurman heeft al gezien, hoe een der vorige nachten de schroeven van 'Wn dier schilden Werden losgedraaid, opdat het symbool der vijandelijk» nationaliteit on middellijk kan worden verwijderd zoo gauw do oorlog verklaard is. Voorts Wonen in Turkije ongeveer twee honderd duizend Grieken. De positie van den Helleenschen gezant is daardoor zeer moeilijk. Men kan een buitengewoon wreeden oorlog verwachten. Terwijl op de Turksch-Boelgaar- scbe grenzen Boelgaarsche benden worden ge vormd, die den Turken handenvol werk zullen bezorgen, hebben do Turken zelf Koerden andere, Wilde volkoren in dienst genomen, die er zich op verheugen, slachtingen te kunnen aanrichten. Reeds thans worden in het Noor den bruggen en telegraaflijnen vernield en "waterputten gedempt. Ook heeft de Ottomaansche ministerraad besloten, alle Montenegrijnen het land uit te zetten en de Tuiksche vloot te mobiliseeren, Aldus een telegram uit Konstantinopel aan de „DeutscheTageszeitung". Ook Griekenland maakt toebereidselen, zijn zeemacht te Versterken, Het marine-beheer heeft in Engeland een Chineeschen kruiser en vier tarpedoboot jagers aangekocht. Of de laatste vaartuigen dezelfde zijn, waarvan we reeds vóór eenigo dagen den aankoop meldden, bljjkt uit het bericht niet. Uit Parijs koant de tijding, dat het ant woord der Porto op de nota der mogendheden aan den: bevredigenden kant zal zijn, maar dat de Balkan-staten het waarschijnlijk niet als zoodanig zullen opvatten. Ook maken de Europeesche mogendheden, wier belangen nauw bij den Balkan betrok ken zijn, zich gereed, die zoo noodig te be schermen. De Oostenrijksche regeering heeft gelden aangevraagd, die in andere omstandig heden haar ongetwijfeld minder glad zou den worden afgestaan tot het versterken van het leger, terwijl Rusland voornamelijk toe zicht houdt op Zijh handelsbelangen in den Balkan, die door de huidige verwikkelingen zeer te lijden hebben. Daarom, aldus een telegram aan do „Vossische Zg.", is het. oog van Rusland meer op den Oost- dan op den Westkant van den Balkan gericht. Naar men weet, is dat jop zich zelf niets nieuws. Sinds jaren is de koning van Montenegro een zgn. '„creatuur" van Rusland, omdat dit Rjjk dolgraag aan dien kant in verbinding met de Adriatische Zee zou willen komen, terwijl de dubbele adelaar van Oostenrijk meer do lijn Novibazar, Oeskjoeb, Saloniki in het oog houdt. In nadere berichten omtrent de gevechten der Montenegrjjnen lezen we nog, dat de Ma- lissoren aan hun zijde de Turken bestreden. De „Figaro" vermeldt de vermakelijke ge schiedenis van een Boelgaarsch student Popof, die in Parijs zich met onderzoekingen in zake de planeet Hecuba, de 108ste asteroïde, bezig hield, tot hem uit Boelgarije een papier be reikte, dat meldde, hoe hij in zijn geboorte land de wapens moest opvatten. Daar Popof echter zijn studies, die hem den doctorstitel moesten verschaffen, voltooid had, verzocht hij den wijzen heeren van de Sor- bonne, of hij niet onmiddellijk het verlangde examen kon afleggen, wat hem werd toe gestaan. En daar Popof een knappe bol heeft, verwierf hij den titel en vertrok onmiddellijk daarna naar do Boel gaars che grenzen. Een correspondent van de „Temps" heelt troepen uit Sofia naar de grenzen zien trek ken- De houding der soldaten was uitmun tend. Toch waren er enkele, oudere inanneD, bij, die niet tegen de vermoeienissen bestand schenen, welke het leven te velde meebrengt. Men neemt te Sofia aan, dat de Boelgaarsche infanterie per dag 35 K.M. kan afleggen. De kranteman kreeg van de artillerie een minder gunstigen indruk. Hij vreest, dat de stukken te spoedig in waarde zullen achter uitgaan en dat de bespanningen onvoldoende zullen blijkeD. Het transporwezen houdt hij voor het zwakke punt van het Boelgaarsche leger. De wagens worden door ossen en buffels getrokken. Hun snelheid bedraagt niet meer dan S£ ICM. per uur. We maakten gisteren kortelings melding van den open brief door den Franscben pacifist d'Estournelles de Constant aan den koning van Montenegro gericht. Wegens de Feitelijke mededeelingen en deH toon, aarin deze worden gekleed, is bij waard volledig te worden vertaald. Hij luidt dan vSire Meer dan dertig jaar, die verstreken zijn sinds het verdrag yan Berlijn en de Euro peesche commissie, ingesteld tot Eetregelen der grenzen, waarvan ik secretaris was, zouden mij van de verplichting, het diplo matieke geheim te bewaren, ontheffen, als Uwe Majesteit niet bovendien alle fatsoen lijke menschen dwong, verzet aan te teekenen tegen uw nieuwe oorlogsverklaring tegen Turkije. Ik roep mijn collega's in die commissie tot getuigen, die evenals ik in 1879 en 1880 de ondankbare opdracht hebben vervuld, Albanië van die gebieden te berioven. die u niet badt veroverd. Ik roep het ge tuigenis van mijn nog in leven zijnden, Eogelseken collega in, sir Vincent Caillard. We waren te zamen te midden van de be klagenswaardige bouwvallen van Podgoritza, die uw brandstichters hadden veroorzaakt. We stelden alle min of meör met schaamte vast, dat de wereldvrede was geschonden tot uw voordeel alleen en voor wat u noemdet uw roem. Wij hebben begrepen, dal de oorlog, dien u hebt uitgelokt, niet uw eerzucht, m uw bedrijf was. De tijd heeft niet stil gestaan. U begint opnieuw en u dreigt opnieuw de wereld in brand te steken om uw eitje te koken. U hebt onder uw regeering geen menschen in het ontvolkte Montenegro, die u tegenspre ken. Dat is zeer te bejammeren, want van hen zoudt gij onmiddellijk de straf ontvan gen, die gij verdient en die het oordeel der beschaafde wereld voor n bewaart. Ik zal tenminste een plicht vervuld heb ben, met u te schrijven, waar gij niet naar wilt luisteren en dat bet gevoelen is van iemand, die uw ongelukkig land kent". Naar men weet, is de schrijver lid van den Franschen Senaat. In antwoord op deze afkeuring heeft, de heer Brunei, afgevaardigde der Sarthe, consul-generaal van Montenegro, zijn diepe verwondering over dit schrijven uitgedrukt. De luister van den koning van Monte negro, noch de faam van zijn moedig en edel volk zullen er door bezwadderd worden, zegt hij. De geschiedenis heeft de wettig heid hunner daden voldoende bekrachtigd. En de brief eindigt als volgtTrots den laster weet heel Montenegro waarvoor het gestreden heeft, waarvoor het strijdt, en dat is voldoende". Omtrent Podgoritza, waar het eerste ge vecht plaats had in Montenegro, lezen we, dat daar in de buurt al meermalen tusschen mohammedanen en christenen gevochten is. De stad zelf is twee maal zoo groot als de hoofdstad Cettinje en draagt van verwoede gevechten de sporen, zooals blijkt uit den open brief van baron de Constant. Het is de korenschuur van het kleine koninkrijk. Daarbij liggen de overblijfselen van de oud-Romeinsche stad Dioolea. waar keizer Diocletianus geboren is. Binnenland. SAMENWERKING VAN DE VRIJZINNIGEN. Betreffend© het tot stand komen van over eenstemming tusschen de hoofdbesturen der drie vrijzinnige partijen, weet het Hbld. nog de volgende bizonderheden te vertellen Bij de onderhandelingen, tusschen da hoofd besturen gevoerd, waren hoofdpunten: grond wetsherziening om te komen tot algemeen kiesrecht, zonder zoogenaamde correctieven, en staatspensioen voor allen beneden een ze ker inkomen, onder het beding, dat da kosten dier pensionneering niet mochten gevonden worden uit verliooging van het tarief van in voerrechten. Is het Hbld. goed ingelicht, dan hebben de hoofdbesturen zich onderling verbonden om, na goedkeuring van de samenwerking door de betrokken vereenigingen, de hoofdpunten van de overeenkomst bij een overwinning der lin kerzijde als rogeeringsprogram aan te nomen- De Haagsch© correspondent ran het „Hand." meldt nog, dat het concentratie-programma^ naast de Staatspensionneering een Rijkslijf- rentebank voor vrijwillige verzokcriiigen met Staats-steun bevat.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1912 | | pagina 9