MIDDELBDMSCHE COERAKT.
Dinsdag
13 Augustus.
FEUILLETON.
N*. 190
155' Jaargang.
1912
Dm ooiraat T«r»chy*t dagelyk», met uitzondering van Zon- en Feeitdngen.
frlji per kwartaal, zoowel voor Middelburg al» voor alle plaatsen in Nederland franco pp. f 2.
Afzonderlijke nummer» soston 5 cent.
Advertentiön by abonnement op voordeelige voorwaarden.
Proipectunen daarvan zijn aan het bureau te bekomen.
Aivertentifln voor het eentvolgende nummer moeten de. middag, vóór één ur
aan het bureau bezorgd zijn.
Advertentiën A 20 eent per regel. By abonnement veel lager. Geboorte-, dood- en
alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50elka regel meer
20 cent. Beclamet 40 cent per regel. Groote letters nanr de plaats, dis zij innemen.
Tot de plaatsing van advertentie* en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffends
Handel, Nijverheid en Geldwezen, is gerechtigd het Alcemeen Advertentie-Bct-e an
A. DE LA MAJB As., N.Z. Voorburgwal £66, Amsterdam.
Hiddellinrg 12 Angnstns.
Een mystificatie.
Ie» wille van de curiositeit, en ter wille
va* de volledigheid der dagelijksche kroniek,
dienen we toch nog melding te maken van
•en wegens plaatsgebrek nog niet door ons
genoemde grap, waarin het christelijk volks
blad „De Amsterdammer-" is ingeloopen, al
thans volgens ©en voor de hand liggende
conclusie, ook al beweerde het blad later
■elf dat het de grap doorzien had.
In dat anti-rev. blad is nl. aan de lezers
voi«rg©legd een adres, zg. door de „christe
lijke pompenmakers-vereentot de regeering
gericht inzake de tariefwet. Het is veel to
lang voor ons dan dat wij het in zijn. geheel
kunnen opnemen, maar enkele gedeelten la
ten we hier volgen ter kenschetsing.
De adressant betoogt o. a. i
dat hij betreurt, dat de minister tevens
verklaarde, dat Z. E., wat de theorie be
treft, in beginsel vóór do leer van den
vrijhandel is gestemd, daar hij meent, dat
wanneer do minister toestemt dat de leer
des vrijhandelaars theoretisch juist is, hij
rijn protectionistisch standpunt niet wei
nig verzwakt
dat dit te meer klemt, waai- Z.E. tevens
verklaart, dat hij van meening is, dat
de laatste jaren de economische toe
stand hier te lande vrij gunstig is, waaruit
de gevolgtrekking zou kunnen worden ge
maakt, dat de leer der vrijhandelaars ook
in de praktijk voor ons land de eenig
jujste zou gebleken Zjjn,
dat deze verklaringen van den minister
ondergeteekende des te bedenkelijker voor
komen, waar pas de Minister van Land
bouw, Handel en Nijverheid een hoek heeft
doen verschijnen onder den titel „A general
vfiew of trade and industry in the Nether
lands", Waarin, zij het dan in een vreemde
taal, ten duidelijks te getuigenis afgelegd
wprdt van den grooten bloei van vele tak-
ken van bedrijf in Nederland, dat hij met
hij met de meeste bescheidenheid opmerkt,
dat dergelijke verklaringen, als de hierboven
aangehaalde haar niet geschikt voorkomen,
om de dringende noodzakelijkheid van een
verandering in de richting onzer handels
politiek te doen uitschijnen.
Een dergelijke ironie is, zou men zeggen,
nog al voelbaar. Toch liepen er velen in.
Maar er is nog erger van dien aard in
„dat het natuurlijk niet kan worden ont
kend dat als hot buitenland tegen onnatuur
lijk lage prijzen zijn producten aan ons af
staat hierin voor ons land eenig voordeel
moet schuilen, vooral wanneer men bedenkt
dat vele producten door onze bestaande nij
verheid verder verwerkt worden en het
totaal der invoeren uit het buitenland in
1910 meer dan 3265 millioen gulden heeft
dat hieraan echter niet veel gewicht mag
worden gehecht,
dat hot niettemin ©enigszins vreemd aan
doet, in het verslag der commissie te lezen,
dat voorstanders van de Tariefwet hel in de
omstandigheden nutteloos oordeel-
DE MANNEQUIN
De geschiedenis der verkleed
partij dor hertogin van
Poli coejjr.
uit het Engelsch
1. van.
ANNA ALICE CHAPIN.
Zoo lang had ik geleefd in den wervel
storm van mijn eigen gedachten, dat toen
Felice me herinnerde aan de verkleedpartij
van de hertogin, van Folicoeur ik smakelijk
moest lachen. Een gemaskerd ball En ik...
ik had daar heen gemoeten I Na een week vol
zwarte kwelling, vol schrik, beproeving en
berouw, terwijl al die ellenden nog verdubbeld
werden door een mij zelf opgelegde ©nb-
bouding, waarin ze gelegenheid hadden, zich
vÓUeT te ontwikkelen, na een zoodanige week
®oest ik mijn verwarde haar opmaken, mijn
bl'eeke wangen rood verven en vroolijk uitgaan
in de vroolijke wereld.
Naar men weet, wordt in het buitenland
die vrouwelijke persoon „mannequin" genoemd
e nieuwe costumes uit dames'-magazijnen
aantrekt en •zich daarmee bij wijze van reclame
nok bpjten vertoont.
den om een pleidooi voor het protectionisme
te honden,
dat ©r toch onvergankelijke protectionis
tische waarheden bestaan, zooals het dogma
van de egalisatie van productievoorwaarden
waarop bjj monde van vele leden der com
missie terecht werd gewezen,
dat het gelijkmaken van de productievoor
waarden m ons land met de onderling zeer
verschillende productievoorwaarden in vele
andere landen, een onmogelijkheid lijkt, kan
,gcen reden zijn om het niet te beproeven
een staatscommissie is snel benoemd en ge
ïnstalleerd, „where there is a will, there is
a way".
dat als tweede argument van protectionis
tische zijde in het Verslag terecht wordt
aangehaald, dat jaarlijks duizenden. Neder-
landsche arbeiders naar Duitschland trekken,
dat ondergeteekende toegeeft, dat Uit argu
ment niet van veel beteekenis is gebleken,
nadat door professor Treub in een bekend
tijdschrift do door ons, proteclionistem,
zamelde cijfers en de daaraan vastgeknoopte
beschouwingen zjjn gewogen en te licht be
vonden, dat hij echter meent, dat dit argu
ment door ons niet kan worden, gemist als
zeer sprekend tot de grooto massa des volks,
en dus door ons in geen geval moet worden
losgelaten."
En zoo gaat het ironisch voort iu algemeene
economische beschouwingen, waarvoor pom
penmakers wel nooit aanleiding zouden vinden.
Eerst aan het slot komt het adres terecht op
het eigenlijke vak van de adressantcol,
dat doet idan ook de deur dicht, of liever
geheel open, want wie dan aiiet de mystificatie
snapt, heeft of slecht of in 't geheel niet
gelezen.
Dat gedeelte luidt
dat onze Bond intusschen volkomen te
vreden gesteld is door het Tarief-Ontwerp,
dat de rechten op pompen en pompwerk-
tuigen voor vloeistoffen cn gassen ver
hoogt tot 6 o/o van de waarde, kan geens
zins worden getuigd.
Onze Bond aanvaardt deze verhooging
slechts als tijdelijk en rekent stellig op een
latere verhooging der inkomende rechten,
zooals in alle protectippistische landen
steeds is geschied
Als einddoel verwacht onze Bond een zeer
matig recht op liet rivierwater, dat hier
ui,t hot buitenland wordt ingevoerd, of zoo
er technische bezwaren mochten zijn, om
al het rivierwater aan de grenzen te be
lasten, zou onze Bond dit met een ver-
bruiksrecht willen belasten, zoodra het bui-
tcnlandsche water uit onze rivieren, hetzij
voor fabxieks- of andere doeleinden, in
gebruik wordt genomen.
Als er óén buitenlandsch product is, dat
ons vaderland letterlijk overstropmt, dan
is 't het rivierwater, daarvan kan de mi
nister van financiën terecht zeggen, dat
het tegen ojvuUuurljfk lagen prjjs, ja voor
„niets" woTdt geleverd.
Het spreekt wel vanzelf, dat het water
dat wy uit den vaderlandschen bodem moe
ten (oppompen tegen, dit gratis door het
buitenland geleverde water onmogelijk in
prijs kan concurreeren.
Onze Bond vraagt echter slechts een zeer
laag invoerrecht op rivierwater, zopdat het
voordeeliger wordt pm norton- en andere
pompen te laten slaan dan het water uit
cenig© rivier te putten of te gebruiken.
Een dergelijk matig recht op rivierwater
zou aan alle pompenmakers en aan vele
andere bedrijven, wij denken aan buizen
fabrikanten, machinefabrieken, leveranciers
van caoutchouc en ook aan onze belang
rijke stroo-industrie om bevriezen der
pompen gedurende den winter te voorko
men vpor zeer langen tijd werk ver
schaffen en al die voordeden brengen, die
door de protectionistische leden van de
commissie van voorbereiding van het wets
ontwerp tot vaststelling cener nieuwe Ta
riefwet worden verwacht.
Adressant verzoekt derhalve dezen en
kelen nieuwen tariefpost aan de lange
lijst der belaste artikelen van het ontwerp
wet toe te voegen.
VAN DER ZWAAG EN DE S. D. A. P.
Eenogen tijd geleden heeft de heer G. L.
van der Zwaag in „De Klok" bekend gemaakt,
dat van zijn kant geen steun te verwachten
was voor de caadidatitur van mr. Mendels,
door de S. D. A. P. in het district Schoterland
gesteld, omdat hij in die candidaatstellingniet
gekend was.
Daar nu, do heer Mendels ook candidaat
gesteld was door de aideeling Amsterdam II
van de S. D. A. P, wendde zich het partijbe
stuur tot het bestuur van genoemde afdeeling
met verzoek, door haar een motie lo laten
nemen, waarbij mr. Mendels werd verzocht
zich alleen 'beschikbaar te stellen voor de
„propagonde te Amsterdam", zoodat hij zich
(gemakkelijk in Schoterland kon terugtrekken
en ruimte laten voor een anderen candidaat.
Een daartoe strekkend voorstel "werd daarop,
naar het „Hbld." meldt, door twee bestuurs
leden van de afdeeling Amsterdam II gedaan,
doch ernstig bestreden. Het werd dan ook ver
worpen, met slechts een viertal stemmen voor,
zoodat de kans uitgesloten is, langs dien
tegemoet te komen aan den wensch van
den heer Van der-Zw-tag.
Mede naar aanleiding van deze houding dei-
leden, verklaarden de voorzitter en de 1ste
secretaris dier afdeeling de heeren Bol en
Roozelaar, hun functie neer te leggen.
Opmerking verdient ook de tegenstelling tus-
schen dat aandringen van het hoofdbestuur om
aan. de wenscben van Van der Zwaag te ge-
moet te komen, en de hooghartige verklaring
van „Het Volk" dat er niet aan gedacht zou
worden Van der Zwaag te kennen bij de
candidaat stellin g.
Dit de Staatscourant.
Bij Kon. besluit
is benoemd tot officier in de orde van
Oranje-Nassau, Th. S. Roes, kanunnik, de
ken en pastoor te Utrecht
is aan den luit.-kol. der mariniers P. J.
van Trooijen wegens langdurigen dienst, eer
vol ontslag uit den zeedienst verleend, on
der toekenning van een pensioen van. f2250
's jaars
is bij het korps mariniers bevorderd tot
luijt.-kol., de kapitein J. P. A. Termaat,
en aan dezen luit.-kol., op verzoek, wegens
langdurigen dienst, eervol ontslag uit den
zeedienst verleend, onder toekenning van een
pensioen van f 2085 's jaars
zijn bij gemeld korps bevorderd tot ka
lk zat voor mijn toil'et-spiegel en bestu
deerde mijn eigen, verwilderde beeld. Dat
was ik, Cleo de Vincennes, een der aardigste
jong gehuwde vrouwtjes uit Parijs.
Maar slapeloosheid, verdriet, onzekerheid en
woede hadden mijn oogen een zonderlinge,
opengesperde uitdrukking verleend en (bad mijn
mond doen kwijnen, waardoor ik tien, neen,
vijftien jaar ouder scheen dan ik was.
Alles was begonnen met een „flirtation"
met Philippe de Pavaney. Hij was dol op me.
de heele wereld wist het, behalve mijn. man,
maar nooit had hij me zijn liefde bekend tot
den avond, dat we „Thais" in do opera hoor
den. Na dat heerlijke, verleidelijk© nummer,
waarmee het tweede bedrijf besluit, en dat
den harlstochtelijken monnik met de door
dringende, gruwelijke liefelijkheid van zijn
melodie nederslaat, leunde Philippe achter
over mijn stoel, terwijl niemand op hem lette,
daar het duister was en de menschen in de
handen klapten, en gaf een kus op mijn arm,
zwak fluisterend, dat ik liefelijker was dan
„Thais" zelf. Natuurlijk was het dwaas, dat
te beginnen, en dan in de loge van een opera.
Zulk een domheid heb ik nooit kunnen ver
geven, maar, per slot van rekening, het was
do invloed van de muziek, zoodatach,
ten slotte kon niemand hem dat kwalijk heb
ben (genomen. Maar Hughes liad het gezien I
Stel u dien toestand eens voor! Wat hielp
het, hem de waarheid te vertellen? Dat
Philippe me tevoren nooit gekust had, was
geen bewijs, dat hij verliefd op me was.
Ik had me dikwijls verbaasd afgevraagd,
waarom hij daarover niet met me sprak.
Maar wie zou dat daarna geloofd hebben?
In ieder .geval geloofde Hughes het niet. Thuis
maakte hij rreeselijk schandaal. Daarna zag
ik Hughes noch Philippe, die héele, zwarte,
vreeselijke week.
Nu ik daaraan terugdenk, weet ik niet,
wat ik het meeste was: ongelukkig of boos.
Dat alles scheen me zoo overbodig en zóó
tot woede prikkelend. Natuurlijk had ik nooit
aan Philippe als laan een minnaar gedacht,
slechts als aan iemand, die buitengewoon cor
rect was en aangenaam was en. die me al den tijd,
dat hij bij me was, met me zelf erg in mijn
schik deed* ;zijn.
Ik was ernstig en waarachtig trouw aan
Hughes, als hij mij mijn gang liet gaan. Ik be
wonderde hem meer dan e enigen man, dien ik
kende en was tot over de ooren op hem ver
liefd toen we trouwden.
Ten slotte was dat toch pas een jaar ge
leden; ik geloof, dat het voor mij heel ge
makkelijk geweest zou zijn even erg op hem
verliefd te blijven. Maar in den regel was hij
tamelijk terughoudend en op een afstand en ge
woonlijk moest ik me afvragen of zijn mond
op een bepaald oogenblik al of niet glim
lachte onder den ijzer-grauwen knevel. Ik was
negentien jaar en lichtzinnig.
In di© week schreide ik zoo lang, tot ik
zijek werd, maar Hughes wilde mij niet zien en
pitein, de eerste-luit. J. Oeletot luit.-kol.,
de kapitein L. de Jonge Oudraat, en tot
kapitein, de eerste-luit. C. R. van Bhjen-
burgh
zijn bij de zeemacht bevorderd tot offi
cier van gezondheid 1st© kl., de officieren
van gezondheid 2de kl. G. K. Fuchs en R L.
II. J Rijfkogel
is de tot kapitein bevorderde lste-luit.
der infanterie van het leger in Ned.-Indië,
W. Bueno de Mesquita ontheven van den
verderen duur van zijn detacheering bij de
landmacht in West-Indië.
De gewone audiënties van de ministers
van oorlog en landbouw, zullen deze week
niet plaats hebben.
Blijkens bericht van den consul der Neder
landen te San Francisco waarschuwt een
circulaire der arbeidscommissie aldaar ar
beidsloze mannen en vrouwen tegen het ko
men te San Francisco en in hot algemeen
in Californië, om aldaar werk to zoeken. Het
aanbod van arbeid overtreft verreweg do
vraag en medcdeelingen welke het doen v
komen alsof er een vraag naar arbeid zou
bestaan in verband met do a.s. internatio
nale tentoonstelling in 1915, zijn als valsch
en misleidend te beschouwen.
UIT 00ST-INDIË.
De inlandsche rechtsschool.
Een gebeurtenis van beteekenis wordt in
de Indische bladen vermeld, n.l. het eind
examen aan de Inlandsche rechtschool. De
gouverneur-generaal toonde zijn belangstel
ling door er een gedeelte van bij te wonen.
Aan alle zes candidaten kon het diploma
van Inlandach rechtskundige worden uit
gereikt.
Bij de eenigszins plechtige meedeeling van
den uitslag hield de voorzitter van de com
missie van toezicht mr. dr. M, S. Koster,
een ernstige toespraak. Hij wenschte de
geslaagden met hun verworven diploma
geluk, doch wees er hen tevens op, dat zij
nu op den drempel stonden van de harde
school des levens. De positie van den
Inlandschen rechtskundige zal in den eersten
tijd niet gemakkelijk zijn, omdat hij te
strijden zal hebben tegen vooroordeel en
wellicht tegenwerking, zoowel van Inland
sche als van Europeesche zijde. Spreker wees
de inlandsche juristen evenwel op het
voorbeeld van de inlandsche artsen. Vijfen
twintig, dertig jaren geleden werd ook ge
twijfeld aan de mogelijkheid om van inlan
ders goede medici te maken en thans is de
inlandsche arts een onmisbare en hoog
gewaardeerde schakel geworden in onze
samenleving. Dat kan en moet later ook
getuigd worden van den inlandschen rechter.
Het is nu eenmaal een leit dat het den
inlander moeilijk valt tegenover afwijkende
meeningen en strijdige belangen van aan
zienlijken en hooggeplaatsten aan eigen
inzichten vast te houden, en zoo kan, zei
de heer Koster, zeer zeker voor u, kinderen
van uw volk als ge zijt, het oogenblik
komen dat het u strijd tegen uw aanlegen
uwe aangeboren neigingen zal kosten om
recht te spreken naar uwe overtuiging.
Houdt dan moedig stand, en wordt en
blijft eerlijke, onpartijdige rechters.
Persdelict.
Naar het Soer. Handelsblad meldt, over
weegt de officier van justitie te Soerabaja
het instellen van een vervolging tegen den
heer M. van Genns, hoofdredacteur, en den
heer J. M. Plante Fóbure, redact ur van
het Soer. Handelsblad terzake van ra dat
blad versehenen en uit hun pen gevloeide
artikelen en entrefilets, die den resident
Einthoven onaangenaam hebben aangedaan
De kinacultuur.
De vorige maand vergaderde onder presi
dium van den heer Lovink het bestuur van
vereeniging tot bevordering van de be
langen van de kinacultunr. In hoofdzaak
zoo weid ter vergadering medegedeeld
staat vast de oprichting van een gou-
vernements kinine-fabriek. De fabrikanten
zullen er zich niet meer tegen verzetten.
Vrij algemeen is men van meening, dat
thans een fnsie met de fabrikanten zal
volgen op een basis van 5 cent per unit en
een contract van 3 jaar. Daarover zou een
rgadering op 20 Jnli beslissen.
Dit Stad ei Provincie.
Uit Middelburg.
Het Middelburgsch muziekkorps hoopt Vrjj-
dag 16 Aug. des avonds ten 8 uur een muziek
uitvoering te geven op het Molenwater.
Het Zondagavondconcert dat gisteravond in
het „Schuttershof" zou zijn gegeven is met
het oog op het slechte weer acht dagen uit-
Uit Vlisaiugen.
Met de nachtboot „Mecklenburg" der S. M.
Zeeland" is Zondagmorgen te V1 i s s i n-
gen aangekomen H. K. H. Prinses Victoria
van Sleeswijk Holstein, zuster van den kei
zer van Duitschland, met gevolg. Per aan-
sluitenden Zuidduitschen mail trein, waarin
een salonrrjtuig was geplaatst, weid de reis
naar Frankfurt voortgezet.
Uit Wftloheren.
De koetsier L. D., in dienst bij den win
kelier W. Ovaa te Souburg, viel Zater
dagmiddag met het paard. Hij kwam daarbij
met zijn been onder het dier terecht, waar
door zijn voet ernstig werd bezeerd.
Zaterdagmiddag vergaderde de raad der ge
meente Serooskerke. Vastgesteld werd
de rekening der gemeente over het jaar
1911. De ontvangsten bedroegen f 9617.94 en
de uitgaven f8879.72. Er is dus een goed
slot van f738.22.
Het percentage van den aanslag in de ge
meentebelasting wordt met ingang van 1 Jan.
1913 met een half procent verhoogd enalzoo
gebracht van V/s op 2 «/o. Daarop werd de
begrooting over het jaar 1913 vastgesteld,
welke in ontvangst en uitgaaf bedraagt
Jf 8868.95.
Uit ZRid-Heveland.
Zondagavond omstreeks elf uur hoorde de
slager H. in de Voorstad te Goes, die reeds
ik Philippe niet. Toen herinnerde Félice me
aan de verkleedpartij van Folicoeur. En ik
lachtp. Maar alles in aanmerking genomen,
zou dat toch ©en gelukje zijn. Gedurende een
kort© poos zou ik eenige verdrietelijkheden
kuimjen vergelen. Plotseling besloot ik, te
gaan. En het lijkt me, dat de hemel de toe-
standjen raar regelt voor vrouwen, die fatsoen
lijk willpn blijven. Félice biaeht me nl. een
briefje van Philippe
„Lipve schoon©. Wat kan dit ongeluk ver-
dar voor ons, van nut zijn? Ik weet, hoe ik
u aanbid, ©n u, u die niets dan teederheid en
bevalligheid zijt, kunt u geheel ongevoelig
blijven voor de gevoelens, die ik voor u
koester. Kom vanavond naar het bal der her
togin ien daarna reizen we samen weg.
Tref de noodige voorbereidingen, mijn innig
geliefde, zooals ik de mijne zal treffen, en
dan, allonsEen leven van liefde tezamen!
de uwe voor altijd,
P."
De vermetelheid I En tpcb scheen het mij op
dat oogenblik (ellendig, eenzaam en gedrukt)
zeer, zeer bekoorlijk, om aanbeden te worden.
De woorden „de uwe voor altijd" hadden
zelfs een wondervoilen klank.
Ik lijk op een katje. Ik moet op het juisto
oogenblik en op de rechte wjjze worden ge
streeld en geliefkoosd en vertroeteld. Dan
moet er met me gespeeld worden. Dat moet.
Ik antwoordde niet. Dat stelde mijn geweten
natuurlijk een beetje gerust. Maarik be
gon er werkelijk over te denken, te gaan-
,0, dat was heel slecht van me. Maar ik was
negentien en lichtzinnig en Hughes stelde
nu geen belang meer in mij* en nooit was
ik er in geslaagd, uit te vinden, of hij onder
den ijzer-grauwen knevel kon glimlachen.
Dus zei ik tof FéliceKom. We gaan
naar Goujet eu ik trek mijn nieuwe japon
aan- Ik herinner me nu, dat ik er een voor
vanavond besteld heb en de markies koos de
kleur.
Do markies is Hughes. Tijden tevoren had
hij de kleur uitgekozen, een werkelijk aan
biddelijk blauw. Hij zei, dat hij dat koos, om
dat dit een lieve kleur was, en niet ali te
opzichtig voor een dame. Philippe zou ge
zegd hebben, dat dit dezelfde kleur was als
mijn oogen.
Ik drong er op aan, op weg naar de Rue
de la Paix stil to houden, om een domino
voor dien avond te bestellen en ik voelde
me koortsachtig opgewonden. Félice schudde
maar het hoofd, mompelend „Moeder Maria,
Moeder t Maria", toen ze mrjn beugeltasch en
mijn mof ppraapte.
Ik het die zesmaal vallen, voor ik Goujet
bereikte. Ik geloof, dat ik die arme Fébca
bang maakte, die werkelijk erg op me is ge
steld, even blij als ik met mijn plotselinge
vreugde na die zeven dagen, dat ik gepruild
had.
(Wordt vervolgd).