tweede blad FEUILLETON. TU Dï Maandag 17 Jnni 1912, no. 141. Middelburg 15 Juni. ^andbouuJkrontek VAN OSZEK VASTEN MEDEWERKER. Bescherming der dieren- Over <le bescherming van sommige, niet van alle diersoorten. Wordt, zeer veel gesproken en ook zeer veel geschreven; daaronder zeer veel goeds, zeer veel leerzaams maar ook zeer vmI, dat niet vrij to pleiten is vaneen.-* zijdigheid, van overdrijving, omdat spreker en schrijver vaak slechts zeer oppervlakkig met de levenswijtze van het «lier in de verschil- Jende tijdperken van het jaar en op verschil' iende plaalssen hekend izij-n Er Is een algeinoene regel, die nooit uit hel oog mag verloren worden hel is deze. Be handel de dieren zacht, mishandel ze nooit. Dit wil nu niet zeggen, dat men een dier niet zou mogen dooden, hel zij! om het te ifje- bruikcn als spijs, hetzij omdat men er mectr nadeel van ondervindt dan voordeel, maar het beteckenl, dal men een dier nimmer noode- Jooze pijn mag veroorzaken en, Wanneer men het doodt, men hel slechts doet op de snelste en minst pijn-veroorzakende wijze Verder behoeit naar onze opvatting ile die renbescherming niet te gaan en indien zy nu reeds zoo ver (ging, dan zouden een hoelo massa verkeerde zaken voorkomen worden. Men heeft bijvoorbeeld zeer veel geschre ven over de mishandeling van trekhonden men heeft weiten gemaakt om die mishandeling te voorkomen en. wanneer zij voorkomt, die te straffen Wij knnnen ons daarmede volkomen vereeniguiigenmaar wanneer wij nu door zeer medelijdende Inmophilcn hooren beweren, dat een hond in 'l geheel met als trekdier ge bruikt mag worden, dan zijn we -geneigd de schouders oven op te halen en hem te wagen, of honden, die met overlast zijn, beter zijn dan zoo menige schippersvrouw die zelfs in belangwekkenden slaat bij gebrek aan wind ge bruikt wordt voor trekkracht voor vaak diep geladen schuiten Koeien en geilen of bokken zijn evenmin trekdieren als honden, toch worden zij daar voor in sommige streken «Tij algemeen ge bruikt en we heblien tot nog toe nergens ge- iezen van po gin ©en om het gebruik daarvan als trekdier te verbieden Er bestaat naar onze wijze van zien geen -enkele reden om hel nuttig gebruik van eenig «lier te beletten, wanneer dat .gebruik niet ontaardt in misbruik en dit misbiuik daar door gelijk staat met mishandeling. Tegen dil misbruik, tegen die mishandeling moet voortdurend gewaakt worden, ia de eerste plaats door de opvoeders dep jeugd, ouders en onderwijzers, in <le tweede plaats door den wetgever. Thans over een ander punt van dierenbe scherming Voor een paar jaar lazen we op oen blaadje van een scheurkalender, die door eene ver eeniging van dierenbescherming was uitgege ven, dal de spinnen niet. moesten gedood worden, omdat ze, zeer tot ons nut, zooveel lastige vliegjes en muggen in haar web vingen. 2oo ©ogenschijnlijk had die raad wel iets goeds Wanneer zoo'm spin haar wei» in den iuin spint, vangt zij daar per dag nog al een groot aantal van die kleine insecten, maar men heeft toch den moesten last van vliegen en muggen die zich binnenshuis, bijvoorbeeld in slaapkamers, bevinden en om daar nu de spin nen vrij te laten huishouden ten einde ons van de muggen en vliegen te verlossen... Ik geloof, dat men bij onze vrouwen en dienstmeisjes weinig neiging zal ontmoeten om dien raad op |te volgen Bij de moesten zal 't wel luiden: „liever dan wat last van muggen en CHADSJI M0ERAT. 40») van Leo Tolstoi. (naar de Duitsche vertaling). Mei de stekende, zwarte oogen knippend, keek ze naar do smeulende takken m den haar«l. Evenals haar zoon had zij Sjamyl steeds gehaat en ze wilde hem nu zoo min als vroeger zien. Ook Joessocf, de zoon va» Chadsji Mocrat, kreeg den plechtig/en mtocht van Chadsji Moe- rat niet te zien. Ilij hoorde slechts in zijn duister, door slechle dampen vervuld hol tie vreuigedeschoten en het gezang en hij onder vond een heftige smart over zijn insluiting, zooals die een van levenslust en levenskracht als hel ware zwellende jongeling, dien men de vrijheid rooft, maar kon gevoelen. Daarbuiten jubelde alles, 'en hij zat in het donker hol en zag maar altijd deze ongeluk kige, vuile en boosaardige gezichten van zijn Voor nummer 39 van het feuilleton zie men ons blad van Vrijdag 14 Juni, uo. 139. vliegen dan overal spinnenwebben te zien". Daarbij komt nog iets anders. Dc «Taag is, welke dieren zijn tien mensch nuttiger, spinnen of vliegen? Er zyn soorten van vliegen, die ons zeer onaangenaam kunnen zijn. Men heeft van die steekvliegen, die «vanneer men zijn kamerpantoffels aan heeft en rustig zit te werken, zicli bjj «-oorkeur op de wreef van den voet neerzotten en ons dan plotseling hare tegenwoordigheid kenbaar maken op cone wijze, die ons zelfs uit een vast middagslaapje zou doen opschrikkener is cone andere soort, bekend onder den naam van vleeschvliegen, die voortdurend op het gunstige oogeublik loe ren om voor haar te ontluiken kroost een voedend plekje te vinden op rauw of gebraden vleesch In spinnenwebben zal men van de- zo exemplaren ocliter slechts zeer zelden een «•enigszins noemenswaardig aantal «inden, maar er zijn daarin talrijke kleine vliegen gevangen, waarvan de mensch voor zich zelf zelden eenigen last heeft en die van het grootste nut zljh bij de bevruchting der bloemen, vooral m 't voorjaar, wanneer bij eemgszms koud en onaangenaam weder de bijen weinig uitvlie- Qverigeus, liehlwsi we in onze huizen al niet gaarne spinnewebhen, in de tuinen zijn ze, wanneer die draden over alle4-wandelpa den gespannen zjjn, (herfstdraden) ook ver van aangenaam en wij voor ons zijn meer ge neigd dc spinnen-voorlteling Ie beperken op gevaar «if daardoor de vliegen-«rt!rmemgvuldi- ging te bevorderen dan omgekeerd. Waarbij nog komt, dat wij het groot© nut van spinnen tegenover den last, dien zij ons aandoen, nog niet knnnen inzien. De mensch heeft zich nu eenmaal ia "t hoofd gëzet, dat alle dieren aan hem onderge schikt (zijn en door list en gewold onder werpt hij ze dan ook, daar waar hij kan, aan zijn «vil, en «laar waar hij ze scliadolijk acht Voor Izijn ibelang, of «vaar Jnj ze voor zijn voed sel noodig heeft, worden ze door hem gedood. Over liet laatste, dooden voor «'oedsel, heb ben wij reeds onze mccning gezegd, thans wil len ««re bij dat „schadelijk achten" nog even iets uitvoeriger stilstaan en tot verduidelij king oaizcr zienswijze een paar concrete ge vallen behandelen. Wc nemen in de eerste plaats den mol. De mol beleeft in de laatste jaren een zeer droevigen 'lijd. Men is op 't denkbeeld ge komen zijn Velletje, hoe klein ook, te ver werken voor bont en sedert dat men dat bont in dc mode heeft zien komen, kan men zoo «'an lijd tot tijd in een of ander blad een bericht lezen over de onafgebroken vervolging van dit dier, welk bericht vooral in don kom kommertijd .gretig uit het eene in het andere blad, wij zouden haast zeggen in alle bladen wordt overgenomen. Gewoonlijk eindigt zoo'n bericht mot een klacht over de onverant woordelijke vervolging van dit voor land- en tuinbouw zoo buitengewoon nuttig dier. Nu zijd er tal van dieren, die gevangen en gedood worden, pmdat zc voorzien zijn van een huid met haar begroeid, die bijzonder geschikt as voor pelswerk Met duizendtallen worden die velletjes in den handel gebracht zonder dat daarover een woord gesproken, laat staan geschreven wordt. Zijn die dieren nu zoo bijzonder schade lijk, is de mol zoo bij uitnemendheid nut tig? We nomen bijvoorbeeld ter vergelijking de hermelijn, eén diertje iets grooter dan het bij ons zoo bekende wezeltje, in ecnige deelen van Zeeland om zijne gehefkoosle spijze „muusliondje" genoemd. De hermelijn is een van «lie pelsdiertjes, welke voorkomen in Euro-pa, ook in Nederland, en in Azië, vooral in Sibe rië waaivan hel bont buitengewoon kost baar is, te kostbaarder naarmate het zuiver der wit is. Hermelijnen zijn bekend als zeer bloeddorstigz(j voeden zich hoofdzakelijk1 met vogels, muizen, ratten, mollen en eieren. Doen zjj dus kwaad door vogels en eieren, tot voedsel te gebruiken, zij zijn beslist nut tig wegens het dooden van muizen en ratten, waarvan wij maar weinig goeds weten te ver tellen i&i faan mollen, welker rekening wij zoo dadelijk «villen uitschrijven. 1 Zou wel eens aardig zijn, ongetwijfeld, ook zeer leerzaam, om het credit en debet van de hermelijnen op te maken wij voor ons geloovcn, dat dc balans voor deze dieren met een vooxdeolig saldo zou sluiten, maar nog nooit lazen wij een klacht over hunne vervolging. En nu de mol. De mol is een veelvraat. Hij gebruikt dagelijks zoo ongeveer zijn gewicht aan vleesch wormen, insecten, enz. en wan neer men twee mollen in een aarden pot bij elkander tzet zonder hun eenig voedsel te verschaffen, dan is, eer er 24 uur verloopen kerkergjenooten, die nijdig waren en elkander meestal haatten. Hij benijdde die gelukkigen, die in licht, lucht en vrijheid op hun sierlijke paarden rond den gebieder mochten ronddarte len, hun buksen afschieten en «Toolijk hun „La illach il allah" mochten roepen- Nadat Sjamyl die plaats «vas voorbijgereden, ging hij een grooten hof binnen, waarachter zich een tweede, meer binnenwaarts gelegen hof strekte Daarin stond Sjamyl's Serail. Twee !gewapende Lesgiërs ontvingen Sjamyl aan de open poort van den eersten hof, waarin zich een groote menigte volks had ver zameld. Sommigen waren van ver gekomen, om over hun aangelegenheden met Sjamyl te praten, an dere waren eenvoudig verschenen, om -zich voor hem als don rechter te verantwoorden en zijn vonnis te vernemen. jr irX Toen Sjamyl den hof bmnertre©-!^ ^riiicvcn zich alle aanwezigen en lwg^aettólfi' aen Imam eerbiedig, terwijl ze do liandeip'op de borst legden Eenigen kmeldep nccjrtr en bleven in die houding, lot Sjamyl'den.» iiof van de eerste tot de tweede poort igelic-et was doorgereden Zoo menig gezicht, dat hem onaangenaam was en zoo menig lastig vrager herkende Sjamyl onder de wachtenden, maar hij reed allen met hetzelfde, onbeweeglijke en starre gezicht /voorbij, reed den binnenhof in en steeg bij «le galerij van zijn woning, links «-an de poort, af Na dc inspanningen van den zijn, de zwakkere door den sterkere gedood en opgepeuzeld. Ontegenzeggelijk doet een mol fiut. Hij pet, als hij ze Vangt, xi In aaiden, Enger lingen, (veenmollen, maar hij is de groole vervolger van regenwormenzeker lvehoorendc lot de nuttigste dieren in do huishouding der natuur, die zeer weinig kwaad doen en den grond voortdurend omwerken en drai- neeren. Laat ons aannemen, «lat het kwaad^ dat de mol verricht door het «vegvangen der regenwormen fvftrgood (wordt door het goed, dat hij doet door het wegvangen «ran larven en dieren, die voor onze cultuurplanten nadcelig zijn, en laat ons dan eens zien wat zoo'n mol al verder uitvoert. Gij hebt in uw tuin een bleekje, gij hebt eene schoone effen «veidc. Op zekeren dag verschijnt ppze zwartpok en in een korten tijd ligt uw bleek, uwe weide Vol molshoopen. Een goed werk zegt de dierenbeschermer quand-meme; de mol breng! de goede aarde naar boven; gij behoeft die slechts uit te strooien en gij hebt een goede bemesting voor uw bleekje, voor uwe weide. Wij zjju het met die zienswijze in 't. geheel niet eens Had de mol de regenwormen niet vervolgd, dan zouden deze gezorgd hebben voor eene «'oldoende drameering en de wortels der gras een hadden van den goeden grond, dien de mol opwerpt, meer nut kunnen trekken als deze op zijn plaats was 0cbleven, dan nu bij dien naar boven heefl gebracht Voor zjjn hoopen behoeven «vij hem dus geen dankje te zeggen De mol vangt hot ongedierte weg, zeggen de beschermers. Daarvan is veel waar, maar neem eens twee «-clden met vlas bezaaid Gewoonlijk komt de mol aan zulke velden een bezoek brongen als hem daarvoor de gelegen heid Wordt gelaten, tegen dat het vlas opkomt. Op het eene veld laat men den mol vrije lijk begaan op het andere «'old verdrijft men hem en laat «rij spel aan het ongedierte, dat anders den mol tot «-oedsel strekt. By den oogst zat ongetwijfeld het eerste veld vrij wat minder opleveren dan het tweede. De ondervinding heeft dit zoo herhaaldelijk aange toond, dat men alle middelen aanwendl om «len mol uit zijn vlasland te verdrijven (Wordt- vervolg d). VARIA. VERZORGING VAN MISMAAKTEN In het »Ned. Tijdschrift voor genees kunde" wordt door dr. H. A. Laan een verslag gegeven van het da vorige maand te München gehouden congres voor »Krüp- pelfürsorge". Vooral omdat ar in ons land zoo weinig op dit gebied gedaan wordt, sullen wij aan dit verslag het een en ander ontleenen van hetgeen in Duitschland gedaan wordt. Biesalski (Berlijn), die zich bijzonder ver dienstelijk heeft gemaakt door de bij de tel ling en classificeering der mismaakten van het Duitsche Rijk in 1906 verkregen gege vens statistisch te bewérkeD, en thans aan het hoofd staat van het Berlijnsche »Krüp- pelheim", gaf met duidelijke cijfers weer, wat de lautste 10 jaar bereikt werd. Be stonden in 1902 reeds 23 »Krüppelheime" met 1622 bedden, 2 inrichtingen waar 200 mismaakten ambulant wei den behandeld, in 1912 bestaan reeds 53 inrichtingen met 5239 bedden met 55 dirigeerende artsen, 96 on derwijzers en 81 ambacbtsleeraars, terwijl in 36 inrichtingen niet minder dan 13.000 kinderen ambulant werden behandeld. Zooals vanzelf «preekt, is veel gezegd over de noodzakelijkheid om voor de Krüppel" te zorgen, waaruit bleek, dat het humaan en practisch is, de mismaakten zooveel doen lijk tot geschikte arbeiders te maken. Lange (München) wees op de groote beteekenis der moderne orthopaedische chirurgie, die in staat is ongeveer 3/, der mismaakten te genezen (entkrüppelo). Hij toonde dit aan met photographietin en cijfers. Bij een getal van meer dan 9000 zware scoliosen, meer dan 11000 door tuberculose verminkten, meer dan 11000 gedeeltelijk verlamde kin deren in het Duitsche Rijk, is dit zeker niet zonder beteekenis, en doet zien hoe noodig het is, dat de kinderen de gewenschte be handeling ondergaan, teneinde »entkrüppelt" te worden. Pfarrer Ulbrich (Crakau) bekeek deze zaak van een andere zijde. De mismaakte kinderen hebben veel kans tot bedelaars en misdadigers te worden, wanneer bun de gelegenheid tot arbeidsgeschikt heid niet veldtocht, die weliswaar door Sjamyl en de zijöen als een overwinning werd getierd, maar die toch in werkelijkheid een mislukking was geweest, verlangde Sjamyl nu naar rust. Afgezien van de verbranding en verwoesting van talrijke, ts jets jenzen-dorpen had deze tocht tot gevolg, dat het twijfelmoedige volk in de bergen onzeker en de onderwierping onder de Russische heerschappij gemakkelijker gemaakt werd, en Sjamyl was van dc noodzakelijkheid van tegenmaatregelen vast overtuigd. Nu echter waren die gedachten hem verre. In den schoöt zijner familie, onder de lief- koozingen van de zwartoogige, snelvoetige Aminel, zijn achttienjarige lievelings-gemalin, wilde hij zich allereerst van de tloo/rstante, ,'moer (geestelijke dan lichamelijke inspanning verkwikken. Maar !nog was hij daar ver van verwij derd, de geliefde in zijn armen le kunnen sluiten. Hij kon het zich wel denken, dat ze daar achter dc haag, die dwar? door de binnenplaats liep en de woning voor de vrouwen van <lo ritimte der mannen scheidde, hem «-ol hoop afwachtte, ja, hij was daarvan overtuigd, dat zij nu op het oogenblik, dat hij uit het zadel steeg, met de andere vrouwen, door een reet in de lieg naar hem loerde. Maar hij kon toch zoo niet zonder meer bij haar binnen gaan en zich op de zwellende peluw aan haar zijde neer leggen. Hij moest eerst, hoe weinig lust hij daar gegeven wordt. Dit is on-christelijk en on- practiscb. Onchristelijk, omdat ook een mis maakte er recht op heeft zóó verzorgd te worden, dat hij den strijd om het bestaan voeren kan onpractiscb, omdat bedelaars en misdadigers toch onderhouden worden, en beter is, indien de mismaakten door eigen arbeid hun brood kunnen verdienen. Rosenfeld liet in cijfers zien, dat dit doel niet zoo onbereikbaar is gebleken. Wel schatte bij bet aantal der mismaakten on geveer 3 maal zoo groot als bij de telling van Biesalski i9 gebleken, maar minstens 55 pCt. is te genezen, en bovendien zijn 30 pCt. geschikt te maken voor arbeid, zoodat 1/7 overblijft, voor wie blijvend moet worden gezorgd. En terwijl het onder houd van dezulken per hoofd en per jaar op 455 mark moet worden gesteld, kostte de genezing slechts 167 mark en de op voeding 321 mark. Deze bedragen zijn niet zoo hoog of zij zijn op te brengen. Het is slechts jammer, dat de heeren naast deze cijfers niet hebben genoemd, wat de opvoe ding en het ondenvijs van een gezond kind kost in een land, waar de leerplicht is inge voerd. Op bet oogenblik is het een ongeluk, dat de «Krüppel» niet onder de ziektewet ge rekend worden, ofschoon zij er onder vallen. Dit is vermoedelijk een gevolg daarvan, dat zij veelal of niet ziek, óf niet geneesbaar werden beschouwd. Maar d<-t kan ook ver anderen, indien de wetten ge«vijzigd worden, zooals door den invloed van Gebeimrat Schlegel, in Oldenburg, is geschied, waar van staatswege de behandeling en de ver zorging der «Krüppel» verplichtend gesteld is en een onwillig vader daartoe gedwongen worden kan. Het zai nog wel een paar jaar duren eer een dergelijke clausule in Talma's ziektewet is opgenomen, meent dr. Laan. Dr. Heim (München) betoogde nog, dat de algemeen© en rationeel© behandeling der mismaakten alleen dan verkregen kaï worden, wanneer de orthopnedie aan de universiteiten onderwezen zal worden beter dan tot nu toe het geval was. Hiertoe moet de Staat medewerken. Eerst dan zal het aantal der ongelukkige kinderen blijvend verminderd kunnen worden. Maar dan is het ook noodig, dat de kinderen in behandeling worden ge nomen en niet, zoonis thans nog vaak ge beurt, eerst op de scholen worden ontdekt. Waar de gebreken reeds op jongeren leeftijd aanwezig zijn en vroegtijdige behandeling noodzakelijk is wegens bet betere resultaat en wegens de geringere stoornis bij het onderwijs, is het wenschelijk ze een jaar vroeger te ontdekken, bijv. met de hulp van den vaccineerenden arts, die de kinderen toch allen te zien krijgt. HET KERKELIJK VROUWENKIESRECHT IN DE PRAKTIJK. Het Duitsche tijdschrift. Evang- Sozial deelt een aantal gegevens mee over de invoering van vrouwenkiesrecht an de kerk, een zaak die in de eerstvolgende classicaio vergaderin- gen van dc Ned. Herv. ICerk ook in ons land aan de orde zal komen. Het artikel in „Evang. Sozial" behandelt «•oomamelijk liet kerkelijk vrouwenkiesrecht in Duitschland. Het brengt in herinnering, dat reeds in 1788 te Hamburg aan de vrouwelijke lidmaten der Hervormde gemeente deel werd gegeven in het werk der predikantsbe roeping Ook «1© Evangelisch-Hervormde ge meente te /Lübeck stand in 1874 het stemrecht aan de vrouwen toe, doch alleen voorzoovcr dit betreft keuzo en afzetting van predikanten In Bremen is men er in 1902 mee begonnen, en sinds 190S hebben daar de «Touwen reeds in zeven gemeenten een meer of minder uitge breid (stemrecht. Eigenaardig zijn dc beperkingen, welke hier en daar ten opzichte van het vrouwenkies recht (worden (gemaakt. Zoo worden in de Vredesgemeente de mannen reeds op 25jarigen leeftijd kiezer, de vrouwen echter moeten wachten totdat tejj de dertig hebben over schreden. Bovendien moeten de vrouwen, om 't kiesrecht deelachtig te worden, ongehuwd of weduwe zijn en een zelfstandig bestaan leiden. In de gemeente «-an den Dom van St. Petrus mogen de «Touwen meedoen aan de keuze van predikanten, hulppredikers en or ganisten, zoodra zij gedurende drie achter eenvolgende jaren een zitplaats in de kerk in eigendom hebben. Behalve deze stoel-kiezeres- sen heeft men ook nog de bijdrage-kiezeros sen, dat zijn zij die gedurende drie achtereen volgende jaren een bijdrage van vijf mark aan de kerkekas hebben geschonken. Deze laatste ook in had, zjjn middaggebed «-errichten, dat hij reeds als godsdienstig leider en raads man Van zjjn «-olk niet mocht verwaarloozen en dat als geestelijke spijs hem zoo noodzake lijk geworden was, als het dagelijksche brood. Zöo verrichte hij dan de wasschingen, e«-en- als het gebed, en ontving toen alle diegenen, die hem wenschten te spreken. Het eeret verscheen voor hem zijn lccraar en (schoonvader Dsjemal Eddin, een rijzige, statige grijsaard, met sneeuw«vittem baard en een frisch, rood gezicht. Hij verrichtte zijn gebed, «Toeg Sjamyl, hoe zijn «-eldtocht ver loopen was, en berichtte hem, wat tijdens zijn afwezigheid zich in de bergen had voor gedaan. Allerhande nieuws kreeg Sjamyl te hooren van moorden, die op grond van de bloedwraak waren begaan, van diefstallen van vee, «-an vergrijpen tegen de voorschriften van den „Tarikat", die 't genot van tabak en wijn verboden, cm eindelijk deelde Dsjemal Eddin ook den Imam mede, dat Chadsji Moerat hei- meljjk mcnschen gezonden had, die diens familie naar dc Russen moesten overbrengen Die aanslag was echter ontdekt en men had Chadsji Moerat's familie daar tor plaatse ondergebracht, waar ze onder strenge bewa king zijn vonnis afwachtte. In de aangrenzende kamer «varen de oudsten van de aangrenzende gewesten vergaderd,, (om over die dingen te godsdienstige leer der Moeridcn. groep mag echter liet aantal van 100 met overschrijden. ,F,n dan heeft de «Touwelijke lidmaat ondanks haar stoel of liaar bijdrage nog geen kiesrecht, wanneer zij behoort tol een huisgezin, waarvan reeds een mannc lijk lid als kiezer is ingeschreven. Ook mogen vrouwelijke leden «-an hetzelfde gezin slechts één harer Ier stembus afvaardigen. Met deze jetwat belachelijke kiesrechtsbe perking staat dc Dom van St. Potrus alleen. De overige gemeenlcn in Bremen zijn vrijge viger tegenover de vrouw, zelfs zijn er ge meenten waar zij ook in den kerkeraad kan worden gekozen, doch alleen niet als voor zitster. Jn de Martini-gemeente hebben de vrouwen een afzonderlijke vertegenwoordi- gjmg, die 24 afgevaardigden met volledig stemrecht naar het kiescollege mag zenden. Bij reglement pijn twee plaatsen m dcsi kerkeraad uitsluitend «-oor vrouwen bestemd In de Remberti-gemeente ten slotte worden rijf zetels in den kerkeraad en tien in de commissie voor de prcdikantsbcnocming voor de vrouwen beschikbaar gesteld. Deze eigen vertegenwoordiging «-oor de «rouwen, in de bestuurs-organisatie als een afzonderlijk lichaam ingeschakeld, schijnt in de vrije ste den goed te bevallen Tenminste, de Luther- schc synode van Hamburg heeft iu het afge- loopen voorjaar een commissie benoemd, om «le navolging van dit stolsel voor haar kerk genootschap in (Overweging te nemen. Behalve in do vnje steden beslaat het ker kelijk vrouwenkiesrecht ook in den Elzas, waar het ongeveer een jaar geleden dooi den opperkerkeraad mol 14 tegen 7 stemmen is aangenomen. De verkiesbaarheid «'an de vrouw in den kerkeraad is hier echter afg<- tetemd In Zwitserland is de toekenning van het «-rouwenkicórcchl sinds 1908 in het kanton Bern aanhangig, en Gcnève heeft in 1910 dit recht aan dc «-rouwelijkc lidmaten verleend. Ook te Zurich is het bij referendum aange nomen De nationale synode van Waad Hand gaf het stemrecht in 1909 aan de vrouwen de synode «-an de onafhankelijke kerk in het kanion Neuenbung \-olgde m 1910. Ook de Duit echo gemeen Urn te Parijs hebben reeds in 1906 tot dezen stap besloten. Kort geleden hebben zij de vrouwen Ook verkiesbaar «-er- klaard. Twee jaar igeleden het vrouwenkies recht oveneens in d© kerk der Waldenzen in Italië in,gevoerd. Merkwaardig is het, den invloed na te gaan, welken de invoering «-an het vrouwen kiesrecht op het kerkelijk leven liecft gehad Over misstanden tengevolge van deze nieuwe instelling wordt volgens de door het Duit sche tijdscJirift ingewonnen berichten ner gens geklaagd. Uil Genève meldde mon, dat de in«-oering van het nieuwe recht uiterst rustig in baar werk is gegaan Van de 288 kiezers «varen 127 vrouwen. In sommige plaatsen heeft de deelneming der vrouwen gunstig gewerkt op de belangstelling der man nen. Zoo gingen in Lausanne in 1905 slechts 293 mannen ter stembusin 1910, na de invoering Van het vrouwenkiesrecht bedroeg het aantal mannelijke kiezers 449, het aan tal vrouwelijke 557. In Waadtland steeg het aantal kiezer? van 6167 op 13.071. In Bremen hebben volgens den berichtgever, de vrouwen het dien eersten keer dat zij hun Vecht gebruik ten ,„in alle opzichten uitnemend gemaakt Zij gaven door het houden van voorvergade ringen, waar de candidaten werden besproken, blijk van grooten ernst en kwamen bij de ver kiezing (beter Ibeslagen op het ijs dan de mannen. Het voorwendsel, dat op het plat teland geen belangstelling voor dit nieuwe recht te vinden (zou zijn, wordt door de belichten uit Zwitserland volkomen «vcexlegd. SERVISCHE BRUILOFTSGEWOONTEN. Al vroeg in den ochtend is het buis van de Servische bruid vervuld met liederen en zangmelodieën. De bruid wacht haar aan staanden echtgenoot in witzijden, sleepend gewaad, gesluierd en met oranje-bloesem in het haar. Ze mag niet gaan zitten noch iets ettn of drinken. Allengs verschijnen de verwanten, die van de zusters en vriendinnen der bruid een takje roosmarijn met een rood-wit-blauw lint ontvangen. Ook de paarden worden met doeken en bloemen opgesierd. In een even eens met bloemen getooiden wagen verschijnt eindelijkde leider der brnid, een g ooten ruiker in de hand. Van hem krijgt de bruid schoenen en kousen, sluier, krans en handschoenen, welke bij het bruidstoilet hooren. Als tegen geschenk heeft de bruid hem reeds daags beraadslagen. Dsjemal Eddin raadde den Imam hen nog dien dag te laten gaan, daar ze reeds drie dagen op hem gewacht hadden. Sjamyl's oudste gemalin, Saider met den spitsen neus, die zwart haar had en zeer leelijk was, en voor wie «1© Imam ook maar weini|g over had, trad binnen en droeg hem het middagmaal op Nadat hij dit gebruikt had. begaf bij zich naar do raadkamer Zes (grijsaards met witten, grijzen of roo- den, vollen baard verliicven zich bij Sja myl's binnentreden van hun zetels. Het was de hoo.ge raad, die Sjamyl ter zijde stond. Ze droegen alle nieuwe kleederen en een riem met een dolk over bosjmet en tsjerkeska, om het hoofd sloot de lamsvelmuts met of zonder den tulband.*) Sjamyl was een hoofd grooter dan zij allen Zijn «oorbeeld «-olgend, hieven ze alle de armen met de tegen elkander ge klemde banden naar voren, sloten de oogen en baden, waarop ze zich met de handen het gezicht bestreken, ©n aan het benedeneinde van den baard de handen vereenigden. Daarna zotten ze zicli allen om Sjamyl heen, die op een hopger© peluw lusschen. hen zat, en begon nen de beraadslaging over de te beslissen aan gelegenheid Den tulband draagt, wie een pelgrims tocht naar Mekka of een andere, heilige stad heeft igedaan. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1912 | | pagina 5