MIDDELRURGSCHE COURANT.
TWEEDE BLAD VAN DE
Maandag 18 Maart.
FEUILLETON.
De Braid van de Glomme.
V» 66.
IBS* Jaargang
191'2.
Middelburg 16 Maart.
Bebaadeling en verzorging
van den room, karnen en bewer
ken der boter.
IV
Het is wenschelijk 's zomers den room na
iet «rentrifugeeren direct zoo diep mogelijk
af te koelen Daarvoor is. het niet voldoende
den warmen room in teelen in den kelder te
zetten, (omdat op die wijze de afkoeling to
lang duurt. Het meest aan te bevelen zou wel
zijn, dat men naast welput of regenbak een
houten of steen en koelbak liet maken, die vol
gepompt of volgescjiept kjun worden inet Water
Hierin wordt dan de room in een blikken em
mert je of bus ter afkoeling gezet, waarbij af
vn toe omgeroerd en het water zoo noodig
voVvorschl. Tjjdcns het warme jaargetijde dien'
men, niet het oog op de behandeling van den
room, pis regel te nemen direct na het cen-
trifugeeren zoo diep mogelijk afkoelen, nooit
warme, versche jroom bij de koude in den
iroomtau gieten en-ten slotte de room zoo kóel
rnogolyk bewaren tot één dag voor het karnen.
Opi deze wijze Iiandelende bevordert men 's
zomers in niet geringe mate het verkrijgen
van stevige boter van goede kwaliteit.
Met koud weer gaat het afkoelen van den
Tojmï gemakkelijker. Ook dan mag men echter,
uitgezonderd de laatste maal, den room niet
warm in den roomlon gieteii-
Na bijvoeging van den laats ten room, 's zo
mers 1 dag voor het karnen en 's winters
li/a dag voor liet karnen, kan de verzuring
beginnen Tot dien trjd moet men dus 's zo
mers den room zoo boud mogelijk liouden en
s' winters tamelijk koud. Met behulp van de
thermometer brengt men nu de temperatuur
bij1 voorkeur 's winters op 16 17 0 C. en 's
zomers pp 11 a 15° C. Tevens moet men er
voor zorgen dat die temperatuur bewaard blijft
lofi voldoende verzuring bereikt is. 's Zomers
oppassen voor de warmte, 's winters strijden
legen, de koude Een ongescliilderde, houten
roomtoj van hard teakhout, zonder naden, me'
ronden bodem as we! aan te bevelen Een
met,Jen roomt on, als meestal gebruikt wordt,
is gemakkelijker te reinigen, echter staat de
- dom daarin te vee! onder den invloed van de
temperatuur der (omgeving
Is verwarming van den room noodig, zoo
mag men dit niet doen door er een kruik-met
warm Water in te lrangen. Ingieten van kokend
water is uit den booze. Desnoods gebruikt
men water dat. gekookt heeft en dat daarna
afgekoeld is tot 50° C. Meer gewenscht
is het echter de goede temperatuur te berei
ken door den laats ten room er warm bij te
giet,en, dooi er wat koewarmo versche melk
fojj te doen of door er met een klein blikken
busje met Warm water een.poosje doorheen te
roeren. Het pp temperatuur houden van den
ïoorn geeft dikwijls moeilijkheden, maar is be
slist noodzakelijk. Plaatselijke verwarming,
bijv. door vuur onder den ton te brengen, is
niet wenschehjk. Het gieten van water in den
rooto, zonder dat dit gekookt heeft, is steeds
gevaarlijk. Gedurende het koude jaargetijde in koud water ter afkoeling te zetten. Een
staat pp Zeeuwsche boerderijen de room dik- liouten of gemetselde bak bij de wel bewijst
wij Is bij te lage temperatuur. Ilij wordt dan hier goede diensten Verwarmen van 'tkarn-
wel dik, maar sterk in plaats van zuur Hei i sel doet men als volgtDe karn wordt met
karnen veroorzaakt in dat geval moeilijkheden heet water pmgespocld. Dan den room ei
en men verkrijgt, boter, die spoedig sterk wordt 'gegoten en vervolgens de temperatuur op
's Zomers daarentegen verloopt do verzuring genomen. Met Water, dat gekookt heeft, en
doordien de room niet voldoende koel wordt vervolgens laljgekoeld Is tot 50° C., wordt
gehouden, dikwijls te snel {dan de room op dc gewenschte temperatuur
Het behoorl in Zeeland in de meesle ge gebracht Giet jnen kokend water vóór of
vallen niet. lot de gewoonten zuur aan den tijdens liet karnen, dan krijgt men bonte,
room toe te voegen I brokkelige holcr zonder glans.
Wanneer men 's zomers driemalen per week Het karnen mol een tuimelkarn moet bij
karnt, is zulks op de boerderij ook minder voorkeur 4 Olot 50 minuten duren Sommigen
noodig. Bij meermalen per week karnen, en karnen in 25 minuten of nog korter tijd. Bij
look in liet koude jaargetijde, kan zuurtoe
voeging soms gunstig werken Verwarmt men
na liet centrifugeeren den room tot 70' C.,
dan is zuur toevoeging noodzakelijk. Deze toe
voeging geschiedt 's zomers één dag en mei
koud weer li/* dag voor het karnen. Men ge
bruikt 3 Ij*.5 liters zuur op elke 100 liters
room en moet hel zuur goed mot den room
vermengen
Bij minstens driemaal per week karnen en
de bereiding Van lekkere boter kan men
voor het aan zuren eigen karnemelk gebrui
ken. In andere gevallen moet men of zuur
bij eene buurvrouw halen of zelf zuur maken.
Dit laatste kan als volgt geschieden
Van een gezonde koe, die minstens ecu paar
maanden gekalfd moet hebben, en die lekkere
melk (jeeft, wqrd'eta! 1 a 2 Ijiters melk 3 uur
in koud water te roomen gezet De room
dikken room en hooge temperatuur is zulk.'
wel mogelijk, maar men verkrijgt dan slappe
boter, met weinig glans en veel karnemelk er
in, die niet duurzaam is. Het karnen duurt
te lang
1 wanneer de karn te koud gezel is of
pnder het karnen te veel afkoelt
2 wanneer de room niet zuur genoeg is,
ook wanneer deze Ie zuur is of wel verkeerd;
verzuurd
3. wanneer me» Yeel room van oudmelk-
sche (afgetrokken) koeien heeft.
Dikke room -karnt vlugger dan dunne.
Het is niet wenschelijk al te dikke room
te nemen.
Tegen het einde van het karnen moet
langzamer draaien en op het juiste oogenblik
weten op te houden Karnt men tegen het
einde te vlug of te lang door dan gaat de
Naar het Noorach
17van
JAKOB B. BULL.
Thore ging zonder omzien. Kari Braaien liep
weer naar de groot© kleerenkist; ze boog
•zich daarover en haalde iets groots te voor
schijn, dat in een ouden doek met groot© bloe
men was geknoopt. Toen zette z© zich weer op
d© lag© bank met den bundel in den schoot
bh begon dien uit te pakken. Het was de
bruidskroon van het Granvik-geslacht, van goud
met ©en versiering van blinkende ringen. Voor
zichtig reikt© z© Berit d© kroon over.
Die moet jij hebben, zei zevan je moeder,
voegd© zjj er met ©en -guitigen lach achter.
Berit's gezicht was bloedrood, toen ze do
kroon aannam. Nee maar, kijk eens, zei
ze. Met de kroon in de hand bleef z© staan,
betastte die en tuurde maar. Toen legde zij
de jkroon eindelijk weer in den schoot van
Kari terug.
Deze bracht het smeedwerk eraan in orde,
bond den doek er voorzichtig om heen, stond
op en legde de bruidskroon weer in de kist
op de oude plaats. Die is al lang in het be-
zit van mijn geslacht, zeide ze Sinds
onheugelijke tijden heeft ieder jong meisje van
wordt dan afgeschept, de melk in een zuiver glans van de boter af.
busje gedaan en op 30" C gebracht. Bij deze I Inspoelen geschiedt 's zomers met water
temperatuur wordt zc in een kist je met dat izoo koud mogelijk is, 's winters met
hooi, toegedekt met een neteldoekje, op niet water dat niet meer dan 1 of 2° C. beneden
te koude plaats weggezet. Na 24 a 36 uur de kanitemperatuur is
is deze imelk min of meer klonterig en lekker Is de karn af en zijn dus de boterkorrels
zuur. De bovenste laag wordt mot een lepel voldoend© groot, dan laai men de karnemelk
af ge schep' on Üe rest voor het aanzuren afvloeien. Men mooi er hierbij voor zorgen,
Van den room gebruikt. dat de boterkorrels zooveel mogelijk afzon-
Goed gezuurde room is gelijkmatig dik, derlijk blijven en niet op één klomp worden
zonder klonters en niet scherp .maai lekker samengebracht, wélke foul door de boerinnen
frisch-zuur van smaak 'dikwijls wordt gemaakt
Het karnen knoet minstens driemaal in de j Het spoel- on waschwater dal men nu ge-
week geschieden. Veel botergebreken ontstaan bruikt .moei beslist zuiver zijn- Heeft men
doordien men den room te oud laat worden, geen f.uiver water ,dan moei men water
Vóór het karnen is liet wenschelijk ,de 1 gebruiken dat gekookt heeft. Veel boterge-
karn 's zomers met koud, 's winters met warm breken danken haar ontslaan aan onzuiver
water om te spoelen. waschwater. Hol waschwater moet 's zomers
Een bepaalde kaxntönperatuur kan niel zoo koud tmiogelijk zijn. 's Winters mag liet niet
worden voorgeschreven. lil een luimelkam meer daiq 1 a 2° C beneden kanitemperatuur
karnt men 's zomers tusschen 13 en 16° C 'wezen. Het spoelen heeft de bedoeling zooveel
en 's'winters lussclien 15 en 18° C Karnt mogelijk de karnemelk te verwijderen en dit
ïncn p(p leene plaats waar het tamelijk koud is, gaat hel best, wanneer de boterkorrels zoo
don moet men de kaïn iets. wanner zetten {veel Imogelijk afzonderlijk blijven Eenige-ma-
dan by liooger temperatuur van de omgeving Jen wordt het water vervcrscht en houdt men
's Winters en in den herfst mag men niet dit zoolang vol, totdat het afloopende water
op plaatsen karnen waar het tocht De lui- helder ziet.
melkarns Pipe ten pets warmer gezet worden Na het wasschen van de boter komt men
dan een st©otkarn en een Holsteinsche karn aan het kneden toe. Men laat daartoe eerst
Voor iemand die vlug karnt, moet men de j de boter even uitdruipen. Het kneden heeft
kam pok iels kouder zetten dan voor iemand de bedoeling de boter een gelijkmatige struc-
die langzaam karnt. In het koude jaargetijde, tuur te geven, er nog wat vocht uit te ver
wanneer een zeer kleine hoeveelheid room wijderen en het zout er gelijkmatig door te
gekarnd jnoet worden, verzuüne men niet werken. Goed kneden is van veel belang,
de karn mol warm water om te spoelen. Men maar men mag niet uit het oog verliezen, 'dat
zet de karn dan ook iels warmer, dan wan- i men daarmede nooit weer goeid kan maken
neer de hoeveelheid room grooter is wal men door slecht karnen of onvoldoende
Is 's zomers de room i
het karnen te wasschen vain de boter eventueel bedorven heeft.
warm, dajn Snoet nlen prdbeeren ze af te Na eenige jmalen doorkneden van de boter
koelen idoor ze eenige uren vóór 't karnen wordt het zout er over gestrooid. Om zooveel
Granvik-hof deze gedragen Ze sloot de kist,
die met oen zwaren slag in het smeedijzeren
slot knapte, en haalde den sleutel uit liet slot
Neem jij den sleutel nu, zeide ze en reikte
dien Berit. Berit Gksnhof zag haar aan
en bloosde weer Nee, lieve, fluisterde
Berit. Toe, neem den sleutel nu, herhaalde
Kan Braaien. Ik ben zoo vergeetachtig
geworden, voegde zij erbij. Ze gaf Berit den
sleutel in de hand en streelde haar met
bevende hand over schouder en arm. Mijn
dochtertje. Toen draaide ze zich om en ging
de zoldertrap af.
Toen de nacht, zonk, met het eeuwige
schen van de Glomme door de stilte van het
pijnboseh in koele stroomen langs het huis
heen, sliep Berit Glomhof in de zolderkamer
met het hoofd naar den wand gekeerd en
één arm moe boven dek. Ze was op een ge
vaarlijke bruiloft ver, ver weg in sprookjes-
j landen, die glinsterden, terwijl de oude kist
met de daarop geschilderd© rozen dicht geslo
ten naast haar stond. In het nieuwe huis aan
de overzij lag Thore wakker, de pijp in den
mond en een arm boven het hoofd. Maar be
neden in het oude huis sliepen twee oude
gezichten den loomen slaap van den ouder
dom, do eere van het geslacht bewakend.
Op die manier leefden ze hun leven op
Braaten gedurende den zomer, zonder verder
van de anderen wat te hooren.
De boot had Thore op raad van Jacob Braa
ten weer op haar oude aanlegplaats gebracht,
maar het bezoek van Ola Glomhof liet op zich
wachten. Er werd dan ook verteld, dat Ola
en zijn zuster ruzie hadden gekregen, ja, er
verluidde zelfs, met den winter zou ze, als bet
slachten achter den rug was, naar het Elve-
dal terugkeeren, waar ze gewoond had, vóór
de vrouw van haar broeder stierf
Het was .een heldere Septemberdag. Een
boot voer van Braaten naar den Tognsladweg,
daarin zaten een jonge man. en een meisje.
Het vaartuig meerde aan de gewone landings
plaats, het meisje roeide de boot weer terug,
de jongen, die een knapzak op den rug droeg,
sloeg den Tegnstadweg in en verdween in de
hoogte. Het was Thore Braaten, die naar het
dorp wilde, het meisje, dat de boot terug
roeide, was Beril
Thore Braaten rustte niet, voor hij bij de
Tognstaxi-hoev© aangekomen was. Daar sloop
hij onverwacht binnen en vroeg om koffie.
De waardin zat tegenover hem aan tafel en
dronk eveneens koffie. Ze begonnen te bab
belen over wat voorgevallen was en de vrouw
was uitstekend gehumeurd.
Thore, Thore. zei ze nu. moet je toch
oppassen voor Gjermund Waarom?
Thore glimlachte en dronk. Hij slaat
dood, als je beneden in het dorp komt
Thore lachte nog steeds. Dat speelt hij
met mij niet klaar Hallo; wat werd hij niet
woest, toon hij het hoorde.
De meesteres van Tegnstad sloeg de han
den ineen. Zoo, dan heb u hel hem zeker
verteld, hè? Hij sloeg do oogen op en zag
haar recht in het gezicht. Ja, dat heb ik
juist gedaan.
Zij lachte ook Ja, jij, jij - Hij dronk
zjjn koffie uit en schoof de kop weg. Do vrouw
mogelijk altijd een gelijke zouting te verkrij
gen, is liet aan te bevelen, dit zout met een
maatglas af te meten. Het bolerzout dient
goed zuiver te zijn
Bij lichte zouting gebruikt men 1 ons zout
per 10 K G. boter, bij matige zouting 2 ons,
bij gewone zouting 3 ons, en bij zware zouting
4 li 5 £ms. De hoeveelheid zout, die men zal
gebruiken, hangt veel af van den smaak van
do b© tergebruikers Hel zout moet zoo ge
lijkmatig mogelijk door de boter gewerkt wor
den. Is dit het geval, dan laat men de boter
24 uur staan. Het zout krijgt dan gelegen
heid pim to verpekelen. 's Zomers staal de
boter hiertoe op een koele, frissche plaats,
's winters ©p een plaats waar de temperatuur
liefst, niet beneden 14 C is. Daarna wordt
do b©ter nog eens flink gekneed. Ze is dan
voor verkoop gereed. Boter moet voldoende,
maar vooral niet te veel bewerkt worden, om
dat anders de lekkere smaak, de kleur en de
glans verloren gaan. Soms wordt 's morgens
gekarnd en dan nog dienzelfden dag de boter
naar de markt gebracht. Dit moet natuurlijk
ten zeerste worden afgekeurd Zulke boter
kan niet (duurzaam zijn en men loopt het
gevaar in moeilijkheden te komen met de
boterwet, die voorschrijft dat boter, die ten
verkoop wordt aangeboden, minstens S0
boter wel moet bevatten
C ZWAGERMAN.
VARIA.
Zal Nederland verdwijnen
Deze vraag behandelt de heer Blaupot
ten Cate in >De Ingenieur" en hij beant
woordt haar bevestigend. Men zal weten
dat over deze zaak al veel gesproken en
geschreven is, maar enkele nieuwe gezichts
punten worden er wel in geopend.
De heer Blaupot ten Cate wijst er op, dat
de verzinking van on6 land natuurlijk maar
niet zoo maar ineen6 gaat; daar zulleu ver
scheiden duizenden jaren over verloopeD.
Maar werkelijk schijnt bet, dat de landstreek
langs de kust ongeveer twintig centimeter
iedere eeuw verzinkt. Tot nu toe kan men
niet met zekerheid bepalen, of deze verzin
king op regelmatige wijze, dan wel door
meer op minder snelle instortingen geschiedt.
Het is opmerkelijk, zegt de heer Blaupot
dat een aantal Romeinscho stichtingen, waar
van in den tijd dat ze gebouwd weideD, en
dat zal ongeveer drie eeuwen na Christus
geweest zijn, de toegangen die zich toch
boven het wateroppervlak bevonden hebben,
tegenwoordig bij vloed altijd onder water
komen. Het is voldoende de fundamenten
van die stichtingen eens te beschouwen, om
te constateeren, dat ze zijn gezakt; gedurende
zevenhonderd jaar, sommigen minstens an
derhalve meter, anderen van drie tot vier
meter.
Men heeft eveneens geconstateerd, dat in
verscheidene lage vlakten van de Zeeuwsche
eilanden, welke sinds lang drooggelegd waren
de grondoppervlakte is gezonken van dertig
tot vijf en dertig centimeter gedurende twee
eeuwen
Kortom, de formatie van Zuiderzee en
Dollart in Nederland en evenzoo een deel
ruimde af. 'tLeek toch alles een wonder.
Zoo k,un je het noemen.
Thore stond op. Waar wil je nu toch
heen?, vroeg ze. Ze volgde hem tot de deur.
Och, hier en daar heen, antwoordde Thore.
Ja, dat kan ik me zoo denken, meesmuilde
Goro Tegnsladeii. Jullie gaan nu zeker gauw
trouwen, he? Berit en jij?
Met groot© oogen staarde ze hem aan.
Zoo ver zijn wea 1. Hij glimlachte weer Zij
bleef hem aanstaren. Ja, dat begrijp ik zoo.
Nu stond hjj in het portaal.
Maar mijn beste, wat zegt je vader daar
van?, vroeg ze, terwijl ze hem uitgeleidde.
Ik heb het hem. niet gevraagd. Daarop gaf
Goro een gil. Nu vraag ik je. Ja, want
anders loopt de zaak zeker verkeerd
Thore Jachte, terwijl hij dat zei Het
moet toch eens gebeuren. Ja, maar do
boerderij krijg je niet. Dat riep zo hem na.
Dat doet er niet toe. Gauw heb ik zelf
oen hoeve.
Hij ging heen. Zoo'n jongen als jij benl,
riep Goro Tegnstaden. Zij stond op den drom
pel en staarde hem na-
De dominé zat in zijn werkkamer Klein
en onwillig doorbladerde hij een bundel pree-
ken. het gold gedachten voor een nieuwe
preek te verzamelen Er word aan de deur
geklopt, een paar onzekere kloppen. Binnen
Hij legdo den bundel op tafel en wierp een
onderzoekenden domnié'sblik door zijn brille-
glazen op den bezoeker. Dat was Thore Braa
ten- Hij had een nieuw blauw pak -aan en
voelde /zich zeker van zijn zaak, Want hy
van Noord-Duitschland, laat geen twijfel
over, of eene verzinking heelt, gedurende
een huidige periode, in dit deel om Europa
plaats.
Dit deze gegevens wordt afgeleid het ont
staan der terpeD. Dit waren natuurlijke
verhoogÏDgen die eenige meters boven de
oppervlakte van het overige land verrezen,
en die de weiden vormden waar in den zomer
de eerste bewoners, n,l. zwervende nomaden
stammen, den zomer doorbrachten. In bet
slechte jaargetijde liepen deze vlakten vaak
onder bij stormvloeden.
Maar de oppervlakte daalde en de nomaden
maakten plaats voor volken die van land
bouw leefden. Dijken werden om de terpen
gelegd om ze voor 't kwnde seizoen te be
schermen. En, zooals altijd gebeurt, wanneer
een steeds toenemende bevolking is beperkt
tot een begrensd gebied, steeg het niveau
van dien grond. Voor die aardwerken haalde
men den grond van het omliggende terrein.
WATERLEIDINGEN IN DE I6DE EEUW.
Ook in vorige eeuwen zagen de nicnschen
soms wel het nut San zuiver drinkwater in,
maar ?c hadden tijd noch geld noch vol
doende, tecluiische kennis om «lie middeleeuw
sche epidemieën, die trouwens nog veel later
verschillcntle doelen van Europa teisterden,
op die manier te bestritten. Twee gevallen
zijn ons echter overgeleverd, waarin men kans
zag, do talrijke' moeilijkheden te overwinnen
en een uitstekend draineerings-systeent in tb
richten
Het eerste is dat, wat de bekende, En
gelsche staatsman-kardinaal Wolsey in 1514
in Zijn slot Hampton Court bjj Londen deed
aanleggen en dat tot 1871 ui werking is ge
bleven. Hij zorgde ervoor, dat de grond rond
het kasteel regelmatig vochtig weixl gehouden
en liet water uit een bron, die op 5 KM af
stand gelegen was, naar zijn woning voeren
Dat geschiedde door middel van looden bui
zen, die mien in geringe diepte onder den
grond terug gevonden heeft en waarvan elke
8 M lang was Iedere pijp had een doorsnede
van 7 c.M. Dezo constructie moet den breed
schouwenden man dus een schat geld gekost
hebben.
Maar daardoor was Hamplen Court dan ook
verscheiden gelegenheden ryk, waar men zich
de handen kon wasschen een groote zeldzaam
heid voor dien tijd Bovendien bleef het ge
durende de volgende eeuw in den roep, een
bij uitstek gezontl oord te zyn. Inderdaad "bleef
het slot van de talrijke, besmettelijke ziekten
bevrijd, die de hoofdstad herhaaldelijk beis
terden, Ir.v. ook van de post, die daar ui
1666 om zich greep.
Uit technisch oogpunt nog opmerkelijker is
de (waterleiding van do Fransche kuststad
Dieppe, welke eveneens uit de 16de eeuw
dateert. In 1535 kocht de regeering dier toen
maals Moeiende handelsplaats de bronnen van
Saint Aubm, die 6>/8 K M van de stad ver
wijderd eijn. Drie en twintig jaar moesten
echter verstrijken, vóór dat plan ten uitvoer
was gebracht. Want men vergele nieteen der
gelijke leiding was iets „noch nie dage we
series" in de 16de eeuw, indien men tenminste
de ©udc, Romein sche „cloacae" niet mede
had bovendien verschillende geldstukken in
den ieeren buidel, waaronder zeer waarde
volte Zo hadden op Braaten toch wel eenig
gold, heelemaal op den bodem van de ki9t,
zonder dat iemand daarvan wist
Thore sloot de deur achter zich Goe
den avond, zei by De predikant stond op.
Ach, ben jy het, Thore Er kwam een won
derlijk, schraal lachje in zijn oogen te voor
schijn. Thor© bleef bij de deur staan. Ja
zeker. Ik ben het. De dominé legde de bril
weg, ,zyn oogen blikkerden hem tegen
Ondanks alles kom je' dus toch, vroeg by
Thore draalde Ja, ik moet wel, kwam Ihet
er wat verlegen uit De predikant kuchte.
Dat was een leelijke geschiedenis Ja. dal
dat was het zeker
Er sidderde een lachje, didp in There's
blauwe oogen, toen fay antwoordde. Do do
miné kneep sterker met «te oogen en ging
weer zitten. Dat jij je met dergelijke din
gen ingelaten hebt, Thore
Hij sloeg met zyn gebalde vuist kleine,
zachte slagen op de tafel Thore stond nog
ernstig voor hem Het heeft zoo gemoeten,
hij, het is Ola's schuld. De predikant
zweeg Hij zag beurtelings naar een preeken.-
bundel en naar Thore. Als twee samen Wil
lem voegde «leze erbij De dominé kuchte
r Hjj was haar vader. Ja, denk u
eens in, ze was toch geen stuk vee. De flo-
miné bewoog niet.
(Wordt vervolgd).