HIDDELBUBGSCHE COFBAST. ifl isse Jaargang. 1912 Maandag 26 Februari. Middelburg 24 Febrnari. Hervorming der Armenzorg. Dit Stad en Provineie. D... oonr.nt „r.ohijat dagelgk., ».t mWd.ru-g «I Zon- MV p„ k„rt»l, zoowel eooz lliddelberg .1. «or elle pleet.ee m Nederland tr^c» pp. f2. Afzonderlijke nommere koiten 6jent. A dTTrU iTuïiTTSSoe160' °P *»ordM"B» voorwaarden. Pro.peetnl.en doarven zjjn aan het bnreen te bekomen, iirertentidn veer het eentvolgendo nnmmer moeten de. middag, vóór één nnr nikn het bureau bezorgd zijn. Advertaatiün A 20 cent per regel. By abonnememt, veel lager. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regel» f 1.50elke regel mm 20 cent. Reclame» 40 cent per regel. Groote letter» naar de plaat», die zij ianeme*. Tot de plaatsing van advertentiön en reclame», niet afkomstig uit Zeeland, betreffende- Handel, Nijverheid en Geldwezen, is gerechtigd het Algemeen Advertentfe-Bureaii A. DE LA BLAK An., N.Z. Voorbnrgwnl £66, Amsterdam. Dit nommer b..ta.t nit twee bladen met oen Kinderblad. eebste blad. Aan hen die zich thans abonneeren op dit bl«d, zal van het eerste kwartaal alleen de maand Maart in rekening worden ge bracht. n. Eu nu het tweede, uiet minder belang rijke puntde bevordering van samenwer king tnsschen de verschillende instellingen van weldadigheid. Thans is die samenwerking zeer ge brekkig. Vooral de armenzorg-instellingen van Icerkelijken aard hebben er bijna alle ernstig bezwaar tegen om aan anderen mee te dealen wie door hen bedeeld worden. In hoever daarbij factoren meewerken, die minder met armenzorg te maken heb ben dan met kerkgezag, znllen we thans laten rusten. Want er is werkelijk in de armenzorg een element van geheimhou ding, dat geëerbiedigd dient te worden. De druk van armlastigheid moet, als 't niet noodig is, niet verzwaard worden -door de schande van de openbaarheid. Wettelijk zijn thans de instellingen van weldadigheid slechts verplicht tot het doen van een jaarlijksene opgave aan het gemeentebestuur van het aantal door ben ondersteunden of verpleegden, het beloop hunner uitgaven, enz., en voorts dienen ze aan het burgerlijk armbestuur desgevraagd mee te deelen, of een arme, die zich bij een burgerlijk bestuur heeft aangemeld, van hen al dan niet onder- atand kan erlangen. Dit is dus nog iets anders dan de meedeeling of die arme reeds onderstand erlangt, hoewel het in de praktijk meestal •op hetzelfde zal neerkomen. Maar tot inlichtingen aan zusterin stellingen zijn zij niet verplicht. En jnist daaruit komt het kwaad voort van meer voudige bedeeling, en van het bedriegen der instellingen door weinig gewetens volle personen. Dat zal nu echter veranderd worden. En dat kan ook, zonder dat de geheim houding noodeloos geschonden wordt, voor diè gevallen waarin een ondersteunde arme zelf by een andere instelling onder stand vraagt, en daardoor zelf openbaar heid aan zijn hulpbehoevendheid geeft. In die richting is de oplossing in dit wetsontwerp gezocht. Maar er is tevens voor gezorgd, dat men werkelijk die in lichtingen krijgt. Als men dat geheel had overgelaten aan de weldadigheidsinstel lingen onderling, bestond er groot gevaar, dat er in veel gevallen toch niets van kwam. De wet tracht dit te voorkomen door de oprichting in een gemeente, of deel daarvan of in eenige gemeenten samen, van een centraal lichaam, een »armen- raad", bestaande nit vertegenwoordigers der liefdadige instellingen binnen het gebied van den raad gevestigd. En in gemeenten waar geen armenraad is, komt oen beheerder van een register vai inlichtingen. Die armenraad of register-beheerder wordt de algemeene vraagbaak. Komt ®T een arme bij een instelling onder steuning vragen, en bet bestuur ver trouwt de zaak niet, dan kan het zich wenden tot den armenraad. En die legt dan aan de besturen van instellingen >van welke redelijkerwijze vermoed kan worden dat de arme haar steun heeft kunnen verzoeken", de vraag voor of aan dien arme door die besttfVëu onder steuning is gegeven, en zoo ja, in welken vorm en tot welk bedrag. Binnen een week moet op die vraag schriftelijk ge antwoord worden. Hoeveel goeds die regeling ook heefti zal zij toch velen uiet ver genoeg gaan. Het wetsontwerp van 1901 tastte krach tiger door. Het bepaalde, dat de armbe sturen verplicht zouden zijn aan de be heerders van het register van inlich tingen opgave te doen omtrent a 11 door hen ondersteunden echter met de zekerheid dat deze opgaven zouden worden opgenomen in een geheim register, en dat ze alleen dan zouden worden overgebracht naar een open baar register wanneer den beheerder zou blijken, dat een arme van meer dan een zijde onderstenning geniet, of van meer dan één armbestuur ondersteuning heeft In de commissie van voorbereiding zijn stemmen opgegaan om die gedachte ook in de nieuwe wet uit te spreken. Maar de meerderheid wilde daarvan evenmin iets weten als de Minister, en dat was, gegeven de houding, door de kerkelijke instellingen tot nn toe aan genomen, ook te verwachten. Veel kans op een verandering in dien geest bij de openbare behandeling bestaat er om dezelfde reden niet. Wel heeft de Minister toegegeven aan eën wensch van kerkelijke zijde uitge sproken in eenige adressen. Oorspron kelijk was door hem een regeling getrof fen die de mogelijkheid opende tot het verstrekken van inlichtingen door kerkelijke en bijzondere armbesturen ook aan anderen dan aan speciaal door de wet daartoe aangewezen instellingen. Men achtte dat ongewenscht en in over leg met de commissie werd toen de hierboven uiteengezette regeling getroffen, waarbij alle inlichtingen worden gevraagd en verstrekt door bemiddeling van den armenraad. Het ligt voor de hand, dat het voor nemen om zulke armenraden op te rich ten van zelf leidde tot de gedachte om deze lichamen dan tevens voor andere doeleinden te gebruiken. Door dien in lichtingsdienst en door het inschrijven dier inlichtingen in een register worden de armenraden van zelf wat men nn Earners van Navraag noemt, waar met veel doeltreffender bevoegdheid. Maar bovendien is het noodig dat ze ook nit eigen beweging actief kunnen optreden. De wet geeft daartoe gelegen heid. De raden zullen zich op de hoogte moeten stellen en honden van het arm wezen in de gemeenten; ze znllen aan autoriteiten en aan instellingen van wel dadigheid van raad kunnen dienen, zoo wel op verzoek als uit eigen beweging; ze zullen gemeenschappelijke belangen be spreken en maatregelen beramen tot be vordering van goede armenverzorging. Aan hen wordt ook opgedragen de ver deeling van gelden, welke geschonken zijn ten behoeve van alle noodlijdenden in een gemeente, zonder onderscheid van godsdienst. Zal echter zoo'n armenraad werkelijk de gewichtige plaats innemen, die men haar toe denkt, dan dient de samenstel ling zóó te zijn, dat het publiek ver trouwen in dat lichaam heeft. Het is ook al weer aan het overleg tusschen de commissie van voorbereiding en den mini ster te danken, dat er voor die samen stelling eene regeling is getroffen, welke is dan die, eerst door den minister voorgesteld. Het oorspronkelijk wetsontwerp wilde aan iedere instelling, buiten de gestichten, een vertegenwoordiger in den armenraad geven. Maar terécht werd er op gewezen dat men dan in groote gemeenten het aantal leden zon zien stijgen tot 50 of zelfs tot 100. Eq dan liep men ernstig gevaar dat de gewenschte samenwerking niet verkregen kon worden, omdat dan van zelf aan het dagelijksch bestuur de zaken zouden moeten worden overgelaten. En bovendien zou dan de meerderheid bestaan uit vertegenwoordigers van kleine instellingen, wat weer niet billijk is tegenover de groote. Om aan die bezwaren tegemoet te komen heeft men er het volgende op gevondenDe samenstelling van de armenraden blijft zooals ze was voorge steld, nl. één vertegenwoordiger voor iedere instelling. Maar zoo'n armenraad kiest een bestnur, waarvan het aantal leden door de regeering voor iederen raad afzonderlijk wordt bepaald. En by de verkiezing dier bestuursleden brengt iedere vertegenwoordiger een aantal stemmen uit, in overeenstemming met het bedrag der recht9treeksche uitgaven der instelling die hij vertegenwoordigt. Evenwel krjjgen de instellingen wier be drag van uitgaven een zekere verhouding tot het aantal bestuursleden heeft bereikt, d. z. dus de groote instellingen, het recht een of meer bestuursleden aan te wijzen. Dit althans meenen we als de hoofd bedoeling te mogen distilleeren nit de zeer ingewikkelde regeling die de wet voorstelt. Maar we erkenneu dat de lezing der artikels er ons geen klare voorstelling van heeft gegeven. Inge wikkelde wetsbepalingen wekken altijd tegenzin, ten nadeele van de wet. Het zon daarom te hopen rijn, dat de open bare behandeling een eenvoudiger stelsel doet vinden. De gestichten blijven buiten den armeu- raad. De minister betoogde dat de be hoefte aan een armenraad zich, zoo al niet uitsluitend, dan toch voornamelijk doet gevoelen bij armenzorg bniten ge stichten. En bovendien is bet aantal gestichten zóó groot, dat dan het aantal leden nog meer zou stijgen. In plaatsen waar geen armenraad is, znllen Burg. en Wefch. de taak vervullen die elders dat lichaam verricht. Het ontwerp-armenwet omvat nog meer dan hetgeen door ons is uiteengezet. Maar we meenen ons tot deze dingen te kunnen bepalen, omdat zij de nieuwigheden zijn, die door de wet znllen worden ingevoerd. Alleen zij aangestipt dat ook nu, evenals in de oude wet, wordt vastge houden aan het beginsel, dat slechts in zeer bijzondere gevallen subsidies uit de gemeentefondsen mogen worden verstrekt aan andere dan burgerlijke instellingen van weldadigheid. Eb dan eindelijk zij nog gemeld dat er gelukkig! weerstand is geboden aan den aandrang van enkele leden der com missie om voorschriften te geven voor oprichting van werkhuizen. Nooit heeft eenig werkhuis den toets knnaen door staan wat verheffing der armen betreft, zoo werd daartegen aangevoerd. Men be hoeft ook werkelijk slechts aan Engeland en aan Ierland te denken om overtuigd te zijn, dat in die richting weinig goeds en veel verstompende vernedering te wachten is. Het voordeel van het geven van onder stenning in den vorm van loon voor arbeid is in de wet echter niet nit het oog verloren. En de minister heeft aan de commissie toezegging gedaan welwil lend te znllen overwegen of er Rijksstenn kan worden gegeven aan particuliere plannen voor z.g. landkolonies. We hebben van dit wetsvoorstel veel goeds kunnen vertellen. We gelooven dat de aanneming ervan in veel opzichten gelukkige gevolgen zal hebben, al blijven er ook nog wenschen over. Maar wat in de geschiedenis ervan wel het meest treft, is het gelukkige resultaat van het overleg van de com missie van voorbereiding met den minister. Telkens en telkens kan men in het rap port der commissie lezen dat de minister haar opmerkingen als juist erkent, en er aan tegemoet komt. Wat een verschil met de meer of min vijandige debatten in de openbare zitting Men kan slechts wenschen dat het instituut der commissie van voorbereiding in onze Tweede Kamer nog meer uit breiding zal krijgen dan het nn al heeft. Uit Middelbarg. Bij besluit van den Minister van Justitie is aan P. Verver, met ingang van 1 April op zijn verzoek eervol ontslag verleend als bode bij de arrondissements-reehtbank te "Middelburg. Aan het bestuur van de Vereeniging tMiddelburg Vooruit" zijn nog medailles voor het a.s. muziekfeest geschonken door den heer Chr. Holthuijzen, alhier, de bier brouwerij »de Gekroonde Valk" en den heer A. Hubregtse. Vanmorgen zou bij den stalhouder W. A. de Rijcke in de Vlissingsche straat alhier, een groote wagen met hooi, komende van Van Èasse te Kleverskerke, afgeladen worden. Nog voor men daar mee begonnen was, gingen opeens, op een onbewaakt oogenblik schijnbaar, de beide paarden op hol. In groote vaart renden ze de straat uit, de Varkensmarkt over en de Gravenstraat in, de volgeladen wagen meesleurend, 't Moet een angstig gezicht zijn geweest dat ren nende gevaarte te zien, daar de wagen van den eenen kant der straat naar den anderen slingerde, nu en dan zelfs over de stoepji vlak langs de huizen rijdend. Bij de Zusterstaat gekomen gleed de wagen opeens naar rechts uit, 't bovendeel viel aan de rechterzijde der straat waar al 't hooi tegen de bakkerswinkel op de hoek der, Zusterstraat aanviel en een straatlan taarn verboog. Van den winkel werd weinig of niets beschadigd. Daar de deur openstond kregen de bewoners een vrachtje hooi in huis. Het onderstel van den wagen dat naar links was geschoven, versperde de Gravenstraat aan die zijde. De paarden waren gevallen toen de wagen omsloeg. Ze stonden dadelijk weer overeind, lukten zich los en renden verder. Eenige huizen verder, bij 't cafe van Minderhond, werden ze door de eigenaar daarvan opge vangen. Ze bleken geen letsel te hebben. Vanuit de Zusterstraat werd het hooi opgeruimd. De schade bleek niet erg groot te zijn. Naar de „Baanbreker", meedeelt betreffen de de staking aan de ijzergieterij der firma Boddaert alhier zal waarschijnlijk door den Bond een regeling worden getroffen dat staking, evenals die der elecfcriciens, komt voor rekening van het N. V V. Twee der stakende werklieden zijn echter reeds naar elders vertrokken, zoodat het niet oamogeljjk is dat deze staking bij lang duren verloopt en het H. B. ook de anderen zich laat verplaatsen. Dit Vlissingen. TeVlissingen zal op 19, 20 en 21 Maart a. s. een Bazar gehouden worden ten voordeele van den Diaconessen arbeid. Het Dames-Comité dat zich gevormd heeft om dezen Bazar te organiseeren en dat het verzoek doet om toezending van handwer ken, gemaakte kleederen, voorwerpen van kunst en smaak enz., bestaat nit 33 dames met mevrouw van Doorn van Koudekerks als eere-presidente, mevr. Voorhoeve als presidente, mevr. A. van Roalte-Van Raalte als penDingmeesteresse en mevr. Witteveen als secretaresse. De van een Vlissingsche loodsschoe- ner vermiste jol, is terecht. Aan de »V1. Crt." bleek bij onderzoek, dat een jol, tengevolge van den mist, was afgedwaald van den schoener, maar na opklaring va» den mist, aan boord is genomen van het lichtschip »Schouweubank». Uit Walcheren. Het fanfare-muziekgezelschap «Voor waarts" te Koudekerke gafVrijdagavond hare openbare uitvoering, ditmaal de veer tiende. Het was, zoo schrijft men ons, voor de vele aanwezigen weer een aangename avond; de muziek was goed, dat zijn wo nu eenmaal gewoon van ons dapper corpsje, ditmaal verleende zelf geen enkele geleende kracht hare hulp om het verkregen succes te behalen. 't Was vreemd dat we ditmaal niet in da openbare school samen waren door de ver- lofwet bemoeielijkt, moest die verwisseld worden voor het voor de uitvoering zich wel zoo goed leenend Verenigingslokaal", al was het maar alleen daarom, dat de be zoekers nu ten minste fatsoenlijk op stoelen konden zitten, waar vroeger zulks geschiedde boven op de toch in de school aanwezig zijnde schoolbankjes. Aan 't slot der uitvoering sprak de voor zitter den reeds meermalen geuite wensch uit, dat meerdere leden zich moeten aan sluiten te meer waar hoogstwaarschijnlijk dit jaar twee der beste krachten de vereeni ging zullen moeten verlaten. De Chr. zangvereniging «Hosanna" te V rouwepolder gat Vrijdagavond bare vijfde openbare uitvoering, welke niettegen staande het ongunstige weer, door een zeer talrijk publiek bijgewoond werd. Het rijk voorziene programma werd goed ten gehoore gebracht. De nummers na de pauze voldedeu beter dan die vóór do pauze. Er was van te voren aan het publiek verzocht niet te applaudisseeren. In de pauze hield de direc teur een voordracht in dichtmaat, getiteld „De lach en de traan" Nadat de heer Wolf de vereeniging bedankt had voor hetgeen zij ten gehoore gebracht had spraken nog een tweetal afgevaardigden van andere zang- vereen igingen. De samenkomst met gemeen schappelijk gezang en met gebed geopend, werd op gelijke wijze gesloten. De zangvereeniging «Eendracht maakt Macht" te Oostkapelle gaf Vrijdag haar jaarlijksche uitvoering in de openbare school. Het programma telde 17 nommers waaronder twee duetten voor vrouwenstem men. Over 't geheel gaf de uitvoering blijk van ijverige oefening. Na afloop werd den directeur, den heer G. van Schagen, als blijk van erkentelijkheid voor zijn be- langloozen ijver en bewezen diensten aan de vereeniging een klok aangeboden. Een tal rijk publiek gaf meermalen blijk van inge nomenheid met het gehoorde. In de heden morgen gehouden raadszit ting van Domburg werd behandeld een voorstel van den heer Bosselnar om in te trekken een besluit der vorige vergadering inzake afstand in erfpacht van grond ten behoeve van de vereeniging „Het Groene Kruis" tot bouwen van een magazijn. Be sloten werd met 4 tegen 2 stemmen die grond af te staan op de zoogenaamde kanon- weide in plaats van bij de openbare school. Benoemd werd tot assistent-keurmeester vau slachtvee en vleesch J. Wisse Pz. Nog be sloot men een pensioenregeling in het leven te roepen voor den gemeente-secretaris. Dit Z&id-Beveland. De Minister van Justitie heeft goedge vonden aan W. E. Duym, inspecteur der registratie en domeinen vroeger te Goes, thans te 's Gravenhage, op verzoek eervol ontslug te verleenen uit zijne betrekking van plaatsvervangend lid dor kamer van toezicht over de notarissen en candidaat- notarissen, gevestigd te Middelburg en te benoemen als zoodanig D. Veenman, inspec teur der registratie en domeinen te Goes. In de Vrijdag gehouden gemeenteraads zitting te Borsaele, stelde de raad het kohier van den hoofdelijken omslag vast op een bedrag van f 3500 en dat van de hon denbelasting op f 106. Er werd besloten de oesterperceelen op nieuw te verpachten. Daarna kwam „verbetering in den toe stand van den opril Molenwegzeedijk" aan de orde. Sommige leden waren voor het gebruik van macadam, andere wenschten bekeiïng. Een keibe9trating achtten de eer sten gevaarlijk bij 't afrijden met zware vrachten. De meerderheid bleek echter bii Bt9mming voor bekeiïng.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1912 | | pagina 1