liiurgsÉ Courant
FEUILLETON.
BIJVOEGSEL
dk
▼4*
Donderdag 7 Sept. 1911, no. 211,
Middelburg 6 Sept.
Gemeenteraad ran Vlissingen.
Zitting van Dinsdagavond 8 uur.
Voorzatter jhr. A. A. van Doorn van Kou
dekerk©, burgemeester.
Afwezig de heer Van Ockenburg. I
De voorzitter stelt voor tot de beëediging
en installatie der nieuw-gekozen leden, de
heerea Van de Patto, Kalbfleisch, Van Niftrik,
Staverman en Manse over te gaan.
Zij leggen daarna de voorgeschreven eeden
of belofte af.
De voorzitter houdt daarbij de volgende
toespraak
„Ik wensch de heeren geluk met hun her
kiezing en vertrouw dat zij hun mandaat bjj
remieuwing met eer en toewijding zullen ver
vallen.
Mijnheer Manse, die voor het eerst hier
komt, beet ik welkom in ons midden. Moogt
lij tijd genoeg vinden, om u in de belangen
der gemeente in te werken, alleen vragen
naar wat het waarachtig belang der gemeente
meebrengt en met ons op aangename wijze
samenwerken."
Daarna Zegt de voorzitter het volgende
Mijne Ilceren.
Gij allen verkeert met mij onder den indruk
van de groote ramp die onze gemeente heeft
getroffen en gij verwacht van mij een enkel
woord daarover.
Hedenmiddag omstreeks half twee ontstond
door de onvoorzichtigheid van een loodgieter
brand pp het dak van hot kerkgebouw der
Engeische gemeente, welke brand spoedig
oversloeg naar het kerkgebouw der Ned. Herv.
gem. en ook onzen St. Jacobstoren in vlam
zette. Ontzettend was de aanblik van de
vlammenzee, die spoedig van alle zijden op
ging, waarvan gij allen met mij getuigen zijt
geweest.
Gelukkig is het dat de wind ging liggen,
anders was de omvang van den brand niet te
overzien geweest. Intusschen zijn uitgebrand
de Engeische kerk, omstreeks 1588 gebouwd,
het kerkgebouw der Ned. Herv. gemeente in
do 14e eeuw gesticht em vóór 1572 een Room-
sche kerk met zijn prachtig orgel en antiek
betimmerde consistorie-kamer, en onze ver
maarde St. Jacobstoren, wiens stichting met
die der kerk wordt gelijk gesteld, met zijn
mooi klokkenspel. Groot is de schade, die
zoowel door het vuur als door het water is
aangericht aan de belendende gebouwen.
Slangen op de waterleiding geschroefd ga
ven zooveel mogelijk water en de zuigslang
ran de stoomspuit word gelegd in het water
van de Westerhaven, waarna de sluisdeuren
■werden dicht gelegd, om het water op te
houden. Een moedige daad werd daarbij ver
richt door den oudsten zoon van onzen wet
houder Van Niftrik die, toen de sluisdeuren
door steenen enz. weigerden te sluiten, on
derdook jolm die steenen te verwijderen. Hulde
breng ik hem daarvoor, en ook allen die geen
gevaar ontzagen bij het blusschingswerk, zoo
dat do brand niet dien omvang heeft genomen
jais aanvankelijk was te vreezen.
Nogmaals, groot is de ramp die ons trof,
en die wij thans nog niet geheel kunnen
overzien.
God moge onze gemeente genadig voor
verdere rampen bewaren l
De leden geven met hun instemming bij
deze woorden blijk.
Van den heer K. F. Bartstra is een schre
ven ingekomen met mededeeling dat hij zijn
benoeming tot tijdelijk buitengewoon Ieeraar in
de Engeische taal aan. de H. B, S. te Vlis
singen aanneemt, doch volgens contract met
het instituut Poutsma, waaraan bij thans ver
bonden is, niet eerder dan 1 November in
functie zal kunnen treden.
Onder de mededeelingen komt o.a. voor een
dankbetuiging van den beer P. K Dommisse
voor het bewijs van waardeering van zijnen
Arme Margaret Kirby.
Naar het Amerïkaansch
3. van
KATHLEEN NORBIS.
John probeerde te spreken, maar do kamer
draaide om hem heen. Terwijl hij zijn bevende
hand naar zijn oogen bracht, viel er een
schaduw over den drempel on Margaret kwam
binnen. Vermoeid, bestoven, beladen met pak
jes, stond ze een oogeaiblik naar hem te
kijkenen toen, met een plotselingen kreet
van teederheid en medelijden zonk ze naast
hem op haar knieën.
„Margaret I Margaret!" fluisterde hij.
„Wat heb je gedaan?"
Zij antwoordde niet, maar nam hem in haar
sterke armen, en ze kusten elkaar met voch
tige oogen.
Een paar weken later kwam John ook in
bet boardinglious wonen, zenuwachtig, ont
moedigd en nog zwak. In weerwil van Mar
garet's moed, voelden zij beiden dat hun po
sitie gespannen en onbehaaglijk was.
En daar hot iederen dag duidelijker word
arbeid hem door do gemeente aangeboden,
Verder eenige goedkeuringen van raadsbe
sluiten door Ged. Staten, ecuige wijzigingen
in de gemeentebegrooling voor 1911 en een
missicve van Ged. Staten met jnededeeling
dat pcij betreffende de tijdelijke vestiging
der hulpklassen van school A in de school
in het Groenowpud nog geen beslissing hebben
genomen.
De gemeentcbogrooting voor 1912 wordt
overgelegd. Zij bedraagt in ontvang en uit
gaaf f510.994.04. Het bedrag van onvoorziene
uitgaven is geraamd op f 702.09s.
De opbrengst van den hoofdelijken omslag
wordt geraamd op f130.000 tegen f118.000
dit jaar.
Deze zal worden gedrukt en in de volgende
zitting behandeld.
Ingekomen is een adres van J. van Grol,
knecht ten raadhuize, waarin hij verzoekt
Zijn ,weekloon in overeenstemming met zijn
werkzaamheden te brengen en dus te ver-
hoogen.
Dit adres zal bij de begrooting behandeld
worden.
Voorgelezen Iwordt een ,adres van J. van.
Geut, waarin hij te kennen geeft de exploi
tatie der badinrichting, voorheen van den
heer P. B. Oostlievense voor eigen rekening
te willen voortzetten en verzoekt aan de
gemeente dezelfde Subsidie te mogen ont
vangen die tot nu toe is gegeven, daar het
hem anders (onmogelijk is de zaak op den-
zelfden voet in stand te honden.
Het adres wordt in handen van de finan
cieel© (commissie gesteld.
Benoeming Wethouders
Aan de orde is thans de benoeming van
drie wethouders.
De heer Merckena zou, nu het aantal wet
houders zal worden uitgebreid, gaarne in het
belang van de billijkheid en den goeden toon
willen zien dat voor de nieuw te voorziene
plaats één lid van de rechtsche partij werd
gestemd. Hg zou voor die plaats in het college
gaarne den heer Tichelman gekozen zien.
In de vacature-Kalbfieisch wordt de aftre
dende met algemeene stemmen herbenoemd.
Eén briefje is blanco.
De heer Kalbfleisch neemt zijn herbenoe
ming onder dankbetuiging aan.
In de vacature-Van Niftrik wordt de aftre
dende wethouder eveneens met algemeene
stemmen herbenoemd.
Eén briefje is blanco.
De hoer Van -Niftrik [neemt de benoeming aan
onder dankbetuiging voor het in hem gestelde
vertrouwen.
Voor de benoeming van een derden wethou
der worden 6 stemmen uitgebracht op den
heer Tichelman, 8 op den heer Auer en 1 op
den heer iOckenburg.
De heer Auer neemt zijn benoeming aan.
De voorzitter zegt. daarna het volgende:
„Ik wensch de heeren hartelijk geluk met
hun herbenoeming. Waar wij reeds zoo vele
jaren vriendschappelijk mochten samenwerken
aan de belangen der gemeente, ook bij verschil
van meening, daar vertrouw ik dat dit ook in
het vervolg zoo zal zijn.
U, mijnheer Auer, die door 't vertrouwen
van de meerderheid der raadsleden een zetel
in het dagelijksch bestuur hebt gekregen, feli
citeer ik ten zeerste daarmede. De vervul
ling van de 3e wethoudersplaats is belangrijk
voor de gemeente, omdat daaruit blijkt hoezeer
zij zich uitbreidt, maar zij is ook van groot
belang voor u omdat de door u aanvaarde taak
naast uw andere betrekking veel inspanning
vraagt.
Gaarne geef ik u de verzekering, dat u
kunt rekenen op den steun van de andere
leden van het dagelijksch bestuur. Moge ons
college thans in zijn vernieuwde samenstel
ling nog krachtiger dan te voren de zaken
tot spoedige afdoening brengen.
De heer Van der Meer verzoekt met de
benoeming der vaste commissies uit den raad
te wachten tot een volgende vergadering, als
alle mieuw-bemoemden aanwezig zullen zijn.
Dit voorstel wordt voldoende ondersteund
en de raad besluit daartoe.
In de vacature van ©en keurmeester van
visch (vacature ,C. Kamermans Sr.) stellen
Burg. en Weth. voor den heer D. Dijkstra,
thans assistent keurmeester te Vlissingen als
zoodanig te benoemen.
De heer Dijkstra wordt benoemd met alge
meen© stemmen.
De raad gaat thans over tot het onderzoek
van de geloofsbrieven van de nieuw gekozen
dat hij volkomen ongeschikt was om1 opnieuw
een zaak te beginnen in de wrecde, ruwe con
currentie van de groote stad, daalde John's
geest aanmerkelijk. Hij haatte het boarding-
huis.
„Het is slechts de brug die ons over
de rivier brengt", herinnerde zijn vrouw hem.
Maar toen hij aan een fabriekje in een
kleine stad, Applebridge, een halve dagreis
ver, een jpositie kon krijgen als opzichter,
tegen een klein salaris dat hen heiden deed
glimlachen, Het Ze hem die zonder tegenwer
ping aannemen.
Haar moed hield stand tot hij in den trein
zat, jreizend naar ©en nieuwe stad en de
nieuwe betrekking. Maar toen ze weer naar
haar eigen werk terugkeerde, beving haar
een gevoel van onwel zijn. De groote held
haftige strijd was voorbij; John's leven was
gered, en de schukl verminderd tot een rede-
lijkon last. Maar de doodelqke eentonigheid
van de toekomst, het gezwoeg van dagen en
dagen vol gehaten arbeid, do worsteling
waarvoor? Wanneer zouden ze ooit weer hun
plaats kunnen innemen in de wereld die zij
kenden? Wie zou zich ooit kunnen opwerken
uit een schuld als deze? Zou John altijd de
Zwakke, hulpelooz© herstellende bleven, of
zou hij weer worden als vroeger de norsche,
zwijgende man van zaken en clubs?
Margaret sloeg een hoek van haar huis
raadsleden, de heeren W. L. Huson en J. de
Mey-
De heer Van llaalte brengt namens de com
missie van onderzoek verslag uit, wat strekt
tot hun toelating.
De raad besluit daartoe.
Burg. en Weth. stellen voor aan den heer
H J M. van Raalte een stuk gemeentegrond
ter grootte van 202 M-, gelegen aan de Wil-
helminastraat, hoek Nieuwst raat, te verkoo-
pen voor den prijs van f 5050.
De kooper neemt daarbij de verplichting op
Zich om boven en behalve de koopsom aan de
gemeente een som van f 338.35 te betalen
voor het van gemeentewege leggen van een
trottoir langs het door hem te bouwen woon
huis met kantoor.
De raad besluit hiertoe.
Ter goedkeuring fian den raad leggen Burg.
en Weth. een staat over van ontheffingen
wegens hoofdelijken omslag, dienst 1910, tot
een bedrag van f 163.84
De raad keurt deze goed.
Goedgekeurd wordt de rekening van het
Burger Weeshuis over het dienstjaar 1910
welke rekening sluit met een batig slot van
f 1088.84. De ontvangsten bedragen f 9820.46s
en de uitgaven f 8731.62s
Naar aanleiding van een verzoek van de
Koninklijke 'Maatschappij de Schelde en de
tusschen haar en de gemeente gesloten over
eenkomst betreffende den afstand van het
voormalig Laantje van de Ruijter, van de
Kolvenierstraat en de Dokkade, vanaf de werf
tot aan het Beeldenhuis stellen Burg. en
Weth. voor het bovengenoemde gedeelte van
de Dokkade aan den publieken dienst te ont
trekken.
Adres vuilnisbehandeling
Do raad besluit hiertoe.
Inzake het in hunne handen gestelde adres
van E. II. van Herk e. a. bewoners van per-
ceelen gelegen tusschen Singelweg, Glacis-
straat en Hobeinstraat, houdende verzoek om
verbetering te brengen in den overlast die
Zij ondervinden van de nabijheid der mest
vaalt in Je voormalige Zoute Vest, deelen
Burg. en Weth. mede, dat het verzamelen van
straat- en huisvuil in alle grootere steden een
punt van voortdurende zorg is, vooral sedert
de verkoopwaarde Zeer belangrijk is gedaald.
Middelen pm dat vuil te behandelen zijn
het te verbranden en het plan te wenden tot
ophooging van laaggelegen terreinen. Het eer
st© (middel kan om financieele redenen in
Vlissingen vooralsnog niet worden toegepast.
Gelukkig bieden de laaggelegen gronden in
de Zoute Vest gelegenheid om met voordeel
het straatvuil aan te wonden tot ophooging.
Het valt niet te ontkennen dat de betrek
kelijke nabijheid van een stortplaats voor
straatvuil voor de omwonende bezwaren
mede brengt die niet geheel zijn op te heffen
Evenwel is vanwege de reinigingsdienst al
het ynogelijke gedaan, om deze tot een mi
nimum terug te brengen. Het straat- en huis
vuil bestaat hoofdzakelijk uit zand, haard 4
asch, groenteafval en papier. De groote klacht
van velen liep over het verbranden van pa
pier. Hieraan is reeds tegemoet gekomen door
alle (papier niet meer daar ter plaatse te
verbranden, doch in den oven aan den mond
van de voormalige Marinehaven. Voorts heeft
de (opzichter bij verschillende winkeliers en
papierhandelaars liet verzoek gedaan om pa
pier |op bepaalde dagen (Dinsdag en Vrij
dag) mede te geven in een afzonderlijke kar
teneinde het in den bovenbedoelden oven
te kunnen verbranden.
Dagelijks wordt het aangevoerde straatvuil
verspreid en Zaterdags bedekt met zand dat
in de stad op de straten en in de goten ver
zameld is. Burg. en Weth. mcenen dus dat
pi het mogelijke in het werk wordt gesteld
om den overlast zooveel mogelijk te beperkei
doch kunnen er niet toe mede werken om
de stortplaats naar elders over te brengen
Zij stellen daarom voor aan adressanten te
berichten dat aan hunne bezwaren zooveel
mogelijk is tegemoet gekomen en daarop ook
in het vervolg zal worden gelet teneinde den
overlast (zooveel doenlijk te beperken.
De heer Van de Putte merkt op dat de
overlast der bewoners niet denkbeeldig is.
Men zou hier verder kunnen gaan. Men kan
het vuilnislerrein in deelen splitsen en deze
telkens met zand bedekken.
Ook groenteafval en dergelijke stoffen kon
den met het papier naar de ovens worden
medegegeven. Daardoor zou de toestand zeer
verbeterd worden.
De heer Slaverman mist bij het voorstel van
Burg. en Weth een advies van de gezondheids-
pm, en ontmoette daar een van haar huur
ders, een kribbig vrouwtje.
„Wel, we zullen mijnheer Kirley missen,
denk ik", zei deze terwijl ze den stoep opgin
gen. „En nu ik u toch spreek mevrouw Kir
by, vindt u het erg wanneer ik u vraag om
nu on dan een paar nieuwe handdoeken
op onze slaapkamer te krijgen? We krij
gen nooit iels anders dan die oude, dunne
handdoeken. Natuurlijk is het de schuld van de
meid, maar ik meen dal iedereen ook zijn
beurt moet hebben met de nieuwe handdoe
ken, even goed als met de oude, vindt uzelf
niet
„Ik zal er met de meid over spreken",
zei Margaret, haar sleutel omdraaiend.
Een eenzame, drukke herfst volgde, en een
winter van hard ondankbaar werk.
„Ik voel me als de vtouw van een lood
gieter", zei Margaret glimlachend tot juffrouw
Kippam, toen John haar in November schreef
dat hij „vorhooging" van salaris had gekre
gen.
Maar toon hij met Kerstmis voor tien dagen
overkwam zag ze dat hij bruin, opgewekt, en
verwonderlijk krachtig was geworden. Ze waren
tijdens die kleine vacantie als twee schuwe
geliefden. Maragaret bevond dat haar vroegere
moederlijke, half beschermende houding jegens
haar man heelemaal niot voor den nieuwen
commissie en zou dit graag overgelegd zien.
Hij sluit zich in hoofdzaak aan bij don heer
Van de Putte. Zelf zag spreker afval van
slagerijen op den vuilnisbelt brengen. Kon dit
niet naar de plaats gebracht worden waar
heen hot abattoir zijn afval vervoert?
De heer Vermaas sluit zich hierbij aan. Ook
hij zou zoo spoedig mogelijk aan dezen toe
stand een einde willen maken.
De heer Van Niftrik wijst op de moeilijk
heid om zich van straat- en huisvuil te ont
doen. Dit wordt niet meer verkocht en ver
scheept; het heeft geen waarde meer, Vroe
ger kon het nog tegen geringen prijs ver
kocht worden, maar nu niet meer. Het werd
daarna gebruikt ter ophooging van terreinen
Het gemeentebestuur moest nn gaan doen wat
vele andere steden deden, o a. Dordrecht en
Amsterdam. Het gemeentebestuur heeft de
gronden waar het afval verblijf hield opge
hoogd, omdat, er verschillende klachten over
kwamen. Het is nu genoodzaakt het vuil te
brengen naar een nog meer afgelegen terrein.
Daardoor zal de klacht verdwijnen, liet ge
meenlebestuur wil niet het vuil in bebouwde
terreinen brengen.
Worden de gebruikte terreinen bebouwd, dan
moet de vuilnisbelt verhuizen. Het kwaad zal
dus vanzelf verdwijnen, doordat het vuil naar
een nog meer afgelegen terrein zal worden
overgebracht.
De heer Stuart zou den afval der slagers
op andere wijze weg willen werken, b.v. zoo
als de maatschappij „Zeeland" het doet.
De heer Staverman kan zich met de be
lofte van den heer Van Niftrik vereenigen
wanneer het kwaad werkelijk spoedig zal ver
dwrjnen.
De hoer Van Niftrik deelt mede dat vóór
het a.s. warme seizoen het terrein gereed
zal zijn. Het zich ontdoen van het vuil der
slagers op dezelfde wijze als de maatschappij
„Zeeland" dit doet, vindt hij zeer moeilijk.
De afval der Mij. „Zeeland" wordt por
boot de rivier op gevoerd Wil de raad hem
een schip geven dan zal spreker deze methode
ook kunnen volgen. Nu dit evenwel niet zal
gebeuren acht hij den huidigen toestand nog
eeaigen tijd noodzakelijk. Het nieuwe terrein
dat spreker op het oog heeft, is in den Zwa-
nenburgschen weg gelegen, dus voldoende uit
de bebouwde kom der gemeente.
Do heer Tichelman sluit zich bij de door
den heer Van de Putte geuite woorden aan.
De heer Van Niftrik belooft met die mee
rling rekening te houden.
D© heer Staverman zou hel afval bij dat
van do Mij. „Zeeland" willen voegen Men
kan daarvoor dan betalen.
De heer Van Niftrik stelt, namens Burg. en
Weth. voor, dit aan de stoomvaart Mij „Zee
land" te vragen.
De heer Van der Meer zou de kwestie spoe
dig willen aanpakken. Kan niet dagelijks
het vuil met een flinken laag zand bedekt
worden
De heer Van Niftrik acht dit minder wen-
schelijk Het nu gebruikte terrein zal voor-
loopig nog geen bouwterrein maar wei zijn.
Door daarop zand te brengen gaat veel van
haar waarde verloren. Bovendien is de te
verwachten verbetering toch niet zoo ver
in het verschiet. Ook heeft het zand op het
andere terrein waar men het zou weghalen
Zijn bestemming
Do raad gaat daarna met het voorstel van
Burg en Weth. mede
Goedgekeurd worden de rekening over 1910
en de begrooting voor 1912 van de commissie
van beheer van den Vlissingen—Koudekerk-
schen straatweg.
De begrooting bedraagt in ontvang en uit
gaaf op f 928 28 en de rekening over 1910
in ontvang f 1927 88s en in uitgaat t 1894.89,
dus met een goed slot van f 32.99r\
Adres drinkwatervoorziening.
Naar aanleiding van het in handen van Burg.
en Weth. gestelde adres van de afdeeling der
S. D A. P. betreffende bet plaatsen van
waterautomaten op het z.g. Eiland, deelen
Burg en Weth. mee dat in verband roet den
drogen voorzomer op 10 Juni jJ. aan de di
rectie der Vlissingsche duinwaterleiding is ver
zocht om een belangrijke uitbreiding van het
buizennet over het Eiland te verkrijgen. De
directie was m beginsel bereid daartoe mede
te werken en heeft door advertenties in de
bladen een oproeping geplaatst van personen
die genegen zouden zijn om tegen een ver
minderd tarief van aanlegkosten tot aanslui
ting hunner perceelen over te gaan.
Dez© poging hoeft echter geen resultaat op
toestand pasteen John wist bijna evenmin hoe
hij zich houden moest.
In April ging ze naar Applebridge, en ze
bracht er een boelen dag doorsamen, wan
delden ze door de frissche lente velden.
„Het is werkelijk een heerlijk plaatsje",
deelde |ze aan juffrouw Kippam mee toen
zo weer terug was. „Zoo'n soort stadjo, waar
de kinderen hun twaalfuurtje mee naar school
nemen, en de moeders hun groenten inmaken,
en waar iedereen een wagen en paaTd heelt
John is daar een man van betcekenis."
Na dat April-bezoek volgde een lange on
derbreking, want John moest in Juli naar
Chicago in de veertien dagen die ze van
plan waren samen door te brengen. En toen
hij eindelijk naar New York kwam om daar
weer bij haar zijn Kerstmis te vieren, lag
Margaret met keelpijn te bed, en kon ze
slechts fluisteren wat ze te vragen had. Zoo
worstelden zo weer een winter door, col weer
een lente, en toen de zomer terug kwam,
was het Margaret bjjna onmogelijk zich los
te breken uit haar steeds toenemend© ver
antwoorde! ijkheid
Maar op ©en geurigen, zachten Octoberdag
stapte ze in den morgen uit den trein in hot
kleine fetation, terwijl een lange man haar
mot zyn hoed toewuifde. En toen ze samen
den weg afliepen, glimlachten z© elkaar toe
als een paar kinderen.
geleverd, daar niet één perceel werd op ge*
geven.
Hieruit meexven. Burg. en Weth. te mogen af
leiden dat in de waterbehoefte op hel Eiland
thans ook reeds wordt voorzien en wel door
neringdoenden die water verkoopen aan par
ticulieren tegon 1 ct. per emmer.
Hoewel dit volgens de bepalingen omtrent;
de waterlevering niet geoorloofd ia, heeft d©
directie zulks mot het oog op den drogen
zomer oogluikend toegelaten. De verkoopsprijs
van 1 ct. per emmer levert den verkoopers
minstens 100 pCt. winst op, zoodat de in het
adres voorkomende uitdrukking dat de winke
liers als het ware worden geprest geen reden
van bestaan heeft. Bovendien is de prijs niet
hooger dan die betaald zou moeten worden
bij oventueele invoering van waterautomaten,
terwijl de plaatspng hiervan is af te raden
door het misbruik waaraan deze automaten
zjjn (blootgesteld
Burg. en Weth komen dus tot de conclusie
dat in de waterbehoefte op het Eiland wordt
voorzien en dat, mocht oen eenigszins belang
rijk getal bewoners óch willen aansluiten,
de (directie bereid is haar buizennet uit te
breiden, zoodat het plaatsen van watcraulo-
malen niet noodzakelijk is te achten.
De heer Van de Putte kan zich hiermede
niot vereenigen.
Hij had aan de Kanaalstraat gaarne een
kroan gezien. Het zijn in de Dijkstraal allen
huurwoningen die dringende behoefte aan
drinkwater hebben. Waarom dan geen kraan
geplaatst waar men op bepaalde tijden water
kan koopen. Burg. en Weth. kunnen dit aan
de duinwaterleiding voorstellen, ook ten be
hoeve der schippers
De heer Staverman sluit zich hierbij aan.
Het niet aansluiten bij de duinwaterleiding
door verschillende bewoners uit die buurt
schuilt niet altijd op onwil maar ook op on
macht, daar do waterprys der leiding enorm!
hoog is.
De menschen willen water in huis hebben
©n niet van een pomp halen. Waar een der
inzenders van het adres in /d© [volgende zitting
aanwezig zal zijn zou hij de behandeling
van dit punt zoolang willen uitstellen.
De heer Tichelman is hiertegen. Het arti
kel water wordt op dit oogenblik te dringend
gevraagd en het voorstel kan geen uitstel
velen.
De voorzitter zou met het advies van den
heer Van de Putte willen meegaan en eeu
kraan plaatsen. Hi) 2011 zich daarom met de
duinwaterleiding in verbinding willen stellen.
De heer Van de Putte dringt op spoed aan
De heer Merckens heeft bezwaar tegen het
plaatsen van een kraan omdat er dan telkens
een man bij moet zyn.
Zou men geen der omwonenden als depot
houder kunnen aanstellen? Wanneer daar ge
regeld 100 pCt. op verdiend kan worden zal
spoedig iemand gevonden worden.
Do heer Tichelman ziet geen bezwaar in
het plaatsen van een man, bij de kraan.
Het is toch maar tijdelijk, gedurende do
groote 'waterschaarschte.
De voorzitter zou zich lot de directi©
der duinwaterleiding willen wenden.
De heer Staverman wil met den heer Mer
ckens medegaan, maarniet 100pCt. per emmer
laten verdienen.
Op advies van den voorzitter wordt daarna
besloten een en ander aan Buig. en Weth.
over te laten.
Ontwerp overeenkomst tram.
Burg. en Weth. leggen den raad een oml-
werp-overeenkomst over tusschen de gemeente
Vlissingen en do société anonyme des tram
ways a vapeur Flessingue—Middelbourg et
extensions. Daarbij beschouwt de raad na
intrekking van haar besluit van 25 Juni 1909
voor zoover geacht kan worden dat tusschen
de gemeente en de maatschappij een contract
is ontstaan betreffende deze zaak inhoudende
de bepalingen der concessie, dat contract door
beide partijen als geheel ontbonden, met dien
verstand© dat hot gestorte waarborgfonds zal
worden gerestitueerd en geen enkele bepaling
ten voor- of ten nadeele van een der partijen
verder ©enig effect zal sorteeren.
De maatschappij verbindt zich dan om zoo
spoedig mogelijk een eloctrische tramlijn aan
te leggen en te exploiteeren van af do
Keersluis langs den Prins Hendrikweg, naar
het station overeenkomstig de door haar ver
kregen concessies en vergunningen van Rijks-
en Provinciaal bestuur. Ieder jaar betaalt de
Maatschappij (voor het eerst in 1911) aan de
gemeente een som van f300, zij verbindt zich
lot hel onderhoud van den weg binnen de
spoorstaven en 75 cM. aan weerszijden daar
„Was je verast over den brief?" vroeg
John.
„Niet zoozeer verrast dan wel bly," zei
Margaret, blozend als dm meisje.
Ze sloegen op den hoofdweg een zijpad in,
en gingen een hek door. Achter dat hek lag
een oude, groote volgegroeido tuin, en daar
achter oen huis, een breed verveloos huis,
daar achter weer een boomgaard en schuren
en bijgebouwen.
John nam een sleutel uit zijn zak, en opende
de voordeur. Rozen, die door de achterdeur
naar binnen keken over een breeden, steenen
gang, glimlachten hen toe. Het zonlicht viel
overal neer in heldere vierkanten op de stee
nen vloeren. Het verhelderde de groote keuken,
fen glansde tot in de provisiekast, die nog
een Zwakken geur bezat van de daar eens
op de plankon geborgen appels. Het kroop
in de vliering, en beroerde den gewitlen kel
der, waar jaren geleden een twaalftal kinde
ren hun hoogte en leeftijd hadden aange-
toekend.
(SM **,1.)