FEUILLETON.
Beknopte Hededeelingen.
Handelsberichten.
feil dan Vrijdag. Men slaagde er nog in een
beperkt verkeer te handhaven, maar een aan
tal stations der voorsteden, vooral in Zuid-
London, en tevens in de City moesten geslo
ten worden.
In Londen wemelden de stralen van wiel
rijders, die door het onzekere van het ver
voer per „tube" genoopt waren zich wat warm
to trappen. Er waren veel oude, lang vergeten
beestjes onder die fietsen.
Do „tubes" konden hun dienst slechts met
moeite handhaven, en het publiek was, door
de staking dor hitmannen, gedwongen de hon
derden treden van de noodtrappen op en neer
te loopen.
In do provincie was do staking ook toe
genomen, en van alle zijden kwamen berich
ten over de gedwongen werkloosheid der ar
beiders van groote fabrieken, die hun grond
stoffen of steenkool misten. In West Cum
berland kregen 12.000 arbeiders der ijzerfabrie
ken gedaan. Te Nottingham konden 8000 mijn
werkers niets doen door het gebrek aan wa
gens. Te Burnow was aan 11.000 arbeiders
de dienst opgezegd wegens gebrek aan steen
kool. Te Durham waren 8 mijnen gesloten
met 10.000 arbeiders; in Northumberland
moesten 40.000 mijnwerkers naar huis ge
stuurd worden, enz.
Zeer treffend en meelijwekkend was de
toestand in de zeebadplaats Blackpool, waar
de dagjesmeuschen der goedkoope pleziertrei-
nen voor liet gesloten station stonden, vol
wanhoop, en velen schreiend. Ze hadden geen
geld om voedsel te koppen of te overnachten
in een hotel, en evenmin om een rijtuig te
huren en zoo naar huis te gaan. Eep groot
aantal van hen waren arme arbeiders uit
Lancashire, die den dag aan zee waren ko
men doorbrengen.
De markten in Londen waren nog niet
ernstig door de staking getroffen, maar het
had niet veel langer moeten duren. De risch-
handel leed overal erg.
Over het algemeen werd de orde niet noe
menswaard verstoord. De regeering liet bijna
alle stations door troepen bewaken, en dé
Londensche politie was versterkt. Alleen bij
een overval door stakers op den spoorweg
te Llanelly in Wales ontstond een gevecht met
de troepen. Deze gaven vuur, waardoor twee
nieuwsgierigen werden gedood. De menigte
ging daarop op de vlucht.
Laat op den avond Zaterdag hernieuwden
de onlusten in Llanelly zich. De stakers ver
brandden de goederen, dio aan het station la
gen opgeslagen. Een ontploffing had plaats,
waardoor tien menschen werden gedood en
verscheidene gewond. De politie chargeerde
met den wapenstok, de soldaten met de ba
jonet. Ook hierdoor werden velen gewond.
In de Erewash-vallei (bij Nottingham) heb
ben stakers de rails opgebroken en daardoor
de Jlidland-Scotch Express en twee andere
passagierstreinen tot staan gebracht. Troepen
uit Derby veegden de lijn schoon en zorg
den dat de trein door kon rijden naar Grimsby.
Overigens echter gedroegen de stakers zich
■ordelijk.
Honderden klerken van de North Western-
maatschappij aan Euston station doen vrijwil
lig dienst als kruiers.
Liverpool had Zaterdag denzelfden trooste-
loozen aanblik ais Vrijdag. De kooplieden wa
ren jwanhopigde verliezen die de handel
geleden heeft zijn onberekenbaar. Het stakings
comité trad daar zeer tyranniek op.
Hoe de staking eindigde.
Tengevolge van den Zondag, die ons de ge
wone bladen onthield, kunnen we niet een
geleidelijk overzicht geven van het tot stand
komen van het vergelijk, dat de staking be
ëindigde.
De spoorwegdirecties hebben in zoover aan
den erkenningseisch der vakvereenigingen toe
gegeven, dat zij op aandrang van de regeering
twee hunner hebben aangewezen om te zamen
met vertegenwoordigers der vakvereenigings-
besturen het bemiddelingsvoorstel der regeering
tot aanstelling van een commissie van onder
zoek te bespreken.
Dat is geschied. En aan het slot dier con
ferentie werd een regeling onderteekend door
beide partijen.
Daarbij verbonden de leiders der stakers
zich hun uiterste best te zullen doen om de
werklieden over te halen, dadelijk het werk
te hervatten. Anderzijds zullen, alle werklie
den, in het conflict betrokken, door de maat
schappijen weer worden aangesteld, zonder op
eenige iwijze gestraft te worden.
Het bemiddelingsvoorstel der regeering komt
op het volgende neer:
De commissie van onderzoek, die zal wor
den aangewezen om de geschilpunten te be-
2 Naar het Duitsck.
Juffrouw Miiller boog zich over den geval
lene en onderzocht hem nauwkeurig. Hij had
een kleine, onbeduidende wond aan zijn hoofd,
maar de algemeene slapte gaf aanleiding tot
ernstige bezorgdheid. Zij ging naar binnen om
water te halen en intusschen sleepten de beide
vrienden den ongelukkige binnen de deur.
„Ik ben bang dat liij dood gaat", zeide
de heer Stelljes tot juffrouw Müller
„Ga u naar den dokter, vlug."
„We 'willen hem niet 'gaarne alleen laten,"
zeide de heer Stelljes. „Zou het te veel ge
vraagd zijn wanneer we u verzochten even te
gaan."
Juffrouw Müller ging.
„Waarom hebt jullie dat gedaan vroeg
Garbers. „Ik wil geen dokter hebben, die zal
alles bederven. Waarom ben jullie niet weg
gegaan en hebt mij alleen met haar gelaten?"
„Ik heb haar naar den dokter gestuurd
om jou naar bed te kunnen brengen."
„Naar bed?"
handelen, zal bestaan uit twee vertegenwoor
digers van de werkgevers en twee vertegen
woordigers van de werklieden, met een onpar-
tijdigen voorzitter. De commissie zal zoo
voortvarend mogelijk te werk gaan. Door beide
partijen is do verzekering gegeven, dat zij de
oplossing van de commissie accepteeren zullen,
ook wat do erkenning der vakvereenigingen
betreft. Bovendien beeft de regeering aan de
spoorwegmaatschappijen de verzekering gege
ven, dat zjj in do volgende zitting aan de
wetgevende macht voorstellen zaJ, de toename
der lasten te verlichten, voor het geval de
exploitatiekosten toenemen mochten tenge
volge van de duurdere arbeidskracht.
Zondagavond te half twaalf werd door het
slakingscomité naar alle kanten een telegram
gezonden: „Het comité heeft de staking ge
regeld. Overwinning voor de vakvereenigingen.
Alle mannen moeten dadelijk het werk her
vatten."
Men zal nu moeten afwachten of ditmaal
de mannen het advies der leiders zullen vol
gen. In ieder geval zal het nog eenigen tijd
duren (vóór de toestand weer geregeld is.
Zondag was hij nog abnormaal, vooral door
dat in de provincie de mannen eerst de
voorwaarden wilden weten, vóór zij het werk
hervatton.
Te Londen werd door de spoorwegbeamb
ten Zondag in het Hydepark een vergadering
gehouden, bijgewoond door 40 h 50.000 per
sonen. "Daar werd besloten de staking te be
ëindigen.
duitschland en rusland in west-azië.
Eindelijk is het zooveel besproken Pots
dammer-verdrag, dat, tot ergernis van vele
Engelschen, een regeling trof inzake de spoor
weg-aspiraties van Duitschland en Rusland
in West-Aziö en Perzië, dan toch onderteo-
kend. Het zal misschien sommige lezers ver
wonderen te hooren, dat het nog altijd onge-
teekend was, maar het was toch zoo. Zaterdag
zijn te Petersburg de handteekeningen gezet.
En, nu is ook de tekst bekend geworden
van een regeling waarvan de hoofdlijnen reeds
lang hekend waren. Het verdrag bepaalt
De Duitsche regeering beoogt niet noorde
lijk van. de van. Kasrichirin over Kahk naar
de Afghaaascho grens voerende lijn le stre
ven naar concessies voor wegenaanleg, scheep
vaart en telegraaflijnen.
De Russische regeering verplicht zich te
streven naar de verkrijging van de concessie
voor den aanleg van een spoorweg Teheran-
Kanekin, en twee jaar na het gereedkomen
van het baanvak Sadidtse-Ranekin zelf te
beginnen of den aanleg aan een buitenland-
sche financieele groep over te dragen.
Zoo dit niet geschiedt, staat het de Duit
sche regeering vrij te trachten die concessie
te verkrijgen.
De Russische regeering legt aan den aan
leg van den Bagdadspoorweg geen hinder
palen in den weg.
Te Plymouth is een luitenant van het
19de Duitsche regiment huzaren aange
houden wegens spionnage.
Na te Plymouth voor den magistraat te
zijn gebracht, is de zaak tot 28 dezer ver
daagd. De magistraat weigerde den be
schuldigde tot zoolang onder borgtocht vrij
te laten.
Onder de door de politie in beslag ge
nomen papieren behoort ook een brief uit
Duitschland met banknoten ten bedrage
van 110 p. s.
Keizer Wilhelm heeft Zaterdag te Wil-
helmshöhe bij de overreiking van een vaandel
aan een gymnasiasten-vereeniging van Kassei
een toespraak gehouden, waarin hij in het
bijzonder in het licht stelde het nadeel van
liet alcohol verbruik, niet het minst onder de
academische jeugd. De overleverde drinkge
woonten noemde hij onpassend voor een tijd,
waarin het <er om gaat aan Duitschland zijn
plaats in de wereld te doen behouden.
Htf drong cr pp aanj, met verwijzing naar het
voorbeeld der Amerikaansche studenten, om
hot lichaam door sport, schermen en roeien te
stalen, inplaats er naar te streven een record
te slaan in het gebruik van alcoholische!
dranken.
De spoorweg-directie te Essen heeft, ter
bestrijding van de pogingen der socialisten om
het spoorwegpersoneel te winnen, bekend ge
maakt dat het invoeren van socialistisch©
bladen en het manifesteeren ten gunste van
socialistische ideeën pp plaatsen waar het
personeel in dienst is, gestraft zal worden
„Vooruit wij zullen wel zeggen, dat
we er je heen hebben gebracht."
Door zijn vrienden voortgeduwd, maar bij
iederen stap stilstaande om op te spelen, werd
hij naar de slaapkamer van den heer Dopp-
mann gebracht.
„Uitkleoden," commandeerde Stelljes.
„Wat heeft Karei toch?"
„Let maar niet op mij," zeide deze, zijn
oogen afvegende. „Ik daclit aan het gezicht
dat de heer Doppmann zal zetten".
Vóór Garbers zelfs wat doen kon, waren hem
zijn jas en vest uitgetrokken en de heer Wilms
begon aan zijn schoenen. Binnen vijf minuten
wgs hij in het bed van meneer Doppmann ge
stopt, zijn kleeron lagen netjes op een stoel cd
de heide vrienden voerden een soort Indianen-
dans (uit voor zijn bed
„Je komt voorloopig niet tot bewustzijn
en als bet eenmaal zoover is, dan vertel je
den dokter dat je geen lid verroeren kuilt,"
zeide iStelljes.
„En als ze probeeren je uit. bed te
halen, dan schreeuw je alsof je vermoord
wordt," zeide meneer Wilms.
Beneden klonken stemmen. Juffrouw Müller
en de dokter hadden den heer Doppmann voor
de deur getroffen en deze laatste was al blij
toen hrj de indringers niet meer zag Maar
begon weer te brommen, toen hij het hoofd
van den heer Stelljes boven de trap zag en
met wegzending- Alle ambtenaren, werklieden
enZ. der maatschappij zullen dat stuk moeten
teekenen als bewijs dat zij den inhoud kennen
Do paus is, naar men uit Rome meldt,
geheel hersteld Hij heeft de mis bijgewoond,
en loopt zonder pijn te gevoelen
Er heerscht weer groote vleesclmood
te Wöcncn, en dat op een tijd, dat duizenden
nog pp het land zijn, zoo schrijft do corres
pondent der „N. R. CrtWel ligt er een
schip met overzeesch vleesch in Triest, maar
het mag zijn lading niet lossen, zoolang Hon
garije or geen toestemming toe geeft, omdat
de Oostenrijksche regeering 3 jaar geleden
om de agrariërs van dienst te zijn met de
Hongaarsche regeering is overeengekomen, in
zake vee en vleesch zich van elke eenzijdige
daad te onthouden en slechts met gemeen
overleg te handelen. Men verlangt nu in
Boeda-Pest in ruil voor die toestemming een
directe aansluiting van de lijn Kaschau
Oderberg aan bet Pruisische spoorwegnet. De
Oostenrijksche regeering wil dit niet, omdat
rij een aansluiting der Hongaarsche spoorwe
gen aan het net van Pruisen zeer Tiadeelig
voor den Oostenrijkschen handel acht. Het
gevolg is dat de onderhandelingen zijn afgebro
ken, dat het schip mot vleesch waarschijnlijk
Jïifet volle lading zal moeten vertrekken en dat
een aanzienlijke rijzing der vleeschprijzen voor
de deur staat. Hoewel do boeren wegens de
hooge prijzen bijkans al liun vee naar de
slachtbank brengen en den veestapel decimee-
ren, is de aanvoer op de markt te Weenen
veel geringer dan anders en neemt voortdu
rend af Er is veel te weinig voor de be
hoeften. En toch houdt men de grenzen
gesloten en laat ze voor den uitvoer open.
brieven uit het vreemdelingen
legioen.
IV.
Daar tikte mij iemand op den schouder
en toen ik omkeek, zag ik een haveloos ge-
kleeden persoon voor mij staan, die mij toe-
toelachte en (uitriep„Geen drukte maken
Hollander! er is niets meer tegen te doen,
je kunt niet terug." Ik, blijde een landsman
gevonden te hebben, welke mij ten minste
verstaan kon, drukte hem de hand en vroeg
of hij" pok naar het Legioen ging? „Ja"
meende juj, „maar ik ben geen Hollander,
ik ben een Portugees, maar ik heb lange
jaren gewerkt in Deventer." „Nou, zeg ik,
je spreekt dan wel duidelijk de Hollandse he
taal." Ik vroeg zijn naam en hij noemde zich
Fernando, geboren te Lissabon. Wij spraken
nog wat pver ons land en toen kwam het
ter sprake, dat ik zoo beetgenomen was.
Ik dacht nog wat handgeld te ontvangen, maar
niets, totaal niets. Verder vertelde hij mij ook
dat ik niet voor twee, doch voor vijf jaar
moest hebben geteckend. Dat was een nieuwe
tegenvaller voor mij. Ik vervloekte reeds de
heelo Fransche (armee en tevens den Holland -
schen consul, die mij zoo netjes geholpen had.
Nadat wij eenige malen hot plein hadden
pp en nêer geloopen, voegde rich een derde
persoon bij pns, ook in lompen gekleed. Zijn
schoenen waren geheel afgeloppen, terwijl het
bovenleer pp verschillende plaatsen was open
gesneden. Z'jn broek was veel te kort en
pveral (verscheurd, terwijl een lange jas,
welker panden bijna den grond raakten, het
overige deel van zijn lichaam dekte.
Hij schudde mij do hand en vroeg in het
Hollandsch, waar ik van daan kwam, waarop
mijn metgezel hem mijn geval vertelde. Ik
vroeg pf hij ook uit Portugal kwam.? Ja, hij
was ook Portugees en heette Alfonzo del
Costa, had ook vele jaren in Nederland ge
werkt.
Hoewel ik blijde was lieden gevonden te
hebben, die mij verstonden, waar ik mede
spreken kon, toch speet het mij dat er nog
lieden gevonden werden laat staan wat
rij uitgevoerd hebben die tegenover een
landgenoot hun eigen vaderland willen ver
loochenen. Zij zagen dan ook wel dat ik niet
zoo lichtgeloovig was, en trokken zich terug
naar hun kamers.
Des middags werd mij aangezegd, dat ik
was ingedeeld bij het 2e Regt. Elranger
te Saïda. Nu, dat liet mij totaal onverschillig
het liefste had ik maar direct de beenen ge
nomen, waarheen was mij hetzelfde. Om
drie uur werden wij weer bijeen verzameld
en geteld, en daarna ging het buiten de
poort niet om te wandelen doch om de
stroozakken jbg'een te zoeken, welke daar
overal verspreid lagen te rotten in de bran
dende zon Ieder zocht er zich een uit naar
zijn pordeel en droeg hem binnen het fort.
Daar werd een plaatsje opgezocht voor den
nacht. Op het plein onder de open lucht moes
ten wij dien nacht slapener was anders
toen deze hem vroeg boven te komen.
De heer Doppmann was m vier stappen
boven en hij zag er uit om bang van te wor
den. Toen zag hij naar zijn bed en kon geen
woord meer uitbrengen.
„We hebben het goed bedoeld," zeide de
heer Stelljes.
De heer Doppmann liet een vervaarlijk ge
brom hooren en wees, toen de dokter binnen
kwam, op het bed „Weg met hem, dadelijk
weg," schreeuwde hij.
De dokter beduidde hom te zwijgende
beide vrienden hielden den adem m, toen hij
den patiënt pnderzoclit Wel tien minuten
lang klopte en luisterde de dokter aandach
tig, toen vroeg hij; „Hoe is het gebeurd?"
De heer Stelljes vertelde het. Hij voegde er
bij dat hij het beste liad geoordeeld hem dade
lijk in bed te brengen.
„Uitstekend", zeide de dokter „Het is
een zeer ernstig geval."
„Maar ik kan hem hier niet houden,"
zeide den heer Doppmann.
„Het zal niet lang duren," zeide de
dokter.
„Ik kan en ik wil hem hier heelemaal
niet houden. Laat hem naar rijn eigen bed
gaan," zeide de heer Doppmann woedend.
„Ilij mag niet vervoerd worden", zeide de
dokter zeer beslist. Wanneer hij weer bij komt
en uit bed wil, moet u hem overreden erin
geen plaats voor ons beschikbaar. Des avonds
werd ons ieder 2 sou uitbetaald zeker
Als reisgeld en een half brood als ration
voor den volgenden dag en daarna konden wij
gaan slapen, doch er zaten zooveel bewoners
in mijn stroozak dat ik verkoos op den har
den grond te slapen.
Des morgeus 7 uur vertrok reeds een af-
deeüng, welke aangewezen was voor Sidi-
bel-Abbes alwaar het le regiment rijn depot
heeft. Wij evenwel vertrokken om 8 uur uit
do kazerne, ook de twee Portugeezen
het stuk brood in den zakdoek geknoopt.
Anderen hadden het onder den arm. Begeleid
door een detachement soldaten gingen wij op
weg naar het station.
Ook in deze stad haddon wij dezelfde be
langstelling van dè rijde der burgerij als in
Marseille. Ik was dan ook mooi blij, dat wij
het station (bereikten, waar ons weder een
apparte wagon werd aangewezen. Wel is waar
was hij zindelijk, doch men kon zien dat hij
„dehors service", buiten dienst was. Het was
slechts voor het Legioen
De plaatsen waren allé bezet, zoodat wij
zaten als haringen in een vaatje en dan met
zoo'u temperatuur 1 Ik voor mij dacht te ge
nieten op deze reis van het heerlijke natuur-
scltoon van Afrika, doch toen wij de stad
verlaten hadden, was al wat ik zag zand,
heuvels en hooge bergen, in de valleien trof
men een of meer farmen en zoo noodig een
klem station, waar wij eenige minuten halt
hielden Allen verlieten den trein om zich
wat te verfrisschen aan de pomp, en daarna
weder snel hun plaatsen op te zoeken. De
eentonigheid van het landschap, benam mij
alle lust en ik besloot maar in mijn hoekje
een dutje te maken. Ik zag wel dat wij een
lange reis voor ons hadden, want de sol
daten, die ons begeleiden hadden al hun
ledergoed afgelegd
Het eentonig geschud van den wagon deed
mij spoedig inslapen, en ik droomde van
leeuwen, tijgers en verder ongedierte van
Afrika, waarop ik jaclit maakte, toen ik
eensklaps werd opgeschrikt door het roepen
van den eenen Portugees, die mij wekte met
de woorden„Hé 1 Hollander, je moet over
stappen 1" Allen hadden den wagon reeds
verlaten en stonden geschaard op het perron,
waar de sergeant weder aan 't tellen was.
Ik pakte mijn broodje onder den arm en
voegde mij bij de overigen, waardoor de ser
geant in den war raakte en weder van voren
aan begon un, deus, trois enz. j toen scheen
hij er genoeg van te hebben, want hij com
mandeerde van voorwaarts en spoedig be
reikten wij ons ander vervoermiddel.
Het station waar wij overstapten heette
Perricaux en is het kruispunt der lijn van
uit Algiers naar Oran en verder naar het
Zuiden tot Colomb-bezar. Deze laatste lijn
namen wij, de wagon welke wij toen moesten
bestijgen droeg den wijdschen naam „reservé
a legion". Dus expresselijk voor ons was deze
wagen ingehaakt? Wat een eer! Het was een
van die houten rammelkasten, welke men nog
wel aantreft in de antiquiteitenzaal van de
Hollandsche spoor.
De ruiten m de portieren waren kapot, de
gordijntjes verscheurd, de bodem zelfs ge
broken op enkele plaatsen; van verf geen
spoor meer te zien, terwijl de zijwanden prijk
ten met allerhande wijze spreuken en reclames
voor het legioen, en oneindig vele na
men der vroegere reizigers. Enfin, de geheele
wagon geleek een vervoerbaar klachtenboek.
In den vorigen wagon hadden wij nog immer
een plaatsje gevonden voor ons brood, doch
hier was niets te vinden, zoodat wij het maar
een plaatsje bezorgden onder de bank. Hoe
wel ik honger had, was het onmogelijk het
droge brood door mijn keel te krijgen en water
bad ik niet. Enkel bij een halte, maar dan
moest men vlug zijn, wilde men een paar teu
gen machtig worden aan de pomp waar allen
rond stonden geschaard.
Wat was i k blijde toen eindelijk de soldaten
hunne zaken weder bijeen begonnen te pak-
ken, ten toeken dat wij het einddoel begon
nen te naderen. Weldra zagen wij het doel on
zer reis voor ons, een klein stadje met lage
witte huizen en een of twee moskeeën. Het
geheel maakte geen ongunstigen indruk op mg'.
Het was juist tegen den wijnoogst en alles rond
de stad was groen, waartegen de witte huizen
mooi afstaken. Wij stapten uit en werden reeds
direct in ontvangst genomen door een aantal
soldaten, welke daartoe ons reeds opwachtten
op het perron.
Nu ging het op weg naar de kazerne, weder
veel belangstelling, nu evenwel van eenige
vuile joden, welke ons met een kennersoog
van het hoofd tot de voelen opnamen. Ik
wist niet wat die kerels van ons wilden. Zou
den die mis misschien onze militaire kleeren
te blijven."
Overreden?" vroeg de heer Doppmann
„Wat heb ik met hem te maken? Mijn huis
is geen hospitaal. Trek hem rijn kleeren aan
en laat hem weggaan."
„Dat gebeurt niet", zeide de dokter
„Het is beter dat zijn kleeren worden wegge
nomen, anders (wil hij zich misschien aan-
kleeden."
De heer Stelljes pakte de kleeren onder
zijn arm, de heer Wilms bracht de schoenen
in veiligheid.
„Wanneer hij weer bp zal komen, kan
ik niet zeggen," zeide de dokter. „Hg moet
rust liebbén en er mag niemand bij hem."
„Hoor eens.begon de heer Dopp
mann.
„En wat het dieet betreft, water, alleen
water," vervolgde de dokter.
„Water?" vroeg juffrouw Müller ver
baasd.
„Water", herhaalde de dokter. „Zooveel
hij wil. Laten we eens zien. Vandaag is het
Dinsdag, dan kom ik Vrijdag of Zaterdag
nog eens terug. Tot dien tijd mag luj niets
anders hebben dan water."
De heer Stelljes keek verschrikt naar het
bed, dat op dit oogenblik verdacht kraakte
„Maar wanneer Lij nu eens iels wil eten,"
vroeg hij den dokter
„Dan krijgt hg het niet," zeide deze
willen bezorgen? dacht ik. Weldra passeerden
wij een schildwacht voor een hooge poort,
waar met groote letters op vermeld „Porte de
Mascara". Daar binnen lagen de militaire ge
bouwen en tevens de woningen en magazijnen
van de leveranciers der kazerne. Daarna pas-
scorden wij een tweeden schildwacht en wij
waren in do kazerne. Vóór ons bg een groot
plein, daarom do drie verdieping hooge ge
bouwen waaruit het krioelde als uit een bijen
korf. Geen wonder: het was juist etenstijd, dat
is het drukste en moeilijkste oogenbbk voor
een Fransch soldaat. Wij staken liet plein
over en betraden bet gebouw, gingen de trap
pen op en op do derde verdieping werden wij
nog eenmaal geteld, voor do laatste maal
als burger. Een voor één betraden wij
daarna een zaal, waar allerhande kleeding-
stukken en verdere equipementstukken met
hoopen lagen opgestapeld. Het verwonderde
mij hoe spoedig dio lieden daar binnen met
het „kleeden" overweg konden. In minder dan
vijf minuten hadden zij van een burger een
soldaat gemaakt, die met zijn oude plunje
onder den arm buiten moest wachten tot
allen gereed waren.
Mijn naam werd afgeroepen en ik betrad
beschroomd de zaal. Doch wat was dat? Ik
werd beet genomen; één pakte mij bij mijn
arm en nam maat op mijn rug; do tweede
stelde een maatplank onder mijn voet voor
de schoenen, een derde drukte mij een kepi
over de ooren, kortom, ik wist niet wat aan
te vangen, doch tijd om to denken bleef
mij niet. Ze hadden gevonden, wat ze gezocht
hadden, en nu regende het broeken, hemden,
schoenen, kepi, kortom mijn beele uitrusting
werd mij toegesmeten, zoodat ik maar snel
mijn zaak bgeenpakte en in een hoekje plaats
nam om te zien of mij alles eenigszms paste.
Zelfs daar smeet men mg nog een oude
veldflesch na, welke met een doffe „smak"
terecht kwam op mijn nieuwe schoenen.
V. d Velden,
graanmarkten enz. j
Rotterdam, 21 Aug. Ter graan
markt van heden was tarwe jarige ge
ruimd en nieuwe ruim aangeboden en werd
tot onveranderde prijzen geneel. opgeruimd.
Rogge en gerst en weinig haver werden
tamelijk aangeboden evenals nieuwe tarwe.
Men besteedde voor essex f 10 tot f 11,
de overige soorten f 9.50 tot f 9.90, rogge
f 7.50 tot f 8, gerst (winter) f 8.75 tot
f 9.25, zomergerst f 8.50 tot f 9, haver
f 7.50 tot f 8, alles per 100 kilo.
Gent, 18 Juli. Vlas. Inlandsch zonder
zaken, bij gebrek aan aanvoer. De handel
in Russisch blijft stil, maar de prijzen zijn
vast.
Garens van vlas en van snuit onver
anderd prijshoudend, maar met weinig za
ken. Jutegarens flauw, met geringe vraag.
Katoengarens stil op zeer onregelmatige
prijzen.
In Linnen is de handel opnieuw zeer
stil geworden.
marktprijzen van tarwe en meel.
Maandag 20 Aagastos.
Rotterdam Bericht van den Makelaar
H. van Randwijk.) Ter graanmarkt van he
den waren buitenlandsche granen zeer vast
maar stil.
Zaterdag 19 AngustaN.
Antwerpen. Tarwe prijshoudend.
Boeda-Pest. Tarwe prijshoudend ge
stemd.
Parijs. Tarwe kalm.
B e r 1 ij n. De graanmarkt was hier Za
terdag iets flauwer, bij kalmen handel. Het
vochtige weder gaf aanleiding tot realisa
tion, vooral in rogge. De handel in tarwe
was zeer lusteloos en de prijzen daarvan
ondergingen geen verandering van betee-
kenis. De niet onaanzienlijke uitvoer via
Danzig maakte weinig indruk, daar zich in
het binnenland voorraden vormen. Haver
in loco vast, op aflading weinig aangebo
den. Op levering aangeboden en flauw.
Gerst werd door de eerste hand vast op
prijs gehouden, maar was in de tweede
hand eerder gemakkelijker koopbaar.
N e w-Y o r k. De termijnmarktvoor tarwe
opende onregelmatig, e. lager, steeg per
September op kooporders, daalde overigens
energiek. „En wanneer hij er op aandringt,
zeg hem dan," zeide de dokter tot den steeds
brommenden Doppmann, „dat hij net gegeten
heeft. Hij zal niet beter weten en tevreden
zijn met dat antwoord
Hij beduidde de anderen de kamer te ver
laten, deed de gordijnen dicht en ging ook weg.
Een gegons van stemmen, gevolgd door het
dichtslaan van de huisdeur volgde en de heer
Garbers kwam uit zijn bed en zag zijn beide
vrienden lustig de straat afloopen. Hrj sloop
naar de deur en beproefde te hooren wat
er beneden gesproken werd. Do heer Dopp-
mann's stem klonk wel tot in de slaapkamer,
maar hij kon niet hooren, wat er gezegd werd
Toen meende hij lachen te hooren.
Hij wachtte tot pok de (dokter was (weggegaan
en kroop toen weer in bed en beproefde
zich een duidelijk beeld te maken van wat nu
zou gebeuren.
Hij lag in donker tot een gerammel van
borden en messen hem zeide dat de tijd van
het avondeten was aangebroken. Hij hoorde
juffrouw Müller haar oom uit den turn roepen
en hij luisterde met genoegen naar haar vroo-
lijke stem. Van tijd tot tijd lachte do hoor
Doppmann ook.
(Slot volgt).