MIIDKLBlRbNCHKCRIRAIT.
Sf
N." 187.
134' Jaargang.
1911
Donderdag
10 Augustus.
Middelburg 9 Augustus.
SPROKKELINGEN.
IJif Stad so ProviöGïe.
BUITENLAND.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Priji per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco pp. f 2.
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Advertentiön bij abonnement op voordeelige voorwaarden.
Prospectussen daarvan zijn aan het bureau te bekomen.
Advertentiün voor het eerstvolgende nummer moeten des middags vóór één uur
aan het bureau bezorgd zijn.
AdverteTitiën A 20 cent per regel. Bij abonnement veel lager. Geboorte-, dood- en
alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels f 1.50elke regel meer
20 cent. Reclames 40 cent per regel. Groote letters naar de plaats, die zij innemen.
Tot de plaatsing van advertentiün en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffend»
Handel, Nijverheid en Geldwezen, is gerechtigd het Algemeen Advertentie-Bureau
A. DE IiA 53 A It Az., N.Z. Voorburgwal 266, Amsterdam.
l>ij deze courant behoort een bg voegsel.
De opgaaf van den spoordienst komt in
dit nommer voor op de gebruikelijke plaats.
Wij vestigen de bijzondere aandacht van
belanghebbenden, dat zijn zij die er trek
honden op na houden, op de desbetreffende
bekendmaking van Burg. en Weth. te Mid
delburg.
Zij komt voor iu het bijvoegsel van dit
nommer.
Ook voor hen, die niet hier ter stede
wonen, bevat deze publicatie allicht mede-
deelingen voor hen van belang.
„Land en Volk" maakt gewag van een
tiifcwas der „padvinders beweging."
Daaromtrent schrijft het blad het vol
gende, en geeft hiermee weer het ook door
ons tegenover die padvinding ingenomen
Ten opzichte van deze moderne jeugdor
ganisatie betrachtten wij een welwillende
neutraliteit. De beweging was ons niet
onsympathiek in zooverre de jongens door
beweging in de open lucht, onder behoor
lijke leiding, getraind werden, en aan de
lichamelijke ontwikkeling meer aandacht
werd geschonken, wat zoo hoog noodig is
in dezen tijd van geestelijke overlading.
Voor het meedoen ,,om het mooie pakje'
aan de op militaire leest geschoeide orga
nisatie en de „eedsaflegging" door c
jonge knapen, voelden wij daartegen niet
veel. Toch erkennen wij het goede, in de
beweging en de opvoedende kracht ervan.
De padvinderij moet echter blijven staan
onder leiding en toezicht van ouderenzoo
als o. a. te Middelburg uitstekend ge
schiedt. En verkeerd is het o. i. als „pad
vinders" er op eigen gelegenheid op uit
trekken in uniform gekleed natuurlijk1
en feitelijk op avontuur uitgaan zonder
toezicht.
In een veelbezocht ontspanningsoord aan
den Leidschen straatweg werden de bezoe
kers door een paar daar van hun rijwiel
gestapte padvinders verzocht een brief te
lezen, welke aan de bezoekers werd aan
geboden. Daarin stond te lezen, dat eenige
padvinders van een bepaalde afdeeling in
ons land, op een rondreis waren gegaan,
geheel zonder geld en door hetver-
koopen van sluitzegels voor enveloppen in
hun onderhoud moesten voorzien. Aan de
beleefdheid der koopers werd overgelaten
te geven, wat men voor het sluitzegel wilde
missen.
Men kent het zeer onsympathieke type
der „reizigers om de wereld", die door het
verkoopen van prentkaarten kun kost ver
dienen. Een eerste „wereldwandelaar" was
interessant, maar spoedig werd het een
sport van lager allooi.
Moet de padvinderij nu ook al tot derge
lijke buitensporigheden leiden Moet daar
vermomde bedelarij toegelaten worden, uit
geoefend door jongens van goeden huize,
gelijk de padvinders in den regel zijn
Moet op die manier karakterbederf in de
band woeden gewerkt?
Wij wenscben tegen dezen uitwas van de
padvindersbeweging ernstig te waarschuwen.
Deze richting mag de padvinderij niet uit,
wil zij aanspraak blijven maken op de
sympathie, die zij zich, blijkens de ruime
deelname, heeft verworven.
Zooals wij indertijd meedeelden, verscheen
vóór eenige weken de „Vissckerij Courant",
redacteur de heer B. J. Gelder te Amster
dam, in rouwrand en bevatte zij een opstel,
naar aanleiding van een besluit van den
Zniderzeevissckerijraad, waarin een scherpe
critiek werd geleverd op dien raad en zijn
besluiten.
In een dezer dagen gehouden vergadering
van dien raad is die kwestie ter sprake
gekomen. Algemeen werd over dit optreden
van de „Visschery Courant" nadrukkelijk
afkeuring uitgesproken.
In de lange motie, waarin dat kenbaar
is gemaakt, wordt o. ra. ook gezegd
„dat de Raad niet minder nadrukkelijk af
keurt de verdachtmaking van zijn secretaris
en zijne leden in dat opstel, zoomede de
ophitsing tot het in zijn geheel ontslag
nemen van den Raad en tot het weigeren
door de andere visscbers om zitting daarin
te nemen, tenzij de Regeering naar de
wenscben vah voornoemden redacteur han
delt, zoodat deze feitelijk de Regeering wil
dwingen de gedragslijn te volgen, die hij
voorschrijft
„dat de Raad zich volkomen bewust is,
dat het thans vastgestelde visscherij-besluit
voor de Zuiderzee bij vele visschers teleur
stelling moest wekken
„dat dit echter niet te ontgaan was,
omdat de Raad eerst 31 Maart j.l. zijn
werkzaamheden heeft kunnen aanvangen, en
dat het van zelf sprekend is, dat hij voor
moeilijkheden, die langer dan 25 jaar niet
tot een goed einde konden worden gebracht,
niet in weinige maanden een goede oplos
sing kan voorstellen
»dat in zijn jongste vergadering reeds
verschillende maatregelen in het belang der
Zuiderzeevisscherij en van de visschers in
behandeling zijn genomen, en dat hij, zoo
dra hij de overtuiging heeft verkregen in
welke richting de oplossing van het kuil-
vraagstuk moet worden verkregen, niet zal
nalaten krachtig bij de Regeering aan te
dringen tot vaststelling van de door bem
noodig geachte regelingen;
»dat hij in het drijven van den redacteur
cfer »Visscherij Courant" een gevaar ziet
voor de eendrachtige samenwerking der
Zuiderzeevisschers in hun streven naar het
verkrijgen van een goede en billijke rege
ling der Zuiderzeevisscherij."
boog liep dat de politie er bij te pas
moest komen, die echter geen proces-verbaal
opmaakte.
Een en ander bracht "een groot aantal
nieuwsgierigen op de been.
Bij kon. besluit is aan de zeeloodsen
G. Engels en J. A. Loesberg toestemming
verleend tot bet aannemen van de gouden
medaille der Kon. Kroonorde van Pruisen.
OOST-I ND IE.
Blijkens een by hot Departement
van Koloniën uit Nederlandsch-Indië ont
vangen telegram hebben de Portugeezen zich
uit de voormalige betwiste gebieden op bet
eiland Timor vrijwillig teruggetrokken en er
eenige versterkingen geslecht.
~e „N. R. Crt." teekent bij dit bericht het
volgende aan
De voormalige betwiste gebieden, in boven
staand regeeringstelegram bedoeld, zijn Lak-
maras (belioorende tot de voormalige betwiste
gebieden gelegen aan de z.g. groote grens)
en Bikomi (ook wel Bilomi genoemd), gelegen
tusschen de Portugccsche enclave Noimoeti
(in beginsel aan Nederland jafgestaan) en
Oeikoesi, en wel ten Oosten van het volgens
het tractaat van 1904 vaststaande gedeelte der
Oostgrens van Oeikoesi. Zooals men zich
herinnert hadden de Portugeezen versterkin
gen opgeworpen in Lakmaras bij Kota Lak-
maras en op den berg Boeloe, het grenspunt
waar het Portugeesch gebied met Lakmaras
en Maoekatar samenkomt, en in Bikomi by
grens van Oeikoesi. Die versterkingen zijn
nu geslecht.
Het is voor do N.-I. regeering zeker een
succes te noemen, dat het geschil met het be
stuur van Portugeesch Timor tot een vriend
schappelijke oplossing is gebracht. Verder
uitgebreid machtsvertoon onzerzijds Van thans
gestaakt worden. Van het incident blijft nu
alleen over de indruk, dat het wenschelijk is
zoo spoedig mogelyk do grensregeling tot een
oplossing te brengen, waarna de sóuvereini-
teitsoverdracht der gebieden Maoekatar, Noi
moeti, Tahakay en Tamiroe Ailala zal kunnen
plaats hebben en een reden tot geschillen met
onze Portugeesche naburen op Timor zal
zijn jweggenomen
De aartshertog Johan van Oostenrijk,
die met zijn familie aan boord van zijn
jacht „UI" vertoeft, bracht heden met ge
volg een bezoek aan Middelburg, en
deed in een paar magazijnen, o. a. van de
firma F. B. den Boer, eenige inkoopen.
H. M. de Koningin en Z. K. H. Prins
Hendrik hebben voor de te Middel
burg te houden feesten van de gymnastiek
en scherm vereeniging „Medioburgum" ieder
groote bronzen legmedaille beschikbaar
- Dinsdag avond ontstond in een woning
in de St. Jansstraat alhier hevige ruzie
tusschen boven- en beneden-buren die zoo
In de Dinsdagavond te IJ e r s e k e
gehouden raadszitting deelde de heer Sauer
mede dat hij den vorigen dag bij het nazien
der stukken bad ontdekt dat de voordracht
voor een gasmeester, waarvan de benoeming
in deze zitting moest plaats hebben, nog
niet was opgemaakt en het ontwerp-instructie
nog niet gereed was. Hij keurde dit af, zoo
kort vóór de raadszitting.
De voorzitter, de burgemeester, gaf de
noodige opheldering en meende dat de
woorden enghartigheid en flauwhartigheid,
door den beer Sauer gebezigd, geheel mis
plaatst waren.
Daarna kwam de bedoelde instructie in
behandeling. Op voorstel van den heer Born
werd den gasmeester recht op zeven vrije
dagen per jaar gegeven. Overigens werd zij
ongewijzigd goedgekeurd.
Het salaris werd bepaald op f 800 met
2 driejaarlijksche verhoogiug van f 100 en
Trij woning, vuur en licht.
Voor deze betrekking hadden zich 36
sollicitanten aangemeld vanwelke werden
voorgedragen 1. W. C. Loggers, tijdelijk
te Yerseke, 2. M. Kuilc te Dokkum, 2. G.
Rvjpma te Workum en 4. W. J. L. Kuiper
te Gem er t.
De heer Loggers werd met algemeene
stemmen benoemd en zijne indiensttreding
bepaald op 16 Augustus.
In die gemeente kreeg een vrouw van den
kop van een paling die al gevild en in
mooten gesneden was, een beet in een vinger
zoodat het bloed er uit kwam.
Verdere gevolgen bad de beet gelukkig
niet.
worden geopend. Hij dankte verder de leden
en den secretaris voor de aangename samen
werking, welke hij gedurende zijn lidmaat
schap heeft ondervonden.
Dinsdagmiddag liep een koe van A.
Vermeire op den dijkte Philippine te
grazen. De eigenaar, een arm, behoeftig man,
was er pas eenige minuten van daan, of hij
hoorde een geloei. Toen liij terug keerde,
zag bij, dat zijn eenig beest een gevaarlijke
snede achter de voorpooten bad. De veearts
werd ontboden en de politie met het geval
in kennis gesteld.
Men is vermoedelijk den pleger van die
lage daad op het spoor.
Dinsdag brachten een tweehonderdtal
leden, onder wie verscheidene dames, van
het Belgisch geschied- en oudheidkundige
congres het aangekondigde bezoek aan
Hulst.
Aangekomen met de trein van vier uur
begaven zij zich naar het Stadhuis, waar
zij door het gemeentebestuur in de beneden
zaal werden ontvangen.
Ter hunner verwelkoming hield de bur
gemeester een hartelijke toespraak, waarbij
hij zinspeelde op het jongste bezoek van
onze Koningin ann Brussel en verzekerde
dat de Nedei'landsche regeering het streven
van het Belgisch geschied- en oudheidkun
dig verbond op hoogen prijs stelde, getuige
de afvaardiging naar het congres van den
heer Dr. Colenbrander, secretaris der com
missie van advies voor 's Rijks geschied
kundige publication.
De heer Willemsen, voorzitter van den
„Oudheidkundigen Bond" te St. Nicolaas,
dankte, namens het congresbestuur, het
gemeentebestuur voor de gulle ontvangst,
welke den ^congresleden in Hulst ten deel
viel.
Hierna namen de congresleden het Archief
der gemeente iu oogenschouw en brachten
zij een bezoek aan de kerk en andere merk
waardigheden. Met den trein van half zeven
keerden de congresleden weder naar hun
land terug. („Zei.")
In de Dinsdag te Axel gehouden
raadszitting werd gunstig beschikt op een
verzoek van de vereeniging „Floralia" om
gebruik te mogen maken van een paar
schoollokalen tot het houden van een huis-
vlijttentoonstelling op 31 Augustus.
Een verzoek van S. Dieleman e. a. om
een reuklooze beerruiming zal behandeld
worden bij bet opmaken der gemeentebe-
grooting.
De verordening op de heffing en invor
dering van schoolgelden werd goedgekeurd.
De geloofsbrieven van de nieuw gekozen
raadsleden werden in orde bevonden en tot
hunne toelating werd besloten.
De gemeenterekening over 1910 werd
goedgekeurd in ontvang op f 40.340,08
in f,uitgaaf op f 38.633.22, alzoo met
goed slot van f 1706.86.
De motie van den heer J. J. de Feijter
e. a. inzake de heffing van den hoofdelijken
omslag kinderaftrek en splitsing in.
inkomsten, verkregen door {rente, en in
komsten, verkregen door arbeid werd
aangehouden tot een volgende zitting.
Bij de rondvraag zeide de beer De Feijter,
dat bij gaarne een wijziging zag in bet
reglement van orde in dien zin dat voor
taan de vergaderingen met gebed zulljra
DE VETO WET EN DE MOTIE-CURZON.
Terwijl het Hoogerhuis bezig was met do
behandeling der motie van afkeuring vaa
Lord Curzon, beraadslaagd© het Lagerhuis
over do Veto-wet en de daarop door de lords
ingediende amendementen.
In het Hoogerhuis was zeer veel belangstel
ling van do zijde der peers maar ook van
hunne vrouwen.
De motie van Lord Curzon kwam in strek
king geheel overeen met die door Balfour in
het Lagerhuis aan de orde gesteld. De voor
steller der motie deed een. hevigen aanval
op hetgeen liij omschreef als een door de
ministers gepleegde onvergeeflijke verkrach'
ting van hun. plicht jegens koning, parle
ment en volk.
Lord Crewe diende hem van antwoord,
daarbij een redevoering houdend geheel in
den geest van minister Asquith in het Lager
huis.
Het debat werd nog een tijdlang voortgezet
en het eindigde met aanneming der taotie
met 282 tegen 68 stemmen.
Hiermee is de zaak afgedaan, want verdere
gevolgen hehben do debatten en de afkeu
ring aan het adres van de regeering niet.
Ook m het Lagerhuis was de belangstel
ling groot. Kalm was het in de vergaderzaal
juist niet. De afgevaardigden wonden zich
min of meer op tijdens de gevoerde debatten.
Lord Hugh Cecil had de verdediging van
de (amendementen der lords op de Veto-wet
op (zich genomen. Z'n verschijning veroor
zaakte eenig gejoel onder z'n tegenstanders.
De rede begon met een heftigen aanval op
der egeering. Toen do lord den eersten minis
ter persoonlijk aanviel en vertelde dat hij
verheugd Zou zijn, wanneer deze om zijn
optreden met de strafwet in aanraking zou
komen, vroeg de afgevaardigde Raff an. of een
dergelijke uitdrukking niet in strijd was met
het reglement van orde, waarop de voorzitter
onder gelach meedeelde, dat dit slechts de
heilige overtuiging was van den lord.
Lord Hugh Cecil gaf meer aanleiding tot
vTOolijkheid. Do ministeriëelen vermaakten zich
niet minder, toen de spreker als z'n meening
te kennen, gaf, dat het ministerie zich aan
hoogverraad had schuldig gemaakt.
Minister Churchill zette het standpunt van
do regeering ten opzichte van die amende
menten uiteen en wees erop, dat zij alle fei
telijk onaannemelijk zyn, maar dat de regee
ring van plan is een amendement voor te
stellen, bepalend dat de Speaker, alvorens
uit te maken of een wetsontwerp van zui
ver financiëelen aard is, overleg zal plegen
met den „deputy speaker" die altijd ministe
rieel is, en den president van het „committee
of public accounts", die steeds tot de oppo
sitie behoort.
De regeering zal bovendien nog een amen
dement indienen, waarbij wordt bepaald dat
de levensduur van het parlement niet verlengd
kan worden hij oen wetsontwerp, aangenomen
tijdens do behandeling van de „parliament
bill."
Na een langdurige beraadslaging zijn de
amendementen der lords betreffende de finan-
cieele wetsontwerpen door hot Lagerhuis met
291 tegen 146 stemmen verworpen.
De amendementen der regeering aangaande
de raadpleging van den voorzitter vaneenige
leden, is aangenomen met door do regeering
aanvaarde Wijzigingen-
ven de vrachtrijders door te weigeren spoor-
weggoederen aan te nomen. Vischhandelaren:
kunnen hun voorraad niet verzenden en be
halve de visch liggen voor duizenden gul
dens aan fruit te verrotten.
De „N. R. Crtverneemt, dat de voorman-
men der Londensche kolensjouwers met hun
patroons Dinsdag Zijn bijeengekomen, onder
voorzitterschap van den vertegenwoordiger van
den minister van handel, Asquith, teneinde
te geraken tot een afbakening van den weg
om tot opheffing van de staking te komen.
Do conferentie duurde een uur, waarna zjj
werd verdaagd. Het heet dat de kansen voor
een regeling goed Zyn, daar de patroons heb
ben verklaard, dat zij de eischen der werk
lieden zullen inwilligen. De voormannen moe
ten echter eerst de machtiging der workliedea
hekomen.
Een tweede conferentie tusschen diezelfde
patroons en vertegenwoordigers der werk
lieden. inzake do lichtervaartuigen op de
Theems volgde. Thans zullen de karrevoerders
aan. de beurt komen.
Middelerwijl staat het geheele Londensche
havenbedrijf nog steeds stil. Tillet raamt het
geheele getal stakers op ten minste 40.000.
Het Londensche stakingscomité heeft een
telegram uit Berlijn ontvangen, waarin werd
meegedeeld, dat te Hambujg geen schepen uit
Londen Zullen worden gelost.
De spoorwegmaatschappijen, die bij de sta
king betrokken Zijn, nemen maatregelen om,
ter vervanging van de stakers, werkkrachten,
van. huiten te bekomen.
De Antwerpsche havenwerken.
Te Borgerhout is de 75jarige onafhan
kelijkheid der gemeeute feestelijk herdacht.
Aan den grooten maaltijd van gemeente
bestuur en genoodigden namen ook deel de
premier, baron K. de Broqueville, en de
minister van landbouw en openbare werken
Vnn de Vijvere.
Vele heildronken werden ingesteld en
daarbij werd niet nagelaten te wijzen op
den groei van Borgerhout van een gemeente
van 4000 tot eene van 50000 zielen. Vooral
werd er de nadruk op gelegd, dat de nabij
heid van Antwerpen voor de feestvierende
plaats van zoo groot gewicht was.
In zijn rede zeide minister Vau de Vijvere
o. m.
De regeering is gelukkig, dat baar do
gelegenheid geschonken zij, om te verklaren,
dat zij uit alle krachten zich inspannen zal
aan de voltooiing der groote werken, waar
van de welvaart der Antwerpsche omgeving
afhangt.
Het lot van Borgerhout is nauw ver-
b onden met dit van Antwerpen, waaraan
bet zijn voorspoed te danken heeft.
Men moet dus de belangen der uitbreiding
van het havengebied in haar geheel in het
oog houden de afbraak der omheining moet
bijgevolg de eerste bezorgdheid wezen.
Wat de regeering vraagt, is dat de be
volking koelbloedig de groote werken bo-
oordeele, die binnen kort door het gouver
nement aan de Kamers zullen voorgesteld
worden en dat zij zou afzien van alle tot
hiertoe vooruitgezette particularistische
gedachten en ontwerpen.
Antwerpen de grootste haven van het
vasteland, ziedaar de droom der regeering
en zij zal alles doen wat in bare macht
ligt, om dezen droom eene werkelijkheid te
maken.
DE STAKING IN ENGELAND.
De stakingen in het transportbedrijf in En
geland duren onverminderd voort. Er zyn
bovendien geen teekenen die wijzen op be
ëindiging der conflicten, vooral wat betreft
de spoorwegstaking te Liverpool. De toe
stand wordt in tegendeel ernstiger. Teel per
soneel van den goederendienst had een dag
vrijaf en na dien dag is het niet terugge
keerd. Ook deze beambten hebben zich bij
de stakers aangesloten. Aan de meeste goe
derenstations is dientengevolge de dienst ge
heel opgeheven.
Een belangrijken steun aan de stakers ge-*
WERKLOOSHEIDSFONDSEN 1M BELGIË.
Het aantal werkloosheidsfondsen in België
breidt zich nog steeds uit. In 1900 Waren er
slechts 2 zoodanige fondsen met 2 toegelaten
vereenigingen, thans in 1910 ia het aantal 22
met 50 toegetreden gemeenten.
Onder deze gemeentelijke werkloosheidsfond
sen zijn verreweg de meeste op de leest
van het Gentschc fonds geschoeid: do onder
steuning vanwege het fonds wordt in den vorm
van een bijslag aan die werkloozen, die van
hun veroeniging of van hun spaargelden een
uitkcering ontvangen, gegeven. Alleen do stad
Luik sloeg een anderen weg in: het door haar
gestichte fonds geeft bijslagen aan de vakver-
eenigingen met werkloosheidskassea en wel in
evenredigheid met het door de leden der ver
eenigingen voor deze kassen gecontribueerde^
Sinds 1907 stelt ook de Staat jaarlijks een
som voor de werkloosheidsverzekering beschik
baar. In 1910 bedroeg deze som fr. 40.000.
Drie soorten instellingen ontvangen daaruit een
toelage: de bij een gemeentelijk fond9 aange
sloten workloosheidskassen van vakvereenigin-
gen; de niet bij een gemeentelijk fonds aange
sloten werkloosheidskassenen de gemeente
lijke fondsen.
In 1910 hebben 21 gemeentelijke werkloc
beidsfondsen met 346 aangesloten beroepsv
eenigingen fr. 86.218,05 bijslag betaald. De
eenigingen zelf betaalden fr. 196.434.36,
dat de gemeentelijke fondsen slechts 31 j