MIDDELRURGSCHE COURANT. 154' Jiargiii. Maandag ^7 Februari. Middelbnrg 25 Fefirnari. Zeeuwsche Omtrekken. Ons Leger. Dit Stad en Provincie. I- 49 1911 Dm* eoarant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitsondering van Zon- en f oMtdsgec kwaitaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco pp, f S Afkonderlijke nummers kosten 5 oent. Adr ortenti ën b|j abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospootassen daarvan z|jn aan het bnreaa bekomes. Advorteitiën voor het eerstvolgende nummer moeten «los middags vóór één uur aan het bureau bezorgd t{jn. AdvertenÜênSO oent por regel By abonnement veel lager. Geboorte-, dood- «a alle nndero fam lioberiohtan on Dankbetuigingen van 17 regels f 1,50elke regel mot 20 oontj Reclames 40 cent por regel. Grooto lettors naar da plaats, die *g innemen Tot de plaatsing van advertentiën en reolames, met afkomstig uit Zeeland, betreffende Handel, NJjverheid en Geldweien, is gereohtigd het Algemeen Advertentle-Barenn A. DB K.A BLAB An., Bf.S. Voorburgwal 306, Amsterdam. Dit notómer bestaat uit twee bladeD. EERSTE BEAD De opgaaf van den spoordienst komt voor op de v i e r d e zijde van het tweede blad. Nog slechts een kleine maand en de winter is weer voorbij. Voel genoegen verschafte hij ons aller minst en ijs bracht bij ons in 't geheel niet, wel veel wind en regen, wat meeBtal het geval is, als bij bet eerste ons onthoudt. Terwijl bij in vele andere landen in alle gestrengheid regeerde, deed hij dit in het onze Biecht s een korten tijd bij tusschen- pooien, eigenlijk niet noemenswaard. Aan zoo'n winter is geen aardigheid. Daarom begroeten wij met te meer vreugdo «le lente, dat heerlijke jaargetij. Dat in de laatBto jaren de kroon, verrukkelijk weer als het ons braoht, met de gebruike lijke genietingen van de ontwaakte natuur en het jeugdige frisEche groen. Dan beginnen wij met toohtjes temaken en plannen te beramen voor den a. zomer. In onze naaste omgeving wordt dit meer en meer gemakkelijk gemaakt. Se Staatsspoor werkt daartoe mc~ h-c; het buurtverkeer te bevorderen en het gaan van en naar Goes, Middelburg en VliBBingen wederkcerig door goedkoope prijzen aan te moedigen. En hetzelfde zal ook wel in onze omge ving meer geschieden. De stoomtram Walcheren heeft verleden jaar in den zomer haro dienstregeling uit gebreid door toevoeging van enkele treinen, wolke het traject van Middelburg naar Domburg aflegden in vrij wat korter tijd dan de gewone treinen. Onge twijfeld beeft do directie daarmede velen genoegen gedaan en waarschijnlijk zal de maatregel ook wel niet ten nadeele van de knB der Maatschappij zijn geweest. Het is te hopen, dat bij dezen zomer worde herhaald. IntnsBchon rijst daarbij eene vraag, wolke wjj ons veroorloven te stellen. Do extra-treinen stopten o. m.teKoude- kerke en te Zoutelande Ztj Bpoorden dus Biggekerke voorbij. De Maatschappij zal daarvoor hare redenen wel gehad hebben. Vermoedelijk is het aanwezig zijn of het ontbreken van een wissel daarvan oorzaakmisschien woog ook de belangrijkheid van hot vervoer naar de tnssohenstations. Te dien aanzien hebben wij geeno gegevens ter beoordoeling. Mocht eobter brj do bepaling van de keus der stopplaatsen ook het natuurschoon eonig gewicht in de schaal knnnen leggen, dan ztj het ons veroorloofd te vragen, of wegens de nabijheid van Valkeniiae Biggekerke niet boven Zoutelande de voorkeur ver dienen zon. Wjj dingen niets af op de eigenaardige bekoorlijkheid van Zoutelande, maar wjj stellen die van Vulkentsse, waar voor wij zoo dikwijls een pleidooi leverden, hooger. De trek daarheen was in den afge- loopen zomer zeer groot, en wij twijfelen er niet aan, of vermeerdering van de gele genheid, om to Biggekerke aan te komen of te vertrekken, zal dien trek wel doen toenemen. Knnnen beide gemeenten niet deelen in het voorrecht dat ze door alle treinen wor den aangedaan. Sedert enkele dagen staat er te Middel burg op den hoek van do Seisstraat en het SeiBplein een stelling rond een huis, dat zal worden afgebroken en vervangen door een ander pand. Ook hier zal zich do eischvan moderner inrichting wel hebben doen gel den. Wat wel jammer is, voor zooveel de* gevel betreft, die nog tot op zekere hoogte een typo van 17de eeuwsche bouwkunst vertegenwoordigt. Zijn wij wel ingelicht, dan heeft nog de Veretnigipg tot behoud van oude gebouwen getracht, den gevel voor slooping te behoeden, maar^ is zij daarin niet mogen ..lagen. Intusschen is het haar wel gelukt, den gevelsteen, voorstellende drie duiven, in haar bezit te krijgen. Het is wel opmerkelijk, hoe de drang naar hot behoud van oude ge vels, ook die tot herstel daarvan, zich allerwege openbaart. In onze stad zjjn we reeds jaren getuige van eon ernstig streven tot behoud of herstel van mooie monumenten. Te Y e r e neemt men hetzeltde waar de bezitter van het huis Het Lammetje heeft in don laatsten tijd den gevel daarvan eene flinke opknappiDg doen ondergaan, waardoor hij aanmerkelijk mooier dan vroeger zich vertoont. Ook op Schouwen doet zich hetzelfde verschijnsel kennen. Het slot Moermond bij Renesse,begonbedenkolijkeverschijn selen van verval te vertoonen. De vorige eigenaar had weinig lust er groote som men aan te besteden. Thans is het over gegaan in handen van oen ander te Dord recht, die laidons een mededeeling in ons blad de zaak blijkbaar flink aanpakt en de restauratie van het gebouw aanbesteedt. Het behoeft nauwelijks betoog dat hot behoud van dergelijke monumenten slechts kan bijdragen tot verfraaing van de Btreck, tot vermeerdering van het vreemdelingen- bezoek on daardoor tot verhooging der welvaart. Yooral waar hot bezoek aan zulk een streek op zich zelf alleszins de moeite loont. En dat is het geval mot Renesse en jne omgeving. Aan het nadoronde afscheid van den win ter herinnert men ons ook in een schrijven nit Oost- en Zeeuwsch-Vlaan- d e r en. De avonden worden kouder zoo vangt dit aan de dagen langer, de takken be ginnen te knoppen, de knoppen gaan zwel len En hier en daar begint men te werken, buiten, en elders blijit men nitzien naar werk, dat zoo lang op ziob wachten liet. Do natuur laat zien, dat ze weer haar werktijd gaat beginnen, en de menschen, ze willen wel, maar komen nog niet overal klaar, alB ze zoeken naar werk, naar ver- dienon van het onmisbare brood. Do mist heeft niet vergeten onB te be zoeken en weer getraoht alles stop te zet ten dat noodig beeft ongehinderd en veel vuldig voorkomend verkeer, 't Lukt hem, dien mist, wel niet geheel, veel minder zeker dan vroeger, om ons gansch teiso- leeren van de wereld, die benoorden onze Schelde ligt en waarmee we zoo veel te doen hebben, zullen onze zaken bljjven marcheeren naar den eisch van den veel- eischenden tegenwoordigen tijd. Zooveel te doen hebben, tenzij we vergeten dat we Nederlanders zijn en ons wenden naar het Zuiden, dat ons gaarne ontvangt, gaarne met ons zaken doet en nooit kan men wel zeggen, daarin gehinderd wordt door potdikte van mist, omdat geen breede wateren, „noch te toornen noch to temmen" den weg zijn. En die zaken beduiden nog al wat. In de afgeloopen Januari-maand voerde Nederland naar België uit 134.415.320 KG. koopwaar voor een waarde van 20.794.544 frano, in dezelfde maand van 't vorige jaar 99.398,945 KG. tegen 21.097.157 franc. De geheele uitvoer naar België bedroeg in deze Januari-maand 1.461.345 ton met een waarde van 210.386 000 frans. Gaat men na, dat onder die artikelen van uitvoer waren 2,1 millioen KG. levend vee, 3.7 millioen visch, 10 millioen graan, 45 millioen steenkool en men overweegt, dat er tugsohen Oost- ZeeuwBch- Vlaanderen en Belgie een voort durende drukke handel wordt gedreven, dan i3 do conclusie gomakkolijk, dat er ook voor deze streek in het handelsverkeer met de Zuidelijke buren een machtige factor in het bedrijfsleven bestaat. Zóó hevig als vroeger kan de mist ons geen parten meer spelen iu onzen handel en onB verkeerde provinciale gelegenheden zijn daartoe te goed, do ambtenaren op onze booten te ijverig. Maar 't is toch geen wonder, dat men tjjdens den voor- jaarBmist wol eens tonen hoort, zij het dan van toekomstmuziekZou het niet mogelijk zijn de bootreis te verkorten en van Oost Zeeuwsoh-Ylaanderon, van Neuzen uit b. v. dwars over de Schelde te varen naar het Goesche land, om vandaar uit naar het overige Holland te komen Iu de teobniek is immers niet veel meer onmogelijk? Ging or in Vlissingen niet een stem op om te betoogen, dat de ge- vraagdo brug niet behoefde te zijn een stremming van 't verkeer in den tegenwoor digen tijd? De natuur gaat haar werktijd beginnen liever, voor haar is de tijd van stille voorbereiding voorbij, want rusten, abso luut doet ze nooit. Lr is in 's aardrijke zaal'ge woon Geen tijd tot rusten Haar voorbereidingstijd is voorbij, om ons te toonen wat kraoht en leven, wat geur en kleur ze in zioh verborg. Znllen de menschen in onze vrnohtbare, nijvere streek, nu de winter ons goeddeels gaat verlaten, ook weer hun werkkracht knnnen ontplooien, kunnen toonen, dat ze werken willen, gaarne, voor zich en voor de hnnnen en daardoor ten bate van velen, van allen Er is werk in uitzicht. Niet alleen op den akker. In 't midden van ons Ylaanderen, in Axel, is het nieuwe Post- en Telegraaf kantoor, dat het goed zal doen in zijn om geving, zijn voltooiing naderende. De nieuwe gasfabriek zal wel haast veel handen werk Eo" er is nog heel wat in uitzicht, 't Hangt nog wel in de lucht of zit nog in den grond, óén vogel in de hand Maar .wat in de lncht hangt, komt toch te eeniger, te zijner tijd wel benedon en wat in den grond zit ook wel boven. Als men met het beginnen nu maar niet te lang behoeft te wachten. In het land van Hulst is men ijverig zoekende naar water, dat kans geven zal op kunstmatige watervoorziening, die heilzame werking wezen zal op" toestanden ten plattelande en in de groote In hot weBten van ons Oost-Ylaanderen, in NeuzenDrnk is men in de weer nader te komen tot de zoo larg ge- wenschte verbetering en uitbreiding van haven en opslag-aangelegenheden nu de hooge regeering in deze oonrant was er al eens sprake van eenige nadere toe zegging heeft gedaan en de uit te voeren plannen nader omschreven zijn geworden. is, in alle opzichten, schijnt men het in dezen omtrek nog niet te zijn. Hoe zon dat ook. Bij zaken en plannen, die zoo diep ingrijpen in de oeconomische belangen van plaats en streek, zullen allicht verschillende belangen met elkaar in botsing komen. Als 't beginnen maar niet te lang meer op zich wachten laat. Te lang waohten zon te be treuren zjjn. Als men 's avonds over de Schelde den nieuwen havenmond bij deze eerste handelsplaats in Zeeland voorbijvaart, wordt men getroffen door de zee van elec- triseh licht langs de boorden van het nieuwe kanaal Gent—Neuzen. Zou dat licht, zou die nieuwe haven we gunnen ieder het zijne maar 't hemd is nader dan de rok or alleen zijn om de groote Bchepen den weg naar Gent te wijzen, met voorbijgaan van Neuzen? Deze plaats kan zoo'n mooie toekomst hebben. Er is kanB opeen nieuwe fabriek. Moge zij niet don weg opgaan van de staalfabriek. Maar haar kansen schijnen gunstiger. Bn, als oen sohanp over den dam isNenzen ligt zoo prachtig aan de waterzijdo. Resten nog het nieuwe gebouw voor het Kantongerecht, dat nu toch ook wel ver rijzen zal. En de Hoogere Burgerschool Yoor eene te stichten door hot Rijk, is de strooming niet gunstig. Maar miBBchien wel voor eene komende voor gezamenlijke rekening van eenige gemeenten, met rijks bijdragen. Eu zou dan Sas van Gent blijven mee helpen om aan een Westkant van Oost- Zeemwsch-Vlaandcren te doen ontstaan oen fabrieksdistrict, dat krachtig kon bijdragon om le brengen brood onder do menschen, door werken, en later welvaart Werk in uitzicht gouoeg. Zou het gaan dagen in het Oosten Dezer dagen wijdde aan dat leger de oud- inspecteur der infanterie, do gewezen lui tenant generaal W. G F. Snijders, een opstel in do Nieuwe Crt. Aan wat zoo iemand, man van kenuis en ervaring schrijft, mag zeker wel waarde, hooge waarde, worden gehecht. Zijn dienen in alle rangen, zijn Langdurige loopbaan als hoofdofficier, zijn inspecteurschap ze geven ons het recht, den generaal Snijders ajs een j autoriteit Van groot gezag aan te lialen. i En dan is het te betreuren, dal hij dingen moet openbaar maken, die voor ons goede vaderland (allertreurigst zijn - gedachtig voor al aan de vele millioenen«üe jaarlijks ver- spild worden Generaal Snijders zegt het ronduit, dat ons leger in een staat van verwording verkeert. Al is er in het leger verbeterd, „het ge halte van levende strijdkrachten is ongunsti ger dan ooit te voren we zijn sedert 1872 en 1879 in dat opzicht nog achteruit gegaan". Ons land is „op de uiterste grens van weer loosheid" op militair terrein staan we „aan den rand van den afgrond De generaal acht het zijn plicht thans te J spreken, waar hij jaren lang heeft „gewaar schuwd, gearbeid en gestreden om te voor komen, wal thans "werkelijkheid is geworden Vrees, dat men in het buitenland van zijn uiteenzetting zou kennis nemen, weerhoudt hem niet„men weet daar alles evengoed als "wij En dan gaat hij den toestand van ons leger na, speciaal wat do infanterie betreft, al ontbreekt er ook heel wat bij vesting- en bereden-artillerie, en al is de toestand bij de landweer over 't algemeen bedroevend. Maar i't ergst is 't toch wel met de in fanterie die is „ongeschikt voor den oorlog, zoowel wat geoefendheid als moreel aangaat De viermaanders zijn onbruikbaar. Het twee- ploegenstelsel heeft bij de jongste drie lich tingen hel verschil tusschen 8- en 4-maanders feitelijk uitgewischt. Deze lichtingen zjjn ge heel als viermaanders te beschouwen. De jongste vier lichtingen kunnen, evenmin als het vrijwillig dienend kader, behoorlijk schie ten, wat hjj wijt aan de in 1907 ingevoerde opleidingsmethode van kapitein Fabius, wel- ke methode hij ah inspecteur der infanterie Oji voorwaarde lij k heeft afgekeurd Aan den j onvoldoenden oefentijd wijt de generaal bet j dat de soldaat niet naar eigen inzicht kan handelenhem staan de handen scheef. De infanterie is daarbij niet behoorlijk marsch- J vaardighet weerstandsvermogen legen in- spanning en vermoeienis ontbreekt Ook -'t moreel deugt niet 1 „ieder spreekt thans op luiden toon van zijn rechten, docli meent dat zijn plichten hem niet zoo heel zwaar mogen drukken." Het gezag wordt meer( en meer ondermijnd; de- tucht verslapt, men laat de teugels maar vieren, laat veel onop gemerkt ook al om gieen moeilijkheden te krijgen en niet in het openbaar te worden gehoond en Ibespot Voor den persoonlijken dienstplicht heeft ge- neraal Snijders lang gestreden, maar die is, door de omstandigheden, waaronder de in voering /plaats liad, een mislukking gewor den. Slechts sporadisch zijn de intellectu- eele krachten onder de miliciens vertegen woordigd ze zijn „afgedreven" naar reserve kader en viermaanders. De stof voor opleiding tot militiekader ontbreekt, waardoor men de eischen is gaan beperken. Brj goede toepas- sing zou het reservekader een zeer nuttige in stelling zijn geweest, doch de overgroote meer derheid van hen, die tot dit kader zjjn toege- j treden, zijn niét of niet voldq^ul bruikbaar voor hun taak daarvan draagt 'de verkeerde leiding gedurende de eerste jaren voor een1 deel fecliuld. En toen de gelegenheid open kwam, om bij de viermaanders op nog gemak-1 kelijkor en sneller wijze van den militairen dienst af te komen, is het reservekader gnootendeels verloopen Het moet dan ook hoe oer hoe beter verdwijnen. Onder het vrijwillig dienend kader zijn nog vele flinke, degelijke en brave onderofficie- I ren, maar ook meer en meer personen „wier geest niet goed is"velen falen in bruik baarheid en in ernstige plichtsbetrachting. I Ook het officierscorps bestaat nog grooten- deels uit bekwame, ijverige en plichtgetrouwe mannen, maar ook luer telt men meer en meer i personen, die tekort schieten in dienstijver en plichtsbesef, die lijden aan gemakzucht, lauwheid en laksheid voor hun taak, aan J onverschilligheid voor den dionst. Somwijlen I wordt do dienst verwaarloosd. Het is geen uitzondering meer, dat meerderen en onder geschikten zich kalm to slapen leggen, waar waken plicht is. Zoo slaapt een officier op de voorposten, met zijn voldwacht. Ook de stiptheid iu den dienst laat dikwijls te wen schen over. Meermalen bleek den generaal, o. a. brj de manoeuvres, dal geheele onder deden niet op den bepaalden tijd ter be stemder plaatse aanwezig waren, men had zich verslapen, het eten was niet gereed ge weesl euz. Bovendien kan de tactische bedre venheid der officieren tegenwoordig niet naar belmoren worden ontwikkeld. En dan zegt de schrijver „Een algemeen en diep bedroevend ver schijnsel is, dat het officierskorps gebukt gaat onder het bewustzijn dal het leger niet ge waardeerd wordt, dat hot geen ernst is met de belangen der defensie Men ziet zich ge dwongen mede te werken aan allerlei rege lingen en proeven, waarvan men weet dal. ze zijn ingegeven door „de politiek", terwijl men overtuigd is, dat het legerbelang erdoor wordt geschaad. Men moet manschappen ocfe non, kader, zelfs officieren opleiden, m een tijdsbestek dat daarvoor onmogelijk voldoende- kan zijn. Men komt er zoodoende toe de eischen van geschiktheid lager te stollen waar het goede niet to hereiken is, moet men genoegen nemen met liet minder ja met het ou-voldoende. De bruikbaarheid van den troep gaat daarbij teloor. Men weet, men is er van doordrongen, dat bet andera moest wezen, maar men kan het niet verhol pen, er is niets aan te doen. Men komt tot doffe berusting in het onvermijdelijke en zwijgt. Men moet er van leven „Zóó is bij velen, zeer velen, de ambitie gedood. Het „feu sacré", dat zoo noodig is, om in vredestijd te doen heenstappen over mulder aangename ervaringen in het leven van den militair, dat in oorlogstijd den aan voerder en don troep moet bezielen tot groote daden, het is in ons leger zoo goed als uit gedoofd." Bij de „Mij. tot Exploitatie van Staatsspoor wegen" is i> m bevorderd tot eerste-boek houder de heer W A. Beekkerk van Ruth te Klissingen. Uit Tlissingea Blijkens het verslag van de Gezondheids- cofmmissie was de algemeene toestand der volksgezondheid gedurende het jaar 1910 gun stig te noemen. Het aantal overledenen por 1000 inwoners bedroeg 9,9. Aan longtuberculose overleden 17 personen. Ernstige epidemiëa kwamen niet voorhet aantal besmettelijke ziekten bedroeg 45, en wel roodvonk 23 en diphterilis 22. Met ingenomenheid wordt melding gemaakt van don bouw van een nieuwe Nutsbewaar- school en een openbare lagere school. Aan alle veehouders op Walcheren werd, in overleg met de commission te Middelburg en .Veere, een circulaire gezonden met het «loei hen (opmerkzaam te maken op de gevaren, verbonden aan het verliandelen als melkvee van koeion, die op de Belgische grens op de Tuberculine proef hebben gcróageerd In den loop van 1910 werd een onderzoek ingesteld naar de hoedanigheid van te dezer stede verkocht wordend brood. Twaalf mon sters werden opgezonden naar het Station voor Maalderij en Bakkenj te Wageningen. De uit slag van dit onderzoek werd in een ver trouwelijk schrijven den betrokken bakkers medegedeeld. ,Van het Duitsche vicrmastschip Alster. dat dezer dagen hier voorbij is gevaren naar Antwerpen, heeft de kapitein gerapporteerd, dat ter hoogte van do Nieuwe Haven van Vlissingen een man over boord is gevallen. Direct werden drie booten uitgezet. Door do duisternis kon men den drenkeling niet te rugvinden, zoiodal deze is verdronken. Te W c s t k a p e 11 e hield Vrijdagavond de heer Herman Snijders voor een vrij goed gevulde zaal zijn pleidooi voor de adresbe weging voor algomeen kiesrecht voor man nen en vrouwen. Alle aanwezigen, «iie den spreker met groote aandacht volgden, leeken- den de lijst. De onlangs opgerichte afdeelmg Se- rooskerke van „Patrimonium" hield Vrij dagavond een algemeene vergadering, waarin lot voorzitter gekozen werd de heer C. L. Roseboom, die de benoeming aannam. Tot loden van de commissie van advies werden aangewezen de heeren I. de Buck, P. Keste- loo, H. J. Verslaijs, P. de Visser en J. Won der gem- Nadat besloten was zich aan te sluiten bjj den Bond en den Ring, werden als leden van het Ringbestuur gekozen de heeren A. Goed- bloed en P. Jacobse «in als secundus de» heer H. Tavenicr. Voor de a.s. Ringvorgadoring werden als af gevaardigden gekozen de heeren J. Versluis

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1911 | | pagina 1