MIDDBLBURGSCHE COURANT. Vrijdag 24 Juni. 16 tl Kameroverzicht, Benoemingen enz. S*. 146 1S3* Jaargang. 1910. DMA ooursnt verschijnt d a g 1 ij k 3, met uitzondering yta Zon- en Feestdagen. t?rj(B per kwart»*], zoowel voor Middelburg sda voor allo plastron in Nederland franco pp. t f. Afzonderlijke nummers kosten 5 eent, A d v e r t e nt i n lig abonnement op voordeelige voorwaarde*' ProspeotuBBen daarvan zjjn san het bureau te bekome*. Advertentie voor hot eerstvolgende nummer moeten dei middaga vóór én nnr aan hot bureau bezorgd tfin. Advertentiïn i SO eont per regeL Bij abonaoaent veel lager. Geboorte-., dood- «ffi alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels f 1.60elke regel moe? 10 cent. Reclame» 40 oont per regel. Groot* letlera natr de plaats, dia lij innemen, Tot de plaatsiig va* advertoatiën en reolames, aiet afkomstig uit Ze el a ad, betreffend* Handel, Nijverheid e* Geldwezen, is goreohtigd het Algenaaaa Adv*rt*nei»-ÏÏHre«w A. DD 1.2 MAKS Ax., IH.t. TovrbBrfwwl 266, AouiSerdnE». De goede tijding komt tot ons dat zoo wel in het district Goes als in het dis trict Hnlst men links Dinsdag met moed ten strijde trekt. Men wil met alle macht opkomen en er wordt flink gewerkt. Dat is trouwens hoog noodig. Dan alleen heeft men kans op eene over winning en in elk geval geen verwijt zich te maken wanneer niet gekozen worden de volgende heer en, in het District Goes J. N. Elenbaas on W. Kakebeefeó beiden aftredende leden, en District Hülsè Ph. J. van Dishoorn en P. J. Wortman. Middelburg 23 Juni. Jhr. mr. W. Ph. C. van Doorn, de af gevaardigde voor Gouda, heeft in de zitting der Tweede Kamer van de vorige week "Woensdag verlof gevraagd en verkregen om de Regeering en speciaal aan den Minister van BuitenlandBcho Zaken eenige vragen te stellen naar aanleiding van de Borromaons-encycliek dio zoovele gemoede ren in beweging heeft gebracht en waar over het Yaticaan heel wat heeft moeten hooren van Protostantsche zijden. Zelfs een katholiek vorst, koning Fried- rich August van Saksen heeft zich genood zaakt gezien, ter wille van zijn vier en een kwart millioen protestantsche onderdanen tegen dat Pauselijk woord te protesteeren; en in het katholieke Beieren heeft men eveneens zijn stem daartegen verheven. Het Protestantsche Pruisen heeft nog krachtiger zich doen gelden, en door zijn gezant de Pruisische regeering onder houdt met den Apostolischen Stoel nog diplomatieke betrekkingen de Pauselijke curie gewezen op de ergernis die de ency cliek heeft gewekt, en de verwachting doen uitspreken dat er met allen ernst gestreefd mooht worden om den vrede tnsschen de Evangelistisohe en de Katholieke bevolking van den staat te behouden en te bevestigen. Het Yaticaan schonk de gew enschte vol doening. En, zooals wij reeds in onze huitenland- sche overzichten meedeelden, in bijna alle .overige landen .heeft die encycliek eene zeldzame emotie gewekt, een opgewonden heid veroorzaakt, zooals geen der aanschrij vingen in de laatste jaren van Z. H. den Paus heeft ten gevolge gehad. En geen wonder. In dat stuk toch werd over de Hervor mers gesproken als van mannen met aard- sche neigingen, vijanden van het Kruis van Christus, wier afgod de buik is, van hoog moedige en oproerige mannen, verkrachters van Europa's welvaart, zedenbedervers enz. Nu heeft Z. H. de Paus wel, naar aan leiding van het protest van Pruisen, beweerd dat men de beteekenis dier woorden heeft miskend, en daaraan een bedoeling heeft toegekend die er niet aan gegeven mocht worden, maar in elk geval waren ze toch minder goed gekozen, ja hoogst onvoor zichtig. Zeer stellig zou de meer diplomatieke voorganger van Z. H., Paus Leo XIII, de hoog begaafde man met fijn ontwikkelden geest en wetenscbappelijken zin, zich wel gewacht hebben voor een dergelijke woordenkeus. Wij deelden echter reeds mee onder wiens invloed, onder dien van den Midden- Amerikaanscben kardinaal Yives y Tuto, de tegenwoordige Paus staat en dat aan dien hefiigen prelaat do bewuste tirade te wijten zou zijn. Maar waarschijnlijk zal ook kardinaal erry del Val, eon Spanjaard van geboorte, wel in dezen, zooals in alles, zich hebben doen gelden. Voorzeker bewezen beiden daardoor aan den Pauselijken stoel een sleehten dienst, vooral ook met het oog op de verhouding die in sommige landen bestaat tnsschen Protestanten en Katholieken. En dit geldt wel in een voorname plaats van Nederland. Merkwaardig teeken des tijds is daarom de uitwof'king die de bewuste encycliek heeft op de antirevolutioonaire en andore politieke partijen van Calvinistischon, Protestantschen huize iu ons land. Dat men In vele Protestantsch kerke- 1 ij k e gemeenten, in synodes eon kras oordeel uitspreekt over de woorden van den Heiligen Vader der Roomsch-Katholieken, is begrijpelijk, en zeer verklaarbaar. En niet te verwonderen zou het zijn wanneer men op meetings, die men zich voorneemt te houden, in krachtige piotesten uiting gaf aan zijné» verontwaardiging. Maar men doet dii aan zekere zijde met do noodige reserve. De politieke kant der feweftt*0 hierbij in den weg. De coalitie op staatkundig gebied maskv de anders zoo fiere Calvinisten zoo mak als een lam tegenover een feit dat hun anders het bloed naar het hoofd moest doen stijgen. Aan den anderen kant komt ons de houding van den clerus niet zoo onverklaar baar voor. Hij die zelfs in Spanje zich verzet tegen het toekennen der vrijheid aan andere kerkelijke gezindten, heeft na tuurlijk een anderen kijk op de Hervorming dan wij, bovendien alle reoht om zich te uiten zooals hij dat wil, en bewees trouwens steeds vrij wel erover te denken zooals hij nu zich uitspreekt. Of hij voorzichtig doet zich zoo bloot te geven, is een andere vraag die eohter niet ter onzer beoordeeling staat. Alleen valt uit die feiteu te leeren dat de clerus onverzoenlijk staat tegen anders denkenden. Een zeer objectief, zeer nuchtere be- tchouwing over die Encycliek leverde dezer dagen de N. Rott. Crt. Daarin betoogde zij terecht dat men beter deed onze regee ring in dezen niet te mengen. Op ons liberalen zoo schreef zij te- reoht rust de taak te zorgen dat de vrijheid van belijdenis en van moening, in de Grondwet gewaarborgd, ongerept blijve bestaan, zonder dat de Regeering trachte daarop invloed uit te oefenen. Wij bestrij den het Roomsche staatsrecht, Rome's be ginsel van slavernij der leeken op geestelijk gebied, de Roomsche voorstelling onzer historie. Maar, krachtens onze liberale beginselen, moeten wij nalaten ia dien strijd onze Regeering te hulp te roepen- Wij moeten óók om der wille van onze eigene vrijheidonze kracht bij dien strijd in ons zei ven vinden. Niet het minst ook in de vrijheid, die wij aan anderen toekennen, om honne meening openbaar te maken, gelijk hun gelieft." En naar onze meening moeten wij to meer officieel ons buiten die kwestie hou den, omdat wij geen offioieele betrekkingen met het Vaticaan meer onderhonden. Bij de interpellatie van den heer Van Doorn, heden avond of morgen te houden, „kan de bewuste Encycliek geen onderwerp van gedachtenwisseling tnsschen Regeering en Staten-Generaal uitmaken. De Paus mist elke wereldlijke machtin ons staats recht moet aan de kerk, weze zij Roomsch of Protestantsch, elk publiekrechtelijk karak ter worden ontzegdde uitlatingen van den Paus hebben dus, tegenover ons land, geen ander karakter dan de uitlatingen van welk ander privaat persoon ook. Wij weten wel dat, door de feitelijke positie van den Heiligen Stoel, de Paus, „een q u a s i-volkenrechtelijke poBitie" in de samenleving inneemt, half en half als een volkenrechtelijk persoon is te beschouwen, maar het verkeer tnsschen den Pausen de staten wordt, ook bij deze opvatting, dan toch geacht beperkt te zijn tot de aange legenheden van de Roomseh-katholieke kork. Welk moreel recht zon, afgezien van staatsrechtelijke bezwaren, onze regoering nu tegenover den Paus kunnen doen gelden P" Dit kan en moet het standpunt zijn van elk onpartijdige die zich niet door kerke- lijken ijver laat beïnvloeden. Maar geheel anders staan tegenover die kwestie de staatkundige protes tantsche partijen. Zij toch hebben tegen over Rome heel wat ander» te zeggenzij beschouwen het als een aanvaller van hun geloof, en daarvoor hebben zij om zijn oor deel over de Hervormers te meer alle reden. Doch men zie thans eens met hoeveel instemming zjj het oordeel der N. Rott. Crt. Overnemenhóé bij zich haasten, daarop een beroep te doen. Zelfs De Nederlander, het Dagblad „tot verbreiding van Christelijke Nationale be ginselen", het orgaan van een partij die in haar program nog wel wijst op het „Pro- teBtantHch" kafakter der natie, haalt met instemming de beschouwing van het Rot- terdamsche hoofdorgaan aan, maar durft niet ronduit over de encyoliek het oordeel uit spreken dat van. zijn standpunt zou passen. I En De Standaard vergoelijkt ook zooveel mogelijk het kwetsende dat voor de Calvi- nisten in de encycliek is gelegen. >yare de redactie of de groote leider van hef blad biet gebonden, wat zou hij zijn pon scherpenf En In>d een „liberalist" zich eens Vör*v>?al; aan het .MÏres van Calvijn ook maar helft van de lieflijkheden te zoggen die Z. H. de Paus over dezen en andere her vormers in het opeiïbaar verkondigde, wat zou De Standaard toornen f Een nieuw bewijs hoe demoraliseerend het Bondgenootschap met Rome werkt. Het zijn merkwaardige teekenen des tijds. Zitting voc Woensdag. De zomervacantie nadert met rassohe schre den. Dit is duidelgk merkbaar aan den spoed, waarmede de Kamer de verschillende, hangende zaken afdoet. Zonder stemming, nagenoeg zonder discussie, werden heden evenveel wetsontwerpen aange nomen als onder andere omstandigheden de Kamer dagen noodig zou hebben om één ontwerp te behandelen. De reorganisatie van den burgerleken, geneeskundigen dienst in Ned.-lndië, waarover verleden week door de heeren Coljjn, Verhey, Boogaardt en Schaper nog lange speeches zjjn gehouden, passeerden thans bjjna zonder dis cussie onder den hamer van den voorzitter. De Minister van Koloniën had het al heel gemakkeljjk. Het belangrijke wetsontwerp, beoogende terugbrenging der particulieren landerijen op Java tot staatsdomein, ging er ook bijna zonder strijd door. Slechts werden enkele opmerkingen gemaakt door de heeren Van Karnebeek en Colgn, waarop Z Ex. «overweging" toezegde. De Minister beloofde dat er met die terug brenging spoed gemaakt zou worden en ver klaarde dat het wenscheljjk was speciale be palingen te maken ten opzichte van landbezit door vreemdelingen. Daarna, rits alweer een ander stuk: wgziging ongevallenwet De heer Days vindt dat de wgziging slechts in het belang der werkgevers zou zgn De heer Kooien oppert eveneens bezwaren. De voorztter dreigt met afvoering van dit onderwerp van de agenda, zoo daarover uit voerige debatten worden gehouden. Minister Talma neemt van schrik het aan gevochten artikel in de wet terug, repli. ceert en zonder hoofdelijke stemming Wordt hot gobeelo wetsontwerp aangenomen. Thans komt aan de orde een vette kluif: De octrooi-wet. Naast Minister Talma zit mr Fruin, voor deze gelegenheid als regeerings-commissaris optredende. Dr Bos houdt «algemeeno beschouwingen," zegt, dat de voordoelen van een wetteljjke regeling van het octrooirecht voor uitvindingen de daaraan verbonden nadeelen verre over treffen ontkent dat er verband zou bestaan tnsschen piotectio en octrooirecht; acht de gebeele regeling een groote verbetering. Minister Talma antwoordt kort. zegt dat Nederland thans uit zgn isolement verlost wordt, herhaalt in andere woorden hetgeen dr. Bos reeds in het midden bracht, gaat niet in op de stijjdvraag of protectie met octrooi recht samenhangt en brengt warme hulde aan degenen, die deze regeling voorbereidden. Ten slotte zegt Z.Ex., dat de regeering van de 40 voo-gestelde amendementen et 3$ over neemt, welke mededeeling groote vreugde te weeg brengt. Mr. Fruin, die de Kamer bljjk- baar nog nooit in vacantie-Btemrning heeft bijgewoond, kjjkt zeer verbaasd op. Daarna behandeling der overige amende menten; ook dit gaat mot don Franschen slag. Na korte discussie werden er twee inge trokken en één aangehouden. Morgen komt de Bneltrein weder voor, gaan wjj met spoed verder. Om de agenda nog op tgd af te doen, ie besloten morgen en overmogen om tien uur 's morgens te beginnen en Donderdagavond zitting te houden. In Juni avondzitting 1 Nog nooit vertoond Teven» deelde de voorzitter mede, dat het Krupprapport was uitgebracht eu nog voor dat de Ksvmet uiteen gaat in Comité-generaal be. handeld zal worden. In de couloirs heet 't, dat de conclusies deï commissie niet geheel ten gunste van Krupp luiden. Prinses Marie von Wied f Zooals in ons vorig nommer onder Laatste berichten werd medegedeeld, is Woensdagmorgen te Neuwied overleden Prinses Marie von Wied. Zjj was buiten Koningin Wilhe'mina prinses Juliana de laatste afstammelinge ait het huis van Oranje-Nassauin haar verliest onze Koningin haar laatste bloedverwante van vaderszgde. Wilhelmina, Fiederika, Anna, Elisabeth, j^arie, prinses der Nederlanden, was op 5 Juli 1841 te Was?6110»1, geborenzjj was een doch ter van prins Wederik der Nederlanden, oom van wglen Koning Willem III, en prinses Louise van Pruisen. Zjj had van haaf vader een hooge levensopvatting en daarbjj grcot&n eenvoud en beminnelijkheid geërfd. Op 18 Juli 1871 trad zjj in het huwelgk met prins Wilhelm von Wied, die op 22 October 1907 overleed uit dit huweljjk werden drie -ons en twee dochters geboren. De prinses woonde Bedert het overigden van haar echtgenoot te Neuwied. Vroeger was de vorateljjke familie Von Wied gewoon een deel van den zomer in ons vader land door te brongen, meestal op een harer buitenverblijven nabjj den Haag. De overledene vertoeide enkele malen ook Domburg, o. a. een tiental jaren geleden, geljjbtjjdig met Carmen Sylva, de koningin van Roemenië, ook een prinseB Von Wied. De laatste maal dat de in Nederland, maar vooral in de residentie, zeer bekende Prinses, Den Daag bezocht, was bjj gelegenheid van den doop van Prinses Juliana, welke plechtig heid Zjj met Haar dochter in de Willemskerk bg woonde. Het verlies van PrinseB Maria, die in vele opzichten levendige belangstelling voor haar vroeger vaderland bleef behouden, zal door velen betreurd worden. Dinsdag a. zal de vorstin in het familiegraf te Neuwied worden bjjgezet. De overlodene bezat uit de nalatenschap van haar vader uitgestrekte eigendommen, gelegen onder Wassenaar en de residentie. In den loop der tjjden zjjn de meeste dier eigendommen door verkoop overgegaan aan H. M. de Koningin of aan particulieren. Alleen het Hut's De Pauw met aangrenzend landgoed BacJcersliagenaan den Loidscben weg en het zeepaviljoen te Soheveningen met om liggend terrein, heeft de Prinses tot aan haar dood in eigendom behouden. Nederlandsclie bond van gemeente-ambtenaren. Het opgewekt en uitvoerig jaarverslag van den Nederlandschen bond van gemeente-ambtenaren getuigt opnieuw van een bloeiend en vrucht- haat vereenigmgsleven. Het ledental klom in 1909 van 3363 op 3422. Het getal onderaf- deelingen vermeerderde met 2 en steeg op 34 met 1100 leden. De rekening wjjst een batig slot aan van f 188 24u,. Ingesteld werd eene Commissie voor het leerlingwezen, waarin zitting namen de heeren Van Eggelen, secretaris Heasden, Elenbaas, burgemeester Krabbendjjke, en Klein, secretaris Vrijenban Opleidingscursussen voor gemeento-admini- stratie bestaan in verschillende afdeelmgen en onder-afdeeüngen. De Vereoniging trad vooral wederom in het krjjt voor de bezoldiging der ambtenaren ter secretarie, die in vele plaatsen nog volstrekt onvoldoende is en menigmaal minder bedraagt dan het loon van arbeiders zonder de geringste vakkennis. Met dankbaarheid wordt gewaagd van de bereidverklaring van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Overijssel. Z e e 1 a n d, Gronin gen en Friesland om, waar noodig, bun invloed tot verbetering aan te wenden. De meest belangrjjko werkzaamheid intus- achen was nu ook weder de actie voor het verkrjjgen eener Rjjkspensioenregeling voor gemeente-ambtenaren en hunne weduwen en weezen. De hoop wordt uitgesproken, dat deze regeling zeer spoedig haar beBlagkrjjge.Minister Heemskerk noemde het bg de begrootings- beraadslagingen een schande, dat er in ons land nog ambtenaren zgn zonder pensioenaanspra ken. Het dringend verlangen naar de regeling ie onder de gemeente-ambtenaren algemeen, want eiken dag als het waro vallen nieuwe slachtoffers. Andere belangrijke zaken, waarmede de Ver- eenigmg zich inliet, warenregeling rechts toestand gemeente-ambtenaren, uitgaaf van studiewerken, bureau voor plaatsing van tjjde- ljjke ambtenaren, muBeum voor gemeentebq-^ hoer, bondsbibliothe^ jtórkoekjë, holpfonds Vö gemefente-Umbtsn&ren, afschaffing Zondags vergaderingen, prjjsvragen gemeente-admini stratie, zekerheidstelling door gemeente-ambte naren, bevolkingsadministratie. Verscheidene andere, waaronder zeer belangrgke,onderwerpen zgn bg het bestuur in voorbereiding. Bg kon. beslnit: is aan mr A. J. Ellens, in verband met zgno benoeming tot eubat.-griffier bg de arr.-recht- bank te 's-Gravenhoge, op verzoek, eervol ont slag verleend als adj.-commies bg bet Dep. van landbouw enz. en is, voor den tgd van één jaar, benoemd tot adjunct-commies bjj voormeld Dep., mr P, H. Bitter Jr, te 's Gra- venbage is ingetrokken het besluit waatbg jhr mr H. W. van Asch van Wjjck werd benoemd tot mede-vertegenwoordiger van de Ned. Regee- ring bg bot in 1910 te Washington te boude* VUlete Internationaal Penitentiair Congres, en als zoodanig benoemd jhr mr D. O Engelen, president der arr-rechthank te Zutphen, zulks huiten bezwaar van 's Rjjke schatkist; in den commies der postergen 2de kl. M. E. A Boohione, wegenB ziekte, als zoodanig eervol ontslag verleend is benoemd tot directeur van het post- on telegraafkantoor te Bergen (N. H.), H. G. Fjjn, thans in geljjke betrokking te Lekkerkerk is benoemd tot tweede-klerk bg de directie van de rijkspostspaarbank, D. J. G. van Ooat- ien, thans tgdelgb ambtenaar bg die instelling. Bjj den Egyptischen gezondheidsraad bestaat gelegenheid tot plaatsing van een Nederlander, niet jonger dan 25 en niet ouder dan 40 jaren, als bewaker der schepen die in quarantaine het kanaal van Suez doorvaren. Voor die be trekking wordt vereischt kennis van hetFransch of Engolsch, alsmede van hot Duitsch ot Italiaansch. Voor nadere bijzonderheden zie men de Si. Cl. no. 144. De gewone audiëntie van den Minister van buitenlandsche zaken zal Vrjjdag a. s. niet plaats hebben. Oost-Indië. Te Batavia is opgericht een Indische Uni- versiteitsvereeniging welke tot doel heeft het verkrjjgen van een Indische Universiteit, het bevorderen van het hooger en het daarbjj aansluitend onderwijs in Ned. indië. Men zal het doel traohten te bereiken onder moer door het stichten en het doen houden of steunen van inrichtingen voor gymnasiaal onderwjjs in Ned. Indië, door het doen houden van een of meer bibliotheken op het gebied van kun sten en wetenschappen, het doen houden van lezingen en voordrachten de belangen van het hooger onderwjjs in Indië betreffend, het richten van vertoogen en rekwesten tot de bevoegde macht. Het hoofdbestuur beBtaat uit vele toonaangevende personen. Uit Stad en Provinole. Naar wjj vernemen, wordt aan een klacht dezer dagen door den heer H. A. van Dalsum den officier van justitie aan de rechtban k alhier ingediend tegen den heer P. F Fruytier, lid der Tweede Kamer en lid van Gedeputoerde Staten van Zeeland, geen ge volg gegeven. De heden alhier gehouden jaarlgksche paarden- en veulenmarkt bracht heel wat levendigheid aan. Er Btonden een 250tal dieren aan do lgn, voor het meerendeel met van betere kwaliteit dan het vorig jaar, dus middelmatig. De handel was vrjj levendig, vooral door dö belangrgke aanboopen vanwege de verlo- tingscommissie. Er waren ook nog al wat vreemde kooplieden.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1910 | | pagina 1