liiiiiphe Eirit
BIJVOEGSEL
Middelburg 15 Januari.
Benoemingen enz.
LAMDBoUw.
letterESTbTkunst.
Verschillende Berichten.
VAK PB
VAK
Maandag 17 Jan. 1910, no. 13.
^andbouutkromek
VAK ONZEN VASTEN MEDEWERKER.
Paardenfokkerij.
III.
(Slot).
Aan elke regelingB- en elke keurings-com-
missie is door den Minister van Oorlog een
militair lid toegevoegd, die ook jaatljjks ver
slag moet uitbrengen over ïjjue bevindingen.
Voor de provinciën Limburg, Noordbrabant en
Zeeland is dit de heer H. van Soetermeer Vos,
kapitein bjj het 3e regiment veldartillerie te
Breda, die bjj verplichte afwezigheid vervangen
wordt door den eersten luitenant I. Beseem
van hetzelfde regiment. Aan hot einde van
de beschouwingen van den kolonel Punt zjjn
de verslagen der militaire leden van de ver
schillende keurings-commiseiën in zjjn geheel
medegedeeld, aan den voet der bladzjjden,
vermeerderd met aanteekeningen van den ko
lonel, wanneer hg in zienswgze van den
verslaggever verschilt of daaraan nog het een
of ander heeft toe te voegen.
In de eerste plaats wordt daarin een woord
gewjjd aan de wjjze, waarop de verslagen
aangaande de keuringen worden opgemaakt.
>In Limburg geschiedt zulks door den secre
taris na iedere keuringdeze verslagen dienen
tot basis van het jaarverslag, dat door de
regelings-commissie wordt goedgekeurd."
»ln Noordbrabant worden de keurings- en
jaarverslagen opgemaakt door den voorzitter
en den secretaris en komen als voldongen
feiten ter kennis der regelings-commissie, dik
wijls als ze reeds bjj hoogerhand zyn ingediend."
>In Zeeland wordt onmiddellijk na elke
kenring het verslag van dien dag door de
keurings-commissie opgemaakt, welke, in een
verslag saamgevat aan, de regelings-commissie
worden toegezonden."
Waar in de laatste provincie, zoowel in de
keurings- als in de regelingscommissie vele
fokkers aanwezig zjjn, zjjn hier, naar de mee
ning van den verslaggever, de meeste waar
borgen dat de verslagen een joist overzicht
geven van den stand der fokkerjj."
De beer Punt teekent bjj bet voorgaande aan
»Da afkeuring van de wgze van opmaken
der keurings- en jaarverslagen in Limburg en
Noordbrabant, vooral zooals dit in de laatste
provinoie geschiedt, wordt door mg ten volle
gedeeld. Nataurljjk dienen de kenringsversla-
gen te worden opgemaakt door de keurings
commissie, waarbjj de regelingscommissie al
dan niet hare opmerkingen voegt. Evenzoo
dient het jaarverslag de meening van de
meerderheid der regelingscommissie aan te
geven, bg belangrgke verschillen aangevuld
met de meening der minderheid. De meest
proctiache wgze van handelen Bchjjnt mg toe,
een concept-jaar verslag te doen opmaken door
den secretaris (als die volkomen op de hoogte
is van alle zaken de paardenfokkerij in zgne
provincie betreffende) oi door eene commissie
van 3 leden nit de regelingscommissie; van dit
concept late men een aantal proefdrukken
maken, één voor elk lid der regelings-com
missie, waarna het verslag definitief wordt
vastgesteld op eene vergadering der regelings
commissie."
Aangaande Zeeland kunnen wjj mededeelen,
dat zulks van den aanvang af geschiedt op
d# wgze, welke de kolonel Punt aanbeveelt,
de secretaris maakt het jaarverslag op; de
proeven komen in Landen van de leden der
regelingscommissie, en ten slotte wordt het
met kleine, doorgaans zonder eenige wjjziging
afgedrukt.
Over de aanwending van de Rijkssubsidie
lez9n wg het volgende
»Ia Zeeland werden de Rjjksgelden weder
uitsluitend aan premiën besteed; de uan- en
verkoop van fokmateriaal vanwege de regelings-
commissie vindt in deze provincie noch bg de
regelingscommissie, noch bjj het grootste deel
der fokkers veel aanhangersin tegenstelling
met Limburg is de oeconomische toestand der
landbouwers hier ook van dien aard, dat in
dezen noch directe hulp gevraagd, noch ge-
wenscht wordt."
»De meest rationeele wgze van besteding der
Rjjkigelden bljjft hier voor het deel bezuiden
de Woster-Soheldehet trachten tegen te
gaan van den verkoop van goede fokdieren en
benoorden die rivierhot bevorderen vnn den
invoer van ras-zuivere koudbloedmerriën door
middel van premiën."
»Intuischen doet zich hier, o.a. op Zuid-
Beveland, het bedenkeljjk verschijnsel voor,
dat men wederom do fokiichting van het
Belgische koudbloed, eerst sedert eenige jaren
aangevangen, wenscht te verlaten."
Hierbjj wordt door den kolonel Punt aange-
teekend
»Dit is mjj niet gebleken; wel wordt hier,
•venals overal waar men eerst sedert kort een
koudhloedpiard wil tokken, op snelheid ook
in drat gelet, wat wellicht in besparing met
arbeidskosten goed gezien is, ofschoon men
niet mag vergeten, dat meerdere snelheid in
draf bgna altjjd gepaard gaat met verlies in
passa, Dat geen enkele warmbloedhengst moer
dekt in Zeeland getuigt wel van vasthouden
aan de koudbloedfokkerg. Invoer van goede
Belgische merriën, vooral ten noorden van de
Wester Schelde, is absoluut ïioodig en ik bljjf
betwgfelen, of premiën dit voldoende bevor
deren en niet aankoop iu België door. de zorg
der regelingscommissie tot verkoop in die
dealen der provincie naaBt de primeering zal
moeten plaats hebben."
Wg zjjn het met beide heeren in verschil
lende cpzichten eens, in andere niet.
Het feit, dat in Zeeland uitsluitend gedekt
wordt door koudbloedheDgBten bewgst wel,
dat men aan de koudbloedfokkerg vooreerst
nog gehecht is, maar de banden, waardoor
men daaraan gehecht is, zjjn waarljjk niet
bgzonder sterkde verslaggever spreekt van
Zuidbeveland, maar nog in hoogor mate is
dat waar in Schouwen en Duivelend. In het
verslag van de afdeeling Zierikzoe over den
toestand van de vee- en paardenfokkerij op
Schouwen en Duivelend, opgenomen in don
almanak van de Zeeuwsche Landbouwmaatschappij,
leest men bladz XXXI: 'Tengevolge van den slap
pen handel in paarden in 1909 kwam bg degenen,
die zich ter wille van de hooge prjjzen, die voor
jonge paarden in de laatste jaren konden worden
bedongen, hebben laten verleiden om de sedert
40 jaren gevolgde fokkerjj van koetspaarden
vaarwel te zeggen, de overtuiging weer boven,
dat zjj daarmede een misslag hebben begaan.
Velen toch vinden do Belgisohe paarden van
zuiver ras en de kruisingsproducten minder
geschikt voor het landbouwweik dan de 01-
denburgors. Vele boerderjjen liggen uit el
kander de voertuigen, die op lichtere paar
den zgn berekend, de geringe trekkracht, die
de nieuwere ploegen vereischen en de afstan
den, die met het suikerbietenvervoer moeten
worden afgelegd, vorderen niet het gewicht,
dat door den zwaren Belg in het gareel kan
worden gelegd, maar wol de snolheid en het
temperament van den Oldenburger."
Deze woorden, geschreven door een persoon,
die volkomen op de hoogte is vrd don toe
stand en den geest van do genoemde streek,
wjjzen op eene te vreezen kentering in de
fokkerjj, en op eene nog grooter mengelmoes
van kruialingen dan daar nu reeds aanwezig is.
Wanneer de fokkers aan het Oldenburgsche
ras de voorbeur geven, dat zjj dan zorgen,
dat zjj Oldenburgsche merries laten dekken
door Oldenburgsche hengsten niets is daar
tegen, ieder ras is goed, wanneer het zuiver
is, maar wannoer men nu weder mocht
terugkeeren tot Oldenburgsche hengsten, na
er waarscbgnljjk geene enkele of in ieder
geval nog slechts weinig ras zuivere Olden
burgsche merries voorhanden zgn, zou dat
zeker een reuzenschrede zgn op den verkeer
den weg.
Wg zgn het daarom volkomen eens met den
verslaggever waar hg zegt
»Tc betreuren zou het zjjn, indien men nu
weder in een deel van Zeeland de fokrichting
ging wjjzigen, waarmede in korten tjjd reeds
belangrgke financieele resultaten zgn bereikt."
>Waar de ondergetoekende in een 17-tal
van jaren Oldenburger, Anglo-Normandier,
Clydeadaler, Ardenner en Belgische hengsten
hunne krachten zag beproeven om het oude
Zeeuwsche landpaard te converteeren in het
ras, waarnaar op het oogenblik de handel
vroeg, daar gelooft bjj, dat men zich wel eens
ernstig rekenschap mag geven, of nu niet
eindelgk de tjjd daar is, om er naar te streven
een - product te fokken en te behouden, dat
bljjkt op de wereldmarkt met den dag in waardo
te stjjgon, m. a. w. het Belgische koudbloed,
dat elke andere animale trekkracht van die
markt verdringt."
Dat om tot een constant koudbloed paard
te komen, naast den invoer van goede heng
sten, de invoer van Belgische merries vooral
boven de Westerschelde boog noodig is, zgn
wg met beide heeren volkomen eens, maar het
stelsel om daartoe te geraken van den verslag
gever, nl. door het uitloven van premiën,
vinden wg voor Zeeland verreweg het meest
doelmatige.
Thans worden jaarljjks 40 aanhoudingsbjj-
dragen uitgeloofd voor tweejarige merriën,
dientengevolge worden wel een 40-tal goede
fokmerriën voor het gewest behouden, ten
deele ook ingevoerd, maar men zou, dunkt
ons, dien invoer nog kunnen bevorderen door
de bekroningen, zoowel van tweejarige als
later van 3— 8-jarige merriën te vorhoogen
met t 25 of meer, wanneer door officieele
bewgzen is aangetoond, dat zjj geboren zgn
uit Belgische stamboekouders. Naast de
verhoogde bjjdrage zouden dan de eig-naars
daardoor aangespoord, eene ruime belooning
vinden ia de hoogore prjjzen van 't geen door
hen wordt aangefokt.-
Wat nu het bezwaar betreft, dat het Bel
gische paard geen snelheid genoeg heeft voor
het landbouwbedrijf, wg achten dat eer
quaestie van gewoonte. Dat gemis aan snel
heid wordt niet gevoeld in de landbouwon
dernemingen ten zuiden van de Wester-Schelde,
ofschoon daar vele hofsteden zjjn, die in om
vang en ook soms in verbrokkeling niet bjj
die in andere deelen van Zeeland achterstaan.
Daar vindt men algemeen in de grootere
trekkracht oen compensatie voor de mindere
snelheid.
Wjj herhalen ten slotte, wat wg reeds vroe
ger gezegd hebbenhet doel der fokkerjj
moet geheel in het eigenbelang van den
fokker bestaan daarin, dat bjj een constant
ras produceert, onverschillig wolk't zjj Ol
denburger, Belg, Snire of wat dan ook.
Alle kruising, die niot geschiedt mot bet
vaste doel om tot een constant ras te geraken,
moet vermeden worden.
Paarden, die nog al de kenmerken dragen
van kruislingen te zjjn, behooren in geen enkel
stamboek te huis, want een Stamboek van
kruislingen" is een onding hoogstens kunnen
deze paarden opgenomen worden in een bjj boek.
Het is daarom van het uiterste belang dat
on regelings-commissie en kenringBscommiaaie
hunne tank big ven opvatten, zooals tot heden,
en geen kruislingen m aanmerking nemtn
voor de premiën en bjjdragen,
De vrouw en het Burgerlijk
Becht.
In een zeer druk bezochte vergadering,
in de bovenacliterzaal van do sociëteit St.
Joris alhier belegd door de afdeeling
Middelburg van den Bond voor Vrouwen
kiesrecht, hield Vrijdagavond mej mr. A
Bolle een voordracht over bovengenoemd on
derwerp.
De spreekster leidde haar rede in biet
eenige algomeene beschouwingen over het
recht, over de verdooling van publiek recht
(waartoe o. a. behoort het kiesrecht, waar
over ze echter nu niet. zou spreken) en liet
privaat recht, waarvan het burgerlijk recht
een onderdeel is.
Do codificatie van ons burgerlijk recht,
d- i. de samenstelling van ons I3urgerljjk
Wetboek, dateert van 1838 en reeds die da
tum wijst erop dat, er in dal wetboek veel
verouderde rechtsbegrippen voorkomen. Wel
zijn er in den laatsten tijd o. a. door de kin
derwetten en door het arbeidscontract verbe
teringen .aangebracht, maar de verbetering
heeft geen gelijken tred gehouden met de ont
wikkeling die ontstaan is in de denkbeelden
over do positie der vrouw, vooral sedert in
de tweede helft, dei' horige eeuw tueer en meer
aan het licht kwam dat zooveel vrouwen in
htm eigen onderhoud voorzien.
Tot haar eigenlijk onderwerp .overgaand,
besprak mej. Bolle allereerst eenige wetsbe
palingen betreffende de ongehuwde vrouw. Zij
stelde in het liclit dat de ongehuwde vrouw
uitgesloten is van liet optreden als getuige
bij sommige acteu, maar niet als getuige voor
het vaststellen van de waarheid van sommige
feiten.
Voorts stipte ze aan de verbetering, tot
stand gekomen door de opheffiug van liet
verbod van liet onderzoek naar het vader
schap de bepaling dat een vrouw een kind
op haar achttiende jaar kan erkennen, een
man op zijn negentiendehet voorschrift dal
een man na een echtscheiding dadelijk kan
hertrouwen, een vrouw eerst na 300 dagen, en
nog enkele gevallen meer.
Uitvoeriger was ze over de positie der ge
huwde vrouw, die zeer beperkt is in haar
optreden, en in een toestand van afhankelijk
heid verkeert zoowel wat liaar persoon als
wat liaar goederen betreft. De algemeone
huwlijksbepalingeu, en die betreffend het
verbod van het onderling doen van schenkin
gen, van liet (Onderling sluiten van een ar
beidscontract, van het tegen elkaar getuigen,
van het tegen elkaar indienen van een straf
vervolging, ems. gelden voor man en vrouw
geljjk.
Maar do bepaling dat de man het hoofd is
der echtvoreeniging geeft aan hem de mari-
tale macht, waartoe thans, nu zooveel vrou
wen workeu voor liet onderhoud van het
gezin en geljjke ontwikkeling kunnen bezit
ten als do man, niet meer de aanleiding be
staat van vroeger.
Die maritale macht uit zich zoowel voor
de persoon der vrouw als voor haar goederen.
Dat de vrouw gehoorzaamheid Verschuldigd
is aan den man is meer ecu zedelijk dan een
wettelijk voorschrift. Maar de maritale macht
openbaar zich ook hierin dat de man de
woonplaats bepaalt. Waar hij woont is het do
micilie der vrouw, ook al woont ze feitelijk
ergens anders, zoodat dagvaardingen voor de
vrouw steeds ter woonplaats van den man
moeten worden afgegeven. En het is eerst
sedert 1896 dat op deze bepaling een uit
zondering is gemaakt voor processen tussclien
•eclitgenoolen.
Alleen in de woonplaats van den man kan
een echtscheiding worden aangevraagd. Ver
plaatst dus de man zijn domicilie buitenslands
dan is geen rechter in ons land bevoegd een
aanvraag tot echtscheiding te onderzoeken.
Ook de nationaliteit wordt door den man be
paald. Verandert hij, dan verandert vanzelf
ook de vrouw.
Ten opzichte van de naamsverandering bij
het huwlijk merkte de spreekster nog op dat
het aannemen van den naam van den man
wol een algemeene gewoonte is, maar nergens
door de wet wordt voorgeschreven.
Het meest echter doet de maritale macht
van den man zich voelen bij de goederen.
Bij ons geldt de regel dat als do echtgenooten
niets bepalen, ze getrouwd zijn in gemeen
schap van goederen.
De man alleen beheert de goederen van
de gemeenschap, ook die welke aan de vrouw
persoonlijk toebehooren, tenzij het beheer er
van aan haar ia voorbehouden, of door den
rechter aan haar is toegekend. De man mag
beschikken over de goederen, alleen mag hij
er geen schenking van doen. Maar als hij
dat nn toch doet of op andere wijze den boel
opmaakt, kan do vrouw niets doen, tenzij ze
het wil laten komen lot een scheiding van
goederen, wat niet gemakkelijk gaat, nog daar
gelaten dat het dan meestal te laat is. En
ook dan knjgt ze wel hot beheer over de
roerende goederen, maar ze mag toch niet
beschikken over do onroerende goederen zon
der bjjsland van haar man.
lluwelijkscho voorwaarden worden er niet
veel aangegaan, vooral omdat de verloving.-
tijd niet het meest geschikte oogenblik er
voor is. Later, als mocht blijken dal ze
wcnschelijk zijn, is er geen mogelijkheid meer
om zo aan to gaan, en ook niet om bestaande
voorwaarden te wijzigen.
Maar ook dan blijven, wanneer niet anders
bedongen is, de vruchten en inkomsten van
do goederen der vrouw ter beschikking van
den man.
Het arbeidscontract heeft gelukkig een eind
gemaakt aan den toestand, dat ook de ver
diensten van de vrouw ter beschikking van
den man. staan.
Voel besproken is in den laatsten tijd de
onbevoegdheid der vrouw tot handelingen
Door de invoering van het arbeidscontract
zyn ook in dat opzicht verbeteringen aan
gebracht, maar in de praktijk zou de ophef
fing der onbekwaamheid tot handelingen der
vrouw niets geven, als er niet tevens een
radjcalo verandering werd gebracht in dc
bepalingen nopens de beschikking over de
goederen.
De wet vereischt thans de machtiging van
den man voor bijna alle rechtshandelingen
der vrouw. Zelfs als de vrouw buiten gein e
schap van goederen getrouwd is of van gov
deren gescheiden, kan zo zonder den by
stand of schriftelijke machtiging van haai
man niets geven, vervreemden, verpanden of
verkrijgen. En ook als zij die machtiging
heeft, is zo nog niet gerechtigd zonder ui'
drukkelijkc toestemming van haar mail eenige
betaling te ontvangen of daarvoor kwijting
te geven. Slechts bij huishoudelijke uilgaven,
het aangaan van arbeidsovereenkomsten, en
nog eenige andere gevallen is die machtiging
niet noodig, voornamelijk omdat verouder i. ld
wordt dat zij de machtiging daarvoor heeft.
In rechten kan een vrouw niet optreden
dan met bijstand of vertegenwoordigd door
haar manalleen als deze niet wil kan de
rechter machtiging tot vervanging geven.
Daarentegen kan ecu vrouw wel optreden als
getuige of deskundige, en ook in strafzaken
behoeft ze den bijstand van haar man niel
zo mag ook zelf liaar straf uitzitten.
Veel verbetering is er gebracht door de
kinderwetten van 1901, die den invloed van
do moeder op het kind vergrootten In plaats
van vaderlijke macht wordt, er nu gesproken
van ouderlijke macht, waarvan echter de uit -
oefening bij den vader berust. H)e voorstellen
oiu ook bij de beroepskeuze eu de opvoeding
van het kind geljjke rechten aan do moeder
te geven, zijn door de Kamer verworpen Maar
terwijl vroeger voor een liuwlijk van liet kind
de toestemming van do moeder alleen ge
vraagd moest worden, is ze nu een veroischte.
Zijn vader en moeder het niet eens, dan mag
het kind eerst trouwen als hot meerder
jarig is.
Een andere verbetering is dat thans ook
andere vrouwen dan de moeder tot de voogdij
kunnen worden geroepen. Zij zijn echter niet,
zooals mannen verplicht die op zich te
nemen.
Alles bijeen genomen, blijft er dus nog veel
te wensclieii over, en een herziening van het
Burgerlyk Wetboek is hoognoodig In 18S0 is
er ook een commissio voor .benoemd, maar
haar voorstellen zyn nog altijd onafgedaan
gebleven. Met den wensch dat wij spoedig
nog een herziening ervan zullen beleven, ein
digde mej. Bolle liaar rede, die met luid ap
plaus werd beantwoord.
De voorzitster der afdeeling, mevrouw Van
der Kamp, dio de spreekster met een kort
woord had ingeleid, richtte tot slot ook ecu
woord van dank tot haar.
gelicht, en kan zich daarom met
telde wijziging niet vereenigen.
Bjj kon. besluit rjjn benoemd
totdirecteur van het poBt- en telegraafkantoor
te Baarn J. van der Linden, thans in geljjke
betrekking to Purtnereiid on
tot griffier bjj het kantongerecht to Oud-
Bejjerland mr D. P. Kieboom, advocaat en
procurour te Rotterdam.
De St. Crt. no 12 bevat een kon. besluit van
den 8en Novombor 1909, houdende vaststel
ling van de ondorscheidingsvlag voor II. K. D.
Juliana, Prinses van Oranje Nassau, Hertogin
van Mecklenburg.
De Staatscommissie, die bg kon. beslnit vnn
2 Mei 1907 no 45 is ingesteld om van advies
te dienen omtrent do wonsohelgkheid der
wederinvoering van een Rjjkstoezieht op de
woogworktuigen, alsmede de eventueel noodig
geachte voorstellen van wet en van wettoljjke
voorschriften tot invoering van zoodanig toe
zicht met daarbjj beboerende toelichting te
ontwerpen, ia onder dankzegging ontbonden.
e luitenant t. z. 2e klasse jhr G. L. Scho-
rer wordt geplaatst in do directie der marine
te Willemsoord.
STUKKEN VOOR DEN GEMEENTE
RAAD VAN MIDDELBURG.
Door den Watcher schen Turnbond is een
adres aan den Raad gericht, verzoekende om
ten behoeve van dc oefeningen der gyn
stiekvereenigingen Ons Huis en Excelsior tc-n
gebruik© te willen afstaan een gymnastiek
lokaal van een der lagere scholen van de ge
meente, legen zoodanige voorwaarden, o. a.
wat betreft schoonhouden, kosten van ver
lichting en verwarming van het lokaal, als
door den Raad zullen worden gesteld en de
Vereeniging op zich kan nemen, terwijl de
Vereenigingen in liet bezit zijn van eigen
toestellen, die zij ie haren koste, voor zoo
ver mogelijk, eventueel zullen doei^ aanbren
gen en plaatsen.
Aan dit verzoek is adhesie verleend door
het bestuur van het ATederlandsche Gymm
stiekverbond.
Burg. en Weth, berichten dat in do ge
meentelijke gymnastiekschool op dc Groen
markt geen gelegenheid meer open is. liet
al of niet wenschelyke om daarin nog meer
vergunningen t© geven kan dus buiten b(
schouwing blijven.
Wat nu betreft de gymnastieklokalen, ver
bonden aan de scholen, zijn zij van oordeel,
dat er grooto bezwaren bestaan aan het ver
zoek van adressant te voldoen.
Het zal toch zeer moeilijk zijn op hel ge
bruik voldoende contrólo uit te oefenen. De
ervaring, opgedaan door den Gemeentelijken
gymnaptiekonderwijzer bij het gebruik van
die Lokalen door vereenigingen, die gewoon
lijk niet onder deskundige leiding werken,
was steeds van dien aard, dat zij niet mo
gen adviseeren, daartoe vergunning te ge
ven in een lokaal der Gemeente.
Op grond van bovenstaande overwegingen
stellen zij voor op het verzoek afwijzend t<
beschikken.
Van J. Steijn is een verzoek ingekomen
om, op grond van verstoring zijner geestver
mogens, met ingang van 16 April, eervol te
worden ontslagen als onderwijzer aan school
Burg. en W_eth. stellen voor het verzoek
te willigen.
Van do firma Bosman en Van Goozen is
bericht ingekomen dat zij genoegen nemen
mot liet besluit van den Ilaad, betreffende
den toegestancn strook grond, toegang ge
vende tot het dok, ten N--0. vau het ge
kochte terrein.
Wat betreft de strook grond, gelegen ten
zuiden van het gekochte terrein, verzoekt dc
firma dien grond uitsluitend voor liet open
baar verkeer te reservccren, althans aan haai
den vrijen onbelcmmerden toegang over do
gehcolu lengto van bedoelde strook te
zekeren, zooals bij de besprekingen is
gesteld geworden.
Burg. en Weth. stellen voor in het contract
de bepaling op lo nemen, dal do firma Bos
man Van Goozen en hare rechtverkrijgen
den te allen tijde den vrijen .onbelenuuer-
den toegang over do gehcele lengte van het
bedoelde terrein zullen hebben om op den
thans door haar gckochtcn grond Ie komen.
Van do commissie vau financiën is bericht
ingekomen dat de meerderheid ervan zich
vercenigt met de voorgestelde wijziging in
de begrooting van h,et bestuur der godshuizen
voor 1910.
De minderheid is van oordeel, dat de ver-
liooging vau hot tarief niet voldoende is loc-
Naar aanleiding
Borg. en With, gr»
Maris en anderen.
'art het
^handen van
|cn in de verlichting van den Noordweg.
dellen Burg. eu Wet li. voor daarop guiislig
e beschikken, eu daar Ier plaatse een lan-
aarn te doen plaatsen.
Do kosten zijn pi. m. f30 voor het plaat
sen en pl. in. f 15 per jaar voor het branden.
De commissie van financiën vercenigt zich
met liet voorstel.
Oost-Indië
Bjj een aanval van kwaadwilligen op oen
marschbivak in Atjeb werd de 2e luit. der
inf. C. Tulleken zwaar gewond.
-
ÜNDBRWMS.
De voordracht voor onderwijzeres aan
school B te Zierikzoe beslaat uit do
dames C. V. J. van Holthuijsen, tijdelijk aan
die schoolII. M. van Malland te Kcrkwerve,
en A. W. Schulling, lijdelijk aan school C.
Blijkens hel jaarverslag van de onder-
afdceling Z u i d-B evcland van do l 'er-
ooirigitiy lot bevordcriny van l'luimvee en
lamme Konijnenteelt in Nederland nam, niet
tegenstaande de verhooging van contributie
in het algeloopen jaar, het ledental nog be
langrijk toeop 1 Januari j.l. bedroeg het
ruim 200.
Op de eierveilingen werden door G'2 le
veranciers aangevoerd -103.512 eieren, die
f 16.376 93 opbrachten.
KERKNIEUWS.
Te Oosterbeek is overleden ds L. van
dor Valk. De overledene was ridder in do
orde van Oranje-Nassau.
Madeleine Dolley zou met haar gezel
schap in 's Gravonhage en Amsterdam, Rot
terdam, Arnhem enz. La femme nue spelen. Zjj
kwam niet in de residentie en in de hoofd
stad weigerde zg te spelen niettegenstaande
do zaal geheel bjjna besproken was en de
inenecben reedB tor schouwburg kwamen. Do
bezoekers kregen bun geld lerug, en gingen
heen. Up dat oogenblik wilde zjj wel weer
optreden doch het was te laat.
Thans ligt zjj overhoop met haar impres-
sario, die schadevergoeding voor gemaakte
kosten eischt.
Rössing maakt in verband daarmee de vol
gende aardige opmerking
'Wanneer treedt Dolley dan op in den
Stadsschouwburg
Als Eduaxd Verkado eerst gespeeld heeft
Dolly betert zich.
-
In een vergadering der Vrjjzinnig-aem.
kiesvereeniging -4r«fieni nam Vrijdagavond - -
naar men ons uit Arnhem Hchrgft mr. Van
Gilse, de afgetreden hoofdredaoteur der Am-
bcmsche Courantafscheid van bestuur en leden
dier Voreenigiug, waarvan bjj voorzitter was.
Do ondervoorzitter, de hoer H. Goedhart jr,
huldigde onder harteljjke bljjken van instem
ming de verdiensten van mr Van Gilso en
bood hem namens geestverwanten en vrienden
een beeld aan Le Devoir naar E. Picault.
Diep ontroerd aanvaardde de heer Van Gilso
het huldobljjk.
Door den burgemeester van Rotierdam
ia Donderdag bg do opening der raadszitting een
welkomstwoord gesproken en daarbjj geschetst
wat 't jaar 1909 heeft gegeven en met welke
verwachtingen men 't jair 1910 ingaat.
Er was levendigheid genoeg in 1909, maar
ook Rotterdam kroeg stilstand in bevolking.
Er vortrokken meer personen naar elders dan
er zich vestigden 19.369 vertrokken en 17.887
nieuw aangekomen en alleen de aanwas
der geboorte boven het sterftecijfer, dat heel
laag was, leidde tot con vermeerdering van
6148 personen.
Hjj constateerde verder een verlevendiging
dor zaken en hoopte datbljjkon van hernieuwden
ondernemingsgeest naar voren zouden treden.
Bjj de Kamer van consultatie te Rotter
dam heeft zich het eerste meisjo aangemeld
iu verband met de nieuwe wet omtrent bet
onderzoek naar bet vaderschap
Verschonen is het verslag der Rjjksver-
zekoringsbank over 1908, dat 128 paginal telt,
en van onderscheiden tabellen is voorzien