MIDDELBURGSCHE COURANT.
Vrijdag
17 December.
Sprokkelingen.
Kameroverzicht.
H". 297.
132' Jaargang.
1909
tleio oourant verschijnt dodelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Peijt per kwtriaal, zoowel voor Middelburg zie voor alle plaaiem in Nederland franco pp. i t.
Atzcnderlijke nummert! kosten 5 cent.
Afd vertentiën bjj abonnement op voordeelige voorwaarden.
Prospectussen daarvan zjjn aan het bureau te bekomen.
Adverfatiën voor het eerstvolgende nummer moeten des middags v<56r één uur
aan hst bureau besorgd zjjn.
AdvertentiënSO oent per regel. Bij abonnement veel lager. Geboorte-, [dood- n
atie andore familieberichten en Dankbetuigingen van 17 rogels f 1.60elke zegel me
SO cent. Reclame» 40 cent per regeL Groote letters naar do plaats, die «ij innemeni
Tot de plaatsing van advertentiön en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betredend*
Handel, Nijverheid en Goldwesen, is gereohtigd het Algemeem Adrerl«ntlc>Barcsn a. DB.LA
JfAB An., M.S. Voorburgwal 986, Amsterdam.
Nieuwen abonnès tegen 1 Januari a. zen
den wij do deze maand nog verschijnende
nommers kosteloos.
De Administratie.
Middelburg 16 December.
Aan ouders en kinderen wjjdt de
Qoesth* Courant eon opstel, dat aldus aanvangt
«Als w« tien jaar zjjn dan gelooven we dat
onse ouders alles weten, op twintigjarigen
leeitjjd zjjn we er aeker van dat wjj zelf alles
veel beter weten dan zjj en als we veertig
geworden tjjn, dan zien we in dat de mee
ningen onzer ouders tooh niet zoo verwerpelijk
waren."
Daarna wordt gewezen op de plichten der
ouders, moermalen beschreven o.a. om ban
kinderen zoo weinig mogelijk te bevelen maar
wel goed toe te zien dat zij opvolgen wat
men hnn beveelt.
Als grsndregel diene daarbij wat Xenephon
zegt in de Anabasis: >Zjj, die wjj dwingen
haten ons, alsof wjj hun iets onthielden, terwijl
sjj, die wjj overtuigen, ons liefhebben aU
hadden zjj een gunstbowjja ontvangen."
En dan volgt dese juiste beschouwing
Hot leidt tot niets een kind te zeggen, dat
wjj het goede met hem voor hebben en zjjn
geluk bedoelen, het moet de waarheid dier
bewering gevoelen, moet die zien, zooals deze
zich openbaart ia de toestanden, waarin hjj
verkeert.
Men verlieze niet uit het oog dat voor kin
deren één oogenblik van het heden veel meer
waarde heeft dan nren in de toekomst. Zjj
kunnen zich met hun gedachten nog niet ver
plaatsen in de toekomst en dus gaan zjj op in
de eogenblikkeljjke gewaarwordingen. De smart
of het genot van het oogenblik dit alleen
weegt bjj hen en het »te eoniger tjjd" of
«later", waarover wjj met groote wjjsheid
spreken, behelst voor hen geen bepaald begrip.
De opmerking is gemaakt «Dring tot den
bodem hunner harten door, aleer hen terecht te
wjjien." Hieraan behoort nog iets te worden
toegevoegd Doe ondersoek naar de reden van
wat vreemd of ongemanieid Bchjjnt. Kinderen,
en vooral die uit de vlegeljaren, Bprekenzieb
zelden uit eigen beweging tegenover bun
onders uit. Hoewel zjj zich schjjnbaar laten
doorzien, bljjft er bp hen een zekere terug
houdendheid, welke in den gewonen omgang
niet overwonnen wordt. Door zorgvnldige ob
servatie van het kind en door zelfonderzoek
kunnen oudere ontdekken waarom hun kin
deren zoo anders zjjn dan zjj graag zouden
willen.
Br ie in de paedagogisohe geschriften nog
een leemte: ze worden uitsluitend gericht tot
de opvoeders en nooit tot de opgevoeden. Dit
zon toch een niet overbodig werk zjjn en voor
iemand met veel kennis van en liefde tot
kinderen een heerljjke taak. Vriendelijk,
voorsiehtig en gemoedelijk, zonder als docent
of paedagoog te poseoren, aan hen te vertellen
van wat ieder mensch gevoelt als hjj alleen,
zonder leiding zjjner ouders, zich door bet
leven heeft te worstelen. Hun openbaren hoe
dan pas het beBef ontwaakt van het vele
goede, dat zjjn ouders hem schonken, hoe dan,
als 't te laat is, betreurd wordt dat zjj ten
opziehte hunner onders niet wat meer «door
de vingers gezien hebben" en zjj zoodoende
hnn dikwjjU te weinig liefde gegeven hebben
en te veel onrecht aangedaan hebben.
't Klinkt zonderling dat een kind wat door
de vingers moet zien van zjjn ouders. Het
tegenovergestelde is duideljjk, maar zoo? De
bedoeling er van zullen evenwel de ouders
zoo goed als de kinderen begrjjpen. Ouders
begaan, als ieder mensch in elke taak, fouten
in de opvoeding. De kinderen voelen deze
als onbillijkheden, zjj klagen daarover, maken
zich kwaad, worden korzelig, onvriendelijk,
brutaal. Nu zjjn ze beiden schuldig, maar
bet kind, het groote kind, meer dan de ouders.
Desen begingen in liefde een misslag, de
kinderen in boosheid, in opstandigheid.
Dit ia een fout bjj kindoreD, die in het
paedagogisoh geschrift voor opgevoeden breed
beschouwd zoti kunnen worden, dat zjj
het goede, aangename en liefderjjke -niet
of weinig tellen, maar over alles wat zjj on
billijk of onverplicht achten hevig prote-
stoeren. De weldaden zien zjj door een om
gekeerden verrekijker, de kleine verdrie
telijkheden door een microscoop. Daarin
moesten de aspirant-volwassenen zich toege
vender toonen en bedenken, dat hun ouders
ook niet alle feuten, die de kinderen begaan,
opblazen tot een halsmisdrijf.
De meeat nauwgezette en geleerde opvoeders
der jeugd, van 8ocrates tot Rollin, zjjn het
er allen over eens dat men een kind moet
omringen met stille zorgzaamheiddat nu ook
een» een betoog versohjjne waarin dit ook
eenigermate van de kinderen wordt verlangd".
De Minister van Financiën legde Dinsdag
in de Tweede Kamer omtrent de Staats-
1 o i e r een verklaring af, die wjj gaarne
onderschreven maar die tooh van hem, alB
lid van een christeljjk kabinet eigenaardig en
(onderling klonk.
Dat doet de Amh. Orl. de volgende juiste
opmerking maken:
«Het ministerie-Heemskerk, men weet
het sedert de Memorie van Antwoord op
Hoofdstuk I der Begrooting voor het loopende
jaar het tot groote tevredenheid van den af
gevaardigde van Ommen kwam verkondigen,
volgt geheel de ljjn van het Knbinet-
Kujper van 1901, al schermt het don ook
niet zoo met de «Christeljjke" beginselen.
Maar dan is de Minister van Financiën Dms-
dng toch wel wat erg nit zjjn rol gevallen.
Hjj toch zeide in de Kamerzitting, gelfjk de
persverslagen eensluidend vermelden, niet
meer of minder dan dat hjj »in de Staatslo
terij ziet een onschuldig vermaak, waarbjj de
spelers zoo civiel bediend worden, dat zjj van
veel ander kwaad worden afgehouden." En in
tegenstelling met de «inperking", d. w. z.
de geleideljjke, zeer langzame afschaffing der
Staatsloterij, ter wille van de beteugeling
der speelzucht door het Christelijk Kabinet
van 1901 aanhangig gemaakt, verklaarde de
Minister van Financiën in het Christeljjk
Kabinet van 1908 Dinsdag waarljjk dat Zjjne
Esc. wel is waar nog niet weet of aan
de Staatsloterij uitbreiding gegeven moet
worden, omdat ook naar zjjn meening het
aantal loten te gering is, maar dat inmiddels
de 10 pet. loten, die de collecteurs voor de
inwisseling der loten krjjgen, ter beschikking
ran het publiek gesteld kunnen worden.
Eu deze ketterjj werd aangehoord zonder
dat sich één protest uit de rgen der anti-
revolntionnairen deed hooron 1"
Zelfs is een ernstig staatsstuk treft men
soms humor aan, ongewilden humor zoo
scbrjjft Het Huisgezin, dat vaak zeer rake zetten
doet.
Zoo leest men in de begrootingsmemorie van
antwoord van den Minister van Binnenlandsohe
Zaken
«Het onderzoek naar de behoefte van her
ziening der Leerplichtwet zal de Minister
lang ter hand nemen."
Do Leerplichtwet is straks negen jaar is
werking en al die jaren afgezien van overige
gebreken als vol adminiBtratieven rompslomp
beschouwd.
Minister Kuyper heeft een paar keeren be
loofd dat bjj de zaak zou «onderzoekon.
Minister Rink heeft toezeggingen van dezelfde
strekking gedaan.
In vak- en andere bladen is herhaaldeljjk
op de gebreken der wet gewezen.
Een oommissie van schoolopzieners heeft een
ontwerp-verbeterde Leerplichtwet samengesteld.
Commissies tot wering van schoolverzuim
klagen in hun rapporten en sturen al jaren
adressen de wereld in.
In één woord, iedereen vindt dat de wet
niet deugtr en omtrent de noodzakelijke wjjzi-
gingen zjjn allen het eens.
Zooals de wet thans is, is ze een paskwil.
Waar de zaken zoo staan, zal de Minister
eerlang (een veelbeteekenend woord, maar
dat in parlementairen stjjl nooit op haast
wjjst) een herziening der wet aanhangig
makenneen, een onderzoek naar de be
hoefte van herziening doen instellen.
Wie nu meent, dat de zaak in deze vier
jarige periode aan do orde komt, ie een on
verbeterljjke optimist.
In de afgeloopen maand November brachten
de Rijksmiddelen f 17.885.647 op tegen
f17.536 573 in dezelfde maand van het vorig jaar.
De opbrengst over de eerste elf maanden
van 1909 bedroeg f 152.452.163 tegen f 147.766.490
over de eerste elf maanden van 1908.
De opbrengst dier middelen heeft dus in de
voorlaatste maand van het thans ten einde spoe
dend jaar voor de sohatkist een niet bepaald
gunatig verloop gehad. Wel is, in vergelij
king met de opbrengst in de overeenkomstige
maand van verleden jaar een accres aan te
wjjzen, doch deze vermeerdering bedraagt nog
niet de helft van die, waarmede de opbrengst
van November 1908 bjj haar voorgangster in
1907 gunstig afstak. Was toen toch het ver
schil ten voordeele van de opbrengst in
November 1908 ruim t 780.000 groot, thans is
deze vermeerdering nog geen t 350.000, een
uitkomst die met de betere verwachtingen,
dienaangaande gaarne gekoesterd, wel eeniger
mate in strjjd is.
Dit resultaat heeft, wat de diverse totalen
aangaat, tot oorzaak zoowol de betrekkeljjk
geringe toenamen van alle totalen, op eene
uitzondering na, als de sterke afname vau
jnist deze exceptie het totaal der indirecte
Belastingen met niet minder dan bjjna 8
ton gouds. Tot dit.DAjjeelig verschil hebben
uitsluitend de immer ongewisse baten, voort
vloeiend uit het recht van successie en van
overgang bjj overigden, bjjgedragen en wel
met bjjna een millioen gld. aan mindere op
brengst.
Na opsomming van hetgeen de verschillende
middelen opbrachten, schrjjft Het Vad.
Per saldo laat de maand November dezes
joars, zoo zjj al een hoogere opbrengst bracht
dan die van de overeenkomstige maand van
het vorig jaar, geen bjjster bevredigenden
indruk na. Inzonderheid kan dit niet hat
geval zjjn, wjjl bjj do verhoudiDgagewjjze ge
ringe toename van het totaal-generaal, de
stjjging van de opbrengst, die het gevolg ia
van nieuwe middelen de 10 opoenten, de
verhooging van het zegelrecht, alsmede de
wjjziging der wet op de registratie niet
bnitea rekening mogen gebonden worden.
Zitting van Woensdag.
Nadat de heer Duys positie-verbetering
voor de mindere departementale ambtenaren
had jbepleit, waarbjj hij den Minister van
Finapcièn nepotisme had verweten, omdat
Z. Ex. een concierge had aangesteld, die
dit, volgens den afgevaardigde uit Zaahdam
niet verdiende, een prachtig onderwerp om
interessante speeches in de Kamer te hou
den I en door do heeren Smeenge en Hels-
dingen lotsverbeteringen waren aanbevolen,
werd hoofdstuk Vila der Staatsbegrooting
(Nationale Schuld) aangenomen.
Minister Kolkman kon dus naar huis gaan.
Intusschen was Minister Heemskerk achter
de groene tafel gaan zitten, met een zeld
zaam groote collectie paperassen voor zich
uitgespreid.
Binnenlandsche Zaken is dan ook geen
gekheid 1
Een memorie van antwoord van ruim hon
derd bladzijden druks, een heel boekdeel dus,
waaruit de „stof" voor de redevoeringen ge
haald Jian worden. Met de uitdrukking op
het gelaat van een slachtoffer, dat gelaten
in zgn hard lot borust, hoorde Z. Ex. den
stroom van welsprekendheid aan.
Er werd dan ook zoo iets overhoop ge
haald, door 12 sprekers, die het debat in
zetten en onder wie enkelen heden avond
nog repliceerden 1
Zoo had de heer Snoock Henkemans het
over do „armen-wet", welke ingrijpend ge
wijzigd diende te worden.
Hiervoor voelde de Minister véélook was
hij één-en-al welwillendheid tegenover de
heeren Van Nispen (Rheden) en Vorstermau
Van Oyon, die over de drankwet klaagden.
De heer Blum, een goed spreker, pakte
Z. Ex. nogal aan over het benoemen van
burgemeesters, die niet uit de gemeente af
komstig zijn. Hij klaagde er over dat de heer
Heemskerk al te zeer de kunst verstaat zich
met een „vriendelijk of onvriendelijk gebaar
of woord" van do zaken af te maken.
Z, Ex. toonde zich hierover natuurlijk
uiterst Verbaasd
Teder geval moest op zichzelf beschouwd
worden, en tegen het „stelsel" van benoeming
van den heer Blum zou óók heel wat in te
brengen zijn. Het kan dooien, het kon vrie
zen Al balanccerende, jongleerde de
Minister die burgemeesters-kwestie weg.
Do heer Trcub drong aan op het spoedig
tot stand komen van een wet op de levens
verzekering-maatschappijen
Een wets-voorstej is reeds in behandeling
werd er van de ministerstafel geantwoord
Zéér warm liepen de gemoederen voor
al heden avond, toen do Limburgsche heeren
Jansen, Ruys en Vliegen aan hot repticcercn
gingen over wat ik maar noemen zal„een
Limburgsch jstandje".
De sympathieke afgevaardigde voor Am
sterdam IX, de heer Vliegen, Limburger van
geboorte, gaf een schildering van toestanden
daar in het Zuiden, die eigenaardige pers
pectieven opent.
Zoo wees hij op het ruwo optreden der
authoriteiten tegen de stakers te Breda; op
de systematische wijze, waarop to Bergen op
Zoom socialistische vergaderingen worden
verstoord en op een verordening van den
Maastrichtsrhen Gemeenteraad, dio het col-
porteeren na 6 uur 's avonds had verboden.
Vooral dit laatste was een punt, waarover
de Limburgsche heeren elkander in het haar
vlogen. Wij zagen den heer Ruys nog nimmer
zóó boos, den heer Vliegen nooit zóó sarcas
tisch scherp ais bij dezo gelegenheid.
Hel ging hier n.l. om het recht van vrij
heid van drukpers, dat door deze zonderlinge
verordening inderdaad wordt aangerand De
heeren Ruys en Jansen, beide lid van den
Maastrichtschen Raad, beweerden dat dit be
sluit was genomen om de z. g „socialistische
relletjes" in die stad te bestrijden. Een on
handige S. D. A. P.scho propagandist, do ge
en pater Vorst, had de bevolking van het
Katholieke Maastricht zoodanig geërgerd, dat
alle avonden, als er met diens blaadjes ge-
l&olportcerd werd, groote herrie op straat
kwam. Vandaar dit colportage-verbod.
Uit de hartstochtelijke discussie, die daar
oVer gevoerd werd, bleek echter dat de
schuld niet alleen bij de partij van den heer
Vorst lag, maar dat hel te Maastricht zonder
ling gesteld is met de handhaving der open
bare rust en orde, zóó dat een burger, wiens
beginselen niet in den smaak vallen der be
volking, vrijwel vogelvrij verklaard is.
In do Kamer spraken ook de heeren Ruys
en Jansen wel hunne afkeuring over zulke
buitensporigheden uit, maar de heer Vliegen
had groot gelijk met lo zeggen, dat deze
heeren die afkeuring in den Raad te Maas
tricht dan eens in daden moesten omzetten.
De Minister maakte zich met juridische
excepties „smoesjes", noemde de heer
Vliegen ze van het Brabantsche en Lim
burgsche klachten-dossier van don heer Vlie
gen af.
Zeer lang en breed is er over do kwestie
van de Baronielaan te Breda gedebatteerd.
Dezo zit, in het kort, zoode gemeente
Breda heeft van een bouwgrond-maatschappij
een laan gekocht, die in drio aangrenzende
gemeenten is gelegen. Deze gemeenten waren
tegen dit raadsbesluit in verzet gekomen,
met het gevolg, dat het bij kon. besluit werd
vernietigd, hoewel het reeds door Ged. Staten
van Brabant was goedgekeurd.
Wat er achter zit, is dat Breda zich uit
wil breiden en Teteringen, Princenbagen en
Ginneken daarvan niets willen weten.
De heeren Tydeman, Vliegen en Van Id-
singa hielden het met Bredade heeren
Van den Berch van Heemstede en Frank
van Lennep waren met den Minister op de
hand dor concurreerende gemeenten
Een zwaar juridisch debat lokte dit uit.
Do Minister vergeleek de zaak bij die van
grooto piogendhedon, welke in vrede naast
elkander leven, zoolang zij niet op elkan
ders grondgebied komen I
Het algemeen belang cischtc, dat het be
sluit van Breda vernietigd werd, meende Z. Ex.
Als Breda zich wilde uitbreiden, moest zij
van dit verlangen aan het departement ken
nis geven, en niet den weg volgen, die bet
gemeentebestuur thans ingeslagen had, n.l.
door op het grondgebied van omliggendo ge
meenten „lanen" te koopen.
Morgen voortzetting
enz.
Bij kon. besluit
is aan mr. F. Uyttenboogaart, op verzoek,
eervol pntslag verleend uit zijne betrekking
van president der arrond -rechtbank to Tiel,
onder dankbetuiging, en als zoodanig benoemd
mr. A. J Blom, thans rechter in gemeld col
lege
is benoemd lot notaris binnen het arrond.
Tiel, ter standplaats de gemeente Tiel, D.
Formijne, thans notaris te Wamel
is aan den commies dor posterijen en tele
graphic 3de klasse P. H Koolhaas, op ver
zoek, als zoodanig eervol ontslag verleend
is aan mr. A. H. de Balbian Verstor, op
verzoek, eervol ontslag verleend uit zjjne be
trekking van kantonrechter te Tilburg, onder
dankbetuiging
Tweede Kamer.
Begrooting van Binnenlandsche
Zaken.
Door Minister Heemskerk is ecu zeer breed
antwoord gezonden op 'tvoorloopig verslag,
door do Kamer op zijn bcgrooting uitgebracht.
Enkele opmerkingen volgen hier
Do kostenberekening voor do pensionneoring
van g e m e o n t e-a mbtonaren, hun we
duwen en wcczen is zoover gevorderd dat
daaromtrent cindo 1909 of begin 1910 een
rapport aan do regeering zal kunnen worden
uitgebracht.
Het onderzoek is uit den aard der zaak uit
gestrekt tot alle in vasten dienst der gemeen
ten werkzame personen, teneinde volledig te
z\jn ingelicht, wanneer het oogenblik zal ge
komen zijn om mede omtrent de verschillende
hier besproken punten oen beslissing to
nemen.
Voor k i n d o r-v a c a n t i e en herstel-
lingskolonies kan voorloopig niet meer
gedaan worden 's Lands middelen hebben
grenzen.
Dat het verslag van het staatstoezicht op
do volksgezondheid 1908 nog niet is
verschenen, is niet te wijten aan vertraging
bij het uitbrengen. Het verslag bereikte hot
departement in het laatst van Juni, maar gaf
aanleiding tot briefwisseling, waardoor het
drukken vertraagd werd. Het is thans ter
perse en zal, naar verwacht mag worden,
nog in don loop van het, jaar verschijnen
Omtrent het tijdstip van indiening van een
etsontwerp lot wijziging van de Woning-
o t kan thans nog geen toezegging worden
gedaan. Zoo veel mogelijk zal de indiening
worden bespoedigd. Reactie tegen de hoofd
beginselen van de wet ligt geenszins in do
bedoeling het streven is om, met behoud van
do hoofdzaak, een oplossing to vinden voor
practischo bezwaren, die zich hebben voor
gedaan. Ook aan het verschil tusschen het
platteland en do groote steden wordt daarbij
aandacht geschonken
Er wordt een bedrag vau f3500 aange
vraagd voor 't geval een der woninginspec
teurs, aan wien zes maanden verlof is toe
gekend wijl h\j zich in de uitoefening van
don dienst beeft overspannen, moet worden
vervangen en zijn verlof na afloop van de zes
maanden blijkt te moeten worden verlengd
Do bezoldiging van den secretaris van het
college van bijstand, bedoeld in art, 35 der
Woningwet, wordt met f1000 verhoogd en op
f3500 gebracht.
Over de volkstolling zegt de Minister
Indien er vele onjuistheden worden begaan
bij de indceling der bevolking naar de kerke-
belijdems, valt do oorzaak ten doelo te
zoeken in de incorrecto opgaven van hen.
die de telkaarten invullen.
Do vragen, to dezer zake b(j de aanstaande
olkstelling te stellen, zijn aldus ingekleed
o Behoort hij tot eene kerkelijke gezindte,
of tot een vereeniging met godsdienstig doel?
(Met ja of neen te beantwoorden).
b Zoo ja, tot welke?
(Zeer bepaald aanduiden Nederduitsch-
Hervormd, Gereformeerde kerken. Christe
lijk Gereformeerd, Evangelisch-Luthersch,
Roomsch Katholiek, Oud-Roomsch, Portu-
geesch-lsraëlietisch, de Vrije gemeente, enz.).
In de inrichting der telkaarten op dit stuk,
dio trouwens voldoende duidelijk schjjnt, kan
thans geen wijziging meer worden gebracht
Overigens wenscht de Minister nog te doen
opmerken, dat hier van overheidswege niet
gevraagd wordt naar iemands „geloof', m-
a. w. naar zijn overtuiging, maar alleen op
gave omtrent een uiterljjk waarneembaar feit
tegen een mededeeling daaromtrent bfl gele
genheid van do algemeene volkstelling schjjnt
geen wezenlijk bezwaar te kunnen bestaan.
Zeer uitvoerig is 't antwoord over do ver
schillende inrichtingen van onderwijs.
Subsidie voor openbare leeszalen zal
door den Minister zeer zorgvuldig worden
overwogen, ook met "toog op de omstandig
heid dat er zeer veel van dergelijke gelegen
heden z\jn
Tiendrecht.
Bij het afdeelingsonderzoek van het wets
ontwerp tot vaststelling van de begrooting
van uitgaven van het Fonds voor de uitvoe
ring van de Tiendwet werd o a. gevraagd,
uit welk artikel eventueele schadeloosstelling
van getuigen en deskundigen moeten wor
den voldaan, en of de Regeering kan mede-
deelen of de benoeming der schatlingscom- -
missies spoedig kan worden tegemoet ge zie*
Eenigo leden bespraken nader do taak dor
schatlingscpmmissies
Aan het oordeel van de schatters zal de
praealabele vraag worden onderworpen of
zekere percoelen die waarop het tiend-