ij de LieidezBsters.
BIJVOEGSEL
Middelburg 27 November.
FEUILLETON
7AN DE
Maandag 29 Nov. 1909, no. 281.
^Sandbowêkromek.
VAM ONZEN VASTEN MEDEWERKER.
Nieuwe meststoffen.
Wg hebben al herhaaldelijk over kunstmest
geschreven en meenen daardoor aangetoond
te hebben, dat deze, bctzjj men stalmest ge
bruikt of niet, feiteljjk onmisbaar is om goede
oogsten te bekomen mot de minste kosten,
omdat bg oeno voldoeade stalmestbomesting
voor alle bestanddeelen, die aan den grond
moeten worden toegevoerd, oeno te groote boe
veelheid van sommige dier bestanddeelen ge
bruikt wordt,
Men herinnere zich wat wg schreven over
de bemesting van augurkjes.
Nu gaat het met kunstmest evenals met
voedormiddelen.
Nagenoeg iedere drie maanden wordt weder
wat nieuws in don handel gebracht, dat vol
gens de gedrukte en mondelgke aanprijzingen
van fabrikanten en agenten, óf beter is dan
alles, wat men tot nog toe gebruikt heeft, óf
zoo bet niet beter is, dan toch minstens even
goed en zeker goedkooper.
We herinneren ons, hoo voor eenigo jaren
een agent tegen buitengewoon hooge prijzen
bioeömest aan den man bracht, volgens den
verkooper bestaande uit gedroogd bloed, dat
stoitijn was gemalen en dat, wanneer men het
nat maakte, dndelgk zjjn oorsprong vertoonde,
doordat het dun de bloedkleur weer nannam.
Die mest overtrof alles wat tot dien dag op
't gobied van kunstmest geleverd was. De
prya viol met mode, zeide bg, maar dat kon
ook niet, want daar, waar men nu twee balen
ammoniak-suporphosphaat noodig had, kon
men met een halve baal bloodmeBt volstaan
en die kostte slechts f 5.
Natuurlgk liepen er verscheidene personen
in. Zjj kochten bloedmest, gebruikten dien en
zagen daarvan. hoegenaamd geen resultaat.
Een paar monsters ons ter hand gestold, wezen
uit dat we hier te doen haddon met fjjn ge
malen steon gekleurd met aniline of fuchsine.
Wreef men de meststof met een natten vinger
in 't hollo van de hand, dan werden beide,
vinger en hand, rood gekleurd.
't Was een soortgoljjke list als mon in de
goede dngon va» de Pera-guano gebruikte.
Het ware kenmerk vóór men proetatationa had,
was de ateiko onaangename lucht. Enkele ver-
koopers leverden in die dagen Peru-guano, be
staande uit Va goede meststof en 3/s aarde, die
de kleur had van de guano, dat alles geurig
gemaakt met wat asajoelida, duivelsdrek, en
dat voor den prjjs, soms nog iets duurder om
dat de vracht er bg kwam, waarvoor men
zuivere echte Peiu-guano bjj de importeuro
koopen kon.
De onderlinge la'fidbouw vereenigingen hebben
daar een schotje voor gestoken. Zjj, die daar
van lid geworden zgn, koopen zelden iets, dat
niet behoorljjk gecontroloord wordtzjj krjjgen
dus waar voor hun geld, maar er zjjn nog zooveel
gebruikers van veevoeder en kunstmest geen
lid van die vereenigingen sommigen, omdat
het contant betalen hun niet schikt, anderen,
omdat zy familieleden hebben, die zg willen
begunetigen nog weer anderen, omdat het
niemand aangaat, hoeveel en welken kunstmest
zg gebruiken.
De kontante betaling behoeft niemand meer
terug te houden, want in alle deeleu van
Zeeland bestaaD boerenleenbanken, waarvan
men, als men te goeder naam bekend Btaat,
lid ban worden en geld kan bekomen tegen
zeer geringen intrestwant al zgn er kooplui
die togen denzelfden prgs leveren als do veree
nigingen, de zekerheid ontbreekt, dat men krjjgt,
wat men eisoht, terwjjl men bjj niet-kontante
Naar het V ranselt
1. van
RÉNÉ BAZIN.
o
Toen vader Honoré Le Bolloche niets meer
te werken had, kwam hij van onder het ai-
dak naar buiten, deed drie stappen, en ging
zitten op den stoel dien hij juist gemat had
want hij was sloelenmatter van zijn beroep.
Hij strekte eerst zijn houten been uit, toen
liet andere, zocht in zijn vestzak naar tabak,
en toen hij dieniet vond, voelde hij zich arm.
Arm was Le Bolloche altijd geweest, maar
hij had hot niet altijd gemerkt, wat eigenlijk
de ware manier is om hol niet to zijn In
liet leger bijvoorbeeld, toen hg nog sergeant
bij dc zouavcn was, wat ontbrak liem toen?
Do mooiste man van hgüregiment, met lang,
gebronsd gelaal, mol een rechten neus, wat
verbreed aan het ondereinde, een sikje dat
menig commandant hem benijdde in dien
Napoleontisclicn lijd toen dc commandanten
zich op die wijze tooidendo schouders naar
achteren, de nek gebruind, met witte groe
betaling vernlichtingen maakt 011 gowoonljjk
aan- en opmerkingen dient achterwege te
houden.
Gelukkig zyn er kooplieden, die men ten
volle vertrouwen kan, maar 't zgn doorgaans
die, welke het minst mooi praten on daarom
ook wel eenB fcet minst te doen hebben.
Koopen bg familieleden, koopen bg koop
lieden zullen wjj nooit ontraden, mits men de
voorwaarde maakt, dat hetgeen men koopt te
Goes wordt nagezien. Want die familieleden,
die kooplui verkoopon vaak uit do tweede
ou dorde baud en 't zou kunnen gebeuren, dat
de eerste of tweede hand niet betrouwbaar
waren goweest.
Maar wat men ook koopen moge en by wiet,
dat men zich houde aan het oude beproefde
en zich noch door mooie circulaires, noch door
mooie praatjes daarvan laten afbrengen dan
om in 't klein prooven te nemen.
Wjj hebbon voor alle grondon in Zeeland
niets noodig dan phoBphorzuur, stikstof, kali
en kalk.
Phosphorzuur oplosbaar in water wordt onB
geleverd door Buperphosphaat van 14 en 18 0/0;
phosphorzuur, voldoende oplosbaar voor do wor
tels van de plant, lovert hot Thomas-phi'sphaat
stikstof in water oplosbaar vindon wg in Chili-
salpeter on in zwavelzuren ammoniak; kali
oplosbaar in water vindt men in ktuniot en
patentkalikalk verkoopt iedere metselaar.
Audore meststoffen hebben we vooreerst
niet noodigze zjjn goedze laten niets te
wenschen overwaarom dan naar wat anders
gezocht
Wel eenvoudig, omdat andoro bemestings
middelen goedkooper zyn.
Wo gaan die goedkoopte eens vaD naderbij
bekyken.
Over de waarde van een meststof kan slechts
geoordeeld worden door een proefveld.
Men bezaai© twee ©ven groote partyen land
van nagenoeg gelyke structuur, geve aan de
party een voldoende kunstbemesting, geene
overdadige, want dat is vaak weggegooid geld,
de andere party niets eu vergelyke dan de
opbrengst. Geeft dan de gemeBte party het
geld, dat men voor kunstmest beeft uitgegeven,
niet mot een behoorljjke winst terag, dan is
die bemesting nadeelig voor den gebruiker
en moet niet herhaald worden, want zg ver
tegenwoordigt voor hem verlies.
Geeft men bjjv. op kleigrond een kali-
bemesting en levert de bemeate party niet
zooveel meer, dat de kalibemesting zeer ruim
betaald wordt, dan beeft die grond vooreerst
nog geen kalibemesting noodig.
Hierby zy opgemerkt, dat om over de uit
werking eener bemesttng te oordeolen, die
bemesting in voldoende hoeveelheid moet wor
den aangebracht.
Bemest men bjjv. een gemet bouwgrond met
50 KG superphosphaat van 14 0/0, dan zal men
daarvan weinig resultaat zien, de 50 KG zjjn
weggeworpen; er was te woinig etou voor de
vele etors; zy hebben wel den Btnaak van 't
eten gekregen, maar zo zyn niet verzadigd.
By onvoldoende bemesting kan geen oordeel
over den aard van don mest worden uitge
sproken.
Na dezo voorafgaande beschouwingen willen
wy even stilstaan by twee meststoffen, waar
voor in den laatsten tjjd veel reclame wordt
gemaakt n.l. kalimest en agricultuurphosphaat,
Kalimeel is een zeer fijn gemalen gesteente,
dat ongeveer 10 <y0 kali bevat. Door schei
kundige onderzoekingen is men tot het resul
taat gekomen, dat daarvan 3 3'/» oplos
baar is in water en in lichte zuren. Aangezien
de planten alleen die meststoffen tot zich
nemen, welke in water zyn opgelost, zoude
dus slechts 3 tot 3'/i van de 10 tot
plantonvoodsel dienen, indien niet de planten
wortels oen zuur afscheidden waardoor de kali
kan oplosbaar worden gemaakt, evenzeer als het
phosphorzuur, dat zich, als niet oplosbaar in
water, in Thomas-phosphaat bevindt.
Wy beginnen dus niet met hot kalimeel at
te keuren, waut het kan zeer goed uiogeljjk
zjjn, dat het eene goede meststof is, maar wy
zeggenneemt proevoD.
In 't voorbjjgaan zy hier opgemerkt, dat
iedere landbouwer, voortdurend proeven moet
nemen en dat hy do proeven, die by neemt,
drie en moer jaren achter elkander moot doen
om tot eenige zekerheid te komen en ze vooral
nauwkeurig moet controleeren.
Éódo proef', of zy mee-of tegenvalt, bewyst
niets.
Laat zoo'n landbouwer een stuk land van
ven, de borst gewelfd, toen genoot hij den
eerbied van zijn wapenbroeders, en liad hy
oen salaris dat hem voldoende was
Zijn zakboekje had op liet passief slechts
onbeduidende straffen voor cenige militaire
zwierpartjjen op roemrijke herinnoringsdagen
voorts wegens een kip die hij van de Bc-
douinen had afgenomenen twee ol drie to
levendige antwoorden aan meerderen die jon
ger waren dan hij. Het actief was prachtig
vijf veldtochten, allo chevrons die men kry-
gen kon, een vermelding in de dagorders,
de militaire medaille, en schcrpschulters-
teeken, het kleingeld van een opperbevel
hebber. Verscheidene malen was hij in tri
omf door steden getrokken, onder ocreboogen
door, loopend op bloemen, toegejuicht door
de vrouwen, bij terugkomst uit Italië of den
Krim. Men zette hem voorop in die dagen,
wegens zijn houding en wegens de enkele
wonden die hij zoo verstandig was geweest
te ontvangen op de goede oogenblikken eu
op de goede plaats, een sabelhouw op het
voorhoofd te Solferino en een kogel in de
kuit te Malakoff. Le Bolloche liield v.an den
roem. Do jonger© soldaten, al bewonderden
zo hem ook, noemden hem soms ook een
knorrepot. Maar zijn meerderen, die er blijk
baar meer van wisten, zeiden dat hij alleen
maar wat hooghartig was. De hemel had hem
een uitstekende gezondheid gegeven. Le Bol
loche was gelukkig.
20 aren gelyb bemesten metammoniak-euper-
phosphaat en dan verdoelen in tien veldjes
elk van 2 aren; hjj neemt naast elkander 5
groepen van 2 veldjes, die wy a, a', b, bl, c,
c\ d, dl, en e, e' noemen; a wordt bemest
mot 2 KG patentkali al voor evenveel geld
aan kalimeelb krjjgt 2'/, KG patentkali,
b' voor e.venvoel geld aan kalimeel, enz. tel
kens met een hal von KG patentkali opklimmend.
Nu beplant men het geheele veld met aard
appels van dezelfde soort, behandelt die
overigens op dezelfde wyze en vergelyke dan
do resultaten.
Men herhalo die proef nog een paar jaar
en neme dan zyne conclusies.
Men zou de proef nog iets wjjder kunnen
uitstrekken en naast kalimeel en patentkali
ook kaïniet gebruiken en dan den prjjs van
kaïniet als pnnt van uitgang nemen, mits
men kaïoiet op 't land krenge vóór Januari,
en de beide andere kalibemcstingen wat
later: kalimeel in Februari, patentkali begin
April. Men begint byv. met 4 KG kaïniet,
daarna 5 KG enz., terwjjl van de beide andere
meststoffen voor evenveel geld geBtcooid wordt.
Vooral in lichtere grondon zullen deze
proevon zeer leerzaam kutnon zyn.
-—Gelyke proeven nomo men ook met agrioul-
tuurpbosphaat.
Agricultuurphosphaat ia eou gesteente, dat
men in Frankrijk in groote massa's vindt en
20 tot 30 0/0 phosphorzuur bevat, maar in don
vorm van tricaloiumphosphaat, dat in water
onoplosbaar is en door do zuren, die de wor
tels afscheiden, slechts zeer moeiljjk wordt
opgelost, zoodat het op theoretische gronden
veel minder geschikt is voor plautenvoedael
dan Thomas-phoaphaat en superphosphaat.
By de proevon, die men met deze meststof heeft
genomen, is die theoretische conclusie ook
bewaarheid geworden, toch is het niet van
belang ontbloot, dat ook in onze provincie
prooven worden genomen mot agrienltuur-
phosphaat op gelyke wyze als wy zoo
even bespraken voor het kalimeel. Na eene
gelyke bemesting met kali en stikstof ver-
deele men hot proefveld weder in veldjeB
van 1 of 2 aren, gove het eerste eene be-
mostiog van 5, het tweede van 6, bet 3de
van 7 KG superphosphaat 14 o/o enz. en op het
aangrenzende veldjo voor evenveel geld aan
agricultuurphosphaat, teele op al die veldjes
eenzelfde vrucht en make daarna weder een
nauwkeurige balans op.
Men kan ook deze proef weer uitbreiden
dooi telkens 3 veldjes te nemen en het 3de
te bemesten met Thomas-phosphaat.
Eerst dan, wanneer men eenige achteroen-
volgende jaren dezo proeven heeft herhaald,
zal men een afdoend oordeel over het gebruik
van agricultuurphosphaat kunnen uitspreken.
Stukken voorden gemeenteraad
van Middelburg.
Door den Middelburgscheri Besluurdersbond
is tot den raad een adres gericht, strekkende
om den aannemers van gemeentewerken het
recht te ontzeggen om in hunne arbeidscon
tracten met de by die werken gebezigde
arbeiders af to wijken van de artikelen 1638c
en 1638$ van het B. W.
Do Nederlandsclie Aannemersbond had een
adres ingediend om op dat verzoek afwij
zend to beschikken.
Burg. en Weth. zeggen dat zij geen termen
kunnen vinden om den raad voor lo stellen
het verzoek van den Bestuurdersbond in te
willigen en wel op- de volgende gronden
lo. Schijnt het hun een verkeerd beginsel
loc, dat de gemeente door het uitschakelen
van hot laatste lid van art. 1638c bepalingen,
welke de wetgever van regelend recht beeft
gemaakt in dwingend recht te veranderen.
Het komt hun voor, dat dit niet op den weg
der gemeente ligt en dat, daargelaten, of
zij daartoe wettelijk de bevoegdheid heeft,
zij moreel die zeker mist, waar de wetgever
de bepaling billijk vond
2o. zal de rechtszekerheid voor den werk
man door het buiten kracht stellen van dat
lid niet winnen.
Do bepalingen van de art. 1638c en d
zijn toch in sommige opzichten vrij vaag.
zoodat Burg. en Weth, daaruit meer moei
lijkheden zien voortkomen, wanneer zij on
veranderd gelden, dan wanneer met afwij
king daarvan vaste bepalingen zijn gestipu
leerd, die even goed beter dan slechter voor
de arbeiders kunnen zijn en die in elk ge
val duidelijk zullen zijn
3o. achten zij een dergelijk ingrijpen in
Later toen hij, naar hij het uitdrukte, de
leeftijdsgrens liad bereikt, en hot regiment
verliet, had hij ook nog eenige verkwikking in
het burgerlijk leven gevonden, dat hij vroe
ger iederen dag vervloekt had Gewend om
gekommandcerd te worden, drukte zijn vrij
heid hem, niet minder dan zijn eenzaam
heid. Daar hij echter zich nog jeugdig voelde
en graag galant tegen de vrouwen was, was
nrj cr spoedig in geslaagd lo trouwen.
Zyn vrouw was niet jong meer, maar hij
begon ook al oud te worden. Ze bracht ech
ter iets mee dat in de oogen van velen in de
plaats van jeugd kan komeneen bruid
schat, n.l. een klein huisje, gebouwd in een
laagte buiten de stad, en daarom heen een
wei van eenige aren, of beter gezegd twee
stroken gras op een helling, in den winter
doorsneden door een waterstroompje, en
waarvan in den zomer een moeras overbleef,
zoo groot als een dorschvloer.
De nabijheid van dc daar groeiende biezen,
het niet kennen van een ambacht, en een ze
kere handigheid brachten den oud-soldaat er
toe stoelen to gaan matten. Hij was niet
duur. De klandizie kwam overvloedig uit de
voorstad, waar de kindoren er zich mee be
lastten hem werk te bezorgen. Zijn gezond
heid behield hij. En nog verscheidene jaren
lang had Le Bolloche geen reden zich te
beklagen.
Integendeel had hij een vreugde, de leven
de rechtsverhouding tusschen twee partijen
onderling, waarmede de gemeente niets te
maken heeft, tegen don verklaarden wil van
den wetgever in, onjuist
lo. kan zich het geval voordoen, dat door
de gewenschto clausule in de voorwaarden
op te nemen groote verwarring ontstaat in
verband met de op dat oogenblik bestaande
contracten tusschen werkgever en werkman.
Wellicht toch bestaan cr tusschen hen con
tracten, waarmede beide partijen tevreden
zijn door opneming van de gowonschte be
perking zullen ze moeten worden gewijzigd,
misschien lot verdriet van werkgever en van
werknemer beiden
5o. zullen alle voor de gemeente uit te
voeren werken duurder worden, doordat de
aaunemcr zijn risico, dat hij niet kan bc-
grootcn en dat hij dus zeker niet to laag zal
rekenen door do gemeente zal laten betalen.
Ten slotte wyzen Burg. en Welh. er nog
op, dat zij het geheel met adressanten eens
zijn dat het als de laak der gemeente mag
worden beschouwd dc door dc overheid ge
stelde wettelijke regelen, waar zulks mogelijk
is, in toepassing te brengen, in. a. w de wet
te handhaven.
Zij vestigen or echter dc aandacht van
don raad op, dat do gemeente, door aan
hot gedane verzoek te voldoe» de wettelijke
regelen juist niet iu toepassing zou brengen.
Burg, en Weth. stellen voor op hel ver
zoek afwijzend le beschikken.
Ton opzichte van hot verzoek van de Ver-
ecniging Vlissingen Vooruit, om adhesie te
betuigen aan het adres aan Gcd. Staten van
Zeeland en Noord-Brabant betreffende een
rijweg over den Sclieldcdam, zeggen Burg.
en Welb. dat naar hun gevoelen er alleszins
termen bestaan het daarin gedane verzoek
te steunen.
Ook lnm komt hot voor, dat het isolement,
waarin onze provincie zich bevindt door het
ontbreken van een verbindingsweg met Noord-
Brabant nadeel ook voor Middelburg met
zich brengt en dat het zeer wenschelyk is,
dat daaraan een einde komt.
Burg. en Weth. kunnen zicii geheel vor
eenigen met de gronden in lvel adres aan
de Ged. Slaton van Zeeland en Noord-
Brabant bijgebracht en stellen voor aan de
beide genoemde colleges adressen van ad-
haesio in to zenden.
Wat betreft liet verzoek van het onderwij
zend personeel aan de gemeente-bewaar
school om verhooging van jaarwedde zeggen
Burg. en Weth. dat, al kunnen zij zich niet
vereenigen met het vorhoogen van do bedra
gen dor salarissen, zij wel iets gevoelen voor
eene wijziging van de periodieke verhoo-
gingen.
Zij stellen daarom voor art, 2, 3o lid der
verordening tot regeling van de jaarwedden
van de onderwijzeressen aan de Gcraecnle-
bcwaarschool te lezen als volgt
„Wanneer de onderwijzeressen tot tevre
denheid van Burg en Weth. dienst doen,
„wordt hel minimum verhoogd" na 1 jaar
dienst tot £85, na 3 jaar tot f 110, na 5
tot f 135, na 7 tot f 160, na 9 lot f 185, na
11 tot f210, na 13 tot f235 en na 15 tot
f 250.
Het gevolg van deze wijziging zal de ge-
meento geene zeer zware lasten opleggen.
Door den lieer mr. Sannes is voorgesteld
do jaarwedde van drie kantoorbedienden bij
de gasfabriek, tevens belast mot het opnemen
van do gas- en watermeters ad f 1600 te
verhoogen met f 250 (salarissen van f 500
te brengen op f 600, salarissen van f 600
te brengen op f 650).
Burg. en Weth. berichten daaromtrent dat
bij hel opmaken der begrooting voor 1910
het bij hun eon punt van overweging heeft
uitgemaakt of zij een verhooging zouden voor
stellen of niet.
Zij hebben toen gemeend voor deze ambte
naren dezelfde regelen te moeten gebruiken
die gelden voor het sccretairiepersoneel.
Daar wordt om de 3 jaren een verhooging
van f50 verleend, ingaande op 1 Jan. van
het jaar, volgende op dat waarin de 3 dienst
jaren zijn volbracht.
Nu zijn de dienstjaren de volgende Van
Dorst, aangesteld 1 Jan. 1902 heeft dus 8
dienstjaren en moet hebben f 500 -j- f 50
-f- f 50 f 600, welk salaris hij ook inder
daad heeft.
Ilmer, aangesteld 1 Mei 1907 heeft 2 dienst
jaren en komt derhalve nog niet voor een ver
hooging in aanmerkingDe Baere, aange
steld 1 Jan. 1908 verkeert in hetzelfde geval.
Op grond van deze overwegingen hebben
digste die hij ooit gekend had, en een vreugde
die bleefeon kind. Hij had ontzaglijk ver
langd naar een dochter. Hol meisje dat zijn
vrouw hem schonk, was rose, blond en leven
dig. Le Bolloche herkende zich dadelijk in
haar. Hij was oogenblikkelijk in aanbidding.
Hij wilde hoewel hij heel weinig vroom
was haar zelf naar de kerk dragen voor
den doop, en toen de pastoor hem vroeg
welken naam hij haar wilde geven zei lnj
„Noem haar Désirée, want nog nooit heb
ik iets zoo sterk verlangd als haar."
Hy zorgde voor haar, en deed nog meer
voor haar opvoeding dan haar moeder Toen
zo nog heel klein was, nog vóór ze kon loo-
pen, kroop ze al onder hel afdak, terwijl hij
werkte. Ze lachte en hij was tevreden. Als
ze huilde bedacht hy de onmogelijkste din
gen om haar te troostenhij wiegde haar,
zong haar toe als een baker, liedjes van
drie tonen, zooals men zo hoort in do hoo
rnen, in den lijd van de nesten.
Nauwlijks was zo verstandig genoeg om
zich rustig te houden en sterk genoeg om
een bios te vouwen, of hy loerde haar kooien
en mandjes vlechten of bootjes die ze dan
in hel moeras lieten varen. Daarna werd het
amusement een kunst. Ze kende heel gauw
alles wat haar vader kende, cn nog meer.
Deze was daar niet jaloersch over. Hy ver
trouwde haar liet fijne werk toe dat een
vlugge hand, een beetje smaak en wat over
Burg. en Weth. geene termen kunnen vinden
voor 1910 verhoogingen voor to stellen.
Het ware toch eene groote onbillijkheid te
genover die ambtenaren, wier jaarwedden
wel geregeld zyn, dat zij voor wie geene ver
ordening bestaat in bctoro conditio zouden
zyn.
Het is in verband mot hetgeen zij bij do
behandeling der begrooting schreven, het voor
nemen van Burg. en Weth. eene' regeling van
de jaarwedden van do ambtenaren aan de
gasfabriek en waterleiding cn de fabricage
aan to bieden.
In afwachting daarvan stellen zij voorliet
voorstel van mr. Sannes niet aan te nomen
De heer Sannes heeft voorgesteld, en de
raad heeft zich daarmede vereonigd, Burg.
en Weth. uit le noodigon, een nader onder
zoek in te stellen of het stelsel van pro
gressie in de plaatselijke inkomstenbelasting
behoort te worden ncdergelegd.
Burg. on Weill, komen, na weerlegging van
hetgeen door mr. Sannes is aangevoerd, tot
do slotsom
1 dat een nader onderzoek, als door den
voorsteller bedoeld, geen practisch nut zal
hebben, daar dc toestand in '1 algemeen ge
lijk is aan dien van 1907, zoodat mot de
toen verstrekte gegevens en staten kan wor
den volstaan
2. dat uit die gegevens destijds bleek, dat
progressie voor Middelburg niet is aan te
bevelen en dat dit dus nog niet hot geval is.
Op grond van een en ander stellen zij
voor niet tot progressie in do inkomsten
belasting over to gaan.
Door mr. Gratama is voorgesteld de jaar
wedde van dcu controleur der plaatselijke
belastingen met f300 te verhoogen, welk voor
stel in handen van Burg. en Weth. is gesteld
om preadvies.
Dat preadvies luidt als volgt
Bij liet opmaken dor gemcenlebogrooting
voor 1910 heeft het lnj ons een pimt van
overweging uitgemaakt of wij een voorstel
zouden doen lot verhooging van do jaar
wedde van den controleur al dan niet.
Wij hebben toen geene termen kunnen vin
den daartoe over te gaan mot liet oog op
den diensttijd van don legen woord igen titula
ris. Hij is in Mei 1907 in dienst gekomen en
hoeft dus op 1 Jan. 1910 2»/e dienstjaar Die
lijd «kwam ons te kort voor om eene verhoo
ging te wettigen.
Nu is in uwe vergadering een voorstel in
dien geest gedaan.
Wij kunnen niet nalulcn er op le wijzen,
dat in het algemeen een dorgolyk voorstel,
waar het gedaan is met de bedoeling om
een solliciteercndcn ambtenaar liiec te hou
den ons niet aanbevelenswaardig voorkomt.
In de eerste plaats zal hel een ambtenaar
toch niet blijvend hier dioudcn, want het
spreekt vanzelf, dal hij, als lnj over cenige
maanden elders zijne positie kan verbeteren,
hy niet zal nalaten dat te doon
En iu de tweede plaats komt eeno derge
lijke handelwijze, die men bijna een koopen
van een ambtenaar zou kunnen noemen, ons
benedon de waardigheid van do gemeente
voor.
Nu het voorstel echter gedaan is, hebben
wij de zaak nader overwogen en zijn wij lot
de slotsom gekomen, dat er niet zoo zeer
sprake moet zijn van eene verhooging dor
jaarwedde door boven het minimum van
f 1200 eeno vermeerdering toe te kennen,
maar van eeno verhooging van het minimum
zelf, daar dit te laag is,
Wij hebben dat minimum vergeleken met
andere gemeenten en ons is daarbij gebleken,
dat Deventer betaalt f 1500f 1800, Alkmaar
£1600—f1800, Leiden f1800—f2100 Haar
lem ffibOO—f 2500, Arnhem f 1800-f 2:00,
Vlissingen f2000 (mot ingang van 1 Januari
1909, vroeger f 1800).
Daarmede vergeleken is f 1200 zeer laag.
Wij zouden daarom hel minimum willen
verhoogen tot f 1500.
Wat betreft do nadere regeling van het
salaris stellen wij ons voor u te gelijk met
do regeling der overige jaarwedden een voor
stel te doen.
In verband met hot bovenstaande hebben
wy de eer u voor te stellen do jaarwedde van
den controleur der plaatselijke belastingen te
bepalen op f 1500, ingaande 1 Januari 1910.
De commissie van financiën vereenigt zich
met dit voorstel
leg vorderde En telkens als or een burgrr-
sloel, niet zoo een van grove biezen, maat
gevlochten van mooi riot met eon of twee
kleuren kwam, om oen nieuwe zitting te krij
gen of waarin een gat moest worden dicht
gemaakt, dan belastte Le Bolloche or Dósiróo
Op die wijze loeder opgevoed tusschen dri^
personen die haar naar hartelust vertroetel
den want Le Bolloche had ook zijn erg
oude, blinde moeder bij zich genomen
was het niet mogelijk, dat het geen lief kind
zou worden. Werkelijk, men zou in de lieelo
voorstad en in het omliggende land geen aan-
minniger meisje hebben kunnen vinden.
Toen zc vyflien jaar was, zou men haar
reeds voor oen vrouw hebben aangezien. Ze was
groot, welgevormd, rose van gelaat met enke
le sproeten. Ze had niet langer of grooter
oogen dan een ander, maar ze keek zoo recht,
zoo openhartig, dat men er het eenvoudige
hart in haar vermoedde.
Ze lachte graag en haar lach bleef in de
gedachte als iets frisch. Zc droeg geen muts.
een beetjo uit zuinigheid, en veel om haar
haren te laten zien, die langs haar slapen
golfden in twee gouden vlechten, welke zc
van achteren losjes samenbond. Haar smaak
ried haar lichte jurken te dragen. Soms stak
ze een roode fuchsia op haar borst.
Als hij haar maar kon zien of als by haar
maar kon hooron, had Le Bolloche niets meer