liilbiirgsÉ hul BIJVOEGSEL Middelburg 4 September. *£anct6ouu)kromek. 9 Benoemingen enz. VAN DB VAN Maandag 6 Sept. 1909, no. 209. VAN ONZEN VASTEN MEDEWERKER. Schildluizen. Ia eon vorig nummer hebben wjj eene moer uitvoerige behandeling toegezegd over do schildluizen coccinawaarvan een paar geslach ten ook wel bekend zjjn onder den naam van dopluizen. Daarover later. Zg dragen den naam naar het schild, waar onder het eigeniyke dier verscholen is, en dat op de volgende wjjze ontstaat. De pas geboren larven l^ewegen zich vrjjoljjk rond, begeven zich van het eene plantendeel naar het andere on kunnen door byzondero om standigheden zelfs van de eene plant op de andere worden overgebracht. De meeste echter vostigen in de nabyheid van hare geboorte plaats uitgebreide koloniën. Ze hebben oen eivormig lichaam, voorzien van pooten en sprieten en een goed ontwik kelden zuigsnuit. Lang kruipt do larve niet rond, zjj zuigt zich met haar zuigsnuit vast aan oenig plan tendeel, bladeren of' bast, en blyft daar voor goed* Al de schildluizen, die zich zoo vasthechten zyn wijfjes, want reeds na de eerste vervolling verliezen de larven der mannetjes de mond- deelen en ook den zuigsnuit. lntusschen dient hier even aangestipt te worden, dat van verschei dene soorten van schildluizen de mannetjes nog onbekend zyn. Voor zoover men ze kont, weet mon, dat zy merkolyk kleiner zjjn dan de wyijeB, doorgaans pootjes en een paar vleugels hebben, maar by gebrek aan oen zuigsnuit geen voedsel kunnen opnemen. Zoodra de wy Ij es-larven zich vastgezogen hebben, scheiden zy draadvormige lichaampjes af, die uit was bestaan en by de meeste soorten tot een schild samengroeien, waardoor het geheele diertje wordt bedekt. Eenmaal bedekt, verliezen by vele Boorten de wyfjes alle ledematen behalve den zuigsnuit. De voortteling geschiedt gewoonljjk door eieren; bjj enkele soorten komen de jongen reeds uit het ei vóór het gelegd is of tjjdens hot leggendeze soorten zyn dus »levendbarend". By eenige soorten begint het lichaam tegen dat de eieren, die onder het dier liggen, uit komen, oigenaardig te zwellen, zoodat het ge heele diertje moer van een uitwas heeft dun van een inBekt. Zeer duidolyk kan men dit waarnemen by de geslachten lecanium en puivinaria. Beide geslachten dragen om die opzwelling den naam van doplaizen. Van het eerste geslacht komen verschillende Boorten voor op den wynstok (donkergeel), den perzik boom (kastanjebruin), den walnoot (grjjsbruin), den pere-, appel- en perzikboom (grysbruin, in 't midden roodbruin), den kersoboom en den pruim (glimmend roodgeel), de aalbes (don kerbruin) enz. By de laatste soort zyn boven dien de eitjes onder het lichaam verborgen in een draadvormige wasmassa, overeenkomende met de wasdraadjes, waarmode de bloedluis- koloniën van den appelboom bedekt zyn. Bebalve üe genoemde geslachten, waarby het schild aan het dier is vastgegroeid, heeft men verscheidene geslachten, waarby het schild alleen dient tot schuilplaats, maar niet met hef diertje is samengegroeid, zoodat men het van het dier kan afnemen, en nog andere, waarby de haarvorinige wasuitscheidingen geen eigen- lyk schild vormen; maar aangezien die onder scheiding in soorten en geslachten voor ons doel van weinig belang is, houden wy onB daarmede niet verder bezig. Alleen willen wy nog mededeelen, dat tot de laatste soort de cochenille behoort (coccus cacti), een schildluis, die in Mexico op verschillende cactus-sooricn leoft, voornamelijk op de nopal- plant opuntia coccinelli/era), die oorspronkelijk op de hoogvlakte van Mexico met het doel deze diertjeB te bekomen, werd aangekweekt. Thans vindt men zulke aanplantingen voor hetzelfde doel in Spanje, op de Canarische eilanden en ook elders. De cochenille levert gedroogd een kostbare karmynroode verfstof. Om die te bekomen worden de wyfjes even vóór het eierleggcn met oen stomp mes van de bladeren op een blik gestreken en gedood door zo aan een heoten waterdamp bloot te stellen. Daarna worden zy gedroogd en komen als grjjze korreltjes, het levende diertje iB nauweljjks 2 mM lang, in den handel. Zy worden by 't gewioht verkocht; er gaan er ongeveer 140 op een gram, zoodat elk diertje ongeveer het gewicht heeft van 7 milligram. In de keuken werden zjj vroeger veel gebruikt om gestoofde peertjes mooi rood te kleuren misschien ia 't nog wel zoo. Als bjjzonderhoid kunnen wy hieraan nog toevoegon, dat in 1827 de cochenille uit Spanje heimelyk naar Java werd overgebracht, waar de oultunr door particulieren ondernomen en door de regeoring gesteund, weldra eene zekere uitgebreidheid kreeg, zoodat in 1847 van 45000 planten ruim 11500 KG cochenille geoogst werd. Later nam het aantal planton nog aanzienlyk toe, maar de cochenilleteolt heeft er niet lang opgang gemaakt. Tengevolgo van de ontdekking van goedkoopere kleur stoffen bleef de prjjs niet loonend voor de groote oplettendheid en de vele zorgen, die deze teelt eischt en zjj iB daarom overal aan zienlyk ingeperkt. Naast de cochenille, die wjj zoo even be schreven, heeft men nog een drietal andere geslachten van die soort, die den monsch nuttig zyndo bosch cochenille in Mexico, die eveneons een roodo kleurstof levert en de coccus lacca in Engolsch-Indië, die op vele vjjgeboomsoorten leeft. Deze zuigen zich vast op de vygebladorenmet het ten gevolge van die verwonding uit de bladoren vlooiend sap worden de dieht bjj elkander zittende wyfjes dicht omkorst door een soort hars. Dit wordt gesmolton, op etoenen platen uitgegoten on komt als schellak of gomlak in den handel. In zuidelyk Europa en in Klein-Azië leoft een schildluis op een verscheidenheid van den eik, welke den naam draagt van guercus coccijera coccus dragende eik. Deze schildluis was don Grieken en Ro meinen reeds bekend en werd eveneens ge bruikt om kleederen rood te verven. "Wy noemen die kleurstof kermes. Zy, die in het oude Rome kleodoren droegen, die daarmede waren geverfd, werden coccinali geheeten. Na deze korte uitweiding over enkele uit- heemsehe soorten, die den mensch nuttig zyn, willen wjj ons bepalen tot de inhoemsche of ingevoerde, die zich op onze fruitboomen, op palmen en andere planton vestigen en door hare groote menigte de planten benadeelen. Wanneer het aantal van deze diertjes op een blad oi tak nog gering is, doen zy geen noemenswaardige schade, want iedere schild luis heeft voor haar voedsel slechts eene ge ringe hoeveelheid Bap noodig, maar zoodra zy vermeerderen tot geheele kolonies, zoodat zjj of de bladeren, of een tak geheel bedekken, ontrooven zy daaraan zooveel sappen, dat deze beginnen te kwjjnon on zelfs ataterven, waarby komt, dat die hoeveelheid schildluizen op palmen, oleanders en andere planten dezen oen geheel onoogelyk aanzien geven. Wan neer de schildluizen zich van de takken op de bladeren van fruitboomen verspreiden, vestigen zjj zich doorgaans aan de bladnorven. Overigons komen zjj soms op de vruchten voor, byv. op appelen, peren, sinaasappelen, citroenen en andere vruohton met een stevige schil, nooit op vruchten met zachte schil, zooals perziken, kersen, pruimen en dergelyke. Wanneer men de schildluizen op kamer planten aantreft, moet men zieh den tjjd gun nen om ze zooveel mogeljjk met een bot mesje los te maken, at te spoelen, de plantenblade- ren en stengels met een spons met lauw water en zeepsop goed afnemen en daarna eenige malen bespuiten met phytophiline. Bovendien moet men zoodanige gereinigde planten voort durend nazien om zich te overtuigen, dat er geen diertjes zyn overgebleven om zich woldra weder ts vermenigvuldigen. Komen de dieren voor op de stammen van appel- en ï>ereboomen, dan legt men nauw sluitend om den stam een krant of ander pa pier, krabt den stam met oon botten krabber ai, verbrandt hot afkrabBel en besmeert den stam door middel van een kwast met carbo- lineum plantarium of met een dit jaar in den handel gebrachte insectendoodende vloeistof phylophliron, welko aan goedkoopte groote deugdelijkheid paart en alle door ons tot nog toe besproken insectendoodende middelen overtreft, vooral ook, omdat de planten daar van geen nadeel ondervinden. Bjj het gebruik van carbolineum plantarium moet mon ïntusschen voorzichtig zyn, dat mon daarvan niet telkens zooveel aan zijn kwast neemt, dat de vloeistof langs den Btam af druipt en in den grond bjj de wortelB komt; dit goedje zou doze kunnen benadeelen of aohade veroorzaken aan do planten in de na byheid. Zyn dunnere takken mot dopluizen bezet dan kan men de dieren tuBBchen duim en vinger, die men mot oen leeren handschoen bedekt heeft, dooden en daarna den tak be spuiten met het hooger genoemde phytophtiron. Wanneer de hoornen in den winter blader- Ioob zyn, kan men voor die boapuiting ook pe troleum-emulaies gebruikenalleen bjj per- zikboomen zy men daarmede zeer voorzichtig omdat deze voor petroleum zeer gevoelig zjjn. Over 't algemeen hebben hoornen, die op open plaatsen staan, minder van schildluizen te lyden dan die, welko op ingesloten terreinen voor komen, en heeft men boomon of boomgaarden, die vrjj zyn van de schildluis, dan moet men zorgen, dat men door het aanbrengen van jonge boompjes van elders of van entloten de schildluis niet invoert. Vóór men de eerste plant, of de tweede gebruikt, moet men ze nauwkeurig nazien. Zelfs voor het minder ge oefende oog zyn de plekjes dadelyk merkbaar en door de ronde, komma- of mosselvormige schildjes met de punt van een moB op te lichten, kan men zich ovortuigen dat men met schildluizen te doen hooft. Aangezien schild- en dopluizen nagenoeg op al onze fruitboomen gevonden worden en, de wjjnstokdoplnis uitgezonderd, de meeste soor ten op meer dan eene plantenfamilie voorko men, is het gewenscht dat de tuinier daarop steeds een wakend oog houdt en bjj de eersto ontdekking afdoende maatregelen neemt om ze voor goed onschadeljjk te maken. auuuwAffii. te V1 i i i g e m. Zondag 5 Sept. nm. 5.7 Maandag 6 9 5.58 Dinsdng 7 6.27 Woensdag 8 9 7.40 Donderdag 9 9 9.8 Vrjj dag 10 9 10.34 Zaterdag 11 9 11.34 te Do mbutg Zondag 5 5.16 Maandag 6 9 6.7 Dinsdag 7 7.9 Woensdag 8 Tm. 7.49 Donderdag 9 9 9.17 Vrjj dag 10 9 9 10.43 Zaterdag 11 11,43 Neilerlandsclie Vereeniging voor gemeente-belangen. In de raadzaal alhier werd heden, onder voorzitterschap van den heer F. B. 's Jacob, oud-burgemeester van Rotterdam, do alge- moeno vergadering van bovongonoemde Yer- eeniging gehouden. De voorzitter opende de vergadering, die tamoljjk druk was bezocht, mot de heoren welkom te heeten bjj de jaarljjksohe samen komst van mannen die oen goljjk doel nastreven Spreker herinnerde eraan dat bjj deze samen komst gemist wordt een man, die veel voor de Vereeniging heeft gevoeld on gedaan, de heer Groskamp, die in den loop van het jaar plot seling aan de zjjnen is ontrukt. De heer Groskamp was van af 1886 lid van het bestuur; van 18861897 vervulde hjj het secretariaat dor Vereeniging, Verder was hjj de eenig overgeblevene van de oprichters van hot examenvan af de oprichting had hjj in do examencommissie zitting. De herinnering aan den heer Groskamp zal bjj allen blijven voortleven. (Instemming.) De voorzitter wees op de plaats der bijeen komst, om uit de goede omgeving de conclusie te trekken dat hier nuttig zal worden gewerkt. Aan het gemeentebestuur zeide bjj dank voor de vergunning om in deze schoone zaal te mogen vergaderen, De notulen van het verhandelde in de vorige vergadering worden goedgekeurd. Onder de ingekomen stukken behoorde een schrjjven van den heer mr S. Sybengn, griffier der Staten van Groningen, in de vorige alge- meene vergadering benoemd tot bestuurslid, berichtende dat hjj die benoeming aanneemt. Van de commissie van advies in zake het ontwerp tot wijziging der gemeentewet en het ontwerp gemeente-borgtochten wet is een schrjj ven ontvangen, waarby een adviea wordt toe gezonden met betrekkizig tot de genoemde wetsontwerpen. Dit advies, waarmede het bestuur zich ver- eenigt, is aan den Minister van binnenlandBche zaken en aan de Tweede Kamer ingezonden Van do Utrechtsche provinciale vereeniging van Burgemeeaters en secretarissen is een brief ontvangen, waarby de medewerking der Vereeniging gevraagd wordt tot het verkrjjgtn van maatregelen tegen het misbruik dat van nationaliteitsbewjjzen gemaakt wordt. Nadat dit schrjjven wub voorgelezen, werd modedeoling gedaan dat, naar het oordeel van het bestuur, het vermelden van hot signale ment op het nationaliteitsbewjj8 niet wel uitvoerbaar ib, omdat bedoelde bewjjzen in den regel worden aangevraagd ten behoeve van personen die reeds in het buitenland vertoeven en wier signalement derhalve niet kan worden opgenomen. Van dit gevoelen is aan het bestuur der Utrechtsche vereeniging mededeeling gedaan. Een en ander werd voor kennisgeving aan genomen. Vorder kwam ter tafel oen schrjjven van den Bond voor lichamelijke opvoeding, do mede werking der Vereeniging vragende tot stich ting van speelterreinen en zweminrichtingen. Ofschoon door het bestuur sympathie wordt gevoeld voor het doel der Vereeniging en daarvan mededeeling is gedaan, zoo is geen aanleiding gevonden om verdere stappen tot medewerking te doen, als liggende buiten de kring van werkzaamheden dezer Vereeniging. De mededeeling werd voor kennisgeving aangenomen. Ook werd mededeeling gedaan van het rap port der afgevaardigden naar de internationale conferentie voor bibliographie en documentatie, gehouden te Brussel den 10 en 11 Juli 1908. Medegedeeld werd dat de registratuurcom- miesie is geïnstalleerd en dat benoemd zyn tot voorzitter van het bureau de heer mr J. C. de Maïez Oyens, oud-miniBtor van water staat, en tot secretaris-penningmeester do heer A. de Vulder van Noordon, referendaris bjj het hoofdbestuur der posteryen en telegrafie. Verder dat de commissie, belast met het instellen van een onderzoek naar het ontwerp van wot van den heer P. van Oort, kapitein der Kon. Marechauchaussee, regelende het be heer, het beleid en de algemeene bevoegdheid der algemeene veiligheidspolitie als volgt is samengesteld G. R. C. M. Raupp, lid van het bestuur, voorzitter, jhr mr Rüoll, burgemeester van Arnhem, mrJ. Bool, secretaris van Utrecht, J. H. N. Piccardt, burgemeester van Wonsera- deel, P. Stapel, commissaris van politie te Hellevoetsluis, en jhr mr B. de Jong van Beek en Donk, commies aan het departement van justitie, secretarie. Do commissie heeft haar werkzaamheden bereide aangevangen. Mededeeling werd gedaan dat het bestuur gemeend heeft, naar aanleiding van de indie ning van een ontwerp tot wyziging van de gemeontewet met betrekking tot do plaataeljjke belastingen, een commissie te moeten benoe men, die omtrent het voor de gomeon'en zoo belangrjjk onderwerp rapport zal uitbrengen. De commissie is als volgt samengesteldmr S. Sybonga.lid van het bestuur, voorzitter, H. J. G. Hartman, hoofdcommies tor provinciale griffie van Zeeland, secretaris, J. J. Roovers, hoofdcommies ter secretarie van Amsterdam, Th. Pels, secretaris van 's-Hertogenbosch en mr dr D. Talma, hoofd eener afdeeling ter secretarie te 'b Gravenhage. Al deze mededeelingen werden voor kennis geving aangenomen. De rekening over 1908, bedragende in ont vang f 5379.29s en in uitgaaf f 5459,00, dus een nadeelig saldo aanwjjzende van f 70,71', werd goedgekeurd. De bsgrooting voor 1910 werd vastgesteld op f 7200. De contributie is op i 4 geraamd, evenals dit jaar. Zjj werd op dat bedrag bepaald. Benoemingen. Aan de orde was na de verkiezing van twee bestuursleden, noodig wegens de poriodieke aftreding van den heer A. do Vulder van Noordon on hot overljjden van doD heor C. W. A. M. Groskamp. De heerA.de Vulder van Noordon werd her kozen met 43 van de44 stemmen; een briefje was blanco. In de twoedo vacature word gekozen de heer J. A. Baöza, secretaris van Amsterdam, met 38 stemmen, De heer Do Vulder van Noorden nam de horbenoeming aan. De voorzitter dankte hom daarvoor on achtte het niet noodig hem do belangen der Veree niging aan te bevelen, daar zyn jjver on too- wjjding voldoonde bekend zjjn. Ter tafel Kwam nu het verslag over het Examen over 190 9. Uit dat verslag bleek, dat in genoemd jaar aan het mondeliDg gedeelte 237 candidaten deelnamen, van wie 115 het bowjjs verkregen, dat zy tot het schriftelijk godeelte konden worden toegelaten. Vun hon, die in 1907» 1908 of 1909 dit bowjjs verwierven, ondor- wierpen zich 173 aan het Bchrifteljjk examen in 190965 daarvan slaagdon, zoodat aan hen het diploma van candidaat-secretaris werd uitgereikt. Blykens het slot vau het verslag veroor- doelt vrjj algemeen de examen-commissie de tegenwoordige inrichting van hot examen en acht zjj het wenscholyk en doelmatig, terug te keeren tot den toestand van 1905 'en voor afgaande jaren, toen hot schriftelijk examen aan hot mondelinge voorafging. In vorband met het verslag werd voorlezing gedaan van een schryven van den Bond van gemeente-ambtenaren over het bedrag der examen gelden. Dat werd te hoog geacht en de hoop gouit dat maatregelen zullen kunnen worden geno men om aan het bezwaar te gemoet te komen. Bjj do behandeling van dit punt werd ook mededeeling gedaan van eene nota van.don hoer D. Kooiman, secretaris van Maarssen en Maaraaeveen, die verhinderd is de vergadering bjj te wonen. Daarin wordt o. m. aangevoerd, dat de wjjze van ondervragen bjj do verschil lende examinatoren niet dezelfde is, zoodut leermeesters niet weten, wat naar hot oordeel van de commiBBio voor het mondeling examen vereischt wordt, vooral in welke richting moot zjjn gostudeord, om het bewjjs van toelating waard to zyn. De heer Kooiman zou hot wenscholjjk achten, als vanwege het bostuur eenigszins nader werd bekend gemaakt, in welke nchtiDg naar zyn oordeel de studie dient te gaan, alsmede hoe bevorderd wordt dat in die richting ook worde goexamineerd. De in het \erslag voorkomende opmerking, dat de tegenwoordige wjjze eerBt mondeling, dan schriftolyk examen niet voldoet, zoo dat de commissie in overweging geeft terug te koeren tot den vroegeren toestand en het Bchrif teljjk examen aan het mondeling te doen voorafgaan, geeft den heer Kooiman aanleiding tot een ander voorstel. Indien de tegenwoordige wjjze van exami- neeren bezwaar oplevert, omdat er te veel examinatoren voor het mondeling examen noodig zyn (60 voor 240 candidaten), ware dit te ondervangen door heeren te zoeken, die langer dan eene week por jaar kunnen examineeren, door byv. bet examen Blechts 3 of 4 dagen per week te doen plaats hebben en door het meer dan eenmaal per jaar-en in verschillende plaatsen te doen afnemen. Ten slotte vraagt de heer Kooiman, of kan worden aangegeven, waaraan het groot aantal af wy zingen dit jaar is toe te sohrjjron. De heer Bybau merkte, met betrekking tot de duurte der examengelden, op dat, indien bljjken mocht dat het bedrag te hoog ia, het bestuur tot vermindering zal overgaan De mogelijkheid bestaat dat dit het volgend jaar het geval zal kunnen zjjn. Wat betreft de nota van den heor Kooiman oordeelde spreker dat diens opmerkingen wei nig nieuws hebben opgeleverd. Het examen is langzamerhand gegroeid. Men heeft meer examinatoren moeten kiezen en het bestuur heeft nimmor invloed uitgeoefend op hen die het examen afnamen. Gaande weg zyn eenige regels gestold om zooveel mogeljjk eenheid te verkrjjgon. Spreker acht het een voordeel dat het oxa- mön niet precies is geregeld en geen grens is gesteld, omdat daardoor de algemeene ont wikkeling wordt b vorderd. Er wordt thanB veel meer goeischt dan vroeger en daarnaar regelt het examen zich; het peil regelt zich meer naar den examinan dus dan naar de examinatoren. Spreker gelooft te mogen zeggen dat de heer Kooiman zieh in vele gezichten vergist wat zjjn bezwaren betreft. Om dit nan te toonon ging do heer Bybau na wat voor het examen als minimum geëiaoht wordt. Spreker zeide dat in de laatste 4 jaren de toename van candidaten enorm ia, De opleiding is gemakkelijker geworden en de candidaten kunnen voor het mondoling ge deelte veel vroeger klaar komen dan voor het schriftelijke. Daarom verdient het aanbevoling het mondelinge te laten voorafgaan. Wanneer door de statuten-wyziging aan de algemeene vergadering do regeling van het examen zal worden overgedragen, dan zal zjj rekening kunnen houden met do bezwaron van den heer Kooiman en anderen Spreker wees er ook op dat zich tal van candidaten voor het examen aanmelden, die beter deden weg te bljjven. Hjj toonde aan dat de commissie voor het Bchrifteljjk examen hare eischen niet te hoog gesteld heeft. Hjj protesteerde tegen do bewering van den heor Kooiman dat dit examen een loterjj zou zyn, waarin alloen de gelukkigen prjjswinners zyn. Conform het voorstel van den voorzitter werd hot rapport voor kennisgeving aange nomen. Be volkingsregisters. Aan do orde was nu het rapport in rake do bevolkingsregisters. Door eene commissie uit de Veroeniging, bestaande uit de heeren U. J. Mjjs, burge meester van Middolharnis, J. W. A. C. van Loenen, secretaris van Beverwjjk, W. J. Wag- tendonk, hoofdcommies ter secretano vau Am sterdam, W. J. Wenkenbachen mr A. L. Schol- tens, hoofdcommiezen ter secretarie van 'a Gravenhage, is een rapport uitgebracht over de vraag, of en welke wjjziDgen de bestaande voorschriften omtrent het houden van bevol kingsregisters zouden behooren te ondergaan, De commissie is van gevoelen, dat een good bevolkingsregister voornamelyk aan tweeërlei eisch behoort te voldoendat hot, in prnc- tiachen vorm, betrouwbare gegevens bevat om trent de bevolking der gemeente en dat het, voor zoowol mot het eerste vereischte bestaan baar, bruikbaar materiaal levert voor eene bevolkingsstatistiek. Tot bereiking daarvan be veelt de commissie nan do invoering van de zoogenoemde «persoonskaarten" naast de gezinsgewyze boeking. De persoonskaart zal de dienst doen van oen duarzaam vorhuis- biljet, dat niet behoeft te worden overgeschre ven on dus steeds een juiste basis voor inechryving in hot gezinsregiBter zal zjjn en bovendien zal zjj oen meer volledig overzicht verschaffen omtrent den persoon, te wiens name zjj is aangelegd. Het gezinsregistor znl daarnaast niet kunnen worden gemist, als middel van controle op de volledigheid der verzameling persoonskaarten, en niet minder ook, opdat de gemeentebesturen een overzicht behouden van do samenstelling en do geschie denis der gozinnen en daardoor van de be volking dor gemeente, wat voor het geven van inlichtingen, vooral ook ter uitvoering van wetten en verordeningen, van het hoogste belang moet worden geacht. Ter bezichtiging worden heden middag gesteld enkelo soorten van aanbevolen los bladige registers. Het rapport werd voor kennisgeving nnn- genomen. Wjjziging statuten. Door do heeren J. H. H. Piccardt, burge meester van Wonseradeol, on H. A. Aalfs, burgemeestor van Vries, zyn enkele wjjzin- gingen in do statuten vastgesteld, waaromtrent door het bestuur met hen overleg is gepleegd en overeenstemming is verkregon. De wjjzi- gingen komen in het kort hierop neer, dat in de statuten zal worden geregeld a. het afnemen van het bekende examen, waarvan do algemeene vergadering aard en omvang zal hebben goed te beuren b. do toelating van rechtspersonen als lid; c. de bevoegdheid vau de algomeone verga dering, om te beslissen omtrent do uitgifte van een orgaan, geldleeningen, koopen, ver vreemden en bezwaren van onroerend goed en het deelnemen aan of Bubsidieeren van onder nemingen d. de inrichting van afdoelingen dor ver eeniging. De heer Piccardt beval aanneming der voor gestelde wyzigingon aan. Zonder discussie of hoofdelijke stemming geschiedde dit. Door don heor De Vulder van Noorden word, in verband met de wjjzigingen, de sanctie der vergadering gevraagd op een paar door het bestuur gesloten contracten. De voorzitter meende dat de statuten geon terugwerkende kracht hebben, zoodat die goed keuring niet noodig was. De vergadering bloek dit met hem eens te zyn. De heer Jhr M. van den Brandeler zeide aan het slot der vergadering dat het Middel burg hoogst aangenaam geweest is dat de vergadering hier werd gehoudenbjj hoopte dat de heeren zich hier goed thuis zullen voelen en een aangonamen indruk van Mid delburg en Walcheren zullen modenemen. De voorzitter dankte den burgemeester nog maals voor de ontvangst in het gemeentehuis, sprak zyn boBto wenschen uit voor don bloei van Middelburg onder do bekwame leiding van zyn burgemeester en van bet schoone eiland Walcheren. Daarna dankte de voorzitter Gedeputeerde Staten voor de beschikbaarstelling der provin ciale boot, waarin bjj een bewjjs van waar deering zag voor het streven der Voroeniging. Hierna werd de vergadering gesloten. Per trein van 11.56 vertrokken de heeren naar Vlissingen. Van daar uit maken zjj een tocht op de Wostersohelde mot een der booten van den provincialen atoombootdienst, daartoe welwillond beschikbaar gesteld door heeren Gedeputeerde Staten. Na afloop daarvan wordt per stoomtram gereden naar het llrand Hotel des Bains, waar te zes uur een gemeenschappelijke maalljjd gehouden wordt. Zondag gaan de leden 's ochtends om tien uur per rjjtuig naar Oostkapellevan danr wordt door do boBBchen naar Domburg ge wandeld, waar wordt gedejeuneerd. Bij kon. besluit is eene Staatscommissie ingesteld, aan welke is opgedragenhet instellen van een onder zoek omtrent do wensohelykheid van het nemen van maatregelen om op den duur een geregel- den toegang tot Nederland door het Noordzee kanaal te verzekeren, mede rekening houdend met de in de toekomst te verwachten grootere schepen; en zyn tot loden dier commissie benoemd de heeren prof. dr J. Kraus e. i., oud-minister van waterstaat, te 's Gravenhage, tevens voorzitterH. J. van den Broek, kolonel van dón staf der genie, ter standn1r»r»i« A»n-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1909 | | pagina 5