1 FEUILLETON. BIJVOEGSEL I, 2.04, 12.15, l| 8.45 8.45 Maandag 20 Jnli 1908, no. 169. Middelburg 18 Juli. <£andbouti)kromek. VAN ONZEN VASTEN MEDEWERKER. Is Sti-oo onmisbaar by de bemesting Dit een artikel van do hand des hoeren Brandsma in de Kollumer Courant bleek voor oonige maanden, dat door den eigenaar zgner hofstede in het pachtcontraot de bepalingen waren opgenomen lo. dat do pachter geen suikerbieten mocht verbouwen 2o. dat hjj geen atroo van de hofstode mocht verkoopen en dat dit laatste verbod gehandhaafd bleef, ondanka het aanbod van den pachter, den heer Brandsma, a) om de opbrengst van het atroo te ge bruiken voor bet üiaineoron van een of meer stukken land; of b) voor de opbrengst van het verkochte stroo kunstmest aan te koopenof c) het geld van het strooverkoop te gebrui ken om daarvoor van eldors stalmest aan te vooren, Dit verbod heeft er den heer Brandsma toe gevoerd om reeds nu mede te deolen, dat hg over een paar jaren niet van plan is de boer- dorjj op nieuw in te pachten. Voor zoover ons bekend, wordt tegenwoor dig in Zeeland door geen onkel eigenaar bjj pachtcontract het verbouwen van bieten ver boden, ofschoon het schjjnt, dat enkelen nog eene beporking voorschreven, maar aangaande den verkoop van stroo vindt men nog dikwjjls dezelfde bepalingen als te Munikezjjl, de woonplaats van den heer Brandsma. Deze openbare mededeeling van den heer Brandsma heeft aanleiding gegeven tot de bespreking van do vraag: »mag strooverkoop al of niet worden toegelaten Dio bespreking in de Leeuwarder Courant in de afdeeling Landbouwkroniek ligt ten grondslag aan het volgende, dat, naar onze moening, voor onze verpachters en pachters van landorjjen niet van belang is ontbloot. In do eersto plaats dienen wjj te weten welke rol hot atroo vervult op de hofstede. Die rol iB drieërleieon klein gedeelte diéit als dekstroo, een ander, grooter gedeelte, als voedsel, een dorde gedeelte tot ligging voor het vee. Het eerste gedeelte kunnen wg geheel buiten boschouwing laten het tweede zal daar, waar de veehouder Btroo als voedsel noodig acht, zeker wol niet aan do hofstede worden ont trokken; bljjft dus boofdzakelgk het ligstroo. In den stal is dit zeer gewenscht om den dieren een zachte en warme ligging te ver schaffen; later wordt het met do vaste en vloeibare uitwerpsels naar de mestvaalt ver voerd en zuigt daar eene groote hoeveelheid vocht op, dus ook een groote hoeveelheid urine, die anders, bg de tegenwoordige inrichting van veel stallen, zou wegvloeien. Nu bevat de urine hoofdzakelijk twee plantenvoedende stoffen, namelijk stikstof en kali, en het is daarom de vraag, of die beide stoffen bg het bewaren in de mestvaalt niet verloren gaan. Proefnemingen bjj stalmest, die aan den hoop zit, ingesteld onder leiding van de heeren dr Sjollema, toenmaals directeur van het Rjjks- landbouwproefstation te Groningen, en Elink Tichelaar, landbouwer te Loppersum, hebben aangetoond, dat bg mest, die bewaard werd gedurende acht maanden, van Januari tot Sep tember, een stikstofvorlies plaats had van 33 oy0 Onder leiding van den heer Nobel, rjjksland- -De tlame in 't groen en goud. Heel Pargs sprak van haar. Voordat Evelyn Stair twaalf uur in de stad wub, drong haar vriendin Nancy Forbes erop aan, haar de nieuwste attractie van do^chil- derjj en ten toonstelling te laten zien. —«Maar, lieve Nancy, ik heb werkelijk zoo'n haast niet, om haar te zien", protesteerde Evelyn. »Ik bljjf nog minstens veertien dagen in Pargs. Wg hebbon elkaar in zoo'n langen tjjd niet gezien, dat ik liever met jou spreek van jouzelf en mjj interesseer voor jou zaken dan voor hoe noemde je haar ook al weer »De dame in 't groen en goud." Haar weikeljjke naam iB «Herinnering," maar sinds Parjjs haar gezien heeft, noemt ieder haar «De dame in 't groen en goud." O, je moet haar zien, ze heeft een buitengewone gelijkenis met jou. 't Is werkelijk frappant. Toen je giste renavond uit den trein stapte, dacht ik, dat jg «de dame in 't groen en goud" zelf was." »'t 1b vleiend voor mg, indien de dame werkeljjk zoo schoon is als jg zegt," lachte Evelyn. «En nu, als het toch moet, vertol mg dan, wanneer ik haar kan zien." 'Dadeljjk, Het is een mooie morgen bouwleeraar in Noord-Holland zjjn proeven genomen aangaande het stikstofverlieB van urine, die boven den grond in een ton bewaard werd. Deze proeven, genomen op boerderijen te Wjjdewormer, te Purmer en te Beemster, gaven een gemiddeld verlios van 8 percent, wolk verlies zich nog liet beperken door aan de gier superphosphaat toe te voegen. Hot verschil tusschen 33 en 8 o/0 is zeer groot, maar nu Ligt de vraag voor de hand, of dat grooter verlies niet een gevolg is ge weest ran de toevoeging van vaste uitwerp selen. Intusschen kan daarop een ontkennend antwoord gegeven worden, omdat de stikstof in de vaBte uitwerpselen voornamelijk voor komt als onvorteerd oiwit, dat noch vervliegen kan noch uitspoelen, terwijl dat in da vloei bare, gelijk wjj hiervoren reeds opmerkten, voor komt als ammoniak, welke gemakkelijk ver vluchtigt. De heer Nobel zegt dan ook in zjjne brochure Het bewaren van de gierdat hg heeft kunnen berekenen, dat van de stikstof uit het stroo en de vaste uitwerpselen bg de proefnemingen te LopperBura niets verloron was gegaan en het geheele verlieB aan stikstof voortvloeide uit de urine, die mot het Btroo naar dë~taest- hoop was gegaan. Uit de aangehaalde prooven bljjkt, dat het opzuigen van de urine, dat voorheen onvoor waardelijk als een nuttige dienst van het stroo beschouwd werd, van veel minder waarde is dan door velen thans nog wordt gedacht, en dat bjj het verzamelen van de vloeibare uit werpselen in goed gemetselde gierputten veel minder verlies zal plaats hebben aan voedende stoffen dan door vermenging met do vaste. Die gier nu is een uitmuntende bemesting voor de woilanden, die men voor hot winnen van hooi bestemt, en duB ook tot het vormen van goeden stalmest, die hot volgend jaar hot bouwland ten goede kan komen. Stroo heeft dus voor het opzuigen van de urine oen betrekkelijk geringe waarde. Maar van stroo heeft men bg de bemesting nog een ander nut. Stroo vermeerdert de hoeveel heid humus in den bodem. Door humus verstaat men de overblijfselen van planten, die bezig zjjn te verrotten. De humus maakt een zwaren kleigrond poreuzer, en meer doorlatend voor het water; de lucht kan beter in den grond doordrin gen en het plantenvoedael gemakkelijker oplos baar maken. Daardoor wordt de waterhoeveel- koid voor de planten beter geregeld, want humusrjjke grond neemt hot water op en droogt niet spoedig uit. Bg lichto gronden worden deze door don humus beter gebonden en beter geschikt hun water te behouden. Stroo heeft dus bjj de bemesting als voort bronger van humus groote waarde, welke nog vermeerdert, wanneer men bedenkt, dat bjj de doorgaande verrotting stikstof, kali en phos- phorzuur voortdurend als plantenvoedende stoften beschikbaar worden, om nieuwe plan ten te vormen. Dewjjl nu deze verrotting in een goed be werkten bouwgrond, die niet ljjdt aan te voel en ook niet aan te weinig water, geregeld doorgaat, iB een voldoende hoeveelheid humus voor eene behoorljjko ontwikkeling der te velde staande gewassen onmisbaar en speelt het stroo daarbjj een gewichtige rol. Maar men wachte zich hierbij voor over- drgving. Stroo is niet de oenige vermeerderaar van den humuB. Alle planten zjjn daarvoor even geschiktook do wortels, die in den grond big ven, en de stoppols, de afvallende bladeren en de bloesems leveren humus, en daar, waar men dien in groote hooveolheid in den grond wil brengen, kan men zulks doen door zooge naamde groene bemesting, dat is door een of ander gewas onder te ploegen. De vraag moet nu beantwoord worden, op welke wjjzo; men met do minste kosten in de benoodigde hoeveelheid humus kan bljjven voorzien. Zulks doen wg in een volgend nommer. Vrageubns. Bjj het bewaron van bessensap is het mg dikwgls voorgekomen, dat de kurk van de flesch sprong, of dat de flesch barstte. Is daartegen eenig middel? Zoo u dat bekend mocht zjjn, houd ik mjj voor do mededeeling daarvan ton zeerste aanbevolen. A. s Uwe getrouwe lezeres. Mon doe de bessen goed schoon gewasschen m een nieuwe aarden pan, die men half mot bessen, half met water vult,en late ze ongeveer 3 kwartier koken. Men neme verder goed schoon gemaakte, volkomen droge flesschen.zwavele die door daarin een reepje oud linnen, in gesmol ten zwavel gedrenkt, een minimum van tjjd te laten branden en giet daarin het sap, nadat het door een vergiet, waarvan de bodem met een lapje gaas bedekt is, of door een fijne zeef volkomen gezuiverd ia. Is de fiesch vol, houd dan ook do kurk een oogenblik in den zwaveldamp en sluit uwo flesch. Do kurk dient nieuw te zjjn. Wanneer men zoo handelt, zal van sprin gen of barsten geen sprake zjjn. en bovondien ik heb daar eenoen af spraakje," zeide Nancy, een weinig kleurend. Ik heb het je gisteravond niet verteld, daar het Iaat was en jg 'n weinig moe waart van reismaar zie jeen Nancy hield haar linkerhand op, waaraan een ring glinsterde. - «Yorloold? O, lieve, wat bon ik big voor je," en Evelyn kuste haar vriendin har- teljjk. - «Zjjn naam is Diok. Dick Wingrave", ver klaarde Nancy. >Hjj is een Amerikaan en een artist, zooals ik, slechts met dit onderscheid dat hjj veel bekroningen heeft verworven in Frnnkrjjken Duitschland. Je zult hem binnen half uur in den Salon zienwg zullon hem daar ontmoeten en Mjjn hemel, 't iB bjjna elf uur. Wjj moeten ons werkelgk haasten, want ik wil je eerst do «Dame in 't groen en goud" laten zien." - «Te denken," zeide zjj, een oogenblik later, toen zg door de drukke straten liepen, dat het bjjna tien jaar geleden is, Binds den dag, waarop wg het laatst elkaar zagen en vaarwel zeiden op de trappen van de academie van miBs Jay. Tien jaren. Het beangBt mg, als ik denk aan het weinige, dat ik in al die jaren heb uitgevoerd. Nu en dan een klein stukje in den salon en en, ja, toen kwam Dick. Dick, hjj vergoedt mg het wachten van die tien jaar." «Daar ben ik. zeker van, Nancy", zei Evelya zacht en drukte haar vriendin de hand. Provinciale Staten van Zeeland. Zitting van Vrjjdag. (Slot.) Voorzitter de heer mr. H. J. Dgckmceater, Commissaris der Koningin. Tegenwoordig 40 loden en do griffier. Afwezig de hoeren Van Houte en Lucasso. Verbinding Vlak e—H a n s w e e r t. In de avondzitting van Dinsdag 7 dezer waren door don heer Van Waesberghe aan de Commissio van toezicht op den Provincialen Stoombootdienst de volgende vragen gedaan 1. Is de aannemer van den omnibusdienst VlakeHanswoert aan den duur van20minu- n voor den rit gebonden 2. Zoo ja, wie controleert al of niet over treding 3. Is het waar dat de aannemer niet het recht van opzegging van het contract met de provincie heeft, doch alleen deze laatste 4. Is het bodóeling van God. Staten, om geduldig de beslissing van den Minister waterstaat in zake de aangevraagde concessie voor een tramweg Hansweert- Vlake af te wachten, oi zal bg hexhaling krachtig worden aangedrongen om de concessie spoedigst te verkrijgen 5. Welke maatregelen denken Ged. Staten, inmiddels te nemen tot verbetering van den dienst 6. Zjjn God. Staten bereid oen onderzoek in te stellen; a naar de mogelijkheid om de aanlegplaat! van de stoomboot aan de ovorzjjde van het kanaal te maken b naar de kosten van het aanleggen van een tram van de zjjde van het kanaal naar het station Ivruiningen; c naar de mogeljjkkeid om den inham naast den ingang van hot kanaal te Hanswoert de oostzjjde in zoodanigen staat te brengen om daariD oen aanlegplaats voor den stoom bootdienst te kunnen maken? De hoer Van Rompu wordt in de gelegen heid gesteld namens God. Staten op dio vragen te antwoorden. Do omnibusdionst HansweertVlake is herhaaldelijk in de vergaderingen van de commissie van toezicht op don provincialen Btoombootdienst besproken. Maar do midde len, om verbetering te brengen in de verbin ding tusschen Vlake en Walsoorden, zjjn niet zoo gemakkeljjk te vinden. Men vergete niet dat do uitvoering van den dionst niet alleen afhangt van don dienst zelf maar ook van factoren van buiten* Dit zet de hoor Van Rompu in den breede uiteen. Daarna bespreekt hjj de dienstregeling van de treinen, die aanleiding geelt dat meermalen gebrek is aan aansluiting. Do heor Van Rompu erkent dat de rg tuigen van den wagondienst niet prachtig zjjn, maar het is de vraag of de heer Van Waesberghe niet overdrjjft. Vervolgens toont de heer Van Rompu aan dat de cominiBBie van toezicht niet stil heeft gezeten door een overzicht te goven van de geschiedenis van don tramweg. Uit de met deu Minister gevoerde correspon dentie bljjkt dat de aanleg van een tramweg vooralsnog groote, zoo niet onoverkomelijke, bezwaren ontmoet. Vóór de tweede helft van 1912 is het niet mogeljjk don ontworpen tramweg Hansweert Vlake aan te leggen op den oosteljjken djjk van het kanaal door Zuid Beveland. Verder zegt de heer Van Rompu: lo en 2o. Do aannemer van den omnibus- «En jg, Evelyn, wat heb jg al die jaren gedaan Ik heb gelezen, dat je vader is ge storven en dat je nu een van de rjjkste en schoonste moisjes van Engeland bent. Maar ik meen haar, die mjj nu tien jaar geleden vaarwel zeide en die gewoon was mot een ruiker vorgeet-mjj-nietjes onder baar kussen te gaan slapen." «01 schei uit Nancy, 't Was slechts oen gewone jongens- en meisjesliefde. En later, toen we grooter waren geworden, veranderde de jongen... van gedachten." «En het meisje vroeg Nancy ernstig. «Het meisje? Het meisje is nooit ver anderd," antwoordde Evelyn treurig. Nancy's oogen vulden zich met tranen. Zjj greep de hand van haar vriendin en strook daar liefkozend overheen. «Geen van beiden had schuld," verklaarde Evelyn. «Een werkeljjk engagement was het niet. Mjjn vader wilde daar niets van hooren, voordat de jongen naam gemaakt had. Hg was een schilder, weet-je, en bezat niets. Hjj ging naar Parjjs en een geruimen tjjd scheen ons de toekomst rooskleurig. Later kwam er een brief," vervolgde Evelyn na een pauze, en niet door hem zelf geschreven. Eon vriend schreef hem. Ik veronderstel, dat hjj het te druk had om het zelf te doen.' «Maar dat was slecht," riep Nancy uit. »'t Was niet vriendeljjk. Maar ik geloof, dat er een reden voor was, welke, weet ik dienst Vlake—Hansweert vice versa is con tractueel niet aan oen duur van 20 minuten voor dezen dienst gebonden. 3o. Volgens het nog loopende contract heeft de commissie het recht, den termjjn telkens mot een maand te verlengen. Een nieuw con tract is in bewerking, dat voor een vrjj lan gen termjjn zal worden afgeBloton. De overige vragen zjjn beantwoord in de mededeeling omtrent den tramweg. Uit het gereleveerde zal, zegt de heer Van Rompu, de vergadering wel tot de overtui ging zjjn gekomen dat het aanleggen van oen trambaan langB de oostzjjde van het kanaal door Zuid-Bovoland, waarbjj het gebruik van stoom of petroleum, of benzine is buitenge sloten, niet mogeljjk is. Zoodat niets anders zal resten dan in overweging te nemen het leggen van een paardentram. Dat de commissie daartoe nog niet is gegaan, vindt haar oorsprong in de eerste plaats in de gevoerde correspondentie omtrent deze zaak met den Minister van Waterstaat, van wien de laatste missive dateert van 4 Maart 1908, en tweodens door de toezegging van het college van Ged. Staten gedaan den hoer Hombach in do najaarszitting van 1906. De heer Van Waesberghe dankt den heer Van Rompu voor do beantwoording der door hem gedane vragen, waardoor hjj zoor voldaan is. Er bljjkt dat met allo kracht door de com' missie gewerkt is om een betere verbinding tusschen Vlake en Hansweert tot stand te brengen. Wat spreker hoeft medegedeeld omtrent de wagens, is op eigen ervaring gebaseerd. ThanB is de toestand» iets verbeterd. Met de rjjtui- gen kan thans vrjjwel gereden worden. Het pleidooi van het lid van Ged. Staten is een pleidooi geen paardentram naar Vlake te leggen maar wel naar Kruiningendaartoe zou hjj niet gaarne overgaan. Er bestaat uitzicht dat in 1912 een ideale verbinding tot stand komt tusschen Kruinin gen en Vlake door het particulier initiatief, mits van de provincie eenige steun kan worden verkregen. Gaarne zou spreker nog iets vornemen de plannen van de firma Barger. De hoer Van Rompiv zegt daaromtrent niets to kunnen mededeelen. Waar de vergadering niet langer wenBcht bjjeon te big ven, sluit de voorzitter haar in naam der Koningin. Krankzinnigengesticht onder Bergen op Zoom en Halsteren. Aan het algemeen verslag dor aideelingen betreffende het voorstel van Ged. Staten tot toekenning van een voorschot van f 175.000 aan de Vereeniging tot clirütebjke verzorging van krankzinnigen in Zeeland en tot machtiging aan hun college, om met die Vereeniging eene overeenkomst te sluiten, is het volgende ont leend. In ééne afdeeling verklaarde al aanstonds één lid, overwegende bezwaren te hebben principieelen aard tegen aanneming van het voorstel en wel hoofdzakeljjk op deze tweo gronden, dat hjj het niet oirbaar achtte, een zoo belangrjjk voorschot te verstrekken voor eene inrichting, die in eene andere provincie gevestigd is, omdat zjjDB inziens de noodige -aarborg voor de rentebetaling on de aflossing van het to verstrekken voorschot ontbreekt. Een ander lid dierzelfde afdeeling deelde dit gevoelen en werd in zijn bezwaar nog ver sterkt door de overweging, dat naar zjjne meening de gedane raming van f 1750 per bed te hoog was, aangezion do onlangs gehouden aanbesteding slechts wees op f 1370 por bed of hoogstens f 1570 per bed. Een derde lid dierzelfde afdeeling verklaarde veel te gevoelen voor de tot nu toe geopperde bezwaren, al ging hjj ook niet in allen deele daarop in, maar beweerde, dat in elk geval het voorgestelde bedrag van f175.000 te hoog was, omdat nanvankeljjk slechts voor 74 patiënten gecontracteerd werd en het getal van 100 patiënten, dat het cjjfer van f 175.000 zou wettigen, eerst na een tjjdsverloop van 13 jaar bereikt werd, daar elk jaar slechts een toeneming van 2 plaatsen was bedongen, alzoo voor 26 patiënten (verschil tusschen 74 100) een tjjdvak van 13 jaar veroischt wordt. Nog één lid dierzelfde afdeeling beaamt vele van de reeds genoemde bezwaren, wjjst op de niet. Do brief behelsdo slechts een paar regels en hield in, dat er iets onvoorziens was gebeurd, waardoor het beter, was, dat aan onze onze vriendschap een einde kwam. Hjj vroeg mjj, hom te vergeven en te verge ten, en dat was alles. Er stond geen adres bg." «Maar zjjn vrienden.zjjn familioleden." «Hg had geen naaste familieleden, en zjjn vrienden verliet hjj allen, zooals hjj mjj deed. Niemand van ons heeft ooit iets meer van hem gehoord." «Jou schilder was geen man van eer," zeide Nancy na eenige oogenblikken, «want zoo iemand bemint niet eerst een meisje zooals jg en vergeet haar dan. Hoe heet hjj Misschien heb ik hem ontmoet. Wjj, vreemde artisten, kennen elkaar over 't algemeen en ik ben nu al bjjna acht jaar in Pargs." «Zjjn naam is Yayne Christopher Vayne," antwoordde Evelyn. Zjj hadden de dourvan den Salon bereikte i deze dear scheen, torwjjl ze achter haar dichtviel, don naam op te nemen en verschei dene malen terug te kaatsen. «Je kent hom vroeg Evelyn snel, toen :jj de verandering bespeurde, die op het ge zicht van haar gezellin te voorschjjn kwam. «Ik heb van hem gehoord," zei Nancy, zich herstellend, «maar dat zul ik je vertellen, als wjj wjj eerst de «Dame in 't groon en goud" gezien hebben." Teswjjl zjj de groote zalen van den Salon reeds gemelde en aangevochten hooge raming der kosten, z. i. ook merkbaar uit de duro woningen voor den geneesheer en den geneos- heer-dirocteur, en vreest, nu de contracteerendo Vereeniging een bepaalde kerkeljjke klour heeft, dat de Provincie voor het feit kan komen te staan, van ook door soortgelijke vereenigingon van andero richtingen te worden aangesproken om geldeljjkon steun, die na dit antecedent moeiljjk zal kunnen geweigerd worden, daar gelaten nog, dat hjj bljjkons ol liever nog op grond van zjjne orvaring niet in allen deele sympathiseert met de handelingen der be staande Christoljjke Vereeniging voor Krank zinnigen, daar deze hare verpleegden zonder voorafgaande kennisgeving verplaatst van hot eene naar het andere gesticht onder behoor dier Vereeniging, daar deze in onderscheidne deolen dos lands hare gestichten heelt. Eenigszins parallel gaande met een deel van het bovengemelde word in eene andere afdee ling verklaard, dat het toestaan van het ver zoek, naar het oordeel van één lid, ons op eeD govaarljjken weg zou leiden, omdat men in de toekomst steeds meer geld zou moeten geven voor dorgeljjke Voreenigingen, aange zien meerdere adressen zouden volgon van anderen. De Provincie wordt voer steeds hooger goldeljjke oisohon gesteld en poldors zoowel als trammen kunnen dien steun niet missen- Spreker vraagt zich af, welk belang deze Pro vincie heelt, om, waar het toch eigenljjk op neerkomt, in dezen als kassier op te treden, waar die Voreenigingen bjj bankiers geld kunnen leenen. Voordeel heeft de Provincie er niet bg, daar het verpleeggeld steeds hooger wordt en men nu al van f 300 tot f 325 moot komen, terwjjl bljjkons de nu ingediende reke ning f 66.000 daarvoor is betaald, iots wat niet in verhouding Btaat tot het voor landbouw en veeteelt uitgegeven bedrag van f 8600. Een ander lid dierzelfde afdeeling verklaarde wel zjjn steun te kunnen geven aan een Chris telijke Vereeniging voor verpleging van Krank zinnigen, maar niet aan een Vereeniging voor Christeljjke Verpleging van Krankzinnigen. Ook in deze afdeeling werd door sommigen het gevoelen geuit, dat de inrichting te weel derig was, waarvan zjj eenige voorbeelden opnoemden. En eindeljjk bleef ook in deze afdeeling niet onbesproken de vraag, welken waarborg do provincie heeft voor rente en aflossing, waarom de wensch werd geuit, dat wjj voor ons voorschot hypothecair verband zauden erlangen, desnoods in tweedon rang, of dat aan niemand hypothecair verband op de be zittingen der Vereeniging zou verstrekt worden. In de nog niet vermelde afdeeling werden deze vragen gesteld, welke garantie voor rente en aflossine voor het voorschot wordt gegeven hoeveel jaarljjks wordt afgolostof voor even tueel hooger aflossing een datum is bepaald, waarop de Vereeniging daarvan moet kennis gevenof het geen zaak is te verbieden, dat de Vereeniging hare bezittingen met hypotheek bezwaart Op deze vragen werd door één der aanwezige leden van God. Staten geantwoord dat de Vereeniging een kapitaal van f200.000 bezit, in aandeelen van particulieren, boven dien een groot aantal contribuanten, wat z. i. genoegzamen waarborg schenkt dat ten minste f 2000 per jaar wordt afgolostdat bjj aflos sing van hooger bedrag moet worden kennis gegevendat verbod van hypotheokneming bezwaarljjk gaat, nu or ook een contract met Zuid-Holland zal worden gesloten wegens oen voorschot van f 350.000, dat die provincie zal geven. Tegenover do genoemde bezwaren werd door éen lid van Ged. Staten in de eerst gememo reerde afdeeling opgemerkt, dat hjj die zoo veel doenlijk zou trachten te wederleggen of trachten te ondervangen. Hot geven van gel deljjkon steun aan een gesticht, hetwelk in eene andere provincie ligt, was z. i. niet zoo iots nieuws of vreemdsoortigs, daar hjj kan wjjzen op de omstandigheid, dat ook Ge deputeerde Staten van Zuid-Holland aan hunne Staten hebben voorgesteld, een voor schot van f 350.000 te geven aan dezelfde Vereeniging, waarmede wjj zullen contracteeren, ofschoon het gesticht in Noord-Brabant ligt, en voorts op het feit, dal een zoogenaamd christeljjk gesticht te Wolfhezen is tot stand gekomen enkel en alleen met geldeljjke voor schotten van de provinciën Gelderland, Fries land on Zuid-Holland. Subsidiair doet hjj op merken, dat de nu besproken stichting, alles we! doorliepen, bestormden Evelyn vorschillende gedachten. Nu eens zag zo weer duideljjk 't oogenblik, waarop zjj voor het eerst op de academie van misB Jay was gekomen, en door leefde zjj de emoties, die zjj op het moment gevoeld had, toen zjj al die vreemde oogen op zich gericht zag. Dan weer riep zjj do eerste kennismaking met Christopher Vayne in haar gedachten terug on oogenblikkeljjk daarna zag zjj zichzelf als het verliefde bakviscbje, dat slapen ging, meteen ruiker vergeet-mjj- nietjes, haar door CoriBtopher goschonken, on der haar kusson verborgen, Tranen welden baar in de oogen op, toen zg ten slotte nog eens het afscheid doorleefdp, toen zjj in haar verbcoldiDg aan de groene haag stond en haar vriond, met zjjn schilderdoos den in het zon licht badenden weg op zag gaan, telkens on telkenB omkjjkend en wuivend met de hand. Het schoolmeisje van toen was nu oen vrouw geworden, een der rgksto van heel Engeland, en do jongen, oen schilder met heerljjke idoeën, die groote meesterstukken schiep en die ongetwjjfeld vele malen met eero uit het strjjdperk te voorschjjn was getreden. Maar juist toen zjj aan het einde van de zaal gekomen waren, was alles verdwenen en zag zg alleen nog het meisje aan de hog en den jongen, op weg naar Parjjs. «Dit is het," zeide Nancy zacht, toen zg eindeljjk voor een groot schilderij stondon, waar voor zich reeds eon klein aantal personen

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1908 | | pagina 5