TWEEDE BLAD
MIDDELRURGSCHE COURANT.
Maandag 1 Juni,
IV'128.
181° Jaargan".
1908.
V A. ÏST DB
Middelburg 30 Mei.
*z6and()ouu)AromeA.
VAN ONZEN VASTEN MEDEWERKER.
Het vlas en ztfne bewerking.
II.
Het zaaien van bet vlas gosobiedt van bet
einde vim Maart tot in het begin van Mei,
doorgaans uit de bandhet zaaien met de
machine verdient onvoorwaardelijke aanbove-
ling.
Heeft men de zcadproductio op bet oog, dan
zaait men dun, 1 tot l'/« HL per hectare;
men bekomt dan korte, storke rjjkvertakte
■tengels en veel zaad, docb lint van geringere
waarde. Naarmate men de boeveelheid zaad
vermeerdert, verbetert de qualiteit van bet
lint, docb de hoeveelheid zaad neemt afover
schrijdt men daarbjj zekere grens, dan ver
betert nog wel de hoedanigheid van het lint
maar de hoeveelheid daarvan vermindert in
geljjke mate.
Gewoonlyk zanit men in Nederland 2 tot
2HL per hectarein Belgie gebruikt men
van 2tot 31/, HL. Van tonnezaad neemt
men doorgaans iets meer dan van revelaar.
In 't begin van April moet men dichter zaaien
dan aan 't einde dier maand, of in 't begin
van Mei.
Na het zaaien wordt het vlas ondiep onder-
geëgd en dan gerold.
In Belgiö wordt het geraamde vlas, dat men
uitzaait om zeer fjjn lint te bekomen, zeer
dicht gezaaid5 HL per hectare.
"Wegens het dichte zaaien big ven de planten
zóó dun en tenger, dat zjj al zeer licht zouden
omvallen. Om dit te voorkomen, worden na
hot wieden, dat met de uiterste zorgvuldigheid
moet geschieden, op afstundon van ongeveer
een meter gaffelvormige staakjes in den grond
gestoken van 15 tot 30, soms 40 cM lengte
daarop worden sparren (persen) gelegd en
daarover dwarsstokjes. Men krjjgt op deze
wjjze een netwerk, dat het vlas voor het om
vallen behoedt. Bij gebrek a&n gaffelvormige
staakjoB worden de sparren aan de paaltjes
met touw of raffia bevestigd.
Het wieden van bet vlas geschiedt met de
hand, veelal tweemaal, soms drie keer, doch
het laatste slechts bp uitzondering.
In het eerst groeit het vlas langzaam is
bet eenmaal aan den trek dan kan het, vooral
bg gunstig weer, spoedig opschieten; het
verandert dan bg don dag.
De oogsttijd is niet aitjjd geljjk hg hangt
af van de hoedanigheid van het vlas, van de
weersgesteldheid en van bet dool of men
hoofdzakelijk zaad, of wel bast, of beide wil
Wenscht men zaad en bast beide, dan begint
men den oogst als het zaad eenigszins bruin
en de stengel van onderen geel begint te
worden is de bast veelbelovend, zoodat men
zich minder bekommert om het zaad, dan be
gint men vroeger; ie daarentegen de bast van
mindere qualiteit en belooft de zaadoogst
(Vtrzckering legcu do wellelijke aansprakelijkheid
van den niet-verzckcrinyspbcbtigeu werkgeler
roor dc Teiliyhoid van zijn personeel.)
Een belangrijk artikel uit de weldra in te
voeren wet op het Arbeidscontract is 1638 x,
waarin de wottelgke aansprakelijkheid van den
werkgever ton opzichte van zjjn personeel is
geformuleerd. Bedoeld is bier de niet-verze-
koringsplichtige patroon, want voor den werk
gever, wiens personeel krachtens de Onge
vallenwet verzekerd is, wordt de wetteljjke
verantwoordelijkheid door bot nieuwe Arbeids
contract niet noemenswaard uitgebreid.
Boter dan een definitie kan een kort voor
beeld van deze aansprakelijkheid oen begrip
geven. Een werkvrouw wordt door haar mees
teres opgedragen met behulp van een trapleer
een gordjjn af te nemen. De trapleer is defect
en breekt. De werkvrouw valt en bezeert zich.
Wie is nu aansprakelijk voor het ongeluk en
wie moet haar ondersteunen, indien zjj ten
gevolge van den val gedurende zeer langen
tjjd of misschien levenslang niet in staat is
met werken in haar levensonderhoud te voor
zien Het antwoord hierop isde meesteres,
die verzuimd heeft er voor te zorgen, dat de
trapleer in goeden staat was,
ïn het algemeen bestond deze aaaaptakeljjk-
goed te worden, dan laat men het zaad beter
rppen en begint later met bet trekken van
het vlas.
Oorspronkelijk zaaide men vooral in Noord-
Brabant het vlas voor eigen gebruikwjj
komen daarop strakB nog even terug.
In Zeeland, vooral in Zeouwsch-Vlaanderen,
werd het vlas door vlasboeren van de Zuid-
Ho Llandache eilanden gezaaid op St.-Jana-
beiaad. De vlasboer maakte met den land
bouwer eene overeenkomst omtrent de hnur van
het land en de bewerking van den grond, waar
van de helft dadeljjk werd betaald. De vlasboer
leverde het zaad en zorgde voor het wieden. Om
streeks St Jan, 24 Juni, kwam hjj het vlas bezien.
Stond hot bom aan, dan betaalde hp do over-
oongokouien huur voluit, behield het vlas en
de ovorige beworking was voor zjjne rekening.
Stond hom het vlas niet aan, dan liet hjj het
vlas ter beschikking van den verbouwer, doch
verbeurde daarbjj hetgeen hjj had voorgeschoten.
Natuurlijk was deze overeenkomst niet overal
juist dezelfde, maar in hoofdzaak kwam zjj in
de meeste streken van Zeeland overeen.
Naast het zaaien op St.-Jansberaad had men
het zaaien stik sta vast, waarbjj de land
bouwer tegen eon vastgestelden prjjs het land
in huur afstond, behoorljjk bewerkte en be
zaaide met zaad van den huurder, die voor het
verdere te zorgen haddoorgaans de helft der
pacht dadeljjk betaalde en de tweede helft
vóór het rooven van den oogst. Deze wjjze
is nog in zwang.
Thans zaait de landman in Zeeland gewoon
lyk zijn eigen vlas. In de maand Juni komen
de kooplui, onder wie veel Belgen, of personen
die voor Belgische rekening koopen, het af, en
trachten de partpen, die hun bevallen, te
koopen. 1b de pnrtjj verkocht, dan wordt daarin
een tak met bladeren gestoken, om lateren
kooplui de moeite te besparen pogingen tot
aankoop aan te wenden. In Zoeuwsch-Vlaan-
deren wordt het vlas doorgaans verkocht onder
voorwaarde, dat het door don landbouwer naar
de plaats van bestemming of naar eene Bel
gische grensplaats wordt vervoerd. In het
overige Zeeland geschiedt het doorgaans met
de voorwaarde van levering aan het schip in
een bepaalde haven, of aan het spoor.
Het valt naar onze meening zeer te be
treuren, dat zooveel vlas te velde wordt ver
kocht en vaak dooi uitwonenden wordt getrok
ken, om dadelijk naar elders vervoerd te worden.
Wanneer iedere landbouwer een gedeelte
van het geteelde vlas voor zich zelf behield
en gedurende den winter liet bewerken, of
wanneer eenige landbouwers hierin samen
werkten, zou daardoor een bron van werkver
schaffing geopend worden, die veel armoede
en ontevredenheid voorkomen zou. Friesland
kan in dat opzicht Zeeland tot een voorbeeld
zpn.
Dat zoo'n samenwerking, om bet vlas in eigen
omgeving te bewerken, zeer goede resultaten
moet opleveren, ïb ook in Zeeland reeds bewezen
door Luclor et Emergo, vereeniging tot bevor
dering der vlasindustrie te Dreischor.
Hot vlas wordt getrokken. Dit geschiedt
door oen aantal stengels beneden de zanddoozen
saam to vatten en uit te trekkenhet vlas
wordt daarbjj aan kleine hoopjes, schranken('),
Een schrank bestaat doorgaans uit 6 g r e p e n.
beid al in ons burgerlijk reebt en al meermalen
zjjn patroons, door wier nalatigheid den werk
man een ongeval overkwam, tot schadevergoe
ding veroordeeld. Maar de verplichtingen van
den patroon om voorzorgsmaatregelen te nemen
eenerzjjds, en de aanspraak op schadevergoe
ding van den werkman, indien de patroon dit
verzuimt, andorzjjds, zpn thans in artikel 1638x
B. W. zoo scherp geformuleerd, dat daardoor
ongetwijfeld de aansprakelijkheid in de prak
tijk zal blpken voor den werkgevor veel verder
te reiken dan tot beden het geval was.
Het eerste lid van artikel 1638x luidt
»Do werkgever is verplicht de lokalen,
werktuigen en gereedschappon, waarin of
waarmede hp den arbeid doet verrichten, op
zoodanige wjjze in to richten en te onder
houden, alsmede omtrent het verrichten van
den arbeid zoodanige regelingen te treffen
en aanwjjzigïogen te verstrekken, dat de
arbeider tegen gevaar voor Ijjf, eerbaarheid
en goed zoover beschermd is, als redoljjker
wjjze in verband met den aard van den
arbeid gevorderd kan worden."
Tot heden bljjft van verreweg de meeste
ongelukken de oorzaak in het duister. Er wordt
niet aan gedacht schuld te zoeken bp dengeen,
dio mogelijkerwijze door betere voorzorgsmaat
regelen het ongeluk had kunnen voorkomen.
Dit nu zal veranderen. De niet-verzekerde werk
man (in den algemeenen zin zoowel de livrei-
koetsier of de icruideniersknecht als de schoon-
gelegd, die met een paar stengels gebonden en
daarna aan hokken, in Zeeland stuken, worden
'gezet om te drogen.
Wanneer het min of meer droog is, worden
de zaaddoozen er afgetrokken, het vlas wordt
gerepeld. Een repel ie een blok hout met 25 tot
30 loodrechte, evenwijdig staande ijzeren tan
den, waardoor bp bet trekken de zanddoozen
worden afgetrokken deze worden, zoo noodig,
nog gedroogd en daarna afgedorsebt. Het
daarvan komende kaf wordt gebruikt voor
veevoeder. In Vlaanderen draagt het den naam
van »ippekaf". Gewoonlijk echter wordt het
vlas ongerepeld opgeborgen in een schuur of
en in den winter gerepeld. Fabrikanten
gebruiken hoofdzakelijk vlas, dat in don win
ter gerepeld is en dientengevolge een donker
grijze kleur heoft aangenomen.
Het zaad draagt den naam van Ujmaad.
Indien het niet gebruikt wordt voor zaaizaad,
wordt hot voor een klein godeelte gebruikt
voor veevoeder, het overige gaat naar de olie
molens, ter verkrjjging van lijnolievan den
afval worden lijnkoeken gemaakt.
De olie wordt gebruikt tot het maken van
vernissen, tot het vervaardigen van verf en
van drukinkt. De ljjnkoeken leveren een uit
muntend veevoeder.
Het is hier de plaats op te merken, dat
men verschillende soorten van ljjnkoeken heeft
de meeste aanbeveling verdienen de murwe
met 31 tot S3o/0 eiwitaebtige, 10 a 11 vet-
aebtige stoffen en eene zuiverheid van 94
Bjj den aankoop van ljjnmeel hebbe men
ook te letten of men met inlandacb dan met
Amerikaansch ljjnmeel (Cleveland) te doen
heeft. Het eerste bevat bp 34 h 35 eiwit
achtige, 7o/0 vetachtige stoffen, terwjjl het
AmerikaanBche bp een eenigBzins hooger eiwit
gehalte, tot 37 o/o toe, slechts 3 o/0 vet bevat.
Een van de voornaamste bewerkingen is bet
roten. Wjj merkten reeds op, dat de fabrikan
ten daarvoor do voorkeur geven aan overjarig
vlas. Zjj doen dit, wjjl de ondervinding heeft
geleerd, dat door liggen de hoedanigheid van
de vezels wintdat deze gemakkelijker van
den houtachtigen stengel loslaten; dat dien
tengevolge de tjjd van roten wordt verkort en
ton slotte, omdat liettjjdperk van roten daar
door aanzienlijk wordt verlengd, van half-April
tot half-October, waarbjj men natuurljjk ook
pattp kan trekken van de warmere weersge
steldheid terwjjl, wanneer het roten ge
schiedt in hetzelfde jaar als het trekken, het
rotingstjjdperk aitjjd in het najaar valt.
Bjj de verschillende wjjzen van roten willen
wjj iets uitvoeriger stilstaan. Vooraf het
volgendeDe vlasstengel bestaat uit de opper
huid, de primaire Bchors, de bastvezels, de
secundaire schors, het cambinm, het hout en
het merg.
Om de bastvezels, die m de schors gelegen
zpn, is het ons te doen. Zp bestaan nit lang
gerekte cellen met vrjj dikke wanden en
spitse uiteinden, die vast aaneengesloten naast
elkander liggen en baBtbundeh vormen, die de
lengte hebben van den gehoelen stengel.
De bastvezels worden door eene knikverbin-
ding, pectose geheeten, onderling verbonden en
ook niet de schors en bet houtbjj de roting
gaat de pectose bjj een temperatuur van 28 tot 35
C. door gisting over in pectinede pectine in
maakster) zal nagaan, indien bom bjj den ar
beid een ongeluk overkomt, of dit te wjjten
it aan een tekortkoming van den werkgever
in de verplichtingen, welke artikel 1638x hem
oplegt.
Valt een werkman van een trap in den win
kel of op kantoor, dan zal hjj nagaan of hier
gebrekkige verlichting ook de oorzaak is van
het ongelukvalt de dienstbode uit het ven
sterkozijn, dan zal zp dit wjjten aan de gevaar
lijke opdracht om de ramen te zemen zonder
dat zp zich behoorljjk kon vasthoudenheeft er
een gasontploffing plaats, dan stelt de werkman
aan zpn weïkgevei do vraag of do gasleiding
nagezion is terstond toen men het lek bemerkt
hadwordt oen werkman gekwetst door een
vallend voorwerp, dan zal hjj denken aan slor
dig en zonder behoorljjk toezicht opgestapelde
goederen stort bjj bet trijsen de last naar be.
neden en komt deze ongelukkigerwijze op den
werkman neer, dan rpst bp hom de vraag of de
oorzaak ligt in het touw, dat in lang niet ver
nieuwd werd, of in don takel, die reparatie van
noode hadgebeurt er een ongeluk met paard
en wagen, dan herinnert de koetser zich den
werkgever gewaarschuwd te hebben dat bjj
dit paard had moeten weg doen omdat het
te schichtig was.
In het algemeendenkt de getroffen werk
man, dat de werkgever in eenig opzicht te kort
is geschoten in datgeno waarvoor gezorgd had
moeten worden, dan spreekt hjj zpn patroon
verschillende snikers, terw)jl by do gisting
dezer suikers onder invloed van sohimmels of
bacteriën waterstof, koolzuur en ook boterznur
vrjjkomen.
Aangezien de secundaire schors en het cam
bium geheel uit pectose bestaan, worden deze
bp de roting volkomen opgelost. De primaire
schors, die van binnen uit cellulose, van buiten
uit pectose, en de bastvezel, die van binnen
uit cellulose en van buiten uit pectose en
lignose bestaat, komen duB vrjj en bljjven, voor
zoover zy uit cellulose bestaan, ongeschonden,
omdat een goed geleide roting de collulose niet
aantast, torwjjl de aanwezigheid van lignose in
de pectose het verbreken van den samenhang
tusschen de bastcellen door de roting tegen
gaat. Wordt vervolgd.)
TRAGBNBUS.
Vraag: In een der opstellen van uwen
medewerker werd medegedeeld dat het zoo
goed was tegen ongedierte een paar padden in
den tuin te hebben. Daar in onzen tuin on
noemelijk veel ongedierte is, wilde ik gaarne
zoo'n paar dieren aanschaffen, maar kan er
nergens bekomen, wel kikkers. Nu iB mjjn
vraag of u zoo goed zoudt willen zpn te zeggen
hoe ik aan zulk een pad moet komen.
Antwoord: Om aan padden te komen,
behoeft men ten plattelnnde Blechts een
stuiver per stuk nit te loven voor iedere pad
en met dien prjjs de schooljeugd in kennis te
stellen. Men heeft er dan weldra genoeg.
In een stad zal het verkijjgen daarvan moei
lijker gaan wellicht kan men ze bekomen
van de omwoners.
Stukken voor den gemeenteraad
van Hiddellmrg.
In de raadszitting van 24 Juli 1907 is aan
gehouden de behandeling van een wjjziging
van de Verordening op het Gymnasium.
Door dan raad werden toen omtrent een
drietal vragen nadere inlichtingen gewenscht.
lo. Staat art. 2 van hot Kon. Besluit van 21
Juni 1887 (Stbl. no. 105) eene samenvoeging
van klassen bjj het gymnastiekonderwijs in
den weg of is dit geoorloofd
2o. Hoe is de verhouding tusschen Kpk en
Gemeente ten opzichte van de bevoegdheid om
do bestemming van het gymnastiekgebouw aan
de Groenmarkt te veranderen?
3o. Kan, wanneer de gemeente te eenigertpd
het gebouw zou moeten verlaten een der andere
gymnastieklokalen van de gemeente voor het
onderwjjs aan het Gymnasium worden gebruikt?
Over die drie vragen is door Burg. en Weth.
een onderzoek ingesteld.
De eerste vindt haar antwoord in de door
het dag. bestuur overgelegde briefwisseling
met het college van curatoren, waaruit bljjkt,
dat noch bp curatoren, noch bjj den inspec
teur bezwaron besitaan tegen samenvoeging
van klassen voor de gymnastiek.
Over de twoede vraag hebben Burg. en
Weth. eene briefwisseling gevoerd met den
Minister van Binnonlandsche Zaken, welke zp
eveneens overleggen. Waar de woorden van
art. 5 van de overeenkomst van 30 Mei 1899
tot afstand van het gebouw aan het Rjjk aan
duidelijkheid te wenschen overlaten, hadden
zp gaarne van den Minister eenige nadere
motiveering van zjjno meening vernomen.
schadevergoeding aan en zal trachten voor
den rechter te bewjjzen, dat de patroon schuld
heoft aan bet ongeluk. Gelukt het hem den
rechter aan te toonen, dat de werkgever rede-
lpkerwpze in het een of het andere had be-
booren te voorzien, waardoor het ongeluk had
kunnen voorkomen worden, dan wordt de werk
gever, tenzjj hjj overmacht bewpst, tot schade
vergoeding veroordeeld. In hoeverre zal nude
rechter de schuld van den werkman zelf aan
het ongeluk in aanmerking nemen
Het antwoord op deze vraag geven het tweede
en derde lid van artikel 1638x, luidende
»Zjjn die verplichtingen niet nagekomen,
dan is de werkgever gehouden tot vergoe
ding dor schade aan den arbeider dienten
gevolge in de uitoefening zjjner dienstbetrek
king overkomen, tenzjj door hem hetbowjjs
wordt geleverd, dat die niet-nakoming aan
overmacht, of die schade in belangrjjke mate
mede aan grove schuld van den arbeider is
te wpten, alles behoudens de bepalingen
van Hoofdstuk XII der Ongevallenwet 1901."
Indien de arbeider, tengevolge van het
niet-nakomen dier verplichtingen door den
werkgever, in de uitoefening zjjner dienst
betrekking zoodanig letsel heeft bekomen
dat daarvan de dood het gevolg is, dan is de
werkgever jegens den overblijvende eebt-
genoote, de kinderen of de ouders 7an den
overledene, die door zpn arbeid plegen te
worden onderhouden, verplicht tot schade-
Vooral echter na het laatste schrjjven van Z.
E. is aan het college een verzoek daarom ge
heel nutteloos voorgekomen. Trouwens prak
tisch is de quaestie van weinig belang, aan
gezien en daarin ligt de beantwoording van
do derdo vraag er op vrjj eonvondige wjjze
"e behoefte aan een gymnastieklokaal kan
worden voorzien, wanneer om een of andere
reden het gebouw aan de Groenmarkt niet
meer kan worden gebruikt.
Een der bestaande gymnastieklokalen in ge
bruik te nemen, komt Burg. en Weth. niet
gewensoht voor. De afstand toch van het
gymnasium naar de verschillende scholen is te
groot, waarvan veel tijdverlies het gevolg zal
zjjn. Zy hebben daarom het bouwen van een
nieuwe gymnastiekschool overwogen en zpn
tot de slotsom gekomen, dat in den tuin van
het gymnasium op weinig kostbare w)jze een
nieuw gebouw kan worden gezet, zooala op de
overgelegde teekening is aangegeven. Bljjkens
begrootmg ramen Burg. en Weth. de kos
ten op f 8600. Dat gebouw, dat een ingang
heeft van de straatzijde, kan worden gebrnikt
door de leerlingen van het gymnasium en van
de gomeenieljjke gymnastiekschoen en voor
stemlokaal.
Na deze mededeelingen bestaat er naar de
meening van Burg. en Weth. geen bezwoor
over te gaan tot voortzetting van de behan
deling van het voorstel, dat in de vergade
ring van 24 Juli 1907 werd aangehouden.
Tevens stellen zjj voor reeds nu te besluiten
tot het bouwen van het gymnastieklokaal, op
de wjjze en plaats als op de teekening iB aan
gegeven, roor het geval de gemeente te eeni-
ger tjjd het gebouw aan de Groenmarkt moet
verlaten.
In Juli 1907 wendde zich do politieageu-
tenvereeniging Luctor et Emergo alhier zich tot
deu raad met een verzoek inzake vergoeding
van woninghuur en thans is door het bestuur
dier vereeniging oen nader adreB ingediend
waarin zp een beslissing in voor hun gunsti*
gen zin vragen.
Duinwaterleiding,
In verband met de veelvuldige breuken in
de buisleiding van hot pompstation naar de
stad in den laatsten tjjd voorgekomen dealen
Burg. en Weth. den raad het volgonde mede.
De eerste breuk in de leiding ïb voorgeko
men in 1898. Sedert hebban zich die breuken
herhaald en iB de tpd die verliep, tusschen
twee breuken steeds kleiner geworden, totdat
ze nu in den laatsten tpd elkander zelfs zeer
snel zpn opgevolgd. Bjj een voorloopig onder
zoek van de bnizen op de plaats van de breuk
is het Burg. en Wetb. voorgekomen dat in de
buizen gebreken voorkomen. Alvorens echter
daarover een voldoend oordeel te vormen,
zullen zjj een grondig onderzoek instellen en
te gelegener tjjd den uitslag daarvan mede-
deelen.
Intusschen staat het vast dat de toestand
der leiding slecht is en hebben Burg. en Weth,
en de directeur der waterleiding langzamer
hand hun vertrouwen daarin grootendeels ver
loren.
Burg. en Weth. hebben getracht het breken
zooveel mogeljjk tegen te gaan door do span
ning in de leiding zoo goring mogeljjk te doen
vergoeding, tenzjj door hem het bewjjs wordt
geleverd, dat die niet-nakoming aan over
macht, of de dood in belangrjjke mate mede
aan grove schnld van den arbeider je te
wpten. Het voorbehoud, bjj het voorgaand
lid gemaakt, is ook ten deze van toepassing."
»Grove schuld" van den werkman stelt don
werkgever vrjj. In de Memorie van Toelich
ting op sen vroeger wetsontwerp, waaruit het
artikel is overgenomen, is hierbjj aangeteekend
Lichte verzuimen van den arbeider, al zouden
ze onder het algemeen begrip van schuld
vallen, mogen den werkgever of meester bier
niet bevrjjdenonder de omstandigheden,
waaronder de arbeider verkeert en werkt, kan
men hem van dergelpke lichte verzuimen zeer
vaak geen verwjjt maken." Grove schuld is
een rekbaar begrip, maar hier schjjnt de be
doeling te zjjn den werkman niet licht zjjn
vordering wegens eigen verzuim te ontzeggen.
Hoe groot zal de schadevergoeding zpn In
het artikel wordt dienaangaande niets bepaald.
To vermoeden is, dat do techter alle omstan
digheden in aanmerking zal nemen als daar
zpn: de wederzjjdsche stand en fortuin van
werkgever en werkman, de graad en do duur
van de ongeschiktheid tot arbeiden, de om
standigheden waarin de nagelaten betrekkin
gen van den, tengevolge van een ongeval over
leden werkman zjjn aohtergebleren en derge
lpke. Het is teer goed mogeljjk, dat ook de
praktjjk der ougevallenwetsverzekering op de