MIDDELRURGSCHE COURANT. 1*9" Jaargang. Zaterdag 7 Juli. Uit Stad en Provincie. N'. 1Ö8. 1906. Dozo courant verschijnt d a g e 1 ij k amet uitzondering van Zon- Prijs por kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franoopp. ƒ2. Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Thermo m. eatelegr. weerberiohtvanhetK. N. Met. Instit. te De Bilt. 6 Juli 8 u. vm C5 gr., 12 u. 72 gr., *v. 4 u. 71 gr. P.—Hoogste barora.stand 767.7 teHaparanda; 1 aagste 755.0 ie Breslau. Verwachting tot den avond van 7 Juli: zwakke N. wind, bo- wolkt tot lichtbewolkte lucht, waarsohflnljjk droog weer on dezelfde temperatuur. Advortentiën: 20 oent per regel. Bij abonnement voel lager. Geboorte-, dood- en allo andero familieberiohten en Dankbetuigingen van 1—7 rogels 1.50; elke regel meer 20 cent. Roolames 40 cent per regel. Groote letters naar de plaats, die zij innemen. Tot de plaatsing van advertentiën en reolames, niet afkomstig uit Zeeland, betredende Handel, Njjveiheid en Geldwezen, ia gerechtigd het Algemeen Advertentie-Bureau A. D« LA HAH An., N.Z. Voorburgwal 366, Amsterdam. Middelburg 6 Juli. EENE BEI.ANORI.1KK BESLISSING De Eerste Kamer heeit hodon het wetsont werp tot bedjjking van den Eersten Badipolder aangenomen mot 24 tegen 13 Btemmen. Men zie Laatste berichten. Dezelfde Kamer nam Donderdag nog aan het ontwerp tot naturalisatie van den hoer H. Christoffel. Tevens had nog plaats de interpellatie van den hoor Ren gors over de huzaren-deserties te Vonlo. De dagbladberichten bleken ietwat overdre ven te zjjn geweest, maar de feiten, die rest ten, toch nog ernstig genoeg. Van 1 Januari tot heden zjjn dertig man van hot Vonlooich garaizoon afwezig geweest; thans zjjn nog negentien man afwezig en dus als deserteurs te beschouwen. Venloo is ziehier een dor oorzaken een weinig popu lair garnizoenmen heeft getraobt hieraan te gemoet te komen door voor het in Venloo en Roermond en voor het aan den IJsel liggende oavalerie-regiment het handgeld te stellen op f 180, tegen f 120 bjj de twee andere regimen ten. Tooh is in Venlo het incompleet het grootst gebleven. Een half uur gaans sleohts is hst naar de Duitsche grens en aan gene zjjde der grens zjjn dagloonen to vordienen van vier vjjt mark daags, ziedaar een tweede reden. Er is nog meer verklaring te geven van de pliohtverzaking veler Venloosohe huzarenhet hooger handgeld heeft milder goede elemen ten aangelokt; op bevel van den inspecteur der cavalerie is sinds 1 Maart 1.1. de dienst verstrongd en niet alle superieuren bezaten den noodigen tact om ondanks deze dienstverzwa- ring een goeden gocBt in den troep te honden ook de IgdgeeBt, de genotzuoht en het gebrek aan pliohtsbesef hebben volgens Minister Staal hier hun rol gespeeld, terwjjl het vor- sohjjniel van desertie onder vrijwilligers zioh algemeen voordoet en de toestand in legers, die uitsluitend uit vrijwilligers zjjn samenge steld, zelfs hoog tragisch moet zijn. Hoe hoopt nu do Minister van Oorlog ver betering te brongen in het ernstig euvel? Op nieuw is den corpscommandant opdracht ver strekt in samenwerking van officieren en kader te streven naar een boteren geest in den troep zonder schade voor de eiBChen van den dienst eon wijziging van de werfbepalingen is in voorbereiding, waardoor voortaan het hand- gold niet in eens zal worden uitgekeerd, maar stuksgewijs, naar gelang van volbrachten dieasttjjd; het beter innerljjk gehalte der daar te werven huzaren zal opwegen tegen het waarschijnlijk kleiner aanbod van gegadigden de impopulariteit ten slotte der Limburgsohe huzarongarnizoenen zal de Minister trachten te verminderen door niet slechts de jonge offioieren naar Venlo on Roermond te zenden, maar ook de ouderen, die tot dusver een soort ongeschreven aanspraak schenen te bezitten op een aangenamer garnizoen. Met den heer Rengers zal zegt Bet Vad. menigeen ook na de inlichtingen van de Ministers wat sceptisch gestemd bljjven. In allen gevalle verdient echter de Friesche afge vaardigde dank voor de uitgelokte inlichtin gen, waarvan het zooals hjj teiecht op merkte wel verwonderlijk ia dat tg niet reeds in de Tweede Kamer zijn gevraagd. NOOIT GOED. Het is to«h moeilijk het den menschen naar den zin te maken. Toen de minister Krans met 5 maanden verlof naar Chili zou gaan, waren er lieden die zeker wisten, dat het veel langer zou duren. Minstens een half jaar. Zoo iemand vraagt vjjf maanden, maar bljjft er zeven weg, enz. enz., ■oodat hjj niet eens t}jd zal hebben om zijne begrooting voor het volgend jaax gereed te maken. Er is nu eohter alle kans dat de Minister, die vjjf maanden vroeg, biinen drie maanden zjjn werk zal kunnen hervatten. De Haagache briefschrijver van de N. Gron. Ct. herinnert daar nu even mot voldoening aande minister heeft nog volop tjjd om de nieuwe begrooting te ontwerpen, en zjjn af wezigheid heeft op den gang van zaken hoege naamd geen nadeeligen invloed gehad. En wat antwoordt nu Het Centrum, een blad dat tot diegenen behoort, welke moord en brand hebben geroepen over 'a ministers reis Ditdat de minister dan best nóg oen tijdje gamist had kunnen worden. Redeneer daar nu eens togen Toen de minister van financiën een wets- ontwerpje indiende om ontduiking van het in voerrecht aan de grens moeieljjk te maken, riep de heele kerkelijke pers uit*, let eens op, dat is nu om de beschermende rechten, die onder het ministerie-Kuyper de voordeur niet in mochten, door de achterdeur binnen te laten. Men beweerde dit, olsohoon bet ministerie zeer dnideljjk had te kennen gegeven, èn in de Troonrede ën in de begrotingsstukken, dat herziening van het tarief in beschermenden volstrekt niet van dit kabinet te wachten was, en dat de herziening enkel technisch zou z)jn, hetgeen dan ook uit de bepalingen van het ontwerp duidelijk bleek. Het wetsvoer tel kwam den vorigen Donderdag in de Kamer, en werd na zeer korte dis cussie zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Niemand der tegenstanders van de regeering verweet haar dat het voorstel een beschermend karakter droeg, en wel eenvoudig omdat men in de Kamer zeer goed wist, dat het niet zoo was. Hetgeen echter niet wegneemt, dat twee dagen later door een R. K. blad tooh weer aan deze regeering wordt verweten, dat zjj op slinksche wjjz» de invoerrechten wil verhoogen maar onder den schijn van een technische her ziening, opdat toch vooral niemand zou denken aan «protectionistische strevingen". Een technische herziening vaneen tarief van invoerrechten is een zaak, waarvoor nauwkeu rige kennis van de tegenwoordige werking der wet noodig ïb. Want zjj dient om do wet, die, nofa bene! 44 jaar geledengomaaktwerd, weer in overeenstemming te brengen met den toestand van den tegenwoordigen tjjd. Nu zou men zeggen: daarin behooren in de allereerste plaats die ambtenaren, welke met de toepassing der wet zjjn belast, daar dezen hare feilen en leemten het best kennen, on verder groothandelaren, die, daar op hen dageljjks de wet wordt toegepast, desgeljjks wel weten wat er aan mankeert. De minister denkt er ook zoo over en over eenkomstig zjjn advies worden in die commissie drie belastingambtenaren on twoe groothande laren benoemd. Is het nu goed? Om den drommel nietl >De kooplieden zjjn een Amsterdammer en een Rotterdammer, beiden groothandelaars. Kleinhandel, njjvorheid en landbouw kwamen niet in aanmerking 1" roept de Gelderlander uit. Had de minister er een kleinhandelaar, een industrieel en oen landbouwer in benoemd, dan zou er nntunrljjk weer iemand andeTB in ontbroken hebben. In het begin van dit jaar werd door de Nation. Chr. Officieren vereeniging in een adreB aan den Minister van Oorlog geklaagd over de onvoldoende godsdienstige leiding van de matrozen te Nieuwediep, en gevraagd om aanstelling van een vierden predikant. De minister antwoordde, dat reeds eene regeling in voorbereiding is. Thans heeft die bewindsman bjj oiroulaire uiteengezet, waarin deze bestaat. Overtuigd, dat vooral de geesteljjke of godsdienstleeraar, die den sohepeling in zjjne jeugd heeft gekend on onderwezen, invloed ten goede op hem kan uitoefenen, staat hjj, desgeweisoht onder ver goeding vau reis en verbljjfkoBten aan geeste lijken of godsdienstleraren van elders toe, schepelingen te Nieuwediep te bezoeken, en een gedeelte van den dag binnenshuis (b. v. in het wachtlokaal aan de marinehaven) of wan delende, met hem door te brengen. De schepe ling krjjgt daartoe vrjjaf. Deze bepaling, die geheel gerioht is op hot zieleheil der sohepelingen, wordt door De Residentiebode ontvangen met de welkomstgroet, >dat de vrijzinnigheid, na overal waar ze kon den godBdienBt uit het openbare leven te hebben gedreven en geweerd, ton slotte zoo danig in de knel iB geraakt, dat ze wel aohuohter nog, en bjj wjjze van »proef" maar dan tooh feiteljjk en metterdaad, zioh noodgedwongen weer tot dien geminaohten godsdienst wenden moet, omdat de massa zonder dezen eenvoudig niet te regee- ren big kt."*) Dat zgn nu de menschen, die over verwil dering op de vloot klagen, en om verdraag zaamheid (tegenover hen zelf, wel te verstaan) vragen. Redeneer daar nu eens tegen. Maar het merkwaardigste is wel, dat deze Andere bladen der tegenpartij maakten over die bepaling even schamporo on ongo- moliveerde opmerkingen. Red. solirjjvers zich beroemen opdon loyalon toon van hunne opposite. Het vorenstaande ontleonen wjj aan de Zutph. Crt, met wie wjj het ditmaal geheel eens zjjn. De kwestie Van Heeckeren is indertjjd uitvoerig behandeld door onzen Haagechen Torenwachter en onzen lozers ook bekond uit do polemiek tusachen den heer Van Idsenga en hem. Zjj bljjtt zeer raadselachtig. Dat weten wjj. Maar dit bleek ook in do zitting dor Eerste Kamer van Donderdag, toen de door den heer Van Heeckeren bjj haar ingodiendo adressen aan de orde kwamen. Het is daarom voor onze lezers niet onbe langrijk zeker eens kennis te nemon van de persoverzichten van die zitting in do verschil lende bladen. In dat der N. Rott. Crt lezen wjj het vol gende Het bljjft een geheimzinnige geschiedenis, de geschiedenis van hot Kamerlidmaatschap van den heer Van Heeckeren van Keil. Eens slechts heeft mon dezen afgevaardigde tor ver gadering gezien; de tweede koer, dat men iet» van hem bemerkte, was, toen hjj het mysterieuse adres inzond, waarvan de inhoud nooit bekend werd, en dat heden in behandeling kwam. Of liever gezegdword afgedaan, zonder dat een tipje van den sluier, die erover hing, is opge licht. IntusBchen hebben wjj eene briefwisse ling tussoheii den heer Van Hoeekeren en den tegenwoordigen minister van buitenlandsche zaken hoorei voorlezen, waaruit bleek dat de heer Van Heeckeren leeft «onder den drak van zeer onwaardige beschuldigingen", waardoor hem de uitoefening zjjn Kamerlidmaatschap wordt onmogeljjk gemaakt. Van waar die be schuldigingen komen, hooren wjj aiet; maar naar het schjjnt verkeert de heer Van Hee ckeren in de meaning, dat men er aan Buiten landsche Zaken iets aan kan doen. Hjj verzocht mitsdien don heer Van Tets «eene voor de regeering aannemeljjke en voor allen bevredi gende oplossing" van de moeilijkheden aan de de hand te doen. Nu komt het antwoord van den minister Van Tets. Het is even raadselachtig. «Ik weet van niets" schrijft hjj «ik ben mg niet ervan bewust, dat er iets tussohen ons hangende ia. Bjj de overdracht van mjjne portefeuille heeft mjjn voorganger mjj wel verteld, dat er zekere moeilijkheden waren geweest, doch dat die waren uit den weg geruimd. Ik zon dus in derdaad niet weten, wat ik voor u moest doen". «Volkomen juist", berioht dan de heer Van Heeckeren weer uit het Noorden naar het departement aan het Buitenhof terug. «Wjj hebben ook samen niets." De onzichtbare afgevaardigde geeft daarbjj te kennen, dat hg de inwilliging van zjjn verzoek dan ook zou hebben besohouwd als een «groote gunst." Verder bljjft hg «protesteeren" tegen onwaar dige beschuldigingen? Neen, «tegen de positie, waarin ik geplaatst ben, ten gevolge van de niet nakoming van vaste beloften door de vorige regeering." De zaak is hiermee afgedaan. De heer Van Heeckeren zond oen nader schrgven naar het college, waarvan hg lid is, en verzocht niet verder in te gaan op zgn adres, dat nu ook ter griffie werd gedeponeerd ter inzage van de leden. Wg weten niet anders te doen dan achter alles een vraagteoken te plaatsen. En de overzioht-schrgver van het Alg. Han delsblad, welks redactie indertgd onzen Toren wachter zoo hard, zoo onheusoh, zoo oncolle giaal aanviel, begint nu tooh ook de kwestie maar raar te vinden- Hg schrjjft zeer geestig: De quaestie-Vnn Heeckeren is niet in den doofpot geBtopt, zooals aanvankelgk scheen te zullen geschieden, dooh pleohtiglgk in 't openbaar begraven. Achter de baar van de (niet betreurde) doode roden vier volgrjjtui- gen. Het eerste was leeghet vertegenwoor digde echter de aanwezigheid van den afwe zigen vader der quaestie: den heerVan Heeckeren vai Keil; het bad zorgvuldig neergelaten gordgntjes. In het tweede zat minister Van Tets van Gondriaan (uit beleefdheid, niet uit belangstelling). In het derde zat de commissie voor de verzoekschriften uit de Eerste Kamer. En het vierde was een reuzen-Jan-Pleizier waarin heel de rest van de Eerste Kamer. Op de baar lagen, bg wgze van kransen, eenige onbeduidende brieven, gewisseld tus sohen den heer Van Heeokeren en minister Van Tets, waarin deze heeren verklaarden dat ze niets tegen elkaar hadden en dat de overledene al dood was, althans met aller goodvinden dood verklaard was, toen de heer Van Tets minister werd. De vader van de ovorledene bleek eohter plotseling op den zonderlingen, dooh in oen vader vergeetlgk zwakken inval te zgn gekomen dat zgn doch ter slechts sefttjndood was, van welk denkbeeld bjj thans evenwel even plotseling bleek to zgn genezen- De Pers, die met aandacht en gepasten eer bied doze publieke begrafenis volgde, Bpitste vooral de ooren toen de heor Van Asoh van Wgck, de voorzitter van de commissie voor de verzoekschriften, aan de geopende groeve do lijkrede hield en één voor één met plechtig ge baar de kransen op do kist wiorp, m. a. w. de bovenbedoelde onbeduidendheden voorlas. De Pers verwaohtte namelgk dat er ten slottB iets over de doode zelve zou worden gezegd, dat men zou vernemen wie deze geheimzinnige jonkvrouw eigenlgk was geweest. Maar neen men hoorde over «onware en onwaardige be schuldigingen", men vernam dat de heer Van Heeokeren in het «vaste vertrouwen" had geleefd «op de plechtige beloften die (hem) door het vorige Kabinet waren gedaan", zaken die men reeds wist on waarover wg zelfs reeds veel meer hebben medegedeeld maar welke die beloften waren (het uitzicht op het Eerste-Kamer-lidmaatsohap, op een hooge on derscheiding ca op het totaal vergeten van de ruzie in de qanestie-Van Lynden) en welke de onware en onwaardige beschuldigingen waren (de bewering van kuiperg tegen mini ster Van Lynden) daar boorde men niets van. De Pers moest zioh tevreden stellen met wat wg te dien aanzien hebben medegedeeld, dooh ook wg zonden dat wel eens officieel en met naam en toenaam on met do stukken erbg hebben willen hooren herhalen. Niets daarvan. Zachtkens zegen de kransen op de kist (de onbeduidende schrifturen op de tafol van den Rapporteur) en dof klonterden toen de plechtige kluiten op het deksel: «Aangezien de moeilgkheden tussohen den heer Van Heeokeren en het vorige Kabinet als uitgewischt zgn to besohouwen en er tus sohen hem en den tegenwoordigen Minister geen geschillen bestaan on requestrant zelf verzoekt, de zaak voor afgedaan te houden, stelt de commissie voor, dienovereenkomstig te besluiten". De voorzitter van den laatsten volgwagen dankte (bg afwezigheid van den vader) voor de laatste oer, aan de overledene bewezen o neen, voor de verstrekte inliohtingen «en toen was", om in reportersohablone te spreken» «de droeve plechtigheid geëindigd". Geen der andere leden sprak oen woord. Ontroering snoerde hun vermoedelgk de keel toe. Laat ons hope», dat thans de Tweede Kamer, bg gelegenheid van de begrootisg, wederopgraving zal vorderen en er niet in zal berusten dat oen gezant zulke opzienbarende klaohten indient, en dat in de Pers daarop toeliohtingon worden gegeven volgens welke gekwanseld is met Kamerzetels en met ridder orden zonder dat er een haan naar kraait. De behandeling van deze zaak in de Eerste Kamer in eene kolOBBale fumislerie gewooBt. m Htl Vaderland merkt op dat de taak even raadselaohtig gebleven is als ze was, en schrgft De door den heer Van Asoh van Wgck voor gelezen stukken komen in de Handelingen. Nauwkeurige leotuur daarvan zal dus misschien nog iets meer kunnen leeren dan waartoe Donderdag het enkel luisteren in staat stelde. Maar zooveel werd toch reeds duidelgk, dat de heer Van Heeckeren klaagde door «onware besohuldigingen" te zgn belemmerd in de be- hoorlgke uitoefening van zgn Kamerlidmaat schap dat hg den Minister V an Tets verzooht heeft hem te helpen; dat deze die hulp gewei gerd heeft, omdat tussohen hem en don heer Van Heeokeren geenerlei moeilgkheid gerezen was en hg het hier overbodig keurde met de zaken van het vorig Kabinet zich in te laten; dat de heer Van Heeokeren zich hierbg, zg het met leedwezen, heeft neergelegd wgl hg begreep geen recht te hebben van den Minister te verlangen wat tgdenB den heer Van Tets slechts een gunst zou zjjn geweest; dat hg intusBchen bleef klagen over de niet-ver- vulling van «pleohtige beloften door het vorig Kabinet gedaan"dat bg ecbter ten slotte heeft verzooht met het weigerend antwoord des Ministers de zaak te besohouwen als af gedaan. De krasse beschuldiging, door den heer Van Heeckeren tegen hot Kabinot-Kuyper gericht, is inmiddels door de in de Eerste Kamer gedane mededeelingen aan de openbaarheid prgsgege- von. Zal zg ontoegelioht en onweerlegd bljjven De Nieuwe Courant maakt eenvoudig deze opmerking «Dezen of genen zal wollicht die afloop Met dion wensoh veroenigon wg ons gehool ter wille van onzen Torenwachter. B Red van het goval een staartje van het eigenaardig beleid van het vorig Kabinet ten aanzien van «Boitonlandsohe Zaken", een beleid dat door meer dan één staatsman van naam als «bezorgdheid-wekkend" werd ge kenschetst niet bevredigen; de oorreipon- denten van Bommige buitenlandsche bladen, die hun lezera al den voorsmaak haddot doen genieten van een «politiek sohandaaltje", door hen te laten smullen van beriohtjes met ses- sationeele hoofdjes als: «Diplomatiek schan daal in Holland"; «de intriges van het kabi- net-Kuyper" enz., zullen diep teleurgesteld zgn dat hun dit buitenkansje ontgaat, maar onder de gegeven omstandigheden viel noch van de Commissie een andere oonolnsie te verwaohten, noch van de Kamer, dat zg de zaak niet «als afgedaan zou besohouwen". BENOEMINGEN, «Ui Bg kon. besluit: ïb Johanna Petronella Fianoisca van Hal, overste van het Franoiscanosienklooster te Vugbt, benoemd tot ridder in de van Oranje- Natsau; en zgn, op verzoek, eervol uit 's lands dienst ontslagen, met toekenning van pensioen, de OoBt-Indische ambtenaren met verlof J. P. van Stems, laatstelgk bonwk. ambt. der 2de kl. bg den aanleg van Staatsspoorwegen op Java, en J. J. F. Krugers, laatstelgk onderwgzor der lste kl. bg het openb. Europeesoh lager oa- derwgs in Indiö De Minister van Landbouw, Ngverheid en Handel vorloent Woensdag 11 Juli geen audiëntie. Bg den provincialen schietwedstrijd, word Donderdag, zoo schrgft men ons uit Goes, de dagmedaille van den dorden dag, aangeboden door don heor W. A. graai van Lgnden, zgnde een groote zilveren, behaald door de heer 0. "W. D'hny F.Pzn te Middel burg, met 96 punten. 100 punten is het maximum. De Middelburgers hebben dien dag kranig geschoten en de eer van hunne Vereeniging opgehouden. Dit Vlis stagen De sneltrein van ruim half elf kwam van morgen met een uur vertraging hier aan. De dagboot vertrok zooveel later. Het drukke reizigeiBvervoei, o. a, naai Londen, is waarsohgnlgk oorzaak van die vertraging. De onderzeeboot Luctor et Emergo heeft deze week ter reede aldaar schietproeven gehouden, welke, naar men ons meldt, uitstekend vol doden- Dinsdag a. s vertrekt de boot des morgens om drie uur met eigen kracht en «onder geleide buitenom naar Nieuwediep om, zooals gemeld, aldaar ter reede de offioioele proef tochten te doen. Aan de werf der Kon. Mjj. De Schelde is aangekomen de pasBagiersboot lhor VI, van de reederjj Arie Smit, om er een nieuwen stoomketel in te brengen; terwjjl het stoom schip Phecda, gebouwd aan de werf van de heeren Bonn Mees te Rotterdam, de volgende week daar verwacht wordt om aan die werf van stoommachines en stoomketels te worden voorzien. Terwjjl Dondordagnamiddag een handels reiziger uit Rotterdam, die te Y e r s e k e ge logeerd is, over den Postweg reed, brak zgn motorfiets midden door, waardoor hjj tegen den weg geslingerd werd en daarover een eind voortschoof. Hg bekwam versohilleide won den aan het hoofd en de beenen doch gelukkig aiet gevaarljjk. Evenwel moest de geneesheer te hulp geroepen wordei. Men Bohrjjtt ons uit Oud-Vossemeet: Eigenaardig mag het heeten, dat vai de boomen, die geheel naakt gestaan hebben, thans weder vele aan het uitloopen zjjn en in meer of minder mate een nieuwen bladerdos verkregen. Dit neemt niet weg dat, volgens eenstemmig oordeel van deskundigen, er al heel weinig kaïB oestaat dat veel boomen, welke met het zoutwater in aanraking kwamen zullen bljjven leven en er haaBt een mensohen- leeftjjd zal moeten voorbjjgaan voor alles woder bg het oude is. Hoewel er sprake was van hot aanleggen van een proeftuin in een der tuinen aan do Molenstraat, is het tot heden bjj het steken van een grondmonster tot onderzoek op zout gehalte gebleven. Wat daarvan de oorzaak is, weten wg niet. In enkele polders, o.a. Slabbtcoorn, Leguil en Po- gelsang,staat in rjjke mate de zeekraal te groeien, zoodat zulke polders niet veel langer hadden be hoeven te bevloeien of de oude aohortoestand

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1906 | | pagina 1