FEUILLETON.
Losse gedachten in 1905,
K&RiüiiËuws
BIJVOEGSEL
yajt db
Maandag 14 Augustus 1905, no. 190.
Gewicht, Voeding en Beslag.
De beer Lavalard, bestuurder van don paar.
dendienBt bjj de omnibussen te Parjjs, heeft
onlangs aan den Nationale Landbouwmaat-
schappy van Frankrjjk eenige mededeelingen
gedaan over het levend gewicht der paarden,
welke mededeelingen, steunende op nauw
keurig en langdurig onderzoek, ook voor onze
lezers niet van belang ontbloot zjjn.
Het gewicht der paarden loopt in 't alge
meen van 300 tot 900 kilogram. Het gewicht
der kleine paarden, ponneya, bedraagt onge
veer 200 KG. De weeldepaarden en die van
de reserve voor de omnibnBsen wegen van
500 -580 KGdie, welke gebruikt worden
voor omnibussen, tramwagens en voermans-
wageöB, verschillen tussohen 500 en 700 KG
die welke in dienst zjjn by het langdurig
en zwaar vervoor, bereiken 800 ja zelts 900
kilogram.
Het gemiddeld gewicht van de paarden, die
voor de ooupé'a on victoria's gebruikt worden,
loopt, evenals dat van de zware cavalerie, van
450—480, dat van de paarden der liohte cava
lerie van 380—400 kilogram. Al deze gewiohts-
opgaven zjju bet gemiddelde van volwassen,
dus van minstens 5-jarige paarden.
De heer Lavalard geeft de volgende resul
taten van het wegen van een groot aantal
veulens.
Gedurende de eerste dertig, veertig dagen
neemt hot veulen toe met 90 100°/o van zjjne
oorspronkelijke zwaartede volgende 60 dagen
ia de toename van 25 tot 50% van het gewicht
op den leeftjjd van 40 dagenin de daaropvol
gende 60 dagen neemt het toe van 15 tot 55
van het gewicht bjj 5 maanden daarin valt
de tyd, dat het veulen gespeend wordt en in
dien t|jd gaat het zelden meer vooruit dan 8
tot 10
Zoodra het jonge dier gewoon is aan de
nieuwe voedingswijze en de rantsoenen goed
berekend zyn, neemt het paard van de 5de
maand tot het 3de jaar ongeveer 20 a 30
toe in gewicht, daarna tot het 4de soms tot
het 5de jaar met 10 20
Gedurende de eerste weken, dat het paard
aan den arbeid wordt gesteld, heeft men ge-
woonljjk nog eenigen stilstand in gewichts
toename, maar wanneer men den arbeid ge
leidelijk zwaarder maakt en de voeding daar
aan evenredig doet zyn, verder goene te sterke
beweging van het paard vergt, komt het na
het 4de jaar al spoedig tot zyn volkomen ont
wikkeling van grootte en zwaarte.
Vooral van het 3de tot het 5de jaar speelt
de voeding een groote rol.
Gewoonlijk blyft het gewioht toenemen,
wanneer het volwassen dier bjj denzelfden
arbeid hetzelfde, mits voldoende, rantsoen
ontvangt. Veranderen een van deze beide
factoren, dan gaat die verandering onmiddellijk
gepaard met wijzigingen in het gewicht.
Gedurende een geheel jaar heeft de heer
Lavalard de 350 paarden van een tramljjn doen
wegen vóór hun vertrek naar het werk en na
hunne terugkomst. Het gemiddeld verlies in
gewicht ten gevolge van den verrichten arbeid
bedroeg van 5 tot 10 kilogram bjj paarden van
520—580 KG levend gewicht, dus tot 2 '/s%
van bet gewicht van het dier. Dat verlies
werd echter hersteld in de uren, die de paar
den in den stal doorbrachten den volgenden
dag hadden de paarden weder het gewioht
van den vorigen.
Vermeerdering van den arbeid ging gepaard
met meer verlies aan gewicht en dan werd
het zeer moeiljjk om de paarden tot hun vorig
gewicht terug te brengen. By voldoende voe
ding bljjven de paarden by geregelden arbeid
in den normalen toestand tot hun 14e of 15e
jaar; dan vertoonen zich gewoonlyk de teekenen
van den ouderdom.
11 Naar het Engelsch
vak
Jerome k. jebomb.
(Schrijver van Drie man in een loot e. a.)
Als een opera-minnaar zyn liefje ontmoet,
dan zet hjj haar in een hoek, en zyn rug naar
haar toewendend, komt hg naar het voetlioht
en vertelt hjj het publiek hoe hjj haar aan
bidt. Wanneer hy klaar is, trekt hjj zich op
zyn beurt terug in een hoek en dan komt zjj
het publiek vertellen dat ze eenvoudig gek
op hem is.
Overweldigd van vreugde nu hy bemerkt dat
ze werkeljjk van hem houdt, Btant bjj op en
zegt dat dit het gelukkigste oogenblik van zgn
loven is; en zjj bljjft ter zjjde staan, twaalf
voet van hem af, en heeft het voorgevoel dat
dit alles te mooi is om lang te duren. Daarna
gaan ze samen af, aohterwaarts, zjj aM1 zjj.
Ala er iets van een liefdestooneeltje gebeurt,
van wat ik daaronder versta, dan gebeurt dat
als ze van het tooneel af zyn.
Dat is niet wat ik aoteeren noem. Maar ik
aie niet in hoe dat kan worden vervangen
door iets natuurljjkers. A1b iemand staat te
zingen met volle kracht, dan heeft hy liefst
De pogingen, door den heer Lavalard aange
wend om uit de afmetingen van het lichaam
het gewioht van het paard vast te stellen
zooals zulks gesohiedt bjj rundvee, zyn met
geen goeden uitslag bekroond.
Voor de eigenaars van paarden is het van
belang nu en dan het levend gewicht van
hunne paarden te bepalen, wat bjj de vele
weegbruggen, die thans in gebruik zyn, voor
de meeBten geene overwegende moeilijkheden
meer aal opleveren.
Door het wegen tooh zullen zjj kunnen be
palen of de voeding en de arbeid, die het
paard verricht, in eene goede verhouding tot
elkander staan. Bjj vermindering van gewicht
in twee of drie achtereenvolgende dagen moet
öt het rantsoen vermeerderd óf de arbeid ver
minderd wordenmisschien zouden beide kun
nen noodig zyn.
Aan de opmerkingen van don heer Lavalard
over de voeding in verband met den arbeid
willen wjj er eenige toevoegen over het beslag.
Dat goede hoeven voor een groot deel af
hangen van de wjjze van beslaan en dat zjj
de waarde van een paard aanzienlijk vorhoogen,
zal wel iedereen bekend zjjd, die met paarden
te doen heeft en door geen enkelen ontkend
worden, en tooh verdient het opmerking,
dat er zoo weinig zorg voor de hoeven gedra
gen wordt.
In vele streken van Zeeland worden de
paarden beslagen bjj abonnement, d. w. zeggen,
tneschen den landbouwer en den hoefsmid is
een vast akkoord, hoeveel de eerste den laatste
zal betalen voor het beslaan van zyn paard
gedurende een geheel jaar.
Of het jjzer duurder wordt, ot de arbeids-
loonen vermeerderen, dat alles brengt geene
verandering in de zaak en de smid, die daarin
verandering zou willen brengen, liep gevaar
de meeste zjjner klanten te verliezen.
Dat akkoord nu al willen velen het niet
gelooven, want geloofden zjj dat, zjj zouden
verandering brengen in den toestand is
geheel en al ten nadeele van den eigenaar der
paarden en volstrekt niet in het voordeel van
den smid.
Wel wordt het aantal hoefsmeden, die hun
ambaoht verstaan, grooter, maar wat geeft die
vermeerdering, wanneer van hunne meerdere
kennis geen goed gebruik wordt gemaakt, door
hen op tyd te gebruiken, hen voor hun arbeid
te betalen, en het paard op tyd te laten
beslaan, niet volgens akkoord maar volgens
behoefte.
Gediplomeerde hoefsmeden zyn gewenscht,
maar voor eene bljjvende verbetering is het
even gewen6cht, dat do eigenaars van paarden
de waarde van goed hoefbeslag op prjjs stellen
en tevens kunnen beoordeelen of het beslag in
orde is. Wanneer zjj dat op prjjs stellen,
zullen zjj niet langer hunne paarden laten
beslaan per akkoord.
Jonge paarden moeten niet beslagen worden,
vóór zjj op den harden weg komen, maar dat
wil niet zeggon, dat de hoeven vóór dien tjjd
niet moeten verzorgd worden. Van jongsaf
moeten de hoeven nagezien en ingekort wor
den om aan de dieren een regelmatigen stand
te geven. Dat is hot werk vau den hoefsmid.
Is een paard eenmaal beslagen, dan laten
de meeste landbouwers, wanneer het jjzer niet
breekt of niet verloren wordt, bet paard niet
meer beslaan, vóór het jjzer versleten is. Dat
ligt ook meenen wjj in het akkoord,
waarvan wjj hooger spraken. De noodzakelijk
heid van beslag steunt voor hen op de Bljjtage
van het jjzer.
Deze beschouwing nu is geheel verkeerd.
De noodzakelijkheid van beslag hangt at
van de lengte van den voet. Zoodra de hoef te
lang wordt, moet het paard beslagen worden. Is
het jjzer dan nog goed, dan laat men het, nadat
het wat opgewerkt is, op nieuw onderleggen;
maar nagenoeg iedere maand, zekor iedere
zes weken moet de hoef van het paard worden
ingekort.
Waoht men langer, dan wordt de voet te
langworden de hoeven te lang, dan wordt de
drukking meer overgebracht op de aohterdeelen
van den voetdan worden do pezen, die zich
daar bevinden, overlast en benadeeld.
Wat de eigenaar spaart door minder te
betalen voor hoefbeslag, verliest hy drie- en
meervoudig door het waardeverlies van zyn
pasrd.
Daarom geen akkoord-beBlag maar beslag,
wanneer het noodig is.
niet een zware vrouw aan zyn nek hangen.
Als iemand een man doodt, en tegelykertyd
daarover staat te kweelen, dan wil hy niet
dat die ander om hem heen blyft draaien in
zyn poging tot zelfverdediging. Dan wil hjj
dat die andere redelyk geduld zal hebben, en
op de gewensobte plaats zal bljjven, totdat by
hem, of liever aan het publiek, verteld heeft
hoe hjj hem haat en veracht. Als het juiste
oogenblik is gekomen, en als de man is op de
plek waar de zanger hem verwacht te vinden
bjj zyn hooge c, dan zal hy hem met zyn Babel
licht tegen den schouder raken, en dan kan hjj
doodgaan met de melodie die hjj te zingen
heeft.
Als iemand ernstig gewond is in een gevecht
of in een of ander opstootje, en dan nog een
lange ballade heeft te zingen vóór hy dood
gaat, dan kan hjj er niet om denken hoe een
man, die weet dat hij nog maar enkele minuten
te loven heeft en zioh akelig voelt worden, zich
in werkelijkheid zou gedragen. Er is veel kans
op dat hjj dan in het geheel niet zou willen
zingen. De vrouw die werkeljjk van hem
houdt, zou hem ook niet aanmoedigen om het
te doen. Ze zou hem vragen zich rustig te
houden, terwjjl zjj wat heen en weer zou
loopen voor 't geval er nog iets voor hem
gedaan kon worden.
Als een troep volk de trappen opklimt,
dorstend naar uw bloed, zoudt ge niet bljjven
staan met opgestoken wapen, onderwjjl min,
Middelburg 12 Augustus
de minister tan financiën
esi db ned. hert. kerk.
In zyn jongste Stemmen voor Waarheid en
Vrede schrjjft dr A. W. Bronsveld:
--Het heeit de aandacht getrokken, dat de
Minister van Financiën op meer dan éen plaats
bezwaar maakt tegen de uitkeering van het
Ryfestraktement, verbonden aan een opengeval
len predikantsplaats. Geljjk men weet, wordt
door den kerkeraad, als er een vacature ont
staat, aan den Minister machtiging gevraagd
om aan den te beroepen predikant het genot
toe te zeggen van de voordeelen, welke van
Rjjkswege aan de standplaats verbonden zyn.
Nu heeft de Minister aan een paar gemeenten
doen weten, dat zjj, volgens zyn gevoelen,
het wel met een predikant minder konden
doen, terwjjl er in andere gemeenten behoefte
aan een predikant meer beBtaat.
Wy vinden deze inmenging zeer zonderling.
Moet de Kerkeraad, of moet de Minister bepa
len, of een gemeente een opengevallen plaats
moet vervullen? Zegt art. 171 van de Grond
wet niet uitdrukkelijk»De traktementen,
pensioenen en andere inkomsten, van welken
aard ook, thans door de onderscheidene gods
dienstige gezindheden of derzelver leeraars
genoten wordende, bljjven aan dezelfde gezind
heden verzekerd
Hoe kan dan een Minister nu gaan afdingen
Bovendien weten wjj, dat geld voor nieuwe
predikaetsplaatsen uit 's Rjjks schatkist niet
ïb te verkrjjgon. Het optreden des Minister*
bedoelt dus een inkrimping van hetgeen de
Ned. Herv. Kerk thans van 't Ryb ontvangt.
De Grondwet verbiedt dit echter.
Ook wenschen wjj verschoond te bljjven van
alle inmenging des Ministers, waar het geldt
de geeateljjke verzorging van onze gemeenten.
Waarom rekenen wjj niet af met het Rjjk,
eens en voorgoed?
Ook hier zien wjj 't, dat het voor de Ned.
Herv. Kerk lang niet onverschillig is, welk
ministerie en welken Minister van Financiën
wjj hebben."
carnegiestichting.
Het Bouwkundig Weekblad geeft het pro
gramma der prjjsvrang, uitgeschreven door het
bestuur der Carnegieetichting voor het ontwerpen
van het Vredespaleis, bestemd voor het Per
manente Hof van Arbitrage, met bibliotheek,
waarvoor de bouwsom bedraagt f 1.600 000.
De mededinging wordt opengesteld voor
bouwkundigen van alle landen.
De antwoorden moeten binnen zeven maan
den bjj het bestuur der stichting zijn inge
komen.
De jury bestaat uit de heeren Th. E. Coll-
cull, Londen, dr P. I. H. Cuypers, Roermond,
Geh. Ober Hof Baurat Ihne, Berljjn, prof. K.
König, Weenen, Nénot, lid van het Inslitut
de FranceParys, en prof. W. R, Ware Milton,
Massachusetts.
Uitgeloofd zyn 1 prjjs van f 12.000, 1 van
f 9000, 1 van f 7000, 1 van f 5000 en 2 prjjzen
van f 3000.
BEMMINUEN, Efte.
Bjj kon. besluit:
is jhr mr W. M. van Weede, afgetreden
minister van buitenlandsobe zaken, benoemd
tot Hr. Ms. buitengewoon gezant en gevol
machtigd minister te Weenen, en tot ridder-
grootkruis in de orde van Oranjê-Nassau-,
is benoemd tot griffier bjj he* kantongerecht
te Purmerend mr. A. G. A. ridder van Rap-
pard, thans kantonr. pl.v. in het kanton Wa-
geningen, advocaat en procureur te Oosterbeek
zyn bjj het Ryksarchiet in Noordbrabant
benoemd tot Rijksarchivaris mr C. C. D. Ebell,
thans commidB bjj dat archief, en tot commieB
F. X. Smits te 's-Hertogenbosch, oandidaat aan
de faculteit van wjjsbegeerte en letteren der
Universiteit te Leuven;
is de luit. t./z. lste kl. jhr. J. C. F. von
Mühlen, geplaatst by Hr. Ma. Militaire Huis,
benoemd tot Hr. Ms. adjudant in gewonen
dienBt
is de heer G. 't Hooft benoemd tot adjunct-
ingenieur der marine;
is benoemd bjj het wapen der inf. van het
of meer uitvoerig de verschillende gebeurte
nissen nagaand, die tot het standje hebben
geleid. Als het uw verlangen is natuurlyk te
handelen, dan zoudt ge met alle macht tegen
de deur duwen, en gillen om een latafel of
een bed of ietB dergeljjks teneinde die tegen
de deur te zetten.
Als ge een koning waart en een party gaaft,
dan zoudt ge niet willen dat ge in een lioek
aan het andere einde van de kamer werd ge
zet zonder iemand anders om mee te praten
dan uw vrouw, terwjjl de gasten u hun rug
toedraaien, en een langen en ingewikkelden
dans uitvoeren zonder zich aan u te storen.
U zoudt willen meedoenu zoudt hun willen
laten begrjjpen dat u de koning bent.
Bjj het acteeren moeten al dergeljjke dingen
overwogen worden. In de opera wordt alles
te recht opgeofferd aan de muziekale eischen.
De ervaren zanger neemt het midden in het
tooneel in en is zorgzaam met zyn hulpmid
delen. Of hjj verontwaardigd is omdat iemand
zyn moeder gedood heeft, of opgewekt omdat
hjj de vjjanden van zyn land gaat bevechten
die BlechtH waohten tot hy met zingen klaar
is, om de stad aan te vallen, hjj laat het
aan den componist over om dit duidelyk te
maken.
Het was ook de meening van Wagner dat
het aohterdoek den operabezoeker ten Blotte
onverschillig zou maken voor de sohilderyen-
musea. Het kasteel op de rots, alleen toe-,
leger in N.-I., tot tweede luit. de oadet L.
Deibei, van de Kon. Mil. Academie;
is benoemd tot direoteur van het post- en
telegraafkantoor te Harlingen E. J. Veldhuy-
zen, thans directenr van het telegraafkantoor
te Alkmaar.
Oost-lndië.
Omtrent de stranding van de Hertog Hendrik
verneemt de Mak. Crt de volgende bijzonder
heden. De Hendrik liep met een tienmjjlsvaart,
en alleen aan het feit, dat het rif geleidelyb
oploop', is het te danken, dat ons oorlogschip
geen averjj heelt gekregen.
De schuld van het ongeval moet geweten
worden aan het verkeerd plaatsen op de zeo-
kaart van een baken. De Hendrik had nl. aan
de Holland om inlichting verzocht hoe de be
wuste baak op de kaart was geplaatst, te weten
aan welke zjjde van het rif. De Holland tele
grafeerde naar Batavia en Batavia antwoordde,
dat het baken aan den westelijken uithoek van
het rif was geplaatst, welke mededoeling door
de Holland werd overgebracht aan de Hendrik.
Op dit schip werd echter begrepen, dat het
baken op den oostelyken uithoek was geplaats*
en toen nu deze bodem het rif wilde ronden
en meende schoon water te hebben, liep het
regelrecht op den steen. Wie of wat de schuld
draagt van deze vergissing, is nog niet gebleken.
Zooals men weet, is de Hendrik er zonder
avorjj van eenige beteekenis at gekomen.
Het Bat. NieuwM. schrjjft het volgende
In het krankzinnigengesticht te Buitenzorg
gebeuren naar het schijnt vreemde zaken. Veel
lekt daarvan niet uit; alles blyft achter dt
muren, de verpleegden kan men uit den aard
der zaak niet hooren, maar tooh dringen nu
en dan klaohten naar buiten door. En bjj hei
groote vertrouwen, dat het personeel van hei
gesticht moet genieten, mogen klaohten bjjv.
over mishandeling niet voorkomen.
Onlangs is in het gesticht doodslag ge
pleegd. Een patiënt, wat lastig van aard, was
uit de zaal gevlucht en werd achtervolgd door
verplegers en bewakers. Hoe het nu precies
gebeurd is, zal later, bjj de behandeling der
zaak voor de rechtbank, wel worden uitgewe
zen. Maar de gevluchte patiënt ia dood. Aan
de eene zjjde van het lichaam waren twee
ribben gebroken aan de andere zjjde éende
milt was gescheurd.
Een inlondsch verpleger is gearresteerd en
verder zal ook tegen een Earopeesoben ver
pleger een vervolging ingesteld worden.
Het zal zaak zjjn, deze perkara belioorljjk uit
te pluizendit geval moge, wat wy hopen, een
uitzondering zyn, doch het had nimmer mogen
voorkomen; het wekt gerechtvaardigden twyfel
aan de keuze van het verplegingspersoneel en
vooral aan het toezicht.
De omstandigheid dat de mishandeling van
den verpleegde te twaalf uur 's middag zou
hebben plaats gehad, terwjjl de politie eerst
's avonds van het gebeurde kennis kreeg,
werpt mede een vreemd lioht op de zaak.
Een streng onderzoek is ook daarom gewenscht.
West-Indfië-
Wjj namen dezer dagen eene uitvoerigs
beschouwing van de .'•urinamer over omtrent
de keuze van een nieuwen gouverneur vac
Suriname, opvolger van mr Lely.
Bljjkbaar was dit gericht tegen eene be
noeming van mr Weaenhagen.
Billykheidshalve dienen wy nu ook wel te
vermelden wat 7 he Nickerie Pionier van 9
Juli 11. schryft over dien candidaat. Dit blad
beweert dat het grootste en het beBt9 deel
van de bevolking der kolonie het een groot
geluk zoude achten, zoo het den heerWesen
hagen nog eens mocht welkom heeten als
gouverneur.
Het blad herinnert aan een feit uit de
advocaten-practjjk van mr Wesechagen in
Suriname, hoe hy in 1869 zoowol voor bet
hoi van justitie als in lager instantie met
schitterend succes de dusgenaamde werkstaking
van arbeiders verdedigde. Ook hierom was hjj
in de kolonie zeer populair.
®H@ERWU§n
To 'sGravenhage slaagde Vrjjdag voo*
handteekenen 1. o. de heer J. H. Wattez van
Middelburg.
Voor het examen Fransch 1. o. is, het
werd nog gemeld in de tweede editie van ons
gankeljjk per ballon, en waarin alle ramen
plotseling en tegelyk verlicht worden, éen
minuut na zonsondergang, terwjjl de maan
langs den benvel snelt met de vaart van een
kampioen-komeet, die prachtige zee die
zich plotseling opent en bet schip verzwelgt
die met sneeuw bedekte bergen waarover de
schaduw van den held heen gljjdt als een drei
gende wolk dat groote oude paleis, bevend
in den wind wat voor behoefte zon de toe
komstige operabezoeker hebben aan Turners
of Corots, wanneer hy voor prjjzen van zestig
cent af een dozjjn schilderyen kan hebben als
die op zoo'n avond voor ons worden ontrold.
Maar missohien was de meest gedurfde
hoop van alles de droom van Wagner dat zyn
operazangers, zyn mooi gegroepeerde koorleden,
ten slotte zouden voldoen aan den smaak van
het publiek voor eerste klas beeldengroepen.
Ik ben niet geheel zeker dat het groote
publiek om beelden geeft. Ik weet niet of
het denkbeeld ook al eens bjj een anarchist is
opgekomen, maar als ik geheime comité-ver
gaderingen had te beleggen voor onzuivere
doeleinden, dan zou ik mjjn kameraden uit-
noodigen samen te komen in de af deeling voor
beelden in een museum, Ik ken geen plek
waar we vrjjer zouden zyn voor spiedende
oogen en luisterende ooren. Enkele uitver
korenen waardeeren echter beeldhouwwerken
die zullen, naar ik meen, zich niet van bun
hartstocht laten afbrengen door het aan
vorig nommer, Vrjjdag te 'sGravenhage ge
slaagd de heer P. J. Koole van Neuzen.
Tot leeraar in de scheikunde aandeH.B. S.
te Delft is door den raad benoemd de heer
N. J. A. Roldanus, thans leeraar te Heerenveen.
Benoemd tot leerares in Hoogduitsche
taal aan het gymnasium te Assen mej. H.
Leopold en tot leeraar in wis- en natnur-
trundiee aardrijkskunde dr A. Eesen.
Bjj kon. besluit is, voor het tjjdvakvan
1 Sep. 1905 tot en met 31 Aug. 1906, benoemd
tot leeraar aan de R. H. B. S. te Groningen
W. G. A Meyer aldaar, en aan dr H. F.
Huisken, op zyn verzoek, eervol ontslag ver
leend als leeraar aan de R. H. B. S. te Bergen
op Zoom.
Ten gevolge van den uitslag van het
onlangs hier te lande gehouden vergeljjkend
examen van adapiranten voor eene plaatsing
op den Hoofdonrsus, worden o. a. de navol
gende onderofficieren, ter opleiding voor den
rang van tweede-luitenant, toegelatena. voor
inf. hier te landeM. W. L. van Alphen, P.
N. Sprayt, N. Feen9tra. H. P. J. de Jongh
H. M. Weeda, W. Sohmoutzigeur, H. A. A.
Sitsen; b. voor inf. in Ned.-Indië: K. M. H.
Karsen, A. H. Clerkx, H. M. O- van Djjk, J.
Hendrikse. voor administratie hier te lande
J. H. van Hoorn, J. A van Beek, J. G. Wille,
W. Weisfeit (voorwaardelijk)end. voor admi
nistratie Ned.-Indië H. H. Maas en J, C. Paul.
LETTEREN "EN KUNST.
Het jongste nommer van de Wereldkroniek,
het geïllustreerde weekblad dat door de firma
Njjgh en Van Ditmar te Rotterdam wordt uit
gegeven, bevat een artikel over de eerste in
Nederland gebouwde onderzeeBohe torpedoboot.
De beschryving van dat op de werf van de
Kon. maatschappjj de Schelde te Vliaain-
gen gebouwde vaartuig wordt toegelicht door
een tweetal kiekjes, het eene voorstellende het
afloopen van de torpedoboot en het andere de
boot zoooIb die, na het afloopen, gemeerd ligt.
Naar de heer Róssing in 't N. v. d. D.
schryft, is Louis Bouwmeester door een kunst
minnend jonkman in staat gesteld onbezorgd
naar Indië te gaan.
De eerste voorstelling, die by te Batavia
geeft, bestaat nit Shakespeare's De Koopman
van Venetie.
Verder zal hjj do bekende stukken van zyn
repertoire spelen. Dan studeert hy nog een
nieuw stuk in van een hem hoog voreerend
auteur, dat hjj tot afscheid zal spelen om
dan naar Indië te verWkk-n.
In de vergadering der algemeene synode
van de Ned. Hervorm kerk werd door prof.
Gooszen rapport uitgebracht over de 47 adres-
een, bjj de vergadering ingediend, die alle ten
doel hebben, dat de synode bepalingen zal
maken, waarin wordt uitgesproken, dat het
lidmaatschap der Staten-Generaal onvereenig-
baar wordt verklaard met de waarneming van
de betrekking van predikant. In enkele adres
sen wordt daarby de uitdrukking gevoegd »nl-
leen by hooge uitzondering". In enkele adres
sen wordt dit uitgebreid tot het verzoek,
om predikanten te verbieden als politieko
agitatoren op te treden, in andere wordt ge
vraagd de goedkeuring van den kerkeraad zjjner
gemeente te eisohen, terwjjl weder anuere dit
willen uitbreiden tot alle takken van volks
vertegenwoordiging. Sommigen willen veran
dering van bet reglement op de kerkoraden,
anderen op dat van de vacaturen. De heeren
M. J. en F. H. van Lennep vragen in een
adres aan de Synode deze adressen niet in be
handeling te nemen, anders te verdagen.
Het rapport raadt aan alle bespiegeling te
laten varen en zich te stellen midden in bet
leven.
Met bljjdschap spreekt de rapporteur het
uit, hoe hooge waardeering van het ambt van
predikant aan de ingediende adressen ten
grondslag ligt Een predikant is niet in de
Tweede Kamer noodig, zoo spreekt het rapport.
Een lid der commissie is voorstander van de
vrjjheid, terwjjl do overige leden eenparig
voorstellen in art. 1 reglement op de vacatures
«en toevoeging te plaatsen de vacature ont
staat mede door het optreden als lid van een
der Kamers der Staten-Generaal, of het zitting
nemen als lid in eenig vertegenwoordigend
lichaam. Vier leden stellen voor als 2de alinea
toe te voegendispensatie van die bepaling
schouwen van opera-zangers in hun verschil
lende zonderlinge costuums.
En zelfs als de tenor altyd voldeed aan ons
ideaal van Apollo, en als de sopraan altjjd
even fee-aehtig was als ze wordt besohreven
in het tekstboekje, dan zou ik er nog aan
twyfelen of dat gemiddeld opera-koor door de
kenners zou beschouwd worden als een goed
koop en mooi substituut voor een bas-relief.
Wat men in een opera-koor in de eerste plaats
noodig heeft, is ervaring Jonge en opge
wonden personen kan de koor-leider niet ge
bruiken. Do bedaarde, fatsoenlijke, jjvengs
he6r of dame, met wat kennis van muziek, dat
is waarschjjnljjk zjjn ideaal.
Wat ik in een koor het meest bewonder is
de eenheid. Alle menscbon uit het dorp
kleeden zich precies eender.
In een oporadorp moeten de meifjes wel te
voren by elkaar komen om die dingen, te
regelen. Er wordt waarschijnlijk een verga
dering belegd
»De bruiloft vau den waarden graaf", zoo
deelt de voorzitster mee, »is, zooals u allen wel
met genoegen zult hebben gehoord, vastgesteld
op den veertienden, 's ochtends te elf uur in
den morgen. Het geheele dorp zal dan te
half elf verzameld zyu om de terugkomst uit
de kerk van de bruid en den bruidstoet af te
waohten, en zal dan gelukwenschen aanbieden.
De getrouwde dames zullen natuurlijk vergeie i
zjjn door hun echtgenooten. Ongehuwde dames