MIDDELBURGSCHE COURANT
Zaterdag
5 Augustus.
N°. 183.
148" Jaargang.
1905.
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon* en Feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor allo plaatsen in Nederland franoo pp., f 2.
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
THERMOMETER EN VERWACHTING.
4 Aug. 8 u. vm. 64 gr., 12 u. 67 gr., av. 4 n 68 gr. F Verwacht: meeBt matige Z.W. wind,
zwaar bewolkte of bettokken lucht, mogelijk regen, dezelfde temperatuur.
Advertentiën20 cent per regel. Bij abonnement veel lager. Geboorte-, dood* en
alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels f 1.50; elke rpgel meer
20 cent. Reclames 40 cent per regel. Groote lotters naar de plaats, die zij innemen.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betredende
Handel, Ngverheid en Geldwezen, is uitslaitend gerechtigd het Algemeeu Advertentie-Bureau
A. DM LA MAR An., N.S. Voorburgwal 366, Amsterdam.
H. C. Beijerman
wordt door ons ten zeerste aanbevolen voor
lid van den raad te VlisBingen.
De stemming in hot tweede district
heeft Donderdag a. plaats.
Middelburg 4 Augustus.
De Kinderwetten.
III.
(Slot).
Na eene korte uiteenzetting der tegenwoor
dige bestraffing en berechting van jeugdige
personen, en na te hebben gewezen op de
fouten van dit strafstelsel schrijft mr Oanei
het volgende
De verbeteringen van het stratreohtstelse]
zjjn dan eindelijk gekomen, de ongunstige
gevolgen van het stelsel waren te tastbaar en
opvallend en uitgewerkt in de tweede Kin
derwet, de wet van 12 Febr. 1901.
Ware het gebruikelijk, een motto boven een
wet te plaatsen, men had, dunkt mg, geen
beter kunnen vinden, dat op zoo schoone wjjze
weergeeft de bedoeling, die bg den wetgever
voorzat, dan het hier volgende citaat van F.
DreyfusDans les questionqui touchent a Cen-
fancela justice n'a plus de répressif quelenom;
son oeuvre n'est pas un oeuvre de chaliment, viais
de protection et de moralisationsa main s'abaisae
non pour punirmais pour relever. (»In aangele
genheden, die de jeugd betreffen, heeft de
Justitie niets van een straffende macht, dan
den naam alleen; haar taak is niet te kastij
den, maar te beschermen en te verheffen
haar hond daalt, niet om te tuchtigen, maar
om op te richten").
Ziehier het beginsel, waarvan deze wet uit
gaat en dat zjj tracht te verwezenlijken. Haar
bepalingen zal ik achtereenvolgens bespreken,
ter nadere toelichting van dit beginsel.
Al dadelgk is vervallen de verdeeling der
kinderen, naar gelang zjj jonger of ouder dan
10 jaar zjjn. 't Maakt toch zoo weinig verschil,
oi een kind iets jonger of ouder is. Kan een
negenjarige dreumeB het si of niet geoorloofde
zjjnez handelingen niet beseffen, dan kan zjjn
twaalfjarig vriendje dit evenmin. Voor het
strafrecht bljjven zjj kind tot hun 18-jarigen
ouderdom. Eerst dan wordt men geacht de ge
volgen zjj nor handeling rjjpeljjk in te zien en
te overwegen. En is men zelfs dan daartoe
niet in staat, alsdan volgt ook op ouderen
leeftjjd geen veroordeeling. Immers «niet straf
baar iB hg", bepaalt onze wet, »die een feit
begAat, dat hem wegenB de gebrekkige ont
wikkeling of ziekeljjke atoring zjjuer
deljjke vermogens niet kan worden
kend". Omgekeerd kan een jongmensch
den 18 jaar zóó vroeg geestelijk ijjp zjjn, dat
hjj klaarblijkelijk goed begrepen heeft het
ongeoorloofde zgner handeling. De rechter
dan zulk een beklaagde, mits minstens 1(5 jaar
oud, de gewone op het gepleegde feit gestelde
strat opleggen, met uitzondering van hechte-
nisstraf. Deze Btrai kan nimmerop strafrech
telijk minderjarigen toegepast worden.
Behalve deze vrjjheid van beweging, verkrjjgt
de rechter een nog veel grootero. Hg behoeft
voortaan niet meer te vragen, welke strat staat
op dit en dat feit. Hg vrage zich slechts af,
welke maatregel is, in het belaag van het
kind, de meest gewenschte. Binnen de ruime
grenzen, door de wetgosteld, kan de reohter
zich, bjj de beantwoording dier vraag vrg be
wegen.
Opdat de rechter in staat zjj, die vraag naar
zjjn beste weten te beantwoorden, dienden op
een ander gebied van het strafrecht verbete
ringen aangebracht te worden: in het straf
proces. In 't algemeen velt de rechte* zjjn
vonnis, nadat hg den beklaagde, zoowel als de
getuigen wanneer die er zjjn, op de openbare
terechtzitting gehoord heeftde laatste kun
nen door hun getuigenis den beklaagde be
zwaren, (getuigen d charge noemt men ze) of
wel ontlasten décharge). De verklaringen
der getuigen loopen gewoonlijk over deze
vragenis het ten laste gelegde feit gepleegd
en, zoo ja, is het bedreven door den beklaagde?
Hoe de dader tot zjjn daad gekomen is, door
verkeerd voorbeeld of slechte opvoeding, hier
naar behoeft niet opzettelijk geïnformeerd te
worden. En deze gegevens zjjn voor de juiste
booordeeling van het bedreven feit en voor de
op te leggen straf, van zoo groot gewicht!
Daarom is thans o. m. het volgende voorgo-
iis gehouden, dan behoeft hg niet meer, zoo
als tot heden, opgesloten te worden in het
huis van bewaring, maar kan hg haar onder-
in het huis,'door zjjn ouders of voogd be
woond, of op een andere daartoe geschikte
plaats. Bjj het bevel tot voorarrest zullen
alsdan zoodanige bepalingen worden opgeno
men, als noodig geoordeeld worden voor de
richtige uitvoering daarvan en tot behoorljjk
toezicht op den gedetineerde.
Waar ook het voorarrest ondergaan wordt,
steedp hebben zjjn ouders of voogd toegang tot
den minderjarige en zjj kunnen hem, behoudens
het vereischte toezicht, alleen spreken. Ook
aan zjjn raadsman is deze bevoegdheid ver
leend; wat mr Canes van onschatbaar nut
acht.
De rechter-commissaris is in zulke zaken
verplicht zooveel mogeljjk inlichtingen in te
winnen, en hoort getuigen, door ouders en
voogd opgegeven o. a. patroons, vrienden en
buren van den jeugdigen beklaagde.
Is het vooronderzoek gesloten, dan dient in
den regel de officier van justitie de stukken,
houdende een nauwkeurig verslAg van alle
verhooren, die ten overstaan van den rechter
van instruotie hebben plaats gehad, bjj de
rechtbank in, met de vordering, de zaak naar
de openbare zitting te verwjjzen. Ook in dit
stadium der zaak is een belangrjjke wjjziging
aangebraoht. Al staat volgens de stukken de
schuld van den jeugdigen beklaagde nagenoeg
vast, dan nog mag de rechtbank hem te dier
zake buiten vervolging stellen, indien zjj zulks
om Tedenen van algemeen belang raadzaam
acht, of van oordeel is, dat de beklaagde niet
behoort gestraft te worden. Door dit bevel
wordt hem de verdere behandeling der tegen
hem ingestelde strafvervolging bespaard. Zjj
zou slechts een noodelooze kwelling zjjn ge-
weeBt, daar de zaak tooh zonder straf voor hem
zou aigeloopen zjjn.
Verwgst de rechtbank de zaak naar de zit
ting, dan wordt zjj verder gewoon behandeld,
met dit groote en belangrjjke verBohil nochtans,
dat de zitting niet openbaar is.
De niet-openbaarheid der zitting sluit niet
in zich, dat niemand de behandeling der zaak
mag bgwonen. Ingendeel, de president kan
belangstellenden bjjzonderen toegang tot de
zitting verleenen verder moet hg daartoe op
roepen de ouders of den voogd van den jeug
digen beklaagde. Zjjn deze tegenwoordig, dan
worden zjj in de gelegenheid gesteld, tegen
elke afgelegde getuigenis in te brengen wat
tot verdediging van hun kind of pupil kan
strekken. Ja, zjj worden zelfs, evenals de
meester en een of meer onderwjjzers var
beklaagde, als getuige gehoord, tot het geven
van inlichtingen omtrent die punten, waarom
trent zjj reeds in de instruotie gehoord kunnen
zgn.
Eindeljjk wordt het vonnis geveld. Toege
rust met de wetenschap van vele en velerlei
dingen ter zgner kennisse gebracht door ouders
en opvoeders, alsmede door de ingewonnen
inlichtingen van den rechter van instructie,
is de strafrechter, beter dan voorheen, in staat,
een alleszins juist oordeel uit te spreken.
Heeft de rechter uit alles den indruk ge
kregen, dat straf hier zou misplaatst zjjn, en
zeker in verkeerde richting zou werken, dan
kan hg den beklaagde, mits nog geen 16 jaar
oud, zonder eenige straf laten heengaan, of,
zooals onze wet dit noemt, «hem aan zjjn
ouders of voogd teruggeven". Aan dezen de
taak, hun kind of pupil het verkeerde zgner
handeling te doen inzien, hem daarvoor op
verstandige wjjze te bestraffen, en door wjjs
beleid te zorgen, dat hun jongen nimmer moer
op het zondaarebankje behoeft plaats te nemen,
Zjjn de ouders of voogd daartoe onmachtig of
onwillig, of is het plegen van het feit juist
toe te Bchrjjven aan de gebrekkige opvoeding
perzorging van den jeugdigen dader, dan
kan lig «ter beschikking van de regeering ge
steld worden." Gestraft wordt hg dan even
min het is niet in de eërste plaats zgn
schuld, dat hg zich misdroeg, maar veeleer de
aohuld van zjjn opvoeder.
geschieden, wanneer daartoe gegronde redenen
aanleiding geven, dat zjj vroeger eindige
voorwaardelgk of onvoorwaardelijk. De voor-
waardeljjk ontslagene bljjlt onder toezicht van
regeeringswege tot zjjn 21ste jaar. Misdraagt
hjj zich in dien tjjd, dan wordt het ontslag
ingetrokken.
Ook bestaat de mogeljjkheid, dat hg, die in
een rijksopvoedingsgesticht geplaatst is, later
wordt toevertrouwd aan een particuliere ver-
eeniging, en omgekeerd. Vooral het goede of
slechte gedrag van den verpleegde zal tot die
overplaatsing aanleiding kunnen geven.
In de regeling van deze aangelegenheid lig
gen wederom twee belangrjjke veibeteringen.
Ten eerste belast de Staat zich niet meer uit
sluitend en alleen met de dwangopvoe-
d i n g (aldus noemt men de opvoeding, op last
van den strafrechter verstrekt). Naast zjjn
'jjksopvoedingsgestichten, laat hg toe opvoeding
in particuliere gestichten en in het gezin. En
dit is ten zeerste goed te keuren *Im mors het
kan niet andera, of alles wat van den Staat
uitgaat, moet tot in de kioinBte bijzonderheden
gereglementeerd zjjnhot leent zich allerminst
tot oen zich aanpassen en schikken naar de
omstandigheden. Dit moet zeer nadeeligwer-
daar ieder kind een opvoeding vereischt,
overeenkomstig zjjn karakter en aanleg. Al
gemeen gestelde regelen hebben hier groote
kans te falen. Particuliere vereenigingen
kunnen beter in toepassing brengen het systeem
van geven en nemen, en kunnen gemakkelijker
rekening houden mot de persoonlijkheid van
ieder hunner verpleegden, vooral, wanneer
deze in bet gezin uitbesteed worden.
De tweede vorbetering is de verschuiving
van het einde der dwangopvoeding van 18 naar
21 jaren.
Aan ieder beklaagde, die op deD dag van
zjjn eerste terechtstaan den leef tjjd van 18 jaar
nog niet bereikt heeft, wordt, onverschillig, of
hjj al dan niet in verzekerde bewaring wordt
gehouden, een raadsman, d. i. een advocaat,
toegevoegd. Wordt hg in voorloopige heebte-
Wat nu wil zeggen »ter beschikking van de
regeering stellen." De wet zelve geeft het
antwoord. De regeering 'belast zich verder
met de opvoeding van den knaap, en neemt
de taak van zjjn ouders oi voogd over. Hg
wordt óf geplaatst in een rgksopvoedingsge-
sticht, ót toevertrouwd aan een vereeniging,
aan wie, volgens de eerste Kinderwet, voogdg
kan opgedragen worden. Blgkens schriitelgke
verklaring van het bestuur moet zulk 'n ver
eeniging zich onderworpen hebben aan van
regeeringswege gestelde voorwaarden, betref
fende maatregelen ten behoeve van gezondheid,
zedelgkheid, schoolonderwgs en vakonderricht
harer pupillen. Hiertegenover krggt zg, des-
verlangd, genot van Bubsidie van staatswege.
De aldus verstrekte opvoeding duurt in
regel tot het 21e jaar van den verpleegde, ten-
zg beBohikt worde, wat ten allen tgde kan
Niet altgd komt de ter beschikking van de
regeering gestelde er zoo gemakkelgk at-
Heeft hg een zoo erifrtig misdrgf bedreven,
dat daarop een straf van minstens drie jaar
gestold is, dan kan de rechter hem, naast de
dwangopvoeding, een gevangenisstraf van ten
hoogste tien jaren opleggen. Levenslange ge
vangenisstraf iB dus uitgesloten,
Die strat wordt echter eerst ondergaan,
wanneor de dwangopvoeding voltooid is, dus
op egn laatst op 21 jarigen leeftgd. Ik vermoed
dat deze bepaling op menigen lezer een
vreemden indruk zal maken. De straf moet
juist overbodig zgn, wanneer de opvoeding
het gewenschte oplevert. En wat prettig
vooruitzicht zal die verpleegde al die jaren
met ziek ronddragen, een vooruitzicht, zooals
de volksmond het uitdrukt, op cen tgd lang
'kosteloos logies in het hotel de houten lepel.
NochtanB, onze wetgever bezigt juist dit
vooruitzicht als een prikkel ten goede, als
middel, om den verpleegde steeds op het goede
spoor te houden, 'tls nl. niet noodzakelgk,
dat de dus uitgesproken straf ondergaan zal
worden. 'tLigt grootendeels in de maohtvan
den veroordeelde zelf, daaraan te ontkomen.
De minister van juBtitie toch heeft de bevoegd
heid, (en het is te wenschen, dat hg daarvan
een ruim gebruik zal maken), de tenuitvoer
legging der straf op te schorten, wanneer de
veroordeelde zich gedurende den geheelen
duur der dwangopvoeding goed gedragen heeft.
Er beBtaat dan groote kans, dat die opvoeding
een zegenrjjken invloed op hem heeft geoefend,
mag daarom terstond de groote maat-
Bchappjj ingaan, mits voorwaardelijk. Gedraagt
hg zich daar ordentelgk en komt hg na alle
voorwaarden, in zgn verlofpas uitgedrukt, dan
wordt de straf aan hem niet voltrokken. Opdat
echter de mogelijkheid, haar nog eens te
moeten ondergaan, niet zgn leven lang als een
zwaard van Damooles boven zgn hoofd bljjve
i, wordt de straf hem geheel kwjjt ge
scholden, wanneer Bedert de Bchorsing der straf,
zoo veel tgd is verloopen, als de duur der
uitgesproken straf is in elk geval, wanneer hg
den 25jarigen ouderdom bereikt heeft.
Doze bepaling, die verborgen ligt onder een
groote reeks van niet altgd duidelgke artike
len, verdient wel een nadere beschouwing.
Hierdoor toch is voor ons recht, gedeeltelik
althans, ingevoerd de «voorwaardelgke
v e r o o r d e e 1 i n g" of, zooals de wet het
nauwkeuriger uitdruktde voorwaarde! gke op
schorting van de tenuitvoerlegging der straf.
Gjj kent waarschijnlijk wel het gronddenk
beeld der voorwaardelijke veroordeeling »Zjj
is de onuitgevoerde strafbedreiging. Het straf
rechtelijk vonnis wordt gewezen, maar vol
trokken wordt het eerst, wanneer binnen ze
ker tijdsverloop do dader opnieuw een vergrjjp
pleegt. Niet wanneer hg, van straf vrijgelaten,
naar behooren zich gedraagt." Zg vormgdt
derhalve de straf met al haar nadeelen, en is
daardoor een bruikbaar en krachtig middel tot
beteugeling der misdadigheid. Immers de
wetenschap, dat, zoo hg zich andermaal miB
draagt, hg, behalve de dan verdiende, de reeds
opgelegde straf nog te ondergaan heeft, houdt
den voorwaardelgk veroordeelde doorgaans in
goed spoor.
Alleen voor jeugdige veroordeelden derhalve,
wordt dit hoogst nuttige leerstuk wet. De
tgd schjjnt echter niet meer verre te zgn, dat
voor ons strafrecht in zgn geheelen om
vang zal ingevoerd worden.
Behalve de reeds gestelde mogelijkheden be
staat er nog een derde. Is de rechter overtuigd,
dat de daad van den beklaagde is toe te
schrjjven aan zgn moedwilligheid en doortrapt
heid, dan zal hg hem in dit geval straffen,
omdat hg dan straf verdiend heeft. Maar dan
ook wordt beter voor zgn belangen gewaak'
dan vroeger. Plaatsing in gevangenis of in
huis van bewaring (hechtenis) is geen geschikte
straf, allerminst voor wie nog jong zgn. Wordt
de gevangenisstraf in eenzame opsluiting on
dergaan wat het geval iB bg kinderen boven
14 jaren, en voor ten hoogste vgt achtereen
volgende jaren, dan pleit zg tegen ziohzelve.
Zoo schrgft de hoofdinspecteur der gevange
nissen, een bg uitstek deskundigeLange
eenzaamheid sloopt het kind maar al te dik-
wgls zedelgk en lichamelgk. Het kind, dat
voor ontwikkeling van geest en lichaam licht
en lucht noodig heeft, kwgnt in de oei en
vervalt tot voor geeBt en lichaam nadeelige
onhebbelgkheden". Wordt de vrgheidsstraf
ondergaan in gemeenBchappelgke opsluiting
wat steedB het geval is uiet de strat van hech
tenis, en met gevangenisstraf voor kinderen
beneden 14 jaar dan zgn haar nadeelen nog
grooter en talrijker. De opgeslotene verkeert
dag aan dag in een gezelschap, verschillend,
meest van verdacht allooi. Hg maakt daar
kennis met meer verstokte en doortrapte boos
wichten, die hem, den beginneling, wellicht
berouwvol en boetvaardig, niet zullen
Bterken in zgn goede voornemens. Daar zal hg
ingewgd worden in de geheime kunsten, toekene
en taal van het vaste gilde der misdadigers.
En deze straf moet dienen tot verbetering 1
Gebroken is daarom met de vrgbeidsbene-
ming van jeugdige personen in gevangenis
huis van bewaring. Zg is vervangen door twee
andere straffen: plaatsing in een tuchtschool
en berisping. De derde in het W. v. Sr. be
kende straf: de geldboete is gehandhaafd.
de keuze van een dezer drie straffen,
moet de reohter voornamelgb letten op den
leeftgd der beklaagden, al of niet 14 of 16
jaar oud en op het meer of minder ernstige
karakter van het gepleegde feit. De bgzondere
regeling daarvan zal ik den lezer besparen.
Wie lust gevoelt, baar te leeren kennen, sla
de wet op, en leze haar daar.
ThanB rest nog, iets te zeggen omtrent
de bovengenoemde straffen. In de eerste
plaats de berisping. Bg misdrgven wordt zg
slechts toegepast op kinderen beneden 14 jaar,
overtredingen op alle strafrechtelgk min
deTjarigen, die voor het eerst tereoht staan.
Werd dezelfde beklaagde binnen de twee
laatste jaren nog aan een ander feit schuldig
verklaard, dan kan ook een andere straf opge
legd worden.
Wat de berisping is, en wat zg beoogt, ligt
voor de hand. Onze wet zegt, dat zg bestaat
>in een vermanende toespraak tot den veroor
deelde, in verband met het gepleegde feit."
wordt toegediend in een niet-openbare
terechtzitting, zoodra mogelgk na het uitspre
ken der veroordeeling.
De tot deze straf veroordeelde komt er duB al
heel gemakkelgk af. Een kleine boetpredikatie
en hg kan gaan. Men verwacht natuurlgk
dat de rechter zulke woorden zal weten te
vinden, die op het jonge gemoed een blgven-
den indruk zullen maken en hem voortaan van
het kwade afhouden. Of dit door de enkele
berisping te bereiken is, valt te bezien. Twgiel
dienaangaande is geoorloofd, ook naar het in-
zieht van den wetgever. Daarom kan de rech
ter, bg het vonnis tot berisping, een proeftgd
van óód tot twee jaren voorschrgven, binnen
wolken de veroordeelde zich goed gedragen
moet Laat hg dit na, en maakt hg zieh in
dien tgd opnieuw aan eenig Btratbaar feit
schuldig, zoo wordt hg geplaatst in een tucht
school voor den duur, bg het vonnis voorat
bepaald. Deze plaatsing kan echter opgeschort
worden, indien het gepleegde feit van geringe
beteekenis (overtreding) is.
Meer nog dan de berisping zal deze foor-
waardelgke veroordeeling tot tuchtschoolstraf
onmiddelgk tot den schuldige Bpreken en hem
een prikkel zgn, zich van verdere vergrgpen
te onthouden.
Naast de berisping, komt de geldboete in
aanmerking. Eenige tegen deze straf bestaande
bezwaren zgn uit den weg geruimd, alweder
om haar waarde te verhoogen. Terwgl in het
W. v Str. op oen misdrgf zelfs een bo6te van
10.000 gulden is gesteld, kan een jeugdig be
klaagde nimmer veroordeeld worden tot een
boete, die het bedrag van negentig gulden
over8chrgdt. Deze grens is zoo laag gesteld,
omdat het wensehelgk ia dat de veroordeelde
e 11 zgn boete betale. Hg gevoelt dan hot
leed des te sterner.
Van grooter belang zgn de volgende nieuwe
bepalingen. Weigert de veroordeelde zgn boete
te betalen, dan word zg tot nu toe immer
vervangen door hechtenis, welker duur aihangt
van het bedrag der boete. Thans is dit anders,
voor zoover jeugdige personen betreft. Voldoet
een hunner vrgwiiiig zgn boete niet, dan
wordt hiervan aan zgn patroon kennis gegeven.
Deze is dan verplicht zoolang de boete niet
ten volle is betaald, aan do daartoe aange
wezen autoriteit, wekelgks of maandelgks, de
door haar bepaalde som te voldoen, ten hoogste
tot het door hem verschuldigde loon. De grootte
van het wekelgksche of maandelgksche bedrag
zal ongeveer gelgk zgn aan het zakgeld, dat
in het gewone geval de veroordeelde van zgn
loon voor zich mag behouden.
Bestaat er echter geenerlei mogelgkheid, om
de boete te innen, dan moot zg wol door oen
andere strat vervangen worden. Deze vervan
gende straf zal nu nimmer moer zgn hechtenis,
wegens haar scbadelgk karakter voor jeugdige
personen, moArplaatsing in een tuchtschool
Hiermede zgn wg gekomen tot- de dor
de en voornaamsto strafdo tuchtschool.
Zg kan in drie gevallen toegepast worden
lo. als hoofdstraf, met cen duur van ton minste
ión maand tot ton hoogsto óóo jaar, naar ge
lang van den ouderdom van den veroordeelde
en van het meer of minder ernstige van het
bedreven feit; 2o. als vervangende strat bg
met betaling der booto, of bg mot uitlevering
der verbeurdverklaarde goederen, on niet-
voldoening van het bedrag, waarop zg geschat
zgn, met een duur van ëón tot vier weken,
en emdelgk 'o. in het navolgende geval.
Heeft hg, die de ouderlgke macht of voogdg
uitoefent, gewichtige redenen van misnoegen
over het gedrag van zgn kind of pupil, is het
niet »klein te krggen", dan kan hg, ton einde
raad, de hulp der justitie inroepen en haar
verzoeken, het weerbarstig kind voor een tgdje
aohter slot en grendel te zotten. Van dit mid
del werd voorheen weinig gebruik gemaakt,
omdat het kind toen geplaatst werd in een
huis van bewaring, waar het niet thuiB
behoorde en welke maatregelen eer het tegen
deel van het gewenschte gevolg opleverde
ra omdat de kosten, daaraan verbonden, uit
slaitend ten laste van den verzoeker kwamen,
wat voor dezen doorgaans te bezwarend was.
Thans wordt zulk een ongezeggelgk kind in
de voor dit doel meer geschikte tuchtschool
geplaatst en is de rechter bevoegd te gelasten,
dat de koBten geheel voor rekening van den
Staat komen. De Staat tooh heeft er het
grootste belang bg, dat het kind nog te juiB-
ter tgd op den goeden weg gebracht wordt,
opdat hg niet later zich zgner moet aantrek
ken, maar dan, door plaatsing in een
gevangenis.
De verzoeker blgft altgd meester, om den
in het bevel tot opneming in een tuchtschool
bepaalden tgd te verkorten, daar de «vastzet
ting" een tuchtmiddel ia, uitsluitend hem toe
komend. Wil hg den gestelden termgn ver
lengen, dan moet hg opnieuw een verzoek tot
plaatsing indienen.
Het laatste hoofdstuk van dit, weêr hoogst
nuttig, volksgesohrift is, zooals wg reedB
meedeelden, aan die scholen gewgd.
De schrgver besluit zgn in z'n geheel zeer
lezenswaardig gesohrift als volgt
Oi de geheele wetgeving ten opzichte van
het verwaarloosde en misdadige kind het
gewenssht gevolg zal bereiken, hangt voorna-
melgk af van de juiste uitvoering der
Kinderwetten. Vele en onderscheidene perso-
hebben daartoe het hunne bg te dragen:
ouders, voogden, familie, onderwgzers, rechters
en ambtenaren der hier besproken inrichtingen,
en niet het minst het groote publiek, waaruit
gekozen zullen worden de voogdgraden en de
besturen der liefdadige vereenigingen, waaraan
gestichten-voogdg kan opgedragen worden. De
wetgever heeft, door het vaststellen dier wet
ten, het z g n e gedaan, en daardoor metterdaad
bewezen, dat onze eenw staat «in het teeken
van het kind".
Ten slotte oen meer algemeene opmerking
oizerzgdB.
Wg hebben reeds meer dan eenmaal de aan
dacht van onze lezers gevraagd voor deze
geschriftjes, door de Maatschappij tot nut van
V algemeen uitgegeven.
Kan men toch in de, en speciaal in de
Zeeuwsche, departementen niet wat meer
meewerken om die gesohrilten te verspreiden
en daardoor bekend te maken
Zgn wg goed ingelicht, dan is men van het
bestaan dier werkjes nog te weinig op de
hoogte.