OUDERWIJS,
Verschillende Berichten.
LETTERENDEN KUNST.
RECHTSZAKEN,
station aldaar dit jaar ter verzending naar
België aangevoerd niet minder dan 8.171 000
K G aardappelen.
Op de voordracht ter benoeming van een
ondervrjjzer aan een openbare school te Vrgen-
ban komt voor de heer W. van Hekken te
Oost- en Wei t-S ouburg,
Bjj kon. besluit is aan de gemeente
K a p e 11 e ter behoorljjke inrichting van haar
lager onderwijs, boven de bjjdrage, bedoeld in
art. 45 der onderwijswet, een subsidie verleend
van 2700.
Euterpe te 's Gravenhage geeft 19 Januari
een concert, het 53ste, waarop, behalve de
concertzanger Adelin Fermin, als solisten op
treden de werkende leden mej. Nelly Stutter-
heim, viool, en de heer D Ljjsen, violoncel.
De heer Van 't Krujjs te Groningen heeft
den knoop doorgehakt en aan de directie van de
Harmonie eervol ontslag gevraagd met ingang
van 1 Mei 1905.
Het nieuwe tooneelspel van Herman
Hejjermans Jr, waarvan tegen Kerstmis bjj de
Eed. Tooneelvereeniging de eerste voorstelling
zal gaan, heet Allerzielen.
Ook van doctor Juris is dezen winter een
nieuw tooneelspel te wachten.
Arrondissements-Rechibank te Middelburg.
BEN ONTROUW AMBTENAAR.
Voor bovengenoemde rechtbank had zich
heden te verantwoorden de 31-jarige J. J.,
zonder beroep, geboren te Middelburg, wonende
te Koudekerke, thans gedetineerd in het
huis van bewaring alhier.
Hem werd ten laste gelegd dat hjj te Mid
delburg, terwjjl hg aldaar rgksklerk op het
kantoor der registratie burgerlgke akten
was en in die betrekking stempels om zegels
te stempelen onder zgn bereik had, door weder-
rechtelgke gebruikmaking van voormelde echte
stempels, te kwader trouw heeft vervaardigd
op verschillende data een aantal van rgkswege
uitgegeven zegels, zulks met het oogmerk die
zegels als echt en onvervalscht te gebruiken
of door anderen te doen gebruiken.
Volgens de dagvaarding had beklaagde op
het kantoor der registratie gerechtelgke
akten aangeboden of doen aanbieden vellen
papier om te worden gezegeld met een zegel
van verschillend bedrag en vervolgens, nadat
de voor dat zegelen verschuldigde bedragen
betaald waren, na terug ontvangst dier papie
ren, voorzien van het stempel, bestemd tot het
stellen van den 2den stempel van het buiten
gewoon zegel, onder bjj voeging an bulletins,
waarop vermeld stond te wiens name en tot
welke bedragen die papieren moesten gezegeld
worden, teneinde die op het kantoor der regi
stratie burgerlgke akten te kunnen laten
zegelen, op laatstgenoemd kantoor te kwader
trouw, met wederrechtelijke gebruikmaking
van de, onder zjjne berusting zjjnde, echte ze
gelstempels, gezegeld met zegels van grooter
waarde f 10.— 9.J 8 7.— 6.
ƒ5- t 4._ 3._ f 2 - 1 - en 0.50
met het oogmerk om die aldus door hem
gezegelde papieren als echte en onvervalschte
van rgkswege uitgegeven zegels te gebruiken
of door anderen te doen gebruiken.
In deze zaak waren vanwege het openbaar
ministerie negen getuigen gedagvaard.
Als verdediger was aan den beklaagde ambts
halve toegevoegd de heer mr. F. B. Evers,
a'*vokaat te Middelburg,
Een vrjj talrjjk publiek woonde de berech-
t;"ig lezer zaak bjj.
Na voorlezing van het bevel van verwjjzing
en van de aanstelling en het ontslag van den
beklaagde, werd overgegaan tot het getuigen
verhoor
De eerste getuige, J. G. Meinesz, ontvanger
der registratie b. a. te Middelburg, verklaarde
dat J. 1 Jan. 1897 was aangesteld op een
jaarwedde van f 450, dat successievelijk is ge
stegen tot 675.
De werkzaamheden van beklaagde bestonden
o. a. in het stempelen der ter zegeling aan
geboden papieren.
Getuige gaf een overzicht hoe de techniek
van de zegeling in elkaar zit.
De ter zegeling aangeboden stukken worden
gestempeld ten kantore van den ontvanger
g. a. met de woorden »te zegelen", terwjjl dan
den aanbieder wordt verstrekt een bulletin,
waarop vermeld is het betaald bedrag en de
waarde der te zegelen stukken.
Volgens dat bulletin wordt op het kantoor
van den ontvanger b. a. lïet waardestempel op
het papier gedrukt.
Het hoogste waardestempel ten kantore te
Middelburg is 1moet een papier bjjv. ge
stempeld worden met 10, dan worden er tien
stempels van 1 op gedrukt. Een dergeljjk
gestempeld papier kan in Den Haag worden
verwisseld voor een van 10 in droog stem
pel, ook kan men zoodanig stuk te Middelburg
omwisselen tegen papieren van minder waarde.
Getuige heeft nooit gemerkt dat er mis
bruik van de stempels* werd gemaakt Dat
moet geschied zjjn op oogenblikken dat hjj
niet op het kantoor aanwezig was, want de
stempels waren onder berusting van J.
Op 15 Nov. 1901 zgn op het kantoor geze
geld 100 stuks papier met een stempel van
ƒ0.05, 21 Jan. 1902 21 stuks ad 0.25 en 14
Mei 13 stuks ad 0.05.
Getuige is met een wachtmeester der ma
rechaussee te Vlissingen ten huize geweest van
beklaagde en heeft daar gevonden twee zegels,
die te 's-Gravenhage waren overgestempeld.
Dit gebeurde 23 Jan. 1903,
Toen heeft beklaagde aan getuige bekend
wat hg had gedaan.
De twee zegels waren bemorst en beklaagde
zeide dat hg dit gedaan had om ze, zonder
achterdocht te wekken, te kunnen verwisselen
tegen zegels van minder waarde.
r »a
Op een vraag van den ambtenaar van het
openbaar ministerie verklaarde getuige nog dat
het te zgnen kantore gehouden register elke
maand werd gecontroleerd met dat van zgn
ambtgenoot voor de g. a.
De volgende getuige J M. Goestor, ont
vanger der registratie g. a. te Middelburg,
verklaarde dat hg in den loop van dit jaar
alhier ontvanger is geworden. Hg heeft in het
register van zgn ambtsvoorganger nagezien ox
de bulletins, thans ter terechtzitting aanwezig,
met dat register sluiten. Dat is het geval.
Ook deze getuige gaf inlichtingen omtrent
de techniek, die geheel overeenstemden met
die van den vorigen.
C. van Rossum, controleur van het buiten
gewoon zegel te 's Gravenhage, de derde
getuige, deelde mede dat op het kantoor van
het buitengewoon zegel te 's Gravenhage meer
malen ter omwisseling zgn aangeboden zegels,
in Zeeland in blauw gestempeld.
Bg het nazien der registers is hem gebleken
dat o. a. zegels ter omwisseling zgn aan
geboden door zekeren Van Mgnsbergen en
zekeren Boogaartdit geschiedde in 1902 en
1903.
De beklaagde verklaarde nu dat hg door
dezen of genen papieren liet zegelen op het
kantoor voor g. a. en die dan met een te hoog
stempel bestempelde. De zoo gezegelde papie
ren zond hg naar Den Haag om die daar te
verwisselen tegen papier, voorzien van het
zgn. droogstempel, omdat die stukken gemak-
kelgker van de hand konden worden gezet. Hg
zond die zegels daartoe aan zgn zwager in
Den Haag.
Als hg die zegels uit Den Haag terug ont
vangen had. gaf hg ze in bewaring bg den
notaris Wisboom Verstegen als onderpand.
De voorzitter wees beklaagde er op dat dit
slechts tweemaal gebeurd is.
Deze zeide dat hg ook slechts twee of drie
maal in Den Haag heeft laten verwisselen.
Van zes stuks, die hg in Juni 1904 heeft
verwisseld, zgn er twee gedeponeerd bg de
rechtbank ea vier in handen van zekeren
Hubrechtsen.
G. ter Meulen, commies ter gemeente-se
cretarie te Middelburg, deelde mede dat hg
belast is met de zaken van den burgerlgken
stand en dat hg daarvoor elke week bladen
papier moet laten zegelen, voor uittreksels
uit de registers. In den regel heeft hg daar
van elke week een vgftig in voorraad.
De boden laten geregeld die stukken zegelen.
Dit deed ook wel eens Jobse, wien getuige dit
had verzocht. Dit is twee of drie maal ge
beurd, zeide getuige.
De voorzitter wees hem erop dat in de
instructie door hem is verklaard dat des Vrg-
dags of des Zaterdags de beklaagde bg hem
kwam vragen of er zegels noodig waren.
De getuige zeide dat dit slechts twee of
drie maal is gebeurd.
De eerste maal vroeg J. of bg iets te zegelen
had. Hg had een zegel van 7.50 en dat
wilde hg inwisselen tegen zegels van minder
waarde. Getuige vond dit goed omdat hjj
hem wilde helpen. Hg gaf hem 10 stuks
papier mee en betaalde aan beklaagde het
volle bedrag van 7.50.
Iets dergeljjks heeft zich nog twee keer her
haald. Toen echter vertoonde beklaagde hem
niet de zegels, die hg wilde verwisselen.
Getuige werd een bulletin vertoond, gedag-
teekend 16 Nov. 1901, voor het zegelen van
100 stuks papier ad 0 05 en een dergeljjk
bulletin, dd. 14 Mei 1902, voor 13 stuks ad 0 25
Getuige verklaarde daarvan niets te weten
en ook geen ander last te hebben gegeven
dergeljjke stukken voor hem te laten zegelen.
Beklaagde verklaarde wel te hebben laten
zegelen op een anders naam en dikwjjls ge
bruik te hebben gemaakt van den naam van
den getuige.
Getuige verklaarde nimmer argwaan te heb
ben gehad dat er met de zegels iets niet in
orde was. Hjj had daar nooit over gedacht.
De ambtenaar van het openbaar ministerie
vroeg den getuige nog nadere inlichtingen,
doch deze bleef er bjj dat hjj nimmer achter
docht heeft gekoesterd.
A. D. Littooy, boekdrukker te Middelburg, de
vjjfde getuige, verklaarde dat hjj wel eens formu
lieren voor den burgerljjke stand drukte voor
den beklaagde. Hg heeft een tweehonderd
zegels bedrukt, die beklaagde hem op éen dag
brachtdie zegels werden afgeleverd 3 October
1901.
De beklaagde gaf dit toe. Hg had die pa
pieren een dag of tien te voren laten stempe
len.
Dezelfde stukken heeft hjj 19 Nov. en 12
Dec. 1901 laten overzegelen.
De zesde getuige, D. Wisboom Verstegen,
notaris te Middelburg, deelde mede dat be
klaagde, die hjj wist dat werkzaam was op
het kantoor van den heer Meinesz, hem twee
malen zegels heeft ter hand gesteld.
5 October 1901 is beklaagde bg hem geko-
men met een bedrag van f 75 aan zegels,
formulieren voor extracten uit de registers
van den burgerlgken stand.
De beklaagde zeide hem dat hjj zich ver
gist had in de zegeling en daarmede in de
war zat. Zgn opdrachtgever wilde geen blauwe
zegels hebben.
Later heeft hjj de zegels teruggehaald en
het bedrag, dat getuige hem had voorgescho
ten, teruggegeven.
Den 2 Nov. 1903 kwam beklaagde weer bg
hem, toen met een bedrag van 195 aan
zegels.
Eerst wilde getuige niets van een leening
weten, doch eindeljjk gaf hg gevolg aan het
verzoek.
Getuige heeft aan bekl. meermalen gevraagd
de zegels tegen terugbetaling van het bedrag
terug te nemen. Deze bleef daarin echter in
gebreke.
Door getuige is slechts «en der zegels ge
bruikt.
Toen bekl. voor de tweede maal bjj hem
kwam, zeide deze dat hij zich weer vergist had
en bang was dat de heer Meinesz hem een
standje zou maken.
Hij wilde genoemden heer daarin dus niet
kennen, doch verzocht aan getuige niet
om over het gebeurde het zwjjgen te bewaren.
De zegels zgn niet door getuige gekocht
zjj bleven eenvoudig in pand.
Getuige kende beklaagde van vroeger en
daarom heeft hg hem geholpen.
Op de vraag van den voorzitter of getuige,
toen de beklaagde voor de tweede maal bg
hem kwam, zich niet vergewist heeft van de
waarde, antwoorde hg ontkennend. Ook al
had de beklaagde hem geen zegels gegeven,
dan had hjj hem toch de 195 geleend.
De ambtenaar van het openbaar ministerie
vroeg aan getuige of hg nooit had gehoord
dat beklaagde schulden hadhet antwoord
luidde ontkennend.
Op de vraag of getuige geen achterdocht
koesterde toen beklaagde voor de tweede maal
bg hem kwam, zeide hjj ook geen kwaad ver
moeden te hebben gekoesterd. Hjj dacht dat J een
fatsoenlgk, eerljjk ambtenaar was, die geen
schulden had.
J. A. Altorffer, boekdrukker te Middelburg,
de zevende getuige, verklaarde wel eens in
onderhandeling te zgn geweest met beklaagde
over formulieren van den, burgerlgken stand
Dit is tweemaal het geval geweest De eerste
maal kwam J. in den winkel met de vraag of
getuige registers te zegelen had en bood zjjn
diensten daarvoor aan. Hjj zeide eenige ver
knoeide zegels te hebben, die hjj gaarne wilde
omwisselen. In 't geheel zjjn 425 formulieren
door den getuige van beklaagde overgenomen
hjj had het papier gegeven en dit gezegeld
terug ontvangen.
Hierna werd pauze gehouden
Na heropening der zitting werd het getui
genverhoor voortgezet.
De achtste getuige P. Grgspaart, winkel
bediende te Middelburg, verklaarde dat hg
voor J. wel eens stukken heeft gebracht naar
het zegelkantoor.
Dat is begonnen in 1901 en het is twee a
drie keer gebeurd.
De beklaagde, die getuige kende, was bjj
hem thuis gekomen met verzoek of hjj eenige
papieren wilde laten zegelen. Getuige deed
dit en ontving eene belooning, 0 50 voor
iedere maal
Hjj gaf, op last van beklaagde, aan het
zegelkantoor op dat de papieren afkomstig
waren van Bolujjt te Goes
De beklaagde beweerde dat het slechts twee
maal gebeurd is.
Hjj liet den naam Bolujjt opgeven omdat
hjj niet wilde weten dat voor hem was geze
geld.
Getuige kreeg de papieren van bekl. in een
pak en ontving ze, nadat ze gezegeld waren,
ook weer in een pak terug.
Hoeveel en wat er in zat wist hjj nietook
niet hoeveel hjj voor het zegelen betaalde.
De laatste getuige H. Wanné, bode van Vlis
singen op Middelburg, verklaarde ook wel eens
voor J. papieren te hebben laten zegelen
Dit is geschied in Augustus van dit jaar.
Getuige liet herhaaldeljjk voor personen
uit Vlissingen stukken zegelen.
Tweemaal heeft hjj dit voor beklaagde ge
daan. Deze gaf voor dat iemand hem had
opgedragen een huurcontract te schrjjven,
doch daarvan later was afgezien en hjj nu
met het zegel in de war zat. Hjj wenschte
dat te laten omwisselen.
Desgevraagd, verklaarde beklaagde dat hjj
verschillende personen belastte met het zege
len, dan eens een bode van 't stadhuis, dan
weer een meisje, later Grjjspaard of Wanné.
Thans werd overgegaan tot het verhoor
van den beklaagde.
Deze deelde mede als rgksklerk werkzaam
te zgn geweest bjj den heer Meinesz, eerstop
een wedde van 450, later op een van 675.
Hjj had o. a. de beschikking over de zegel
stempels, die hjj mocht gebruiken om te stem
pelen tot het bedrag, in het bulletin vermeld.
Hjj maakte van die stempels gebruik om
papier tot hooger bedrag te stempelen dan
waarvoor betaald was, teneinde zoodoende aan
geld te komen.
De tot hooger bedrag gestempelde papieren
zond hij aan zgn zwager Boogaart in Den
Haag, om die te verwisselen voor zegels met
een droog stempel.
Hjj kreeg altjjd gezegelde papieren tot dezelfde
waarde als hjj gaf.
Een deel ervan heeft hg omgewisseld tegen
kleiner zegels, een ander deel in pand of in
betaling gegeven of verkocht.
In de instructie heeft beklaagde bekend
zevenmaal stukken te hebben verzonden, maar
de voorzitter merkte hem op dat dit zeker
wel meermalen zal zgn voorgekomen.
Thans echter is alleen sprake van hetgeen
aan beklaagde bjj dagvaarding is ten laste
gelegd.
Die verschillende feiten werden door den
voorzitter met hem nagegaan.
De beklaagde bekende ze allen volledig.
Yan de 200 door Littooy bedrukte zegels
heeft hjj er 100 aan den heer Wisboom Ver
stegen in pand gegeven en 113 heeft hjj doen
inwisselen tegen kleinere.
Toen hg de 100 zegels van den heer Ver
stegen terug had ontvangen, is hjj daarmede
gegaan naar de firma Altoffer en met die zegels
en nog andere, die hjj thuis had, heeft hjj het
bedrag betaald dat voor een behoeve dier
firma te regelen verschuldigd was.
Hg liet dit door Grjjspaard doen en verzocht
hem te zeggen dat hjj voor Bolujjt kwam, ten
einde te voorkomen dat men argwaan kreeg.
Grjjspaard was bediende bg de firma Den Boer,
daarom kon hg niet opgeven voor de firma
Altoffer te komen, dat zou allicht vermoeden
hebben gewekt, wat niet het geval was als hg
zeide te komen voor iemand, die buiten Mid
delburg weende.
Beklaagde verklaarde nog, op een vraag van
den ambtenaar van het openbaar ministerie,
dat hg, behalve door zgn zwager Boogaart in
Den Haag, ook door een anderen zwager Van
Mgnsbergen stukken ter inwisseling had laten
aanbieden. Den naam van Ter Meulen had
hg ook doen opgeven omdat hg zgn eigen
naam wenschte te verzwggen.
Hg bekende verder verschillende papieren,
voorzien van »te zegelen", te hebben bestem
peld met een hooger bedrag dan op het bul
letin was vermeld.
Verder bekende hg nog bg don heer Wisboom
Verstegen in pand te hebben gegeven zegels
tot een bedrag van f 195, voor welk bedrag
hg een accept had afgegeven.
Ook erkende beklaagde aan zekeren Hu-
brechtse, bg wien hg schuld had, een viertal
zegels in betaling te hebben gegeven.
Na zgn ontslag gekregen te hebben, heeft
beklaagde nog eenige in zgn bezit zgnde
zegels verscheurd.
Hg erkende door zgn handelingen heel wat
geld gekregen te hebben, waarop hg geen
recht had. Hg schat dat op een f 350.
Met het verkregen geld heeft hg schuld
betaald, waarin hg door ziekte van zgn huis-
genooten geraakt was. Zgn gezin bestaat uit
vrouw en drie kinderen.
Hg gaf toe het in hem gestelde vertrouwen
als rgksambtenaar te hebben geschonden.
De ambtenaar van het openbaar ministerie
vroeg aan beklaagde wanneer die ziekte was
voorgekomen.
Beklaagde zeide in 1901.
De ambtenaar wees bekl. er op dat door den
heer Meinesz tjjdens en na de ziekte zgn schul
den betaald zgn.
De beklaagde zeide dat hg het bedrag dier
schulden aan den heer Meinesz had moeten
terugbetalen.
Den ambtenaar van het openbaar ministerie,
de heer mr Turk, werd alsnu het woord ge
geven tot het nemen van zgn requisitoir.
Deze begon met op te merken dat men zou
kunnen beweren dat de beklaagde wat hem
is ten laste gelegd niet kon gepleegd hebben,
omdat het onmogelgk is van rgkswege uitge
geven zegels te vervalschen.
Toch heeft beklaagde zich aan de feiten,
hem ten laste gelegd, schuldig gemaakt; dat
is bewezen èn door zgn bekentenis èn door
de verklaringen der gehoorde getuigen.
De bekentenis van beklaagde was in der tgd
volkomen thans komt hg daarop eenigszins
terug.
Spreker zette de feiten, die gepleegd zgn, in
den breede uit een en toonde uitvoerig aan hoe
die bedreven zgn én tgdens de terechtzitting
bewezen.
Dat de beklaagde het oogmerk bad die zegels
te gebruiken, behoeftniet betoogd te worden
hg bekent de inwisseling ervan.
Uit zgn gansche handeling blgkt zgn kwade
trouwo.a. het opgeven van valsche namen enz
Gebleken is dat beklaagde zich meermalen
aan dergelgke feiten heeft schuldig gemaakt.
Niet al die feiten zgn tot klaarheid gebracht.
Door de handelingen van den beklaagde is
den staat groot nadeel toegebrachtdit is te
erger waar beklaagde rgksambtenaar was en
door zgn chef ten volle werd vertrouwd.
Beklaagde had een goed inkomen en nog
eenige emolumenten.
In zgn voordeel is weinig te zeggen. Alleen
is misschien de gemakkelgke gelegenheid om
de zegels in te wisselen een verzachtende om
standigheid.
Spreker is het onbegrgpelgk dat menschen
van eenige ontwikkeling van een klerk ter
registratie zegels koopen of in pand nemen,
vooral waar dit meer dan eens is voorgekomen.
De ambtenaar meende dan ook dat wel mag
gememoreerd worden dat bode Compeer ook
voor dezen beklaagde is werkzaam geweest en
een zegel heeft ingewisselddoch later zgn
diensten heeft geweigerd.
Het misdrgf van beklaagde is van zeerern-
stigen aard. Hg kwam er niet toe door armoede,
maar door zgn uitgaven niet naar zgn inkom
sten te regelen.
Spreker vroeg schuldigverklaring van be
klaagde en zgne veroordeeling tot twee jaar
gevangenisstraf, met aftrek der ondergane pre
ventieve hechtenis.
De verdediger, de heer mr Evers, merkte op
dat, wat net eerste ten laste gelegde feit be
treft, er eenig verschil bestaat.
Alles wgst er op dat gedacht is aan de 200
vel papier, die bg den drukker Littooy zgn
gebracht maar die niets te maken hebben met
de 100 vel, waarvan er later sprake is.
"Van dit feit zal beklaagde dus dienen te
worden vrggesproken.
Na de afgelegde bekentenis en de getuigen
verklaringen blgft, wat de overige feiten be
treft, geen twgfel over.
Spreker zal daarover dus niet uitwgden.
Beklaagde heeft een volledige bekentenis
afgelegd. De vraag rgst alnuhoe heeft deze
man, die een goede betrekking had, zgn plicht
zoozeer kunnen vergeten
Pleiter vindt die in den aard van zgn be
trekking en zgn huiselgke omstandigheden.
Beklaagde had de beschikking over de stem
pels en kon die, als de ontvanger afwezig was,
gebruiken. Contróle daarover was door dien
ontvanger niet uit te oefenen.
Hier blgkt weer hoe gevaarlgk het is laag
bezoldigde ambtenaren in de gelegenheid te
stellen fraude te plegen.
Beklaagde kon zooveel zegels maken als hg
wilde, zonder dat hg eenige vrees behoefde
te koesteren voor ontdekking.
De eenige moeilgkheid was het te gelde
maken ervan
Maar dat is denjbekl. gemakkelfik gemaakt,
door een commies ter secretarie en eeh notaris,
die geen bezwaar er in zagen te handelen
zooals zg deden. Zg zgn voor een deel sehnl-
dig aan het gebeurde.
Staan» de huiselgke omstandigheden va*
beklaagde besprekende, toonde pleiter aan dat
hg voortdurend met ziekte in zgn gezin te
kampen heeft gehad. 7,gn vrouw is voortdurend
ziekelgk.
Het verblgf thuis was voor hom alles be
halve aangenaam en daarom is het bogrgpelgk
dat hg in een kring van vrienden eenige ont
spanning zocht.
Hg heeft beproefd om op eerlgke wgze,
door het verrichten van schrgfwerk, zgn in
komen te doen stggen, maar dat is niet gelukt,
daarom is bg den verkeerden weg opgegaan.
Bekl, is thans zgn betrekking kwgt en zgn
gezin wordt door het armbestuur onderhouden.
Dat is reeds een zware straf voor bekl. en
pleiter sprak de hoop uit dat de rechtbank
daarin termen zal vinden voor clementie bg
de toepassing der mate van straf.
Hierna werd het onderzoek in deze zaak ge
sloten en de uitspraak bepaald op heden over
acht dagen.
Door dezelfde rechtbank zgn heden veroor
deeld wegens
verduisteringJ. B., 45 j., zonder beroep,
Vlissingen, thans alhier in hechtenis, tot 1
jaar gev.straf, met mindering der preventieve
hechtenis
helingN. J. d. V. 27 j., bierhuishouder,
Vlissingen, thans alhier in hechtenis, tot 9
maanden gev.straf, met mindering der preven
tieve hechtenis
diefstalL. M. C., 14 j., zonder beroep,
Biervliet, tot 1 m. gev.straf;
strooperijC. d. W., 30 j., hvr. van B. N.,
zonder beroep, Kemseke, tot 3 d. gev.straf
mishandelingA. F., 24 j., landbouwer,
St. Jansteen, tot 3 b. s. 3d.h ;E. J.S., 19 j.,
boerenknecht, Zuiddorpe, tot 5 b. s. 5 d. h.
E. T., 21 j., dienstknecht, en E A. T,,
18 j., klompenmaker, beiden Hontenisse, ieder
tot 5 b. s. 5 d h., en
beleediging van een ambtenaar: L. M. H.,41 j.,
koopman, Domburg, tot 10 b. s. 10 d. h.
Het vonnis, 18 Nov. gewezen tegen J. A. G.,
32 j., koopman, Middelburg, waarbg hg ter
zake van mishandeling bg verstek veroordeeld
werd tot 4 maanden gev.straf en waarvan hg
in verzet was gekomen, is heden bekrachtigd.
Donderdag werd te 's Gravenhage voor
het gerechtshof het hooger beroep behandeld
van een arbeider uit 's H e e r e n h o e k, thans
gedetineerd, door de Middelburgsche rechtbank
tot 2 jaar gevangenisstraf veroordeeld, wegens
krachtdadig verzet, in vereeniging met onbe
kend gebleven personen, gepleegd tegenover
politie-'oeambten, die een jachtwetovertreding
wenschten te constateeren.
Beklaagde had bg die gelegenheid, zooals
vroeger gemeld ia bg de behandeling dezer
zaak voor de rechtbank te Middelburg, een der
politiebeambten zoo ernstig verwond, dat deze
een rib had gebroken.
Verschillende getuigen werden gehoord,
waaronder eenige deskundigen.
De advocaat-generaal vorderde bevestiging
van het vonnis der rechtbank.
De advocaat van den beklaagde pleitte
vrgspraak van zgn cliënt, die hardnekkig ont
kende.
De uitspraak is bepaald op 22 December.
Op een te Vlaardingen gehouden verga
dering der glasblazers werd een voorstel, om
het hoofdbestuur opdracht te geven den pa
troons bemiddelingsvoorstellen te doen toeko
men, verworpen met 32 tegen 17 stemmen.
Door den Bond van Technici is aan den
Minister van Binnenlandsche Zaken en aan de
Tweede Kamer een adres gezonden over het
wetsontwerp betreffende de oprichting van een
Middelbare Technische School, waarin adres
sant in overweging geeft, alsnog de mogeljjk-
heid te openen, dat het aantal beurzen naar
behoefte kan worden uitgebreid. Het doel toch
is dit onderwgs onder bereik van velen te
brengen.
Tevens spreekt adressant den wensch uit
dat het verkrggen van deze beurzen gemakke-
lgk, zonder bezwarende formaliteiten, kunne
geschieden.
De Friesche Maatschappij van Landbouw
telt thans 4100 leden.
De dienstbode, verdacht van den beken-'
den straatroof te Dordrecht, is in voorloopige
hechtenis gehouden. Hare twee helpers zjjn-
weder op vrge voeten gesteld.
Aldaar had, volgens de D. Crtonlangs
een pontonnier het geluk gehad een erfenis
te trekken van ongeveer 'f 1200, Om dat
geld goede rente te doen opleveren, had
hjj zgn meisje, een Duitsche, in een bierhuis
gezet. Sedert eenigen tgd ergerde hg zich
over de houding zjjner minnares tegenover
de andere bezoekers. Dit werd er echter niet
beter op, sinds hg wegens Btraf des avonds
niet later dan tien uren in de kazerne mocht
terugkeeren.
Herhaalde kibbelarjjen, die meermalen tot
handtasteljjkheden overgingen, waren hiervan
het gevolg.
De beide gelieven kregen twist en dienden
elkaar over en weer eenige klappen toe, waar
op de Duitsche een zakje peper greep en den
inhoud daarvan haren pontonnier in het gelaat
wierp. Bazend van pjjn liep deze de straat
op, gevolgd door zgn lief, naar het poHtiebu-
reau, waar beiden een aanklacht indienden ter
zake van mishandeling. De politie maakte
natuurlgk procesverbaal op en liet partgen
daarna weer vertrekken Hunne woede schgnt
daarmee echter bekoeld te zgn, want kort
daarna waren zg weer hartelgk verzoend.
De man, die te Breda in voorloopig
arrest zat en verdaoht werd schuldig te ign
aan den doodslag op den hospitaal-soldaat
Hendriks, ia Woensdag bg gebreke aan wet-
ige en overtuigende towgzen roor zgne scheld
ia rsfkeid gesteld.