liiiirsstlie Coui
^BIJVOEGSEL*
Middelburg 23 Juni.
Gemeenteraad van Vlissingen
Provinciale Staten van
Zeeland.
VAN DB
VAU
Vrijdag 24 Jiini 1904, no. 147.
Zitting van Woensdag middag
te 2 uur.
Voorzitter de lieer jhr mr A. A. van Doorn
van Koudekerke, burgemeester.
Tegenwoordig 14 leden.
Afwezig de heeren Gewin, Blum en Stof-
koper, allen met kennisgeving.
De notulen der vorige vergadering worden
gelezen en goedgekeurd.
Mededeeling wordt gedaan van goedkeuring
van genomen raadsbesluiten, o. a. dat tot
wjjziging der gemeentebegrooting 1903 tot een
verhoogd bedrag van 8789.096 en dat tot
wijziging derzelfde begrooting 1904 tot een
verhoogd bedrag van 31.938.44.
Vervolgens geschiedt overlegging van ver
schillende stukken.
Hieronder behoort een schrijven van den
ingenieur van den rjjks waterstaat, betreffende
het aanleggen van een klinkerpad op het
Eiland, als antwoord op een schrijven van
burg. en weth.
Het maken naast het bestaande voetpad van
een keiweg, geschikt voor rjj- en voertuigen,
ligt, blijkens het schrijven van den ingenieur,
niet op den weg van het rjjk. Aangezien de
grond, waarop de rjjweg gemaakt kan worden,
rjjkseigendom is, zou de gemeente, indien zjj
tot den aanleg van een rjjweg zou wenschen
over te gaan, zich vooraf moeten verzekeren
van de ministerieele goedkeuring, tot mede
werking waartoe zich de ingenieur bereid
verklaart.
Dit stuk wordt voor kennisgeving aangenomen.
In handen .van burg. en weth. om advies
wordt gesteld een verzoek van de Ylissingsche
turnvereeniging om het gymnastieklokaal van
school C beschikbaar te stellen voor de oefe
ningen der vereeniging.
Overgelegd worden de jaarverslagen over
1903 betreffende het archiefwezen, van de
commissie ten behoeve van de oudheidkundige
verzameling, van de brandweer, van de gezond
heidscommissie, welke verslagen in het jaar
verslag zullen worden opgenomen.
Deze zullen gevoegd worden bjj het jaar
verslag.
Door de commissie tot herziening der ljjsten
van kosteloos schoolgaande kinderen is een
verslag uitgebracht, waarin de commissie
adviseert
a een evenredige opvolging van het enkel
voudig schoolgeld in te voeren en wel voor
elk kind dat alléén uit een niet onvermogend
gezin de school bezoekt, ad 6, 12, 18,
j 24 of 30
b voor de meerdere kinderen uit hetzelfde
gezin, geljjktjjdig met de sub a genoemde
schoolgaande, een korting toe te staan ad l/4;
c te bepalen datvoor niet meer dan vier
tegeljjk schoolgaande kinderen uit hetzelfde
gezin schoolgeld gevorderd wordeouders of
verzorgers met een inkomen beneden 400
onvermogend worden geachtdoor hen, van
wie meer kinderen tegeljjk de school bezoeken,
een schoolgeld verschuldigd wordt bp een in
komen van 400500 voor éen kind, 501600
twee kinderen, f 601—700 voor drie kinderen,
boven 700 voor vier kinderen
d bp de regeling van het schoolgeld geen
rekening te houden met de grootte van het
gezin.
Ter toelichting hiervan merkt de commissie
op dat, aangezien de hoofdeljjke omslag tot
grondslag der bepaling van het schoolgeld
dient, reeds bp de classificeering der belasting
schuldigen met het getal kinderen wordt re
kening gehouden. Bp de bespreking van dien
grondslag is de meening geuit dat aftrekking
ad 25 per kind boven drie kinderen niet in
genoegzame mate de mingegoeden ontlast, en
eveneens dat bp hooge aanslagen die aftrek
ad 25 per kind het doel mist.
Dit stuk wordt gesteld in handen van burg.
en weth. om advies.
De voorzitter deelt mede dat hierbjj ook het
voorstel van den heer Florschütz betreffende
den hoofdeljjken omslag nader behandeld zal
worden.
Door den heer Yan der Meer wordt nog een
memorie van toelichting bp het rapport over
gelegd, ter gelpktpdige behandeling.
Nog worden overgelegd de rekeningen over
1903 van het gasthuis, bedragende in ontvang
28.751.12', in uitgaaf 23.846.56', goed slot
dus J 4904.56; en dezelfde rekening over de
schutterp, die in ontvang bedraagt 1842.60,
in uitgaaf 1302.20, met een goed slot van
540.40.
Voorts worden nog overgelegd de begrootin
gen over 1905van het algemeen armbestuur
ad 9857.33, van de dienstdoende schutterp
ad 1160.30, van de Kamer van koophandel
ad 400 in ontvang en uitgaaf.
Deze worden allen gesteld in handen van
de financieele commissie.
Aan den heer R. J. Brakema wordt, wegens
vertrek uit de gemeente, onder dankbetuiging,
eervol ontslag verleend als lid der commissie
van toezicht op het middelbaar onderwjjs.
Burg. en weth. «teilen voor, in verband met
de reorganisatie van het schoolwezen, eervol
ontslag te verleenen aan mej. M. Waale als
onderwijzeres aan school D en aan de heeren
A. P. J. Hollebrands en P. Houterman, respec
tievelijk als onderwjjzer aan de scholen A en
C, en te oenoemen tot onderwijzeres aan school
O mej. Waale en tot onderwjjzer aan dezelfde
school den heer Hollebrands en als onderwjjzer
aan school P den heer Houterman, allen voor
noemd.
De raad besluit in dezen zin.
-Overgegaan wordt tot de benoeming van
vier onbezoldigde ambtenaren van den bur
gerlijken stand. Burg. en weth. bevelen hiervoor
aan de volgende dubbeltallena. jhr mr A. A.
van Doorn van Koudekerke en A. Loois,
b. C. A. Kalbfleisch en Jos. van Raalte,
c. A. A. A. E. Gewin en W. N. Rottier,
d. H. J. v. d. Meer en P. F. Auer.
Benoemd werden de heeren Van Doorn,
Kalbfleisch, Gewin en Auer.
Daar de heer Auer, met het oog op zjjn
werkzaamheden, voor de benoeming bedankt,
wordt bjj vrjje stemming de heer A. J. van
Ockenburg benoemd, die de benoeming aan
vaardt, evenals de heeren Kalbfleisch en
Van Doorn van Koudekerke, terwjjl den heer
Gewin kennis zal worden gegeven
Omtrent de benoeming van een bezoldigden
ambtenaar hopen burg. en [weth. een voor
dracht in te dienen zoodra een bezoldiging
van hoogerhand is vastgesteld.
Aan burg. en weth. wordt, met het oog op
de juist gedane benoemingen, machtiging ver
leend tot het doen van oproepingen van twee
onderwijzers aan school C, een onderwjjzer
met hoofdakte aan school D. en een onder
wijzer aan school A.
Aanbevolen worden door de desbetreffende
commissie, voor de benoeming van leden der
commissie van toezicht op het Middelbaar
onderwijs, in de vacature J. G. Van Niftrik en
R. J. Brakemade heeren J. G. van Niftrik,
directeur der gasfabriek, en T. M. Lucas, in
specteur der Maatschappij Zeeland in de eerste,
en T. M. Lucas en A. Buskop, gezagvoerder
bp die Maatschappij, de tweede vacature.
Benoemd worden de heeren Van Niftrik en
Lucas.
Tot 2en opzichter bjj de gemeentewerken
wordt benoemd de heer J. C. de Koster.
Burg. en weth. stellen voor aan J. Willemse
te verkoopen een stuk gemeentegrond voor
het bouwen van een woonhuis, gelegen aan
de Verlengde Coosjes Buskenstraat, ter breedte
van 6,80 M. en ter diepte van 32.20 M., tegen
den prjjs van 6 per M'. voor de eerste 20
M. diepte, en 4 voor de daarachter gelegen
12.20 M., voor een totaal bedrag dus van
1147.84, benevens 166.63' voor het van
gemeentewege leggen van een trottoir langs
dat woonhuis.
De commissies voor de fabricage en voor de
financiën adviseeren tot aanneming van het
voorstel.
Dit voorstel wordt aangenomen.
INVORDERING SCHOOLGELD.
In de vergadering van 2 Mei jl. werd op
voorstel van burg. en weth. de behandeling
van de wpziging der verordening op de heffing
en invordering van schoolgeld op de o. 1.
scholen aangehouden, in verband met het in-
grjjpende amendement, door de commissie voor
de financiën voorgesteld.
Burg. en weth. meenden hieromtrent het
gevoelen te moeten inwinnen van de commissie
van toezicht op het lager onderwjjs, die daaraan
heeft voldaan. De commissie zegt in haar
hieromtrent uitgebracht rapport, zich in geenen
deele te kunnen vereenigen met het voorstel
der commissie voor de financiën, aangezien
de grootste druk gelegd wordt op de schouders
der mindergegoeden. De ontevredenheid van
die klasse van menschen zal nog bevorderd
worden wanneer vernomen wordt dat de meer-
gegoede ouders der kinderen, die de 3 hoogste
klassen van school E volgen, minder zullen te
betalen hebben.
Hierom vermoedt de commissie met eenigen
grond dat het aantal oninbare posten nog
grooter zal worden dan het tot dusverre is.
Nu uit dit rapport bljjkt dat de commissie
zich met de zienswjj ze van burg. en weth.
vereenigt, bljjft het dag. bestuur het door hem
ingediende voorstel volkomen handhaven. Burg.
en weth. noodigen den raad uit aan dit voor
stel zjjn goedkeuring te hechten. De commissie
voor de financiën onthoudt zich van het geven
van advies, aangezien de gevoelens verdeeld zjjn.
In het verslag der zitting van 2 Mei namen
wjj reeds de voorstellen èn van burg. en weth.
èn van de commissie voor de financiën op.
De heer Van Raalte merkt op, dat hjj niet
medegaat met bet voorstel van burg. en weth.
in zjjn geheel. Hjj wjjst erop dat de commissie
van toezicht enkele bedenkingen had, met het
oog op de draagkracht der ouders, daar het
voorstel de midden-burger-klasse te zeer drukt
door de heffing van 60 in de 6e, 7e en 8e
klasse van school E, die voornamelijk door de
kinders van bedoelde ouders bezocht worden.
Spreker wjjst op de wenschelpkheid van
paralel-klassen voor de hoogere klassen bjj
overbevolking van die klassen, wanneer het
schoolgeld van die klassen op f 48 wordt
gesteld en niet op 60.
De voorzitter ontraadt de aanneming van
48 als schoolgeld, waar thans 50 betaald
wordt. Hjj vraagt welke reden er was dit te
verlagen.
De heer Van Raalte wjjst erop dat het getal
48 is bepaald met het oog op de gemakkelijke
invordering.
De voorzitter acht verlaging verkeerd voor
de scholen der meergegoeden, tegenover de
andere scholen Hg raadt aanneming van het
voorstel van burg. en weth. aan en wil dan
de uitwerking afwachten.
De heer Van der Meer deelt mede dat hg,
in afwachting Van 't geen later zal kunnen
geschieden, bereid is om vóór het voorstel van
burg en weth. te stemmen.
De heer Van Raalte vreest voor een spoedige
ontvolking van bedoelde hoogste klassen bjj
een schoolgeld van 60, dat hg te hoog acht.
Hg geeft in overweging de 48 in 51 te
veranderen.
De heer Geelhoed wgst erop, dat de instel
ling van een tusschenschool voor de zes lagere
klassen de bedoeling heeft de bevolking van
school E te verminderen er is daar nu overbe
volking; zg, die financieel sterk staan, zullen
zich niet ontzien het hoogere bedrag van 60
te betalenanderen kunnen gebruik maken
van de tusschenschool.
De heer Van der Meer stelt in het licht dat
de financieele commissie geen voorstel deed
maar vele wenken gaf in haar advies.
Het amendement van den heer Van Raalte,
om het schoolgeld, in plaats van op 60, te
brengen op f 51, wordt in stemming gebracht
en aangenomen met 8 tegep 6 stemmen.
Tegen stemmen de heeren V. d. Meer,
Loois, Kalbfleisch, Bos, Geelhoed en Florschütz
Het aldus geamendeerde voorstel van burg
en weth. wordt zonder hoofdelgke stemming
aangenomen.
Door burg. en weth. is voorgesteld een wjjzi-
ging van de verordening, regelende de jaar
wedden enz. van het onderwgzend personeel,
in verband met de reorganisatie van het onder-
wgs aan de scholen C en D. Zg stellen voor
gelegenheid te geven tot het opdragen van het
onderwgs in de handwerken buiten de gewone
schooluren aan de onderwgzeressen, aan die
school werkzaam, en haar daarvoor een buiten
gewone belooning toe te kennen.
De commissie voor de financiën vereenigt
zich met het concept-besluit zonder thans over
de uitvoering van het beginsel een oordeel
uit te spreken.
De heer Van Raalte vraagt of bg aanne
ming hiervan de raad al of niet gekend zal
worden in de toekomst bg de regeling der
lesuren. Tegen de financieele regeling be
staat geen bezwaar mits uitgesproken worde
dat geen verandering in het beginsel gebracht
wordt.
De voorzitter wgst erop dat de bedoeling is,
een proef te nemenaan het beginsel wordt
niets afgedaan.
Het voorstel wordt aangenomen.
In de vorige vergadering is in handen van
burg. en weth. om advies gesteld een adrës
van mej. J. C. Odem, provenierster in 't gast
huis.
Burg. en weth. doen mededeeling dat
adressante reeds meermalen klachten, als in
dat adres tot den raad kwamen, bg regenten
van het gesticht heeft ingediend, doch deze
zgn steeds ongegrond bevonden.
Het komt burg. en weth. voor dat de raad
in deze met alle gerustheid het advies van he+
college van regenten kan volgenburg. en
weth. stellen voor overeenkomstig dit advies
aan adressante te berichten dat er voor tus-
schenkomst van den raad in deze geen aan
leiding bestaat.
De heer Geelhoed vraagt of de dochter van
den heer De Heer officieel is ingeschreven in
de boeken van het gasthuiswant hg meent
dat bg minder bezoek van deze juffrouw aan
haar vader minder overlast gedaan zou wor
den aan mej. Odem.
De heer Van Ockenburg wgst op het ver
schil tusschen verpleegden en proveniers. De
heer De Heer is provenier en lgdende, zoodat
hg niet alleen kan zgn. Zgn verpleging zou
groote kosten voor het gesticht medebrengen,
wanneer niet aan de dochter ware toegestaan
den vader te verplegen buiten kosten van 't
gesticht. Verandering daarin zou kosten met
zich brengen.
Spreker meent dat de verpleegden in 't
gesticht niet de lakens moeten uitgeven, waar
het bestuur de inrichting regelt.
In de vorige vergadering werd om advies in
handen van burg. en weth. gesteld een verzoek
van de commissie tot wering van schoolverzuim
om den post voor subsidie voor voeding en
kleeding van schoolgaande kinderen op de
gemeentebegrooting voor 't loopende jaar te
verhoogen, in verband met de talrjjke aan
vragen die bereids zgn ingekomen en die voor
het grootste gedeelte moesten worden ingewil
ligd. Uit de dienaangaande ingewonnen advie
zen van de hoofden der scholen A, B en F,
alsmede van het R. K. schoolbestuur is het
burg. en weth. gebleken dat een verhooging
van bedoelden post inderdaad noodzakelijk is,
hoe nauwgezet ook alle aanvragen onderzocht
worden.
Op grond hiervan stelt het dageljjksch be
stuur voor om het uitgetrokken bedrag met
100 te verhoogen en alzoo nader vast te
stellen op 200.
De commissie voor de financiën adviseert
tot aanneming van het voorstel.
Het voorstel wordt aangenomen.
SUBSIDIE ZEILWEDSTRIJD.
Van het bestuur der Vereeniging tot bevorde
ring van het vreemdelingenverkeer in Vlissingen
is ingekomen een verzoek, om ten behoeve van
een in dezen zomer te houden internationalen
zeilwedstrijd op de Schelde voor Vlissingen
een subsidie uit de gemeente-kas te verleenen
van 300.
Burg. en weth. herinneren eraan, dat in
1902 door den raad een dergel jjk be
drag is beschikbaar gesteld, terwjjl de Ver
eeniging het vorig jaar kans heeft gezien
den wedstrjjd uit eigen middelen en bjjdragen
van 'particulieren te doen doorgaan. Nu dit
laatste thans niet mogeljjk is, meenen burg.
en weth. dat het op den weg der gemeente
ligt hiervoor nogmaals financieelen steun te
verleenen en het particulier initiatief te hulp
te komen.
Burg. en weth, meenen dat de belangen
van de gemeente, en van de badplaats in 't
bjj zonder, ten zeerste bjj dezen wedstrjjd zjjn
betrokken door het drukke bezoek der deel
nemers aan den wedstrjjd en belangstellenden
van elders, terwpl de- voortreffelijke leiding,
die beide keeren daaraan gegeven is, het wel
slagen daarvan waarborgt. Op deze gronden
stellen burg. en weth. voor aan de bedoelde
Vereeniging voor het beoogde doel een subsidie
toe te kennen, doch het bedrag hiervan, in
verband me den ongunstigen financieelen toe
stand der gemeente, op 200 te bepalen.
Twee leden van de financieele commissie
zjjn voor het voorsteltwee andere leden be
houden zich hun stem voor.
De heer Florschütz is tegen het voorstel,
en wil aan het verzoek van de Vereeniging
niet voldoen. Hp is van oordeel dat dit verzoek
alleen gedaan is omdat het bestuur er niet in
geslaagd is het geld bjjeen te krjjgen.
Dat komt omdat als eisch voor deelneming
f 100 gestort moet worden, zoodat die deel
neming beperkt wordt. Spreker meent dat
de gemeente niet over zooveel geld kan be
schikken dat zjj het verzoek kan toestaan.
Hij is tegen het geven van geldelijken steun
aan festiviteiten.
De heer Geelhoed is het daarmee eens,
vooral daar de neringdoenden enz. niet veel
voordeel van den wedstrjjd hebben; en ook
in verband met den financieelen toestand der
gemeente.
De heer Bos vraagt inlichtingen over de
ingediende begrooting der wedstrjjden die hij
niet genoeg gemotiveerd acht.
De heer Smit betreurt het dat deze stemmen
tegen de subsidie opgaan. Hjj beschouwt die
subsidie als een bevordering van de belangen
der badplaats, die een bron van bestaan voor
de stad dient te worden.
Hjj meent dat het gemeentebestuur binnen
kort voor de vraag zal staan of van de bad
plaats een bron van welwaart voor de stad
kan worden gemaakt of niet.
De heer Smit gelooft dat onze badplaats
eene toekomst heeft en dat het gemeentebe
stuur dus de pogingen van hen, die de belan
gen dier badplaats bevorderen willen, moet
steunen. Spreker toont aan dat het moeiljjk
was om een gedetailleerde begrooting te geven
met het oog op eventueele veranderingen.
De heer Smit verdedigt de heffing van de
100 van de deelnemers, daar dit de eenige
wjjze is om het benoodigde geld bjjeen te
brengen en men voor die 100 ook faciliteiten
enz. verkrjjgt.
De bedoeling is niet geweest de deelname
in besloten kring te houden.
Zjj, die den wedstrjjd organiseeren, hebben
slechts het belang van de badplaats en van
de gemeente op het oog. Een zeilwedstrjjd is
een reclame, speciaal voor de menschen die
men daar hebben moet, die geld te verteren
hebben. Spreker vreest dat, wanneer de raad
als zjjn meening uitspreekt dat het gemeente
belang bjj den wedstrjjd niet voorop staat, dan
het geheele plan als een nachtkaars zal uitgaan.
De heer Van Raalte zet op zjjn beurt het
verschil tusschen een eenvoudig pretje en deze
reclame voor de badplaats uiteen. Hjj gelooft
dat de gemeenteraad geen kwade zaak zal
doen als hjj van zjjn kant medewerkt.
De heer Florschütz stelt in het licht, dat
hjj niet een besloten kring op het oog had,
doch bedoelde dat de gemeente niet, zooals de
commissie van de wedstrjjden schjjnt te meenen,
het geld zeer goed missen kan. Hjj bljjft aan
neming van het voorstel afradende zeilwed
strpd is een pretje voor de deelhebbers.
De heer Geelhoed stelt in het licht dat de
heer Van Raalte indertjjd zich sterk tegen
subsidie heeft verzet, terwpl hjj thans er anders
over blpkt te denken.
De heer Van Raalte verdedigt nogmaals zjjn
meening, dat deze wedstrjjd iets anders is dan
een gewoon pretje van een feestvierende veree
niging; de belangen der badplaats staan bjj
de zeilwedstrjjden voorop.
De voorzitter meent dat zjj, die tegen het
voorstel pleitten, bljjkbaar het belang der
gemeente bjj de wedstrjjden niet inzien. De
voordeelen zjjn wel niet direct, maar het is
een reclame voor de badplaats, en men moet
ook in de toekomst zien.
De heer Florschütz zegt de bedoeling van
den wedstrjjd zeer wel te begrijpen; doch hjj
bljjft van meening dat de financieele toestand
der gemeente subsidieering niet toelaat. Hjj
wjjst erop hoe indertjjd met het oog op dien
toestand subsidie geweigerd is.
De voorzitter stelt in het licht dat de be
lastingplichtigen in dit geval door de subsidie
niet gedrukt worden.
Het voorstel wordt aangen omen met
12 tegen 2 stemmen.
Tegen stemmen de heeren Geelhoed en
Florschütz.
Burg. en weth. stellen voor, ter voorziening
in de behoefte aan kasgeld, een onderhandsche
tjjdeljjke geldleening aan te gaan tot een be
drag van ten hoogste 10.000 tegen een rente
van hoogstens 5 's jaars.
De commissie voor de financiën adviseert
tot aanneming van het voorstel.
Aldus wordt besloten.
Aan P. C. Lefeber wordt vergunning ver
leend tot het plaatsen van een lichtkozjjn
voor den kelder in den zijgevel van zjjn per
ceel, gelegen aan de Bierkade wjjk D no. 1.
Vergunning tot het uithangen van zonne
schermen wordt verleend aan M. Riemens, A.
J. v. d. Berge, J. B. Plujjmers, J. F. Harting
en H. H. F. Fastenau Jr, respectievelijk aan de
perceelen O 344, I 165, F 33, O 326 en I 64.
Nog stellen burg. en weth. voor goedkeuring
te verleenen aan een suppletoiren staat van
ontheffingen wegens hoofdelpken omslag, dienst
1903.
Deze goedkeuring wordt verleend.
Voorts wordt voorgesteld vast te stellen de
staten van oninbare posten wegens hoofde
lpken omslag, diensteD 1901 en 1903, respec
tievelijk ten bedrage van 250.20 en/974.06.
De commissie voor de financiën adviseert
tot aanneming van deze voorstellen.
Ook dit geschiedt.
Goedgekeurd worden de volgende rekenin
gen van de zeemans- en visschersbeurs, van
het Burgerweeshuis en van de kamer van koop
handel de cjjfers dezer rekeningen deelden
wjj reeds vroeger mede.
Bp de rondvraag deelt de heer Geelhoed
mee, dat hem gevraagd is of het niet mogeljjk
is gezinkaarten voor de badplaats ad 10
beschikbaar te stellen.
De voorzitter vreest dat men dan in den
drukken tjjd badkoetsen te kort zal komen.
De heer Loois geeft den heer Geelhoed in
overweging dit punt bjj de badcommissie ter
sprake te brengen.
De voorzitter zegt overweging toe en zal
als voorzitter der badcommissie de zaak daar
ter sprake brengen.
De heer Auer wjjst erop dat in de Badhuis
straat de man met den stok niet voor de loco
motief van de stoomtram loopt. Hjj geeft in
overweging ook daór de bepaling toe te passen.
De voorzitter wjjst erop dat dit is geregeld
bjj provinciaal reglementvoorts zegt hjj over
weging toe.
De heer Rottier vestigt er de aandacht op
dat het wielrjjderspad in de Badhuisstraat alleen
voor wielrjjders is, terwpl het in beslag wordt
genomen door kinderwagens enz.
De voorzitter zegt de politie last te zullen
geven hierop te letten.
Hierna wordt de vergadering gesloten.
(Dit verslag werd Woensdagavond nog in een
afzonderlijk bijvoegsel bij onze geabonneerden te
Vlissingen bezorgd.)
Het hoofdbestuur der Maatschappij tot bevor
dering van landbouw en veeteelt in Zeeland heeft
zich tot de Provinciale Staten gewend met
verzoek ook in de eerstvolgende jaren, onder
geljjke voorwaarden als in 1902, eene jaarljjk-
sche bjjdrage te mogen ontvangen ten behoeve
van de paardenfokkerjj.
Het hoofdbestuur acht handhaving van het
in 1902 tot 3550 verhoogde crediet noodza-
keljjk, waarmede de provinciale veearts lekl.
zich kan vereenigen.
Ged. Staten geven in overweging wederom
voor twee jaren een crediet van 3550 toe te
staan, onder bepaling o. a. dat door de Maat-
schappjj voor hetzelfde doel een jaarljjksche
bjjdrage van ten minste 400 worde verleend.
P. de Mujjnk te St. Kruis en een aantal
andere landbouwers in het westeljjk deel van
Zeeuwsch-Vlaanderen verzoeken om art. 87
van het reglement op de wegen en voetpaden
in dier voege te wjjzigen, dat het in 3 be
paalde verbod (op grindwegen gebruik te maken
van meer dan twee paarden voor eene bespan
ning hiervan zjjn uitgezonderd rjjtuigen be
stemd voor personenvervoer) niet van toepas
sing zjj op het gebruik van drie paarden voor
eene bespanning bjj het vervoer over kunst
wegen door landbouwers binnen den afstand
van 2500 meters van hunne hofstede.
Het vervoer van vrachten op de wegen heeft
in de vergadering der Provinciale Staten her-
haaldeljjk een punt van beraadslaging uitge
maakt.
Het komt Ged. Staten voor, dat het verbod
geen nut meer zou doen, indien de gewenschte
uitzondering daaraan werd toegevoegd, en zjj
stellen daarom voor het verzoek af te wjjzen.
De vergadering van ingelanden van den
Oud-Kempenshofstede-polder verzoekt een ren
teloos voorschot uit de Provinciale fondsen
van 4764.10 voor de begrinding van het
onverharde gedeelte van den Buurtweg in dien
polder en van 1305 voor onderhoud van dien
grindweg gedurende de eerste drie jaren.
De ontworpen wegsverbetering voorziet voor
den landbouw in eene bestaande behoefte,
daar alleen langs de zuidzjjde van den polder
een verharde weg bestaat en met de verbete
ring van den buurtweg, in de lengte-richting
door den polder loopende, een groot deel
daarvan zou zjjn gebaat en eene wenscheljjke
verbetering zou worden verkregen voor den
aanvoer der landbouw-producten in het najaar
en in den winter naar de haven van Stavenisse.
Het komt Ged. staten mitsdien voor, dat er
termen bestaan een renteloos voorschot voor
de begrinding van den weg te verleenen, doch
slechts tot de helft der geraamde kosten ad
4764.10, daar de ontworpen verbetering niet
van algemeen belang kan worden geacht.
Van het verleenen van een renteloos voor
schot voor de onderhoudskosten in de eerste
drie jaren kan naar Ged. staten meenen geen
sprake zgn. Dergeljjk ^voorschot werd door
de Staten tot dusver niet verleend en Ged.
staten moeten ontraden om der gevolgen wille
daarmede een aanvang temaken.
Tegen inwilliging van het verzoek om met
de aflossing van het voorschot eerst in het
dienstjaar 1908/9 een aanvang te maken be
staat hjj Ged. staten geene bedenking.
Ged. staten stellen daarom voor het rente
loos voorschot te verleenen tot een maximum
van 2382.
Van de heeren P. C. J. Hennequin, P. B.
Wjjffels en J. L. J. de Glopper te Aardenburg
is ingekomen een adres om eene bjjdrage van
100 uit de provinciale kas ten behoeve van
een in die gemeente bestaanden teekencursus.
Burgemeester en wethouders van Aarden;
burg, hierover door Ged. Staten gehoord, zon
den een schrjjven, waaruit blpkt dat de cursus
enkel bezocht wordt door in de gemeente
Aardenburg wonende leerlingen.