Zaterdag 4 Juni. Uit Stad en Provincie. N°. 130. 147e Jaargang. 1904. Kameroverzicht. RICHARD CORDEN. thermometer en verwachting. Middelburg 3 Juni BENOEMINGEN, ENZ. MIDDELBIIRGSCHE Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco pp., 2. Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. 3 Juni 8 u. vm 58 gr., 12 u. 64 gr., av. 4 u. 63 gr. F. Verwacht: zwakke tot matige N. O. wind, veranderlijk weer, weinig verandering in temperatuur. Advertentiën20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 1—7 regels 1.50; elke regol meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel. Groote letters naar de plaats, die zij innemen. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende Handel, Njjverheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Adverteutie-Burean A. de ea HAR Ai., n.Z. Voorburgwal 366, Amsterdam. Zitting van Donderdag. De kamer doet in de laatste dagen denken aan een schooljongen met veel huiswerk, die veel thema's heeft opgekregen, en nu in elk schrift een paar regels schrjjft in stede ze stuk voor stuk al te maken. Telkens komt het voor dat een onderwerp na breede discussiën eenvoudig tot den vol genden dag verschoven wordt. Het is zelfs nog bjjna niet voorgekomen, dat er op éen dag over éen belangrijke zaak een beslissing is gevallen. Dan weder deugde de redactie niet; dan weder moest een geheel nieuw ar tikel geformuleerd worden, of een nieuw amen dement worden uitgebroeidaltjjd kwam er iets tusschenbeide. En zelfs bjj de kleine wetsontwerpen, die nu 's morgens bjj wijze van hors (Toeuvre worden behandeld, wordt deze nieuwe koers gevolgd. Woensdag was geschorst wy kunnen ge rust sehry vennatuurlijk geschorst het wets voorstel-Van Eaalte c.s. tot wjjziging van eenige artikelen van het Wetboek van Bur gerlijke Rechtsvordering betreffende het ge tuigenverhoor. Heden morgen was dit het eerst aan de orde. Zonder hoofdelijke stemming werd het aangenomen. Daarna volgde het wetsontwerp tot instel ling van een Indisch landbouw departement. Natuurlijk werd de discussie daarover geschorst. De voorzitter vond de Multatuliaansche speech, die de heer Van Kol er over hield, zeker vol doende voor de behoeften van het oogenblik. Breedsprakigheid is aanstekeljjk en daarom was deze schorsing misschien nog zoo kwaad niet gezien. De argumenten van den heer Van Kol tegen het regeeringsvoorstel waren anders wel de overweging waard. Voor den inlander zag hjj heel weinig heil in dit nieuwe departement, dat zich speciaal zal toeleggen op de verbe tering en bevordering van de Europeesche culturen. De inlandsche landbouw zou er weinig profijt van trekken of er al dan niet proef stations zouden verrjjzen waar de wetenschap no. 1, de pfaktjjk no. 2 zal zjjn. Bjj het bin nenlandsch bestuur, dat gaf de heer Van Kol toe, kwam er door overstelping van arbeid van een behoorljjke behartiging van den landbouw niet veel terecht. Daarom was hjj met een reorganisatie wel ingenomen, maar niet met een halven maatregel als deze, die de hoofd zaak bjj het binnenlandsch bestuur laat (land- bouwcrediet, regeling van het grondbezit enz. enz.) en alleen de nevenzaken aan het nieuwe departement toewjjst. Voor deze zienswjjze was wel wat te zeggen' Ook maakte het geen gunstigen indruk, dat de Regeering de adviezen, omtrent deze zaak uit gebracht, niet wilde overleggen. Jammer was het alleen weder dat de heer Van Kol aan het slot met een stel vragen tot den minister kwam, die aan deze zakeljjke oppositie afbreuk deed door de persoonlijk heden, die hg er bjj haalde. Professor Treub, de Indische botanicus, moet n.l. de vader van het ontwerp zjjn, en nu stelde de heer Van Kol het voor alsof Z. Ex, alleen door »het drijven" van dezen ambtenaar tot het indienen van dit wetsontwerp was ge komen. Vandaar een vragenreeks over het karakter, den persoon, de eigenschappen van den heer Treub, die met de zaak in quaestie niets te maken heelt. -Morgen komt de minister aan het woord en over eenige maanden zal de heer Van Kol waarschjjnlgk wel in een gespierd betoog van den heer Treub zelf do gevraagde inlichtingen verkrjjgen, die de minister toch moeilijk kan verstrekken. De heer Van Kol moest toch verstandiger zjjn Dit afgeloopen, werd het overig deel van den dag gewjjd aan drankwet-wjjsheid. Over de sociëteiten en de verloven liep het geredekavel Het begon natuurljjk met een geschorst artikel. Gisteren had men niet wjjs kunnen worden uit de bepalingen, die op het intrekken van societeitsvergunningen waren voorgesteld. Na tuurljjk was de oorspronkelijke redactie, als geheel foutief, direct van de baan. Dr Kuyper had er nog wat aan willen peuteren door in de wet te schrjjven dat Ged. Staten alleen bjj «herhaalde overtreding" der statuten tot intrekking kunnen overgaan, maar ook deze nieuwe inval voldeed niet en werd als onvoldoende bestreden. Wjj zouden onzen lezers vermoedeljjk geen dienst doen door hier na te gaan welke oplos singen van bet «probleem" aan de hand wer den gedaan. De heeren Troels'tra, Talma, Lobman, Kuyper en anderen hadden ieder hun eigen «bedenksel." De heer Borgesius wilde de bepaling meer facultatief maken en zoo dacht ook de heer Troelstra er over. Het eind was en dat bjj al die kleine twistjes, kleine ruzies en dat geharrewar het voornaamste dat na eenige redactiewjjzigingen het artikel werd aangenomen. Grappig hierbjj was dat de heer Lohman, die zich in al die dagen erg kalm en bedaard had gehouden, op eens geweldig uit zjjn slof schoof, duideljjk verstaanbaar was wat bjj hem op een verhoogde gemoedstemperatuur wijst en sprak van »menschen", die hem hier »een drankwet willen opdringen", en nog meer van die vriendeljjke bemerkingen. Tableau. Men had het gezicht van dr Kuy per eens moeten zien Bjj de verloven zwommen wjj in de Brabant- sche drankbestrijding. Aandoenljjk was dr Kuyper, die begreep dat naar »hulpe" tegen het »bierkwaad" werd uitgezien. Maar hjj kon speciaal voor Lim- burgsche en Brabantsche toestanden toch geen wet gaan maken. Bovendien de regeling van het »bierkwaad" was niet bjj deze wet bedoeld. De «verloven" waren alleen ingesteld om den elandestienen verkoop te keeren. Het einde' was, dat een amendement-Bolsius- Janssen (zelfde eischen als van vergunning houders omtrent lucht, licht en ruimte) met 45 tegen 37 stemmen werd aangenomen. Al die andere mooie dingen als sluitingsuur enz., enz., werden eenvoudig ingetrokken. Morgen voortzetting. (1804—1865). Heden, den 3den Juni, is er een eeuw verstreken sedert den geboortedag van den merkwaardigen man, wiens naam hierboven is genoemd. Eenige woorden ter herinnering aan den grooten apostel van den vrijhandel. Als zoon van een eenvoudigen boer te Dun- ford, een gehucht in West-Sussex, geboren, moest Cobden reeds op zeer jeugdigen leeftijd door de schapen zjjns vaders te hoeden mede helpen om in de behoeften van het talrjjk gezin te voorzien. Achteruitgang in het bedrijf noopte den vader de boerderjj te verkoopen. De jonge Richard werd door een oom naar een kostschool gezonden, waar hij vijf treurige jaren sleet en slecht, onderwijs genoot. Van 18191825 in de katoenfabriek van zjjn oom eerst als werkman later als reiziger, werkzaam, begon hjj in 1828 zelf zaken te doen en wist hjj door zjjn helder verstand, zjjn werkkracht en taaie volharding weldra een der eerste katoenfabrikanten van Engeland te worden. Reeds vroeg ging hem de behartiging van het algemeen belang ter harte. Door ervaring geleerd en zjjn kennis van economische toestanden door buitenlandsche reizen ver meerderend. kwam hjj tot de overtuiging dat de toenmaals heerschende denkbeelden den bloei van zijn land in den weg stonden De leer, volgens welke bjj een koop alleen de verkooper profijt heeft en de kooper nadeel zou lijden, werd ook toegepast op het toen- tertjjd gevolgde stelsel van handelspolitiek Engeland zuchtte onder een stelsel van protec tie, waardoor nagenoeg alle buitenlandsche goederen werden getroffen. Bjjna geen enkel artikel was onbelast en van sommige was de invoer eenvoudig verboden, zooals van vee, schapen, varkens, versch vleesch en van visch. De graanwetten beperkten den toevoer van buitenlandsch graandit mocht slechts worden ingevoerd als de prjjs tot een bepaald bedrag was gestegen. De landbouw was dus beschermd. Eveneens ging het den handeluit het verslag van eene in 1820 ingestelde parlementaire enquête bleek dat meer dan 1000 wetten het vrjje handelsverkeer belemmerden. Bovendien bepaalden de scheep vaartwetten, dat vreemde goederen mochten worden ingevoerd alleen door Engelsche schepen of door die van het land, waar de goederen werden gemaakt. De slechte gevolgen bleven niet uitde eerlijke handel werd belemmerd, de smokkelarjj bloeide, de scheepvaart werd beperkt en de opkomende industrie tegengehouden in haar ontwikkeling. "Vooral de kortzichtige graan politiek was oorzaak dat onder de steeds toe nemende bevolking armoede en ellende heersch ten, terwjjl wegens talrjjke mislukte oogsten de kwjjnende landbouw niet in de klimmende behoeften kon voorzien. Vandaar algemeene ontevredenheid onder de arbeidende klasse vooral in de fabriekssteden. Geen wonder dan ook, dat van daar uit herhaalde pogingen werden gedaan om verbetering te brengen in een toestand, die alleen den landheeren en den grondeigenaren voordeel schonk. Doch deze pogingen leden schipbreuk, tot dat Cobden zich opmaakte tot den strjjd tegen het verbond van eigenbelang en behoudzucht. Hjj toonde aan dat de zoogenaamde bescher ming de beschermden niet helpt, dat het volk er door verarmt, dat de staat niet het recht heeft één klas te bevoordeelen ten koste van het algemeen. Tegenover, de oude leer, dat het een land goed gaat slechts wanneer andere landen worden benadeeld, plaatste Cobden het grootsche beginsel dat alle landen, en elk in het bjj zonder, belang hebben bjj internationale welvaart, en dat hiervoor vrjjheid van verkeer oen noodzakelijke voorwaarde is. Om Enge land tot bloei te brengen wenschte hij toe toepassing van volledige handelsvrijheid en vervanging van de protectie door een volko men vrjj ruilverkeer. Begaan met den treuri- gen toestand des volks, richtte hjj zjjn streven op verbetering der stoffeljjke welvaart, niet omdat hjj geen hoogere belangen erkende, doch omdat hjj terecht ook van stoffeljjken voorspoed zedeljjken vooruitgang verwachtte. In de eerste plaats bond hjj den strjjd aan tegen de graanwetten. Vooral door Cobden's toedoen en dat van zjjn strjjdmakker John Bright werd eene vereeniging opgericht, de anti-cornlaw-league genaamd, die zich de af schaffing der graanwetten en de toepassing van het beginsel van volledigen vrjjhandel ten doel stelde. Het zou ons te ver voeren den strjjd in bjjzonderheden na te gaan. Als lid van het uitvoerend bewind der vereeniging was Cobden onvermoeid werkzaam. Door oprichting van plaatseljjke vereenigingen, het houden van lezingen, het verspreiden van geschriften, werd de openbare meening bewerkt. Geen eerlijk middel werd onbeproefd gelaten om de zege te behalen. De uitslag beloonde de moeite. Na met volharding en toewjjding gevoerden strjjd waarbij Cobden zjjn eigen vermogen grootendeels ten offer bracht gelukte het hem zjjn beginselen bjj het volk ingang te doen vinden. Eerst werden de nyverheids- districten voor zjjne denkbeelden gewonnen en toen eenmaal den boeren de overtuiging was bjj gebracht dat niet zjj, doch slechts de landheeren voordeel trokken van de kunstmatig verhoogde graanprijzen en daardoor stijgende pachten, volgden de landbouwstreken eveneens. Ook in het parlement streden Cobden en Bright hun onbaatzuchtigen strjjd voor wat een volk in de eerste plaats noodig heeft om zich te ontwikkelen de vrijheid van handel en van verkeer. Ook daar trokken zjj heftig te velde tegen een stelsel, dat belastingen heft ten gunste van bepaalde klassen en dat in de beurs van particulieren een gedeelte doet vloeien van hetgeen uitsluitend voor 's Rjjks schatkist be hoort bestemd te zjjn. Aan Cobden's onvermoeide werkzaamheid het te danken dat in 1842 door den Mi- de oorlogszuchtige staatkunde der partjj, waar toe hjj behoorde. Steeds verhief hjj zjjn stem tegen inmenging in de zaken van andere landen, steeds streefde hjj er naar om voor Engeland den vrede te bewaren. Een der resultaten hiervan was het handelsverdrag, in 1861 met Frankrijk gesloten, waarbjj door zjjn toedoen en dat van zjjn Franschen geestverwant, Che valier, de Fransche tarieven aanmerkelijk wer den verlaagd. Het gevolg was een snelle ver meerdering van den handel tusschen Engeland en Frankrjjk tot voordeel van beide landen. Tot dank voor deze tweede weldaad, zjjn volk bewezen, wenschte de regeering Cobden te beloonen, doch de onbaatzuchtige man wilde hier niet van hooren en weigerde elke beloo ning, evenals hjj korten tjjd te voren een aanbod om als minister deel te nemen aan de regeering, ondanks de op hem van alle zjjden uitgeoefende pressie, van de hand had gewezen. De eenige belooning die ik begeer" aldus schreef hjj in zjjn antwoord op het vereerende aanbod «is, dat ik moge bljjven leven om getuige te zjjn van een verbetering in de be trekkingen tusschen de twee groote nabuur- staten, die door het handelsverdrag nauwer worden verbonden". Het was hem echter niet gegeven zjjn wensch voor nog talrjjke jaren te zien vervuld, en de zegenrjjke gevolgen van het stelsel der vrjjheid van handel in vollen omvang te kunnen aan schouwen. Te midden van zjjn werk stierf hjj den 2en April 1865 te Londen. Behoeven de resultaten van zjjn arbeid nog te worden bewezen Moet dan nog steeds be wjjs worden geleverd voor wat door een ieder, wiens oog niet door baatzucht en eigen belang is verblind, kan worden waargenomen «Er is geen woonstede in het land", aldus werd bjj de onthulling van Cobden's stand beeld in Bradford gezegd, »waé,r door zjjn werk niet meer levensgenot is gekomen, geen hut waarvan de bewoners niet meer werk hebben gekregen en voor wie naast een ruimere keuze van goedkoopere levensbehoeften de loonen niet zijn verhoogd." Heeft Cobden dan tevergeefs geleefd en ge werkt, zou men bjjna geneigd zjjn te vragen waar men ziet dat ook hier te lande pogingen worden gedaan de protectie weer binnen te halen Wjj weigeren zulks te gelooven. Veeleer mag worden vertrouwd dat ook hier Cobden's geest zal bljjken te leven, dat met warmte zal worden gestreden voor het behoud van de vrjjheid ook op het gebied van den handel dat men ook hier wenscht te streven naar het grootsche doel van den man van Vrjjhandel en Vrede tusschen de volken der aarde. Het Vrije Ruiherkeei. was nister Robert Peel aanvankeljjk de rechten werden verlaagd. Van toen af bracht elk jaar hem dichter bjj de overwinning. De treurige toestand des volks, tot welks verbetering de strjjd was begonnen, kwam den vrjjhandelaren te hulp. In 1845 deed een aardappelziekte in Ierland den geheelen oogst mislukken, en een algemeene hongersnood stond voor de deur. Van alle zjjden eischte men openstelling der havens voor vreemde goederen en granen Eindeljjk zwichtte de regeering voor den steeds krachtiger wordenden aandrang en werd de intrekking der graanwetten den 26sten Juni 1846 bekrachtigd. Met zelfvoldoening kon Cobden op zijn werk terugzien, en al komt de eer van de afschaf fing der graanrechten hem niet uitsluitend toe, naar waarheid kon de minister, sir Robert Peel, verklaren dat aan dezen maatregel voor altjjd Cobden's naam zal blijven verbonden als de naam van den man die, uit zuivere en be langelooze bedoelingen handelend, met onver moeide geestkracht de zaak der handelsvrjjheid heeft bepleit Zoo was dan de zege bevochten, doch Cob den's werkzame natuur liet hem geen rust. Nu het beginsel had gezegevierd, nam hjj deel aan de verdere toepassing ervan.. In 1849 werden de scheepvaartwetten afgeschaft, waar door de bnitenlansche vaart werd bevrjjd. In 1853 vielen de rechten op nog 133 artikelen, in 1860 verdwenen die op boter, kaas en nog andere zaken, in 1861 die op papier, in 1869 het laatste kleine recht op graan, terwjjl met het verdwijnen van het invoerrecht op suiker in 1874 in Engeland het stelsel van vrjjhan del volkomen werd gehuldigd. Doch niet alleen in eigen land diende Cob den de zaak der handelsvrjjheid. Sedert den val der graanwetten werd het vraagstuk van Vrjjhandel of Bescherming een der voornaam ste, waarmede alle landen zich zouden hebben bezig te houden. Van dien tjjd hield Cobden zjjn oog op de buitenlandsche staatkunde ge vestigd. Vast overtuigd dat door den band van wederkeerigè handelsbelangen de vrede tusschen de volken duurzaam zou worden be vorderd, bepleitte hjj steeds de internationale vrjje handelspolitiek en werd hjj bestrjjder van Bjj kon. besluit is benoemd tot officier in de orde van Oranje- Nassau, A. Veenhuyzen, ingenieur-verificateur van het kadaster bjj het Dep. van financiën is bp het Dep. van financiën benoemd tot inspecteur van het kadaster F. G. Stucki thans ingenieur-verificateur van het kadaster in de Xlde divisie te 's Hertogenbosch is aan den eerste-luit. der art. A. L. Nagel, thans op non-activiteit, op verzoek, een eer vol ontslag uit den militairen dienst verleend en hp benoemd tot reserve-eerste-luit. der art., met bestemming voor den dienst by de landweer en wel in het XXHste Landweer district is de O.-I. ambtenaar met verlof, N. M. van der Ham, laatsteljjk gezaghebber by de gou- vernements-marine in N.-L, op verzoek, wegens physieke ongeschiktheid, eervol uit 's lands dienst ontslagen, met toekenning van pensioen De generale repetitie van de Elias, Don derdagavond gehouden door de zangvereeniging Tot Oefening en Uitspanningwas zeer druk be zocht, en voor heden avond by de uitvoering van dat werk is by na de geheele zaal besproken Yoor den tweeden avond, Zaterdag, is ook groote belangstelling. Nog slechts een gering aantal plaatsen is beschikbaar. Omtrent de volgorde der stukken op de Zaterdagmorgen te half tien te beginnen generale repetitie meldt men ons, dat eerst zul len worden onder handen genomen de Variation van Brahms en de drie eerste deelen van de 9de symfonie, allen voor orkest alleen. Na de pauze zullen dan de solisten enkele nummers doornemen, waarna de koorrepetitie volgt met de Cantate van Bach, de fragmenten uit de Meistersinger en de Finale uit de 9de symfonie. In weerwil van het dreigende weer hadden heden eenige ingezetenen de vlag uitgestoken. Heden middag werd de heer Joh. Cleuver aangenaam verrast door een blyk van erken- telgkheid en genegenheid namens de leerlingen van de Zangschool der Zangvereeniging Tol Oefening en Uitspanning. Dit bestond uit een prachtig bloemstuk en een viertal photographieën, voorstellende alle leerlingen der zangschool, verdeeld over de vier klassen, welke foto's vervaardigd zyn door den heer C. Henning. De photographie van de werkende leden der feestvierende Vereeniging, don directeur Woens dag aangeboden, was vervaardigd door den heer C. W. Bauer. Door burg. en weth. is aan de directie van het circus Corty-Althoff, op haar verzoek, toegestaan om van 7 tot 13 Juni op het Molenwater alhier een reeks voorstellingen te geven. Het bovengenoemde circus, dat hier vele jaren geleden, gedurende geruimen ty d, in een groote tent op de Markt druk bezochte voorstellingen gaf, heeft toen de beste herinneringen nagelaten. Het gaf dezer dagen te Nymegen voorstel lingen, die Donderdag avond werden besloten. De Prov. Geld. en Nijm. Crt schryft met rooten lof over hetgeen te zien is gegeven. Naar wy vernemen, is door onze regeering toegestaan de door de Belgische gevraagde uitlevering van C. S., geboren te Bottelaere laatst kapelaan te Gent, thans alhier in hechtenis. De man zal Vrydag a. aan de Belgische justitie worden overgegeven. Wy moeten nog eens terugkomen op het Maandag middag op het Molenwater alhier met een milicien gebeurde. Wy doen dit slechts noode, maar meenen, waar ons eene eenigszins andere lezing daar van is gegeven, vooral ook omtrent de aan leiding tot het voorgevallene, het nuttig, noodig en vooral biliyk tegenover de daarby betrokken personen, die nadere voorstelling onzen lezers mede te deelen. Een door ons, naar aanleiding daarvan, in gesteld nader onderzoek heeft het volgende aan het licht gebracht Het is een feit dat de jonge man in een oogenblik van drift deed wat wy meldden maar het is beslist niet waar dat er van de zyde van den sergeant kwestie van eenige plagery is geweest. Deze moge zeer streng zyn in zyne opvatting van den dienst maar by hem bestaat allerminst zucht om den man schappen onaangenaam te zyn. En wat den betrokken luitenant betreft, ons is verzekerd dat zyn optreden tegenover den be- wusten milicien eenvoudig ten doel had dezen te wijzen op een zwakheid, waarvan hy nog dezer dagen blyk had gegeven. In ernstige woorden of die altyd, vooral op dat oogenblik, gelukkig gekozen zijn ge weest, zullen wy daarlaten onderhield hy hem daarover, wees hem op het verkeerde van een afkeuringswaardig euvel, dat voor hem zeer nadeelig en waarvan verbetering hoogst gewenscht is. Dis woorden nu moeten een verkeerden in druk hebben gemaakt op den persoon, die vooral geprikkeld werd door het feit dat ze geuit werden in tegenwoordigheid van zyn kameraden en de luitenant, volgens zyn en anderer gevoelen, te ver op het onderwerp inging. Later, toen hy weer tot kalmte was gekomen, en de luitenant met hem nog eens onder vier oogen sprak, is hem de bedoeling dier woor den nader verklaard. Er is dus by deze gebeurtenis wêer gebleken, hoe men een zaak van verschillende kanten kan beschouwen, en hoe licht een misver stand mogelyk is. Tegelykertyd is ons verzekerd en wy vermelden dit ten slotte, in verband met een in hetzelfde bericht voorkomende bewe ring als zou hier in het garnizoen meermalen onheusche bejegeningen van minderen door meerderen plaats hebben dat de verhouding tusschen onderofficieren-instructeurs en de recruten niets te wenschen overlaat. Wy geven ook deze mededeeling zooals zy ons is gedaan. De voorstanders van de openbare school te Aagtekerke, van wie sprake is in ons nommer van Donderdag, hebben hun verlangen niet aan den raad kenbaar gemaakt. De lyst met hunne namen, waarby te kennen wordt gegeven dht zy openbaar onderwys in hunne gemeente verlangen, aangezien zy van de school te Domburg geen gebruik wenschen te maken, berust, naar men ons nader meldt, op 't oogenblik by het hoofdbestuur van het Ned. Onderwijzers Genootschap te Amsterdam, dat aan den raad van Aagtekerke een verzoek heeft gericht, met memorie van toelichting, om de school niet te sluiten, zynde zulks o.a. in stryd met de wet. Donderdag deed de nieuw benoemde bur gemeester van Oolynsplaat, de heer ,T. W. A. Stilte, zyne intrede in de gemeente. Afgehaald door alle leden van den gemeen teraad met den secretaris, de leden der feest commissie en eene eerewacht, werd de nieuwe burgemeester aan de kom der gemeente

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1904 | | pagina 1