Zaterdag
4 Juni.
Uit Stad en Provincie.
N°. 130.
147e Jaargang.
1904.
Kameroverzicht.
RICHARD CORDEN.
thermometer en verwachting.
Middelburg 3 Juni
BENOEMINGEN, ENZ.
MIDDELBIIRGSCHE
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco pp., 2.
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
3 Juni 8 u. vm 58 gr., 12 u. 64 gr., av. 4 u. 63 gr. F. Verwacht: zwakke tot matige N.
O. wind, veranderlijk weer, weinig verandering in temperatuur.
Advertentiën20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 1—7 regels 1.50; elke regol meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel.
Groote letters naar de plaats, die zij innemen.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende
Handel, Njjverheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Adverteutie-Burean
A. de ea HAR Ai., n.Z. Voorburgwal 366, Amsterdam.
Zitting van Donderdag.
De kamer doet in de laatste dagen denken
aan een schooljongen met veel huiswerk, die
veel thema's heeft opgekregen, en nu in elk
schrift een paar regels schrjjft in stede ze
stuk voor stuk al te maken.
Telkens komt het voor dat een onderwerp
na breede discussiën eenvoudig tot den vol
genden dag verschoven wordt. Het is zelfs
nog bjjna niet voorgekomen, dat er op éen
dag over éen belangrijke zaak een beslissing
is gevallen. Dan weder deugde de redactie
niet; dan weder moest een geheel nieuw ar
tikel geformuleerd worden, of een nieuw amen
dement worden uitgebroeidaltjjd kwam er
iets tusschenbeide. En zelfs bjj de kleine
wetsontwerpen, die nu 's morgens bjj wijze
van hors (Toeuvre worden behandeld, wordt deze
nieuwe koers gevolgd.
Woensdag was geschorst wy kunnen ge
rust sehry vennatuurlijk geschorst het wets
voorstel-Van Eaalte c.s. tot wjjziging van
eenige artikelen van het Wetboek van Bur
gerlijke Rechtsvordering betreffende het ge
tuigenverhoor.
Heden morgen was dit het eerst aan de
orde. Zonder hoofdelijke stemming werd het
aangenomen.
Daarna volgde het wetsontwerp tot instel
ling van een Indisch landbouw departement.
Natuurlijk werd de discussie daarover geschorst.
De voorzitter vond de Multatuliaansche speech,
die de heer Van Kol er over hield, zeker vol
doende voor de behoeften van het oogenblik.
Breedsprakigheid is aanstekeljjk en daarom
was deze schorsing misschien nog zoo kwaad
niet gezien.
De argumenten van den heer Van Kol tegen
het regeeringsvoorstel waren anders wel de
overweging waard. Voor den inlander zag hjj
heel weinig heil in dit nieuwe departement,
dat zich speciaal zal toeleggen op de verbe
tering en bevordering van de Europeesche
culturen. De inlandsche landbouw zou er weinig
profijt van trekken of er al dan niet proef
stations zouden verrjjzen waar de wetenschap
no. 1, de pfaktjjk no. 2 zal zjjn. Bjj het bin
nenlandsch bestuur, dat gaf de heer Van Kol
toe, kwam er door overstelping van arbeid van
een behoorljjke behartiging van den landbouw
niet veel terecht. Daarom was hjj met een
reorganisatie wel ingenomen, maar niet met
een halven maatregel als deze, die de hoofd
zaak bjj het binnenlandsch bestuur laat (land-
bouwcrediet, regeling van het grondbezit enz.
enz.) en alleen de nevenzaken aan het nieuwe
departement toewjjst.
Voor deze zienswjjze was wel wat te zeggen'
Ook maakte het geen gunstigen indruk, dat de
Regeering de adviezen, omtrent deze zaak uit
gebracht, niet wilde overleggen.
Jammer was het alleen weder dat de heer
Van Kol aan het slot met een stel vragen tot
den minister kwam, die aan deze zakeljjke
oppositie afbreuk deed door de persoonlijk
heden, die hg er bjj haalde.
Professor Treub, de Indische botanicus, moet
n.l. de vader van het ontwerp zjjn, en nu
stelde de heer Van Kol het voor alsof Z. Ex,
alleen door »het drijven" van dezen ambtenaar
tot het indienen van dit wetsontwerp was ge
komen. Vandaar een vragenreeks over het
karakter, den persoon, de eigenschappen van
den heer Treub, die met de zaak in quaestie
niets te maken heelt.
-Morgen komt de minister aan het woord en
over eenige maanden zal de heer Van Kol
waarschjjnlgk wel in een gespierd betoog van
den heer Treub zelf do gevraagde inlichtingen
verkrjjgen, die de minister toch moeilijk kan
verstrekken.
De heer Van Kol moest toch verstandiger zjjn
Dit afgeloopen, werd het overig deel van den
dag gewjjd aan drankwet-wjjsheid. Over de
sociëteiten en de verloven liep het geredekavel
Het begon natuurljjk met een geschorst
artikel.
Gisteren had men niet wjjs kunnen worden
uit de bepalingen, die op het intrekken van
societeitsvergunningen waren voorgesteld. Na
tuurljjk was de oorspronkelijke redactie, als
geheel foutief, direct van de baan.
Dr Kuyper had er nog wat aan willen peuteren
door in de wet te schrjjven dat Ged. Staten
alleen bjj «herhaalde overtreding" der statuten
tot intrekking kunnen overgaan, maar ook
deze nieuwe inval voldeed niet en werd als
onvoldoende bestreden.
Wjj zouden onzen lezers vermoedeljjk geen
dienst doen door hier na te gaan welke oplos
singen van bet «probleem" aan de hand wer
den gedaan.
De heeren Troels'tra, Talma, Lobman, Kuyper
en anderen hadden ieder hun eigen «bedenksel."
De heer Borgesius wilde de bepaling meer
facultatief maken en zoo dacht ook de heer
Troelstra er over. Het eind was en dat
bjj al die kleine twistjes, kleine ruzies en
dat geharrewar het voornaamste dat na
eenige redactiewjjzigingen het artikel werd
aangenomen.
Grappig hierbjj was dat de heer Lohman,
die zich in al die dagen erg kalm en bedaard
had gehouden, op eens geweldig uit zjjn slof
schoof, duideljjk verstaanbaar was wat bjj
hem op een verhoogde gemoedstemperatuur
wijst en sprak van »menschen", die hem
hier »een drankwet willen opdringen", en nog
meer van die vriendeljjke bemerkingen.
Tableau. Men had het gezicht van dr Kuy
per eens moeten zien
Bjj de verloven zwommen wjj in de Brabant-
sche drankbestrijding.
Aandoenljjk was dr Kuyper, die begreep dat
naar »hulpe" tegen het »bierkwaad" werd
uitgezien. Maar hjj kon speciaal voor Lim-
burgsche en Brabantsche toestanden toch geen
wet gaan maken. Bovendien de regeling van
het »bierkwaad" was niet bjj deze wet bedoeld.
De «verloven" waren alleen ingesteld om den
elandestienen verkoop te keeren.
Het einde' was, dat een amendement-Bolsius-
Janssen (zelfde eischen als van vergunning
houders omtrent lucht, licht en ruimte) met
45 tegen 37 stemmen werd aangenomen. Al
die andere mooie dingen als sluitingsuur enz.,
enz., werden eenvoudig ingetrokken.
Morgen voortzetting.
(1804—1865).
Heden, den 3den Juni, is er een eeuw
verstreken sedert den geboortedag van den
merkwaardigen man, wiens naam hierboven is
genoemd.
Eenige woorden ter herinnering aan den
grooten apostel van den vrijhandel.
Als zoon van een eenvoudigen boer te Dun-
ford, een gehucht in West-Sussex, geboren,
moest Cobden reeds op zeer jeugdigen leeftijd
door de schapen zjjns vaders te hoeden mede
helpen om in de behoeften van het talrjjk
gezin te voorzien. Achteruitgang in het bedrijf
noopte den vader de boerderjj te verkoopen.
De jonge Richard werd door een oom naar een
kostschool gezonden, waar hij vijf treurige
jaren sleet en slecht, onderwijs genoot. Van
18191825 in de katoenfabriek van zjjn oom
eerst als werkman later als reiziger, werkzaam,
begon hjj in 1828 zelf zaken te doen en
wist hjj door zjjn helder verstand, zjjn
werkkracht en taaie volharding weldra een
der eerste katoenfabrikanten van Engeland te
worden. Reeds vroeg ging hem de behartiging
van het algemeen belang ter harte. Door
ervaring geleerd en zjjn kennis van economische
toestanden door buitenlandsche reizen ver
meerderend. kwam hjj tot de overtuiging dat
de toenmaals heerschende denkbeelden den
bloei van zijn land in den weg stonden
De leer, volgens welke bjj een koop alleen de
verkooper profijt heeft en de kooper nadeel
zou lijden, werd ook toegepast op het toen-
tertjjd gevolgde stelsel van handelspolitiek
Engeland zuchtte onder een stelsel van protec
tie, waardoor nagenoeg alle buitenlandsche
goederen werden getroffen. Bjjna geen enkel
artikel was onbelast en van sommige was
de invoer eenvoudig verboden, zooals van
vee, schapen, varkens, versch vleesch en
van visch. De graanwetten beperkten den
toevoer van buitenlandsch graandit mocht
slechts worden ingevoerd als de prjjs tot een
bepaald bedrag was gestegen. De landbouw
was dus beschermd. Eveneens ging het den
handeluit het verslag van eene in 1820
ingestelde parlementaire enquête bleek dat
meer dan 1000 wetten het vrjje handelsverkeer
belemmerden. Bovendien bepaalden de scheep
vaartwetten, dat vreemde goederen mochten
worden ingevoerd alleen door Engelsche
schepen of door die van het land, waar de
goederen werden gemaakt.
De slechte gevolgen bleven niet uitde
eerlijke handel werd belemmerd, de smokkelarjj
bloeide, de scheepvaart werd beperkt en de
opkomende industrie tegengehouden in haar
ontwikkeling. "Vooral de kortzichtige graan
politiek was oorzaak dat onder de steeds toe
nemende bevolking armoede en ellende heersch
ten, terwjjl wegens talrjjke mislukte oogsten
de kwjjnende landbouw niet in de klimmende
behoeften kon voorzien. Vandaar algemeene
ontevredenheid onder de arbeidende klasse
vooral in de fabriekssteden. Geen wonder
dan ook, dat van daar uit herhaalde pogingen
werden gedaan om verbetering te brengen in
een toestand, die alleen den landheeren en
den grondeigenaren voordeel schonk.
Doch deze pogingen leden schipbreuk, tot
dat Cobden zich opmaakte tot den strjjd tegen
het verbond van eigenbelang en behoudzucht.
Hjj toonde aan dat de zoogenaamde bescher
ming de beschermden niet helpt, dat het volk
er door verarmt, dat de staat niet het recht
heeft één klas te bevoordeelen ten koste van
het algemeen. Tegenover, de oude leer, dat
het een land goed gaat slechts wanneer andere
landen worden benadeeld, plaatste Cobden het
grootsche beginsel dat alle landen, en elk in
het bjj zonder, belang hebben bjj internationale
welvaart, en dat hiervoor vrjjheid van verkeer
oen noodzakelijke voorwaarde is. Om Enge
land tot bloei te brengen wenschte hij toe
toepassing van volledige handelsvrijheid en
vervanging van de protectie door een volko
men vrjj ruilverkeer. Begaan met den treuri-
gen toestand des volks, richtte hjj zjjn streven
op verbetering der stoffeljjke welvaart, niet
omdat hjj geen hoogere belangen erkende,
doch omdat hjj terecht ook van stoffeljjken
voorspoed zedeljjken vooruitgang verwachtte.
In de eerste plaats bond hjj den strjjd aan
tegen de graanwetten. Vooral door Cobden's
toedoen en dat van zjjn strjjdmakker John
Bright werd eene vereeniging opgericht, de
anti-cornlaw-league genaamd, die zich de af
schaffing der graanwetten en de toepassing
van het beginsel van volledigen vrjjhandel ten
doel stelde.
Het zou ons te ver voeren den strjjd in
bjjzonderheden na te gaan. Als lid van het
uitvoerend bewind der vereeniging was Cobden
onvermoeid werkzaam. Door oprichting van
plaatseljjke vereenigingen, het houden van
lezingen, het verspreiden van geschriften, werd
de openbare meening bewerkt. Geen eerlijk
middel werd onbeproefd gelaten om de zege
te behalen. De uitslag beloonde de moeite.
Na met volharding en toewjjding gevoerden
strjjd waarbij Cobden zjjn eigen vermogen
grootendeels ten offer bracht gelukte het
hem zjjn beginselen bjj het volk ingang te
doen vinden. Eerst werden de nyverheids-
districten voor zjjne denkbeelden gewonnen
en toen eenmaal den boeren de overtuiging
was bjj gebracht dat niet zjj, doch slechts de
landheeren voordeel trokken van de kunstmatig
verhoogde graanprijzen en daardoor stijgende
pachten, volgden de landbouwstreken eveneens.
Ook in het parlement streden Cobden en
Bright hun onbaatzuchtigen strjjd voor wat een
volk in de eerste plaats noodig heeft om zich
te ontwikkelen de vrijheid van handel en van
verkeer. Ook daar trokken zjj heftig te velde
tegen een stelsel, dat belastingen heft ten
gunste van bepaalde klassen en dat in de beurs
van particulieren een gedeelte doet vloeien van
hetgeen uitsluitend voor 's Rjjks schatkist be
hoort bestemd te zjjn.
Aan Cobden's onvermoeide werkzaamheid
het te danken dat in 1842 door den Mi-
de oorlogszuchtige staatkunde der partjj, waar
toe hjj behoorde. Steeds verhief hjj zjjn stem
tegen inmenging in de zaken van andere landen,
steeds streefde hjj er naar om voor Engeland
den vrede te bewaren. Een der resultaten
hiervan was het handelsverdrag, in 1861 met
Frankrijk gesloten, waarbjj door zjjn toedoen
en dat van zjjn Franschen geestverwant, Che
valier, de Fransche tarieven aanmerkelijk wer
den verlaagd. Het gevolg was een snelle ver
meerdering van den handel tusschen Engeland
en Frankrjjk tot voordeel van beide landen.
Tot dank voor deze tweede weldaad, zjjn volk
bewezen, wenschte de regeering Cobden te
beloonen, doch de onbaatzuchtige man wilde
hier niet van hooren en weigerde elke beloo
ning, evenals hjj korten tjjd te voren een
aanbod om als minister deel te nemen aan de
regeering, ondanks de op hem van alle zjjden
uitgeoefende pressie, van de hand had gewezen.
De eenige belooning die ik begeer" aldus
schreef hjj in zjjn antwoord op het vereerende
aanbod «is, dat ik moge bljjven leven om
getuige te zjjn van een verbetering in de be
trekkingen tusschen de twee groote nabuur-
staten, die door het handelsverdrag nauwer
worden verbonden".
Het was hem echter niet gegeven zjjn wensch
voor nog talrjjke jaren te zien vervuld, en de
zegenrjjke gevolgen van het stelsel der vrjjheid
van handel in vollen omvang te kunnen aan
schouwen. Te midden van zjjn werk stierf hjj
den 2en April 1865 te Londen.
Behoeven de resultaten van zjjn arbeid nog
te worden bewezen Moet dan nog steeds
be wjjs worden geleverd voor wat door een
ieder, wiens oog niet door baatzucht en eigen
belang is verblind, kan worden waargenomen
«Er is geen woonstede in het land", aldus
werd bjj de onthulling van Cobden's stand
beeld in Bradford gezegd, »waé,r door zjjn werk
niet meer levensgenot is gekomen, geen hut
waarvan de bewoners niet meer werk hebben
gekregen en voor wie naast een ruimere keuze
van goedkoopere levensbehoeften de loonen
niet zijn verhoogd."
Heeft Cobden dan tevergeefs geleefd en ge
werkt, zou men bjjna geneigd zjjn te vragen
waar men ziet dat ook hier te lande pogingen
worden gedaan de protectie weer binnen te
halen Wjj weigeren zulks te gelooven. Veeleer
mag worden vertrouwd dat ook hier Cobden's
geest zal bljjken te leven, dat met warmte zal
worden gestreden voor het behoud van de
vrjjheid ook op het gebied van den handel
dat men ook hier wenscht te streven naar het
grootsche doel van den man van Vrjjhandel
en Vrede tusschen de volken der aarde.
Het Vrije Ruiherkeei.
was
nister Robert Peel aanvankeljjk de rechten
werden verlaagd. Van toen af bracht elk jaar
hem dichter bjj de overwinning. De treurige
toestand des volks, tot welks verbetering de
strjjd was begonnen, kwam den vrjjhandelaren
te hulp. In 1845 deed een aardappelziekte
in Ierland den geheelen oogst mislukken, en
een algemeene hongersnood stond voor de deur.
Van alle zjjden eischte men openstelling der
havens voor vreemde goederen en granen
Eindeljjk zwichtte de regeering voor den steeds
krachtiger wordenden aandrang en werd de
intrekking der graanwetten den 26sten Juni
1846 bekrachtigd.
Met zelfvoldoening kon Cobden op zijn werk
terugzien, en al komt de eer van de afschaf
fing der graanrechten hem niet uitsluitend
toe, naar waarheid kon de minister, sir Robert
Peel, verklaren dat aan dezen maatregel voor
altjjd Cobden's naam zal blijven verbonden als
de naam van den man die, uit zuivere en be
langelooze bedoelingen handelend, met onver
moeide geestkracht de zaak der handelsvrjjheid
heeft bepleit
Zoo was dan de zege bevochten, doch Cob
den's werkzame natuur liet hem geen rust.
Nu het beginsel had gezegevierd, nam hjj deel
aan de verdere toepassing ervan.. In 1849
werden de scheepvaartwetten afgeschaft, waar
door de bnitenlansche vaart werd bevrjjd. In
1853 vielen de rechten op nog 133 artikelen,
in 1860 verdwenen die op boter, kaas en nog
andere zaken, in 1861 die op papier, in 1869
het laatste kleine recht op graan, terwjjl met
het verdwijnen van het invoerrecht op suiker
in 1874 in Engeland het stelsel van vrjjhan
del volkomen werd gehuldigd.
Doch niet alleen in eigen land diende Cob
den de zaak der handelsvrjjheid. Sedert den
val der graanwetten werd het vraagstuk van
Vrjjhandel of Bescherming een der voornaam
ste, waarmede alle landen zich zouden hebben
bezig te houden. Van dien tjjd hield Cobden
zjjn oog op de buitenlandsche staatkunde ge
vestigd. Vast overtuigd dat door den band
van wederkeerigè handelsbelangen de vrede
tusschen de volken duurzaam zou worden be
vorderd, bepleitte hjj steeds de internationale
vrjje handelspolitiek en werd hjj bestrjjder van
Bjj kon. besluit
is benoemd tot officier in de orde van Oranje-
Nassau, A. Veenhuyzen, ingenieur-verificateur
van het kadaster bjj het Dep. van financiën
is bp het Dep. van financiën benoemd tot
inspecteur van het kadaster F. G. Stucki
thans ingenieur-verificateur van het kadaster
in de Xlde divisie te 's Hertogenbosch
is aan den eerste-luit. der art. A. L. Nagel,
thans op non-activiteit, op verzoek, een eer
vol ontslag uit den militairen dienst verleend
en hp benoemd tot reserve-eerste-luit. der
art., met bestemming voor den dienst by de
landweer en wel in het XXHste Landweer
district
is de O.-I. ambtenaar met verlof, N. M. van
der Ham, laatsteljjk gezaghebber by de gou-
vernements-marine in N.-L, op verzoek, wegens
physieke ongeschiktheid, eervol uit 's lands
dienst ontslagen, met toekenning van pensioen
De generale repetitie van de Elias, Don
derdagavond gehouden door de zangvereeniging
Tot Oefening en Uitspanningwas zeer druk be
zocht, en voor heden avond by de uitvoering
van dat werk is by na de geheele zaal besproken
Yoor den tweeden avond, Zaterdag, is ook
groote belangstelling. Nog slechts een gering
aantal plaatsen is beschikbaar.
Omtrent de volgorde der stukken op de
Zaterdagmorgen te half tien te beginnen
generale repetitie meldt men ons, dat eerst zul
len worden onder handen genomen de Variation
van Brahms en de drie eerste deelen van de
9de symfonie, allen voor orkest alleen.
Na de pauze zullen dan de solisten enkele
nummers doornemen, waarna de koorrepetitie
volgt met de Cantate van Bach, de fragmenten
uit de Meistersinger en de Finale uit de 9de
symfonie.
In weerwil van het dreigende weer hadden
heden eenige ingezetenen de vlag uitgestoken.
Heden middag werd de heer Joh. Cleuver
aangenaam verrast door een blyk van erken-
telgkheid en genegenheid namens de leerlingen
van de Zangschool der Zangvereeniging Tol
Oefening en Uitspanning.
Dit bestond uit een prachtig bloemstuk en
een viertal photographieën, voorstellende alle
leerlingen der zangschool, verdeeld over de
vier klassen, welke foto's vervaardigd zyn door
den heer C. Henning.
De photographie van de werkende leden der
feestvierende Vereeniging, don directeur Woens
dag aangeboden, was vervaardigd door den
heer C. W. Bauer.
Door burg. en weth. is aan de directie
van het circus Corty-Althoff, op haar verzoek,
toegestaan om van 7 tot 13 Juni op het
Molenwater alhier een reeks voorstellingen
te geven.
Het bovengenoemde circus, dat hier vele jaren
geleden, gedurende geruimen ty d, in een groote
tent op de Markt druk bezochte voorstellingen
gaf, heeft toen de beste herinneringen nagelaten.
Het gaf dezer dagen te Nymegen voorstel
lingen, die Donderdag avond werden besloten.
De Prov. Geld. en Nijm. Crt schryft met
rooten lof over hetgeen te zien is gegeven.
Naar wy vernemen, is door onze regeering
toegestaan de door de Belgische gevraagde
uitlevering van C. S., geboren te Bottelaere
laatst kapelaan te Gent, thans alhier in
hechtenis.
De man zal Vrydag a. aan de Belgische
justitie worden overgegeven.
Wy moeten nog eens terugkomen op het
Maandag middag op het Molenwater alhier
met een milicien gebeurde.
Wy doen dit slechts noode, maar meenen,
waar ons eene eenigszins andere lezing daar
van is gegeven, vooral ook omtrent de aan
leiding tot het voorgevallene, het nuttig,
noodig en vooral biliyk tegenover de daarby
betrokken personen, die nadere voorstelling
onzen lezers mede te deelen.
Een door ons, naar aanleiding daarvan, in
gesteld nader onderzoek heeft het volgende
aan het licht gebracht
Het is een feit dat de jonge man in een
oogenblik van drift deed wat wy meldden
maar het is beslist niet waar dat er van de
zyde van den sergeant kwestie van eenige
plagery is geweest. Deze moge zeer streng
zyn in zyne opvatting van den dienst maar
by hem bestaat allerminst zucht om den man
schappen onaangenaam te zyn.
En wat den betrokken luitenant betreft, ons
is verzekerd dat zyn optreden tegenover den be-
wusten milicien eenvoudig ten doel had dezen
te wijzen op een zwakheid, waarvan hy nog
dezer dagen blyk had gegeven.
In ernstige woorden of die altyd, vooral
op dat oogenblik, gelukkig gekozen zijn ge
weest, zullen wy daarlaten onderhield hy
hem daarover, wees hem op het verkeerde van
een afkeuringswaardig euvel, dat voor hem
zeer nadeelig en waarvan verbetering hoogst
gewenscht is.
Dis woorden nu moeten een verkeerden in
druk hebben gemaakt op den persoon, die
vooral geprikkeld werd door het feit dat ze
geuit werden in tegenwoordigheid van zyn
kameraden en de luitenant, volgens zyn en
anderer gevoelen, te ver op het onderwerp
inging.
Later, toen hy weer tot kalmte was gekomen,
en de luitenant met hem nog eens onder vier
oogen sprak, is hem de bedoeling dier woor
den nader verklaard.
Er is dus by deze gebeurtenis wêer gebleken,
hoe men een zaak van verschillende kanten
kan beschouwen, en hoe licht een misver
stand mogelyk is.
Tegelykertyd is ons verzekerd en wy
vermelden dit ten slotte, in verband met
een in hetzelfde bericht voorkomende bewe
ring als zou hier in het garnizoen meermalen
onheusche bejegeningen van minderen door
meerderen plaats hebben dat de verhouding
tusschen onderofficieren-instructeurs en de
recruten niets te wenschen overlaat.
Wy geven ook deze mededeeling zooals zy
ons is gedaan.
De voorstanders van de openbare school
te Aagtekerke, van wie sprake is in ons
nommer van Donderdag, hebben hun verlangen
niet aan den raad kenbaar gemaakt.
De lyst met hunne namen, waarby te kennen
wordt gegeven dht zy openbaar onderwys in
hunne gemeente verlangen, aangezien zy van
de school te Domburg geen gebruik wenschen
te maken, berust, naar men ons nader meldt,
op 't oogenblik by het hoofdbestuur van het
Ned. Onderwijzers Genootschap te Amsterdam, dat
aan den raad van Aagtekerke een verzoek heeft
gericht, met memorie van toelichting, om de
school niet te sluiten, zynde zulks o.a. in
stryd met de wet.
Donderdag deed de nieuw benoemde bur
gemeester van Oolynsplaat, de heer ,T.
W. A. Stilte, zyne intrede in de gemeente.
Afgehaald door alle leden van den gemeen
teraad met den secretaris, de leden der feest
commissie en eene eerewacht, werd de nieuwe
burgemeester aan de kom der gemeente