W oensdag
17 Februari.
Uit Stad en Provincie.
N°. 40.
147° Jaargang.
1904.
Ons kazerneleven.
Middelburg 16 Februari
BENOEMINGEN, ENZ.
ONDERWIJS.
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middolburg als voor alle plaatsen in Nederland franco pp., 2.
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
THERMOMETER EN VERWACHTING.
lö Febr. 8 u. vm 40 gr., 12 u. 45 gr., av. 4 u. 43 gr. F. Verwacht: matige Z. W. wind,
zwaar bewolkte lucht, regen, weinig verandering in temperatuur.
Advertentiën20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel.
Groote letters naar de plaats, die zij innemen.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende
Handel, Nijverheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Advertentie-Bureau
A. DE LA MAR Az., N.Z. Voorburgwal 266, Amsterdam.
Het is een zeer lezenswaardig opsteldat
van Q. Nc. in de derde aflevering van
Studies ii Volkskracht over „Ons kazerne
leger als opvoedings- en gezondsbeids-
instituut".
Het verdient gelezen te worden door de
militaire autoriteiten, opdat het hen prik-
kele om, elk naar zijne krachten en zijn
invloed, mee te werken tot verbetering
door ouders en voogden die voor het
welzijn van hun jongens moeten waken.
Als men leest dat in het leger wat
ook in krankzinnigen gestichten en in an
dere gebouwen, waar velen bij elkaar zijn,
het geval is de tuberculose slachtoffers
maaktdan is het zaak daarop de aandacht
te vestigen opdat men voortdurend bedacht
zij op maatregelen tot verbetering.
Eene beweging in die richting is veel
nuttiger dan menige andere, die men tegen
woordig op touw zet.
Onze jongens komen in de kazernes juist
op een leeftijd dat zij het meest vatbaar
zijn voor invloeden en voor ziekte-infecties.
Men beijvert zich heden ten dage, door
allerlei inrichtingen, om longlijders te ge
nezen een prijzenswaardig pogen voorwaar
maar nog beter is het, gedachtig aan het
aloude gezegde dat voorkomen veel meer
nut heeft dan herstellen, de bronnen van
infectie op te ruimen, toestanden te veran
deren die daaraan schuld hebben.
En wie nu het derde hoofdstuk, bladzijde
119 tot en met 128, der beschouwing van
Q. Nc. leest wij durven ze niet in hun
geheel brengen onder de oogen van een
gemengd couranten-lezend publiek, zoo on
smakkelijk, ja vies, zijn de bijzonderhcdan
die daarin beschreven worden moet tot
de overtuiging komen dat dr Kuyper's ge
vleugeld woord „zij kunnen of liever zij
mogen niet wachten geen dag en geen
nacht", wel allen, die tot verbetering zijn
geroepen, met ernst mag worden voorge
houden.
Onzerzijds willen wij, door uit de beschou-
wing in Studies in Volkskracht enkele gre
pen te doen, daarop de bijzondere aandacht
vestigen en wakker maken allen die bij
de gezondheid van onze weerbare mannen
belang hebben.
goede voorbeeld van een enkel beschaafd I
ionkman op de soldatenkamer, zelfs op de
daar logeeronde korporaals, vermag, is
spoedig merkbaar. In 't algemeen zal men
hem in velerlei kleinigheden trachten na teI
volgeniedereen toch wil gaarne „heer"
zijn. Zoo hij niet pronkt met" zijn naam
en stand, zjjn meerdere theoretische ont
wikkeling niet opdringt, maar in deze teere
gevoels-quaesties tactvol en welwillend op
treedt, ziet hij zich spoedig gepromoveerd I
tot vraagbaak en toonaangever.
Geen ouder behoeft zijn zoon, in verband
met de gevaren, die deze in moreel opzicht
zal loopen, met een bekommerd hart in
dienst te zien gaan."
Maar na dit alles voorop gesteld te
hebben, wijst Q. Nc. op de gebreken die
het kazerneleven aankleven op het niet te
loochenen feit dat groote en ingrijpende
hervormingen hoog noodig zjjn. En hij
waarschuwt daarbij met nadruk tegen het
thans na de staking in de toongevende
militaire kringen merkbaar reactionnair
streven om den eersten oefentijd in de
kazerne weer te gaan verlengen.
Die gebreken zijn van tweëerlei aard
paedagogiseh en materieel.
Onze kazerne huishouding, als geheel, is
verouderd en wordt door sleur en vormen
dienst beheerscht. Ze zijn een overblijfsel
uit de tijden der beroepslegers en dus min
of meer een anachronisme.
Daarin schuilt het kwaad. En daarmee
te breken is plicht.
Waar de moreele vorming van den
rccruut hoofdzakelijk behoort gezocht te
worden op de soldatenkamer, buiten de
eigenlijke diensturen, dient daar het toe
zicht en de leiding beter te worden.
Buiten de diensturen is in onze kazernes
toezicht door officieren een zeldzaamheid
verklaart Q. Nc. „Daar de onderofficieren
afzonderlijk wonen en slechts enkele kor
poraals op de soldatenkamer logeeren, is
de vorming en opvoeding, buiten de dienst
uren, nagenoeg geheel in handen van de
laatsten en van de manschappen van het
blijvend gedeelte der vorige lich'ing. Met
de paedagogische- vorming van a. s. korpo
raals is het niet beter gesteld dan met die
der adspirant-officieren. Korporaaltjes van
ternauwernood 17 jaar verhuizen op een
gegeven oogenblik van het insfructie-
bataljon of de instructie-compagnie, waar
zij als jongens werden behandeld, naar een
Q. Nc. begint met de goede zjjden van
het kazerneleven te schetsen.
„In beginsel zoo schrijft hij kan
het verblijf in een behoorlijk ingerichte
kazerne, onder voortdurende paedagogische
leiding on militaire discipline, voor jonge
lieden van den leeftijd onzer miliciens nuttig
zijn. In de eerste plaats leeren de jeugdige
elementen van alle maatschappelijke klassen
elkaar onder de nivelleerende invloeden van
de ruige soldatenjas en de militaire tucht
kennen en daardoor in vele opzichten waar-
deeren. Verder komt juist in de kazerne
één van de socialistische idealengelijke
rechten en plichten voor allen, tot werke
lijkheid. Standen-afscheiding is er onbestaan
baar en dit voert tot meerdere wederzijdsche
waardeering. Geen „stadsheertje" zal na
zjjn dienst nog met minachting spreken van
een „boerenkinkel" of neerzien op den man
uit het volk, want op de soldatenkamer za l
hjj, vooral gedurende de eerste weken, be
merken, hoe dikwijls die klassen hem in
practische levenservaring vooruit zijn, hoe
hij juist van hen leert zich te redden in die
duizenderlei kleinigheden, waarbij hem de
handen totaal verkeerd staan. Hij zal
ondervinden met welk een gemoedelijke
hulpvaardigheid die miliciens uit de volks
klasse allen, „heertje" of „boor", tegemoet
komen en hem op die manier de eerste
schreden op de militaire loopbaan, welke
voor velen de eerste schreden in de wereld
zijn, minder moeiljjk maken.
Welk een gunstig contrast maakt dit
verschijnsel met het zoo dikwijls opgevij
zelde en in den bestaan den vorm toch te
veroordeelen „groenen" en „baren"
Aan den anderen kant zullen de mili
ciens uit beschaafde kringen con niet minder
gunstigen invloed kunnen oefenen. Wat het
in de wintermaanden kracht, zonder arbeid
te verrichten."
Het is in dit winler-tijdperk, dat men
met grond van „bezig houden" gaat spreken,
dat de manschappen zoo militie als
raservekader allerlei foefjes trachten te
vinden om zich aan do dagelijksche diensten
te onttrekken, op de appèls present gemeld
te worden, of na het avondappèl uit gaan
klimmen
De gevolgen neemt men waar in een
stelselmatigen achteruitgang van discipline
en geoefendheid en in het ontduiken van
bepalingen en voorschriften In dit tijd
perk gaat het respect voor den dienst er
uit, dat de jonge miliciens bij hun inlijving
medebrachten en waardoor het handhaven
van de tucht in de eerste maanden zoo ge
makkelijk viel. Nu ziet men op wanden
van lokalen, privaten en schilderhuizen de
beruchte bloemlezing verschijnen, waarin
tot in uren nauwkeurig de tijd is berekend,
die nog te dienen valt.
De schrijver komt dan ook tot de con
clusie dat de kazerne in paedagogiseh op
zicht niet zulk een ideaal-inriehting is om
eene verlenging van den eersten oefentijd
of een blijvend gedeelte niet beslist af tel
keuren. Slot volgt).
Bij kon, besluit is, wij deelden bet reeds
mede in een deel der oplaag van ons vorig
nommer, met ingang van 1 Mei, aan den
opzichter bij 's Rijks kustverlicbting te W e s t-
Schouwen A. C. Bon, genaamd Goed, op
zijn verzoek, eervol ontslag uit 's rijks dienst
verleend.
Verder is aan den binnenloods, ter stand
plaats V 1 i s s i n g e n, K. Visser, vergunning
verleend tot bet dragen van de Royal Victorian
Medal (in zilver), hem geschonken door Z. M.
den koning van Engeland.
regiment, moeten daar „hun gezag hoog
louden" en voor den goeden toon waken,
opvoeder zijn, op een soldatenkamer, soms
bewoond door een 30- a 40-tal miliciens,
waaronder ouderen van leeftijd met be
langrijk meer ontwikkeling, maar ook met
grooter verdorvenheid of geslepenheid en
meer volleerd in kazerne-sleur, dan hun
gewoonlijk piep-jong kamercommandantje.
Onderofficieren van meer bezadigden leef
tijd en eenige jaren practische ervaring
worden met den dag zeldzamer. De goede
elementen verkiezen en vinden een werk
kring in de burgermaatschappijminder
geschikte en jonge sergeantjes blijven achter.
Zoo is in de meeste gevallen, buiten de
uren vaa dagelijksche diensten, de zorg
voor de moreele vorming der miliciens en
het toezicht in onze kazernes voor een groot
deel toevertrouwd aaü gegradueerde jonge
lingen. Gedurende den dienst bij de recru-
tenoefeningeD zijn zij het op wie de prac
tische vorming neerkomt. En in een toe-
komstigen oorlog, onder het meest spannend,
langdurig, moeilijk vuurgevecht, zijn zij in
de eerste plaats de onmiddellijke aanvoerders
In elke onderwjjs-inrichting en wij
herinneren er nog eens met nadruk aan>
dat de kazerne bij de tegenwoordige leger
vorming niet anders kan en mag zijn
wordt een bepaald programma, waarin een
zekere climax, over den beschikbaren leer
tijd systematisch verdeeld. Maar dit ge
schiedt in de kazerne slechts ten deele en
wel tot na afloop der zoogenaamde regi-
ments-oefeningen. Na deze, die omstreeks
September vallen, verdwijnen èn programma
èn systeem èn climax
De nadoelen hiervan zot de schrijver
breedvoerig uiteen om aan te toonen dat
de volksmond geen onwaarheid spreekt als
zij, op ons kazerneleven doelend, beweert
„men wordt in dienst lui"; men verbruikt
m
Bij kon. besluit
is bij het reg. grenadiers en jagers eervol
ontheven van zijne betrekking van adjudant,
op het daartoe door hem gedaan verzoek, de
eerste luit. E. J. van Bel, van het korps en
benoemd tot adjudant de eerste-luit. H. C. van
der Pant, mede van genoemd reg.
is benoemd tot adjunct-commies bij het hoofd
bestuur der posterijen en telegraphie mr W.
A. Rutgers, advocaat-procureur te 's Gravenhage.
Door de arr.-rechtbank te Rotterdam is, ter
vervanging der vacature van kantonrechter in
het tweede kanton aldaar, opgemaakt de navol
gende alphabetische lijst van aanbeveling
mr I. B. Cohen, advocaat en procureur te
's-Gravenhage mr W. M. Reepmaker, advocaat
en procureur te Rotterdam, tevens kanton-
rechter-plaatsvervanger in het derde kanton
aldaar, en mr C. W. Schlingeman substituut
griffier bjj de arrondissements-rechtbank te
's-Gravenhage.
De verkiezing voor een lid van de Tweede
kamer in het kiesdistrict Eist, noodig door het
overljjden van den heer S. M. van Wjjck, is
bepaald op Dinsdag 23 Februari a.s.de stem
ming, zoo noodig, op Dinsdag 1 Maart, en de
herstemming, zoo noodig,op Dinsdag 8 Maart a.s.
Deze week verleenen de ministers van finan
ciën, koloniën en van marine geen audiëntie.
De minister van binnenlandsche zaken brengt
in de St. Ct. ter kennis van belanghebbenden,
dat binnenkort onderscheidene klerken bij de
Rijksverzekeringsbank zullen worden aangesteld.
Sollicitanten naar de betrekking van klerk
worden verzocht hunne requesten vóór 1 Maart
e. k. aan het bestuur der Rijksverzekeringsbank
in te zenden. Zij die reeds een request nioch
ten hebben ingediend, kunnen volstaan met
daarnaar te verwijzen.
De schouwburg te Middelburg is
tegenWoensdagavond, voorstelling van Schakels.
geheel uitverkocht.
Zeer velen moesten heden bij de bespreking
teleurgesteld huiswaarts keeren.
De ambitie der leden van de gymnastiek-
en scbermvereeniging Achillesdie Maandag
avond alhier in het SchuttershoJ eene uit
voering gaf en waarbij de lust eenigen tijd
getaand was, schijnt in den laatsten tijd weder
herleefd te zijnvooral wat de aspiranten
betreft.
Deze gaven bljjk van onder goede leiding
gestaan te hebben. Zij gaven vrije-, orde- en
staafoefeningen te zien, die, hoewel tameljjk
eenvoudig, zeer mooi werden uitgevoerd. Ook
wat aan de brug gedaan werd, was zeer goed.
Minder gelukkig waren de leden met hunne
oefeningen aan het rek en brug, terwijl die
aan de ringen weder beter slaagden.
Tot afwisseling van het gymnastisch ge
deelte van het program werd een drietal
intermezzo's ten beste gegeven. Hiervan slaagde
uitstekend De vier verstokte vrijgezellen, dat een
uitbundig applaus uitlokte. Tot slot werden
eenige groepen tentoongesteld, die, hoewel niet
ingewikkeld, toch een zeer goed effect maakten.
De voorzitter, de heer Van Heusden, gaf bjj
het begin der voorstelling een kort over
zicht over het afgeloopen jaar. De financieele
toestand der vereeniging is bevredigend te
noemen, terwijl het aantal leden te wenschen
laat. Verder bracht hij dank aan den heer
Van der Bel voor zijne belanglooze medewer
king tot het verkrijgen van een oefeningslokaal,
waarin men door zijn hulp zoo uitstekend ge
slaagd is.
Tot besluit van den avond had een bal
plaats, waaraan door zeer velen deelgenomen
werd. De Wilhelmina-kapel, directeur de heer
Bekker, bracht niet weinig toe ter verhooging
der vrooljjke stemming, en vulde de pauzen
aan met eenige mooie muzieknommers.
- Maandag herdacht de afdeeling Middel
burg van den Nederlandsche Barbiers- en Kappers-
bondin de zaal van den heer R. R. Van de
Woestjjne alhier, haar vijfjarig bestaan.
Aan het jaarverslag is ontleend dat de af
deeling stationair blijft. Daar waar hulp voor
de leden moest worden verleend werd die ver
strekt, zoomede ondersteuning aan ziekelijke
bondscollega's.
De afdeelingskas had geen te goed, doch ook
geen te kortzoodat de afdeeling aan al hare
verplichtingen tegenover bonds- en afdeelings-
leden in het verloopen jaar weder heeft kunnen
voldoen.
KORTE MEDEDEELINGEN
VERGADERINGEN.
Onder presidium van den heer Spruijt, voor
zitter van de Vereeniging ter bevordering van de
Pluimveehouderij in Nederland, heeft in het
gebouw voor kunsten en wetenschappen te
Utrecht eene buitengewone vergadering van
deze vereeniging plaats gehad.
Deze vergadering was op verzoek van enkele
afdeelingen, die ontevreden waren over de wijze
van werken van het hoofdbestuur, bijeenge
roepen. Na uitvoerige besprekingen werd be
sloten een adres tot de regeering te richten,
met verzoek om de subsidie te willen vtrhoo
gen. Ook zal meer dan tot dusver geschiedde,
het hoofdbestuur vergaderen met de commis
sarissen.
Ten slotte deelde de voorzitter mede, dat
bet hoofdbestuur als zoodanig ontslag neemt
bet zal aanblijven tot na de eerstvolgende
vergadaring, en is dan direct herkiesbaar.
ARBITRAGE MET DENEMARKEN.
Op 13 Februari 1904 is te Kopenhagen door
de gevolmachtigden van Nederland en Dene
marken een verdrag onderteekend, strekkende
om het beroep op bet Permanente Hof van
Arbitrage in alle geschillen tusschen de Hooge
contracteerende partijen verplichtend te ver
klaren.
In de Maandag te IJzendjjke gehou
den raadsvergadering werd naar men ons
meldt de benoeming van een onderwijzer
aan de openbare lagere school in de kom der
gemeente verdaagd, omdat de heer Hendrikse
overlegging vroeg van de lijst der leerlingen
op 15 Januari jl. Hij had vernomen dat één
leerling daarop door toedoen van den ver
trokken onderwijzer gebracht was, bjj gebreke
waarvan het getal vier toereikend zoude zjjn
geweest om de benoeming van een nieuwen
titularis te rechtvaardigen, en hiervan wilde
hjj zich eerst overtuigen. Met algemeene
stemmen werd daartoe besloten.
De voorzitter stelde voor adhaesie te betui
hen aan het adres tot afschaffing der provin
ciale tollen. De heeren Leenhouts en Carpreau
bestreden het belang dier afschaffing op ver
schillende gronden. De heer Hendrikse, die in
de vorige vergadering daarvoor reeds een lans
had gebroken, meende dat, wanneer de voor
zitter niet namens burg. en weth. maar voor
zich zeiven sprak, deze, geen raadslid zjjnde,
niet het recht had voorstellen te doen, welke
meening de heer Carpreau verklaarde te
deelen. Daarop werd op het ingediende ver
zoek afwjjzend beschikt met 4 tegen 3 stem
men. Yóor de afschaffing stemden de heeren
Hendrikse, Doens en Calon.
Op voorstel van het dageljjksch bestuur werd
een verzoek van den vroegeren gemeente-op
zichter, tot toekenning van éen procent salaris
voor het opmaken van niet uitgevoerde be
stekken, met algemeene stemmen afgewezen.
Herbenoemd werden de aftredende leden der
commissie tot wering van schoolverzuim, de
hoofden der scholen, de pastoor en de klerk
ter secretarie.
Met 16 Maart zijn verplaatst de klerken
der posterijen en telegraphie 2e kl. J. Flipse,
van IJ ze n dyke naar- Amsterdam en F.
Bosschaart van Amsterdam naar IJ z o n d jj k e.
'Zondag had te Biervliet de rederij
kerskamer Jacob van Lennep veel succes met
de vertolking van het tooneelspel Hoogmoed
en Jaloezie van Hubertus Janssen. Het over-
talrjjk publiek was zeer voldaan.
De Harmonie verlevendigde op verdiensteljjke
wijze de pauze en een paar dansuurtjes vormden
een voor velen begeerljjk slot van een genoeg
lijken Zondagavond.
Ondanks het ongunstige weer waren zelfs
bezoekers van andere gemeenten tegenwoordig-
STUKKEN VOOR DEN GEMEENTE
RAAD VAN MIDDELBURG.
Naar aanleiding van het raadsbesluit van 27
Januari tot opneming van een uitzonderings
bepaling voor de levering van duinwater ten
behoeve van het Zeeuwsch Genootschap der
Wetenschappen, stellen burg. en weth. voor
aan de verordening, houdende tarief en voor
waarden betreffende de levering van duinwater
de volgende uitzonderingsbepaling toe te
voegen
»Met afwijking van het bepaalde in art. 1
litt. A wordt voor de toepassing van deze
verordening het bedrag van de belastbare op
brengst van het gebouw van het Zeeutcsch
Genootschap der Wetenschappen in de Wagenaar-
straat geacht 100 te zjjn."
Zjj teekenen hierbij aan dat, naar het hun
voorkomt, de gezondheidscommissie hierop niet
meer behoeft te worden gehoord.
Van het bestuur der Tuinbouwvereeniging
Walcheren is het volgende adres ontvangen
Geven met verschuldigd en eerbied te kennen
ingevolge besluit der Tuinboumvereeniging
Walcheien, alhier, afdeeling der Nederlandsche
Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde ge
nomen in hare vergadering van 18 December
1903;
le. dat zjj reeds sedert langen tijd met
bevreemding gezien hebben, dat verschillende
artikelen, jaarlijks noodig voor de uitbreiding
en instandhouding onzer wandelingen, geheel
stilzwjjgend wordt opgedragen aan iemand
buiten onze gemeente.
Zonder nu eenige aanmerking te willen
maken op den leverancier, komt het hun toch
een plicht van Uwen Raad voor het vol
gende in toepassing te brengen, ter wille der
belastingbetalende burgers
a. telkens wordt, zooals bjj de meeste groote
gemeenten geschiedt, in het najaar eene open
bare aanbesteding gehouden van alles, wat de
gemeente denkt noodig te hebben, zooals
boomen, heesters, bloeiende planten, enz.
of er wordt onder de ingezetenen, die
het tuinbouwvak beoefenen en daarvoor in
aanmerking komen, eene onderlinge aanbe
steding gehouden
c. of de levering wordt verdeeld onder de
verschillende daarvoor in aanmerking komende
kweekers, ingezetenen der gemeente.
Temeer achten adressanten eene dergeljjke
wjjziging gewenseht, daar er zich in onze ge
meente verschillende personen bevinden, die
het benoodigde even goed kunnen leveren,
doch, bjj den tegeuwoordigen toestand, ge
heel worden buitengesloten
2e dat zjj in het belang der gemeente het
wenscheijjk achten, dat de personen van
leverancier en adviseur gescheiden worden, en
het dagelijksche toezicht over de wandelingen
der gemeente worde opgedragen aan een des
kundig vakman.
Wanneer men let op de onoordeelkundige
wjjze, waarop onze boom- en heestergroepen
behandeld worden, springt het nadeel, dat de
gemeente ondervindt door het elders wonen
van den adviseur, en de noodzakeljjkeid eener
wjjziging van dien toestand, duideljjk in het oog.
Resumeerde, komt het adressanten -billijk
en gewenseht voor, dat het Uwen Raad moge
behagen in den bestaanden toestand, die geheel
buiten onzen t jjd valt, verandering te brengen.
Vertrouwende, dat Uw geachte Raad dit
Bchrjjven in ernstige overweging zal willen
nemen, en genegen zal zjjn de noodige ver
beteringen in den bestaanden toestand aan te
brengen, hebben zjj dè eer, met verschuldigde
hoogachting te zjjn enz.
Met ingang van 1-5 dezer is tot tijdeljjk
onderwjjzer te W estkapelle benoemd de
heer A. Lucieer van Retranchement, in plaats
van den heer J. J. van Elsacker, die als zoo
danig ontslag heeft genomen.
Op aanbevelingen voor onderwijzers aan
openbare lagere scholen te Rotterdam komen
o. a. voor de heeren J. Kense te Stave-
n i s s e en G. J. Boot te Oosterland.