W oensdag 25 November. N°. 278 1466 Jaargang, 1908, Middelburg 24 November. Uit Stad en Piwincit, Kameroverzicht. Deze ooarant verschijnt dagelijks, mot uitzondering ran Zon- en Feestdagen. Prjja, per kwartaal, zoowel yoor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franeo p.p., f 2. Afzonderlijke nummers kosten 8 sent. THRBNOnniüB ES VERWACHTING. 24 Nov. 8 u. Tm. 54 gr., 12 u 52 gr., av. 4 u. 50 gr. F. Verwacht! matige tot krachtige W. wind, veranderlik, buiig weer, geringe afname in temperatuur. AdYertentifa20 eent per regel. Seboorto-, dood- en alle andere familleberiehton en Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50; elke regel meer 20 eent. Seolamans 40 eent per regel. Dreete letters naar de plaats, die zg innemen. Tot de plaatsing van advertentië* en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende Handel, Ng verheid en Qeldwesen, is uitsluitend gerechtigd het Algoneeon AAeojrtwiilo-HtmrMsin Ifi IA HU An.| U.S. TonrbMianl M(, Awiterdnm, UITBESTEDE WEEZEN IN ZEELAND. Naar aanleiding van het, in ons nommer van Donderdag 19 Nov. P., meegedeelde uit rapporten van Gedeputeerde Staten van onder scheidene provinciëa, o. a. Zeeland, omtrent de door de burgerlijke armbesturen bi parti culieren uitbestede kinderen, en de daarvoor bestede luttele verpleeggelden, ontvingen wi uit Z u i d - B e v e 1 a n d een schriven van J. G. te K. Het luidt als volgt Na die mededeeling met belangstelling te hebben gelezen, vond ik eindelik het antwoord op de vraag, welke ik mizelve reeds dikwils gesteld bad«hoe komt het toch dat zoo weinig armbesturen genegen zin hunne we9zen aan de Vereeniging tot bevordering van Weezen- verpleging op Zuid- en Noord-Beveland toe te vertrouwen. Het is dus, omdat de kinderen door hen goedkooper kunnen worden uitbesteed dan het bestuur van genoemde Vereeniging dat wenscht te doen. Dit neemt volgens haar reglememt weezen, half verweesde en verlaten kinderen aan en plaatst ze zooveel mogelik in gezinnen van den zelfden stand, dezelfde godsdienstige ge- zindte als waartoe de ouders der kinderen behoorden. Alleen voor kosten inwoning betaalt de Ver eeniging voor een kind beneden de 12 jaar vier gulden in de week en in het vervolg voor kinderen boven de 12 jaar vif gulden. Het spreekt wel van zelf, dat bi de geringe fondsen, die de Vereeniging bezit, de armbe sturen geheel oi gedeeltelik in de onkosten moeten voorzien. Vaste voorwaarden bestaan er niet, het bestnur handelt in deze naar omstandigheden. Zoo werden er wel kinderen aangenomen waarvoor het armbestuur niet meer kon geven dan een jaarliksche bidrage van 35 gulden daarentegen werd door het bestuur der Ver eeniging ook voor sommige weezen eene jaarliksche bjjdrage van ƒ150 ontvangen. Daar waar de armbesturen niet bi machte zin, een door de Vereeniging verlangde som te betalen, zin zi wel genoodzaakt hunne weezen goedkooper onder dak te brengen. Dit is niet andersen daarvan maak ik hun geen grief. Maar hiervan mask ik den armbesturen eei verwit, dat zi (enkele uitgezonderd) zioh niet eens de moeite getroosten om met het bestuur der genoemde Vereeniging in overleg te treden. En dat het op het platteland nog treurig met de verzorging van weezen gesteld is, is genoeg bekend. Ziehier een geval uit mine omgeving 1 In het dorp E is een armlastig gezin, be staaide uit een vader met drie kinderen. Het oudste meisje, dat nanweliks tien jaren telde toen de moeder stierf, moest vaders huishouding helpen besturen en op een ziek broertje passen. Hiervan was het gevolg, dat het kind her haalde malen de school verzuimde. De vader werd echter niet gestraft, daar armoede als oorzaak voor dit schoolverzuim werd opge geven En het Armbestuur, waartoe dit gezin behoort, beschikt over ruimefondsent! Waarom voor deze kinderen geen hulp de eene ot andere vereeniging ingeroepen f Gebrek aan geld is hier de oorzaak niet. Ook kan de geloofskwestie in deze geen beletsel *8» geweest, want immers volgens artikel 17 van het reglement der Vereeniging tot bevordering van Weezenverpleging op Zuid' en Noord-Bevéland ■orgt het bestuur voor hunne godsdienstige opleiding, overeenkomstig de gezindte waartoe elk behoort, en waakt z)j tegen krenking van hunne godsdienstige ideeën. Daarom durf ik beweren, dat onverschillig heid omtrent het lot en de opvoeding der weezen de armbesturen doet besluiten de kinderen voor een appel en een ei onder dak te brengen. Een gevolg hiervan is, dat de kinderen zoo spoedig mogel|jk naar 't veld gezonden wor den of als koewaohter verhuurd, om met hunne verdiensten de pleegouders wat tege moet te komen 1 Of dat werk met zjjn aanleg en lust overeenkomt of z|ja lichaam tegen dat werk bestand is; met dat alles kan men bjj eenfarmlastige wees geen rekening houden. En tooh, meer nog dan b8 eenig ander kind, dient op dit alles gelet te worden. Niet zelden z|jn ze lichamelijk erfelgk be last voeg daarbg het gemis van de koeste rende liefde, die elk kind in meer of mindere mate van z8ne ouders ontvangtdan ligt het voor de hand dat er dubbele zorg moet ge dragen worden, om het leven dier weezen zoo goed mogelgk te maken. Mochten door deze regelen de armbesturen opgewekt worden, om, vóór zg zeiven hunne weezen besteden, in overleg te treden met de besturen van vereenigingen van weezenver pleging. Het zou, volgens mjjne meening, den kinde ren zeer ten goede komen. Zitting van Maandag. Te oordelen naar de opkomst van het publiek, geleek hetwel alsof heden dr Kuyper een van zjjn zg. «groote redevoeringen" zou houden. Alle tribunes waren stampvol. Zelfs de groote tribune was aardig vol geloopen. Maar toen wg goed en wel gezeten waren, bleek dat in de Kamer de belangstelling op een aanmerkelijk lager peil stond; een verschijnsel dat trouwens meer te constateeren valt. Van de geheele rechterzijde telden wjj b|j den aanvang van de zitting, die liefst drie kwartier na den vastgestelden tgd werd ge opend, 18 leden. En van deze aohttien waren 4, zegge vier, Roomsoh-Katholieke leden. Om later weer niet tegengesproken te worden, zullen w8 ze maar dadelgk noemen. Het waren de heeren Van dei Bergh van Heemstede, Travaglino, Van Nispen en generaal VanVlg- men. Later tegen 4 uur kwam de heer Van W|jk ook eens kjjken. Dat waren dus de v]jf «dienstdoeners". De overige heeren waren zeker nog onder weg. Typisch was dit oleri- caal absentïsme van den heer De Waal Male- ieit, die Vrjjdag jl. nog al voor z|jn doen flink geredevoerd had, en vandaag dus wel eens had mogen komen luisteren naar het antwoord van den minister. Maar deze leider is «ingezet" in het ambt van Gedeputeerde Staten te Utrecht, evenals ten uwent de heer Fruytier, die ook niet aanwezig was. Bjj deze heeren zullen de Staten-zaken wel boven de Kamer- zaken gaan. Aan de linkerz8de was de opkomst beter. D&ar scholen ook de meeste sprekers, die Vrjjdag den minister ongezouten de waarheid hadden gezegd, en die niet, als de heer De Waal Malefeit, van 's ministers repliek uit de Handelingen kennis wilden nemen. m Het was dus voor een slecht opgekomen Kamer, dat de heer Idenburg zjjn beleid ver dedigde. Men kon het hem aanzien dat hjj daar, achter de groene tafel, niet voor z8n genoegen stond. Hg was voor een man van zjjn aplomb zeiuwaohtig en hoewel' hg zgn redevoeriig, die geschreven vóór hem lag, slechts had voor te lezen, merkte men toch aan zgn geheele houding dat hg niet meer de man van de «bigde inkomst" van vroeger, de toege- juichde opponent van den heer Van Kol was* Hg was nu aangevallen, en moest zieh verde digen en dat wel op punten, die zelfs een bekwamer, handiger parlementair strateeg moeilgke oogenblikken bezorgd zou hebben. Behalve zgn fisantieei beleid, waren door de versohillende sprekers zeer doornige quaesties in het debat gebracht. De quaestie b.v. van de verantwoordelgkheid van den gouverneur-generaal in verband met 's ministers verantwoordelgkheid tegenover de Kamer, en dan de geheimzinnige vóórge schiedenis der Koerintji-expeditie. Voorts de omslaohtige en tgdroovend esquëtes, door het Indisch bestuur ingesteld, de z. g. «welvaart"- en «pauperisme"-ei>qu@te8. En dan nog de »oonoubinaat"-quaestie, door den heer De Waal Malefeit te berde gebracht. Over al deze punten afgescheiden van het oardinale punthet renteloos voorschotstelsel liet de minister heden zgn licht schgnen Maar welk een licht 1 Achter de groote woorden ging het telkens schuil. Het kwam ois ge durig voor alsof een propagandist aan het woord was, die, zooals men dat in propaganda- blaadjes lezen kan, «den tegenstander verslaat." Zoo b. v. wat te denken van deze redeneering. De heer Pgnaoker Hordgk had geklaagd over de langzaamheid waarmede in Indie de wel- vaart-enquète-commissie werkt. Deze commis sie had een vragenlgst rondgestuurd met niet meer of minder dan 700 vragen 1 Daarop antwoordt de minister, dat de kamer daar zelf schuld aan droeg, want er was in de kamer verleden jaar door'den heer Pgnacker Hordgk een ondersoek naar de welvaart der inlandsohe bevolking op Java in haar «vollen omvang" gevraagd. De 700 vragen bleven buiten besohouwing. Enkele leden zagen wg glimlachen bg het uitspreken dezer «verdediging". Denzelfden weg sloeg de heer Idenburg in bg zgn ant woord aan het adres van den heer Verhey, die 's ministers denkbeelden over een Koloni alen Baad had gevraagd. Naar het beioemd voorbeeld van dr Kuyper, hield hg zioh hier van den domme. De heer Verhey moest eerst maar eens toelichten op welke wgze zoo1* Raad was samen te stellen. Hg had gezegd dat er «vertrouwen" in een dergelgk lichaam was te stellenwelnu, in dat «vertrouwen" zag Z. Ex. «een tegenstelling met het vertrouwen, ini hem, den minister, gesteld. Deze toon van géraaktheid, van op de teenen getrapt te zgn whs schering en inslag bg den heer Idenburg. Den heer Fock, die nadere inlichtingen over den hongersnood van varleden jaar in Semarang had geTraagd, werd toegebeten, dat hg «wgzer gedaan had, daar niet over te spreken." Een manier van debatteeren, die alleen door gebrek aan argumenten te verklaren is. Van grooten eenvoud maar ook van weinig overtuigende, verklarende beteekenis was 's ministers antwoord op de vraag: welk kolo niaal beleid voert gij Hg verwees daarbg naar art. 18 van het program, opgemaakt door dr Kuyper, waarin een «baatzuchtige politiek" tegenover een politiek «van zedelgke ver- pliohting" wordt geplaatst. O. i. is dat al een zeer gemakkelgke wgze om zich van een zaak af te maken. Vooral als er dan nog een talent bg komt van flink met dikke woorden te kunnen schermen, kan me* met die tegen stelling «baatzuoht" en „zedelgke verplichting" op het uitgebreid koloniaal gebied heel wat uitrichten. Wat ons echter steeds hindert bg dat geroep: «wg zgn niet meer baatzuchtig.1" is het uitblgven van ferme daden, die het tegen over gestelde, in catu de «zedelgke verplich ting," bewgzen. Bovendien waartoe dient dat jaar in jaar uit bg de behandeling van elke Indische begrooting herhalen van de verklaring, dat wg niet meer «baatzuchtig" ten opzichte der koloniën zgn, als er niets meer te halen is Erg braaf zou het zeker zgn, als er jaarlgks in Indie millioenen overbleven, waar men geen raad mede wist. Maar onder de tegenwoordige omstandigheden, dat Indie bepaald hulpbehoevend is, de begrootingen steeds tekorten aanwgzen, dan de afwezigheid van «baatzucht" te oonstateeren, dat is tooh wel eens al te mal. Tooh trok de minister heden deze registers weder open, en weerklonk met machtig geluid door de vergaderzaal der Tweede kamer; «wg zgn niet meer baatzuchtig!" Zwak en weinig overtuigend als de minister in zgn antwoord was op de betrekkelgk min der gewichtige punten, even zwak en weifelend was hg in zgn verdediging van de 22 ton renteloos voorsohot. Het maakte op ons een zeer vreemden in druk, dezen bewindsman de rentelooze 22 ton te hooren verdedigen op grond van den slechten indruk, dien het eventueel terugnemen van dezen post in Indië zou verwekken. Er zou in Indië «wantrouwen" door gezaaid worden 1 Hier begrgpen wg nu absoluut niets van. Een bewindsman, die terugdeinst voor een moge- lgke ontevredenheid in de koloniën en daarom een post op zgn begrooting handhaaft.! Ging deze argumentatie op, dan kan men in den vervolge een minister een post op zgn be grooting hooren verdedigen, op grond van ontevredenheid, die het gemis van een derge- lgken post in Indië zou verwekken 1 Een redeneering, die aller verderfelgkste gevolgen moet hebben, wordt zg consequent toegepast Bovendien klinkt zg zonderling in den mond van dezen minister, die deel uitmaakt van een ministerie «van gezag". Waar blgft het «gezag", vraagt men zioh af, als vrees voor ontevredenheid m. a. w. intimidatie vol doende is om dat gezag de fado te verplaatsen van het Moederland naar de koloniën. Men kan een zeer vrgzinnige koloniale politiek voorstaan, instemmen met alles wat aan de vrge en gezonde ontwikkeling onzer koloniën ten goede komt, maar ten sterkste een derge- lgke politiek van vrees en angst afkeuren Op dezelfde manier is Chamberlain thans in Enge land bezig zgn beaohermingstarieven te ver dedigen. Maar er was nog meer in de rede van den heer Idenburg, dat wis aan dezen Engelsoh- man deed denken. Hg voerde op o. i. zeer ver keerde manier den patriottisohen toon. Men moest nl. niet spreken van Indie als een «bankroet". Dat maakte een slechten in druk in het buitenland. Men moest «optimis tisch" big ven, geen pessimistische beschou wingen houden, enz., enz In dit verband was hg ook sleoht over de pers te spreken. Hjj las een brief van generaal Van Heutsz voor, waarin de waarde van «persberichten" niet hoog werd gesteld. Nu is dit zich versohuilen achter den breeden rug van generaal Van Heutsz wel handig, maar daarmede is nog lang niet bewezen, dat wat in de Indische pers over expedities enzenz. wordt gemeld uit den duim is gezogen. Blgkbaar vindt Z.Ex. de «ongunstige" pers hinderlgk, maar die zal hg niet tot zwggen brengen door a la Cham berlain haar met zg. «patriottische" argumen ten te bestrgden. Beter ware het geweest er het zwggen toe te doen. De minister handhaafde deels zgn post van 22 ton op grond van wantrouwen, dat in Indië zou gezaaid worden, als hg hem terug genomen had. Wantrouwen dat b. v. zou komen, als van deze 22 ton de 6 ton aan ver dedigingswerken niet op de begrooting zou komen I Ook op grond, dat deze 22 ton in overeenstemming met den minister van fiaan- tiën op de begrooting waren gebracht. In een keurige beeldspraak van den minister waren deze 22 ton de «haak", waarmede de Indische begrooling aan de Nederlandsehe be grooting was gehecht 1 Een argument, van evenveel waarde als de «zedelgke", de >mo- reele zgde", die bg dit vraagstuk van het ren teloos voorschot door den minister op den voorgrond werd geschoven. Stippen wg nog ten slotte aan, dat de mi nister niet ophelderde, hoe het «werkplan", dat in Januari in Indië was aangevraagd en in Augustus nog niet in Nederland was ont vangen, den gouverneur-generaal met zgn ver antwoordelgkheid dektewel was de «schaduw- zgde" van het renteloos voorsohottenstelsel niet aan den onderkoning in Indië onbekend, maar toch had hg er zgn volkomen tevreden heid mede uitgesproken. Erg duidelgk was dit niet. Met deze redevoering van minister Idenburg was het vier uur geworden, xoodat er slechts weinig tgd voor de duplieken overschoot. Tooh kwamen nog een drietal sprekers aan het woord, en ook de heer Van Vlgmen, die telken jare op eigen gelegenheid een Atjeh- debat op touw zet, en daar nu voor de tweede maal bg deze begrooting op door ging. Hg was erg voldaan. Minder voldaan was de heer Rösll, die geen terrein gewonnen gaf, en den minister er aan herinnerde, dat hg eerst handelde en dan overwoog, terwgl juist het omgekeerde aan beveling verdient. Eerst komt de regeering met een renteloos voorschot, en zegt dan dat het systeem van hulpverschaflen zal onder zoeken. Hg bleef ook b8 zgn voorkeur om geen leening (voorschot), maar een bgdrage aan Indie te verstrekken. Dit was ook de meening van den heer Pgn aoker Hordgk, die en pastant den heer Van Kol onder handen nam. Deze afgevaardigde hadzichVrgdag aangediend als de eenige mediognmeester, die Indie kon helpen, en daartegen verzette zioh de afgevaar digde van 'sGravenhage III met kracht. Wg gelooven echter niet, dat de heer Van Kol zioh op dit punt bekeeren zal. Hoe harder en meer men hem tegenspreekt, des te sterker gelooft hg aan zgn eigen theoriëz. Men moet niet vergeten het is een man met een groote flux de bouehe en een levendige phan- tasie I Dit is niet van den heer Cremer te zeggen, die na een ministerieele speeoh heel wat gauwer «omvalt." Deze ex-minister, die Vrg- dag in de oppositie was, is nu weder zoo goed als ministerieel geworden. Hg zal alleen bg de behandeling vsn de wet op de middelen een amendement voorstellen om inzake het voorschot een beslissing van de Kamer uit te lokken. Hg is vóór de bgdrage. Van de uiterst zwakke houding van den minister had hg, de ex-minister, niets bemerkt. Op zgn eigen vragen had hg bgna geen antwoord gekregen, of was met een kluitje in het riet gestuurd. Maar hg was toch zeer «voldaan" met 's mi nisters verklaringen. Indien alle leden der linkerzgde van deze kracht waren, dan zou minister Idenburg en met hem het kabinet-Kuyper met schik zich voor onbepaalden tgd op de portefeuilles kunnen abonneeren. En dan behoeven zg niet eens een hooge premie te betalen I BMUKBEieEI Bg kon. besluit is aan J. B. M. Verheydt, op verzoek, eer vol ontslag verleend als adjunot-commies het dep van binnenl. zaken is aan Jacoba Klerk, opzichteres bg de kon. fabriek de Stearinekaarsenfabriek Gouda te Gouda, de eere-medaille der orde van Oranje-Natsau, in zilver toegekend zgn benoemd tot adj.-inspecteur der direote bel. enz.: te Ngmegen L. Kloosterboer, thans in gelgke betrekking te Rotterdamte Am sterdam L. J. Smeets, waarnemend adj.-inspec- teur aldaar; te Maastricht A. C. Hartjens, ontv. te Bergeyk c. a.te Schiedam jhr A. von Bülow, waarn. adj.-insp. te 's Gravenhage te Rotterdam T. K. Jansma, ontv. te Balk o. a. te Roosendaal A. W. Kamp, surn. uit de directie Zwolle is voor den tgd van drie jaar bg de land macht in West-Izdië gedetacheerd de eerste- lnit. W. Scherpenhuyzen, van het 4e regiment infanterie is aan den luit.-kolonel L. Bolle, van het le reg. huzaren, op zgne aanvrage, en aan den majoor A T. Luoassen, van het 3de regiment huzaren, onder toekenning van pensioen, eer vol ontslag uit den militairen dienst verleend is den luit.-kolonel L. Bolle de rang ver leend van kolonel en den majoor Lucassen die van luitenant-kolonel; zgn benoemd bg den grooten staf: totluit.- kol. Hr Ms adjudant in gewonen dienst, de majoor jhr A. S. E. van Tets van dien staf bg het wapen der cavalerie, bg het le reg. huzaren, tot kolonel de luit.-kol. H. F. D. Braams, comm, van het korps tot luit.-kol. de majoor G. P. A. G. H. Römer, van het 2de reg. huzarentot ritmeester de eerste-luit. M. Grondhout, instructeur bg de rg- en hoet- smidsohoolbg het 2e reg. huzaren tot majoor de ritm. jhr M. W. Boreel, van het 3s reg. huzarentot ritmeester de eerste-luit. J. M. Benteyn, van het le reg. huzarenbg het 3e reg. huzaren tot majoor de ritm. H. C. P. L. Mat hou, van het 2e reg. huzaren en A. J. P. Metelerkamp, van het le reg. huzaren, belast met het bevel over de rg- en hoefsmidsohool is de titulaire rang van kolonel verleend aan Hr Ms adjudant in gewonen dienst, den rit meester, met tit. rang va* luit-kolonel E. F. G. H. J. baron van Tayll van Serooskerken, va* de* grooten staf zgn H. Osterbol, H. T. Jensen en N. A. V. Sórensen, benoemd en aangesteld tot tgd. off. van gezondh. 2e kl. bg het pers. van den ge- ïeesk. dienst va* het leger in N -I. TWEEDE KAMER. Bg de Kamer is ingediend een wetsontwerp regelende de zekerheidsstelling door gemeente ambtenaren. HEUSTE 14 AIR UK. Maandagavond kwam deze kamer bgee», ter hervatting harer werkzaamheden. Ingekomen waren o. m. de geloofsbrieven van het herkozen lid der kamer, mr J. Sio- kenga, die in handen werden gesteld van eene commissie, bestaande uit de heeren 's Jacob, Havelaar en Bevers, De heer 's Jacob b-aoht verslag uit en ad viseerde, namens de commissie tot toelating, na aflegging van de gevorderde eeden of be loften. De heer mr J. Siokenga legde hierop in handen van den voorzitter de voorgeschreven eeden af en nam zitting. Ingekomen was voorts het bericht van het overigden van den vioe-president van den Raad van State jhr mr Schorer, welk bericht namens de Eerste kamer met een brief va* rouwbeklag is beantwoord. Na mededeeling va* verdere iagekomen stukken werd de vergadering verdaagd tot Donderdag v. m. 11 uur. Zeldzaam mooi is de serie photographieën, die deze week in het Wereldpanorama alhier ter bezichtiging wordt gesteld. Een bezoek aan de «eeuwige stad" luidt de titel, maar van Rome zelf ziet men heel weinig. Hootdzakelgk zgn het opnamen van den St Pieter, in en uitwendig, van het Yatioaan en eenige kerken van binnen en van buiten, benevens enkele kgkjes in het Forum Romanum. Buitengewoon is de indruk dien men krggt van de kunst schatten, in de kerken maar vooral in de musea van het Vaticaan verzameld. Ditmaal vooral verdient een bezoek aan de permanente tentoonstelling in de St Pieterstraat aanbeveling. Meegaande met zgn tgd, heeft de heer Wegman ia de Korte Delft alhier zgn winkel een meer aantrekkelgk uiterlgk gegeven en tevens een groote uitbreiding. Daardoor kreeg hg gelegenheid de voorbggangers door zgn uitstalling voor de ramen tot kgken te nopen en in den winkel zeiven meer artikelen te schikken. Op hetjgebied van poroelein en aardewerk heeft men er een kolossale keus, waaronder tal van fgne en nieuwe zaken. In kristallen en glazen artikelen is de heer Wegnman evenzeer goed gesorteerd, terwgl pannen en schotels voor de fgne keuken niet ontbreken. Bgzonder aardig en, naar wg meenen, ook nieuw zgn de bordjes voor de jeugd, met goed geteekende voorstellingen uit de wereld der sprookjes en uit de natuur. Na gehouden examen zgn tegen 1 Deo. aangesteld tot commies bg 's rgks belastingen le klasse: de milicien-sergeanten J.Abrahamse en J. Barto, beiden van 2e het bataljon te Middelburg, A. Verdouw te Aardenburg, I. J, Tromp en A. Margnnesen te IJzendgke en J. de Groote te Biervliet. De milioiena, liohting 1903, die tot geen der beide ploegen van het big vend gedeelte behooren dat zgn zg die bg de loting daar voor de hoogste nummers trokken vertrek ken op 28 November a. s. met groot verlof. De miliciens, behoorende tot de tweede ploeg, vertrekken op 28 November met verlof tot 30 Maart 1904, keeren alsdan terug en blgven in werkelgkea dienst tot 29 Juli d.a.v. Op 30 Maart 1904 (of 1 of 2 dagen later) vertrekken met groot verlof de miliciens van de eerste ploeg, die dus op 1 December onder de wapenen gebleven zg*.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1903 | | pagina 1