Dinsdag 24 November. N#. 277. 146e Jaargang, 1903. Middelburg 23 November. Uit Stad tn Pwrincit, Een »In Memoriam". MIDDELBIIRGSCHE COURANT Doze courant verschijnt d a g o I ij k s, met uitiondering ran Zon. en feestdagen. Prij per kwartaal, soowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., f 2. Afzonderlijke nummers kosten 5 cent, TBBEMOMETKB RB VERWACHTING. 23 Not. 8 u. vm 51 gr., 12 u 52 gr., ar. 4 u. 52 gr. F. Verwacht» matige W. wind, ZWaar bewolkte lucht, weinig verandering in temperatuur. AdverientiSn20 cent per regel, öeboorte-, dood- en allo andere familieberichten en Dankbetuigingen Tan 1—7 regels f 1.50; elke regel ïjaeer 20 oent. Bookmen* 40 cent por regel Sreote lettere naar de plaats, tie *{j innemen. Tot de plaatsing van sdvertentiës en reolames, niet afkomstig uit Zeeland, betreftende Handel, Njjverheid en Geldwezen, is uitsluitend gereohtigd het AlgeiasNin AdhrartsmCfeaRavMii 4?» LA BJSB A**., g.if. ^ewffcargwaB S«Ö. AMterRma. OP EEN DWAALSPOOR GEBRACHT. Men schrpft ons uit Den Haag la verband met hetgeen wij sohreven men zie het vorig nommer der Midd. Crt over de versterking, die de positie van het Kabinet- Kuyper ondervindt door de benoeming van een geestverwant tot vice-president van den Raad van State, gewerd ons van z9er vertrouwbare zgde een mededeeling, die een zeer eigenaardig licht werpt èa op deze benoeming ia op de middelen, waarmede onder den tegenwoordigen koers de publieke opinie op een dwaalspoor wordt geleid. Kort geleden werden, zooals bekend is*, in de kleine olerioale pers klaohten geuit over de langzaamheid, waarmede de Raad van State werkt. Ter verklaring van dit verondersteld talmen wees men toen van andere z$de op de om vangrijke wetsontwerpen, die bjj den Raad van State ter fine van advies en consideratie waren ingediend. Wjj kunnen echter zeer stellig verzekeren, dat noch de klacht noch de weerlegging den toestand juist weergaf. De wederlegging niet, omdat zij van onbe kendheid getuigt met de wgze van werken van den Raad van State. De meerdere of mindere uitgebreidheid van een wetsontwerp heeft geen invloed op den tijd, benoodigd voor het uitbrengen van een advies. Dit wordt nl. niet artikelsgewgse uitgebracht, zoodat menig maal op zeer omvangrjjke wetsontwerpen sleohts korteljjk geadviseerd wordt en omgekeerd kleine wetsontwerpen dikwjjls een uitvoerig advies uitlokken. Buitengewone omstandigheden daargelaten, is een ontwerp van wet gewooaljjk niet langer dan een maand, hoogstens zes weken, bjj de betrokken afdeeling van den Raad van State aanhangig. Is echter een wetsontwerp slecht geconstrueerd, zeer slordig afgewerkt, dan gaat het soms weder naar het departement terug, of wordt, wat ook voorkomt, langs anderen weg overleg gepleegd, en dat kan natuurljjk aanmerkelijke vertra ging uitlokken. Vertraging kan ook ontstaan indien een wetsontwerp, waarbjj meer dam éen departement betrokken is, her haaldelijk van het eene departement naar het andere verhuist, indien Waterstaat, Oorlog of Justitie van Binnenlandsohe zaken een avant project krjjgt, daarin verbeteringen aanbrengt, die bjj Binnenlandsohe zaken eenvoudig weder geschrapt worden, om dan dezelfde reis nog maals te ondernemen. Vertraging kan ook ontstaan, indien een departement zich langs niet cfficieelen weg op hinderljjke wjjze met de zaken van een ander departement inlaat, of de wetteljjke bemoeinis tot een wassen neus maakt, door een avant prefect te sturen met de mededeeling dat het voornemen bestaat het b. v. binnen veertien dagen bjj den Raad van State in te dienen. Het nieuw inges1 premierschap moet aan dezen remmenden invloed niet vreemd zjjn. Maar de Raad va* State heeft met dit alles natuurlijk niets uit te staan en, wat erger is, voor de geheele klacht bestaat sohjjn noch schaduw van grond. Men heeft dan ook in kringen, waar men uit den aard der zaak zeer geslo'en is maar zeer gemakkelijk in Btaat zou zijn het boven staande met eenige absoluut overtuigende data te illuatreeren, met de uiterste verbazing kennis genomen van deze poging om den Raad van State verdacht te maken. Want de klacht over de zg. «vertraging" had een geheel andere oorzaak. Toen nl. in de zomermaanden de leden, al thans enkele leden, van den Raad van State hun gebruikelijke zomervaoantie stonden te ondernemen, kwamen eenige belangrjjke maar niet buitengewoon omvangrijke wetsontwerpen bg dit college in. Van dit verlof was van te voren aan de betrokken departementen, juister gezegd aan een der departementen, kennis gege ven, zonder dat hierop echter aoht werd geslagen Onder vorige ministeries werd natuurlgk altjjd, al was het slechts beleefdheidshalve, rekening gehouden met de vaoantie van den Raad van State. En zoo ontstond er een aanmerkelijke vertraging", die nog langer duurde omdat de wetsontwerpen slecht afgewerkt waren, wat een ongunstig advies aan de kroon insloot, en wat wederom verdere omwerking aan het departement ten gevolge had. Trouwens, over de gebrekkige teohniek der ingediende wets ontwerpen is onder dit ministerie herhaalde malen door den Raad van State geklaagd. Bjjaa geen enkel ontwerp is er ingekomen, of het onderging, ingevolge ongunstig advies van den Raad van State, ingrjjpeide wijziging. Ook in dit opzicht moet het premierschap een verre vai gunstige* invloed uitoefenen. Wjj hebben geen vrjjheid eenige hier in het bjjzonder bedoelde wetsontwerpen nader aan te duiden, maar staan voor de juistheid der mededeeling ten volle in. In elk geval werpen zjj een zeer eigenaardig licht èn op de benoeming van jhr Van Swin- deren èn op de verdaohtmaking, waaraan de Raad van State eenigen tjjd geledes van clericale zjjde bloot stond. Wanneer wjj er ten slotte aan herinneren, dat het orgaan hetwelk schuldig staat aan deze onhandige verdaohtmaking, onder leiding staat van een aan het Kabinet bevriend «staatsman", dan krjjgt deze schijnbaar weinig belangrjjke geschiedenis een zeer bedenkelijk karakter. en De schrjjver der «Brieven uit de Hofstad" in de Arnh Cri wgdt een zeer groot deel van zjjn jongste epistel aan het levensbericht van w$len den heer I. D. Fransen van de Putte, door de Leidsohe Maatschappij der Nederlandsche Letter kunde uitgegeven. Hg schrjjft nl.: Onder de oniangs versohenen levensberichten is er een die niemand als overbodig besohouwen of arm van inhoud noemen zal, want zjj geldt den man, die 40 jaar lang in het publieke leven gedeeld en daarin een groote, soms de grootste rol gespeeld heeft. Het is wjjlem Isaac Dignus Fransen van de Putte, de oud-Minister van Koloniën en een der merkwaardigste baan brekers op Nederlands koloniaal gebied. Hg moge geen letterkundige geweest zjjn, zooals men va* een lid der Maatschappij zou mogen verwachten, zjjn aandeel in 's lands zaken was zoo groot, dat me* met belangstelling de aan hem gewjjde bladzjjden opslaat. Temeer, omdat dit levensbericht uit de pen van een landge noot gevloeid is, naar wien wjj gaarne luiste ren, omdat wjj begrjjpen dat bjj debeteekenis van den afgestorvene naar waarde schatten kon dat hg in aantrekkeljjken vorm zjjn n Memoriam zou weten te kleeden. Fransen v. d Putte door N. G. Pierson her dacht, ziedaar twee namen, die iets belang wekkends waarborgen. Yoor de ouderen heeft 't zekere bekoring die gebeurtenissen van vele jaren her, waarvan zjj uit de dagen hunner jeugd eenige, zjj 't ook verbleekte, herinnering bewaard hebben, uit het verleden te zien herrjjzen, voor de jongeren is het interessant een duidelijke sohets te lezen van het openbaar leven van een oud-Minister, dien z& sleohts kennen als iemand, die tot de oudste leden der Eerste Kamer behoorde en wiens woord in die ver gadering, zoodra Indische zaken aan de orde kwamen, meer gezaghebbend was dan dat van iemand anders, zonder dat zjj 't eigenlijk goed weten, waaraan deze spreker dat bijzonder gezsg ontleende. Mag ik hier van deze levens schets den hoofdinhoud korteljjk mededeelen Te Goes zag in 1860 een merkwaardige broohure over de uitbesteding der Gouverne- mentsBuikercontracten op Java het licht. Zjj handelde iatussehen daarover niet alleen, maar liep ook over de vraag van vrjje* arbeid op Java voor de teelt van producten ten behoeve van de EuropeeBohe markt. Die vraag was een strijdvraag tusschen de liberale* en de mannen van het behoud. De schrjjver toonde helder aan welke begrippen en belangen aan vrjjen arbeid op Jiva in den weg stonden en tevens poogde hg den weg aan te wijzen, die tot wezenljjk vrjjen arbeid voeren zou. De tot nu toe onbekende Fransen van de Putte, die zjjn loopbaan als zeeman begonnen en daarna zelf suikercontractant geworden was, vestigde door dit geschrift de aandacht op zioh, werd in '62 (op 40-jarigen leeftjjd) door Rotterdam tot lid der Tweede Kamer ge> kozen en trad een jaar later, na den val van den Minister Uhlenbeok, als Minister van Koloniën in hat 2e Kabinet-Tborbecke op. Gedurende zjjn driejarig Ministerschap heeft Fransen van de Putte trots zeer felle oppositie een belangrjjke* hervormingarbeid volbracht. Aan de exploitatie van Indië, uitsluitend ten bate van het Moederland, heeft kjj geduohte slagen toegebracht. Door zjjn Comptabiliteits' wet, die de vaststelling der Indische begroo ting by de* gewonen wetgever bracht, heeft het oude regeerstelsel in onze Indi sche bezittingen op losse schroeven gesteld. Aan verschillende verplichte cultures en leve ringen in Indië heeft hy een einde gemaakt. Hy lokte het Kon. Besl. van Juli '63 uit, dat onder de nieuwe contracten alles wat voor de suikerproduotie noodig is in vryen arbeid deed geschieden behalve de aanplant van het suiker riet. In de Kamer heeft hy voorts gepleit voor individueel grondbezit op Java en de verkeerdheden van het landrentestelsel aan getoond. Hg had nieuwe verbodsbepalingen uit' gevaardigd tegen het contracteeren met dessa' hoofden ter verkryging van werkkraohten, ten einde de knevelary van den inlander tegen te gaan. Maar het doorzetten van veel en velerlei hervorming voerde aan zgn tegenstanders nieuwe bondgenooten toe. Onder de liberalen dier dagen was menigeen ontsteld over het krasse optreden van dezen Minister, zelfs in het Kabinet ontstond tweedracht, zelfs Thor- beeke wilde niet ten volle met hem mede gaan. In Februari '66 trad de groote aanvoer der af en een kabinet-Fransen van de Patte kwam in de plaats, waarin de portefeuilles van Binnenlandsohe Zaken, Justitie en Finanoiën in andere handen overgingen. De nieuwe formatie zou geen volle vier maanden stand houden, want zy struikelde reeds in Mei '66 over Yan de Putte's Cultuurwet, waarbg in- grypende wjjz'gingen ten aanzien van den grondeigendom op Java en Madura, alsmede een regeling van het arbeidscontract zouden worden ingevoerd. Door aanneming van een amendement, dat de Minister onaannemeiyk had verklaard en waarvoor o.a. zelfs Thorbecke stemde, werd Yan de Putte's hervormingskabinet l;e* val gebraoht. Maar de stoot tot koloniale hervorming, door ïem gegeven, bleef nawerken. Na zy* aftreding ïebben anderen gedaan wat hg zelf had willen doen. Door hem is een nieuwe geest in het koloniaal bestuur gebracht. De minister De Waal had, zooals Bugs 't in een zgner Gids artikelen uitdrukte, de aanneming zfo'ner agra rische wet in 1870 te danken aan het leger, door Fransen van de Putte geformeerd; van dezen man is ongemeene kracht uitgegaan. I* '72 is hg, na Thorbeoke's overiyden, andermaal als Minister van Koloniën opgetre den en heeft hy door zyn tariefsherziening een nieuwe belangrgke hervorming tot stand ge bracht. De afschaffing der differentieels rech ten wordt door den heer Pierson als een der maatregelen bDsohouwd, waarop Fransen van de Putte met bgzondere voldoening heeft mogen terugzien. Overigens was zyn tweede ministerie minder vruchtbaar da* het eerste tengevolge van de uitbarsting van den Atjeh-oorlog. Waar t nog niemand gegeven is over deze zaak van alles beheerschend gewicht een gegrond oor deel uit te spreken, zal ik wjjseljjk hierover zwygen. Bittere aanvallen heeft Yan de Putte wegens zyn beleid in zake Atjeh te verduren gehad, daartegenover mag hier op twee punten gewezen worden. Hel eerste is, dat na de geheime Kamerzitting in den loop van 73 gehouden (waarvan de handelingen ook sedert niet gepublioeerd zyn) door de oppositie in openbare zitting erkend is, dat de Regeering versterkt uit het debat was teruggekeerd. Het tweede is dat jhr Elout van Soeter- woude, die om zyn byzondere kennis van het Sumatra-vraagstuk in '73 door de Regeering geraadpleegd was, nog den 21 Januari 1886 in de Eerste Kamer verklaarde, gezien te hebben met welk diep besef van verantwoordeiykheid" de heer Fransen van de Putte als Minister gehandeld had. Hiermede wordt zeker niet beweerd, dat ook de Minister geen fouten zou begaan hebben. Vermoedeiyk zal hgzelf wel eens in vertrouwe lijke gesprekken eigen dwalingen erkend hebben, maar tot zy* dood toe heeft hy de overtuiging gekoesterd, dat hy ten aanzien van het uitbre' ken van den oorlog niet anders had mogen handelen dan hy gedaan heeft. En dat hy, na de mislukking der le expeditie, by de uitzending van Generaalv. Swieten en bg de voorbereiding der 2e expeditie onder diens opperbevel mét groote energie en kloekheid gewerkt heeft, dit wordt ook door tegenstanders erkend. In '74 als Minister afgetreden, heeft hy nog eenige jaren in de Tweede Kamer zitting gehad voor het district Hoorn, totdat bg in 1880 naar de Eerste Kamer overging. Bovendien is hy in 1889 nog voorzitter van de Staatseommissid ge weest tot het uitbrengen van een verslag en advies over de regeling van het verband tusschen de Nederlandsche en de Nederlandsoh-Indisohe Marine. Yan zyn laatste jaren herinnert een ie der zich het groote aandeel nog, dat hyjaariyks aan het Indisch begrootingsdebat nam. Bgzon- der warm werd hy, zoodra hg vrees gevoelde dat aan Indië zou worden te kort gedaan. De be kende schaver over «de Eereschuld", mr. van Deventer, heeft aan zyn streven ten gunste van onze koloniën dan ook openbare hulde gebracht Nog in Januari 1900 heeft Fransen van de Putte een poging gedaan om de Regeering tot een flnancieele afrekening met Indië te bewegen hierby den steun van alle staatkundige partyeu vragende, »om der consciëntie wille." Uit het geheele zeer uitvoerige opstel van den heer Pierson spreekt hooge waardeering van Yan de Putte's persoon en karakter. Met groote helderheid van geest toegerust, was hg tevens een gemoedsman. Hy was hulpvaardig voor anderen en beminneiyk in de* kring van zy* gezin. Maar niet alleen in dien kring, ook in den ambteiyken kring wist hy toege negenheid te winnen men behoeft 't slechts aan de overlevenden te vragen, die onder hem aan zyn departement gediend hebben. Het zy my vergund dit overzicht met Pier son's slotwoorden te eindigen«vergeten zal men hem nooit, want wie kan ooit traohten zich een degeiyk oordeel te vormen over kolo niale politiek zonder door te dringen in zyn stelsel en kennis te nemen van wat hy ter ver dediging daarvan geschreven en gesproken heeft Om 't even of mea eindigt met het te aanvaarden, te verwerpen of als bouwstof te gebruiken, men zal den tgd, aan de ernstige studie hiervan gegeven, welbesteed achten. En uit en boven dat stelsel ,zal meermalen de mensch te voorschgn treden, uit wiens brein, neen uit wiens hart het ontsproten is." Nederlandsche Ministers, die, van het staat kundig tooneel teruggetreden, een biyvend spoor achterlaten, zyn niet talrgk. Dit heeft deze man wèl gedaan en daarom vertrouw ik, dat sommige lezers dezen terugblik op den kolonialen leidsman van weleer niet geheel onbelangrgk zullen achten. Bovendien ware 't zeker te wensohen, dat ten onzent wat minder laksheid ten opzichte van die kostbare bezit tingen heerschen mocht, zonder welke onze beteekenis als mogendheid vrg wel tot den rang eener historische gedenkwaardigheid zou afdalen. En ook d&arom is 't goed het streven en werken van een man als hy te begapen en de hoofdiynen dezer figuur in onze herin nering als 't ware te fixeeren. WAAROM NIETI De Ver. Vrij Ruilverkeer heeft een tekst ver spreid om op de achterzyde van enveloppes te drukken en daardoor propaganda voor den vryhandel te maken. Hg luidt: Invoerrechten verhoogen den prgs van de artikelen, waarop zy geheven worden. Yerhooging van invoerrechten maakt die artikelen nog duurder. Uitbreiding van invoerrechten maakt nog méér artikelen duur Verhooging en uitbreiding van invoerrechten niets anders dan een belasting op allerlei levensbenoodigdhedencg is onrechtvaardig, lo. omdat deze belasting wegens haar voor yk en arm gelgk bedrag het zwaarst drukt op hen, die haar het minst kunnen betalen, 2o. omdat de opbrengst slechts gedeeltelgk komt in de schatkist en hoofdzakeiyk strekt ten bate van de beschermde binnenlandsohe voortbrengers. Yerhooging van het tarief van invoerrechte* doet de productiekosten stygen en houdt daar door loonsverhooging tegen bovendien is zy feiteiyk verlaging der arbeidsloonen, want voor het loon, dat een werkman ontvangt, kan hy minder goederen koopen. Verhoogitg van het tarief van invoerrechten treft in het by zonder allen, die van een vast inkomen moeten leven. Daarom geen verhooging van ons tarief. met den fakkel in de hand gereed om, zoodra de vlam zich vertoonde, het poeder daarin te werpen. Of bg een begin va* brand een onervaren en uit den aard der zaak eenigszins geagiteerd persoon hetzelfde resultaat vèrkry'gen zou, staat bg ons nog niet vast. Ter buitengewone openbare civiele terecht zitting van de rechtbank a 1 h i e r is de heer K. Verhoek, benoemd deurwaarder bg het kantongerecht te Goes, als zoodanig beëedigd. Uit Vlissiages. Door de politie aldaar is tegen den 19jarigen H. H. en diens löjarigen broeder W. H. proces-verbaal opgemaakt, ter zake van dief stal, door eerstgenoemde, en heling, door laatstgenoemde, van een hoeveelheid koper ten nadeele van de fabriek Be Schelde. Verder zgn nog geverbaliseerd een drietal personen wegens diefstal van koper en touw, ten nadeele van de My. Zeeland en een aldaar wonende dienstbode wegens diefstal in dienst baarheid. Yoor de afdeeling Patrimonium,"aldaar trad Ponderdagavond de heer J. H. Blum, districts schoolopziener, in eene vergadering met debat op met het onderwerp Het vakonderwijs in ver hand met het lager onderwijs. In een keurige rede besprak de heer Blum de verkeerde richting, langen tgd aan het onderwys gegeven, die alleen den nadruk legde op het kennen, zich om het kunnen niet bekommerend. Deze ver keerde richting liet zich kennen door den sleur in en het Btelsel van het onderwgs en tevens door een star conservatisme dat blind was voor de veranderde tydsomstandigheden, die een verzetten van de bakens, toen het gety verliep, als een gebiedenden eisoh stelden. Vervolgens wees hg op eene ontwaking en de meerdere belangstelling voor vakonderwy's, he'geen de begrooting van binnenlandsohe zaken gedurende eenige jaren duidelijk doet zien. In breede trekken werd het ingediend wetsontwerp tot herziening van bet Middelbaar onderwys door den heer Blum toegelicht, dat sprekers sympathie heeft, geheel op de anti- revolutionnaire lg* ligt, en ook vrymaking van dit onderwys beoogt. Na op het verband gewezen te hebben dat volgens spreker, tusschen het lager- en vak- onderwys behoort te bestaan, werd deze goed geslaagde vergadering door den heer Blum met dankzegging gesloten. Voor het debat diende zioh niemand aan. Standaard By kon. besluit is benoemd tot directeur van het post- e* telegraafkantoor te Zevenaar C. Smitt, thans commies der postergen 1ste kl. is aan den commies der telegraphie 1ste kl. A. G Willekens, op verzoek, als zoodanig eervol ontslag verleend uit 's ryks dienst. De minister van marine brengt in de St.-Ct ter kennis, dat, biykens telegraphische berichten van d9n stationscommandant der zeemacht in West-Indië, Hr Ms pastsersohip De Ruijter, onder bevel van den kapitein ter zee A. C. van der Sande Laooste, 20 dezer, in verband met eene te Sint-Domingo uitgebroken revo lutie, daarheen is vertrokken, tot het zoo noodig verleenen vat hulp aan Nederlandsche onder' danen. Daar de heer A. Nieuwkamp door onge steldheid verhinderd is, zgne medewerking te verleenen, zal heden en morgen (Dinsdag) avond bg de algemeene repetitie en de uitvoe ring der zangvereeniging lot oefening en Uit spanning de tenorparty vervuld worden door den heer Frans Andréoli uit 's Gravenhage, - Heden middag had op de Loskade alhier een proefneming plaats met het Théolin vuurbluschpoeder, dat door de firma D. Neelmeger te Apeldoorn gefabriceerd en onder den naam van Theo-fakkel in den han del gebracht wordt. Ter bywoning van die proefneming waren uitgenoodigd het bestuur over de brandweer, de brandspuitmeesters en eenige andere auto riteiten. Door den vertegenwoordiger der firma werden verschillende proeven genomen met papier, krullen, poetskatoen, met petroleum oollodium en benzine gedrenkt, en met den inhoud van een of twee fakkels werd het vuur spoedig gebluscht. Het wil ons toesobgnen dat de Théofakkel by een begin van brand wel goede diensten kan bewyzen, afschoon deze proef, om de wyze waarop zy werd genomen, voor ons niet afdoende is. Hier toeh stond een man van het vak Zondagmiddag kort na twee uur is mid den in het veld ter rechterzyde van den Nieuwen Ylissingschen straatweg, tusschen A b e e 1 e en West-Sou burg, een hooisohelf in brand geraakt. Het schouwspel trok, vooral met den Zondagmiddag, veel nieuwsgierigen, die er een paar vuile sohoenen voor over hadden. Met den harden wind brandde het hooi fel, maar daar de schelf ver van alle huizen in den omtrek stond, was er geen gevaar, en liet men haar uitbrandenaan redden was toeh niet te denken, 's Avonds sloegen de vlammen nog steeds hoog op en wees een roode gloed in de lucht de plaats van den brand aan. Over de oorzaak is niets bekend maar de omstandigheden doen kwaadwilligheid of bal dadigheid vermoeden. Het hooi, ongeveer 10 voer, dat asn den landbouwerW.de Buck toe behoorde, was verzekerd tegen brandschade. Te Borssele verloor schipper Meeuw een uit Terneuz9n Zaterdag het roer van zy* vaartuig, dat een lading Bteen had gebracht by de Noordnol in eerstgenoemde gemeente. Gelukkig was een sleepboot in de nabgheid gekomen, welke het vaartuig naar Teraeuzen vervoerde. Eenige steenlossers uit Borssele waren op het schip moeten blgven wegens het stormweer. Deze moesten derhalve uit nood de reis naar Terneuzen medemaken- De vrachtboot Telegraaf 1, die, zooals Zaterdag reeds door ons gemeld is, dien dag op den havendam te Hansweert omhoog liep, is zonder schade vlot gekomen. De boot kwam ledig van Antwerpen met bestemming naar Rotterdam. Te Wemeldinge is lek aangekomen de met tarwe geladen tjalk Iwte Broeders schipper Van de Velde, bestemd naar Pruisen. Pompers zyn aan boord. Met ingang van 25 dezer is de brieven besteller M. J. v. d. Berge te Wissekerke benoemd in geiyke betrekking te Goes, en tegen 1 December als zoodanig te W a 1 s o o r- d e n benoemd, C. Jansen, thans hulpbesteller te Stoppeldyk. Tydens den [storm en hooge» vloed, die 1,50 M. boven hoogwater liep, in den nacht van Zaterdag op Zondag jlis het tjalkschip Martinus Hendrik, schipper A. van der Pluim van Breda, dat in de Kil lag van de sluis va* het waterschap Groede en Baamt, gemeente Bresken s, en gereed was om te vertrekken, na suikerbieten te hebben ingeladen, driftig geworden en op den berm van den ringdjjk

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1903 | | pagina 1