13 November. Y rijdag N#. 268. De Ongevallenwet. Verkoopmaan ens. 146e Jaargang» 1903 Middelburg 12 November. Uit Stad tn Preyincie, Bg deze courant behoort een Bijvoegsel Kameroverzicht. MIDDELRURGSCHE COURANT. Dezo courant rersobijnt d a g o 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Pry's, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franoo p.p., f 2. Afzonderlijke nummers kosten 5 «ent. THBBHOHKTBB BK VHSWACBTIN«. 12 Nov. 8 u. vm. 53 gr., 12 n 52 gr., av. 4 u. 52 gr. F. V e r w a o h tmatige Z W. wind, betrokken lucht, regen, weinig verandering in temperatuur. Advertentldn20 cent por regel. Meboorte-, dood- en allo andere familieberichten es Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50; elke regel meer 20 cent. Keolamens 40 eont por regel, ftotte letters naar de plaats, die ijj innemen. Tot de plaatsing van advertentiën en reolames, niet afkomstig uit Zeeland, betredende Handel, Ng verheid en Geldwezen, is uitsluitend gereohtigd het Algonawa AdworfostieoBsuroaa A> 9* EiA HAR Ami, 1.S, Wvwrbsufwal M«, AauissrAaaa. Zitting van Woensdag. Dinsdag nog had de minister van fiaanciën zeer beslist verklaard, dat bp alle amendementen op het wetsontwerp betreffende de belastbare opbrengst op het gebouwd eigendom zou be- strgdenen hoewel een dergelgke verklaring nog volstrekt niet zeggen wil, dat de kamer daarom maar van bet indienen van amende menten moet aisien, was er in dit geval alle aanleiding amendementen tbuis te houden Afgescheiden van het weinig praktisch nut, dat er mede te bereiken viel de verwerping stond vast verdient het ook geen aanbeveling om in de beginselen, in de wet vastgelegd, zóó maar eens even, incidenteel een verande ring te brengen, voor het oude beginsel liefst een ander nieuw beginsel te stellen. Met den minister hadden gisteren hier tegen nog de heeren Van Dedem en Röell gewaarschuwd. Maar de heeren sooiaal-demooraten dachten er bigkbaar anders over en kwamen met een zeer ingrgpexd amendement op art. 1 van de wet. Nu zat hier ook wat anders aehter. De heer Ter Laan, die het amendement indiende, is afgevaardigde voor het district Hoogezand. Daar wonen nl. een groot aantal arbeiders, boerenknechts, die een huisje hebben benevens een koe, geit of sohaap, dat langs den weg, den berm van de straat, graast. Ook verbou- wea zg voor zichzelf en hun gezin aardappelen cn andere landbouwproducten. Het zgn dus geen landbouwers, al oefenen zp het landbouw bedrijf uit. Maar onder de wet van 1897 wer. den zp, in evenredigheid tot de werkelpke landbouwers, de groote en kleine boeren, naar hunne meening te hoog in de grondbelasting aangeslagen. Vandaar een groote ontevreden heid onder deze lieden, die den heer Ter Laan naar het Binnenhof afvaardigden. Zonder deze ontevreden kiezers zou hfi het in 1901 mis' schieu niet gehaald hebben, zoodat het natuur Ipk is, dat de heer Ter Laan nu zgn beste beentje voorzette en fluks met een amendement voor don dag kwam, dat voor de propaganda in 1905 zulk kostelgk materiaal kan leveren. Want behalve dat hjj dan den ontevreden kiezers kan voorhouden hoe hp alles doet om hun «belangen" te behartigen, kan er van de tegenstemmers getuigd worden, dat die geen hart voor de «belangen" van de kiezers heb ben. Ergo mocht hg zoo'n schoone en uitne mende gelegenheid niet onbenut voorbg laten gaan. Vooral omdat de nieuwe wet wèl ver- lichting van lasten geeft aan de groote boeren, maar de eigenaren van kleine huisjes, die een koe of een sohaap stallen, daarin niet doet deelen. De voorstellers van het amendement wilden daarom den eiseh uit art. 1 laten wegvallen, dat de gebouwen gebruikt moeten zgn te ramen met den grond. Nu lag het voor de hand, dat hiertegen zeer afdoende argumenten waren aan te voeren. De minister wees er reeds op, dat het niet aanging «landbouwers" te scheppen, die geen land verbouwen. Iemand, die een tuin heeft en er groenten of vruchten in teelt, is nog geen landbouwer. Ook het feit, dat hp een koe of geit op «stal" heeft, bewijst nog niets van zgn landbouwerscbap. Bovendien, hield men aan deze omschrjjving consequent vast, dan waren de villa-bezitters, die evenmin het landbouw bedrijf in commercieelen zin uitoefenen, ook gebaat met het nieuwe beginsel, dat de heer Ter Laan in de wet wilde opnemen. Het «propagandistisch" amendement kreeg een be paald «kapitalistisch" karakter, wat de voor stellers toch bedenkelijk moesten vinden. Voorts wees de minister, en met hem de heeren Bos en Tydeman, erop dat deze wet bedoelt onbillijkheden op te heffen, geen bevoordeeling van een of andere klasse te bevorderen. Mede werd er even aan herinnerd, dat in de praktijk deze vermindering van lasten voor de kiezers van den heer Ter Laan hoogstens een gulden of een paar kwartjes per jaar zon bedragen. Ba wilde men daartoe overgaan, dan zouden ook de bezitmenschen, die er tuinen en stallen voor bun genoegen op na houden, in deze «oommercieelen" en «technisohen" zin, waar mede hg echter de baeren-arbeiders niet tot «boeren" kon promoveeren, en de heer Sohaper trok voornamelijk van leer tegen den heer Van Dedem, die op een gegeven oogenblik njjdig repliceerde met »jp kletst," wat zeer zeker Hollandsoh is, maar waarvan gewoonlijk geen overtuigende kracht uitgaat. Het lot van het amendement was na deze oritiek gemakkelijk te voorzien. Met 71 tegen 7 stemmen (de socialisten) werd het verworpen, waarna de Kamer zoowel dit ontwerp als dat tot verhooging van hoofd stuk VII B. der begrooting van 1903 aannam. Intussohen was 't drie uur geworden, toen de Kamer met de behandeling van de kosten- wet der tuchtscholen een aanvang maakte. Drie sprekers voerden daarbjj het woordde heeren Bjjleveld, Ketelaar en Hugenboltz. Bjjzonder belangrijk waren hunne op- en aanmerkingen niet. De heer Bjjleveld was met de tuchtscholen slechts matig ingenomen. Hg had liever «particuliere" tuchtscholen, waar het beginsel van onderwgs «naar Godswoord" op den voorgrond staat. Hoe dergelgke «par ticuliere" tuohtseholen er uit zouden zien, deelde hg niet mede; waarsohgnlgk zou hem dat ook niet gemakkelpk vallen. Verder was hg tegen de plaatsing der scholen in de nabg- heid der groote steden. De heer Ketelaar be pleitte vooral het aanstellen van getrouwde beambten, omdat er van de vrouw in het alge meen een groote pedagogische kracht uitgaat. De heer Hugenholtz, die naar gewoonte een zeer lange speeoh hield en het £fmira-stelsel tot voorbeeld aan'den minister stelde, had ook verscheidene speciale wenschen en wenken. Alle sprekers kwamen echter hierin overeen, dat zg het systeem van totale afzondering voor hoogstens één maand van de «tuchtsoho- lieren" in de aanvangsklasse afkeurden. Hierbg vergaten zg o. i. dat de wet dit niet impera tief voorschrgft, maar de bevoegdheid aan den directeur er toe verleent, wat heel iets anders is. De heer Hugenholtz kon natuurlgk niet na laten in dit verband even te wgzen op de maand celstraf, door hem ondergaan. Nu is dat voor een gewoon burger zeker reeds een heele tgd, maar in Leeuwarden zouden ze zoo'n mgnheer een «stoepjeszitter" noemen, een straf, waarvoor, zooals de teohnische term heet«het niet eens waard is, je jas erbg uit te trekken." Wat natuurlgk niet weg neemt, dat het voor jongens een harde straf is een maand in afzondering door te brengen. Aan het einde der zitting werd nog gestemd over het voorstel van den voorzitter om nog vóór de begrooting de Militiewet in behandeling te nemen. De heer Troelstra had zioh hiertegen verzet, maar met 30 tegen 8 stemmen gal de Kamer den voorzitter zgn zin. Naar verluidt, kunnen daarbg zeer uitgebreide debatten tegemoet gezien worden, wat geen voordeel aanbrengt voor een richtige behandeling der staatsbe- grooting. Morgen voortzetting van het debat over de tuchtscholen. INVOERRECHT OP MEEL. Aan het slot van het naschrift van V. D. op het ingezonden stuk van«Iemand dia geheel buiten de maal-industrie staat" in ons zommer van Woensdag 11. staat: «Dan zal hg allicht de juistheid van mjjn besohou wing toegeven ook op het tweede punt, waarop het aankwam, dat het nieuwe motief van de regeering, de toeneming van den nationalen arbeid ten aanzien van het meel, niet opgaat." Het woord nieuwe moest zgnandere Dezer dagen is door den heer De Bidder, directeur der fabriek Delf shaven te Botterdam, een werkman ontslagen, nadat hg een formu lier bad aangevraagd voor het verkrggen van een vergoeding overeenkomstig de Onge vallenwet. Daarover is in de bladen heel wat te doen geweest en vooral De Nederlander is er kraobtig tegen opgekomen, dat de werkgevers, die niet bg de Rgksverzekeringsbank zgn aangesloten, op dergelgke wgze de wet zoudèn kunnen ontduiken. De heer De Ridder heelt het later wel voorgesteld alsof bedoelde werkman toch zelfde voordeelen, maar voor een veel hooger I reeds wegens slapte voor ontslag stond aange bedrag, deeleniets wat de schatkist slecht teekend en alsof hg een der minste was, maar kon verdragen en waartoe de heer Harte niet wilde medewerken. Dit waren de hoofdargumenten, die door de verschillende sprekers en door den minister, in zgn antwoord nog eens herhaald, tegen het sooialistisohe amendement werden aangevoerd Wat ter verdediging door de heeren Ter Laan en Schaper werd gezegd, was niet bgster steekhoudend. De heer Ter Laan hield een lang betoog over het woord «bedrgP' in uit hetgeen De Ned. meedeelt, blgkt wel, dat de hoofdreden toch was de poging van den werkman om een uitkeering krachtens de Ongevallenwet machtig te worden. Art. 102 der Ongevallenwet dat straf bedreigt, indien de werkgever niet voldoet aan de verpliohting tot aangifte of traoht te bewerken dat een ongeval, aan een werkman overkomen, niet ter kennis komt van de Rgksverzekeringsbank, acht De Ned, niet afdoende. Het zou dat blad zeer verwonderen, indien de heer De Ridder op grond van dat artikel wordt vervolgd en in elk geval zou voor het vervolg ontduiking van dit artikel zeer gemakkelgk zgn. Deze reohtskwesties zg aan de juristen over gelaten. Ook de persoonlgke kwestie omtrent het optreden van den heer De Ridder en zgn werkman laten we rusten, temeer daar be doelde arbeider reeds een betere betrekking heeft gevonden. Maar op een belangrgk punt in dit geval, wenschen wg toch even de aan dacht te vestigen. Het motief van bedoelden werkgever was namelgk om eens een einde te maken aan het misbruik, dat door de arbeiders van de «Ongevallenwet" wordt gemaakt, door namelgk alle wissewasjes, die niets beduiden, als «ongeval" te behandelen. Ook over deze bewering is veel in de bladen geschreven en men heeft ook den doktoren verweten, dat zg in hun belang van iedere kleinigheid een «geval" maken. Dit verwgt sohgnt zeker niet verdiend, waar de Ongeval lenwet den werkgever verplicht van ieder te zgner kennis gekomen geval aangifte te doen. De heer E. J. G W. Berghege te Enschedé heeft o. a. mededeeling gedaan (m de A. R. Crt van een brief, afkomstig van het bestuur der Rgksverzekeringsbank, dat op de vraag of de werkgever verplicht is van ieder onbeduidend letsel aangifte te doen en een formulier te doen invullen, antwoordde, «dat de wet geen verschil maakt tusschen een beduidend en onbeduidend letsel, zoodaiT de werkgever ver plicht is van ieder ter zgner kennis gekomen geval aangifte te doen." Waar dat zoo is, zegt de heer Berghege, blgkt het, dat het niet 't belang van de doe toren is dat van elk kleinigheidje een geval maakt, maar uitsluitend de Ongevallenwet, die den werkgever verplicht van ieder ter zgner kennis gekomen geval aangifte te doen. Ware het niet de Ongevallenwet, die de doctoren dwingt van alle wissewasjes notitie te nemen, dan gelooft hg, dat een groot per centage van die zoogenaamde gevallen dadelgk uit de wereld geholpen zou worden. En een ander werkgever vertelt «Mgn werklieden zgn ook deelgenoot van een onderling ziekenfonds. Door de uitkeering van de Ongevallenwet plus die van het fonds komt het voor, dat een categorie volwassen werklieden (sjouwers) bg ziekte 150 160 van hun gewoon loon trekt. Dit nu is zeker geen gezonde toestand. De meening, dat sedert de Ongevallenwet het aantal vermeende ongevallen sterk zou zgn toegenomen is echter bestreden door den bekenden oogarts te Rotterdam, dr J. H. de Haas. Hg wgst er op, dat werkgevers, vooral van groote bedrgven, slechts zeer onvolkomen op de hoogte waren van het in hun bedrgven voorkomende aantal zoogenaamd kleine on gevallen, totdat de verplichting der Ongeval lenwet, om voor ieder ongeval formulieren op te maken en in te leveren, plotseling er hen mede in kennis bracht. Deze algemeene weerlegging geldt ook in het bgzonder voor de fabriek Délf shaven. Het aantal van 1894 tot heden jaarlgks wegens ooglgden onder zgne behandeling gekomen werklieden dier fabriek bedroeg 11, 11, 8, 22: 17, 19, 25, 18, 23, en voor dit jaar komen in zgn registers voor 1 getroffene in Januari, 16 van 1 Februari tot 31 Ootober. Meer oog-ongevallen zgn dus zeker niet voorgekomen. En al die ongevallen zgn, even als die uit vorige jaren, kleine ongevallen, die de heer De Ridder waarschgnlgk tot de ver meende rekent, want slechts driemaal bood bg den dokter het ongevallenformulier der Rgks verzekeringsbank aan. Maar dan «liepen de werklieden der fabriek Delfthaven in vroegere jaren ook bg de minste kleinigheden naar den dokter", zonder dat de direoteur het bemerkte, zegt dr De Haas. Deze gevallen, door enkele betrokkenen be kend gemaakt, hebben natuurlgk sleohts een zeer betrekkelgke waarde. Om een oordeel te vellen over de vraag of werkelgk misbruik wordt gemaakt van de Ongevallenwet is een ondervinding noodig over langoren tgd dan de wet werkt en is bovenal een algemeen over zicht noodzakelgk. Daarom is van belang hetgeen mr dr J. E Millard, griffier bg den Raad van beroep te Utreobt, over deze kwestie meedeelt in het onlangs versohenen Centraal orgaan voor de Ongevallen - Verzekering. In de Tweede Kamer werd door den minis ter het aantal ongevallen op ongeveer 20.000 per jaa* geraamd. Die raming is in de werke- lgkheid verre overtroffen. Terwgl in andere laxden het aantal onge vallen in 't eerst klein was en slechts geleide- lgk toenam, is men in Nederland grootscheeps begonnen 1 Sedert 1 Februari jl., heeft er een ware orkaan van «ongevallen" over Nederland gewoed. Want sedert de inwerkingtreding der wet zgn gemiddeld ongeveer 150 160 onge vallen per dag aangegeven, terwgl op 66 per dag gerekend was. Moeten wg aannemen, dat de werklieden werkelgk dagelgks door zoovele ongevallen worden getroffen, of moeten wg het er voor houden, dat door sommige werkgevers en werklieden misbruik wordt gemaakt van de wet, en dat in zeer vele gevallen aangifte wordt gedaan van een «ongeval", dat bg een redelgke interpretatie van de wet onmogelgk een «ongeval" kan worden genoemd? vraagt sohrgver. Een stellig antwoord kan nog niet worden gegeven, maar voorloopig sohgnt de laatste meening de meest aannemelgke. Immers, wanneer men ziet van welke ongevallen aan gifte wordt gedaan, en de verschillende werk gevers daaromtrent boort; wanneer men ook het groot aantal afwg zingen door de Bank verneemt, dan moet men wel tot het besluit komen, dat een belangrgk aantal personen er op uit is op onrechtmatige wgze van de nieuwe wet te profiteeren. In vele gevallen wordt de onbeduidendste schram, ook al kan deze onmogelgk tot bloedvergiftiging aanlei ding geven, de onbeduidendste «kwetsuur", soms uit een ontvelling bestaande, tot een «ongeval" verheven, en dadelgk staan som mige dootoren gereed, om te verklaren, dat de «getroffene" 2 a 3 weken niet in staat zal zgn te werken! Dat de werklieden er op uit zgn van de wet te profiteeren, is misschien niet onna- tuurlgk. Meer bevreemdend is het, dat de schromelgke overdrgving bg de aangiften voor een niet gering deel aan de werkgevers te wgten schgnt. Eensdeels worden velen gedre ven door vrees voor straf bg niet-aangifte. Ofschoon zelf overtuigd, dat het letsel geen ongeval" kan genoemd worden, betoogen zg «dat men het nooit kan weten, dat een aan gifte in geen geval kwaad kan", en de geheele machinerie van aangifte, opdraoht aan een agent, verhoor, opmaking van prooes-verbaal, onderzoek, beslissing, wordt in beweging ge bracht, om soms uit te maken, dat een kneu zing van een hand geen «bedrgfsongeval" daarstelde I Een ander deel der werkgevers daarentegen zegt openlgk, dat, aangezien zg voor de Ongevallen-verzekering zulk zware offers moeten brengen, zg ook gaarne zien, dat hun werklieden er van «profiteeren", en dat zg het daarom bg een zeer onbeduidend letsel toeh maar «probeeren" bg de Bank! Zg vergeten dat zg op den langen duur hun eigen lasten verhoogen Schrgver erkent echter, dat de positie van den werkgever niet aangenaam is. In vele gevallen is het voor hem onmogelgk te beoor- deelen, onmiddellgk na de kwetsuur, of deze nu het karakter draagt van een «ongeval", waarover de wet zelve zich in het geheel niet uitlaat, en moet hg dus veiligheidshalve aan gifte doen. En de dootoren evenmin zgn begaafd met de voorspellingsgave, en ramen den tgd, dat de werkman buiten staat zal zgn om te werken, bg de minste kwetsuur op 8 it 14 dagen, een raming bovendien, die immers nooit in hun eigen financieel nadeel kan zgn! Onze indruk is derhalve, aldus besluit sohrgver, dat in dit opzioht althans de Onge vallenwet niet geheel aan hare ware bestem ming beantwoordt. Als oorzaak daarvan noemt mr Milliard, dat niet eerst de ziekte-verzekering is geregeld vóór de Ongevallen-verzekering. De Ongevallen-verzekering behoort alleen te voorzien in die gevallen, waar een werkman niet tgdelgk maar voor goed, uit zgn gewonen werkkring is gerukt, en dus gansoh zgn eoonomisoh bestaan op het spel staat. Maar waar hg sleohts zeer tgdelgk door een kwetsuur buiten staat is, zgn gewoon werk bg zgn gewonen werkgever te verrichten, daar kan men alleen zeggen dat bg ziek is, en dat een ziekte-verzekering hem behoort te waarborgen tegen gebrek tgdens dat ziekteverloop. Zoo is het ook in Duitschland geregeld; in geen enkele wetgeving wordt dan ook door Ongevallen-verzekering voorzien tegen de gevolgen van zeer voorbggaande arbeidsstoornis In Duitsohland zal zelfs na Januari 1904 de termga van 13 weken, gedurende welke de getroffene na het ongeval door ziekteverzekering schadeloos wordt gesteld, uitgebreid worden tot 26 weken. Bg ziekte-verzekering nu kan veel beter tegen misbruiken worden gewaakt. Deze kan en moet gemeentelgk georganiseerd worden, zoodat de kringen der verzekerden betrekkelgk klein zgn en deze eikaars omstandigheden kunnen kennen. En daar de arbeiders voor een deel bgdragen in de lasten, zal door hen zelf gewaakt worden tegen opdrg ving der onkosten door onnoodige schadeloosstellingen. Gelukkig bestaat er uitzioht dat een wetsontwerp ter regeling der ziekte-verzekering zal worden ingediend, waardoor dan ook de mogeigkheid zal ontstaan om de uitkeeringen gedurende de eerste weken na het ongeval, zoolang de ge troffene feitelgk sleohts ziek is, ten laste van de ziekteverzekering te brengen, en om niet alleen de Ongevallen-verzekering belangrgk te ontlasten, maar deze ook meer aan hare wer- kelgke bestemming te doen beantwoorden. (Zutph. Crt) De Volksstem, een volksmannenkoor in onze stad, dat indertgd is opgericht door den Middelburgschen Bestuurdersbond en bg me nige gelegenheid toonde zich met gver op de zangkunst toe te leggen en meermalen blgk gaf dit met succes te doen, viert Zondag a. zgn vgfjarig bestaan. Het geeft dan in het Schuttershof een concert waarbg mejuffrouw B. van Ancum, concert zangeres uit Amsterdam, haar medewerking zal verleenen. Mej. Van Ancum is hier geen onbekende. In Januari 1902 heeft zg hier ter stede een concert gegeven met een tweetal andere dames, en in het verslag, dat de heer Morks toen van dit conoert in ons blad gaf, werd met waar deering melding gemaakt van haar sympathiek altgeluid. Het drama, 10 Ootober te Walzoorden afgespeeld, waarbg een vissoher werd doodge schoten, zal Dinsdag 1 December voor de reohtbank te Middelburg worden behan- handeld. Tegen dien dag zgn de getuigen gedagvaard. Zooals de vorige week is gemeld, worden een drietal visschers uit Bouchaute, thans in heohtenis, vervolgd wegens gewelddadig ver zet en mishandeling van een marechaussee en een brigadier van dat corps. Het aantal sollicitanten voor de betrek king van directeur van den Provincialen stoombootdienst op de Wesfer-Schelde is be reids boven de 40 geklommen. Wanneer de benoeming zal plaats hebben is nog niet vastgesteld. In den naoht van Dinsdag op Woensdag zgn uit een gesloten hok op een erf onder Koudekerke vgf van de aoht zich daarin bevindende kongnen ontvreemd.. De op het erf staande andere hokken zgn niet «nagezien". Het wetsontwerp betreffende de onteige ning van een spoorweg tusschen Middelburg en Domburg, met een zgtak van Koudekerke naar Vlissingen, heeft bg het onderzoek in de afdeelingen der Tweede Kamer tot geen be denking aanleiding gegeven. Sedert Maandagmorgen wordt te Goes vermist een 57-jarig beer, ingezetene dier ge meente. Men vermoedt, dat hg zich in de omstreken ophoudt, of dat hem een ongeluk is overkomen. Zg, die inlichtingen kunnen geven aan de politie aldaar, doen dit. Woensdagavond hield te T hol en de heer dr L. Wagenaar van Middelburg, daartoe uitgenoodigd door het bestuur van de Afd. Tholen van den Volksbond, eene lezing over Tweelrlei dronkenschap. Ongeveer een honderd tal belangstellenden volgden den spreker, die de aanwezigen wees op 't verkeerde van drank misbruik, oisoboon z. i. het gebruik geheel te verbieden onnoodig en onpractisch is. Hg wekte allen op toe te treden tot den Volksbond om mee te helpen dien kanker aan de volks welvaart te bestrgden. Aan het gebouw van het Provinciaal bestuur te Middelburg werd heden aanbesteed I. Het driejarig onderhoud van de Rgks- contr'scarpe te Tholen, behoorende tot de seewerken in Zeeland, gedurende de jaren 1904—1906. Raming 850 per jaar. Ingeschreven werd door de Thoolsehe heeren J. G. Gelderblom voor f 775 en J. Geluk J.Lzn. ad f 673, per jaar. II. Het onderhoud van de rgkszeeweringen en havenwerken te Vlissingen en te V e e r e gedurende de jaren 1904, 1905 en 1906, in twee peroeelen. Raming eerste perceel f 7530 en tweede f 4630 per jaar. Hiervoor schreven in voor: het eerste peroeel de heeren J. Willemse voor 8760, W. Anker ad 8640, F. N, de Rooy voor 7700, J. J. Krgger ad j 7685, G. de Wilde Az., Kaltendgke, f 7490, A. A. de Wilde, Goes, 7490, J. de Jonge, Middelburg, 7391 en W. Dekker, Veere, f 7166en het tweede peroeel de heeren M. Alewgnse, Veere, 4725, A. A. de Wilde voor f 4690, J de Jonge ad 4613, en W. Dek ker ad f 4398. De vier eerstgenoemde inschrgvers voor het eerste perceel wonen te Vlissingen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1903 | | pagina 1