Y rijdag 16 October. mr F. C. van Deinse. Middelburg 15 October. 146" Jaargang, Kameroverzicht. Treurig monnikenwerk. N°. 244 1903, MDDELBIJRGSCHE COURANT. Deze courant versohijnt dagelijks, met uitzondering tan Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg ais voor alle plaatsen in Nederland franeo p.p., f 2. Afzonderlijke nummers kosten 5 cent, THBBMOMETBB EN VERWACHTING. 15 Oct. 8 n. vm. 58 gr., 12 n 59 gr., av. 4 u. 56 gr. F Verwacht: matige Z. W. wind, verander! gk weer, geringe afname in temperatuur. Advertentifa20 eent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberiohten en Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50elke regel meer 20 cent. Keelamena 40 eent per regel, Qreotc letten naar de plaats, die sg Tot de plaatsing vaa adverteatiëa ea reolames, aiet afkomstig uit Z e e 1 a a d, betreffende Haadel, Ngverheid ea Geldwezea, ii nitsluitead gereohtigd het Algoaaeca Adwrkallt-Parisa Ai SB LA MAR Am., 1.1. Vmflmrpial Ml, J Bij de stemming op Dinsdag 20 October in het district Hulst voor een lid der Provinciale Staten bevelen wij ten dringendste aan den heer Zitting vaa Woensdag. Dinsdag oen breed opgezet debat over het feminisme, heden een principieeie discussie over de eedsquaestie en dat alles bg een als eenvoudig aangekondigd wetsontwerp tot herziening der gemeentewet. Natuurlgk luidde heden, evenals gisteren, wederom van alle zgden het paroolgeen principieeie dis cussie, geen principieeie beslissing, handhaving van het status quo, maar daarvan kwam, zooals bgna van zelf spreekt, niets terecht. Trouwens de »stoffe", zooals dr Kuyper zou zeggen, of de »materie", gelgk ds De Visser pleegt te spreken, was er niet naar om sommige leden van nitstapjes op theologisch-exegetiseh terrein af te houden. Dr Kuyper had mooi praten over het vermorsen van den nationalen tgd door het »ventileeren" van allerlei denkbeel den, die eerst bg een prinoipieele bespreking der eedsquaestie aan de orde kunnen komen voor een ds Roessingh en voor een ds Schokking was de verleiding te maohtig. Eigenlgk mogen wg nog dankbaar zgn. Het had veel erger kunnen uitvallen. Er zgn niet minder dan 9 theologen van beroep, hetzg in ruste hetzg nog in aotieven dienst, in de Kamer. Dit maakt met dr Kuyper 10 in getal. Een spotvogel hoorde ik zeggendat maakt 20. Atgesoheiden nog van de andere heeren, die op dit stuk ook een geducht woordje kunnen medepraten. Gezien het aantal auto riteiten, hebben wg duB geen reden tot klagen gehad. Bovendien waB er heden een politiek element in de discussie gebraoht, dat in het debat van Dinsdag ontbrak en waardoor het gesprokene van heden zeker aan belangrgk- heid won. Voor het eerst, voor zooverre wg ons herinneren, sedert het optreden van het kabinet-Kuyper, zagen wg een gedeelte der Lohmanianen tegen een regeeringsvoorstel stemmen. Met den heer Lohman aan het hoofd stemden de heeren Van Bylandt, Van Lim burg Stirum, De Visser vóór het amendement' Smidt. Er bleek dus in de praktgk, dat de «geheimzinnige" christelgke beginselen, gelgk de heer Troelstra het noemde, niet alle groepen der reohterzgde zóo vast aaneen smeden als gaarne verkondigd wordt. Dr Kuyper deed dan ook zoodra hg van den heer Lohman in eersten termgn vernomen had hoe de afgevaardigde van Goes dacht over het vermeerderen van het aantal eeden, als door de regeering vastgesteld was, direct moeite het opvlammend brandje te blussohen. Hg deed een beroep op de reohterzgde om deze quaestie toeh niet in den breede te bespreken; de heeren rechts zouden zioh over de ver deeldheid slechts kunnen verheugen En zeer handig bezigde bg het argument van het ver morsen van den nationalen tgdeen argU' ment, dat bg iemand als de heer Lohman, gewoonlgk inslaat; Maar ditmaal zaten de heeren vast in het theologische moeras. Over en weer hadden zg zich er zoo geducht inge werkt, dat geen der partgen er met fatsoen weder uit kon komen. De heer Lohman had de Btelling verkon digd, dat het christendom, dus de ohristelgke beginselen, volstrekt niet het afleggen van den eed vorderen. Ter adstructie va* deze bewering voerde bg het woord van Christus aan»Uw ja zg ja, uw neen zg neen." Daar tegenover wees weer dr Kuyper op een daacf van den Christus, die voor den reohter zelf een eed had afgelegd. De woorden stonden hier dus tegenover een daad 1 Waaraan had men zioh nu te houden Wel is waar zeide dr Kuyper, dat slechts »een kleine groep" aan de daad van Christus de uitlegging gaf, dat de eed van christenen zoo niet verboden dan toch over bodig is, maar dat maakte natuurlgk voor den heer Lohman, die heden wel drie maal ver klaarde geen theoloog te zgn, geen verschil uit. Hier stonden geen getallen tegenover elkaar, maar stelde «consoientie" zich tegenover »oons cientie." Ergo konden geen van beiden noch achteruit noch vooruit. Zg waren beiden in het theologisch net gevangen. Zelfs de kleine poging, die dr Kuyper aan het slot van het debat deed, om den heer Lohman door een redactiewijziging van art 65 te vangen, mislukte. Dat was dan ook sleehls een tormeele tege moetkoming; de zuiveringseed van burge meesters, seoretaressen bleef, ook in de ge wfizigde redactie, zoodat den heer Lohman nieis over bleef das voor het amendement- Smidt te stemmen. Eigenaardig was bg deze discussie de hou ding der Roomschen. Deze heeren schenen niet bgster veel belang in de zaak te stellen. Het ging blgkbaar langs hen heen. Eerst op het eind van het debat werd de heer Nolens door hen in het vuur gestuurd om zioh tegen het door de regeering onaannemelgk verklaard ameadement-Smidt te verklaren. De heer Nolens wensohte geen principieeie beslissing, wilde handhaving van het status quo, en zon daarom met de regeering medegaan. Van het punt in geschil, beter gezegd den theologi- schen kant van het vraagstuk, werd door hem niet gewaagd, hoewel hg toch ook wel van de leer van de «dubbele waarheid" op de hoogte zal zgn. Dit onderwerp roerde hg echter niet aan. Was dit tactiek of bestaat er in de Roomsch-katholieke kerkleer niet zulk een diepgaand verschil op het stuk van den eed als bg de protestanten Door het zwggen van den heer Nolens werden wg hierover niet veel wgzer. O. i. had hier een kleine vingerwg- zing niet mogen ontbreken, want de fictie, dat hier geen prinoipieele debatten werden gevoerd, was toch inderdaad niet vol te houden. Tot zooverre de strgd tusschen den minister den heer Lohman. en in te lassohen, had hg eigenlgk slechts gedaan wat vroeger vergeten was. Formeel mag hg hierin gelgk hebben, maar feitelgk Igkt dit tooh alles behalve op een handhaving van den bestaande* toestand. Maar aan de «be doeling van den wetgever" was dan toch vol daan, en wat de heeren daar nu tegen konden hebben, dat begreep hg eigenlgk niet. Ten slotte wilde de minister als coacessie de woorden «op de wgze hunner godsdienstige gezindheid" uit al. 2 laten vallen, maar daar dit niets aan de zaak veranderde, handhaafden de voorstellers van het amendement hun voor stel, dat eindelgk met 47 tegen 41 stemmen Werd verworpen, waarna nog een kort debat over art. 10 (ontslag der secretarissen) ontstond, en de Kamer tot morgen uiteenging. A De positie van den heer Beckers sehgnt nog niet bgster aangenaam te zgn. Hem aanspre ken doen de meeste katholieken nog niet. Hg zit meestal alleen in zgn bank aandachtig te luisteren. Anders heeft hg geen reden tot be klag Hg kon het ni3t mooier treffen, tegen woordig te mogen zgn bg deze breede debatten over den zuiveringseed. In dit opzicht is hg met zgn neus in de boter gevallen. En dan tooh nog zóo sip, zóo melancholiek te kgken, als hg vandaag deed. Hoe is het mogelgk Werd daarmede wel het meest interessante gedeelte van het heden gevoerd debat gevuld, ook de andere sprekers, die zich lieten hooren, mogen niet met stilzwggen voorbg gegaan worden. Aan de orde was art. 7 van het aanhangig ontwerp, houdende wgziging van art. 65 der gemeentewet in dier voege, dat nu ook de zuiveringseed aan de burgemeesters* ontvangers en secretarissen wordt opgelegd. Ergo is daardoor èn ambtseed èn zuiverings eed verplichtend geworden. Het amendement Smidt c. s. beoogde deze verpilchting uit de wet te lichten. In het kort waren dit de punten, waar het heden om ging. Zooals reeds vermeld, verklaarde de heer Lohman zich hiertegen vooral op theologische gronden. De sprekers links lieten deze zgde van de kwestie natuurlgk buiten beschouwing. De heer Smidt vond het irrationeel thans een verplichten zuiveringseed in te voeren, waar de minister zelf in zgn wetsontwerp de ambtenaren van den burgerlgken stand daar van vrgstelt. Bovendien werd door de wet- Gerritsen van 1896 voor de raadsleden de ver plichte zuiveringseed afgeschaft. De stroom gmg dus de richting uit van afschaffen va* eeden, niet van het aantai eeden vermeerderen. Voorts wees de heer Smidt er nog op, dat bg de beroepsraden en gezondheidscommissies de eed faoultatief was gesteld. Vooral waar de minister zich op het handhaven van den bestaanden toestand beriep, meende de afge vaardigde voor Veendam, dat het niet aanging deze bestendiging juist te kenmerken door het aantal verpliohte eeden te verhoogen. Bovenal achtte hg dit ongewenscht, daar het voor gespiegelde aan de orde stellen van het geheele eeds-vraagstuk zeker nog wel een tgd zal duren. De minister sprak van «eerlang", maar te oordeelen naar het smullen, dat de heer Lohman heden van deze taart deed, zon het geen verwondering baren, indien, zooals de heer Roessingh zei «eerlang" hier een «tgdlang" bedoelde. Ook de heer Troelstra ondersteunde het amendement. Hg vond het onredelgk om een ongeloovige te dwingen een eed af te leggen Ook zag hg er het praotisch nut niet van in Kan de overheid het niet doen zonder ambte naren, die eerst den eed afgelegd hebben Hem was dit niet duidelgk. Zeker bestond er onderscheid tusschen raadsleden en ambtenaren, maar zouden de laatsten nu zoo slecht hun plioht vervullen, indien zg van den verplich ten eed werden ontslagen, slechts de belofte hadden af te leggen. Hg zelf had wel zesmaal den eed van getrouwheid aan de koningin afgelegd, telkens wanneer hg bg verhuizing als advocaat opnieuw moest ingezworen wor den. Maar daarom had hg in dien eed nog geen politieke belgdenis gezien. Als derde bestrgder vond dr Kuyper ds Roessingh, die zioh geheel op theologisch terrein verschool en van daaruit de onhoudbaarheid van den voorgestelden maatregel aantoonde. Het verweer van dr Kuyper, gesteund door den heer Okma e* door ds Schokking, die een fanaticus op dit gebied bleek, was al heel zwak. Gisteren schoof de minister ter verdediging van dezelfde handhaving van het status quo het «spraakgebruik" va* de grondwet va* 1887 op den voorgrondheden was het de «bedot van den wetgever", die hg beter tot uitdruk king in de wet wilde brengen. Alinea 1 (ambts eed) van art. 65 zegt nl. dat hg (de burge meester etc. etc.) «op de wgze zgner godsdien stige overtuiging" den eed aflegt, en door nu in alinea 2 (zuiveringseed) dezelfde woorden nGBONDWBT" TB 's HAGE. Men schrgft ons uit Den Haag Naar ik uit goede bron verneem, bestaat bg sommige leden der kiesvereeniging Grondwet het voornemen om stappen te doen teneinde tot de ontbinding der vereeniging te komen. Het ligt in de bedoeling dezer leden een nieuwe vereeniging op te riohten op broederen politieken grondslag da* het program va* Grondwet thans vormt. Andere leden daaren tegen zouden de voorkeur geven aan een reorganisatie, die de gelegenheid open stelt om kiezers, die door de a. s ontbinding van een andere liberale kiesvereeniging hier ter stede uit deze vereeniging mochten treden, in een herleefde Grondwet op te nemen. Hoewel deze plannen nog geen vasten vorm hebben gekregen en de mogelijkheid niet uit gesloten is, dat beide groepen misschien toch vereenigd zullen big ven, staat het vast, dat hierover vrjj spoedig, wellicht in den loop der volgende maasd zal beslist worden. Wanneer wg iemand voortdurend aanzien- Igken tgd zien besteden aan een taak, waarmee hg hoegenaamd niet vordert en uit den aard van het werk niet vorderen kAn, dan bestem pelen wg zulk een tgdverspilling, gedachtig aan de* onvruchtbaren arbeid van klooster lingen uit vroeger eeuwen, met den naam monnikenwerk. En is de aldus arbeidende persoon iemand, die bg beter overleg en bg het kiezen van een betere taak, zeer nuttig werk zou kunnen verrichten, dan wordt het bedoelde kraohtverlies in dubbele mate bejam merd. Wie hebben wg hier op het oog, wie is de monnik die zgn krachten verspilt? 'Het is de Staat der Nederlanden en de bedoelde nutte- looze arbeid iszgn strgd tegen de misdadig heid, is de wgze waarop onze overheid meent het maatschappelgk verschgnsel der misdadig heid te kunnen keeren. Of wg dan 'meenen, dat de misdadigheid Aiet bestrede* moet worden Wel neen, in tegendeel; wel, juist bestreden, maar doeltreffendzóó, dat het aantal misdrgven afneemt en dat waarneembaar worde, dat vroe gere misdadigers door de bemoeiing der over heid tot een eerlgk levensgedrag worden gebracht. En dus niet bestreden op de wgze door ons tegenwoordig wetboek van strafrecht bepaald en door onze tegenwoordige rechters toegepast, daar die manier allerminst doel treffend is. Want de cgfers der statistiek bewgzen het telken jare, dat het aantal misdrgven niet vermindert en dat de opgelegde straffen geen verbeterenden invloed uitoefenen. Hiervan zullen wg aanstonds bewgzen geven. aanvulling als beter geregelde leerplicht, school- voeding, schoolkleedingvoorts krachtige be- strgding van drankmisbruik en van misstanden op het woninggebiedwettelgke beperking van den arbeidsduurarbeidersverzekering als middel tegen plotselinge verarming en al der- gelgke dringend noodige maatregelen, die bgv. door de vrgzinnig-democraten zonder ophouden geëischt worden. Het zgn allemiddelen om misdadigheid te voorkomen. «l Toch, wg zullen het niet ontkennen, kan ook de tweede, de pgnlgke vorm van bestrg ding, het strafstelsel n.l., vooralsnog niet worden gemist. Maar, zeiden wg reeds, deze eisch mag er dan minstens aan gesteld worden, dat het: resultaat hebbe; dat het ingericht zg op dusdanige wgze, dat de misdadigers deels verbeterd worden, deels door het onder vonden leed worden afgeschrikt van het plegen van nieuw wanbedrgf. Doch dat het stelsel van ons tegenwoordig strafwetboek deze werking helaas niet uit oefent, is dit jaar alweder op pgnlgke wgze door de «Crimineele statistiek over 1901" een regeeringsuitgave) aan het licht gebracht. Vooreerst neemt het getal der gepleegde mis daden in verhouding tot de bevolking in het geheel niet af. Maar vervolgens zgn het voor- namelgk de cgfers omtrent den aard der mis drgven en die omtrent den terugval (recidive) welke een droevig beeld geven van de nutte loosheid van staatsbemoeiing op deze wgze. Omtrent den aard der misdrgven blgkt n. 1. het volgende. Van de honderd misdrgven, die in de loopbaan van hun bedrgver het eerste strafbare feit opleverden, bestonden er 75.6 in diefstal en andere oneerlgkheid, 11 7 in mis drgven tegen het levenmaar van de honderd misdrgven, die van de loopbaan hunner be- drgvers het laatste feit uitmaakten, bestonden er in diefstal 33.9, in misdrgven tegen het leven 33.2. Hetgeen dus zeggen wil, dat een groot aantal misdadigers, die met stelen be gonnen zgn, zich, na daarvoor gestraft te zijn, aan een nog ernstiger feit, m. 1. doodslag e.d., hebben schuldig gemaakt. Niet minder welsprekend zgn helaas de cgfers van den terugval (reoidive), dat is het feit in het algemeen, dat een persoon, na bet einde van zgn straftgd, wederom tot een misdrgf vervalt. Deze cgfers van den terug val leeren o.a, dat wanneer de beëindigde straf er eene geweest was van minder dan 3 maanden, 14 pet. der recidivisten hun nieuw misdrgf pleegden binnen drie- en 63 pot. binnen twaalf maanden na hun ontslag uit de gevangenis; maar van de recidivisten, wier laatst geëindigde gevangenisstraf van 1 tot 5 jaar bedragen had, vervielen binnen 3 maan den 48 pot. tot nieuw bedrgf, tegenover 24 pet< binnen een jaar. Hetgeen dus zeggen wil: hoe zwaarder straf, des te spoediger terugkeer l En nu is het wel waar, dat de personen, die den langsten straftgd uitgezeten hebben, in den regel de ergste misdadigers zgn, en dus reeds dAArom spoediger tot terugval zullen komenmaar er blgkt ook uit, aldus voegt de bewerker van de statistiek er tereoht bg dat er van een verbeterenden of zelfs maar afsohrikkenden invloed der straffen geen sprake is. Om maar te zwggen van degenen, die door de kennismaking met de gevangenis nog slechter zg* geworden dan zg waren. En dat is nu het resultaat van al dien arbeid van politie en strafrechter, van al dat leed dat in de gevangenissen verduurd wordt. De misdadigers worde* gestraft en blg- ven misdadigers. Hadden wg ongelgk, te spreken van treurig monnikenwerk? Verbetering is slechts te wachten, als men eindelgk den raad opvolgt der modernere politici en door de afschaffing der korte vrg- heidsstraffen, het invoeren der voorwaardelgke veroordeeling en eene meer individueele be handeling der misdadigers, kortom door toe passing van eene régime van verbetering in stede van vergelding, een grondige wgziging brengt in het stehel van ons strafrecht. Ook dit is een hervorming die dringend nood doet. (V. D.) waterkeeringen en kanalen, Spanje een haven, Roemenië irrigatie en draineering noodig had, ze nooit anders gingen dan bg het kleine volk, dat altgd gewend is geweest te bouwen op drassigen bodem, beneden zeepeil, in polders en achter dgken. Ea als dat volk in zgn eigen hoofdstad aan een openbaar bouwwerk een simpele verzak king constateert ontstaan door onvoldoende onderheiing, die, naar we ons meenen te her inneren, geschied is tegen het advies van den bouwmeester in dan wordt aan dat volk, dat een korps waterstaats-ingenieurs bezit als geen ander ter wereld, van overheidswege aan geraden met dat werk te belasten een vreem deling, een professor vermoedelgk dus theo reticus, een man uit het bergland, waar men op hardsteen bouwt, zonder fundeering, dui zenden meters boven den waterspiegel, waar paalwoningen neg slechts curiosa zgn. Kan men meer ons volk neerduwen, méér onzen waterstaat krenken, méér onze wereld reputatie ten deze knakken dan derwgs Mr De Marez Oyens heeft indertgd openlgk verklaard geen technious te zgn. 'tls niet moeilgk te bemerken... En of de minister van waterstaat, kort voor de behandeling der tariefherziening, den be- strgders van zgn collega van financiën niet een bedenkelgk wapen in handen geeft 1" Sprekende van bestrgding der misdadigheid denkt menigeen aan straffen en gevangenis wezen van een of andere soort. Er is echter een spreekwoord dat zegtvoorkómen is beter dan genezen en te recht, want als men ge nezen gaat, is het kwaad toch al aangevangen Bn zoo ka* men er dus al aanstonds op wgzen dat, hoe ook het eigenlgke strafstelsel zal moeten ingericht zgn, het voorkómen van zedelgk verval, het voorkómen van misdadigheid een middel is, dat veel humaner werkt en dus veel hooger staat. Wg denken daarbg dan aan al die maatregelen, die eenerzgds oorzaken van zedelgk verval wegnemen, anderzgds drgf- veeren tot zedelgke verheffing bgbrengen. Elke verbetering dus van opvoeding en onderwgs ligt in die riohting; onderwgs, met de noodige 'S LANDS BKR. De Regeering stelt voor de vernieuwing van den Westelgken viaduct bg het Amsterdamsche Centraalstation, in verband met de daarbg toe te passen pneumatische fundeering, op te dragen aan prof. Zschokke te Zttrich. Dit vindt van verschillende zgden, zelfs van de RegeeringBpartg, ernstige bestrgding. «Zich overschatten pleegt ons volk niet te doen, sohrgft De Maasbode. Veeleer heeft het over het algemeen van de kracht en beteekenis onzer natie een denkbeeld, dat maar weinig geschikt is om het nationaal zelfbewustzgn te verheffen. Maar het weet, dat het bv. in waterstaats werken aan de spits der volken staat. Dit blgkt vooral hieruit, dat wanneer in Chili BBNB MERKWAARDIGE VITING. Het conservatieve Dagblad van Z. H. en Gravenhage bevatte dezer dagen een opstel over «Aristooratie en Demooratie", waarin deze merkwaardige uiting voorkwam «Eischt dus eene aristocratie hooge eigen schappen bg de heersohers, de democratie stelt hooge eischen aan het volkdat moet zelfstan dig, ontwikkeld, onbaatzuchtig en rechtvaar dig zgn. Nu is het ontegenzeggelgb, dat in onzen tgd de strooming, in ons werelddeel althans, zich in demooratische richting be weegt, en aan welke der beide stelsels men ook de voorkeur moge geven, daar immer tooh een goed denkbeeld ook aan de demooratie ten grondslag ligt, zou het onverstandig zgn tegen dien stroom op te roeien. Veel beter doet men m. i. dien in eene goede bed ding te leiden, opdat de gebreken zooveel mogelgk voorkomen, het ideaal zooveel moge lgk genaderd worden. Dat te groote over haastig hieraan weinig bevorderlgk is, spreekt wel van zelf." Het Haagsehe blad betoogt verder, dat de demooratie zeer goed met de monarchie kan samengaan. Men heeft demooratisohe monarchieën en aristocratische republieken gehad zoo goed als omgekeerd", zegt het. Van wie men zulke uitingen ook had ver. waoht zeker niet van het HaagBche dag blad. Maar des te beter. Op de laatste opmerking laat Het Centrum dit volgen Inderdaad, de geschiedenis leert niet anders. En toch, welk een moeite heeft het gekost, deze les der geschiedenis aan velen duidelgk te maken 1 Zelfs nu zgn een aantal lieden daarvan nog niet doordrongen. De omstandigheid evenwel, dat ook een orgaan als het Dagblad het goed recht der democratie erkent, en verklaart, dat zg «hooge eisohen stelt aan het volk" wat hare beste aanbeveling is wettigt de hoop, dat de laatste tegenstand nu wel spoedig zal over wonnen zgn. BMUkJOirGM £1% Bg kon. besluit is aan den off.-maobnist le kl. bg den marinestoomvaartdienst W. J. Vermeer, eervol ontslag verleend uit den mil. dienst, onder toekenning van pensioen zgn bg den marinestoomvaartdienst: bevor derd tot off.-maohinist le kl. de off -machinist 2e kl. W. de Waardt; benoemd tot off.-ma- ohinist 2e kl. de hoofdmae hinist le kl. J. F- A. van Bruggen is aan den luit. t/z. le kl. H. de Booy en de luits t/z. 2e kl. O. A. H. van der Stok en J. P. F. Pool, eervol ontslag uit den zeedienst verleend, onder toekenning van pensioen is bevorderd tot luit, t/z. le kl. de luit. t/z. 2e kl. A. A. Visser. De directeur-generaal der postergen en te legraphic brengt in de St. Ct. ter algemeene kennis, dat met ingang van Zo*dag 18 Octo ber e. k., des Zondags weder bestelling zal plaats vinden van de gedrukte kennisgevingen van overigden. Deze beslissing is een£terugtred op den weg van den beperkten Zondagdienst en een bewgs hoe onhoudbaar zulk een dienst in menig opzicht iszelfs volgens erkentenis van een ambtenaar onder een zioh noemend ohristelgk ministerie.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1903 | | pagina 1