V rijdag
3 Juli.
N°. 154.
146° Jaargang,
ieo&
Middelburg 2 Juli.
Uit Stad en Provincie.
Priji, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., f2.
Afzonderlijke nummers kosten 5 eent,
Advertentifin30 oent per regel, deboorte-, dood- on allo andere familieberiohten en
Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50elke regel meer 30 cent. Beelamens 40 eent per regel.
Droots letters naar do plaats, dis zjj Innemen.
Chr. Nat. Werkmansbond.
Kameroverzicht.
ft
BMOMDrOM ME,
Oo8t'Indifi.
middelbllrgsche courant.
Deze courant verschijnt d a g e 1 jj k s, met uitsondering van Zon- en Feestdagen.
THERMOMETER EN VERWACHTING.
2 Juli 8 u. vm. 70 gr., 12 u 80 gr., av. 4 u. 84 gr. F. Verwsoht: zwakke tot matige Z. O.
wind, toenemende bewolking, onweer, warm weer.
Tot de plaatsing van advertentiSn en reolames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende
Handel, Ng verheid en Geldwezen, is uitsluitend gereohtigd het Algemeen AdTerienilexBnresz
A. RB LA MAR Am., B.H. Veerfczurgwnl M«, AnutovAmn.
Wg ontvingen het volgend schrgven:
Manheer de Redacteur!
Üw streven om op belangrgke zaken de aan
dacht te vestigen en deze toe te lichten ver
dient groote waardeering maar verplioht ook,
in dit geval, tot rectificatie.
U is eenigzins op een dwaalspoor gekomen
door wat het verslag, overigens een goed stuk
werk, heeft weggelaten. Immers als doel der
bijeenkomst werd door den inleider genoemd:
het leggen van een dgk tegen de wateren van
>het socialisme", dat dan tevens tengevolge zou
hebben >het verrgzen van een gebouw aan welks
gevel men het opschrift zou gaan lezen: herleving
der Hervormde kerk". Zóó volgde het. In
éen zin. Het eerste voorop. Nu wordt in
het verslag de volle nadruk gelegd op het
laatste en de indruk gewekt als zou een
zuiver kerkelgk belang het doel onzer actie zg».
Omdat de inleider op de classicale vergade
ring, in de vorige week gehouden, meer tgd
ter beschikking had, kon hg een en ander toen
breeder omschrijven en hg heeft daar op die
zuiver kerkelgke vergadering vele lezers
zullen het zich herinneren op den voor
grond gesteldde nooden van oub volk in zgn
geheel, beide van werkgever en van werk
nemer, de noodzakelgkheid om op het terrein
van het Hervormd gemeenteleven arbeiders
kringen te vestigen, waarin, onder leiding van
een meer deskundige commissie van advies,
zooals elke afdeeling van den Bond naast zich
heeft, het brandend vraagstuk van den arbeid
in studie wordt genomen. Niet de kerkelgke
maar de maatschappelgke zgde van het vraag
stuk staat bg ons voorop.
En heeft niet juist de kerk, de volkskerk,
een dure roeping in deze Of is het denk
baar dat meerdere plichtsbetrachting en toe-
wgding in deze niet haar innerlgk leven ruim
schoots ten goede zal komen Zal, omgekeerd,
het vooruitzicht van opleving van het gemeen
televen niet een heilzame prikkel zgn om dat
machtig volksbelang te behartigen, voor ieder
die ernst maakt met zgn lidmaaisohap en zgn
kerk warm genegen is
Waarlgk, geachte Redactie, dit is iets anders
dan kerkisme en clericalisme.
Wat nu onze verhouding tot Patrimonium
betreftomdat het ons allereerst en allermeest
te doen is om organisatie, zoo zuiver en zoo
machtig en zoo heilzaam mogelgk, organiseeren
wg naast Patrimoniumindien hier in Middel-
bnrg geen afdeeling van F. bestond, zouden wg
gaarne tot de oprichting medewerken, mogelgk
doet P. van zgn zgde zóo ook wel in Vlissingen
juist om als goede buren het vruchtbaarst
samen te werken is bet gewenscht dat wg
niet bg elkander inwonen zg geven ons >koek"
en wg brengen hun »ei" en zoo wordt het
juist >boek en ei", zooals u zegt.
Wat ten slotte de tirade over den *Duitschen
Jood" betreft, vergeet niet dat in éen ad9m
de afkomst van den >Israëller uit Nazareth"
werd genoemd, in volle overeenstemming met
wat de H. S. ons leert: de zaligheid is uit de
Joden. Vindt u toch eigenlgk niet dat dit
wel kan, in een vergadering die uit enkel
Hervormden bestaat
M. 1 Juli 1908. Dankend enz.
P. J. R. A.
Dan is vruchtbare samenwerking ook met
andere partgen niet uitgesloten.
Dat de Hervormde kerk in deze een dure roe
ping heeft, beamen wg ten vollereeds te lang
verzuimde zg die te vervullen. Mogen de
voorgangers de leden dier kerk, van dien plicht
meer en meer doordringen, maar ook vooral hen
behoeden voor oene eenzgdigheid die tot cleri
calisme voert en de dood is voor zulk eene
aamenwerking
De verklaring van R. A. omtrent de ver
houding van den Bond tot Patrimonium sluit
toch niet uit dat er tussehen die vereenigingen
nog op sommige, missohien wel op vele punten,
een groote klove bestaat.
Want en dit mogen wg hier nog wel
doen uitkomen op de bewuste ver-
eens
gadering liet de heer J. C. Goedman, voor
zitter der Haagache afdeeling van den Bond,
zich heel wat krasser tegen Patrimonium uit
dan nu R. A. in zgn sohrgven doet. De ge
voelens op dit punt Bohgnen dus onder de
leden van den Bond ook al te verschillen en
niet in geringe mate.
Maar het oordeel van dien voorzitter, zelf een
werkman, een man van de praktgk, ook wat
betreft samenwerking met Patrimonium, heeft
in onze oogen in deze veel waarde.
De groote kwestie is nu maar van welk soort
de hoek is die Patrimonium biedten of het
ei, dat de Bond wil brengen, vruchtdragend
wordt voor het algemeen welzgn
De nadere toelichting omtrent de door ons
aangevallen uitdrukking over Marx heeft, al
verzachten de er bggevoegde woorden haar
eenigszins, ons nog niet overtuigd dat het
noodig was het geloof van den Duitschen
sooialist aan te halen, waar er sprake was van
zgne leer.
Den schrgver bieden wg gaarne gelegenheid
om het standpunt van den Chr. Nat. Werk
mansbond en het door hem gesprokene nader
toe te lichten.
Ter wille van onzen verslaggever meenen
wg echter goed te doen even hier aan te
halen wat in het bewuste verslag te lezen
staaten wel dit
»Hg (de inleider) wees op de ellende, door
gemaakt in het voorjaar door de poging tot
sociale revolutie. Dat heelt in de provincie
verscheidene personen opgewekt om te traohten
daartegen een tegenwicht te vormen.
En nu hoopte spreker dat men hier de
grondslagen zal leggen van een nieuw gebouw,
dat beteekenen zal de herleving der Hervormde
Kerk."
Dit geeft, dunkt ons, voldoende wêer hetgeen
door den heer Roscam Abbing is gezegd.
Waar ons natuurlgk niet bekend was wat
op de classicale vergadering is gesproken,
bleef die nadere toelichting voor ons verborgen,
Wg constateeren nu met genoegen dat niet
de kerkelgke maar de maatschappelgke zgde
van het sociale vraagstuk voorop Btaat.
Wg hopen dat men niet alleen in theorie
maar ook in de praktgk san die leuze getrouw
Z*1 hlgven.
staat. Ergo zou men de Koningin onwaarheid
laten onderteekenen, wat natuurlgk niet gaat.
Zg kan moeilgk in Juli goedkeuren, dat de
miliciens tot 5 Mei ond8r de wapenen zullen
blgven. Dat was het «anachronistisch ele
ment", dat met geen mogelgkheid door amen
dementen uit de wet te lichten was. Rationeel
was de oplossing, door den heer Lohman aan
de hand gedaan, waarop dr Kuyper reeds gis
teren had aangedrongen, om nl. bg motie het
wetsontwerp van de orde te voeren. Daarmede
was wel niet alles in orde gebracht, maar men
voorkwam er mede, dat de Koningin iets zou
onderteekenen wat een bepaalde onwaarheid
was. De logica bleei zoek, maar aan de eer
en aan de letter van de wet was voldaan. Met
42 tegen 53 stemmen (Ongeveer rechts tegen
links: de heeren Jansen, Artz en De Ram
stemden met de linkerzgde) werd deze motie
aangenomen, waarna met 70 tegen 5 stemmen
ook het wetsontwerp nopens het onder de
wapenen houden der lichting 1902 de goed
keuring der Kamer verwierf. Daarmede was
het debat voor heden geëindigd.
Rest ons nog melding te maken van den
strgd, die, gisteren aangevangen, heden voort-
werd tussehen dr. Kuyper en den heer
Troelstra. Het waren de oude, bekende argu
menten waarmede zg elkander bevochten. De
heer Troelstra gaf dr. Kuyper niet het recht
«psychologische bespiegelingen" over zgn
persoon te houden, en teekende verzet aan
tegen de qualificatie van «misdadigers," waar
mede dr. Kuyper de stakers betiteldewaarop
dr. Kuyper antwoordde, dat hg in deze die «psy
chologische bespiegelingen" liever buiten het
Parlement hield, en dat hg nimmer de stakers
als «misdadigers" had gesignaleerd. Met die
luxe benaming had hg alleen de «leiders" op
het oog gehad, wat den heer Troelstra natuur-
wéér ontstemde.
En zoo ging het over en weer, waarbg alleen
dit viel op te merken, dat de heer Troelstra
ook nu weder zich in bet geheel niet stoorde
aan de zaak die aan de orde was, maar over
alles en nog wat sprak, zonder met succes door
den voorzitter hierop attent gemaakt te wor-
Het
Zitting van Woensdag,
heden voortgezet debat over het wets-1 den. Wel deed de heer Mackay nu en dan eens
Het derde gedeeltenadoelen van het stel
sel der absolute meerderheidalgemeene strek
king en voordeelen der evenredige vertegen
woordiging algemeene eigenschappen van de
verschillende toepassingen der evenredige ver
tegenwoordiging de stelsels ter vertegenwoor
diging der minderhedende stelsels der even
redige vertegenwoordiging; wenschelgkste re
geling voor Nederland; conclusie; en aan
hangsel.
De commissie verklaart zich voor algemeen
kiesrecht, dat reeds uit een oogpunt van zelf
behoud voor den staat moet worden ingevoerd,
maar acht toekenning van de kiesbevoegdheid
aan alle vrouwen vooralsnog geenszins wen-
schelgk. De Grondwet late den wetgever vrg;
het woord «manneljjk" verdwjjne nit art. 80.
Indien de femministisehe beweging blgft voort
gaan en op den duur voor de samenleving ia
haar geheel een kraoht ten goede blgkt, is
hare laatste consequentie, dat de vrouw ook
voor het publieke leven de gelgke wordt van
den man. De Grondwet mag aan de normale
ontwikkeling van eene, onzen tjjd zoozeer ken
merkende strooming als deze niet in den weg
staan.
Aan het einde van hoofdstuk II maakt de
commissie deze juiste opmerking;
«Uet zal wel niet worden ontkend, dat door
de werking van het algemeen kiesreoht alle
eigen schappen van eene natie, zoowel de goede
als de slechte, zich in zgne vertegenwoordi
ging afspiegelen. Nu is bljjkens de gesohie-
denis, het Nederlandesche volk een tegelgk
vrjjheid- en ordelievend volk, aan zgn dynastie
door hechte banden verknocht, en zgn kraoht
zoekend meer in rustigen arbeid dan in het
najagen van staatkundige of sociale droom
beelden een volk ook, waarbg partijschap en
politieke hartstooht op den duur het gezond
verstand niet kunnen verduisteren. Het is
niet het minst op dien grond, dat wg voor
Nederland het algemeen kiesrecht niet alleen
aanvaarden als een onafwgsbaren eisoh van
het oogen blik, maar daarin tevens zien een
waarborg voor eene krachtige en gezonde
verdere ontwikkeling van ons nationaal leven.'
houden van de ingelgfden totdat zg weder met
verlof huiswaarts zgn gekeerd,
«van oordeel dat de behandeling van het
thans aan de orde gestelde wetsontwerp door
den loop der omstandigheden geen dool meer
heeft,
«besluit alsnog het wetsontwerp no 141 af
te voeren van de orde van werkzaamheden."
Bg kon. besluit
is mejuffrouw A. Teunisse, onderwgzeres in
de vrouwelgke handwerken, te Amsterdam,
benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-
Nassau
zgn voor den duur van het studiejaar 1903
1904, benoemd tot rector-magnificus der Rgks-
nniveriiteit, te Leidendr H. Kamerlingh
Onnes, te Utrecht: dr C. H. H. Spronck, te
Groningen dr U. Ph. Boissevain
is, voor het tgdvak van 1 Sept. 1903 toten
met 31 Aug. 1904, benoemd tot leeraar aan de
R. H. B. S. te Tilburg, N. H. Vlasveld, aldaar
is benoemd tot ridder in de Orde van
Oranje-Nassau W. G. F. de Waal, hoofdcom
mies bg den Raad van Toezicht op de Spoor
wegdiensten.
Door de arr. rechtbank te Tiel is, ter ver
vulling eener vacature van rechter in dat
ooilege, opgemaakt de navolgende alphabetische
lgst van aanbeveling: jhr mr J. A. van der
Does, ambtenaar van het O. M. bg de kanton
gerechten in het arr. Zutphen, ter standplaats
Zntphenmr H. C. Dresselhuys, advocaat en
procureur te Tiel, en mr A. F. C. Hupkens
van der Eist, subst.-griffier bg de arr.-recht-
bank te 's Gravenhage.
ontwerp betreffende de lichtingen 1900, 1901,
1902 liep grootendeels over quaesties van staats'
rechterljjken aard, die wel is waar een zeer
interessante gedachtenwisseling uitlokten tus
schen de heeren Drucker, Goeman Borgesius,
Karnebeek, Mees eenerzgds en de heer De
Savornin Lohman en minister Kuyper ander-
zgds, maar waardoor de arme miliciens geheel
op den achtergrond werden gedrongen
Alleen de heer Troelstra en de heer Ter
Laan en daardoor ook de minister van bin-
nenlandsche zaken en zgn collega van oorlog
dachten aan de arme drommelB, die, wanneer
;g heden avond de courant mochten lezen,
zeker verbaasd zullen zgn, dat er nog zooveel
over hun langer dan 6 weken in-dienst-houden
is te doen geweest. En dat de.knapste koppen,
de fijnste juristen er bgna geen gat meer in
zagen, hoe uit de impasse te komen, waarin
de juristen uit de bureaux de juristen in de
Kamer hadden gebracht.
Het was een heel vraagstuk, dat is zeker,
en gisteren was het reeds gezegdin de for
meele quaestie, daarin zit de kneep. Daarom
ook togen alle autoriteiten op dit gebied
dadelgk aan het werk om aan dit juridisch
lapwerk een mouw te passen. Drie amende
menten werden respeotievelgk door de sprekers
ingediend, die echter stuk voor stuk door dr
Kuyper bekeken en afgekeurd werden. De
minister-president, die heden veel beter op
dreef was dan Dinsdag en ook een gansch
anderen toon aansloeg, bleef op zgn stuk staan
en wilde absoluut het wetsontwerp betreffende
de lichtingen 1900 en 1901 door de Kamer
van de orde van werkzaamheden laten afvoeren.
Wilde de Kamer niet aan dezen wensoh gehoor
geven, dan zou dr Kuyper hg verklaarde
het heden nog eens uitdrukkelgk in geval
van aanneming het ontwerp toch niet aan de
goedkeuring der Koningin onderwerpen. Hoe
het dus ook liepin het Staatsblad zou er
nooit een letter over inkomen. Van dit stand
punt bezien, had de heer Van der Zwaag dan
ook groot gelgk met al de bespiegelingen der
heeren juristen «kinderwerk" te noemen, waar
aan hg geen deel zou nemen. Zoodra het tot
stemming kwam, zou hg «den heeren goeden
morgen" wenschen. Dat was al heel nuchter
opgemerkt, maar van niet-juristisch standpunt
sloeg hg hiermede den spgker op den kop.
Voor de juristen was het anders een moeilgk
probleem, want, zooals 3e heer Karnebeek ver
een zwakke poging om den woordenvloed in
te dammen, maar telkens te vergeefs. De
spreker had blgkbaar «maling" aan het presi-
denteel gezag. Wat meer aan den president
lag dan aan den spreker, die verklaarde «het
moeilgk te vinden een president niet tegen te
spreken" een verklaring die weleer de
heer Gleichman zeker niet zonder meer zou
hebben laten voorbggaan. Maar toen was er
nog geen staking en nog geen dr Kuyper als
minister, wat evenwel niet uitsluit, dat de
teugels, door den voorzitter weleer wat straffer
mogen aangetrokken worden. Voor heden
hingen zg al heel slap.
Men zie de rubriek Tweede Kamer.
(R ed.)
KIESRECHT-RAPPORT LIBERALE
UNIE.
Dit rapport, van welks verschgning wg in
ons vorig nommer melding maakten, en dat
uitgebracht werd door de heeren mrs H. Ph.
de Kanter, R. J. H. Patgn en P. Rink, is zeer
omvangrgk, wg zouden haast zeggen te groot
om bg het algemeen belangstelling te wekken
of zelfs door de leden der Unie gelezen te
worden. Zoo'n dik boek schrikt allicht velen af.
Dit is jammer want de commissie heeft zich
van haar taak op zeer verdienstelgke wgze
gekweten en zeer veel moeite gegeven.
Het hoofdbestuur der Unie brengt dan ook
terecht een woord van erkentelgkheid aan de
commissie die zich zooveel opoffering aan tgd
en moeite getroostte teneinde aan denwensch
der algemeene vergadering te voldoen, en aan
den «kundigen secretaris mr Kosters, wiens
behandeling van het technische gedeelte op
hoogen prgs is gesteld."
Het rapport is een boekdeel van 300 pagina's
en voor het publiek verkrggbaar voor 1.—
De firma W. J. Thieme k Co. heeft het
voor hare rekening uitgegeven en stelt het nu
voor dien prgs algemeen verkrggbaar.
Het rapport is in drie deelen verdeeld: De
kiesbevoegdheid voor de Tweede
Kamer der S ta t e n-G e n e r a a 1. De
samenstelling der Eerste Kamer.
En De Evenredige Vertegenwoor
diging.
Het eerste gedeelte omvat de volgende hoofd
stukken Historische inleidinghet thans gel
dend kiesrecht en het beginsel van algemeen
Een officieel berioht, Woensdag uit Korintji
ontvangen, luidt: „Selepan Halei Kain geheel
rustig. De bevolking legt wegen aan. 2016
geweren zgn ingeleverd."
Dit bericht is nog opgenomen in een deel
der oplaag van ons vorig nommer.
Blgkens uit Indië ontvangen telegraphische
berichten zgn sedert de jongste mededee-
lingen dienaangaande in de Ned. Stci, van 4
Juni 1903 bg de krggsverriohtingen
a. in Atjeh en onderhoorigheden, gewond de
sergeanten A. Leyssenaar en H. Koppel, de
ziekenverpleger G. Koster en de fuselier P.
A. Nepveuen verdronken de fuselier O. A.
Ploeger
b. in Djambi, gesneuveld de sergeant C. ThJ
Remkusaan bekomen wonden overleden de
fuselier H. F. Hertoggewond, de onder-luit.
der inf. E. M. Japin, de sergeant-majoor-kwar-
tierm. J. Boeckholtz, de korporaal J. Visser,
de fuselier L. van Dragt, F. W. Chr. Boon, C.
Breed en T. H. Trouppée, alsmede onbetee-
kend, de 1ste luit. der inf. Ch. A. Rogge en
de offioier van gezondheid 1ste kl. dr G. J.
Wgchgel
c. te Poeroek Tjahoe (Zuider- en Oosteraf-
deeling van Borneo), licht gewond de sergeant
G. H. A. Megeren
d. in Korintji (Sumatra): gesneuveld de
le-luit. der inf. W. van Blegenburghaan
bekomen wonden overledende fuselier H.
Dgkhuizenen gewondde kapitein der inf.
A. W. A. de Koek van Leeuwen, de sergeant
majoor G. van Zadelhoff, de sergeant J. D. M.
Sohlaepter, de fuseliers S. Bruyning, R de Vree,
Verder concludeert de commissie inzake de
kiesbevoegdheid voor de Tweede kamer, dat
de Grondwet (artt. 80 en 81) aldus zullen ge
lezen worden, dat de wet zoowel de kiezers
aanwgst, die rechtstreeks de leden der Tweede
kamer zullen kiezen als wel alles regelt wat
het kiesrecht en de wgze van verkiezing be
treft. Uit een aan deze conclusie toegevoegde
ontwerp-kieswet blgkt dat bedoeld wordt het
kiesreoht te verleenen aan alle mannelgke
ingezetenen, Nederlanders, die den leeftgd van
drie-en-twintig jaren hebben bereikt, behou
dens een aantal uitsluitingen.
Het stelsel dat de commissie ten aanzien
van de Eerste Kamer, bg onze tegenwoordige
Staatsinstellingen, het meest aanbevelenswaard
acht, komt in het kort hierop neerbehoud
der Eerste Kamer, provinciegewgze in de be
staande verhouding gekozen door de leden der
Provinciale Staten, uit allen, die ook verkies
baar zgn voor de Tweede Kamer, zonder ver
dere beperking met een regeling evenwel
waarbg de Provinoiale Staten kunnen ont'
bonden worden.
De commissie acht, eindelgk, invoering der
evenredige vertegenwoordiging noodzakelgk en
draagt een sohetsregeling vooren hoewel zg
de persoonlgke vertegenwoordiging achterstelt IW. Everts, L. van der Weele, A. Roossien, J.
kiesrechthet algemeen kiesrecht in vreemde
klaarde, was de logica in het wetsontwerp zoek, I -wetgevingen; de regeling voor de toekomst; en
waarbg nog kwam dat het geheele wetsont- coiclusie.
werp niet «erg fraai" was. Dat zag er dus
bedenkelgk uit en inderdaad was het beden-
kelgk. De Koningin zou nl. hare goedkeuring
moeten hechten aan een wet, waarin gezegd
wordt ietB dat niet meer mogelgk is. De wet
slaat nl. op een toestand, die niet meer be-
Het tweede gedeelteHistorische inleiding
de samenstelling der Eerste Kamer in ver-
sohillende vreemde Staten algemeen karakter
der Eerste Kamersamenstelling der Eerste
Kamer volgens de Grondwetde regeling voor
de toekomst; en conclusie.
bg de partg vertegenwoordiging (die in haar
stelsel is belichaamd) geeft zg als aanhangsel]
tevens een schets voor de invoering der per
soonlgke vertegenwoordiging.
TWEEDE KAMER.
Aan het einde der Woensdag gehouden zit
ting dier Kamer werd door den heer Van
Styrum rapport uitgebracht over het adres van
17 werkliedenvereenigingen te V 1 i s s i n g e n,
verzoekende de overeenkomst met de maat-
schappg De Schelde te ontbinden en aan de
gemeente Vlissingen te verzoeken de exploi
tatie van de havenwerken zelve ter hand te
nemen.
De heer Lucasse stelde aanvankelgk voor
dit adres te verzenden aan den min. van
waterstaat, maar kwam op dit voorstel terug,
nadat van de zgde der commissie voor de ver
zoekschriften te kennen was gegeven, dat er
alle gelegenheid zou wezen om bg de behan
deling van de begrooting dit onderwerp te
bespreken. E- werd besloten het adres ter
griffie te deponeeren.
De motie van orde, voorgesteld door de
heerenDe Savornin Lohman, Van Alphen,
Michiels van Verduynen, Kolkman, Nolens en
Krap (men zie het Kameroverzicht) luidde:
«De Kamer, goedkeurende de oproeping der
ingelgfden van de militie te land van 1901
en 1900, krachtens koninklgk besluit van 5
Februari 1903, en het onder de wapenen
Rol, J. van der Spoel, A. Liesten, J. Troost
en A. A. de Vries; alsmede door een schamp
schot de 2e-luit. der ini. A. J. F. J. van den
Bergh.
D .IAMBI.
De oorrespondent te Batavia van de IV. R.Ct
seinde Woensdag
De colonne van kapitein Braok, die van
Pelajang naar Limboer marcheerde, stiet op
zware versterkingen, die werden genomen. Aan
onze zgde werden 3 gedood en 45 gewond. Ds
verliezen van den vgand waren zwaar. De
oolonne is naar Pelajang teruggekeerd wegens
de vele gewonden.
Het blad teekent hierbg aan
Uit vroegere berichten blgkt, dat in de streek
door welke de colonne is getrokken, reeds
vroeger hevige tegenstand is ontmoet. Een
maal is reeds een tocht naar Limboer (Boven
Tebo) afgebroken moeten worden. Volgens
een vorig bericht zou sultan Taha zich te
Limboer bevinden.
Bg kon. besluit zgn benoemd tot lid van
het bestuur van het waterschap voor de uit
watering door de sluis aan den Oosterlandpól-
der, J. Smallegange, te Wolphaartsdgk;
tot dgkgraaf van den £tadspolder, A. G. C.
Danckaerts, te C o r t g e n etot dgkgraaf van
den Van Aisteinpolder, J. A. J. B. M. G. Seyd-
litz, te Hulst; tot dgkgraaf van den Niewer