V rijdag 3 Juli. N°. 154. 146° Jaargang, ieo& Middelburg 2 Juli. Uit Stad en Provincie. Priji, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., f2. Afzonderlijke nummers kosten 5 eent, Advertentifin30 oent per regel, deboorte-, dood- on allo andere familieberiohten en Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50elke regel meer 30 cent. Beelamens 40 eent per regel. Droots letters naar do plaats, dis zjj Innemen. Chr. Nat. Werkmansbond. Kameroverzicht. ft BMOMDrOM ME, Oo8t'Indifi. middelbllrgsche courant. Deze courant verschijnt d a g e 1 jj k s, met uitsondering van Zon- en Feestdagen. THERMOMETER EN VERWACHTING. 2 Juli 8 u. vm. 70 gr., 12 u 80 gr., av. 4 u. 84 gr. F. Verwsoht: zwakke tot matige Z. O. wind, toenemende bewolking, onweer, warm weer. Tot de plaatsing van advertentiSn en reolames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende Handel, Ng verheid en Geldwezen, is uitsluitend gereohtigd het Algemeen AdTerienilexBnresz A. RB LA MAR Am., B.H. Veerfczurgwnl M«, AnutovAmn. Wg ontvingen het volgend schrgven: Manheer de Redacteur! Üw streven om op belangrgke zaken de aan dacht te vestigen en deze toe te lichten ver dient groote waardeering maar verplioht ook, in dit geval, tot rectificatie. U is eenigzins op een dwaalspoor gekomen door wat het verslag, overigens een goed stuk werk, heeft weggelaten. Immers als doel der bijeenkomst werd door den inleider genoemd: het leggen van een dgk tegen de wateren van >het socialisme", dat dan tevens tengevolge zou hebben >het verrgzen van een gebouw aan welks gevel men het opschrift zou gaan lezen: herleving der Hervormde kerk". Zóó volgde het. In éen zin. Het eerste voorop. Nu wordt in het verslag de volle nadruk gelegd op het laatste en de indruk gewekt als zou een zuiver kerkelgk belang het doel onzer actie zg». Omdat de inleider op de classicale vergade ring, in de vorige week gehouden, meer tgd ter beschikking had, kon hg een en ander toen breeder omschrijven en hg heeft daar op die zuiver kerkelgke vergadering vele lezers zullen het zich herinneren op den voor grond gesteldde nooden van oub volk in zgn geheel, beide van werkgever en van werk nemer, de noodzakelgkheid om op het terrein van het Hervormd gemeenteleven arbeiders kringen te vestigen, waarin, onder leiding van een meer deskundige commissie van advies, zooals elke afdeeling van den Bond naast zich heeft, het brandend vraagstuk van den arbeid in studie wordt genomen. Niet de kerkelgke maar de maatschappelgke zgde van het vraag stuk staat bg ons voorop. En heeft niet juist de kerk, de volkskerk, een dure roeping in deze Of is het denk baar dat meerdere plichtsbetrachting en toe- wgding in deze niet haar innerlgk leven ruim schoots ten goede zal komen Zal, omgekeerd, het vooruitzicht van opleving van het gemeen televen niet een heilzame prikkel zgn om dat machtig volksbelang te behartigen, voor ieder die ernst maakt met zgn lidmaaisohap en zgn kerk warm genegen is Waarlgk, geachte Redactie, dit is iets anders dan kerkisme en clericalisme. Wat nu onze verhouding tot Patrimonium betreftomdat het ons allereerst en allermeest te doen is om organisatie, zoo zuiver en zoo machtig en zoo heilzaam mogelgk, organiseeren wg naast Patrimoniumindien hier in Middel- bnrg geen afdeeling van F. bestond, zouden wg gaarne tot de oprichting medewerken, mogelgk doet P. van zgn zgde zóo ook wel in Vlissingen juist om als goede buren het vruchtbaarst samen te werken is bet gewenscht dat wg niet bg elkander inwonen zg geven ons >koek" en wg brengen hun »ei" en zoo wordt het juist >boek en ei", zooals u zegt. Wat ten slotte de tirade over den *Duitschen Jood" betreft, vergeet niet dat in éen ad9m de afkomst van den >Israëller uit Nazareth" werd genoemd, in volle overeenstemming met wat de H. S. ons leert: de zaligheid is uit de Joden. Vindt u toch eigenlgk niet dat dit wel kan, in een vergadering die uit enkel Hervormden bestaat M. 1 Juli 1908. Dankend enz. P. J. R. A. Dan is vruchtbare samenwerking ook met andere partgen niet uitgesloten. Dat de Hervormde kerk in deze een dure roe ping heeft, beamen wg ten vollereeds te lang verzuimde zg die te vervullen. Mogen de voorgangers de leden dier kerk, van dien plicht meer en meer doordringen, maar ook vooral hen behoeden voor oene eenzgdigheid die tot cleri calisme voert en de dood is voor zulk eene aamenwerking De verklaring van R. A. omtrent de ver houding van den Bond tot Patrimonium sluit toch niet uit dat er tussehen die vereenigingen nog op sommige, missohien wel op vele punten, een groote klove bestaat. Want en dit mogen wg hier nog wel doen uitkomen op de bewuste ver- eens gadering liet de heer J. C. Goedman, voor zitter der Haagache afdeeling van den Bond, zich heel wat krasser tegen Patrimonium uit dan nu R. A. in zgn sohrgven doet. De ge voelens op dit punt Bohgnen dus onder de leden van den Bond ook al te verschillen en niet in geringe mate. Maar het oordeel van dien voorzitter, zelf een werkman, een man van de praktgk, ook wat betreft samenwerking met Patrimonium, heeft in onze oogen in deze veel waarde. De groote kwestie is nu maar van welk soort de hoek is die Patrimonium biedten of het ei, dat de Bond wil brengen, vruchtdragend wordt voor het algemeen welzgn De nadere toelichting omtrent de door ons aangevallen uitdrukking over Marx heeft, al verzachten de er bggevoegde woorden haar eenigszins, ons nog niet overtuigd dat het noodig was het geloof van den Duitschen sooialist aan te halen, waar er sprake was van zgne leer. Den schrgver bieden wg gaarne gelegenheid om het standpunt van den Chr. Nat. Werk mansbond en het door hem gesprokene nader toe te lichten. Ter wille van onzen verslaggever meenen wg echter goed te doen even hier aan te halen wat in het bewuste verslag te lezen staaten wel dit »Hg (de inleider) wees op de ellende, door gemaakt in het voorjaar door de poging tot sociale revolutie. Dat heelt in de provincie verscheidene personen opgewekt om te traohten daartegen een tegenwicht te vormen. En nu hoopte spreker dat men hier de grondslagen zal leggen van een nieuw gebouw, dat beteekenen zal de herleving der Hervormde Kerk." Dit geeft, dunkt ons, voldoende wêer hetgeen door den heer Roscam Abbing is gezegd. Waar ons natuurlgk niet bekend was wat op de classicale vergadering is gesproken, bleef die nadere toelichting voor ons verborgen, Wg constateeren nu met genoegen dat niet de kerkelgke maar de maatschappelgke zgde van het sociale vraagstuk voorop Btaat. Wg hopen dat men niet alleen in theorie maar ook in de praktgk san die leuze getrouw Z*1 hlgven. staat. Ergo zou men de Koningin onwaarheid laten onderteekenen, wat natuurlgk niet gaat. Zg kan moeilgk in Juli goedkeuren, dat de miliciens tot 5 Mei ond8r de wapenen zullen blgven. Dat was het «anachronistisch ele ment", dat met geen mogelgkheid door amen dementen uit de wet te lichten was. Rationeel was de oplossing, door den heer Lohman aan de hand gedaan, waarop dr Kuyper reeds gis teren had aangedrongen, om nl. bg motie het wetsontwerp van de orde te voeren. Daarmede was wel niet alles in orde gebracht, maar men voorkwam er mede, dat de Koningin iets zou onderteekenen wat een bepaalde onwaarheid was. De logica bleei zoek, maar aan de eer en aan de letter van de wet was voldaan. Met 42 tegen 53 stemmen (Ongeveer rechts tegen links: de heeren Jansen, Artz en De Ram stemden met de linkerzgde) werd deze motie aangenomen, waarna met 70 tegen 5 stemmen ook het wetsontwerp nopens het onder de wapenen houden der lichting 1902 de goed keuring der Kamer verwierf. Daarmede was het debat voor heden geëindigd. Rest ons nog melding te maken van den strgd, die, gisteren aangevangen, heden voort- werd tussehen dr. Kuyper en den heer Troelstra. Het waren de oude, bekende argu menten waarmede zg elkander bevochten. De heer Troelstra gaf dr. Kuyper niet het recht «psychologische bespiegelingen" over zgn persoon te houden, en teekende verzet aan tegen de qualificatie van «misdadigers," waar mede dr. Kuyper de stakers betiteldewaarop dr. Kuyper antwoordde, dat hg in deze die «psy chologische bespiegelingen" liever buiten het Parlement hield, en dat hg nimmer de stakers als «misdadigers" had gesignaleerd. Met die luxe benaming had hg alleen de «leiders" op het oog gehad, wat den heer Troelstra natuur- wéér ontstemde. En zoo ging het over en weer, waarbg alleen dit viel op te merken, dat de heer Troelstra ook nu weder zich in bet geheel niet stoorde aan de zaak die aan de orde was, maar over alles en nog wat sprak, zonder met succes door den voorzitter hierop attent gemaakt te wor- Het Zitting van Woensdag, heden voortgezet debat over het wets-1 den. Wel deed de heer Mackay nu en dan eens Het derde gedeeltenadoelen van het stel sel der absolute meerderheidalgemeene strek king en voordeelen der evenredige vertegen woordiging algemeene eigenschappen van de verschillende toepassingen der evenredige ver tegenwoordiging de stelsels ter vertegenwoor diging der minderhedende stelsels der even redige vertegenwoordiging; wenschelgkste re geling voor Nederland; conclusie; en aan hangsel. De commissie verklaart zich voor algemeen kiesrecht, dat reeds uit een oogpunt van zelf behoud voor den staat moet worden ingevoerd, maar acht toekenning van de kiesbevoegdheid aan alle vrouwen vooralsnog geenszins wen- schelgk. De Grondwet late den wetgever vrg; het woord «manneljjk" verdwjjne nit art. 80. Indien de femministisehe beweging blgft voort gaan en op den duur voor de samenleving ia haar geheel een kraoht ten goede blgkt, is hare laatste consequentie, dat de vrouw ook voor het publieke leven de gelgke wordt van den man. De Grondwet mag aan de normale ontwikkeling van eene, onzen tjjd zoozeer ken merkende strooming als deze niet in den weg staan. Aan het einde van hoofdstuk II maakt de commissie deze juiste opmerking; «Uet zal wel niet worden ontkend, dat door de werking van het algemeen kiesreoht alle eigen schappen van eene natie, zoowel de goede als de slechte, zich in zgne vertegenwoordi ging afspiegelen. Nu is bljjkens de gesohie- denis, het Nederlandesche volk een tegelgk vrjjheid- en ordelievend volk, aan zgn dynastie door hechte banden verknocht, en zgn kraoht zoekend meer in rustigen arbeid dan in het najagen van staatkundige of sociale droom beelden een volk ook, waarbg partijschap en politieke hartstooht op den duur het gezond verstand niet kunnen verduisteren. Het is niet het minst op dien grond, dat wg voor Nederland het algemeen kiesrecht niet alleen aanvaarden als een onafwgsbaren eisoh van het oogen blik, maar daarin tevens zien een waarborg voor eene krachtige en gezonde verdere ontwikkeling van ons nationaal leven.' houden van de ingelgfden totdat zg weder met verlof huiswaarts zgn gekeerd, «van oordeel dat de behandeling van het thans aan de orde gestelde wetsontwerp door den loop der omstandigheden geen dool meer heeft, «besluit alsnog het wetsontwerp no 141 af te voeren van de orde van werkzaamheden." Bg kon. besluit is mejuffrouw A. Teunisse, onderwgzeres in de vrouwelgke handwerken, te Amsterdam, benoemd tot ridder in de Orde van Oranje- Nassau zgn voor den duur van het studiejaar 1903 1904, benoemd tot rector-magnificus der Rgks- nniveriiteit, te Leidendr H. Kamerlingh Onnes, te Utrecht: dr C. H. H. Spronck, te Groningen dr U. Ph. Boissevain is, voor het tgdvak van 1 Sept. 1903 toten met 31 Aug. 1904, benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S. te Tilburg, N. H. Vlasveld, aldaar is benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau W. G. F. de Waal, hoofdcom mies bg den Raad van Toezicht op de Spoor wegdiensten. Door de arr. rechtbank te Tiel is, ter ver vulling eener vacature van rechter in dat ooilege, opgemaakt de navolgende alphabetische lgst van aanbeveling: jhr mr J. A. van der Does, ambtenaar van het O. M. bg de kanton gerechten in het arr. Zutphen, ter standplaats Zntphenmr H. C. Dresselhuys, advocaat en procureur te Tiel, en mr A. F. C. Hupkens van der Eist, subst.-griffier bg de arr.-recht- bank te 's Gravenhage. ontwerp betreffende de lichtingen 1900, 1901, 1902 liep grootendeels over quaesties van staats' rechterljjken aard, die wel is waar een zeer interessante gedachtenwisseling uitlokten tus schen de heeren Drucker, Goeman Borgesius, Karnebeek, Mees eenerzgds en de heer De Savornin Lohman en minister Kuyper ander- zgds, maar waardoor de arme miliciens geheel op den achtergrond werden gedrongen Alleen de heer Troelstra en de heer Ter Laan en daardoor ook de minister van bin- nenlandsche zaken en zgn collega van oorlog dachten aan de arme drommelB, die, wanneer ;g heden avond de courant mochten lezen, zeker verbaasd zullen zgn, dat er nog zooveel over hun langer dan 6 weken in-dienst-houden is te doen geweest. En dat de.knapste koppen, de fijnste juristen er bgna geen gat meer in zagen, hoe uit de impasse te komen, waarin de juristen uit de bureaux de juristen in de Kamer hadden gebracht. Het was een heel vraagstuk, dat is zeker, en gisteren was het reeds gezegdin de for meele quaestie, daarin zit de kneep. Daarom ook togen alle autoriteiten op dit gebied dadelgk aan het werk om aan dit juridisch lapwerk een mouw te passen. Drie amende menten werden respeotievelgk door de sprekers ingediend, die echter stuk voor stuk door dr Kuyper bekeken en afgekeurd werden. De minister-president, die heden veel beter op dreef was dan Dinsdag en ook een gansch anderen toon aansloeg, bleef op zgn stuk staan en wilde absoluut het wetsontwerp betreffende de lichtingen 1900 en 1901 door de Kamer van de orde van werkzaamheden laten afvoeren. Wilde de Kamer niet aan dezen wensoh gehoor geven, dan zou dr Kuyper hg verklaarde het heden nog eens uitdrukkelgk in geval van aanneming het ontwerp toch niet aan de goedkeuring der Koningin onderwerpen. Hoe het dus ook liepin het Staatsblad zou er nooit een letter over inkomen. Van dit stand punt bezien, had de heer Van der Zwaag dan ook groot gelgk met al de bespiegelingen der heeren juristen «kinderwerk" te noemen, waar aan hg geen deel zou nemen. Zoodra het tot stemming kwam, zou hg «den heeren goeden morgen" wenschen. Dat was al heel nuchter opgemerkt, maar van niet-juristisch standpunt sloeg hg hiermede den spgker op den kop. Voor de juristen was het anders een moeilgk probleem, want, zooals 3e heer Karnebeek ver een zwakke poging om den woordenvloed in te dammen, maar telkens te vergeefs. De spreker had blgkbaar «maling" aan het presi- denteel gezag. Wat meer aan den president lag dan aan den spreker, die verklaarde «het moeilgk te vinden een president niet tegen te spreken" een verklaring die weleer de heer Gleichman zeker niet zonder meer zou hebben laten voorbggaan. Maar toen was er nog geen staking en nog geen dr Kuyper als minister, wat evenwel niet uitsluit, dat de teugels, door den voorzitter weleer wat straffer mogen aangetrokken worden. Voor heden hingen zg al heel slap. Men zie de rubriek Tweede Kamer. (R ed.) KIESRECHT-RAPPORT LIBERALE UNIE. Dit rapport, van welks verschgning wg in ons vorig nommer melding maakten, en dat uitgebracht werd door de heeren mrs H. Ph. de Kanter, R. J. H. Patgn en P. Rink, is zeer omvangrgk, wg zouden haast zeggen te groot om bg het algemeen belangstelling te wekken of zelfs door de leden der Unie gelezen te worden. Zoo'n dik boek schrikt allicht velen af. Dit is jammer want de commissie heeft zich van haar taak op zeer verdienstelgke wgze gekweten en zeer veel moeite gegeven. Het hoofdbestuur der Unie brengt dan ook terecht een woord van erkentelgkheid aan de commissie die zich zooveel opoffering aan tgd en moeite getroostte teneinde aan denwensch der algemeene vergadering te voldoen, en aan den «kundigen secretaris mr Kosters, wiens behandeling van het technische gedeelte op hoogen prgs is gesteld." Het rapport is een boekdeel van 300 pagina's en voor het publiek verkrggbaar voor 1.— De firma W. J. Thieme k Co. heeft het voor hare rekening uitgegeven en stelt het nu voor dien prgs algemeen verkrggbaar. Het rapport is in drie deelen verdeeld: De kiesbevoegdheid voor de Tweede Kamer der S ta t e n-G e n e r a a 1. De samenstelling der Eerste Kamer. En De Evenredige Vertegenwoor diging. Het eerste gedeelte omvat de volgende hoofd stukken Historische inleidinghet thans gel dend kiesrecht en het beginsel van algemeen Een officieel berioht, Woensdag uit Korintji ontvangen, luidt: „Selepan Halei Kain geheel rustig. De bevolking legt wegen aan. 2016 geweren zgn ingeleverd." Dit bericht is nog opgenomen in een deel der oplaag van ons vorig nommer. Blgkens uit Indië ontvangen telegraphische berichten zgn sedert de jongste mededee- lingen dienaangaande in de Ned. Stci, van 4 Juni 1903 bg de krggsverriohtingen a. in Atjeh en onderhoorigheden, gewond de sergeanten A. Leyssenaar en H. Koppel, de ziekenverpleger G. Koster en de fuselier P. A. Nepveuen verdronken de fuselier O. A. Ploeger b. in Djambi, gesneuveld de sergeant C. ThJ Remkusaan bekomen wonden overleden de fuselier H. F. Hertoggewond, de onder-luit. der inf. E. M. Japin, de sergeant-majoor-kwar- tierm. J. Boeckholtz, de korporaal J. Visser, de fuselier L. van Dragt, F. W. Chr. Boon, C. Breed en T. H. Trouppée, alsmede onbetee- kend, de 1ste luit. der inf. Ch. A. Rogge en de offioier van gezondheid 1ste kl. dr G. J. Wgchgel c. te Poeroek Tjahoe (Zuider- en Oosteraf- deeling van Borneo), licht gewond de sergeant G. H. A. Megeren d. in Korintji (Sumatra): gesneuveld de le-luit. der inf. W. van Blegenburghaan bekomen wonden overledende fuselier H. Dgkhuizenen gewondde kapitein der inf. A. W. A. de Koek van Leeuwen, de sergeant majoor G. van Zadelhoff, de sergeant J. D. M. Sohlaepter, de fuseliers S. Bruyning, R de Vree, Verder concludeert de commissie inzake de kiesbevoegdheid voor de Tweede kamer, dat de Grondwet (artt. 80 en 81) aldus zullen ge lezen worden, dat de wet zoowel de kiezers aanwgst, die rechtstreeks de leden der Tweede kamer zullen kiezen als wel alles regelt wat het kiesrecht en de wgze van verkiezing be treft. Uit een aan deze conclusie toegevoegde ontwerp-kieswet blgkt dat bedoeld wordt het kiesreoht te verleenen aan alle mannelgke ingezetenen, Nederlanders, die den leeftgd van drie-en-twintig jaren hebben bereikt, behou dens een aantal uitsluitingen. Het stelsel dat de commissie ten aanzien van de Eerste Kamer, bg onze tegenwoordige Staatsinstellingen, het meest aanbevelenswaard acht, komt in het kort hierop neerbehoud der Eerste Kamer, provinciegewgze in de be staande verhouding gekozen door de leden der Provinciale Staten, uit allen, die ook verkies baar zgn voor de Tweede Kamer, zonder ver dere beperking met een regeling evenwel waarbg de Provinoiale Staten kunnen ont' bonden worden. De commissie acht, eindelgk, invoering der evenredige vertegenwoordiging noodzakelgk en draagt een sohetsregeling vooren hoewel zg de persoonlgke vertegenwoordiging achterstelt IW. Everts, L. van der Weele, A. Roossien, J. kiesrechthet algemeen kiesrecht in vreemde klaarde, was de logica in het wetsontwerp zoek, I -wetgevingen; de regeling voor de toekomst; en waarbg nog kwam dat het geheele wetsont- coiclusie. werp niet «erg fraai" was. Dat zag er dus bedenkelgk uit en inderdaad was het beden- kelgk. De Koningin zou nl. hare goedkeuring moeten hechten aan een wet, waarin gezegd wordt ietB dat niet meer mogelgk is. De wet slaat nl. op een toestand, die niet meer be- Het tweede gedeelteHistorische inleiding de samenstelling der Eerste Kamer in ver- sohillende vreemde Staten algemeen karakter der Eerste Kamersamenstelling der Eerste Kamer volgens de Grondwetde regeling voor de toekomst; en conclusie. bg de partg vertegenwoordiging (die in haar stelsel is belichaamd) geeft zg als aanhangsel] tevens een schets voor de invoering der per soonlgke vertegenwoordiging. TWEEDE KAMER. Aan het einde der Woensdag gehouden zit ting dier Kamer werd door den heer Van Styrum rapport uitgebracht over het adres van 17 werkliedenvereenigingen te V 1 i s s i n g e n, verzoekende de overeenkomst met de maat- schappg De Schelde te ontbinden en aan de gemeente Vlissingen te verzoeken de exploi tatie van de havenwerken zelve ter hand te nemen. De heer Lucasse stelde aanvankelgk voor dit adres te verzenden aan den min. van waterstaat, maar kwam op dit voorstel terug, nadat van de zgde der commissie voor de ver zoekschriften te kennen was gegeven, dat er alle gelegenheid zou wezen om bg de behan deling van de begrooting dit onderwerp te bespreken. E- werd besloten het adres ter griffie te deponeeren. De motie van orde, voorgesteld door de heerenDe Savornin Lohman, Van Alphen, Michiels van Verduynen, Kolkman, Nolens en Krap (men zie het Kameroverzicht) luidde: «De Kamer, goedkeurende de oproeping der ingelgfden van de militie te land van 1901 en 1900, krachtens koninklgk besluit van 5 Februari 1903, en het onder de wapenen Rol, J. van der Spoel, A. Liesten, J. Troost en A. A. de Vries; alsmede door een schamp schot de 2e-luit. der ini. A. J. F. J. van den Bergh. D .IAMBI. De oorrespondent te Batavia van de IV. R.Ct seinde Woensdag De colonne van kapitein Braok, die van Pelajang naar Limboer marcheerde, stiet op zware versterkingen, die werden genomen. Aan onze zgde werden 3 gedood en 45 gewond. Ds verliezen van den vgand waren zwaar. De oolonne is naar Pelajang teruggekeerd wegens de vele gewonden. Het blad teekent hierbg aan Uit vroegere berichten blgkt, dat in de streek door welke de colonne is getrokken, reeds vroeger hevige tegenstand is ontmoet. Een maal is reeds een tocht naar Limboer (Boven Tebo) afgebroken moeten worden. Volgens een vorig bericht zou sultan Taha zich te Limboer bevinden. Bg kon. besluit zgn benoemd tot lid van het bestuur van het waterschap voor de uit watering door de sluis aan den Oosterlandpól- der, J. Smallegange, te Wolphaartsdgk; tot dgkgraaf van den £tadspolder, A. G. C. Danckaerts, te C o r t g e n etot dgkgraaf van den Van Aisteinpolder, J. A. J. B. M. G. Seyd- litz, te Hulst; tot dgkgraaf van den Niewer

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1903 | | pagina 1