Donderdag
11 Juni.
N°. 13$.
146° Jaargang,
1003,
Middelburg 10 Juni.
Eene belangrijke rede
Uit Stad en Provincie.
Priji, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franoo p.p., f 2.
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
AdvertentiSn20 cent per regel, geboorte-, dood- on allo andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50elke regel meer 20 cent. Keelameng 40 cent per regel,
groots letters naar de plaats, die s{j innemen,
Zij, die zich tegen 1 Juli op ons
blad abonneeren, hebben recht op
kostelooze toezending van de deze
maand nog verschijnende nommers.
DE ADMINISTRATIE.
MIDDELRURGSUHE COURANT.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
THBBMOMEÏEK BB) VERWACHTING.
10 Juni 8 u. vm. 64 gr., 12 u 71 gr., av. 4 n. 66 gr. F. Verwacht:
verandorljjk weer, onweer, weinig verandering in temperatuur.
zwakke wind,
Tot de plaatsing van advertentiën en reolames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende
Handel, Njj verheid en Geldwezen, is uitsluitend gereohtigd het Algonaoon Advnrtentie-RaraMa
A. S»K LA MAS An., H.E. T«rb«gw»B AaiterdsM.
Wjj willen de waarde van die heeren aller
minst verkleinenmaar wjj wensohen wel te
vragenhoe ver of liever hoe weinig zou men
in ons land gevorderd zjjn als de wetgever
zich niet beijverd had in het maken van
hoog noodige regelingen
En is het niet juist ook in het belang van
goede werkgevers, die uit vrjjen wil veel deden
voor hunne arbeiders en zich daarvoor op
offeringen getroostten, dat hunne concurrenten
ook daartoe gedwongen werden
mag zeker wel genoemd worden de toespraak,
waarmee de bekende industrieel, de heer D.
W. Stork te Hengelo, de jongste algemeene
vergadering van de Maatschappij tot nut van
't algemeen opende.
Door een man als hjj zjjne meening te hooren
ontvouwen over de verhouding tusschen werk
gevers en werklieden, heeft voorzeker zjjn zeer
aantrekkelijke zjjden. Hjj toch kent de toe
standen uit ervaringhg weet wat er ont
breekt aan die verhouding; en wat er toe ver
betering kan gedaan worden.
Wjj kunnen oub voorstellen dat hjj, nu hem
daartoe ongezocht de gelegenheid werd ge
boden, die met beide handen aangreep om zjjn
hart eens uit te storten.
Waar hjj, volgens eigen zeggen, in het hoofd
bestuur menschen van zeer verschillende rich
tingen naast zich zietpersonen die, volgens
de leer van hunne politiek, door een diepe
kloof van elkaar gescheiden zjjn daar moet
zulk eene uitstorting voor hem te meer een
behoolte geweest zjjn.
De verhouding onderling is, meenen wjj,
trots dit verschil van gevoelen, in dat bestuur
van de aangenaamste, de omgang vriendschap
pelijk en gezellig, de samenwerking vrucht
dragend.
Maar wjj stellen ons voor dat de heer Stork
juist om die diepe klove tusschen hem en
meer dan een mede-bestuurder, de algemeene
vergadering eens heeft willen openbaren wat
hem zoo na aan het hart ligt.
Vooral in dezen tjjd en na de bekende
gebeurtenissen in ons land verwondert ons
zulk eene openbaring allerminst.
En veel is in die rede, waard gehoord en
overwogen te worden.
Wjj erkennen met den spreker dat tegen
woordig aan de industrieelen in menig opzicht
veel hoogere eischen worden gesteld dan
weleer ook in verband met hunne werklieden.
Wjj weten dat door die eischen het besturen,
het drjjven van een industrie moeilijker en
kostbaarder wordt.
Maar aan wie de schuld dat dit noodig is
geworden
Niet alleen zeker aan de werklieden, die,
door nood gedwongen, eischen stelden, maar
ook aan zeer vele werkgevers die hun plicht
verzuimden.
Het is toch waarljjk niet denkbaar dat een
wetgever alleen om één party te believen,
voorschriften zou geven
Neen, daartoe moeten meer motieven zjjn.
En die waren en zjjn er ook.
De bestaande toestanden konden niet meer
voldoen aan de eischen der tjjdën.
Hit de gansche wereld kwam tot ons de
strooming die aanzette tot de maatregelen, in
de laatste jaren genomen.
Andere landen waren ons reeds voorgegaan
en Nederland had, bleek toen, heel wat in te
halen, wilde het nog een drageljjk figuur
maken tegenover die rjjken, welke op sociaal
gebied zulk een jjver aan den dag haddon
gelegd om misstanden te verbeteren.
Juist het verzuim van vroegere jaren was
oorzaak dat zooveel in eens moest gebeuren
juist de niet te loochenen waarheid dat er
veel te verbeteren viel, drong tot stappen, die
volgens den heer Stork wel eens wat te snel
genomen worden.
Als alle industrieelen waren zooals hg en
de onlangs overleden heer J. F. Vlekke, be
nevens eenige anderendan, ja dan waren tal
van wetten misschien niet noodig.
De Hengelosche industrieel heeft, gedreven
door al te groote bescheidenheid, zjjne eigen
waarde wel wat te veel verkleind toen hp
beweerde zich niet beter te gevoelen dan het
gros der werkgevers.
kwestie is of op het altaar der
niet veel onheilig vuur wordt
Een andere
volksbelangen
gebrand.
Deze vraag nu aarzelen wp niet, evenals
de heer Stork, bevestigend te beantwoorden.
En wp kunnen dë verzoeking niet weerstaan
hier nog te laten volgen wat wjj uit het
overzicht van zpn rede, in ons nummer van
4 Juni, moesten weglaten omdat toen reeds al
te veel van onze ruimte was gevergd.
Het waren deze woorden
>Zeker, het is gelukkig en nuttig, dat er
menschen zpn, die zich wjjden aan de geeste-
lpka behoeften van ons volk en die door hun
ruimen blik op de dingen en hun scherpzinnig
oordeel de maatschappp leiden in nieuwe
banen. Maar deze geestelpke arbeid moet be
perkt bljjven tot de besten, de meest uitste
kenden van ons geslacht. Als men nagaat,
wie zich in den tegenwoordigen tjjd al niet
veroorlooven, zonder behoorljjke studie of ont
wikkeling en vooral zonder voldoende levens
ervaring, niet alleen een oordeel te hebben
over de inrichting onzer maatschappp, maar
zich ook bevoegd rekenen, om, indien zp
er toe in staat waren, door geweld hunne
meening op te dringen aan anderen, dan weet
men niet, waarover zich meer te verbazen
over hunne verwatenheid dan wel over hun
gebrek aan verantwoordelijkheidsbesef. Er
wordt tegenwoordig veel gesproken over de
rechten van den mensch, terwjjl toch een
ernstig plichtsbesef de eerste voorwaarde mag
genoemd worden van maatschappeljjken voor
uitgang. Als uiting van dat plichtbesef van
alle menschen tegenover elkander 'als leden
van de groote maatschappij, moet in de eerste
plaats gerekend worden het bewustzjjn, dat
er bestaat een solidariteit tusschen alle men
schen onderling en dat ieder door hetgeen hjj
in het openbare leven doet, eene groote ver-
antwoordelpkheid draagt tegenover zpne mede-
mensohen. Dat dit verantwoordelijkheidsbesef
niet bestaat of althans niet in voldoende mate
aanwezig is bp hen, die zich opwerpen als
leiders van onze werklieden, hebben wjj in de
laatste maanden helaas 1 op al te smartelijke
wpze kunnen ervaren. Dat aan de handelingen
die in de laatste maanden een deel van onze
werklieden-klasse beroerd hebben en die ik
niet aarzel uit een maatschappelijk oogpunt
misdadig te noemen, zoovelen hun perBOon-
lpken of zedelpken steun verleend hebben, die
onze kinderen moeten opvoeden tot christelijke
en maatschappelijke deugden, is in hooge mate
te betreuren. En waar ik hier als woordvoer
der optreed van eene vereeniging, die, meer dan
eenige andere, in ons land bjjgedragen heeft
tot de ontwikkeling en den bloei van ons
volksonderwps, daar meen ik, dat ik dit woord
van afkeuring mag en moet uitspreken, over
tuigd als ik ben, dat dit bp u allen weerklank'
zal vinden.
Dat het door mp bedoelde verantwoordelijk
heidsbesef ook in zeer onvoldoende mate aan
wezig is bp hen, die door het prediken van
het evangelie der ontevredenheid reeds gedu
rende vele jaren het minder ontwikkelde deel
van ons volk vergiftigd hebben, staat voor
mp vast. Eveneens, dat zp daardoor groote
schade hebben toegebracht aan het geluk van
hen, wier welzpn zp bedoelen."
Voor het meerendeel zpn dit juiste en goede
woorden
Daar zpn er die haat, njjd en afgunst steeds
zaaien; daar zpn er die hiervan dupe worden
en nooit willen hooren van het goede dat ge-
fortuneerden met hun geld doen enkele hunner
zelfs ten bate van menigeen die op hen zoo
dikwpls afgeeft.
En die predikers van de verderfelijke leer,
waarop de heer Stork doelt, beroepen zich zoo
gaarne op den stichter van het christendom.
Ten onrechte, merkt hp opJezus
wendde zich tot de bevoorrechten deze moes
ten afstand doen van hun bezit, om gelukkig
te worden. Hjj werkte alleen op de hoogere
en betere eigenschappen van den mensch, ter
wjjl de volksleiders van den tegenwoordigen
tjjd dit niet doen. Zp stellen zich voor, dat
later op den aldus toebereiden bodem, wan
neer maar eerst een betere stoffelijke toestand
1 zpn geboren, het menschdom tot hooger
zedelpk peil zal opbloeien. Wie het gelooven
kan, ik niet, ook al meende ik dat van de
sociaal-democratische beginselen stoffelpke
vooruitgang het gevolg zou kunnen zpn. Ja,
ik ga verder. Wanneer ik was een overtuigd
sociaal-democraat en dus geloofde aan de
mogelijkheid dat binnen een afzienbaren tjjd
de menschheid den prikkel van het eigenbe
lang zou kunnen missen, dan zou ik nog veel
meer dan thans er tegenop komen, dat in het
volk juist die deugden worden verstikt, van
wier aanwezigheid het bestaan der door mp
gewenschte ideale maatschappp afhankeljjk
zou zpn."
De Maatsschappij tot nut van 't algemeen moet
tegen die verkeerde, slechte middelen een dam
opwerpen.
Zoo luidde ten slotte de ernstige wenk van
den heer Stork.
Dit is, volgens hem, haar taak en hare
roeping.
Of haar dat nog gelukken zalof het moge-
ljjk is nü nog, nadat door velerlei oorzaak
zoo velen van haar vervreemd zpn, meer voeling
te doen ontstaan tussohen haar en het minder
ontwikkelde deel van het volk t
Wjj aarzelen daarop een stellig bevestigend
antwoord te geven.
Maar het streven daartoe heeft zelfs zpne
verdiensten, zjjn nut en kan goede vruohten
afwerpen.
Alleen is het, dunkt ons, zaak dat die Maat
schappp ook weer niet te eenzjjdig zp in haar
strevente eenzjjdig in de richting van den
heer Stork.
Hare roeping is in art. 1 van haar wet aldus
omschreven»naar de beginselen van den
Ohristeiyken Godsdienst, algemeen volksgeluk
te bevorderen.
»Te dien einde traoht zp mede te werken
tot verbetering van dén verstandeljjken, zede-
ljjken en maatsohappelpken toestand des volks,
bepaaldelijk door invloed te oefenen op de
opvoeding en het onderwps, de veredeling van
volksbegrippen en de verheffing zoowel van
het arbeidsvermogen als van den levensstan
daard der werklieden."
Over de middelen om dat doel te bereiken
zullen de gevoelens steeds versohillenen nu
is het, dunkt ons, de eigenaardige roeping der
Maatschappp om met al die meeningen voeling
te houden en zeker ook met die, welke gehul
digd worden door mannen die, al zpn zp tegen
verscherping van den klassenstrjjd, zocals die
door de sociaal-democraten wordt voorgestaan,
evenmin zich vereenigen knnnen met de leer
der berusting,door den Hengeloschen industrieel
gehuldigd.
Zp wenschen de maatschappeljjke toestanden
te hervormen, waar ze dringend verbetering
behoevenzp verlangen dat ook de werkge
vers meer en meer doordrongen worden van
hunne plichten, waar zp dit wel zpn van hunne
rechten, evenals dit in omgekeerden zin het
geval moet zpn bjj de arbeiders
Zp huldigen de meening dat tegen maat-
schappelpke misstanden alleen het verbeteren
der zeden niet voldoende is.
Trouwens, zelfs voor dit laatste is meer noo
dig dan zedeljjke middelen.
Ook onder hen requireere de Maatschappij
tot Nut van 'f Algemeen, zoo veel mogeljjk, hare
medewerkersof zp sluite zich bjj hen aan.
Maar aan den anderen kant dienen ook
dergeljjke maatschappöen, en vooral de wet
gever bp het ontwerpen van wetten, het advies
en de medewerking in te roepen van indus
trieelen
Dit is een der billpkste eischen, die de heer
Stork stelt, mits ook de arbeiders-vereenigin
gen en werklieden gekend worden.
Yan de werkgevers neme men vooral in den
arm mannen als de heer Stork zelf, met een
warm hart voor de werklieden en toegerust
met kennis op een terrein waarop zooveel te
verbeteren valt niet alleen in het belang der
arbeiders maar in dat van alle lagen der maat
schappp.
TAN KAMPEN NAAR DE GELEDEREN
Bp de vaagheid der mededeelingen van H.
zegt zpne redactie -- valt er eigenljjk
niets over te zeggen, maar wel mag het ver
bazing wekken dat in eenige garnizoenstad
private straffen van acht dagen worden opge
legd wegens vitterpen, die hun oorsprong
vinden in antipathieën die bjj sommige offi
cieren bestaan voor korporaals en onderofficiren
uit Kampen.
Intusschen wjjst het blad er mede op dat
de teleurstelling, welke sommige ouders onder
vinden die hun jongens naar Kampen zenden
»om officier te worden", in den regel hieraan
te wpten is, dat zp verzuimd hebben zich
vooraf op de hoogte te stellen van het karakter
van het instructie-bataljon. Dit strekt eenvoudig
om kader te vormen voor de regimenten infan
terie. Wanneer nu zulk een oud-leerling van
Kampen by het regiment aankomt, staan hem
onder veel opzichten de handen verkeerd.
Weet hp door den zuren appel te bjjten en
heeft hp een paar jaar als onderofficier >bp
den troep" gediend, zonder reden te geven
tot ontevredenheid, dan kan hp op den
cursus bjj zpn regiment worden toegelaten;
na dezëh met goed gevolg doorloopen te
hebb6n, kan hp verder tot het toelatings
examen voor den hoofdcursus te Rampen worden
toegelaten en bjj laatstgenoemde inrichting het
in twee jaar tpd tot offioier brengen. Deze
hoofdcursus heeft met het instructie-bataljon
niets uit te staan. De omstandigheid evenwel, dat
beide instellingen te Kampen gevestigd zjjn,
heeft bp velen blpkbaar ook bp schrjjver
van het bovenstaande de dwaling doen
ontstaan, dat het Instructie-Bataljon, evenals
de Militaire Academie, opleiding verschaft tot
officier. Yeel teleurstelling is reeds van deze
vergissing het gevolg geweest."
In de N. Crt heeft een ander inzender, W.
L. P., aan J. H. onder 't oog gebracht, dat het
verreweg 't beste was geweeBt als deze zich,
liefst persoonlpk, in betrekking had gesteld
met den compagnies-kommandant van 't jonge
mensch. Dat helpt dadelijk. De minister van
oorlog heett wel wat meer te doen dan een
onderzoek te doen instellen naar de juistheid
van ingezonden stukken.
De bewering 'dat zoo iets »dadeljjk helpt,"
zullen wjj maar laten voor rekening van den
schrpver.
Er zpn onder de compagnies-kommandanten
zeer goede, zeer humane, zeer schappeljjke
menschen; maar men vindt er onder hen ook
andere, van wie dit nu niet zoo precies kan
getuigd worden.
RUkSQitkeerlng aan Gemeenten.
De leeren Raedt en Blankert, beiden amb
tenaren der Amsterdamsche gemeente, wjj zen
op de vreemde verhoudingen die in bovenge
noemde uitkeering bestaan:
Zoo heft Amsterdam aan belasting 6.400.000
en krpgt van het Rjjk 2.358.000; Helmond
heft f 17.000 en krpgt f 23 000 Kampen krjjgt
35.000 en heftniets.
Amsterdam kreeg dus in 1899 aan uitkeering
bpna 37 pet zpner heffingen Helmond 135
pet en Kampenheft door rjjksuitkeering
ad 34.000 geen directe belastingen en staat
dus bjjna op het puntaan zjjn ingezetenen
van die ƒ34.000 »dividend" uit te koeren.
EEN OVERBODIGE EINCH.
Naar aanleiding van de mededeeling betref
fende het rapport der commissie, door den
Volksbond om advies verzocht omtrent de
jeneverrantsoenen aan schepelingen, schryven
eenige zeeofficieren het volgende aan het Hbld.
By het uitgeven van het oorlam aan boord
Hr Ms oorlogsschepen verzamelen zioh degenen
die daarvan gebruik wenschen te maken ter
plaatse waar het uitgeven geschiedt. De onder
officier van politie, daarbp tegenwoordig, heeft
een bak in vakken afgedeeld, waarin voor
eiken schepeling een kaart op naam ligt.
Achtereenvolgens worden de namen afgeroepen,
en kan ieder, die present is, zjjn oorlam ont
vangen, waarna in zpn kaart op den betrekke-
lpken datum een knip wordt gegeven.
Wie er niet gebruik van maakt, behoeft
niet present te zpn, wordt in geen enkel op
zicht bemoeiljjkt en krpgt aan 't einde der
maand de vergoeding in geld uitgekeerd, zon
der meer. Van aantreden der geheele equipage
is, zoo ver ons bekend, op geen enkel schip
sprake, zeer zeker in de laatste jaren niet, en
het zon ook geen zin hebben.
Het in meergemeld rapport noodzakeiyk ge
acht uitlokken van bepalingen omtrent boven
genoemde aangelegenheid is dus volstrekt
overbodig.
TWEEDE KAMER.
AFSCHAFFING der STAATSLOTBRIJ.
Be lijd heeft op het schrpven van J. H. te
Npmegen, opgenomen in ons nommer van
Dinsdag, eenige aanteekeningen laten volgen
Het door de Regeering ingediende wetsont
werp betrekkeljjk afschaffing der Staatslolerjj
beoogt een zeer geleideiyke afschaffing. Om
tot eene zeer geleidelpke vermindering van
het aantal loterjjen te geraken, wordt voor
gesteld dsn tijd, die tusschen twee loterijen ver
loopt, telkens wat grooter te maken.
Zoo wordt voorgesteld dat de tpd, die na
iedere lotery verloopt voordat een nieuwe be
gonnen wordt, zal bedragen na de 375e, 376e
en 377e loterpen 6 weken na de 378e, 379e on
380e loteryen 7 weken enz. enz.
De 413e loterjj wordt zoo tjjdig begonnen
dat zjj vóór 1 Januari 1922 geheel is afgeloopen.
Na de 413e loterp worden geene loterpen
meer gehouden.
Voorts wordt o. a. voorgesteld om, in afwp-
king van de thans geldende bepalingen, de
niet opgevorderde prjjzen en premiën in de
375e tot en met de 413e loteryen na het in
vallen van den verjaringstermpn te storten
in een Fonds der Staatsloterij, waaruit gekwe
ten zullen worden de sommen, die op vernie
tigde of vermiste loten oi gedeelten van loten
worden uitbetaald en die gemelde loteryen
betreften.
De belegging der beschikbare gelden van
het Fonds geschiedt in inschrpvingen op een
der Grootboeken van de Nationale Schuld.
Dit fonds is bestemd om daaruit na afloop
der 413e lotery te ondersteunen de personen
die by de afkondiging dezer wet geheel of
gedeeltelpk hun bestaan vinden door de staats-
loterp en die door de staking der loterpen in
zoodanigen financieelen toestand geraken, dat
zy voor ondersteuning in aanmerking kunnen
komen.
Op de memorie van toelichting komen wy
nader terug.
Uit de Brusselsche Petit Bleu van heden
morgen zien we dat er daar aan de beurs
sterk gespeculeerd wordt in de aandeelen van
den spoorweg GentTerneuzen, en dat
door de speculateurs het gerucht verbreid
wordt van een overeenkomst tusschen de Bel
gische en de Nederlandsche regeering, waarby
de laatste de eerste machtigt om eventueel
de lpn op Nederlandsch grondgebied te
exploiteeren.
Het blad heeft een onderzoek ingesteld naar
de waarheid dezer bewering maar overal een
beslist ontkennend antwoord gekregen.
Wy maken melding van deze meedeeling
speoiaal om het daaruit biykende werken van
speculateurs. Misschien dat hierin ook de
verklaring ligt van het ons Dinsdag gezonden
berioht.
Het Journal de Bruges schreef over deze
zaak o. a.
Het departement van spoorwegen bereidt op
dit oogenblik de overname van de lpn Gent—
Terneuzen voor.
Daar de beide partyen (de Maatschappp en
de Staat) in deze volkomen overeenstemmen,
zal waarsohynlpk de overeenkomst binnen
weinige dagen geteekend worden. Sommigen
hebben de meening geopperd dat de onder
handelingen zouden worden opgehouden omdat
men beweert dat de Maatschappp Mechelen—
Ternenzen door geenerlei bepaling van afkoop
gebonden is.
Dit is slechts waar voor het gedeelte spoor-
ïyn, in België gelegen, want voor wat betreft
het stuk op Nederlandsch grondgebied, laat de
Nederlandsche wet aan den Staat ten allen
tyde de overname toe.
Wat de spoorweglpn Gent—Terneuzen be
treft, is de overname volledig geregeld in de
overeenkomst van 1863, opgenomen in de
Staatscourant, (Moniteur).
De overname volgens de daarin voorkomends
regeling kan plaats hebben, wanneer de lpn
20 jaar in exploitatie is geweesten deze ter-
mpn is reeds lang verstreken.
By kon. besluit is, het werd reeds in een
deel der oplaag van ons vorig nommer ge
meld, benoemd tot burgemeester van 's H e e r
Abtskerke de heer L. W. B. A. Mulder.
In de &t, Ct. van heden is opgenomen
een opgave van het bevolkingscpfer van iedere
gemeente der provincie Zeeland op l Ja
nuari 1903.
De bevolking van die provincie bestond toen
uit 221 956 personen, 109.828 m, en 112,128 v.
Middelburg had toen 19.002 inwoners,
8783 m. en 10.219 v., Vlissingen 19.305, 9413
m. en 9892 v., Terneuzen 9015, 4406 m. en
4609 v., Goes 7191, 3359 m. en 3832 v. en
Zierikzee 6947, 3295 m. en 3652 v.
Gedurende het tpdvak van 16 Juli tot
en met 31 Augustus aanstaande, zal het rpks-
telefoonkantoor te Domburg op werkdagen
geopend zpn van 8 uren voormiddags tot 12
uren 's middags, alsmede van 2 tot 4 en 6
tot 8 uren namiddagsop Zon-en feestdagen
van 7.30 tot 8.30 uur voor-en 12.30 tot 1.30
uur namiddags (Greenwichtyd.)
In verband met een door den Nederland
sche» Bond van Vereenigingen van den handeldrij-