Donderdag 26 Maart. De Eerste Kamer. THERMOMETER UN VERWAC HTING. Middelburg 25 Maart. ER WAS EENS Meelrechten. TWEEDE KAMEfl; De kwestie van den dag. jgaaw 72, 146® Jaargang, 1603 aiDDELBURGSCHE EOl Deze ooarant verschijnt d a g e 1 jj k s, mot. uitzondering van Zon- en Feestdagen. Priji, per kwartaal, zoowel voor Middelburg ais voor allo plaatson in Nederland franco p.p., f 2. Afsonderljjke nummers kosten 5 cent, 25 Maart. 8 u. vm. 48 gr., 12 n. 64 gr., av. 4 u. 67 gr. F. Verwacht: krachtige Z. W. wind, betrokken lucht, buiig weer, geringe toename in temperatuur. Advertentiën: 20 cent per rogol. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten sa Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50; elke regel meer 20 cent, Beelamens 40 eent per regel. Groote letters naai de plaats, die zjj innemen, Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreflende Handel, Ng verheid en Geldwezen, is uitsluitend gereohtigd het Algamoon Adnrivnilt'Sarsan A, BH LA MAR Am., H.S> Vwwrlmgwa! 906» Anuiwina, EEN VERWIJT. Men had den minister Kuyper verweten dat bg bg de bespreking der werkstaking in de zitting der Tweede Kamer van 11 Maart op den lachlust had gespeculeerd en grappig had willen zgn. Dit spreekt de minister ten stelligste tegen. Anderen houden het toch vol, maar geven de schuld ook aan de leden dier Kamer die zoo onbezonnen, kinderachtig goedlachs zgn en om het minste en geringste het uitproesten. Het een en het ander kan waar zgm Om uit te maken of de premier aardig heeft willen zgn dan wel of het tegen zgne bedoe ling was, had men hem zeli moeten hooren. Het is bovenal in zulke gevallen de toon, de manier van zeggen waarop alles aaukomt. Voor het overige vinden wg de kwestie niet bijzonder belangrijk. Het eenige merkwaardige is misschien dat een minister openlijk opkomt tegen een hem in oen kamerverslag van een courant gedaan verwijt. Behoort de Eerste Kamer haar plaats te behouden in het samenstel onzer staatsinstel lingen Met de vrjjzinnig-democratisohe af gevaardigden, die het aanhangige grondwets voorstel hebben ingediend, beantwoorden wjj die vraag met een volmondig ja. Want met hen zien wjj voor dat staatslichaam een blijvend nuttige zaak weggelegd »ter toetse te brengen, ot een door de Tweede Kamer aangenomen voorstel van wet steun vindt in denkbeelden, die doorwerken bjj de bevolking, dan wel of daartoe besloten werd onder den drang van een wellicht voorbijgaande strooming." Doch even nadrukkelgk voegen wjj met hen er bjj, dat de tegenwoordige organisatie van dien tak der volksvertegenwoordiging ingrjjpende wij ziging behoeft. .Reeds tjjdens de grondwets herziening van 1887 vond de toen bestaande organisatie krachtige bestrijding. Met name bleek men reeds destjjds gekant tegen behoud hetgeei door jhr mr J. Roëll werd genoemd de .dubbele slagboom"eenerzjjds de verkie zing door de Prov. Staten, anderzijds de be perking der verkiesbaarheid tot de hoogst aangeslagenen in de rjjks directe belastingen. Dat niettemin het eene zoowel als het andere gehandhaatd bleef, zjj het dan met een weinig ingrjjpende verruiming van den kring der verkiesbaren, is alleen toe te schrjjven aan de bjjzondere toenmalige politieke omstandig heden." Alreeds hebben wij in een vroeger nommer er op gewezen, dat de ingediende wetsvoor dracht beoogt, de leden van de Eerste Kamer te doen verkiezen door dezelfden, die kiezers voor de Tweede zullen zjjn. Ziehier boe en op welke gronden dit wordt toegelicht en aangeprezen: >Het voorstel gaat uit van de meening, dat gebroken dient te worden met iedere regeling, waarbjj tot de verkiezing van de leden der Eerste Kamer anderen worden geroepen, dan de kiezers voor de Tweede Kamer. Van de opdracht dier verkiezing aan de Provinciale Staten heeft de ervaring de nadoelen aan het licht gebracht Wie zal betwisten; dat ten gevolge daarvan de verkiezingen voor do Provinciale Staten veelal mèdr worden be- heerscht door overwegingen, aan de provinciale belangen ontleend, dan door wensohen omtrent de samenstelling der Eerste Kamer? Onder dit stelsel is voorts het recht der Kroon tot ontbinding van de Eerste Kamer feitelijk zonder beteekenis. Hoe zou zulk een ontbinding doel kunnen treften, waar de Pro vinciale Staten niet ontbindbaar zjjn Overbrenging der verkiezing bjj gemeente raden of uit die raden samengestelde kiescol leges zou de moeilijkheden slechts verplaatsen niet opheflen. Bovendien hebben al dergelijke regelingen gemeen, dat zjj vormen zjjn van getrapte ver kiezing, en als zoodanig onaannemelijk zjjn te achten. Het beginsel der rechtBtreekBche ver kiezing heeft, sedert het na feilen strgd zege vierde, zóózeer post gevat in de nationale overtuiging, dat het thans eindeljjk ook bjj de samenstelling der Eerste Kamer toepassing behoort te erlangen. „Door directe, beter dan door indirecte verkiezing wordt de band tus- sohen volk, vertegenwoordiging en regeering versterkt," schreven de heeren jhr mr A. F. de Savornin Lobman en mr B. J. Linteloo baron de Geer van Jutphaas in bun afzonder lijke Nota, gevoegd bjj het verslag der Staats commissie voor Grondwetsherziening in 1883. Ook de Eerste Kamer zjj voortaan het directe uitvloeisel van de volkskeuze; de ver kiezing van haar leden worde aan dezelfde kiesbevoegden als voor de Tweede Kamer op gedragen." Daaruit volgt intusschen niet, dat diezelfde kiezers voor de beide takken der Stateu-Gene- raal op dezelfde wjjze moeten zjjn gegroepeerd- De voorstellers wenscben integendeel een andere groepeering. .Zoodoende" aldus luidt verder hun Memorie van Toelichting schept men een waarborg te meer, dat in de volksvertegenwoordiging de richtingen en be langen in al hun verscheidenheid tot hun recht kannen komen. De band, reeds zoolang tus- scben provincie en Eerste Kamer bestaande, doet ter verkrjjging eener bjjzondere groepeering gereedeljjk bet middel aan de hand. Vandaar almede het voorstel tot behoud van de provin ciale indeeling van het grondgebied voor de verkiezing van de leden der Eerste Kamer. Totzoover de kwestie van kiesbevoegdheid en wjjze van verkiezing. Doch nu de vraag, wie voor het lidmaatschap van de Berate Kamer verkiesbaar zullen zjjn. Met hetgeen hieromtrent thans van kracht is, kunnen de voorstellers geen vrede hebben; en wjj evenmin Immers: >aan de beperking der verkiesbaarheid in hoofdzaak tot de hoogst aangeslagenen in de rjjks directe belastingen ontleent de Berste Kamer een eenzijdig pluto cratisch karakterterwjjl voorts een groot vermogen, ruime inkomsten of op weelderigen voet ingeriobte levenswijze op zi.hzell niet het vermoeden wettigen voor de aanwezigheid der eigenschappen, in de leden van dezen tak der Volksvertegenwoordiging gevorderd". Toch zjjn de voorstellers .overtuigd, dat ook in de toekomst de Eerste Kamer moet blijven een vergadering van aanzienlijken." Doch .niet in den engen zin eener aristocratie van geboorte, van fortuin, of van hooge, in de staatkundige af ambtelijke loopbaan bereikte rangen, maar in de ruime beteekenis, waarin daaronder worden begrepen allen, die op het uitgestrekte veld van den maatschappelgken arbeid of in den dienst van het algemeen belang tot .aanzien" zjjn gekomen." Dienovereenkomstig luidt dan ook dit onder deel van hun wetsontwerp, dat men, .om lid der Berste kamer te kunnen zjjn, moet voldoen aan de vereischten, voor het lidmaatschap van van de Tweede Kamer gesteld, en bovendien »ëf, gedurende een bjj de wet te bepalen tjjd, geweest zjjn lid van de Staten-Beneraal, van de Provinciale Staten, van het college van dageljjksch bestuur eener gemeente van boven een door de wet te bepalen zielental, ot van den raad eener gemeente van boven een door de wet te bepalen zielental öf, naar de bjj de wet te bepalen kenmer ken, een aanzienlijke plaats innemen of inge nomen hebben in eemgen tak van volks- ng verheid, op het gebied van eeredienst, kunst of wetenschap, ot in het openbare ver' eenigingsleven óf in het rjjk of in de koloniën en bezit tingen in andere werelddeelen een of meer openbare betrekkingen, bjj de wet aangewezen, bekleed hebben." Wat hierin reeds dadeljjk ons aantrekt, is de volgorde, waarin die drie categorieën zjjn opgesomd In de eerste plaats zjj, die door het vertrouwen hunner medeburgers zjjn ver eerd om zitting te hebben in een vertegen woordigend lichaam voor land, gewest of ge< meente. Daaina de mannen, die tot aanzien zjjn gekomen op het gebied van een der groote uitingen van het maatschappelijk leven ëok op dat van bet vereenigingsleven, van werklieden geljjk van anderen. En pas in de derde plaats ambtenaren. Zoo boort het. Doch afgezien daarvan zou het ons verwon deren indien dit deel van het voorstel niet werd gepiezen óok door dezulken, die met andere gedeelten ervan zich niet kunnen ver eenigen. F. D. Er was eens een theologisch partghoofd. Hg leefde op grooten voet, want hg genoot veel crediet, daar men zjjne promessen en pro gramma's voor klinkende munt aannam. Maar eindeljjk kwam de tjjd dat hg betalen moesten toen troffen vele wederwaardigheden hem, en het ging hem niet meer zoo voor den wind als in den tijd toen hg met beloften om zich strooide en op crediet leefde. Ten laatste moest hg zich tevreden stellen, daar hg zjjn prommessen niet honoreeren kon, met een klein winstje hier en een klein winstje daar. Om in het leven te bljjven, ging hg in het klein venten datgene waarin bjj vroeger in het groot handelde. En met zgn hengselmandje half bedekt met een grjjze shawl liep hg in de schemering door Den Haag en hg, die eens als groothandelaar promessen had uitgegeven met .geen Zondags- arbeid meer!", riep nu zachtkens en bedeesd uit: .Koopl koop! een mooi klein verbodje om Zondags een enkel treintje niet te laten loopen koop 1 koopkoop En menige deugdzame voorbijganger begreep er niets van. Het onderscheid tusscben wat beloofd was en wat gegeven werd was hem te machtig. Wat is dat voor een beginsel, dat zulk schipperen toestaat? vroeg de een. En de andere mompelde in zjjn verbazing twee onwelluidende versregels Komt op gedienstigheid van de praktijk weer an, II est avec le ctel des aceommodements." Er was eens een kleine oude dame, die, tot armoede gebracht, doordien ze te roekeloos gespeculeerd bad en te veel promessen had uitgegeven, ten laatste gedwongen was om met een klein winstje hier, en een klein winstje daar, haar brood te verdienen. En zoo liep de lieve oude vrouw in het najaar door de groote stad appelen te venten die ze in een hengelmand droeg, welke half bedekt was door haar grjjze shawl. Mooie bellefleuren heele móóie belle/leurenriep ze niet zeer luid, en als ze geroepen had, keek ze bezorgd telkens om en mompelde binnen smonds: »ik hoop dat niemand mg gehoord heeftMjjn oude vrienden mochten mg eens herkennen 1" wetboek van strafrecht volgens hem zouden de daaruit voortvloeiende maatregelen in de gegeven omstandigheden zeer doeltreffend kunnen zjjn toch komt eene enkele aanha ling daaruit ons billjjk voor. Aan de grieven, die men thans vanwege het spoorwegpersoneel op den voorgrond stelt» hecht de heer Stork niet veel gewicht. Hg is daaromtrent een weinig ongeloovig na zjjn ondervinding met de klachten van de vroegere beambten der Ned. Rijnspoorwegmaatsthappij, die in October 1890 aan de S. S. overgingen. Toen was een commissie tot onderzoek benoemd, in welke commissie ook de heer Stork zitting had. Maar 't bleek toen dat van de 228 klagers slechts zeer enkele wisten wat er in het adres stond dat zjj hadden geteekend, terwjjl verre weg de meerderheid bleek niet ontevreden te zjjn. Maar de heer Stork is bovendien in de ge legenheid geweest met eigen oogen het een en ander te zien omtrent de verhouding tusschen de H. IJ. S. M. en haar personeel en de ervaring heeft hem geleerd dat de geest 't personeel uitzonderingen daargelaten uitnemend was, dat ook de lagere beambten hart hebben voor hun maatschappg en de directie en haar hoofdambtenaren hart hebben voor hun persoaeel. Natuurlgk zjjn er min of meer rechtmatige grieven bjj een zoo reus achtig personeel, maar dit zou het geval zjjn ook al was de directie volmaakt. De staking op 31 Jan. is 't best te verklaren door de motieven van de leiders zelf als juist te erkennen. Dezen wilden een krachtproef nemen. Die proef is gelukt. Aan een onrecht- matigen eisch is toegegeven omdat de heer Van Hasselt begreep te moeten bukken, waar- ljjk niet in bet belang van zjjn maatschappg, maar ter wille van hoogere belangen. Nu dit geschied is, heeft het personeel op een dwaalspoor gebracht omtrent de grootte zjjner macht allerlei eischen gesteld, waaraan het vroezer niet dacht. Volgens hem moet meer en regelmatig direct contact zjjn tusschen de directie en haar personeel. Het spreekt wel van zelf dat een groot bedrjjf als een spoorwegmaatschappij, een bedrjjf bovendien b| welks stipte uitoefe ning zulke groote belangen zjjn betrokken als de veiligheid van het reizend publiek en de zekerheid van het goederenverkeer, dat zulk een bedrjjf niet kan worden geëxploteerd zonder dat er in alle rangen van den hoogere op den lagere gezag, krachtig gezag, wordt uitgeoefend. Is dit al in iedere industrieele onderneming voor den goeden gang van zaken onmisbaar, geljjk ook elk waarljjk verlicht werkman zal toegeven, in een spoorwegonder neming kan sebending van het gezag zelfs geen oogenblik worden geduld. En juist deze eigenaardigheid van het bedrjjf, waardoor een min of meer militaire tucht noodzakeljjk en dus een autoritair optreden van vele hoogere en lagere superieuren niet te vermgden is, kan aanleiding geven tot wrjjving, tot per- soonlgke veeten en allerlei kleine grieven die voor de betreffende personen vaakhinder- Igker zjjn dan enkele groote grieven. Zooveel mogelgk dit nadeel te voorkomen, is de taak van de directie der spoorwegmaatschappij En van de directie de H. IJ. S. M. mag ver wacht worden, dat zjj, door het in 't leven roepen van doelmatige instellingen, het con tact tusschen haar en haar personeel zal weten te verbeteren, teneinde het uiten van klachten en wenschen te vergemakkelijken en daardoor het ontstaan van grieven zooveel mogelgk te voorkomen. Het schrjjven van den heer Stork eindigt aldus.Ik heb een waarschuwende stem uit de praktgk willen laten hooren tegen het streven van hen, die het spoorwegpersoneel willen vrjjpleiten van schuld, en die niet schjjnen in te zien, aan welk een ontzettend gevaar men ons land zou blootstellen door Maar het partijhoofd liep intusschen verder en van onder het andere dekseltje van het hengselmandje haalde hg zeer behoedzaam een vodje, een lompje, dat, hoe klein ook, toch kriewelde van pokken-bacteriën, en riep .geen vaccinatie meer 1" Maar hg wist dat het maar een vodje was en niet de groote witte ljjkwade, welke hg den kleinen luiden die hun kinderen niet willen laten vaccineeren had beloofd. En hg keek schuw om en bjj mompelde »Ik hoop dat niemand mg gehoord heeft Mjjn oude vrienden mochten mg eens her kennen Ik geloof dat die vrees noodeloos is. Het moet zgn ouden vrienden onder de kleine luy- den moeite kosten in den bedeesden venter van 't gevaarlijk vodje den machtigen specu lant te herkennen, die zooveel meer dan dit beloofde, beloofde, beloofde 1 Aldus vangt een Van dag tot dag aan in het Handelsblad van heden. Wg behoeven zeker wel niet verder te mel den hoe het oordeel van den schrgver over het vaccinewetje is. Zjjne slotsom luidt.Het voddige voorstelletje zal, hopen we, zoo erg veel kwaad niet doen, maar niettemin is en bljjfb het tooh een vodje." In de Ned. Bakkerscourant wordt onder het opschrift: .Het bestaan der bakkerg in ge- ,r", betoogd dat de Vereeniging van Meelja- brikanten sinds jaren een campagne voert, die niet meer of minder beoogt dan de gewone bakkerjj naar den kelder te jagen .Het drjjven van de Vereeniging van Meel- fabikanten beeft het daarheen geleid dat de ziel van deze vereeniging, de secretaris van de ze vereeniging, benoemd is als opvolger van den tegenwoordigen minister van financiën als lid van de commissie van handels-politiek, en het is zeker dank diens voorlichting dat in het voorgestelde tarief van invoerrechten, dat ter advies is gezonden aan de commissie van han dels-politiek, aan de Kamers van Koophandel, aan het Landbouw-Comité, voorgesteld wordt een invoerrecht op meel van 30 cents per 100 kilo s, terwjjl graan onbelast blgft." Het blad wjjst er op, dat de fabrikanten Wessanen en Laan, meelfabriek Holland, en W. de Coster, te Leiden, tot heden geen in- I een herhaling van het gebeurde op 81 Januari voorrecht gevraagd hebben. I toe te laten. Aan alle meelfabrikanten zal het blad de I Met alle bescheidenheid meen ik, dat men. vraag stellen of zjj geneigd zjjn een adres om arbeidskwesties te kunnen beoordeelen aan de Regeering te richten, waarin zjj zioh uitspreken tegen meelrechten. Voor de verkiezing Dinsdag in het district Alkmaar zgn ter voorziening in de vacature- Fokker candidaat gesteld de heeren jhr mr P. van Foreeat (lib.) te Heilo, J. G. van Kujrkhof (soc.-dem.) te Amsterdam, mr G. J. Sybrandy (anti-rev.) te 's Gravenhage en C. A. Zelvelder (vrjjz.-dem.) te Heerenveen. De heer D. W. Stork te Hengelo heeft dezer dagen in de N. Crt. over deze kwestie een uitvoerig stuk geschreven te uitgebreid om het in zgn geheel over te nemen. Al deelen wg het standpunt van dezen in dustrieel niet ten opzichte van het aanhangige ontwerp tot wgziging en aanvulling van het den werkman, in zgn goede en slechte eigen' schappen, anders en beter moet kennen dan uit boeken en vergaderingen of soortgelgke kennismaking. Om eenigszins te kunnen be seflen, hoe moeilgk het is, vooral in den tO' genwóordigen tgd, een industrieele onderne ining zoodanig te leiden, dat er samenwer king zg tusschen alle aan haar verbonden krachten, moet men het zelf hebben gedaan Ik behoor nog tot hen, die gelooven, dat de welvaart van onze werklieden grootendeels afhangt van de ongestoorde ontwikkeling bloei onzer ng verheid die op grond hunner ervaring meenen, dat, voorloopig althans, nog het gezag van den werkgever een volstrekte vereischte is voor bet welslagen eener indus trieele onderneming die overtuigd zgn, dat de mensobbeid nog niet rjjp is voor de anar chistische samenleving. Geef ik hierdoor bljjk te behooren tot de kleine geesten", die .zaken willen doen" en waarop de .groote geesten" van achter hun schrjjftafel met minachting neerzien, ik zal mg troosten met de gedachte, dat .zeggen" meestal gemakkelijker is dan .doen" en dat de ondernemingsgeest van ons, industrieel en meer toebrengt tot de welvaart van de arbei ders dan de gtede bedoeling van hun schrij vende en sprekende vrienden". w M De Arnh Crt. teekent bjj dit stuk aan 't Is niet te loochenen dat de werkstaking van het spoorwegpersoneel, zioals de heer Stork zegt, ontstond tengevolge van eene soli dariteitsverklaring met de arbeiders van een in staking liggend veem. .Maar de heer Stork bedoelt met die woorden niet alleen de aan leiding der staking aan te geven, maar tevens de bewering tegen te spreken dat zjj baar oorzaak vond in bestaande grieven van het spoorwegpersoneel. Hiertegen nu komen wjj zoo beslist mogelgk p. De heer Stork heeft nataurlgk het onbe twistbaar recht, niet of slechts weinig in 't bestaan van grieven bjj dat personeel te g e- 1 o o v e n hieromtrent kan de enquête uit spraak doen. Maar ondanks zgn machtig en invloedrijk woord, zal hg er toch niet in kunnen slagen, bjj het nadenkende publiek het geloof ingang te doen vinden, dat nagenoegTbet g e- eele lagere spoorwegpersoneel bereid bleek den arbeid neer te leggen ter wille van een beginsel, waarvan het groote meerendeel hoegenaamd niets wist noch be greep, indien ,het geen redenen van ontevre denheid had en niet hopen, althans vermoeden mocht dat door de staking die redenen zouden worden weggenomen. Zóó verdorven en zóó Biecht is het Nederlandsohe volk niet, dat duizenden, tevreden met hun positie en be staan, louter uit moedwil plotseling als éen man het werk zouden kunnen neergooien." En onzerzijds wenschen wg even op te mer ken dat wg in ons land nog mjjlen ver ver wijderd zgn van een anarchistische samen leving 1 B.t.N OJSMIÏf«MEM SfiMl, Bjj kon. besluit: is de luitenant-generaal J. B. van Heutsz bevorderd tot Grootkruis in de Militaire Willemsorde, als booge tevredenheid der Ko ningin over de wjjze, waarop hg sedert 25 Maart 1898 zich heeft gekweten van de zware taak van civiel- en militair-gouverneur van Atjeh en Onderhoorigheden, en voor den moed, het beleid en de trouw, door hem in die be trekking aan den dag gelegd is Gerarcus Balthazar Cornelis Stoop, te s Gravenhage, met al zgn wettige, zoo manne- Igke als vrouwelgke afstammelingen in den NederlandBchen adel verheven m9t de preadi- caten van jonkheer en jonkvrouw is benoemd tot raadsheer in het gerechtshot te 's Hertogenb iscb mr Th. J. A. Duynstee, thans rechter in de arr.-rechtbank te Maastricht; zgn benoemd tot president der arr.-recht bank te Haarlem mr J. de Clercq van Weel, thans vice-president van gemeld collegetot vice-president dier arr.-rechtbank mr I. W. Losecaat Vermeer, thans rechter in gemeld college is benoemd tot rechter in de arr.-rechtbank te Haarlem mr W. H. van Nes van Meerkerk, thans rechter in de arr.-rechtbank te Alkmaar; is benoemd tot subst.-off. van just, bg de arr.-rechtbank te 's Hertogenbosch mr L. G. A. Vos de Wael, thans subst. off. van justitie bg de arr.-rechtbank te Almelo zgn aan den inspecteur van de volksgezond heid dr Th. G. den Houter als ambtsgebied aangewezen de provinciën Zuid-Holland en Zee land, met bepaling, dat hg binnen dit ambts gebied in het bgzonder belast zal zgn met het toezicht cp de handhaving van de wettelgke bepalingen betreffende besmettelgke ziekten en met de zaken rakende de hygiëne van bodem, water en lucht zgn bevorderd tot schout-bg-nacht, de kap. t/z Wentholt; tot kap. t/z de kap.-luit. t/z J. B. Snetlhlagetot kap.-luit. t/z de luit. t/z le kl A. M. P. C. van de Laartot luit. t/z le kl. de luit. t/z 2e kl. C. L. van Buuren, en tot luit. t/z 2e ki, de adelb. le kl. F. M. Fransen van de Putte is aan den sohont-bg-nacht J. Wentholt opgedragen de betrekking van directeur en commandant der marine te Willemsoord, tevens commandant der Stelling van den Helder; i benoemd tot directeur van hot post kantoor te Maastricht W. G. Krüsemann, thans in gelgke betrekking te Alkmaar, en tot directeur van het postkantoor te Ngmegen G. van West, thans in gelgke betrekking te Deventer zgn bevorderd bg de directie van de Rgks- postspaarbanktot adjunct-commies mej. H. C. Vonk en O. M. Vellinga, thans eerste-klerk tot eerste-klerk G. Nuver, J. P. Veld, mej. H.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1903 | | pagina 1