Maandag
23 Februari.
N°. 45.
146e Jaargang,
1903.
u
UIT STAD EH
REGHTSZAKEN.
Bij deze courant behoort een By voegsel.
m
t-
A's
LM
.5
15
15
2.30
2.30
2.30
2.30
2.30
2.30
M.
Deze courant verschijnt d a g e i ij k s, reet, uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prij per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor allo plaatsen in Nederland franco p.p., f 2.
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent,
THERMOMETER EN VERWACHTING.
21 Febr. 8 u. vm. 53 gr., 12 u. 51 gr., av. 4 u. 57 gr. F. V e r w s o h tmatige tot krachtig9
Z. W. wind, zwaar bewolkte lucht, weinig verandering in temperatuur.
Advertentiên20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 11 regels f 1.50 elke regel meer 20 oent. Eeclamens 40 cent per regel.
Uroote letters naar de plaats, die zij innemen.
Tot de plaatsing van advertentiên en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende
Handel,Nijverheid en Geldwezen, ia uitsluitend gerechtigd hot Algsmtscss Adveytenöw-Rwïwwii
A» im LA SS AR Am, "^s»pteaïgwaü 868, AjassÉsr^sss.
De Staatscourant vaa Zaterdag no 44 bevat
de statuten der vereeuiging tot stichting en
instandhouding van scholen met den Bjjbel»
te Oosterland op Duiveland.
Het plan bestaat om Woensdag in de
Tweede Kamer in behandeling te nemen het j
wetsontwerp tot goedkeuring der overeen-
komst met België omtrent het kanaal Gent-
Terueuzen.
Als het er van komt en geen interpellaties j
worden gehouden
De gemeenteraad van
noemde heden den heer H.
meester.
Bruinisse be-
Jumelet tot haven-
De heer K.
tot leoraar
monnikoog.
Jaspers te G roede is benoemd
aan de zeevaartschool te Schier-
Arrondissements-Rechtbank te Middelburg.
DE MALVERSATIES OP EEN
»ENGBI,SCH KANTOOR."
Na de drie in ons vorig sommee genoemde
personen, stond Vrjjdag nog terecht W. J.
J., oud 20 jaar, geboren te Grgpskerke, kan-
MO,
Met genoegen vernamen wjj dat voor de
van 4—8 Maart alhier te honden poppen-
tentoonstelling reeds zeer vele inzendingen
poppen, prjjzen voor de verloting, zjjn inge
komen.
Ook van enkele winkeliers ontving de com
missie zeer gewaardeerde toezeggingen.
Zjj die nog wenschen in te zenden of prjjzen
te geven, worden verzocht dat te doen zoo
mogelgk vóór a Donderdag.
Waar het aan ligt, of de soirées van
gymnastiekvereenigingenzelfs al vermeldt
het programma aan 't slot een bal, niet meer
hebben de aantrekkelijkheid van vroeger, we
weten het niet. We kunnen alleen boek
staven dat de soirée, die de gymnastiek- en
tohermvereeniging Achilles Vrijdagavond in
onze SchuttershofznnX gaf, niet druk bezocht was-
De voorzitter heette hen, die er waren, wel
kom, ook de turnbroeders van hier en elders,
en stelde met enkele woorden het nut der
gymnastiek m 't licht, daarbjj niet vergetend
het opkomend geslacht erop te wjjzen dat
aansluiting bjj een turncluh hun, o. a. bjj de
vervulling hunner militaire plichten, belang
rijke voordeelen kan geven.
Wat den toestand der vereeniging betreft,
deelde bjj mede dat die bevredigend is. Veel
onderen verlieten haar, maar hun plaats werd
ingenomen door jongeren,die, de oefeningen van
heden avond zouden er bljjk van geven, voor
de toekomst wel wat beloven.
Onder leiding van den instructeur werden
achtereenvolgens door de oudere leden staaf-
en paardoefeningen te zien gegeven
Die verdiendeu lof, al waren in beiden
vlekjes.
Daarna traden de adspiranten op in een car'
ré korte stok, die de kleine jongenB, in de eene
hand hun wapen en in de andere een vlag,
zeer correct sloegen. Zjj kregen een welver
diend applaus.
Evoluties aan de brug, go<:d gedaan door de
oudere leden, werden gevolgd door vrge-en
ordo oefeningen door de adspirantenolub.
Dat deden die hummels, ze zullen ons dat
woord niet kwatjjk nemen, weer alleraardigst'
Zjj en hem die hen opleidde, de heer Cuypers,
hadden eer van hun optreden.
Gedachtig aan het varietas delectat had de
samensteller van het program gezorgd voor
een paar intermezzo's, die zeer in den s maak
bleken te vallen.
In een ervan was bjj minder gelukkigde
verloting van den krulstaart had wel achter
wege kunnen gelaten worden.
Met dergeljjke intermezzo's moeten gymnas
tiek vereenigingen, dunkt ons, voortaan voor
zichtig wezen. Men speculeert daarbg wel wat
veel op den lachlust van 't publiek en daalt
allicht beneden het peil dat van beschaafde
jongelui te wachten is.
Sapienli Sat!
Wjj willen gaarne ons steentje bjjdragen
om de gymnastiek, die ook wjj een goed,
groot opvoedingsmiddel achten, te doen op
bloeien, maar we willen waarschuwen tegen
wat er niet bjj noodig is. Daarom deze op
merking, die niet alleen Achilles geldt, maar
in 't algemeen is bedoeld.
Vrijdagmiddag is ter hoogte van Bath
de hoogaarts Bruinisse 133, schipper M. Jumelet
aangevaren door de Duitsche Btoomboot Wil
liam Egan Co no 7. De hoogaarts werd in
tweëan gevaren. De bemanning werd gered
door de boot en mee naar Antwerpen vervoerd.
In de week van 12—19 Febr. was, waar
schijnlijk wegens de naderende carnavalsfees
ten, de vraag naar leverbare oesters iets leven
diger en steeg het aantal verzonden oesters
tot 720,000 stuks In de prjjzen is voortdu
rend eenige daling te bemerken en deze kun
nen thans aangenomen worden te zjjn als
volgt: le soort fr 75—90, 2e soort fr 30—45,
3e soort fr 20—25, 4e soort fr 10—15.
Veel wordt op de publieke vischmarkten ver
kocht, vooral de oesters van geringer kwaliteit,
Naar zaaigoed is voor de Grevelingen-banken
veel vraag, zoodat er goede prgzen gemaakt
worden, in 't bjjzonder voor de grootere soor
ten. Voor vlugge, goede zaaioesters van 50
Kg netto wordt 16—18 gld. bedongen.
(Iers. en 1h. Crt.)
toorbediende.
Hg was beschuldigd van dezelfde feiten als
de vorige beklaagden, gepleegd tusschen 4
Maart 1901 en 22 November 1902.
Vier getuigen waren in deze zaak gedag
vaard en de heer mr J. J. Hejjse trad ook
voor dezen beklaagde als verdediger op.
In de eerste plaats werd lezing gegeven
van het proces-verbaal van huiszoeking bjj
beklaagde en van inbeslagname van bjj hem
gevonden papieren en geldswaarde.
De verklaringen van de getuigen Stoddart
en Mason waren gelijkluidend aau die in de
vorige zaken.
Beklaagde genoot eerst een loon van f 8
later van 10 per week.
Getuige Stoddart herkende eenige brieven,
bjj J. in beslag genomen, als aan hem ge
adresseerd.
De verdediger vroeg aan denzelfden getuige
of er bjj gelegenheid van een Sweep-Stake niet
eens een onregelmatigheid is gepleegd.
Bekl. beweerde dat een prjjs toen niet is
uitbetaald geworden en dat biljetten tot deel
neming aan het wedden zjjn uitgezonden,
nadat de prjjstrekking reeds had plaats gehad.
De getuige Stoddart zeide dit niet te ge
looven.
Getuige Berton verklaarde meer dan eens
gezien te hebben dat J. brieven, aan Stoddart
geadresseerd, had weggenomen.
Getuige Mendelssohn had dit niet gezien
zeide hg. Wel heeft hg van hem postalorders
en postzegels gekocht, tot een bedrag van
pond, waarvoor hg betaalde 491.50. Dit is
niet het eenigeer moest nog een bedrag, dat
getuige niet kent, verrekend worden.
De beklaagde, hierna gehoord, erkende het
hem ten laste gelegde.
Hoeveel hjj gestolen had, wist hg niet te
zeggenin elk geval meer dan f 500.
Hjj heeft ook Mendelssohn meermalen ge
holpen aan het inschuiven van gefingeerde
winners.
Uit de bjj hem gevonden brieven heeft hg
de geldswaarde genomen.
Bjj de huiszoeking is bjj hem gevonden
356, afkomstig van het gestolen geld.
De weinige contröle en de groote verleiding
hadden ook deze beklaagde ertoe gebracht den
diefstal te plegen
De ambtenaar van het openbaar ministerie
achtte ook, wat dezen beklaagde betreft, het
ten laste gelegde wettig en overtuigend be
wezen en vorderde zjjna schuldigverklaring en
veroordeeling tot eene gevangenisstraf van een
jaar, met aftrek van het voorarrest.
De verdediger, de heer mr J. J. Hegse,
refereerde zich ook tea deze aan wat hg in de
zaak-B. heeft aangevoerd.
Spreker meende aangetoond te hebben dat
het Stoddart niet schelen kon, dat er valsche
winners ingeschoven werden, wjjl hg daarbg
profiteerde.
Dit en het slechte toezicht achtte hjj ook
voor dezen beklaagde verzachtende omstan
digheden.
Hg is de zoon van brave, fatsoenljjke
ouders, die zeker nooit gedacht hebben dat hjj
zich schuldig zou maken aan het feit, hetwelk
hem nu op het bankje der beschuldigden bracht.
Hg slaagde niet voor een examen, kwam op
een Engelsch kantoor, waar hg wel afwilde
maar niet afkon.
Hg beval zjjn elient in da clementie der
rechtbank aan en hoopte dat zjj hem een
lichte straf zou opleggen.
Ook in deze zaak uitspraak over 14 dagen.
21 jaar, eveneens kantoorbediende, beiden
thans gedetineerd. Hua werd hetzelfde ten
laste gelegd als den vorigea beklaagden, ter-
wjjl de door den eerste gepleegde feiten wer
den beschouwd te zjjn voorgevalles tusschen
7 Januari 1901 en 24 December 1902 en die
door den tweede tusschen 21 Januari en 7
December 1901.
Deze zaken waren bijeengevoegd omdat zulks
mogelgk was, hetgeen bjj de andere zaken
niet kon, wjjl vaak de beklaagde in de eene
zaak diende als getuige in de andere.
Gedagvaard waren vjjf getuigen en als ver
dediger trad op do heer mr J. J. Hejjse.
Door den verdediger werd gevraagd ook als
getuigen te hoore» Jongepier en Berton, welk
verzoek werd ingewilligd.
De verklaringen van Stoddart en Mason
waren weder in hoofdzaak gelijkluidend als
de Vrjjdag afgelegde.
Eerstgenoemde deelde mede dat J. C. E.
speciaal belast was met de >bookmaking."
De oudste had een loon van 15, dejongste
een van f 10 's weeks.
Getuige Mason verklaarde op een vraag van
den verdedediger bjj afwezigheid van den
patroon chef op 't kantoor te zjjn.
Hg ontkende ooit ontdekt te hebben dat er
malversatiën hadden plaats gehad en zeide,
daarnaar gevraagd, nooit aan een der beklaag
den gezegd te hebben brieven, die waren
achtergehouden, te verbranden.
Getuige Melker deelde mede dat op zekeren
dag vergeten was twee manden met brieven
te openen, wat na veertien dagen pas werd ont
dekt. Zjj stonden in een kast en E heeft hem
gezegd dat die brieven ten deele met den
inhoud zjjn verbrand.
Een ander deel is niet verbrand, omdat men
het zonde vond het geld, dat er zich in bevond,
verloren te laten gaan.
Uit dat deel is het geld genomen en dat ia
ter hand gesteld aan Mendelssohn de opbrengst
is gedeeld tusschen den getuige en den oudsten
beklaagde.
Getuige Gans verklaarde enkele rnalea, twee
of drie keer, gezien te hebben dat J C. E.
brieven wegnam; van den anderen beklaagde
wist hg dat die zich postzegels had toegeëigend.
Hg heeft ook eens gezien dat Ter Meulen
•stzegels wegnam en die stopte in den
van den jongsten beklaagde.
Getuige Mendelssohn heeft eenmaal van J.
C. E. geldswaardig papier ingekocht tegen het
gewone tarief; hjj schat het bedrag op 10 a 15
pond.
De beklaagde meende f 100 a f 105 van
Mesdelssohn ontvangen te hebben.
Deze getuige verklaarde ook dat in October
1902 een paar mandjes vergeten brieven zjjn
verbrand, nadat uit een deel ervan het geld
was gehaald. De heer Mason was daarmede
bekend.
De getuige Jongepier verklaarde, wat de ver
geten brieven betreft, in denzelfden geest. Bjj
voegde er nog bjj dat. Mason schritteljjk aan
Mendelssohn last had gegeven de brieven te
verbranden.
Berton, de volgende getuige, verklaarde
ook te weten van de verbrande brieven.
Ook hjj beweerde dat door Mason "daartoe
schrifteljjk last gegeven werd aan Mendelssohn
J. C. Ede oudste beklaagde, bekende het
hem ten laste gelegde. Behalve het aandeel
dat hem uit de verbrande brieven is uitbe
taald, heeft hg 15 pond ongeveer zich toe
geeigend.
Hg verklaarde dit gedaan te hebben om
schulden te betalen die hjj van zjjn trakte
ment niet delgen kon. Die geldeljjks moei
lijkheden waren het gevolg van zjjn installa
tie toen hjj trouwde.
C. J. E bekende ook zieh schuldig gemaakt
te hebben aan diefstal. Hjj verkocht de ge
stolen geldswaardige papieren aan Ter Meulen
en heeft in het geheel daarvoor een zestig
gulden ontvangen. Ook heeft hg zjjn broer
postalorders in Vlissingen laten verzilveren
tot een bedrag van pluB minus 36.
Van de op die wjjze verkregen gelden heeft
hg onder anderen een goud horloge gekocht,
waarvoor hjj een kleine vgftig gulden heeft
betaald.
Van Klok en van Ter Meulen heeft hjj wel
postzegels gekocht tegen den prjjs van
De oudste bekl. hoeft slechts eenmaal zich
gelden toegeeigend.
Spreker stelde verder in het licht, om te
wgzen op de misstanden op het kantoor-Stod-
dart, dat het uit de verschillende getuigen
verklaringen gebleken is hoe op last van den
chefklerk slechte en gemeene praktjjken werden
uitgevoerd waardoor de belangen van den
patroon schromeljjk werden geschonden.
Pleiter beval zjjn clienten aan in de clemen
tie der rechtbank.
Uitspraak Vrjjdag 6 Maart
Thans kwam in behandeling de zaak tegen
D. T. G., oud 26 jaar, geboren te Middelburg,
winkelier, de eenige beklaagde die zich thans,
na eerst in voorarrest gezeten te hebben, om
een bjjzondere reden op vrjje voeten bevindt.
Hem werd hetzelfde ten laste gelegd als den
anderen beklaagden, terwjjl de feiten gepleegd
zjjn tusschen 7 Januari 1901 en 14 September
1902.
In deze zaak waren vjjf getuigen gedagvaard
en de heer mr J. J. Hejjse trad ook voor
dezen beklaagde als verdediger op.
Uit de verklaring yan Stoddart bleek dat de
beklaagde een loon genoot van f 12 per week.
Mendelssohn verklaarde ook, wat dezen be
klaagde betreft, gezien te hebben dat hg zich
brieven toeeigende. Dat kan twee of driemaal
zjjn gebeurd. Hjj heeft van G. tweemaal gelds
waardig papier overgenomen, eens voor 6 en
eens voor f 8.50.
Beklaagde gaf op voor ongeveer 400 aan
postzegels en postalorders verzilverd te heb
ben. De voorzitter merkte hem echter op dat
hg voor den rechtercommissaris het dubbele
bedrag heeft opgegeven.
Hg gaf dit toen toe.
Mendelssohn verklaarde zieh het bedrag:
door hem aan G. betaald, niet te kunnen
herinneren. Deze heeft ook mede gedaan aan
het inschuiven van valsche winners, waarvoor
hg een 60 heeft getrokken.
De beklaagde stemde dit toe.
Getuige Berton heeft ook gezien dat be
klaagde zich brieven toeeigende, en getuige
Melker legde een geljjkluidende verklaring af.
De beklaagde bekende da feiten hem ten
laste gelegd. Het geld belegde hg op de
rijkspostspaarbank op zjjn boekje staat thans
nog 330. Hg beweerde dat daaronder ook
geld ia afkomstig uit zjjn w:nkel.
De voorzitter bracht hem het onhoudbare
van die laatste bewering onder het oog.
De ambtenaar van het openbaar ministerie
vorderde tegen dezen beklaagde, die zich een
ze^r aanzienlijk bedrag toeeigende, een jaar
gevangenisstraf met aftrek der preventieve
hechtenis en onmiddellijke inhechtenisneming
van beklaagde, wjjl de reden waarom bjj op
vrjje voeten is gesteld, is vervallen.
De verdediger wees ook in deze zaak op
verzachtende omstandigheden.
Hg dankte namens zjjn cliënt de rechtbank
voor di9ns invrijheidstelling, doeh sprak de
hoop uit dat de rechtbank niet zal ingaan op
de vordering van den officier tot onmiddellijke
inhechtenisneming van beklaagde. Hjj zou het
zeer hard vinden dat deze, al is het waar dat
zjjn vrouw herstellende is, nu weer plotseling
zou worden in hechtenis genomen.
De beklaagde deelde nog mede dat de toe
stand van zjjn vrouw in den afgeloopen nacht
iets minder is geworden dan den vorigen dag
De rechtbank begaf zich daarna in raadka
mer om te delibereeren over de vordering tot
onmiddellijke inhechtenisneming.
Na deliberatie verklaarde de president dat
de rechtbank op dit oogenblik nog geene
termen vindt om de onmiddellijke inhechte
nisneming van beklaagde te bevelen.
Uitspraak ook Vrgdag 6 Maart.
aan getuige het geldswaardig papier. Hg be
taalde hem eens daarvoor f 775.
Getuige moet aan K nog 25 pond betalen
voor geldswaardig papier, van hem ontvangen.
Getuige J. C. Endhoven heeft ook wel eens
gezien dat beklaagde zich brieven toeeigende
en postzegels. Ook knoeide hg mee met het
inschuiven van valsche winners
Berton verklaarde in denzelfden geest.
De beklaagde bakende de feiten. Hg verkocht
het geldswaardig papier aan Mendelssohn, of
aan Endhoven.
Hjj wist niet voor hoeveel hjj Stoddart bad
benadeeld. De som van 775, door Men
delssohn genoemd, gaf bjj toe welke som nog
dient verhoogd met de 25 pond, die M. hem
nog schuldig is.
Yoor hoeveel hg aan Endhoven verkocht
weet hg niet. In de instructie heeft hg ver
klaard voor ongeveer 150, maar het kan
minder zjjn en ook meer.
Bjj hem zjjn in beslag genomen .eenmaal
f 61.18' en eenmaal 14.48 en twee effecten.
Dat alles is afkomstig j-an diefstal.
Als verontschuldiging gat abjj op de groote
verzoeking waarin bjj verkeerde op het kan
toor waar geen contróle werd uitgeoefend.
Vroeger heeft hg steeds goed opgepast.
Het O. M, achtte het ten laste gelegde
wettig en overtuigend bewezen en vorderde
veroordeeling van beklaagde tot 18 maanden
gevangenisstraf met mindering der preventieve
hechtenis.
De verdediger vroeg clementie voor zjjn
cliënt.
m vroeg hoe lang bet nog duren zal dat
de Engelsche kantoren in Nederland zullen
worden geduld, kantoren die een ramp zjjn
voor de burgerjj.
Hg vroeg van den staat een verbod tegen
zulke kantoren en hoopte dat de rechtbank
in al de zaken, door hem bepleit, genadig
recht doen zal
Ook in deze zaak uitspraak Vrgdag 6 Maart.
De behandeling van de verdere zaken werd
daarop uitgesteld tot Zaterdagochtend te tienl/ 8 per pond.
uren. I Deze beklaagde was 7 Dec. door
De verdediger vroeg nog of dan ook Jonge-1 ontslagen omdat er geen werk was.
pier ter zitting zou worden gedagvaard als
getuige
Dit werd toegestaan
Stoddart
De ambtenaar van het openbaar ministerie
achtte het aan de beklaagden ten laste gelegde
wettig en overtuigend bewezen en vorderde
hunne Bohuldigverklaring en veroordeeling
ieder tot negen maanden gevangenisstrai met
mindering van den in voorloopige hechtenis
Op de heden, Zaterdag, gehouden zitting
bleek de belangstelling lang zoo groot niet te
zjjn als Vrgdagslechts, weinigen bevonden
zich binnen het hek en ook er buiten bleef doorgebrachten tjjd.
nog heel wat plaats open.
Allereerst werden berecht de zaken tegen 1 De verdediger mr J. J. Hegse wees ook in
J, C. E., oud 25 jaar, geboren te Vlissingen. I deze zaak op de groote verleiding die op het
kantoorbediende alhier en zjjn broeder G. J. E. kantoor van Stoddart bestond.
beklaagde was H. K., oud
te Amsterdam, kantoorbe-
De voorlaatste
22 jaar, geboren
diende.
Hem werd hetzelfde ten laste gelegd als den
overigen beklaagden dejfeiten worden geacht
gepleegd te zjjn tusschen 23 Aug. en 8 Nov.
1902.
Vjjf getuigen waren gedagvaard en als ver
dediger trad ook op de heer mr J. J. Hejj39,
Voorlezing werd gedaan van processen-ver
baal van huiszoeking en van inbeslagname
van papieren en geld.
Getuige Stoddart verklaarde dat de beklaagde
bjj hem een loon genoot van J 12 's weeks
Deze getuige vroeg ot hjj een opmerking
mooht maken naar aanleiding van wat Vrjj
dag op de terechtzitting is beweerd en zeide.
toen hem dit was vergund, dat hg nooit in
eenige circulaire had gezegd dat de trekkin
gen der prgzen plaats hebben zouden op het
raadhuis te Middelburg.
Getuige Mendelssohn verklaarde meermalen
gezien te hebben dat de beklaagde K. brieven
wegnam en in den zak stak. Hjj verkocht
De laatste zaak, die behandeld werd, was
die tegen H. F. M. Moud 26 jaar, geboren
te Middelburg, kantoorbediende.
Hjj werd van dezelfde feiten beklaagd als
de vorige personen welke feiten zouden ge
pleegd zjjn tusschen 7 Januari 1901 en 22
November 1902,
In zjjn zaak waren door het openbaar mi
nisterie zes getuigen gedagvaard-
Als zjjn verdediger trad op de heer mr H.
Oele, advokaat te Middelburg.
De verdediger vroeg dat in deze zaak nog
als getuigen zouden worden gehoord Berton,
G. Endhoven en Jongepier, welk verzoek
werd ingewilligd.
De getuige Stoddart verklaarde dat de be
klaagde bjj hem een loon genoot van eerst
gemiddeld 10, later f 12 per week.
Aan getuige Mason werd door den verde
diger gevraagd of in October en November
niet een paar manden met brieven zjjn bljjven
staan en of hjj geen order heeft gegeven die
te verbranden.
Deze ontkende dat Ook dat hg Mendelssohn
daartoe schriftelijk last zou hebben gegeven.
Getuige J. J. van Oostveen, vroeger ook
klerk ten kantore van Stoddart, verklaarde in
dezelfde afdeeling werkzaam te zjjn geweest
als bekl. en eens gezien te hebben dat M. zich
een brief toeeigende en tweemaal dat hg
postzegels wegnam.
Hg heeft eerst bekl. er over gesproken en
den volgenden dag den heer Stoddart. Deze
onderzocht de zaak, maar vond het beter er
geen verder gevolg aan te geven.
Getuige Kousemaker heeft ook enkele malen
gezien dat M. brieven en postzegels wegnam.
Getuige Meadelssohn verklaarde het nooit
te hebben gezien, ten minste zich dat niet te
herinneren.
Wel heeft M aan hem postalorders en post-
verkocht tot een bedrag vnn ongeveer
420. Ook had hg wel eens meer van be
klaagde gekochthg wist echter niet voor
hoeveel.
Hg verklaarde verder ook dat Mason last
had gegeven om de brieven, waarvan reeds
meer sprake is geweest, te verbranden.
De commissaris van politie deelde mede dat
hg 22 Nov. 1902 een klacht kreeg van den
heer Stoddart dat er op zjjn kantoor gestolen
werd. Hg is 's avonds naar dat kantoor ge
gaan en heeft een onderzoek ingesteld. Op M.
werden toen 510 aan Nederlandsoh geld en
eenige postzegels bevonden, wat alles is in
beslag genomen.
Aan getuige Berton werd door den verdedi
ger gevraagd eenige inlichtingen te geven
omtrent het verbranden van de bewuste brieven.
Getuige deed dit, evenals in een vorigo zaak.
Aan J. C. Endhoven werd dezelfde vraag
gedaan, evenals aan Jongepier. Zjj verklaarden
ook pertinent dat Mason last gegeven heeft
tot hat verbranden der brieven.