m Vrijdag 20 Februari. ae.? ike. 1903. aagd 5 lï ierikzee. OMS. [ËÏTST De belangrijke beslissing inzake de drankwet. Macht baart plicht. BIT STASI EN PROVINCIE. namid- OLJRS, oudeljjk door de nina, te rMJ. AD. bestaat OTHH- blad. laatst goéd be mannende verlangd reau van MANS- Molaa- in een bjj Mevr te BIT- |ingën der op eene reran aan arl a. ten flinke CAMEB. tracht. 1, uit den flige een H 90. TERDAM it. Etlttrtai: sterd.tjjd 8.15 8.15 8.15 8.15 zewone jekon- «trekken, inroeping de reizi- egenheid, 5.55 nar bereiken 'krikw: in. 2.30 2.30 2.30 2.30 2.30 2.30 i. es idellfk ien tras nar. leren en 7.55, |.25, 9.10, SOTIE. delbargi n* m. tm I464 Jaargang, Deae eoarant vereohjjnt d a g e 1 ij k s, mat uitzondering van Zon- en Feestdagen. Frjjv, per kwartaal, noowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franoo p.p., f 2. A.fnonderlijke nummers kosten 5 eent. THBRHOMBTBB KM VERWACHTING. 19 Febr. 8 n. vm. 35 gr., 12 n. 47 gr., av. 4 u. 48 gr. F. Verwacht: zwakke tot matige Z. W. wind, bewolkte lucht, geringe toename in temperatuur. AdvertentiënSO oent per rogol. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50; elke regel meer 20 eent. Beolamens 40 cent per regel, Groote letters naai de plaats, die sjj innemen. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig nit Zeeland, betreSencrc Handel, Njj verheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algeaesn Adv«rtenU«.fiar*nii Ai M LA KAB Ann., M.S. Teerbargsnl 366, AnaitsrflaB. MWdtfouro f9 Februari. Naar aaaleiding van de jongste koninklijke beslissing, waar bjj, in tegenstelling met vroe ger^ opvattingen daaromtrent, de weduwe van een vergunninghouder gereohtigd wordt den verkoop van sterken drank in t klein voort te eettess, schreven wjj j »Het is jammer, dat reec^i veel weduwen in den lande het alacht- ofeï zjjn geworden van eene andere opvatting, waarop sa, nataurlgk, niet meer kan worden ternggekomen." Dit geeft de redaotie van de Utrechtsche Courant aanleiding om, onder het bovenstaand opschrift, het volgende op te merken We kannen hét met de Middtüntrgtcht tot owe spijt niet eens sjjn. Dat er op de beslissingen, die anders heb ben geluid, niet kan worden teruggekomen, is e. i. een vrjj bedenkelijke uitspraak. Het meegedeelde kon. besluit zegt duideljjk, datdo beslissing vmn B. en W. van Utreoht was in strjjd met de wet. Nn een van beiden: Ofwel B. en W. zullen zelf de andere be slissingen, in strjjd met de wet genomen, in trekken, en de vergunning aan de weduwen, wien ze eerst was geweigerd, verleenen. Ofwel, de beslissing bljjft, doch is nooit ge rechtelijk uitvoerbaar b{j overtredingen. Want het bekende Grondwetsartikel »de wetten sjjn onschendbaar" geeft den rech ter immers het middel aan de hand, om de overtreding als niet-strafbaar te beschouwen. t Geval is eehter een te méér, dat ons het gemis aan administratieve rechtspraak doet gevoelen. Oase conclusie echter bljjft, dat de weduwen wier vergunning niet is hernieuwd na den dood des mans, bjj B. en W. moeten aanklop pen om een aienw besluit. Wat dan ook al deer enkelen gedaan is. Er is eehter nog iets. let bedeelde kon. besluit is niet duideljjk ia de aan wjj zing van 't tjjdstip op hetwelk de vergunning reeds moet sjjn verleend. Genoemd wordt, in 't speciale geval dat be handeld werd, 1 Mei 1881. Daarnit hoorden we eonoludeerea, dat zjj, die na 1 Mei 1881 vergunning kregen, van de gunstige beslissing sjjn uitgesloten. O. i. ten onrechte Want later is het tjjdstip van 1 Mei 1181 verlengd tot 1 Vei 1901, voor alle beslissingen welke met de uitvoering der Drankwet te maken hadden. Zoenls dan enk ia hst vernietigde besluit van Ged. Staten bet tjjdstip van 1 Mei 1901 werd genoemd, aoo dient oek datzelfde tjjd- stip te gelden bjj de gnnstige beslissing van H, j|„ waar die voor anderen wordt in geroepen. Aan de weduwen dus, die mèt hun man op 1 Mei 1961 vergunning hadden, en wien nit kracht der wet van 27 April 1901 na den deed des mans de vergaaaiag is gewei- zal de vergunning o. L wel degeljjk moeten verleend worden. Zou bovendien in vele gevallen geen strjjd ontstaan met art. 26 der drankwet wanneer nl. aan een localiteit de bestemming, om voor den verkoop van sterken drank in het klein te worden gebruikt, door eene daad van den eigenaar of gebruiker is ontnomen? Verder kan zich ook het geval voordoen dat de weduwe eene andere woning heeft betrokken en dan kan er ook geen sprake van wozen haar voor een ander perceel dan het oorspron kelijke, waarvoor geen vergunning was ver leend, eene nieuwe vergunning te geven. Art 26a verbiedt dat onzes inziens beslist. Positief oneens zjjn wjj het echter met de redactie van het Utreohtsohe blad, waar zjj meent dat ook aan weduwen, die met haar man op 1 Mei 1901 vergunning hadden, en wien na diens dood de vergunning iB geweigerd, deze vergunning zal moeten worden verleend. Wjj meenen dat uit de overwegingen van het kon. besluit van 29 Jan. jl. wel degeljjk iB af te leiden dat de gunstige beslissing alleen slaat op haar die op 1 Mei 1881 het bedrjjf, hier bedoeld, uitoefenden. Uitdrukkelijk tooh wordt in dat besluit overwogen dat onder de in 1881 geldende patentwet de gehuwde vrouw geen patent noodig had, ter uitoefening van het bedrjjf waarvoor de man was gepatenteerd. De redaotie van de Utrechtsche Courant be hoeft waarl|k geen ipjjt te gevoelen dat zji hot niet mot ons eens is. W| ■ouden ons zelfs verbengen wanneer bare opvatting boven da onze ging en de gelegenheid bestond om tal van porsonen ta doon doolan ia de voordeelen van de nu ge vallon beslissing. Maar w« bljfvea er bjj dat bet in zeer vele gevallen hoogst mooiljjk, zoo niet onmogeljjk, aal a|a om op tone eons gtaomea beslissing torng to komtn. De weduwen, van wio hier sprake i», zullen meereadeelt óf haar zaak hebben verkocht óf aan de localiteit, waarvoor vergunning was ver leend, eene andere bestemming hebben gegeven. In hoever dé belanghebbende dan nog het reèbt hoeft op nieuw vergunning aan te vragen of do termjja daarvoor al of niet is verstreken of ajj daarbjj nogmaals zich beroepen kan op hot vroegere recht van knar overleden man, tjjn o. i. nog open vragen. Wie in de laatste jaren opmerkzaam en met vreugde de ontwikkeling van de vakbe weging in ons land heeft waargenomen, zal door de gebeurtenissen van de laatste weken missohien een oogenblik zjjn gesohokt en op geschrikt, maar zal ten slotte dankbaar er kennen, dat de groote kraohten van dezen tjjd zich doen gelden en een einde maken aan langdurige eenzjjdige afhankelijkheid. Toch ontbreekt het niet aan zorgwekkende verschijnselen, die ook door de voormannen van de vakbeweging wel eens ernstig mogen worden bestudeerd. Men heeft nu lang genoeg de vakvereeni- ging voorgestaan uitsluitend als een strijd organisatie tegen kapitalisten, als een middel om zelfstandigheid te verwerven, dikwjjls op de overmacht en den overmoed van den patroon, die als een natuurljjke vjjand werd beschouwd. De sociaal-democraat, met zgn leer van den klassenstrijd, had in de organisatie der vak- vereenigingen groot succes. Het eerste doel ging tegen den kapitalisthier loonsverhoo- ging, daar vermindering van arbeidsduur, ginds medezeggenschap in het vaststellen der arbeidsvoorwaarden. Dat ook gemeenschappelijke belangen aan wezig zgn en beide partgen bjj den bloei van de verschillende bedrjjven groot belang hebben, werd niet opgemerkt of met voordacht weg geschoven. Elke tekortkoming in levens voorwaarden van de werklieden heette de sohuld van den uithuitenden patroon. Ge brekkige vakkennis, zorgeloosheid, soms verkwisting, bestonden niet meer als oorzaken van een ongelukkig lot; slechts de kapitalist was de schuld, zgn rjjkdom was het gevolg van de armoede van den medewerker, zgn vooruitgang was te danken aan de verdrukking en vertrapping van duizenden. Dat denkbeeld kreeg verbazend groote po polariteit en zal, verbreid als het is, de ver hefing en ontwikkeling jaren lang in den weg staan. Niomand ontkent dat de arbeiders, indien zjj in de samenleving de plaats zullon innemen, die hun toekomt krachtens hunne waarde voor de maatschappelijke voortbrenging, door eens gezindheid en onderlinge lotsverbinding die plaats moeten bereiken. Maar zeer zou men miskennen de solidariteit, die ook nog al tjjd bestaat en kan bestaan tusscken de verschil lende maatschappelijke klassen, wanneer men meende zonder de sympathie en de medewer king van deze den langen weg ia een afzien baar tjjdperk te kunnen afleggen. Die medewerking van andere maatsohappo- ljjko klassen wordt door de aanhoudende pre diking van klassenstrijd, zonder ooit de ge meensohappeljjke belangen in het oog te vatten in de waagschaal gesteld. Vóór kort nog kon men lezen, hoegoedwil lende patroons, die tot de overtuiging zjjn gekomen dat aan de vertrouwensmannen van hun personeel voortdurend invloed moet worden toegekend in de leiding der zaken, die veel nuttige instellingen voor het levensgenot zoo wel als de ontwikkeling van de arbeiders in het leven hebben geroepen, worden teleurge steld door den onwil der werklieden om ook hunnerzijds een geest van medewerking te betooaen. Het gevolg wordt, dat bereidwillig uitge stoken banden worden teruggehoudendat de afstand tusschen ondernemers en werklieden Wordt vergroot dat de mannen van den klassenstrijd misschien kunnen juichen, maar dat de verdere verheffing van de arbeiders klasse jarenlang teruggeschoven wordt. Het is te wenschen, dat de leiders van onze vakbeweging hunne groote verantwoordelijk heid gevoelen voor het welzjjn van duizenden gezinnen en niet in een eindelooze reeks van stakingen de rdstige ontwikkeling van onze arbeidsverhoudingen onmogelijk maken. Deze mannen, die toch ook wel iets meer te zien krjjgen van de voorwaarden waaronder de ver schillende bedrjjveu worden uitgeoefend, die nen te bedenken, dat er een grens is aan alle eisêhen, en dat bjj overschrijding daarvan, zonder vermeerdering van kennis en ontwik keling bjj de werklieden en bjj de ondernemers, ten slotte op hen zelf later de druk terug valt, wanneer ongunstige toestanden in de ver- scüillende vakken intreden. Bovendien: laten de vakvereenigingen nu gaandeweg begrjjpen, dat zjj nog voor iets anders in de wereld zjjn, dan om strjjd te voeren met de patroons, waar op menig gebied in eigen kring, vooral door de waarde van den arbeid zelf te verhoogen, nog zeer veel te doen overbljjft. Dat wordt in het gewoel en rumoer dezer dagen te veel vergeten. Het gaat er niet uit sluitend om, de wederzjjdsche kracht van de werklieden en de patroons te meten, ofschoon het is toe te juiohen, dat de machtsverhouding een andere wordt. Het gaat er thans evengoed om, gezamenljjk elkander in elk bedrjjf te steunen, opdat de inkomsten, die tusschen arbeiders en werkgevers zgn te doelen, zoo ruim mogeljjk zjjn. In plaats van de onophoudelijke verscher ping van al hetgeen in de belangen van de samenwerkende factoren der produotie tegen strijdig is, dient thans meer op den voorgrond te komen wat de geljjkmachtige grootheden, vakvereenigingen en ondernemer, kunnen doen om aan hun gemeenschappeljjken arbeid groo- tere waarde te geven. Moge men met nog zooveel geestdrift roemen over de geweldige kraoht, die het geheele raderwerk doet stilstaan; weldadiger is de macht, die allen aan den gang houdt, en het raderwerk vlugger en beter doet loopen dan tot nu toe. Ook op dit gebied ligt een deel derverant woordelijkheid van de nienwe, groote maat- Bchappeljjke kraohten. Het is te wenschen, dat zjj die taak begrjjpen. Zjj hebben de macht getoond laten zjj thans ook den hoogen plicht, dien deze macht medebrengt, vervullen, V. D. wordenzjj zal even sterk blijven als zjj was en nog is. Zjj verzoeken tevens de daarbjj aangeslote nen zioh te wachten voor override stappen. In een manifest waarschuwt het bestuur der Amsterdamsche afdeeling van de Neder- landsche vereeniging van spoorwegpertoneel tegen toetreding tot de nieuwe organisatiën, aange zien de leiders daarvan zich vroeger te voor naam achtten om hun hulp te verleenen tot het oprichten der vereeniging en nu pogen een sterke vereeniging af te breken. PERSOONLIJKE CONSIDERATIE#. Nu de Pensioen- en Bevorderingswetten dan eindeljjk zullen gaan werken, zal wel spoedig a. de zoo lang uitgestelde voorziening in het commandement der derde militaire afdeeling volgen. Het is een publiek geheim, dat de promotie in de hoogere rangen is tegengehouden doordat men met zeker hooggeplaatst non-actief officier, lid van een hoog staatscollege, in zgn maag zat. Deze mocht tot geen prjjs gepasseerd worden, terwjjl pensionneering ook al niet ging, overmits hg door de nieuwe wet in betere conditie geraakt dan wanneer hg onder vigueur der oude bepalingen zou zgn op pensioen gesteld. Het wachten was op hem. Spoedig komt nu echter ook dit zaakje «voor mekaar» en kan de lang verbeide generaalsbenoeming voor een tweetal uitnemende kolonels ras volgen. O, die persoonlijke consideraties(Arnh CrL) BEKOEIUllUEll BW». Bg kon. besluit; is benoemd tot adjunct-commies ter Alge- meene Landsdrukkerg J. F. C. Behre, thans lste klerk bg die inrichting is benoemd tot ontvanger der registratie en domeinen te Zalt-Bommel L. Offerhaus, thans in gelgke betrekking te Goor. In verband met artikel 9 zesde lid der Woningwet heeft de minister van binnen' landsche zaken een model vastgesteld voor de aangiften van verhuurders van woningen, welke drie of minder ter bewoning bestemde ver trekken bevatten. DB STAKING. Prof. mr G. A. van Hamel te Amsterdam, noemt in het Sociaal Weekblad de staking van het spoorwegpersoneel een onrechtmatige. Zg was niet een colleotieve dienstopzegging, maar eenvoudig een collectieve dienstweige ring door hen die het recht tot die wei gering niet hadden. In zoover stond de zaak ook voor de beëedigden en de niet-beëedigden volmaakt geljjk, zoo sohrgft hg. Sommigen wor den beëedigd, omdat zg moeten kunnen verbali seeren en het Wetboek van Strafvordering daarvoor een ambtseed verlangt. Voor anderen, niet tot verbaliseeren geroepen, bljjft de eed achterwege. Maar dat doet nn tot de zaak niet af. Ieder die een dienst onder rechtsband aanvaardt, met plechtige belofte of niet, moet in dien dienst zgn plichten vervullen. Doet hg dat niet, dan schendt hg zgn plicht, dan begaat hg o n r e c h t. Aoht ik daarmee deze staking beoordeeld en geoordeeld Allerminst. Maar voor een juiste beoordeeling moet men beginnen een zuiveren kgk te hebben. Deze staking nu was niet een daad van recht, maar een daad van macht. Zg was niet een daad van vrede, maar een daad van strgd, van oorlog. Van znlk een machtsdaad, van zulk een oorlogsdaad binnen de eigen grenzen, moeten nn de diepere oorzaken worden gezochtsociale oorzaken zgn er en psychologische zgn er, Doer kennis daarvan kome men dan tot keering, Want dat zoo iets geen tweede keer gebeuren mag, is duidelgk. In versohillende stukken verklaren Petter en Oudegeest, de leiders der jongste staking van het spoorwegpersoneel, dat men dit wil zeggen dat personeel en het publiek zich niet van de wgs moet laten brengen door allerlei beriohten over nieuwe bonden, die men bezig is op te riohten. Zg berusten veelal op verwachtingen meer dan op feitenen zg die zich bg zulke nieuwe vereenigingen aansluiten zgn personen van wie geen kracht kan uitgaan. De organisatie van hen, die de jongste sta king in handen hadden, zal niet gebroken graaf, en voor den Annavosdgk-pölier de hoor Polderman, ontvanger-griffier. i» Te IJzendgke was jl. Maandag een Maandaghouder al zeer ongelukkig. Dob avonds omstreeks tien uren kwam hg in de woning van den gemeente-veldwachter, viel zoo lang hg was in den gang, stond op en vroege om een borrel. De veldwachter was niet, te huis, anders nad hg zeer waarschgnlgk wel vrg logies ontvangen. Van daar ging de man naar een paar herbergen, maar kon daar ook niets meer krggen. Omstreeks elf uur kwam bg iemand tegen en vroeg hem of hg niet wist of die en die herbergen nog open waren. Het bleek hem dat hg den burgemeester aansprak, die hem een proces-verbaal beloofde en hem aanraadde, daar hg wel eens vroeger het beroep van hard- looper uitgeoefend had, om zoo hardmogelgk naar huis te loopen. Hg voldeed daaraan en liep enkele schreden verder in de ariuen van den veldwachter, die hem verder naar huis bracht. Men moet maar ongelukkig zgn. Men doet ons de vraag of de stiohtisg van een Sanatorium voor longlgders te Dom burg al of niet het bezoek aan de badplaats benadeelen zal. Op die vraag kunnen wg moeilgk een ant woord geven. Dit kan alleen blgken als zulk eene inrichting er is. De kwestie in hoever op den gezondheids' toestand van eene gemeente een dergelgke inrichting van nadeeligen invloed zgn kan, is ook bg de oprichting van zulke Sanatoria, o. a. dat te Oranje Nassauoord, meermalen besproken Deskundigen ontkenden dat daardoor de ge zondheid van de inwoners zou kunnen ljjden Veel hangt eehter m deze af van de plaats waar znlk eene inrichting wordt gezet. Wg willen hierbg even herinneren dat vroeger van andere zgde ook sprake is ge weest van de vestiging van een dergelgk sanatorium in Dantbnrg. Daartoe namen deskundige personen op dit gebied het initiatief. Het groote bezwaar was destgds dat men geen geschikt terrein kon aanbieden. Dinsdag werd, naar de Crt meldt, van Middelburg naar de gevangenis te Goes over gebracht de 23-jarige F. J. J., uit die gemeente, die nog straf moest ondergaan. Bg de gevan genis aangekomen, bleek dat ar geen plaats meer voor hem was, zoodat hg weer naar Middelburg moest worden teruggebracht. Rest de vraag of men niet had kunnen informeeren vóór men J. naar Goes vervoerde De gemengde zangvereeniging Polyhymnia te Zie rik zee, welker leden alle tot den onderwgzersstand behooren, gaf Woensdag avond haar eerste openbare uitvoering. Vóór den aanvang deelde een der leden mede dat de opbrengst geheel ten goede komt aan het herstellingsoord te Lunteren. De uitvoering is zoo sohrgft men ons uitnemend geslaagd. Op verdienstelgke wgze werden de zestien nommers van het program ten gehoore gebracht, terwgl voor afwisseling goed zorg was gedragen. De goed bezette zaal was 't bewgs, dat Polyhymnia zioh kon verheugen in de gym pathie van vele stadgenooten. Een woord van lot aan den directeur, den heer J. H. Letzer, die in zoo'n korten tgd reeds zulk schoon resultaat wist te bereiken l Tot vertegenwoordigers in den van het calamitense waterschap Siavenisse en den calamiteusen Oud KempenshoJ stede-polio zgn door ingelanden benoemdvoor den Bree denvliet-polior de heer A. J. Biersns Jr., djjk HET PAVSFBBST TE VLISSINGEN. Het badhotel te Vlissingen is uit zgn kalme winterrust wakker gezongen. De katholieken van Vlissingen, en met hen die van Middelburg! hebben er Woensdagavond het zilveren Paus- feest van Leo XIII gevierd. De zaal had er een heele verandering voor ondergaan met het oog op het hoofdnummer van den avond, de oantate De kerk der Nederlanden en het Paus schap. Aan de zgde van de vestibule, dus achter de toeschouwers, was een deel van de zaal ingenomen door een estrade voor bet koor, en van het orkest had men een tooneel gemaakt, waarop de levende beeldengroepen werden vertoond die verschillende gedeelten van de oantate toelichtten. Deze oantate, die oorspronkelgk vervaardigd werd voor het gouden priesterjubileum van den Paus, is indertgd ook te Middelburg op gevoerd. De sohrgver, prof. J. A. de Rgk van het seminarie Hageveld, heeft in een reeks tafereelen versohillende gebeurtenissen ge schetst uit de geschiedenis van de katholieke kerk in ons land: de legende van Ursula en Gunera, de prediking van Willebrord, Paus Adriaan, den beeldenstorm, de martelaars van Gorknm, het verval der kerk in de 17e en 18e eeuw en het herstel. Telkens werd onder het zingen van ieder tafereel een groep vertoond. De muziek is Van pastoor Lans van Sohiedam •n bevat veel mooie gedeelten. Er was ook zeer veel zorg besteed aan de uitvoering, waarvoor zich een koor had gevormd van een 120-tal dames, hoeren en jongens uit Vlissingen. Wanneer men in aanmerking neemi dat men hier te doen had met een geïmproviseerd koor met veel ongeoefende zangers en zangeressen, dan verdient de direoteur, de heer André Gejjsen uit Vlissingen, ongetwijfeld een woord van lof voor hetgeen hg tot stand bracht. Het mannenkoor in het hjjzonder ontwikkelde vaak een mooien beschaafden klank. In dat opzicht moesten de damesstemmen voor hen onderdoen. Van de solisten zjj in de eerste plaats ge noemd de keer F. Meerman? nit Rotterdam, die met zjjn fraaie baryton en goede voordracht veel indrak maakte. De heer J. C. Soheepers, tenor, oek nit Rotterdam, beschikt over een sterk gelnid, maar scheen met de accoustiek van de zaal te worstelen waardoor bg soms te laag zong. Het koor had daar trouwens ook mee te kampen. De plaatsing van het koor werkte evenmin gunstig. Het was of men er te dicht op zat. Het geluid was daardoor soms te hard. Mevr. Baels-Mortelman uit Vlissingen, die de kleine sopraan-partjj vervulde, zag zioh beloond met «en dankbaar applaus en een bouquet. Jammer was het dat de uitvoering zoo ge rekt werd door de voorbereiding die de tafe reelen op het tooneel vereischten. Men moest roeien met de riemen die men had, en de uit den aard gebrekkige inrichting van het tooneel maakte het vlug veranderen der décors zeer moeiljjk. De toeschouwers waren er echter op voorbereid, en wachtten telkens be rustend op de voortzetting. Maar de totaal indruk leed er onder. De kostuums van de deelnemers aan de tableaux waren zeer fraai en ook de samenstelling der groepen, waaraan de heer A. Baels zjjn medewerking had ver leend, viel te prjjzen. We hebben de cantate het eerst vermeld omdat zjj het hoofdnummer was. De avond werd echter, na een inleidend woord van wel kom van den secretaris der feestcommissie den heer R. G. van Nieuwkuyk, geopend met 7u es Petrus, motet voor gemengd koor en orgel van Van Elewjjk. Daarna volgde een feestrede van den heer L. J. J. Hageraata uit Den Haag die een lofrede hield op den Paus en hem schetste als man van kunst en wetenschap, als staatsman en boven alles als priester. ■Hl

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1903 | | pagina 1