m
Vrijdag
20 Februari.
ae.?
ike.
1903.
aagd
5
lï
ierikzee.
OMS.
[ËÏTST
De belangrijke beslissing
inzake de drankwet.
Macht baart plicht.
BIT STASI EN PROVINCIE.
namid-
OLJRS,
oudeljjk
door de
nina, te
rMJ.
AD.
bestaat
OTHH-
blad.
laatst
goéd be
mannende
verlangd
reau van
MANS-
Molaa-
in een
bjj Mevr
te BIT-
|ingën der
op eene
reran aan
arl a.
ten flinke
CAMEB.
tracht.
1, uit den
flige een
H 90.
TERDAM
it.
Etlttrtai:
sterd.tjjd
8.15
8.15
8.15
8.15
zewone
jekon-
«trekken,
inroeping
de reizi-
egenheid,
5.55 nar
bereiken
'krikw:
in. 2.30
2.30
2.30
2.30
2.30
2.30
i. es
idellfk
ien tras
nar.
leren en
7.55,
|.25, 9.10,
SOTIE.
delbargi
n* m.
tm
I464 Jaargang,
Deae eoarant vereohjjnt d a g e 1 ij k s, mat uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Frjjv, per kwartaal, noowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franoo p.p., f 2.
A.fnonderlijke nummers kosten 5 eent.
THBRHOMBTBB KM VERWACHTING.
19 Febr. 8 n. vm. 35 gr., 12 n. 47 gr., av. 4 u. 48 gr. F. Verwacht: zwakke tot matige
Z. W. wind, bewolkte lucht, geringe toename in temperatuur.
AdvertentiënSO oent per rogol. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50; elke regel meer 20 eent. Beolamens 40 cent per regel,
Groote letters naai de plaats, die sjj innemen.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig nit Zeeland, betreSencrc
Handel, Njj verheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algeaesn Adv«rtenU«.fiar*nii
Ai M LA KAB Ann., M.S. Teerbargsnl 366, AnaitsrflaB.
MWdtfouro f9 Februari.
Naar aaaleiding van de jongste koninklijke
beslissing, waar bjj, in tegenstelling met vroe
ger^ opvattingen daaromtrent, de weduwe van
een vergunninghouder gereohtigd wordt den
verkoop van sterken drank in t klein voort te
eettess, schreven wjj j »Het is jammer, dat
reec^i veel weduwen in den lande het alacht-
ofeï zjjn geworden van eene andere opvatting,
waarop sa, nataurlgk, niet meer kan worden
ternggekomen."
Dit geeft de redaotie van de Utrechtsche
Courant aanleiding om, onder het bovenstaand
opschrift, het volgende op te merken
We kannen hét met de Middtüntrgtcht tot
owe spijt niet eens sjjn.
Dat er op de beslissingen, die anders heb
ben geluid, niet kan worden teruggekomen,
is e. i. een vrjj bedenkelijke uitspraak.
Het meegedeelde kon. besluit zegt duideljjk,
datdo beslissing vmn B. en W. van Utreoht
was in strjjd met de wet.
Nn een van beiden:
Ofwel B. en W. zullen zelf de andere be
slissingen, in strjjd met de wet genomen, in
trekken, en de vergunning aan de weduwen,
wien ze eerst was geweigerd, verleenen.
Ofwel, de beslissing bljjft, doch is nooit ge
rechtelijk uitvoerbaar b{j overtredingen.
Want het bekende Grondwetsartikel »de
wetten sjjn onschendbaar" geeft den rech
ter immers het middel aan de hand, om de
overtreding als niet-strafbaar te beschouwen.
t Geval is eehter een te méér, dat ons het
gemis aan administratieve rechtspraak doet
gevoelen.
Oase conclusie echter bljjft, dat de weduwen
wier vergunning niet is hernieuwd na den
dood des mans, bjj B. en W. moeten aanklop
pen om een aienw besluit. Wat dan ook al
deer enkelen gedaan is.
Er is eehter nog iets.
let bedeelde kon. besluit is niet duideljjk
ia de aan wjj zing van 't tjjdstip op hetwelk
de vergunning reeds moet sjjn verleend.
Genoemd wordt, in 't speciale geval dat be
handeld werd, 1 Mei 1881.
Daarnit hoorden we eonoludeerea, dat zjj,
die na 1 Mei 1881 vergunning kregen, van de
gunstige beslissing sjjn uitgesloten.
O. i. ten onrechte
Want later is het tjjdstip van 1 Mei 1181
verlengd tot 1 Vei 1901, voor alle beslissingen
welke met de uitvoering der Drankwet te
maken hadden.
Zoenls dan enk ia hst vernietigde besluit
van Ged. Staten bet tjjdstip van 1 Mei 1901
werd genoemd, aoo dient oek datzelfde tjjd-
stip te gelden bjj de gnnstige beslissing van
H, j|„ waar die voor anderen wordt in
geroepen.
Aan de weduwen dus, die mèt hun man op
1 Mei 1961 vergunning hadden, en wien
nit kracht der wet van 27 April 1901 na
den deed des mans de vergaaaiag is gewei-
zal de vergunning o. L wel degeljjk
moeten verleend worden.
Zou bovendien in vele gevallen geen
strjjd ontstaan met art. 26 der drankwet
wanneer nl. aan een localiteit de bestemming,
om voor den verkoop van sterken drank in
het klein te worden gebruikt, door eene daad
van den eigenaar of gebruiker is ontnomen?
Verder kan zich ook het geval voordoen dat
de weduwe eene andere woning heeft betrokken
en dan kan er ook geen sprake van wozen
haar voor een ander perceel dan het oorspron
kelijke, waarvoor geen vergunning was ver
leend, eene nieuwe vergunning te geven.
Art 26a verbiedt dat onzes inziens beslist.
Positief oneens zjjn wjj het echter met de
redactie van het Utreohtsohe blad, waar zjj
meent dat ook aan weduwen, die met haar
man op 1 Mei 1901 vergunning hadden, en
wien na diens dood de vergunning iB geweigerd,
deze vergunning zal moeten worden verleend.
Wjj meenen dat uit de overwegingen van
het kon. besluit van 29 Jan. jl. wel degeljjk
iB af te leiden dat de gunstige beslissing alleen
slaat op haar die op 1 Mei 1881 het bedrjjf,
hier bedoeld, uitoefenden.
Uitdrukkelijk tooh wordt in dat besluit
overwogen dat onder de in 1881 geldende
patentwet de gehuwde vrouw geen patent
noodig had, ter uitoefening van het bedrjjf
waarvoor de man was gepatenteerd.
De redaotie van de Utrechtsche Courant be
hoeft waarl|k geen ipjjt te gevoelen dat zji
hot niet mot ons eens is.
W| ■ouden ons zelfs verbengen wanneer
bare opvatting boven da onze ging en de
gelegenheid bestond om tal van porsonen ta
doon doolan ia de voordeelen van de nu ge
vallon beslissing.
Maar w« bljfvea er bjj dat bet in zeer vele
gevallen hoogst mooiljjk, zoo niet onmogeljjk,
aal a|a om op tone eons gtaomea beslissing
torng to komtn.
De weduwen, van wio hier sprake i», zullen
meereadeelt óf haar zaak hebben verkocht óf
aan de localiteit, waarvoor vergunning was ver
leend, eene andere bestemming hebben gegeven.
In hoever dé belanghebbende dan nog het
reèbt hoeft op nieuw vergunning aan te vragen
of do termjja daarvoor al of niet is verstreken
of ajj daarbjj nogmaals zich beroepen kan op
hot vroegere recht van knar overleden man,
tjjn o. i. nog open vragen.
Wie in de laatste jaren opmerkzaam en
met vreugde de ontwikkeling van de vakbe
weging in ons land heeft waargenomen, zal
door de gebeurtenissen van de laatste weken
missohien een oogenblik zjjn gesohokt en op
geschrikt, maar zal ten slotte dankbaar er
kennen, dat de groote kraohten van dezen
tjjd zich doen gelden en een einde maken aan
langdurige eenzjjdige afhankelijkheid.
Toch ontbreekt het niet aan zorgwekkende
verschijnselen, die ook door de voormannen
van de vakbeweging wel eens ernstig mogen
worden bestudeerd.
Men heeft nu lang genoeg de vakvereeni-
ging voorgestaan uitsluitend als een strijd
organisatie tegen kapitalisten, als een middel
om zelfstandigheid te verwerven, dikwjjls op de
overmacht en den overmoed van den patroon,
die als een natuurljjke vjjand werd beschouwd.
De sociaal-democraat, met zgn leer van den
klassenstrijd, had in de organisatie der vak-
vereenigingen groot succes. Het eerste doel
ging tegen den kapitalisthier loonsverhoo-
ging, daar vermindering van arbeidsduur,
ginds medezeggenschap in het vaststellen der
arbeidsvoorwaarden.
Dat ook gemeenschappelijke belangen aan
wezig zgn en beide partgen bjj den bloei van
de verschillende bedrjjven groot belang hebben,
werd niet opgemerkt of met voordacht weg
geschoven. Elke tekortkoming in levens
voorwaarden van de werklieden heette de
sohuld van den uithuitenden patroon. Ge
brekkige vakkennis, zorgeloosheid, soms
verkwisting, bestonden niet meer als oorzaken
van een ongelukkig lot; slechts de kapitalist
was de schuld, zgn rjjkdom was het gevolg
van de armoede van den medewerker, zgn
vooruitgang was te danken aan de verdrukking
en vertrapping van duizenden.
Dat denkbeeld kreeg verbazend groote po
polariteit en zal, verbreid als het is, de ver
hefing en ontwikkeling jaren lang in den
weg staan.
Niomand ontkent dat de arbeiders, indien
zjj in de samenleving de plaats zullon innemen,
die hun toekomt krachtens hunne waarde voor
de maatschappelijke voortbrenging, door eens
gezindheid en onderlinge lotsverbinding die
plaats moeten bereiken. Maar zeer zou men
miskennen de solidariteit, die ook nog al tjjd
bestaat en kan bestaan tusscken de verschil
lende maatschappelijke klassen, wanneer men
meende zonder de sympathie en de medewer
king van deze den langen weg ia een afzien
baar tjjdperk te kunnen afleggen.
Die medewerking van andere maatsohappo-
ljjko klassen wordt door de aanhoudende pre
diking van klassenstrijd, zonder ooit de ge
meensohappeljjke belangen in het oog te vatten
in de waagschaal gesteld.
Vóór kort nog kon men lezen, hoegoedwil
lende patroons, die tot de overtuiging zjjn
gekomen dat aan de vertrouwensmannen van
hun personeel voortdurend invloed moet worden
toegekend in de leiding der zaken, die veel
nuttige instellingen voor het levensgenot zoo
wel als de ontwikkeling van de arbeiders in
het leven hebben geroepen, worden teleurge
steld door den onwil der werklieden om ook
hunnerzijds een geest van medewerking te
betooaen.
Het gevolg wordt, dat bereidwillig uitge
stoken banden worden teruggehoudendat de
afstand tusschen ondernemers en werklieden
Wordt vergroot dat de mannen van den
klassenstrijd misschien kunnen juichen, maar
dat de verdere verheffing van de arbeiders
klasse jarenlang teruggeschoven wordt.
Het is te wenschen, dat de leiders van onze
vakbeweging hunne groote verantwoordelijk
heid gevoelen voor het welzjjn van duizenden
gezinnen en niet in een eindelooze reeks van
stakingen de rdstige ontwikkeling van onze
arbeidsverhoudingen onmogelijk maken. Deze
mannen, die toch ook wel iets meer te zien
krjjgen van de voorwaarden waaronder de ver
schillende bedrjjveu worden uitgeoefend, die
nen te bedenken, dat er een grens is aan alle
eisêhen, en dat bjj overschrijding daarvan,
zonder vermeerdering van kennis en ontwik
keling bjj de werklieden en bjj de ondernemers,
ten slotte op hen zelf later de druk terug valt,
wanneer ongunstige toestanden in de ver-
scüillende vakken intreden.
Bovendien: laten de vakvereenigingen nu
gaandeweg begrjjpen, dat zjj nog voor iets
anders in de wereld zjjn, dan om strjjd te
voeren met de patroons, waar op menig gebied
in eigen kring, vooral door de waarde van den
arbeid zelf te verhoogen, nog zeer veel te doen
overbljjft.
Dat wordt in het gewoel en rumoer dezer
dagen te veel vergeten. Het gaat er niet uit
sluitend om, de wederzjjdsche kracht van de
werklieden en de patroons te meten, ofschoon
het is toe te juiohen, dat de machtsverhouding
een andere wordt. Het gaat er thans evengoed
om, gezamenljjk elkander in elk bedrjjf te
steunen, opdat de inkomsten, die tusschen
arbeiders en werkgevers zgn te doelen, zoo
ruim mogeljjk zjjn.
In plaats van de onophoudelijke verscher
ping van al hetgeen in de belangen van de
samenwerkende factoren der produotie tegen
strijdig is, dient thans meer op den voorgrond
te komen wat de geljjkmachtige grootheden,
vakvereenigingen en ondernemer, kunnen doen
om aan hun gemeenschappeljjken arbeid groo-
tere waarde te geven.
Moge men met nog zooveel geestdrift roemen
over de geweldige kraoht, die het geheele
raderwerk doet stilstaan; weldadiger is de
macht, die allen aan den gang houdt, en het
raderwerk vlugger en beter doet loopen dan
tot nu toe.
Ook op dit gebied ligt een deel derverant
woordelijkheid van de nienwe, groote maat-
Bchappeljjke kraohten. Het is te wenschen,
dat zjj die taak begrjjpen. Zjj hebben de
macht getoond laten zjj thans ook den hoogen
plicht, dien deze macht medebrengt, vervullen,
V. D.
wordenzjj zal even sterk blijven als zjj was
en nog is.
Zjj verzoeken tevens de daarbjj aangeslote
nen zioh te wachten voor override stappen.
In een manifest waarschuwt het bestuur
der Amsterdamsche afdeeling van de Neder-
landsche vereeniging van spoorwegpertoneel tegen
toetreding tot de nieuwe organisatiën, aange
zien de leiders daarvan zich vroeger te voor
naam achtten om hun hulp te verleenen tot
het oprichten der vereeniging en nu pogen
een sterke vereeniging af te breken.
PERSOONLIJKE CONSIDERATIE#.
Nu de Pensioen- en Bevorderingswetten dan
eindeljjk zullen gaan werken, zal wel spoedig
a. de zoo lang uitgestelde voorziening in
het commandement der derde militaire afdeeling
volgen. Het is een publiek geheim, dat de
promotie in de hoogere rangen is tegengehouden
doordat men met zeker hooggeplaatst non-actief
officier, lid van een hoog staatscollege, in zgn
maag zat. Deze mocht tot geen prjjs gepasseerd
worden, terwjjl pensionneering ook al niet
ging, overmits hg door de nieuwe wet in
betere conditie geraakt dan wanneer hg onder
vigueur der oude bepalingen zou zgn op
pensioen gesteld.
Het wachten was op hem. Spoedig komt nu
echter ook dit zaakje «voor mekaar» en kan
de lang verbeide generaalsbenoeming voor een
tweetal uitnemende kolonels ras volgen. O,
die persoonlijke consideraties(Arnh CrL)
BEKOEIUllUEll BW».
Bg kon. besluit;
is benoemd tot adjunct-commies ter Alge-
meene Landsdrukkerg J. F. C. Behre, thans
lste klerk bg die inrichting
is benoemd tot ontvanger der registratie en
domeinen te Zalt-Bommel L. Offerhaus, thans
in gelgke betrekking te Goor.
In verband met artikel 9 zesde lid der
Woningwet heeft de minister van binnen'
landsche zaken een model vastgesteld voor de
aangiften van verhuurders van woningen, welke
drie of minder ter bewoning bestemde ver
trekken bevatten.
DB STAKING.
Prof. mr G. A. van Hamel te Amsterdam,
noemt in het Sociaal Weekblad de staking van
het spoorwegpersoneel een onrechtmatige. Zg
was niet een colleotieve dienstopzegging, maar
eenvoudig een collectieve dienstweige
ring door hen die het recht tot die wei
gering niet hadden. In zoover stond de zaak
ook voor de beëedigden en de niet-beëedigden
volmaakt geljjk, zoo sohrgft hg. Sommigen wor
den beëedigd, omdat zg moeten kunnen verbali
seeren en het Wetboek van Strafvordering
daarvoor een ambtseed verlangt. Voor anderen,
niet tot verbaliseeren geroepen, bljjft de eed
achterwege. Maar dat doet nn tot de zaak
niet af. Ieder die een dienst onder rechtsband
aanvaardt, met plechtige belofte of niet, moet
in dien dienst zgn plichten vervullen. Doet
hg dat niet, dan schendt hg zgn plicht, dan
begaat hg o n r e c h t.
Aoht ik daarmee deze staking beoordeeld en
geoordeeld Allerminst. Maar voor een juiste
beoordeeling moet men beginnen een zuiveren
kgk te hebben. Deze staking nu was
niet een daad van recht, maar een
daad van macht. Zg was niet een
daad van vrede, maar een daad
van strgd, van oorlog.
Van znlk een machtsdaad, van zulk een
oorlogsdaad binnen de eigen grenzen, moeten
nn de diepere oorzaken worden gezochtsociale
oorzaken zgn er en psychologische zgn er,
Doer kennis daarvan kome men dan tot keering,
Want dat zoo iets geen tweede keer gebeuren
mag, is duidelgk.
In versohillende stukken verklaren Petter
en Oudegeest, de leiders der jongste staking
van het spoorwegpersoneel, dat men dit wil
zeggen dat personeel en het publiek zich
niet van de wgs moet laten brengen door
allerlei beriohten over nieuwe bonden, die men
bezig is op te riohten.
Zg berusten veelal op verwachtingen meer
dan op feitenen zg die zich bg zulke nieuwe
vereenigingen aansluiten zgn personen van
wie geen kracht kan uitgaan.
De organisatie van hen, die de jongste sta
king in handen hadden, zal niet gebroken
graaf, en voor den Annavosdgk-pölier de hoor
Polderman, ontvanger-griffier.
i»
Te IJzendgke was jl. Maandag een
Maandaghouder al zeer ongelukkig.
Dob avonds omstreeks tien uren kwam hg
in de woning van den gemeente-veldwachter,
viel zoo lang hg was in den gang, stond op
en vroege om een borrel. De veldwachter was
niet, te huis, anders nad hg zeer waarschgnlgk
wel vrg logies ontvangen. Van daar ging de
man naar een paar herbergen, maar kon daar
ook niets meer krggen.
Omstreeks elf uur kwam bg iemand tegen
en vroeg hem of hg niet wist of die en die
herbergen nog open waren. Het bleek hem
dat hg den burgemeester aansprak, die hem
een proces-verbaal beloofde en hem aanraadde,
daar hg wel eens vroeger het beroep van hard-
looper uitgeoefend had, om zoo hardmogelgk
naar huis te loopen. Hg voldeed daaraan en
liep enkele schreden verder in de ariuen van
den veldwachter, die hem verder naar huis
bracht.
Men moet maar ongelukkig zgn.
Men doet ons de vraag of de stiohtisg
van een Sanatorium voor longlgders te Dom
burg al of niet het bezoek aan de badplaats
benadeelen zal.
Op die vraag kunnen wg moeilgk een ant
woord geven. Dit kan alleen blgken als zulk
eene inrichting er is.
De kwestie in hoever op den gezondheids'
toestand van eene gemeente een dergelgke
inrichting van nadeeligen invloed zgn kan, is
ook bg de oprichting van zulke Sanatoria, o. a.
dat te Oranje Nassauoord, meermalen besproken
Deskundigen ontkenden dat daardoor de ge
zondheid van de inwoners zou kunnen ljjden
Veel hangt eehter m deze af van de plaats
waar znlk eene inrichting wordt gezet.
Wg willen hierbg even herinneren dat
vroeger van andere zgde ook sprake is ge
weest van de vestiging van een dergelgk
sanatorium in Dantbnrg.
Daartoe namen deskundige personen op dit
gebied het initiatief.
Het groote bezwaar was destgds dat men
geen geschikt terrein kon aanbieden.
Dinsdag werd, naar de Crt meldt, van
Middelburg naar de gevangenis te Goes over
gebracht de 23-jarige F. J. J., uit die gemeente,
die nog straf moest ondergaan. Bg de gevan
genis aangekomen, bleek dat ar geen plaats
meer voor hem was, zoodat hg weer naar
Middelburg moest worden teruggebracht.
Rest de vraag of men niet had kunnen
informeeren vóór men J. naar Goes vervoerde
De gemengde zangvereeniging Polyhymnia
te Zie rik zee, welker leden alle tot den
onderwgzersstand behooren, gaf Woensdag
avond haar eerste openbare uitvoering.
Vóór den aanvang deelde een der leden
mede dat de opbrengst geheel ten goede komt
aan het herstellingsoord te Lunteren.
De uitvoering is zoo sohrgft men ons
uitnemend geslaagd. Op verdienstelgke wgze
werden de zestien nommers van het program
ten gehoore gebracht, terwgl voor afwisseling
goed zorg was gedragen.
De goed bezette zaal was 't bewgs, dat
Polyhymnia zioh kon verheugen in de gym
pathie van vele stadgenooten.
Een woord van lot aan den directeur, den
heer J. H. Letzer, die in zoo'n korten tgd
reeds zulk schoon resultaat wist te bereiken l
Tot vertegenwoordigers in den
van het calamitense waterschap Siavenisse en
den calamiteusen Oud KempenshoJ stede-polio
zgn door ingelanden benoemdvoor den Bree
denvliet-polior de heer A. J. Biersns Jr., djjk
HET PAVSFBBST TE VLISSINGEN.
Het badhotel te Vlissingen is uit zgn kalme
winterrust wakker gezongen. De katholieken
van Vlissingen, en met hen die van Middelburg!
hebben er Woensdagavond het zilveren Paus-
feest van Leo XIII gevierd. De zaal had er
een heele verandering voor ondergaan met het
oog op het hoofdnummer van den avond, de
oantate De kerk der Nederlanden en het Paus
schap. Aan de zgde van de vestibule, dus achter
de toeschouwers, was een deel van de zaal
ingenomen door een estrade voor bet koor, en
van het orkest had men een tooneel gemaakt,
waarop de levende beeldengroepen werden
vertoond die verschillende gedeelten van de
oantate toelichtten.
Deze oantate, die oorspronkelgk vervaardigd
werd voor het gouden priesterjubileum van
den Paus, is indertgd ook te Middelburg op
gevoerd. De sohrgver, prof. J. A. de Rgk van
het seminarie Hageveld, heeft in een reeks
tafereelen versohillende gebeurtenissen ge
schetst uit de geschiedenis van de katholieke
kerk in ons land: de legende van Ursula en
Gunera, de prediking van Willebrord, Paus
Adriaan, den beeldenstorm, de martelaars van
Gorknm, het verval der kerk in de 17e en 18e
eeuw en het herstel. Telkens werd onder het
zingen van ieder tafereel een groep vertoond.
De muziek is Van pastoor Lans van Sohiedam
•n bevat veel mooie gedeelten. Er was ook
zeer veel zorg besteed aan de uitvoering,
waarvoor zich een koor had gevormd van een
120-tal dames, hoeren en jongens uit Vlissingen.
Wanneer men in aanmerking neemi dat men
hier te doen had met een geïmproviseerd koor
met veel ongeoefende zangers en zangeressen,
dan verdient de direoteur, de heer André
Gejjsen uit Vlissingen, ongetwijfeld een woord
van lof voor hetgeen hg tot stand bracht. Het
mannenkoor in het hjjzonder ontwikkelde vaak
een mooien beschaafden klank. In dat opzicht
moesten de damesstemmen voor hen onderdoen.
Van de solisten zjj in de eerste plaats ge
noemd de keer F. Meerman? nit Rotterdam,
die met zjjn fraaie baryton en goede voordracht
veel indrak maakte. De heer J. C. Soheepers,
tenor, oek nit Rotterdam, beschikt over een
sterk gelnid, maar scheen met de accoustiek
van de zaal te worstelen waardoor bg soms
te laag zong. Het koor had daar trouwens
ook mee te kampen. De plaatsing van het
koor werkte evenmin gunstig. Het was of men
er te dicht op zat. Het geluid was daardoor
soms te hard.
Mevr. Baels-Mortelman uit Vlissingen, die
de kleine sopraan-partjj vervulde, zag zioh
beloond met «en dankbaar applaus en een
bouquet.
Jammer was het dat de uitvoering zoo ge
rekt werd door de voorbereiding die de tafe
reelen op het tooneel vereischten. Men moest
roeien met de riemen die men had, en de uit
den aard gebrekkige inrichting van het
tooneel maakte het vlug veranderen der décors
zeer moeiljjk. De toeschouwers waren er
echter op voorbereid, en wachtten telkens be
rustend op de voortzetting. Maar de totaal
indruk leed er onder. De kostuums van de
deelnemers aan de tableaux waren zeer fraai
en ook de samenstelling der groepen, waaraan
de heer A. Baels zjjn medewerking had ver
leend, viel te prjjzen.
We hebben de cantate het eerst vermeld
omdat zjj het hoofdnummer was. De avond
werd echter, na een inleidend woord van wel
kom van den secretaris der feestcommissie den
heer R. G. van Nieuwkuyk, geopend met 7u
es Petrus, motet voor gemengd koor en orgel
van Van Elewjjk. Daarna volgde een feestrede
van den heer L. J. J. Hageraata uit Den Haag
die een lofrede hield op den Paus en hem
schetste als man van kunst en wetenschap,
als staatsman en boven alles als priester.
■Hl