MIDDELBURGSCHE COURANT.
N°. 260 145° Jaargang, 1002.
Dinsdag k A 4 November.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. A BffigSf Advertentjên20 cent por regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., f2. ML-jgBP* Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50; elke regel meer 20 cent. Eeclamens 40 cent per regeL
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Groote letters naar de plaats, die zij innemen.
THERMOMETER EN VERWACHTING. Tot «je piaat8iflg van advertentiën en reclames, niet afkomstig nit Zeeland, betreffende
3 Nov. 8 u. vm. 45 gr., 12 u. 50 gr., av. 4 n. 49 gr. F. Vervracht: zwakke wind, Handel, Ngverheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Advertenitie-SSurewo
licht bewolkte lucht. a. BE LA BfAR Ann., N.S. Voorburgwal 366, Amsterdam.
Middelburg 3 November.
DB HEER TALMA EN 3>E OORLOG.
Na eene, in de vorige week te 's Gravenhage
gehouden huishoudelijke vergadering van de
Nationale Christen-officieren-Vereeniging trad de
heer dr A. S. Talma, lid der Tweede kamer
in een ook voor genoodigden toegankelijke bjj-
eenkomat als spreker op met een referaat over
de vraag: »In hoever het leger en de oorlog
in overeenstemming kunnen zgn met de Christe-
ljjke beginselen".
Spreker betreurde, dat hg, die niet midden
in het militaire leven staat, slechts theoreti
sche beschouwing zou kunnen geven. Hg meent
dat er een oorlog is, die wel, en een, die niet
in overeenstemming is met de christeljjke be
ginselen en evenzoo is het met de legervorming.
Spreker behandelde allereerst de vraag: Is
oorlogvoering voor een christenvolk gerecht
vaardigd
Men heeft den oorlog verdedigd op ecsno-
mische gronden. Spreker bestrjjdt dit argu
ment, omdat het voeren van een oorlog zuiver
onproductief is. De oorlog is inteeendeel een
last, gelegd op het volk. Men moet het be
treuren, dat de kundige mannen, die aan het
hoofd van een leger staan, zich moeten geven
voor zulk een inproductieven arbeid.
Spreker bestreed ook de meening, dat de
oorlog het geestelijk leven kunsten en
wetenschappen zou doen opleven.
Volgens sprekers meening is oorlog een van
de meest krachtige, duideljjk sprekendste open
baringen van de macht, die de zonde in de
wereld uitoefent.
Wat is het doel van den oorlog? Een oor
log, als aanleiding van eerzucht van een
staatsman, is zeker misdadig; evenals een
oorlog, ontstaan door winzucht en zelfzucht,
ten koste van de onafhankelijkheid van een
ander volk.
Oorlogen, gevoerd met deze doeleinden, kan
men dan ook niet goedkeuren.
Het eenige gerechtvaardige doel van een
oorlog is volgens sprekers innige overtuiging
»de handhaving van het volksleven legen den
buitenlandschen en tegen den binnenlandschen
vgand." Spreker erkent, dat er menschen zgn,
die de handhaving door geweld van ons volks
leven in strjjd achten met de Christelijke be
ginselen.
Er zgn mannen, die voortdurend geld willen
geven voor het leger, om dit laatste te ge
bruiken bjj wgze van politie, tot handhaving
dus van de binnenlandsche rust. Ook spreker
kan dit a priori niet afkeuren, maar alleen dan
wanneer de geschillen van dien aard zgn, dat
er een burgeroorlog kan ontstaan, m. a. w.,
dat er werkeljjk sprake is van een strooming
in bet land, die met geweld optreedt om het
volksleven aan te tasten. En wat de koloniale
oorlogen betreft, spreker acht deze alleen te
rechtvaardigen op dezen grond, dat zjj ons in
staat moeten stellen om de verplichtingen, welke
wjj tegenover die volken in de koloniën op
ons nemen, krachtig uit te voeren.
Breedvoerig verdedigde spreker voorts de
motieven die kunnen gelden voor het voeren
van een oorlog, o. a. het motief van het recht,
wat een christeljjk motief is. Maar wat in
strjjd is met christeljjke beginselen, dat is
De Gobelins en de nieuwe
schilderijen in 't gebouw
der Staten.
Wanneer de leden der Provinciale Staten
van dit gewest Dinsdag weer bijeenkomen,
kunnen zjj hun oogen den kost geven. Hun
vergaderlokalen in de Abdjj-gebouwen, die door
de restauratie in den ouden stjjl reeds zoo
interessant waren geworden, zgn dat nu nog
meer door de. prachtige wandversieringen. Ze
zjjn >aangekleed", ten deele door wederopban-
ging der gobelins, ten deele door een viertal
enorme schilderstukken van Ferdinand Bol
(1616-1680).
Er zgn thans zeven gobelins, allen oorspron
kelijk op last derAdmiraliteit van Zeeland in het
laatst der 16e eeuw vervaardigd in de fabriek
van Jan de Maeght te Middelburg, ter versie
ring van baar lokalen.
Vier ervan waren ook vóór de restauratie in
het gebouw aanwezig, doch hebben intusschen
een deskundige behandeling ondergaan. Ze
zjjn naar Parjjs geweest om daar te worden
gerestaureerdgroote gaten, die er in den loop
der tjjden in waren gekomen, zgn gemaakt,
heele stukken "zgn weer bggewerkt, zóó fraai
dat men het verschil slechts bg zeer scherp
toekijken en zeer helder licht kan zien.
dat in een oorlog het eene volk het andere
zou vernietigen.
Wat Engeland deed met Transvaal was dan
ook onchristelijk en een beleediging van de
menachelgkheid. En spreker zou dan ook een
tusschenkomst van een volk met het zwaard,
gerechtvaardigd hebben geacht.
Ten slotte sprak de heer Talma over het leger.
Het is zgn bepaalde meening, dat het leger
zooveel mogeljjk moet zgn het gewapende
volk.
Het militaire leger uit christelgk oogpunt)
houdt spreker voor een hoogst gevaarljjk ele
ment in het volksleven, waarmede hg niet
wilde zeggen dat iemand, die volkomen mili
tair is, niet tegelgk een goed Christen zou
kunnen zgn. Maar het eigenlgke militaire
leger, dat dus aan militaire eischen voldoet,
acht spreker niet alleen niot bevorderlijk maar
zeer schadelijk voor de zedeljjke belangen van
het volk. Voorts verwierp spreker het argu
ment, dat een militair leger het voordeel biedt
van een mobiel leger te zgn.
Spreker voorzag, dat wjj nooit met de men
schen in onze koloniën in Atjeh op
goeden voet zullen komen, zoolang wjj onze
eigen zonen niet voor den strjjd afstaan.
Het kazerneleven achtte spr. zeer schadeljjk
voor het zedelgk leven onzer mindere militai
ren. Men kan daaraan niet tegemoet komen
door verbetering van de kazerne toestanden.
Het systeem deugt niet.
Resumeerende, meende spreker uiteen gezet
te hebben dat een oorlog krachtens zgn doel
en zgn motieven in overeenstemming kan zgn
met de christelijke beginselen.
Wanneer wg den weg opgaan van ons volk
te willen maken een gewapend volk, dan zal
naar sprekers overtuiging vanzelf de vraag
wegvallen in hoeverre het leger en de oorlog
jn overeenstemming zgn met de christelijke
beginselen.
Bg bet debat werd door verschillende spre
kers, o.a. het Kamerlid Dnymaer van Twist,
het kazerneleven verdedigd. Deze laatste
noemde als gerechtvaardigde motieven voor
het voeren van een oorlog naast die van recht
en trouw, door de heer Talma genoemd,ook vader
landsliefde. Deze spreker gaf den heer Talma de
verzekering, dat in het leger meerderen ge
vonden worden die het volksleger voorstaan.
De heer Talma antwoordde, dat hg bleef hand
haven zgn meening dat de kazernes niet te
verbeteren zgn en gaf den heer Van Twist te
kennen, dat hg met opzet vermeden had te
spreken van vaderlandsliefde, omdat hg beter
acht te spreken trouw aan het vaderland".
Die trouw aan het vaderland, hg erkende
dit en meende dit ook in zgn rede te hebben-
uiteengezet, kan een motief zgn en geoorloofd
voor het voeren van een oorlog.
Al klinkt het door den heer Talma nu ge
sprokene in vele opzichten anders dan het
geen door hem indertjjd in de Tweede kamer
is gezegd, op zulk een verslag alleen het
Vad. gaf het willen wg niet afgaan om een
oordeel uit te spreken.
Zou het daarom niet goed zgn, dat de rede,
door hem gehouden, in druk verse heen
Men kan dan juister oordeelen.
En wellicht is er dan aanleiding om terug
De andere drie waren reeds langen tjjd af
genomen en opgeborgen, waren later naar
Amsterdam verzeild geraakt, en vertoefden daar
in het Rijksmuseum Maar nu hangen ze weer
op de plaats waar ze wezen moeten.
Zooals bekend is, stellen de meesten zeeslagen
voor, een bijzonderheid, want gobelins met
schepen zgn zeldzaam.
Aan den grooten wand van de statenzaal
hangen de drie grootsten. Links hangt de
afbeelding van den slag bjj Bergen op Zoom
(31 Januari 1874, onder Romers en Boisot).
Dan volgt achter den zetel van den voorzitter
de slag bg Lillo, waar door de Zeeuwen een
overwinning werd bevochten op 23 Spaansche
oorlogsschepen, en rechts hangt de zeeslag op
't Sloe, waarop men de kust van Walcheren
met Veere en het fort Rammekens ziet. De
kleuren van het middenstuk zgn veel helder
der dan die der beide andere, waarschijnlijk
een gevolg ervan, dat het zoo langen tjjd op
geborgen bleef en dus niet aan het licht was
blootgesteld.
Het schoorsteenstuk aan den wand bg den
ingang geeft het portret van Willem den Zwjj-
ger te zien, met het wapen van Zeeland en
die van verschillende steden uit deze provincie
eromheen.
Daarnaast hangt de afbeelding van 't z.g.
admiraalschip, een gobelin dat één geheel
vormt met een ander, waarvoor echter geen
plaats was in deze zaal, zoodat het met het
te komen op een vroeger tegenover hem uit
gesproken meening.
ONDERSCHEID HAKEN.
Wg maakten onlangs melding van het schrij
ven van Gedeputeerde Stalen van Friesland
aan de gemeentebesturen van Friesland, waarin
zjj wezen op het gevaar, waaraan onderwijzers,
die als agent van een of andere maatschappij
wenschen op te treden, zich blootstellen, daar
nu in hoogste instantie is uitgemaakt, dat het
agentschap eener dergelijke maatschappij een
bediening is volgens artikel 35 en 36 der wet
op het lager onderwjjs, waarvoor dus vrijstel
ling moet worden gevraagd, terwijl Gedep.
Staten het bekleeden dier bediening in strjjd
achten met den goeden gang van het onderwgs.
Naar aanleiding daarvan schreef de Am-
hemsche Ct het volgende
De Regeering schgnt in dezen verschil te
maken tusschen slager" en smiddelbaar"
onderwgs, want tal van leeraren bg het laatst
genoemde onderwgs zgn agent, hoofdagent,
adviseur enz. bg levensverzekering-maatschap
pijen en tot dusver werd nog niet vernomen
dat het bekleeden dier betrekkingen »den
goeden gang van het onderwgs schaadt."
Het geldt hier dus weer sde kleine luyden"
de onderwijzers, die, door hun'schraal frak-
tementje gedrongen, nog probeeren er iets bjj
te verdienen, door verzekeringen af te sluiten
onder de kleinere burgerij, wat zeker op zich
zelf een verblijdend verschijnsel is. Wg zeggen
skleinere burgerjj", want de groote posteni
daarvoor zorgen wel de hoofdagenten als
leeraren bjj het hooger en middelbaar onder
wgs, ambtenaren van en bg de justitie (de
hoogere ambtenaren wel te verstaan), officie
ren enz.
Dit geval doet denken aan hetgeen vóór
een paar jaren geschiedde:
Een klerk ter griffie van een rechtbank trad
op als agent eener Levensverzekering-maat
schappij, wat hem kwaljjb genomen werd. Hjj,
in dienst der justitie, ofschoon geen Rijks
ambtenaar, moest oen dergeljjke betrekking
niet bekleeden, die aan rijksveldwachters zelfs
verboden is. En de officier van justitie bg die
zelfde rechtbank was hoofdagent eener der
gelijke Maatschappij, waarop nooit eenige aan
merking gemaakt werd van hooger hand. De
»kleine luyden" vonden dit wel onbillijk, maar
daaraan stoorde men zich niet.
Jtar mr J. W. H. RUTGERS VAN
ROZBNRURG,
van wiens overigden te Amsterdam wg de
vorige week reeds melding maakten, was op
20 Augustus 1830 te Amsterdam geboren en
begon zgn loopbaan in 1854 als advocaat in
zjjne geboorteplaats. Na korten tgd in Indië
te hebben vertoefd, werd hjj secretaris (later
directeur-secretaris) van de Amsterdamsche
Kanaal-maatschappij.
In 1869 werd hg in het kiesdistrict Haarlem
mermeer tot lid der Tweede Kamer gekozen.
Bg de verkiezing in 1875 leed hg m dat district
de nederlaag, doch twee jaar later vaardigde
het kiesdistrict Amsterdam hem af. Met een
paar tusschenpoozen bleef bg tot het jaar 1897
in de Tweede Kamer zitting houden. Toen
legde hg zgn mandaat neer, om in datzelfde
jaar door de Staten van Noord-Holland te
worden afgevaardigd naar de Eerste kamer.
De overledene was een eigenaardig persoon,
van wien men niet kon zeggen dat hg met
zevende gobelin is gehangen in de voorkamer
die leidt naar een van de sectiekamers boven.
Misschien dat de nadere inrichting en op
siering dezer kamer nog wjjziging brengt in
de plaatsing der gobelins, maar er is nu reeds
door verkregen, dat de lokalen een warm en
deftig uiterljjk hebben gekregen, een groot
verschil vergeleken met de kale muren. Vooral
de Statenzaal ziet er voornaam uit.
Den grootsten indruk maakten echter op
ons de vier kolossale doeken van Ferdinand
Bol, welke zgn aangebracht in de beide sectie
kamers, die boven de vergaderzaal zgn gelegen.
Ze zgn oorspronkelijk geschilderd als wand
versieringen voor een heerenhuis te Utrecht,
en zjjn voor eenigen tgd door de bezitters, de
familie Rooyaards, geschonken aan het rjjk. Ze
vertoefden in het Rijksmuseum, doch konden
daar door hun groote afmetingen geen geschikte
plaats krjjgen, zoodat ze geborgen waren in
den doorgang van het hoofdgebouw naar het
fragmentengebouw, waar bjjna niemand ze zag.
De minister van binnenlandsche zaken, dr
A. Kuyper, heeft verlof gegeven ze hier op,
te hangen, en alle hulde dient zeker te
worden gebracht voor dit besluit. Het heeit
nu reeds langen tgd geduurd dat uit alle
deelen van ons land de producten van onze
oude kunst werden samengetrokken in een
enkel centrum in Amsterdamen het gevolg
was dat men daar een waar magazijn van
zgn tgd meeging. Trouwens hjj stak dit niet
onder stoelen en banken.
In de Tweede Kamer kon hg zeldzaam scherp
voor den dag komen tegen de aanhangers van
anti-liberale partgen, maar hg spaarde ook
anderen niet. Men vergeleek hem, om de
scherpte en het aanhoudende van zjjn critiek
te kenschetsen, wel eens bg een knaagdier.
Menig geestig woord werd daarbjj ook uit zgn
mond vernomen.
Toen de radicale partjj meer naar voren
kwam, was Rutgers een der vurigste bestrgders
en de sociaal-democratische voormannen hebben
oök menig heftig woord van hem te hooren
gekregen.
Yan hem is ook de uitdrukking »stemvee",
toen hg sprak over den uitslag van sommige
verkiezingen, een uitdrukking waarvoor hg nog
eens te Amsterdam last heeft gehad door een
relletje voor zgn huis.
De heer Rutgers heeft altjjd met grooten
jjver gepleit voor Amsterdam, en het is aan
hem te danken dat van het kanaal van Am
sterdam tot nabjj Utrecht, dat tot zgn zeer
grooten spjjt in de plaats kwam van het kanaal
door de Hollandsche Vallei, nog wat beters
terecht is gekomen dan eerst was aangenomen.
VERHOOGING YAN DEN ACCIJNS
OP GEDISTILLEERD.
Het dageljjksch bestuur der vereeniging
Vergunning te Amsterdam heeft zich met een
adres gewend tot de Tweede Kamer ter zake
van het voornemen van den minister van
financiën om den accjjns op het gedistilleerd
van 63 op 70 per hectoliter te verhoogen.
O. a. wordt aangevoerd dat een verhooging
van 7 per hectoliter, dus van 7 cent per
liter gedistilleerd, beteekent een verzwaring
van lasten voor den verkoop van sterken drank
in het kleindat immerB die zeven cent per
liter niet bg den verkoop per glas berekend
kunnen worden en dus de reeds langs alle
kanten zoo zwaar gedrukte vergunninghouders
opnieuw een offer zullen moeten brengen, dat
hun geheel onmogelijk is.
Een verhooging van accjjns zal daarom slechts
den verkoop van sterken drank van mindere
en schadeljjke qualiteit, zelfs van brandspiri
tus zooals nu reeds geschiedt, in de hand
werken, terwjjl het juist in de bedoeling van
den wetgever moest liggen het te verkoopen
gedistilleerd zoo zuiver mogeljjk te houden,
waardoor de slechte gevolgen van het drank
misbruik tot een minimum beperkt zouden
worden.
Ten slotte willen adressanten nog zeggen
dat alle strjjd van den staat tegen drankmis
bruik belachelijk zal zgn, zoolang de wetgever
zal voortgaan de inkomsten van den staat al
meer en meer afhankeljjk te stellen van dit
drankmisbruik.
BKA OJEMXN GEI ÏSBÏ2L
Bjj kon. besluit is aan den ontv. der dir.
bel. enz. J. A. Beusen, te Boxmeer c. a., op
zgn verzoek, eervol ontslag uit 's Rjjks dienst
verleend.
DIT STAD EN PROVINCIE.
In verband met hetgeen wg vroeger
schreven, het laatst naar aanleiding van de
hier gehouden tentoonstelling van borduur
werk, op de Singemaaimacbines vervaardigd,
vestigen wjj de aandacht onzer lezeressen er
op dat de Singermaatschappjj binnenkort in
oude kunst kreeg, zóó overladen, dat bet
meeste onder de groote massa verloren ging.
Het kan dan ook niet anders dan instemming
vinden, dat de provincie ook weer haar deel
krjjgt van deze schatten, —'tenminste wanneer
men er daar een passende plaats voor heeft,
zooals .hier zeer zeker het geval is.
Men heeft hier gelegenheid de schilderjjen
te zien op een plaats en in een omgeving
waarvoor ze bestemd zgn. Ze staan tegen de
zjjwanden en krjjgen door de ramen mooi zjjlicht
uit het Westen. Ze reiken alle vier van de
zoldering tot aan den vloer, en vullen ieder
bjjna een wand.
Het grootste, dat, op 't oog geschat, de af
metingen van De Nachtwacht waarschjjnljjk
overtreft, stelt vobr De vinding van Mozes, een
landschap met de Egyptische prinseB en haar
gevolg, die bg het baden het biezen kistje
vinden drjjven. Bgzonder mooi is de linkerhoek
waar de schilder, (zooals men weet een leer
ling van Rembrandt), over een tweetal vrouwen
figuren rood licht Iaat gig den, als weerschgn
van een rooden doek die een van baar half
bedekt. Rechts wordt alles beheerscht door
de rjjzige, blanke gestalte van de prinses, om
ringd door de andere hofjuffers. Het is nu
maar te hopen dat de leden zich door deze
sohilderjj niet te veel laten afleiden van dorre
provinciale zaken.
Aan den overkant staat een schilderjj van
iets kleiner afmetingen Benjamins valsche be-
onze gemeente weder een volledigon
cursus in het moderne borduren zal doen
houden.
In dezen cursus zullen geheel gratis de
meest verschillende soorten van borduurwerken
onderwezen worden, zooals bjjv. platsteek,
puntBteek, koordborduren, monogram-borduren,
Smyrna-borduren, enz.
Dat velen gebruik zullen maken vaH deze
gelegenheid om zich in het moderne borduren
en stoppen te bekwamen, en zoodoende meer
nut te trekken van de naaimachine, staat
zeker vast.
Om den cursus te kunnen volgen, moet men
zich aanmelden ten kantore der Singermaat-
schappjj alhier.
Met ingang van 1 November 1902 zgn
in Zeeland bevorderd de volgende kom
miezen bg 's rjjks belastingen
tot de lste klasse J. Bazen Az. te Cortgcne
en A. B. de Meulemeester te Hansweert, bei
den tweede klasse
tot de 2de klasse L. A. Pieters te Hansweert,
H. Jansen te Vlissingen (haven) en A. van
der Welle te Terneuzen, allen 3de klasseen
tot de 3de klasse W. Jansen te Hontenisse,
4de klasse.
De tuinbouw vereeniging Walcheren besloot
over te gaan in eene afdeeling der Nederland-
sche Maatschappij voor tuinbouw en plantkunde.
Vooral met het oog op het toetreden van
meer leden en om krachtiger naar buiten te
kunnen werken, is zjj tot dien stap overgegaan.
Zaterdag en Zondag is in het Café Rot
terdam alhier, vanwege de koninklijke
schermvereeniging Koningin Wühelmina te Mid
delburg, ter gelegenheid van haar zeejarig be
staan, een internationale en nationale scherm-
wedatrjjd gehouden.
Daaraan namen deel vjjf vereenigingen,
waarvan drie uit België.
De deelnemers werden door den voorzitter
der jubileerende vereeniging, den heer 1. van
der Sluis, welkom geheeten en daarna nam
de strjjd een aanvang.
Prjjswinners waren de volgende heeren
voor degen (Hollandsche methode) J. F.
Groenewegen van St. Lodewijk IX te Rotter
dam, le pr., groote zilveren medaille, en C.
F. Lawende van Eendracht te Dordrecht, 2e
pr., medaille, Belgisch model
op sabel van den len prjjs, groote zilv.
medaille, P. N. van Leeuwen van St. Lodewijk
IX, en van den 2en, medaille Belgisoh model,
G. J. Schouten van Eendracht
op langen stok van den len prjjs,
groote zilveren medaille, J. v. d. Holst van
Eendracht, en van den 2en, medaille Belgisch
model, A. Bug ing van St. Lodemjk IX
in den korpswedstrjjd degen (Qoll. meth.)
van den len prjjs, verguld zilveren medaille,
geschonken door de Vereeniging voor Vreemde
lingen verkeer alhier, St. Lodewijk IX (waarvan
werkers waren C. C. Berg, J. F. Groenewegen
en P. N. van Leeuwen) en van den 2en, groote
zilveren medaille, geschonken door de vereeni
ging Weerbaarheid, De Koningin Wühelmina te
Middelburg) (werkers I. van der Sluis, J.
Munter en A. J. H. de Zeeuw);
op degen (Fransche methode) van den len
prjjs, groote verguld zilveren medaille, J.
Housiaux van St. Joris te Gent, van den 2en,
zilveren medaille, J. W. G. L. Smit van Haar
lem, van den 3en, kleine verguld zilveren
medaille, geschonken door de vereeniging Uit
schuldiging, een stuk dat minder licht-effect
geeft, maar dat vooral indruk maakt door de
levendige groepeering. De man met den mand
op den voorgrond is treffend van leven en be
weging.
In de andere zaal staat aan de eene zjj
Achilles en Ihetis. Achilles, de held ontvangt
van zgn moeder Thetis zgn wapenrusting. Zjj
heeft zgn helm in de hand en op den achter
grond ziet men in fantastisch licht eenige
mannen bezig met het smeden van de wapens.
Daartegenover is geplaatst Amazia en de man
Gods, een schilderjj waarvan de twee meer
dan levensgroote figuren de mt bjjna geheel
doen vergeten. Prachtig is het roode kleed
van den man Gods, en de schittering van het
harnas van Amazia, en mooi is ook de uitdruk
king van bang ontzag op het gels at van den
krjjgsman die zich eensklaps door den man
GodB in zgn daden ziet gestuit.
Ten slotte een woord van erkentelijkheid
aan den persoon die zeker het meest heeft bij
gedragen tot deze gelukkige verrjjking van de
kunstschatten in onze stad: den heer J. A.
Frederiks, den architect van de rijksgebouwen.
Voer ieder die weet met welk een doorzet
tingskracht hg weet te verkrggen wat hg voor
het hem toevertrouwde noodig acht, zal het
duidelgk zgn dat hem een groot deel de eer
toekomt voor het hier brengen der schildergen.